Inloggen
Gezagvoerder

Maas, Harmen A.

Naam: Maas, Harmen A.
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 3
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
MINERVA 1840 Bark Sailing Vessel 8273 Bekijk schip
DOELWIJK 1856 Fregat Sailing Vessel 8278 Bekijk schip
VENILIA 1829 Kof Sailing Vessel 10467 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

Harmen Maas werd geboren te Franeker op 19 november 1831 als zoon van Adrianus Johannes Maas en Grietje Harmens Jaarsma.

Harmen A.Maas trouwde op 28 oktober 1858 te Harlingen met Pietje E. van Wijk, geboren 31 maart 1835 te Harlingen als dochter van Roelof Jans van Wijk en Hyltje Jans Dijkstra. Het echtpaar kreeg te Harlingen in de periode 1860 t/m 1871 7 kinderen. De moeder is in de geboorteakten van de kinderen ook aangeduid als Petronella.. Zij overleed te Den Helder op 18 januari 1900 in de Dijkstraat 16, oud 64 jaar als weduwe van Harmen Maas

Harmen overleed op 16 september 1894 te Den Helder in de Dijkstraat 16, vermeld als oud gezagvoerder. Zijn weduwe, wonende te Den Helder, had recht op een uitkering uit het fonds van “Zeemansvoorzorg” van ¦1350,-, uit te betalen in 18 halfjaarlijkse termijnen.

In het Bevolkingsregister van Den Helder 1880-1917 staat vermeld:

Harmen Maas, geboren 19 november 1831 te Franeker, Nederd.Hervormd, van beroep scheepsgezagvoerder, wonend in de Dijkstraat 16 te Den Helder, overleden op 16 september 1894 te Den Helder

Pietje van Wijk, geboren 31 maart 1835 te Harlingen, Nederd.Hervormd, overleden op 18 januari 1900 te Den Helder.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Harmen A.Maas werd per 31 december 1859 met vlagnummer H11 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege "Zeemansvoorzorg". Zijn schip was de "Jacoba Lucretia", boekhouders B.van Loon & Zn. De contributie werd betaald door zijn vrouw Pietje R.van Wijk, geboren 31 maart 1835.

H.A.Maas was met vlagnummer 11 lid van het Harlinger College Zeemansvoorzorg in de periode 1859-1894034.

 

Harmen A. Maas was in de periode 1877 t/m 1894 effectief lid van het Helderse zeemanscollege de “Goede Bedoeling”.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Hij overleed op 16 september 1894 te den Helder. Zijn weduwe, wonende te Den Helder, had recht op een uitkering uit het fonds van ¦1350,-, uit te betalen in 18 halfjaarlijkse termijnen028-fol.081.

 

Het Register van Uitgaande Stukken van het College Zeemansvoorzorg bevat brieven uit 1877/78/79/80 geadresseerd aan H.A.Maas te Nieuwediep. Op 01 maart 1892 adresseerde het College een brief inzake contributiebetalling aan H.A.Maas te Den Helder. Op 13 december 1894 was de adressering (inzake een bewijs van uitkering) wederom naar Den Helder033.

 

"Maart 1972

Aan de Buitengewone Leden van het Collegie Zeemans Voorzorg. Aan de Buitengewone Leden G.H.Smit Amsterdam   O.S.Parma Midlum   Jan Steeksma Hull   H.Maas Nieuwediep   Ph.Hannema Stadskanaal   D.Lovius Amsterdam   M.Lovius Purmerend   J.D.Visser   F.J.van Oppen

De Directie van het Collegie Zeemans-Voorzorg heeft de eer aan de Buitengewone leden dezer inrichting kennis te geven, dat in eene Algemeene Vergadering, gehouden op den 10 Febr. j.l., is besloten art.10 van het thans vigerende reglement te doen vervallen, en daarvoor in de plaats te stellen het navolgende:

Een gewoon lid, deze stad als woonplaats verlatende, zal daarvan schriftelijk kennis geven aan den Secretaris. - Wanneer hij gedurende vijf jaren lid is geweest, behoudt hij alle aanspraak op de fondsen van het collegie, en zijne weduwe of kinderen, regt op de bij het reglement bepaalde uitkeering, overschillig of hij al dan niet zeeman is gebleven, mits hij betalende de contributie, te rekenen vanaf den tijd dat hij opgehouden heeft die te voldoen.

Dit artikel is van toepassing op zoodanige leden, die sedert oprichting van het Collegie deze stad als woonplaats hebben verlaten.

Zij verzoekt daarvan nota te willen nemen. De Directie voornoemd  (Get.) D.Fontein Pz, presid.  C.Teves  H.Harmens Cz  J.Foekens, Secr."033.

 

De schepen van de kapitein

lid van het zeemanscollege Zeemansvoorzorg te Harlingen036

vlagnummer    periode      type           naam van het schip                                          boekhouder/reder

         H11         1859-1868 kof             Jacoba Lucretia (ex Amicitia, ex Albina)      B.van Loon & Zn, Harlingen

                           1869-1870 brigt.          Mercurius (ex Maria Margaretha,

                                                                   ex Maria van Cammenga)                                      Hubert Jans & Co, Harlingen

                           1871-1878 bark           Minerva                                                             W.Pont, Edam

                           1879-1889 bark           Söderhamn (ex Doelwijk)                                W.Pont, Edam

                                                op de klippen bij Kotka geraakt, afgebracht en verkocht

 

Bouma025 vermeldt H.A.Maas als gezagvoerder gedurende:

*    1859 t/m 1868 van de kof “Jacoba Lucretia” ex Amicitia, ex Albina, gebouwd in 1829 te Dordrecht, 151 ton o.m., varend voor B.vam Loon te Harlingen;

*    1869 t/m 1870 van de galjoot “Mercurius” ex Maria Margaretha, ex Maria van Cammenga, gebouwd in 1830 te Emden, 148 ton o.m., varend voor Hubert Jans & Co te Harlingen;

*    1872 t/m 1879 van de bark “Minerva”, gebouwd in 1840 te Middelburg, 752 ton o.m., varend voorW.Pont te Edam;

*    1880 t/m 1889 van de bark “Söderhamn” ex Doelwijk, gebouwd in 1856 te Slikkerveer, 847 ton o.m., varend voor W.Pont te Edam;

*    1890 van hetzelfde schip en voor dezelfde reeder maar nu varend vanuit Zaandam. Het schip is in 1890 op de klippen bij Kotka afgebracht en naar Noorwegen verkocht als “Helsingfors”.

 

Overige bijzonderheden

Harlinger Courant dd 05 december 1874, Scheepstijdingen096.

Binnengekomen:

Texel 3 Dec. Minerva  H.A.Maas,  Riga.”

 

In het tijdschrift Nationale Vereniging “Het Zeilend Schoolschip” verscheen in de periode 1847-1862 een serie artikelen onder de titel “Zeilvaart Herinneringen” van kapitein Piet van Os onder het pseudoniem Pietos. In nummer 19 van juni 1849) staat een citaat omtrent de bark “Soderhamn” en wel:

“Van de bark “Söderhamn” bevindt zich een afbeelding in het Standaard werk der practische-Zeevaartkunde voor zeilschepen door C.Maas, uitgever S.L. v.Looy te Amsterdam. Deze was de oudste zoon van kapitein H.A.Maas en de grondlegger, tevens 1ste Directeur van de Visserijschool te IJmuiden. … Een schilderij van dit schip, hangt als een echt sieraad voor ’t zeemansoog bij Grietje, de dochter van Kapt. Maas.”