Familiegegevens en opleiding
Andries Glazener werd geboren op 19 februari 1825 als zoon van de Nederlands Hervormde Anne Glazener en Dina van der Meulen. Hij woonde te Rotterdam o.a. aan het Vasteland Wijk 3 nr. 407 (nieuw nr. 7).
Hij overleed op 13 februari 1888 aan de Diergaardelaan te Rotterdam005
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Er was een A.Glazener met vlagnummer R34 lid van het Rotterdamse zeemanscollege "Maatschappij tot Nut der Zeevaart" van 1851-1867021 en AAKZ
-
Glazener Jr was met vlagnummer R34 in de periode 1850 t/m 1869 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart005.
A.Glazener Jr was van 1850-1854, in 1859 en 1863 afwisselend commissaris en in 1856 secretaris van de Maatschappij. In 1864 was hij permanent commissaris
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein A.Glazener Jr met vlagnummer R34 vermeld als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1851 fregat “Kortenaar” 306 last voor E.Suermondt & Zonen & Co te Rotterdam
* 1855 bark “Egmond & Hoorn” 407 last voor E.Suermondt & Zonen & Co te Rotterdam
* 1858, 1859, 1862 bark “Kortenaar” 538 last voor E.Suermondt & Zonen & Co te Rotterdam
* 1863 t/m 1867 geen schip en reeder vermeld
Bouma025 vermeldt A.Glazener als gezagvoerder geddurende:
* 1858 t/m 1863 op het 3/m schip “Kortenaar”, gebouwd in 1857 te Alblasserdam, 1020 ton o.m., varend voor E.Suermondt & Zn & Co te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
August Ferdinant Theodoor Schuchard werd geboren in 1824 te Swinemunde/Swinoujscie (Polen) als zoon van Johan Carl August Friedrich Schuchard en Anna Christina Friederike Munch, wonend te Swinemunde.
Hij trouwt op 11 mei 1870 te Alblasserdam met Anna Katharina de Haan, geboren 1842 te Maartensdijk als dochter van Pieter de Haan, gemeenteontvanger te Alblasserdam, en Cornelia Verkerk. Zij overleed in 1900 te Alblasserdsam.
August overleed op 14 december 1898 te Alblasserdam.
Hij is in 1863 lid van de societeit “De Eendracht”te Alblasserdam064.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.F.Th. Schuchard was met vlagnummer R92 van 1865 t/m 1880 lid voor de vlag van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Dit betekent dat hij wèl de vlag mocht voeren, maar geen recht had op financiële tegemoetkomingen uit de Maatschappij058.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1880 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in dat jaar als vlaglid heeft bedankt. Hij bleef wèl honorair lid058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein A.F.Schuchard met vlagnummer R92 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
-
* 1865 t/m 1867 fregat “Kortenaar” 530 last varend voor E.Suermondt & Zonen & Co te Rotterdam
-
* 1874, 1877, 1878 geen vermelding van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt A.T. (twee initialen!) Schuchard als gezagvoerder gedurende:
-
* 1859 t.m 1861 op de bark “Catharina Maria”, gebouwd in 1846 op de werf van de Gebr. Pot te Elshout, 659 ton o.m., varend voor J.H. van Santen te Krimpen aan de Lek. Het schip werd in 1861 te Kaap de Goede Hoop afgekeurd en verkocht voor £ 700,-. (Zeetijdingen 05 juni 1861).
-
* 1863 van de bark “Alblasserwaard”, gebouwd in 1855 te Alblasserdam, 738 ton o.m., varend voor F.H.von Lindern te Alblasserdam;
-
* 1864 t/m 1868 op het 3/m schip “Kortenaar”, gebouwd in 1857 te Alblasserdam, 1020 ton o.m., varend voor E.Suermondt & Zn & Co te Rotterdam;
-
* 1869 t/m 1872 op het fregat “Henriette Adriana”, gebouwd in 1869 op de werf van Jan Smit Cz te Alblasserdam, 1455 ton o.m., varend voor E.Suermondt & Zn & Co te Rotterdam;
-
* 1874 op hetzelfde schip en voor dezelfde reder;
* 1876 t/m 1877 op hetzelfde schip en voor dezelfde reder.
Overige bijzonderheden
A.F.Schuchard vervoerde per 18 maart 1868 met de “Kortenaer” een detachement van 3 officieren en 150 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 25 juni 1868 na een reis van 99 dagen065.
August Ferdinand Schuchard was gezagvoerder op de bark “Catharina Maria” en zeilde op 24 maart 1859 ’s morgens 8 uur in de Indische Oceaan op 4o NBr. en 90o OL (Bron: Gemeentearchief van Rotterdam, Burgerlijke Stand Rotterdam 1860 Deel C, folio 45, aktenr. 1808)062a.
Foto (nr.72) beschikbaar van kapitein A.F.Th.Schuchard047.
Zierikzeesche Courant 26 maart 1864
Op 22 maart 1864 is te Brouwershaven binnengekomen de “Kortenaer”, kapt. A.F.Schuchard, komend van Batavia met bestemming naar Rotterdam. Als passagiers zijn binnengebracht de heer en mevrouw Ruters, 4 onderofficieren en 10 gepasporteerde militairen.
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt M.Rovers als gezagvoerder gedurende:
* 1869 op het 3/m schip “Kortenaar”, gebouwd in 1857 te Alblasserdam, 1020 ton o.m., varend voor E.Suermondt & Zn & Co te Rotterdam
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Frits Pot werd geboren op 29 januari 1836 te Rotterdam als zoon van de Nederlands Hervormde Jacobus Pot, schipper, afkomstig uit Ooltgensplaat, en Cornelis van Rongen. Hij woonde te Rotterdam o.a. aan de Coolsingel Wijk 15 nr. 330 (nieuw nr. 90). Hij vertrok in 1866 naar Oost-Indië. Hij trouwde op 26 september 1860 te Rotterdam met Eva Scott, geboren 28 april 1837 te Rotterdam als dochter van de Nederlands Hervormde Jacobus Scott en Jannetje Heyermans005
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
F.Pot was met vlagnummer R243 in de periode 1865 t/m 1872 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein F.Pot met vlagnummer R243 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1865, 1866 van de bark “Lammina Elisabeth” 337 last varend voor Reuchlin & Dutilh te Rotterdam
* 1867 van de bark “Maria Sarah” 337 last varend voor van Overzee & Co te Rotterdam
Bouma025 vermeldt F.Pot als gezagvoerder gedurende:
* 1844 t/m 1867 van de bark “Lamiena Elisabeth”, gebouwd in 1853 te Kinderdijk, 637 ton o.m., varend voor Reuchlin, Moll & Dutilh te Rotterdam. Het schip voer in 1868 voor van Overzee & Co te Rotterdam en was herdoopt in Maria & Sara”;
* 1868 van de bark “Maria & Sarah” ex Lammina Elisabeth, gebouwd in 1853 te Kinderdijk, 637 ton o.m., varend voor van Overzee & Co te Rotterdam;
* 1869 van de bark “Catharina Maria” ex Schouwen, gebouwd in 1848 te Zierikzee, 638 ton o.m., varend voor van Overzee & Co te Rotterdam;
* 1870 t/m 1872 op het 3/m schip “Kortenaar”, gebouwd in 1857 te Alblasserdam, 1020 ton o.m., varend voor E.Suermondt & Zn & Co te Rotterdam;
* 1873 t/m 1876 van de bark “Professor Simon Thomas”, ex Sindbad, ex Johannes Christiaan, gebouwd in 1858 te Zwolle, 481 ton o.m., varend voor de Groot, Roelants & Co te Schiedam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Pieter Walters werd geboren op 09 september 1829 te Rotterdam als zoon van de Nederlands Hervormde Philippus Walters, blikslager, en Jannetje Barendina Kerkhoven, besteedster. Hij woonde te Rotterdam o.a. aan de Westzeedijk Wijk 15/16 nr. 53. Hij behaalde op 28 juli 1860 het diploma 1e stuurman voor de grote vaart.
Hij trouwde op 19 november 1856 te Rotterdam met Dorothea Wilhelmina Krak, geboren 14 november 1829 te Rotterdam als dochter van de Lutherse Hermanus Ernst Krak, boekbinder, en Geertrui Kattenkamp.
Hij overleed op 29 juni 1912 te Rotterdam aan de Schiebroekselaan 48b005
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
P.Walters was met vlagnummer R177 in de periode 1864 t/m 1880 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein P.Walters met vlagnummer R177 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1864 t/m 1867 bark “Mary & Hillegonda” 398 last voor E.Suermondt & Zonen & Co te Rotterdam
* 1874 fregat “Kortenaer” 513 last voor E.Suermondt & Zonen & Co te Rotterdam
* 1877, 1878 fregat “Henriëtte Adriana” 1378 ton o.m. voor E.Suermondt & Zonen & Co te Rotterdam
Bouma025 vermeldt P.Walters als gezagvoerder gedurende:
* 1865 t/m 1872 van de bark “Mary & Hillegonda”, gebouwd in 1856 te Alblasserdam, 754 ton o.m., varend voor E.Suermondt & Zn & Co te Rotterdam. Het schip werd in 1872 verkocht naar Noorwegen;
* 1873 t/m 1877 op het 3/m schip “Kortenaar”, gebouwd in 1857 te Alblasserdam, 1020 ton o.m., varend voor E.Suermondt & Zn & Co te Rotterdam
* 1878 van het fregat “Henriëtte Adriana”, gebouwd in 1869 te Alblasserdam, 1455 ton o.m., varend voor E.Suermondt & Zn & Co te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
P.Walters vertrok per 09 juli 1864 van Brouwershaven met de “Mary en Hillegonda” en een detachement van 3 officieren en 150 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 13 oktober 1864 na een reis van 96 dagen. Onderweg was 1 soldaat overleden.
Op 08 oktober 1865 vertrok hij van Brouwershaven met de “Mary en Hillegonda” en een detachement van 5 officieren en 125 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 07 januari 1866 na een reis van 91 dagen.
Op 30 september 1866 vertrok hij van Brouwershaven met de “Mary en Hillegonda” en een detachement van 4 officieren en 125 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 30 december 1866 na een reis van 91 dagen.
Op 15 oktober 1867 vertrok hij van Brouwershaven met de “Mary en Hillegonda” en een detachement van 7 officieren en 125 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 04 februari 1868 na een reis van 112 dagen. Onderweg was 1 militair overleden.
Op 14 januari 1869 vertrok hij van Brouwershaven met de “Mary en Hillegonda” met een detachement van 6 officieren en 173 manschappen.. Hij arriveerde te Batavia op 14 augustus 1869 na en reis van 212 dagen. Onderweg waren 1 officier en 9 manschappen overleden, 4 op zee en 5 in Rio de Janeiro065.
Familiegegevens en opleiding
Roelf Datema werd geboren op 09 oktober 1832 te Saaksum als zoon van de schipper Johannes Roelfs Datema en Johanna Johannes Hartman.
Roelf trouwde te Nieuwe Pekela op 25 maart 1858 als zeeman met Gerberdina Oldenburger, geboren op 29 juli 1837 te Nieuwe Pekela als dochter van de schipper Egbert Hindriks Oldenburger en Jaappien Derks Kramer. Gerberdina overleed op 11 april 1909 te Rotterdam, 71 jaar.
In een huwelijksakte van zoon Johannes Datema op 12 juni 1902 worden beide ouders genoemd als zijnde zonder beroep en wonende te Rotterdam.
Geen overlijdenakte gevonden van Roelof Datema maar https://www.genealogieonline.nl/stamboom-cg-de-koning/I56.php meldt dat hij na 1896 loods/cafehouder was te Rotterdam en aldaar op 30 novamber 1909 is overleden, 77 jaar.
“Op 19 maart 1863 is bij mij, K.M.Brouwer, ambtenaar van de Burgerlijke Stand in de gemeente Nieuwe Pekela, ingekomen een brief van Zijne Excellentie de Minister van Marine, geleidende een overlijdensakte, waaruit blijkt dat aan boord van het galjootschip “Gerberdina” op 25 sept. 1862 is overleen Johannes Datema, oud 10 maanden en 24 dagen, laatst gewoond hebbende te Nieuwe Pekela, zoon van Roelf Johannes Datema en Gerberdina Egberta Oldenburger, thuis horende te Nieuwe Pekela.115
Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen vermelden Roelf Datema als zeeman in 1858, 1859, 1867 en als schipper in 1860, 1861, 1862, 1863, 1865, 1870, 1873, 1875, 1877.
Lidmaatschap van zeemanscollege(s)
R.J.Datema was effectief lid van het zeemanscollege “Voorzorg” uit Nieuwe Pekela met vlagnummer 18 in de periode 1862 t/m 1889.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt R.J.Datema als gezagvoerder gedurende:
* 1861 t/m 1865 van de galjoot “Gerberdina”, gebouwd in 1860 te Pekela, 127 ton o.m., varend voor W.W.Pott te Pekela;
* 1873 t/m 1875 van het 3-mastschip “van der Palm”, gebouwd in 1847 te Schiedam, 496 ton o.m., varend voor de Groot, Roelants & Co te Schiedam;
* 1876 van de galjoot “Zeeploeg”, gebouwd in 1859 te Sappemeer, 102 ton o.m., varend voor H.J.Plant te Schiedam;
* 1877 t/m 1878 van de bark “Willemina”, ex Afrikaan, ex Jacobus, gebouwd in 1850 te Delfshaven, 294 ton o.m., varend voor H.J.Plant & Co te Schiedam;
* 1879 t/m 1883 op het 3-mast schip “Kortenaar”, gebouwd in 1857 te Alblasserdam, 1020 ton o.m., varend voor H.J.Plant & Co te Schiedam. Het schip werd in 1883 bij Campèche lek op het strand gezet en verkocht;
* 1883 van de galjoot “Zeehond”, gebouwd in 1865 te Hoogezand, 190 ton o.m., varend voor P.H.Kaars Sijpesteyn te Krommenie. Het schip is in 1883 te IJmuiden op de havendam geraakt en als wrak verkocht;
* 1885 van de schoenerbrik “Bertha” ex Cito, ex Jeanne, ex Thomas Holcombe, gebouwd in 1856 te New York, 458 ton o.m., varend voor Engers Roelofs & Co te Schiedam;
* 1893 t/m 1896 van het schroefstoomschip “Doelwijk”, gebouwd in 1890 te Rotterdam, 876 ton n.m., varend voor Wm. Ruys & Zn te Rotterdam. Het schip werd in 1897 verkocht naar Bremen en herdoopt in “Hector”.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
02 februar 1854, kof “Grietje”, schipper Christiaan K.Scholten, lichtmatroos Roelf Datema.
Overige bijzonderheden
Handelsblad: “ZEEHOND”, IJmuiden 14 Juli. Het Nederl. schip Zeehond, Kapt. Cupido (sic) naar de oostzee bestemd en zonder sleepboot naar zee willende gaan, stootte op het hoofd en bekwam averij is lek tusschen het Noorderhoofd en de Steenendam op strand gezet.
“Zeehond”. IJmuiden 14 juli. Het Nederl. schip zeehond, Kapt. Datema is totaal wrak”
“A’dam 17 Juli. Het wrak van het schip Zeehond, is te IJmuiden voor f 225 verkocht.”037.
|