Inloggen
Gezagvoerder

Zeeman, Johan Hendrik

Naam: Zeeman, Johan Hendrik
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 5
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
JAVA 1828 Fregat Sailing Vessel 8046 Bekijk schip
DOELWIJK 1850 Bark Sailing Vessel 8683 Bekijk schip
VASCO DA GAMA 1824 Fregat Sailing Vessel 9582 Bekijk schip
EMANUEL 1834 Fregat Sailing Vessel 10633 Bekijk schip
JAN DANIEL 1841 Bark Sailing Vessel 13449 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

Jan Hendrik Zeeman werd geboren te Rotterdam op 15 oktober 1797 als zoon van de Lutherse Frederik Zeeman en Christina Schell

Hij was getrouwd met Elisabeth van de Koppel, geboren 02 april 1804 (of 1809?) te ‘s Gravendeel en overleden 19 februari 1882. Jan veranderde van beroep op 01 mei 1855.

Het gezin woonde te Rotterdam o.a. aan de Lijnbaanstraat Wijk 15 nr. 223. Één van de kinderen was de latere gezagvoerder Christiaan Frederik Zeeman (zie aldaar)

Jan Hendrik overleed op 20 februari 1858 aan de Wijnbrugstraat Wijk 1 nr. 460. Bij zijn overlijden is als woonplaats Rotterdam opgegeven.003, 005 en 118

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.H.Zeeman werd met vlagnummer 395 per 19 augustus 1834 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” op voordracht van kapitein B.J.Martens. Toegevoegd is “overleden”.002

In de Algemene Vergaderingen van Zeemanshoop van 12/19 augustus 1834 werd voorgedragen/benoemd tot effectief lid Johan Hendrik Zeeman, oud 37 jaar, voerend het schip “Vasco de Gama”, wonend te Rotterdam en met als adres J.Bondix te Amsterdam, op voordracht van kapitein B.Martens. Zijn vlagnummer werd 395.023

Jan Hendrik werd per 06 juni 1837 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop.003

 

J.H.Zeemans was met vlagnummer R123 in de periode 1842 t/m 1849 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Van 1849 t/m 1858 was hij lid voor de vlag, hetgeen betekende dat hij wel de vlag mocht voeren, maar bepaalde rechten verspeelde.

 

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 01 april 1858 vraagt de wed. J.H.Zeeman, geb. v.d Koppel om een uitkering, die haar in de vergadering dd 29 april 1858 wordt toegekend ingaande 01 mei 1858.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 25 november 1875 wordt een verzoek om een extra toelage door de wed. J.H.Zeeman geb. van de Koppel afgewezen.042

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 18 mei 1858 wordt gemeld dat aan de wed. van kapitein J.H.Zeeman geb. van de Koppel een uitkering is toegekend per 01 mei 1858.023

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 28 december 1875 staat vermeld dat een verzoek van de wed. J.H.Zeeman geb. van de Koppel om een extra toelage is afgewezen.023.

 

In het Jaarverslag 1849 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart te Rotterdam staat vermeld dat hij honorair lid is geworden.

In het Jaarverslag 1858 staat zijn overlijden vermeld.058

 

De schepen van de kapitein

Op monsterrol nr. 468 in het Gemeentearchief van Dordrecht dd 26 november 1830 wordt gemeld J.H.Zeeman, oud 33 jaar, wonend te ’s Gravendeel met een gage van f 65,- per maand als 1ste stuurman op de “Stad Dordrecht”, varend onder kapitein Klaas Schinkel.

 

lidmaatschap college “Zeemanshoop” te Amsterdam:

vlag             jaren              type          scheepsnaam             reder/boekhouder

395           1834-1835         fregat        Vasco de Gama         geen opgave

                  1836-1838         fregat        Vasco de Gama         N.J. de Cocq te R’dam

                  1839-1841 `       bark          Java                             idem

                    1842              fregat        Emanuel                     idem

                  1844-1852         bark          Jan Daniél                   W.Ruys JDz te R’dam

                    1853              bark          Doelwijk                     idem

89            1854-1857         geen vermelding van schip en boekhouder

 

In de Jaarverslagen van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart staat kapitein J.H.Zeeman met vlagnummer 123 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*      1849, 1851                 bark “Jan Daniël”      334 last           varend voor W.Ruys J.Dz te Rotterdam

*      1855                            geen vermelding van schip en boekhouder

 

J.H.Zeeman was in 1854 gezagvoerder van het 3/mastscchip de “Doelwijk”, 725 ton, gebouwd in 1849/1850 bij Fop Smit aan de Kinderdijk van rederij W.Ruys JDz te Rotterdam.

“… op 21 april 1854 op weg van Sydney naar Batavia bij zware storm op Kenn Rocks (Torres Strait – Great Barrier Reef) gelopen en verloren; Bemanning na veel lijden in open boten door een ander schip gered; één man verloor het leven”024.

 

Bouma025 vermeldt J.H.Zeeman als gezagvoerder gedurende:

*      1835 t/m 1838 van het fregat “Vasco de Gama”, gebouwd in 1823 te Antwerpen, 307 ton, varend voor N.J. de Cock te Rotterdam;

*      1840 t/m 1842 van het fregat “Java”, gebouwd in 1840, bouwlocatie niet vermeld, 500 ton o.m., varend voor N.J. de Cock te Rotterdam;

*      1842 t/m 1843 op het 3-m schip “Emmanuel”, gebouwd in 1834, 869 ton o.m., varend voor N.J. de Cock te Rotterdam. Het schip werd verkocht naar België;

*      1845 t/m 1854 van de bark “Jan Daniël, gebouwd in 1841 te Kinderdijk, 635 ton o.m., varend voor W.Ruys JDz te Rotterdam;

*      1854 van het 3/m schip “Doelwijk”, gebouwd in 1850 te Kinderdijk, 730 ton o.m., varend voor W.Ruys JDz te Rotterdam. Het schip verongelukte in 1854 op Kenn’s Rif in de Torresstraat.

 

Overige bijzonderheden

“De eerste jaren van zijn jeugd bracht Christiaan Frederik door te ’s Gravendeel, waar hij opgroeide in een milieu dat nauw bij de zeevaart betrokken was. Dit kwam vooral omdat zijn vader in deze jaren actief was als stuurman ter koopvaardij. Over financiële zorgen hoefde het gezin zich waarschijnlijk niet erg druk te maken, want de carrière van vader Johan Hendrik verliep voorspoedig. Diende deze in 1824 nog als derde stuurman op het schip “De Drie Gezusters”, enkele jaren later, in 1827, had hij reeds de rang van eerste stuurman bereikt; in die hoedanigheid maakte hij met het koopvaardijschip de “Jonge Jacob” een reis naar Oost-Indië. Nog weer later zou Johan Hendrik Zeeman de rang van gezagvoerder bereiken.

Het verblijf van de familie Zeeman in ’s Gravendeel duurde tot het begin van de jaren dertig van de negentiende eeuw.

Ergens tussen 1832 en 1835 vertrok het gezin naar Rotterdam; daar vond het een onderkomen in een woning aan de Leuvenhaven. Hier maakte Christiaan Frederik in het voorjaar 1835 een bewogen periode door: in een tijdspanne van enkele maanden verloor hij twee zussen, en kreeg er een broertje bij. In de navolgende jaren verhuisde het gezin Zeeman nog enkele malen, ondermeer naar een huis op nummer 101 in de Groote Draaisteeg en naar het adres Lijnbaanslaan nummer 223. Op het laatstgenoemde adres, in het begin van de jaren vijftig, was de welstand van het gezin al zo groot dat er twee dienstbodes in huis gehouden konden worden.

Ontleend aan een artikel van R.Rimkus in het blad “Maritiem Museum Prins Hendrik. Plaatsbepaling”, 48:4-5, 1994.

Het artikel werd geschreven naar aanleiding van de verwerving door het museum van drie portretten door de schilder Gijsbert Buitendijk Kuyk. De portretten zijn van Christiaan Frederik Zeeman senior, zijn vrouw Agatha Elisabeth van Olst en hun zoontje Christiaan Frederik junior.

 

“De Drie Gebroeders” op de rede van Batavia057:

01 januari 1839 “Alhier lagen ter Reede de navolgende Nederlandse schepen als volgens … kaptijn Zeeman … “

Van Sluijs013 vermeldt diverse personen met de naam Zeeman. Degene die in 1839 gezagvoerder was is J.H.Zeeman en wel op de bark “Java”.

 

Het Maritiem Museum te Rotterdam bezit een prent van het fregat “Canton”, dat het vlagnummer R123 voert. De tekening is waarschijnlijk van Izaak Schouman.

Bron: Bram Oosterwijk “Koning van de Koopvaart. Anthonie van Hoboken (1756 - 1859)”.

           Uitg. De Bataafsche Leeuw, Amsterdam 1996, 2e (aangevulde) druk. p. 216