Inloggen
VOORUIT - ID 15036


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1856-05-23 / 1882-03-05 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1856
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Fregat
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Gebr. Visser, werf 'Het Land van Belofte', Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1854-00-00
Launch Date: 1856-05-07
Delivery Date: 1856-05-14
Technical Data

Gross Tonnage: 350.00 lasts
Gross Tonnage 2: 663.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 39.40 Meters Registered
Beam: 7.22 Meters Registered
Depth: 5.84 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1856
Datum agenda: 1856-05-23
Register nr: 18560465
Scheepsnaam: VOORUIT
Type: Fregat
Lasten: 350
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Rijckevorsel, Huibert van
Plaats: niet gemeld
Kapitein op moment van verzoek: Kool, W.C.
Opmerkingen: zeebrief wordt niet benoemd

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1856-05-14 VOORUIT
Manager: Firma Huibert van Rijckevorsel, (Huibert van Rijckevorsel en Hendrik Muller Samuelszn), Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: partenrederij, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1863-12-30 VOORUIT
Manager: Firma Hendrik Muller & Co., Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Firma Hendrik Muller & Co., Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1871-10-06 HOLLANDER
Manager: Firma Mees & Moens, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Firma Mees & Moens, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

firma, H. van Rijckevorsel, boekhouders, Rotterdam

Ship Events Data

1868-12-29: Sold at auction
Advertentie. De makelaars F.N. Montauban van Swijdregt, W. van Dam H.H.Zn, B.C.D. Hanegraaff, H.N. Montauban van Swijndregt, H.H. van Dam, C.H. van Dam, en H. Montauban van Swijndregt, te Rotterdam, zullen als last hebbende van hun meesters, op dinsdag 29 december 1868, des middags ten 12 ure, in de zaal aan de Scheepmakershaven, wijk 1 no. 499, publiek verkopen het extra snelzeilend gekoperd en kopervast Nederlands fregatschip VOORUIT, laatst gevoerd kapt. K.J.C. Logger, volgens meetbrief lang 39 el 9 duim, wijd 9 el 49 duim, hol 6 el 23 duim, en alzo groot 350 lasten, met al deszelfs rondhout, staand en lopend want, ankers, kettingen, touwen, zeilen en verdere scheepsgereedschappen, zo als hetzelve is liggende in de Zalmhaven, aan de scheepstimmerwerf van de heren Gebrs. Visser te Rotterdam.
1870-04-19: Damaged
St. Helena, 7 juli. Kapt. Logger, voerende het Nederlandse schip VOORUIT, rapporteert de 19e april op 13º48’ZB en 99º49’OL een cycloon doorgestaan te hebben, waardoor het schip plat op zijde werd geworpen en zeilen, tuig, watervaten, enz. verloren gingen.
1870-11-22: Sold at auction
Advertentie. De makelaars F.N. Montauban van Swijndregt, W. van Dam H.Hzn., B.C.D. Hanegraaff, H.N. Montauban van Swijndregt, H.H. Van Dam, C.H. Van Dam en H. Montauban van Swijndregt te Rotterdam zullen als lasthebbende van hunne meesters op dinsdag de 22e november aanstaande, 's middags ten 12 ure in de Zaal aan de Scheepmakershaven, wijk 1, no 499, publiek verkopen:
- Het snelzeilend, gekoperd en kopervast Nederlands fregatschip BURGEMEESTER HOFFMAN, laatst gevoerd bij kapt. W. van der Stoop qq., volgens meetbrief lang 42,10, wijd 7,61 en hol 5,32 meters, en alzo groot 758 tonnen of 400 lasten.
- Het snelzeilend, gekoperd en kopervast Nederlands fregatschip VOORUIT, laatst gevoerd bij kapt. K.J.C. Logger, volgens meetbrief lang 39,40, wijd 7,22 en hol 5,24 meters en alzo groot 663 tonnen of 350 lasten.
Beide schepen met al hun rondhout, staand en lopend tuig, ankers, kettingen, touwen, zeilen en verdere scheepsinventaris, zoals dezelve zijn liggende aan de scheepstimmerwerf van de heren Gebroeders Visser aan het Zalmgat alhier.
Verder zullen afzonderlijk worden geveild: een chronometer- Barraud, no. 2450, een dito – Ch. Frodsham, no. 2555, een dito- Arnold & Drenth, no. 1000, en een sextant, te bezichtigen aan boord, twee lange 6 ponders, te bezichtigen Jufferstraat over het kantoor van de heren Hendrik Mulder & Co.
1882-03-05: Final Fate: Burnt

JB 290382
Soerabaija, 24 maart. Heden werd hier het telegrafisch bericht ontvangen, dat het schip HOLLANDER, kapt. J.G. van Beest, op omstreeks 20º ZB 105º OL is verbrand, en dat de gezagvoerder zich, nadat het schip reeds in de boten verlaten was, zou hebben doodgeschoten. Het schip HOLLANDER vertrok omstreeks half februari van Probolingo naar Australië met een lading suiker en kapok.

SH 290382
Verhaal van een schipbreuk. Te Banjoewangi is op 25 maart aangekomen de grote boot van het Nederlandse barkschip HOLLANDER. Daarin zaten de 1ste stuurman, de 2de stuurman, de hofmeester en 24 Javaanse schepelingen, die schipbreuk hadden geleden op pl.m. 20°45’ Z.B. en 111° O.L. Het verhaal, zoals een welwillend lezer van ons blad de beleefdheid had ons toe te zenden, luidt als volgt:
De 11e februari jl. zeilde de HOLLANDER uit van Probolingo. Het schip was geladen met suiker en kapok en werd gevoerd door Jan Gerrit van Beest. De 15e maart (opm: waarschijnlijk is bedoeld februari) ging men van Banjoewangi naar Sydney (New South Wales) en hoewel de kapitein reeds ziek was van ’t begin der reis, bleef ook hij aan boord en aanvaardde de tocht. De 5de maart lag de kapitein op de hoogte, die hierboven gemeld is, in zijn kajuit op een rustbed; in 5 dagen was hij niet op het dek geweest.
Plotseling hoort hij een ontploffing en bespeurt in de kerk een dikke rookwolk, achtervolgd door een helle vlam, die bij de bezaansmast uit het tussendek scheen voort te komen.
Verschrikt ging hij zo goed en zo kwaad hij kon naar boven, vertelde het feit aan de wachthebbende 2de stuurman en gaf order, om onmiddellijk de eerste stuurman en de equipage aan dek te roepen. Daaraan werd gevolg gegeven, doch zo snel greep de brand om zich heen, dat men nauwelijks de tijd had, om de grote boot over boord te zetten, hoewel men daaraan niet meer dan 20 minuten besteedde. De gehele bemanning nu werd in die boot verzameld, teneinde de vuurdood te ontgaan, want de beide andere boten waren in reeds in brand geraakt en niets konden zij meenemen, dan de kleren, die zij aan hun lijf hadden en een vaatje met ongeveer 50 liter water. Het schip was weldra geheel uitgebrand en zonk kort daarop.
De derde dag daarna schoot de kapitein zich voor het hoofd met een revolver en de 5de werden de ongelukkigen aan boord genomen van het Russisch fregat WALTIKKA, kapt. Hjelt. Daar werden zij uitmuntend ontvangen. De gezagvoerder deed alles, wat hij kon, om hen het droevig toneel te vergoeden. De volgende dag verlieten zij het schip, na behoorlijk geproviandeerd en zoveel mogelijk van alles, wat zij konden nodig hebben, voorzien te zijn.
Nog twaalf dagen dobberden zij rond op de baren; met veel ellende en veel bezwaren hadden zij te worstelen, doch eindelijk werd Banjoewangi bereikt, waar zij nu zijn en door de ingezetenen op de humaanste wijze worden bejegend, en verzorgd.
Tot zover onze berichtgever, die wij bedanken voor zijn mededelingen. De verdere bijzonderheden, ons toegezegd, blijven wij gaarne inwachten.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

W.C.Kool werd per 09 oktober 1849 op voordracht van B.J.Martens en met vlagnummer 806 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdams zeemanscollege "Zeemanshoop". Bij de inschrijving was zijn schip de "Maracaibo". Toegevoegd is "bedankt"002. Ten tijde van de inschrijving waren Kool en zijn vrouw beiden 34 jaar002a.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd. 02/09 oktober 1849 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Willem Cornelis Kool, oud 34 jaar, voerend de galjoot “Maracaibo”, op voordracht van kapitein B.J.Martens.023.

 

W.C.Kool was met vlagnummer R272 in de periode 1849 t/m 1866 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam             naam reder/boekhouder

        806                            1851           geen vermelding van schip en boekhouder

                                           1852           galjoot             Maracaibo                 H.van Rijckevorsel, Rotterdam

                                           1853           geen vermelding van schip en boekhouder

        418                            1854           geen vermelding van schip en boekhouder

                                           1855           galjoen            Maracaibo                 H.van Rijckevorsel, Rotterdam

                                      1856-1857     fregat               Vooruit                       idem

 

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein W.C.Kool als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1849, 1851, 1855                   de kof “Maracaibo”     85 last          voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam

*    1858, 1859, 1862 t/m 1864  het fregat “Vooruit”      350 last        voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam

 

Bouma025 vermeldt W.C.Kool als gezagvoerder gedurende:

*    1850 t/m 1853 van de schkof “Maracaibo” ex Libau, gebouwd in 1839 te Joure, 168 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*   1854 van de brik “Gouverneur Schomereus”, gebouwd in 1853 te Rotterdam, 161 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1857 t/m 1864 van het fregat “Vooruit”, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 663 ton o.m., varend  voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1865 van hetzelfde schip maar nu varend voor H.Muller & Co te Rotterdam;

 

Overige bijzonderheden

W.C.Kool verzorgde per 27 juni 1856 vanuit Hellevoetsluis met de “Vooruit” een troepentransport van 3 officieren en 120 manschappen naar Nederlands Oost-Indië. Hij arriveerde te Batavia op 05 oktober 1856 na 100 dagen65.

 

“De heer P.P.I.Eijpen wass kapitein in het Oost-Indische Leger. In 1864 voer hij als passagier met het fregatschip ‘Vooruit’ van Padang (Sumatra) naar Rotterdam. Gezagvoerder aan boord van de onder direcctie van de ‘Heeren Hendrik Muller & Co te Rotterdam’ varende ‘Vooruit’ was Willem Cornelis Kool. Na aankomst te Rotterdam diende Eijpen tegen Kool een klacht in. De kapitein zou een aan hem in bewaring gegeven bedrag van duizend gulden niet hebben teruggegeven.”

Bij de behandeling door de Tuchtraad werden verscheidene getuigen gehoord en het verslag bevat de volgende passage: “Tot St.Helena verliep de reis voorspoedig. Passagier Eijpen was weer hersteld. Eijpen herinnerde de kapitein aan de in bewaring gegeven florijnen. Deze ontkende echter iets van een in bewaring gegeven zak met geld te weten.

Na vertrek van St.Helena werd passagier Eijpen dag en nacht door de nimmer nuchter zijnde kapitein beledigd en op zeer gemene wijze uitgescholden. Zijn houding ten opzichte van Eijpen liep zo uit de hand dat, als anderen dit niet hadden belet, de kapitein hem zou hebben geslagen. Ook bedreigde kapitein Kool hem met een geladen pistool, daagde hem met een bajonet uit en wachtte hem met een handspaak op. Het leven van de bestolen passagier werd aan boord zelfs zodanig vergald en bedreigd dat ‘de officieren en voornaamste der scheepsgezellen zich verplicht gevoelden, hunnen onwaardige schipper met opsluiting te bedreigen, wanneer hij van die onmenselijke vervolging niet afzag en zijn leven verbeterde.”

Bij navraag bleken de antecedenten van legerkapitein Eijpen uitstekend. “Uit alles werd duidelijk dat kapitein Kool zich op velerlei wijze had misdragen. Niet alleen ten opzichte van passagier Eijpen, maar ook ten opzichte van de reder, lading en het scheepsvolk in het algemeen. Schipper Kools onwaardige gedrag was goed voor twee jaar ontzegging van de bevoegdheid om als kapitein op Nederlandse schepen te varen. Ook de door de beklaagde te betalen kosten waren niet gering, namelijk ‘Honderd Tien Gulden, Acht en een halve Cent’. Daarnaast moest nog bijna honderd gulden betaald worden aan briefpost en aan reis- en verblijfkosten van de vele getuigen.” 104.

In het boek “Kromsluiting in de ijzers” 104 staat op p. 43 een zwart-wit afbeelding van het fregat “Vooruit”. Dit portret van Spin uit 1856 maakt deel uit van de collectie van het Nederlands Scheepvaartmuseum te Amsterdam. Het schip voer onder commando van W.C.Kool. Op het schip wapperen de nummervlag R272 van Kool en de rederijvlag van H. van Rijckevorsel.

 

 

Datum vanaf: 1856
Kapitein: Kool, Willem Cornelis
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Karel Johannes Cornelis Logger werd geboren op 30 januari 1833 te Naarden. Hij woonde te Delft en vestigde zich daarna te Rotterdam waar hij o.a. woonde aan de Goudsche Weg Wijk 13 Nr. 536 (nieuw nr. 106). Hij vertrok op 30 januari 1871 naar Kralingen en op 14 maart 1878 naar Gouda.

Hij was getrouwd met Wilhelmina Apolonia Visser, geboren 11 oktober 1829 te Utrecht005.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

K.J.C.Logger was met vlagnummer R185 in de periode 1864 t/m 1871 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein K.J.C.Logger met vlagnummer R185 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1863, 1864              van de brik “”Ivoorkust”                   98 last       varend voor Hendrik Muller & Co te Rotterdam

*    1865 t/m 1867        van het fregat “Vooruit”                    351 last     varend voor Hendrik Muller & Co te Rotterdam

 

Bouma025 vermeldt K.J.C.Logger als gezagvoerder gedurende:

*    1864 van de brik “Ivoorkust” ex Komeet, gebouwd in 1849 aan de IJssel (Capelle?), 182 ton o.m., varend voor H.Müller & Co te Rotterdam;

*    1866 t/m 1871 van het fregat “Vooruit”, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 663 ton o.m., varend  voor H. Muller & Co te Rotterdam. Het schip voer in 1872 voor Mees & Moens te Rotterdam en was herdoopt in “Hollander”;

*    1871 van het ijzeren schroefstoomschip “Feyenoord”, gebouwd in 1850 te Feyenoord, 287 ton o.m., varend voor de Ned. Stoomboot Maatschappij te Rotterdam, dir. D.L.Wolfson.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1865
Kapitein: Logger, Karel Johannes Cornelis

Familiegegevens en opleiding

Jacob van Breen werd geboren op 08 oktober 1824 te Rotterdam als zoon van de Nederlands Hervormde Abraham Jacob van Breen, molenaarsknecht, en Maria Elizabeth Voorman(s). Hij woonde te Rotterdam o.a. aan de Boompjes Wijk 1 nr. 161 (nieuw nr. 107) en de Bogersstraat Wijk 12 nr. 194. Hij behaalde op 27 december 1856 het diploma van 1e stuurman voor de grote vaart.

Hij huwde op 14 juli 1873 te Rotterdam met Sijntje Martina Jansen, geboren op 29 januari 1822 te Rotterdam als dochter van de Nederlands Hervormde Arnoldus Jansen, schoenmaker, en Martina van Dijk.

Hij overleed door verdrinking op de rede van Iquique als gezagvoerder van het schip “Hollander” op 29 december 1872058.

 

NRC 21 februari 1873

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Hij was met vlagnummer R164 in de periode 1862 t/m 1872 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein J. van Breen met vlagnummer R164 als gezagvoerder in de ledenlijsten van58:

  • 1862 t/m 1866 van de bark “Hendrina”              299 last        varend voor J.J.Kam te Delfshaven
  • 1867 geen vermelding van schip en boekhouder

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

  1. van Breen Hendrina 12 mei 1862                                                                                                                                                                          07 juni 1863

Bouma vermeldt J.van Breen als gezagvoerder gedurende:

  • 1863 t/m 1867 van de bark “Hendrina”, gebouwd in 1853 te Alblasserdam, 562 ton o.m., varend voor J.J.Kam te Delfshaven. Het schip werd in 1867 verkocht naar Noorwegen en herdoopt in “Avance”;
  • 1872 t/m 1873 (is overleden eind 1872) op de bark “Hollander”, ex Vooruit, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 663 ton o.m., varend voor Mees & Moens te Rotterdam;
  • 1872 t/m 1873 van de bark “Hollander” ex Vooruit, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 663 ton o.m., varend voor Mees & Moens te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

De bark “Hollander” onder kapitein J. van Breen vertrok op 01 december 1872 van Callao en was op 27 december te Valparaiso. Op 02 februari 1873 was de kapitein overleden. Het schip kwam op 10 juni 1873 aan te Liverpool. Sprake van in ieder geval één ronding van Kaap Hoorn.121

 

Datum vanaf: 1871
Kapitein: Breen, Jacob van

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.G. van Beest was met vlagnummer R164 lid voor de vlag in de periode 1873 t/m 1874 van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschapij tot Nut der Zeevaart. Dit betekent dat hij de Maatschappijvlag mag voeren, maar dat hij geen aanspraak heeft op financiële tegemoetkomingen058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1874 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1874 voor het lidmaatschap voor de vlag heeft bedankt058.

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.G. van Beest als gezagvoerder gedurende:

*    1874 van de bark “Hollander” ex Vooruit, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 663 ton o.m., varend voor Mees & Moens te Rotterdam;

*    1877 t/m 1882 van de bark “Hollander” ex Vooruit, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 663 ton o.m., varend voor Mees & Moens te Rotterdam. Op reis van Probolingo naar Sydney verbrand.

 

Overige bijzonderheden

Londen 24 maart 1882: “Het Nederlandsche schip “HOLLANDER”, kapitein van Beest, van Probolingo naar sydney, is op zee afgebrand.” 038.

Londen 24 maart 1882.”De equipage van het verbrande schip “HOLLANDER” is te Banjoewangi aan land gekomen. De gezagvoerder is overleden.” 038.

 

 

Datum vanaf: 1873
Kapitein: Beest, J.G. van

Familiegegevens en opleiding

Marinus van der Eb werd geboren op 05 oktober 1836 te s’Hertogenbosch, Nederlands Hervormd. Hij vestigde zich op 21 februari 1854 te Rotterdam o.a. aan de Wijnbrugstraat Wijk 1 nr. 460 (nieuw nr. 12) en aan de Prinsenstraat Wijk 9 nr. 138 (nieuw nr. 49).

Hij behaalde op 22 februari 1862 het diploma 1e stuurman voor de grote vaart. Hij trouwde op 20 december 1869 te Londen met Emmeline Jessica Mansfield, geboren op 20 februari 1848 te Sydney, Australië005

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

  1. van der Eb was met vlagnummer R386 in de periode 1864 t/m 1885 lid voor de vlag van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Hij voerde dus wèl de collegevlag, maar had geen recht op financiële tegemoetkomingen058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1885 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1885 is overleden058.

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Matschappij staat kapitein M. van der Eb met vlagnummer R386 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1864 t/m 1867      van de bark “Nederland”                   321 last             voor Mees & Moens te Rotterdam

*    1874                                   van de bark “Hollander”        350 last             Mees & Moens te Rotterdam

*    1877, 1878, 1880 t/m 1883                                               geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt M.J.van der Eb als gezagvoerder gedurende:

*    1864 t/m 1868 van de bark “Nederland”, gebouwd in 1853 te Rotterdam, 608 ton o.m., varend voor Mees & Moens te Rotterdam;

*    1869 van het 3/m schip “Aeroliet”, gebouwd in 1868 te Lübeck, 669 ton o.m., varend voor Mees & Moens te Rotterdam;

*    1871 t/m 1873 van het 3/m schip “Aeroliet”, gebouwd in 1868 te Lübeck, 669 ton o.m., varend voor Mees & Moens te Rotterdam;

*    1875 t/m 1876 van de bark “Hollander” ex Vooruit, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 663 ton o.m., varend voor Mees & Moens te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

Het fregat “Aeroliet” onder kapitein M.J. van der Eb verliet Hongkong in 1872 en arriveerde via de Pacific in juli 1872 San Francisco. Het schip was op 06 november te Iquique en vertrok op 13 januari 1873 vandaaar naar Europa. Het arriveerde, na ronding van Kaap Hoorn, op 27 april Falmouth en later Hellevoetsluis.121

De bark “Hollander” onder kapitein M.J. van der Eb vertrok van Hongkong in 1875 en arriveerde via de Pacific op 09 oktober 1875 San Francisco. Via Kaap Hoorn werd op 31 juli 1876 Falmourh bereikt en op 11 augustus Brouwershaven.121

 

Zeeuwsche Zierikzeesche Courant 02 januari 1864

Uitgezeild van Brouwershaven op 31 december 1863 de “Nederland”, kapitein M.J. van der Eb, bestemming  Batavia.

 

 

Datum vanaf: 1874
Kapitein: Eb, Marinus J. van der

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.G. van Beest was met vlagnummer R164 lid voor de vlag in de periode 1873 t/m 1874 van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschapij tot Nut der Zeevaart. Dit betekent dat hij de Maatschappijvlag mag voeren, maar dat hij geen aanspraak heeft op financiële tegemoetkomingen058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1874 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1874 voor het lidmaatschap voor de vlag heeft bedankt058.

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.G. van Beest als gezagvoerder gedurende:

*    1874 van de bark “Hollander” ex Vooruit, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 663 ton o.m., varend voor Mees & Moens te Rotterdam;

*    1877 t/m 1882 van de bark “Hollander” ex Vooruit, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 663 ton o.m., varend voor Mees & Moens te Rotterdam. Op reis van Probolingo naar Sydney verbrand.

 

Overige bijzonderheden

Londen 24 maart 1882: “Het Nederlandsche schip “HOLLANDER”, kapitein van Beest, van Probolingo naar sydney, is op zee afgebrand.” 038.

Londen 24 maart 1882.”De equipage van het verbrande schip “HOLLANDER” is te Banjoewangi aan land gekomen. De gezagvoerder is overleden.” 038.

 

 

Datum vanaf: 1878
Kapitein: Beest, J.G. van

Afbeeldingen


Omschrijving: VOORUIT, kapitein W.C. Kool (vlagnummer 272) aquarel gemaakt in 1856
Collectie: Nederlands Scheepvaart Museum - Amsterdam
Vervaardiger: Spin, Jacob
Onderwerp: Zeeopname

Omschrijving: HOLLANDER
Collectie: Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders
Vervaardiger: Onbekend
Onderwerp: Zeeopname
Algemene informatie

1854

NRC 170854
Advertentie. Aanbesteding op 16 augustus e.k. van het benodigde smidswerk voor de driemast schepen CONCURRENT en VOORUIT, in aanbouw zijnde op de werven van de heren Gebrs. Visser, aan het Zalmgat alhier, en zulks voor alle solide meester-scheepssmeden binnen de stad Rotterdam, bij onderhandse inschrijving en verder op de voorwaarden, ter inzage liggende ten kantore van de heer H. van Rijckevorsel, alwaar de inschrijvingsbilletten moeten bezorgd worden.

1856

NRC 080556
Rotterdam, 7 mei. Heden liep van de werf van de heren Gebr. Visser alhier van stapel het fregatschip VOORUIT, groot ca. 400 lasten en gevoerd zullen worden door kapt. W.C. Kool, waarna de kiel werd gelegd van het brikschip GOUVERNEUR VAN SWIETEN, groot circa 200 lasten, beiden voor rekening van het handelshuis van de heer H. van Rijckevorsel alhier en bestemd voor de handel en de vaart op Indië.

Op 23-05-1856 wordt voor de VOORUIT door Huibert van Rijckevorsel uit Rotterdam een eerste zeebrief aangevraagd voor kapt. W.C. Kool.
 

NRC 020656
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar Batavia het nieuw gebouwd, snelzeilend fregatschip VOORUIT, kapt. W.C. Kool, om half juni te zeilen, hebbende mede even geschikte inrichtingen voor passagiers en voerende tevens een geëxamineerde scheepsdokter. Adres bij de reder H. van Rijckevorsel en bij de cargadoors W. Ruys J.Dzn, Kuyper, Van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen. (opm: aankondiging eerste reis, zie ook NRC 280656)
NRC 280656
Hellevoetsluis, 27 juni. Heden vertrok van hier naar Batavia het schip (opm: fregat) VOORUIT, kapt. W.C. Kool. (opm: eerste reis)
JB 230856
Op het Nederlands fregatschip VOORUIT, gezagvoerder W.C. Kool, den 27 juni naar Oost-Indië vertrokken, is geëmbarkeerd een detachement militairen, sterk 120 onderofficieren en manschappen, onder bevel van de van verlof naar Java terugkerende betaalmeester der 1ste klasse J.C. van Oosterom, medegeleider de 2de luitenants der infanterie H. Spoelder en W.G. Munters.
JB 081056
Batavia, 4 oktober. Aangekomen VOORUIT, W.C. Kool, van Rotterdam, de 27 juni vertrokken.
JB 191156
Batavia, 18 november. Uitgezeild VOORUIT, W.C. Kool naar Rotterdam.

1857

NRC 160357
Brouwershaven, 15 maart. Aangekomen VOORUIT, Kool van Batavia.
AH 180357
Cargalijst Rotterdam. VOORUIT, Kool van Batavia met: 8766 balen rijst, 670 balen peper, 1706 stuks buffelhuiden, 5 balen koopmansgoederen, 1000 bossen rotting, H. van Rijckevorsel; 52 balen rijst, 829 stuks huiden, 442 ponden Cassia, 60 ponden kaneel, 24 kisten arrowroot, 300 stuks buffelhuiden, Diverse.
NRC 200357
Met het fregatschip VOORUIT, kapt. W.C. Kool, toebehorende aan de heer H. van Rijckevorsel alhier, zijn van Batavia aangebracht, voor de alhier op te richten diergaarde, een casuaris, Javaanse gevlekte panter en karbouw, zijnde de eerste een geschenk van de gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indie en de beide laatste dieren van de heer H. van Rijckevorsel. Een grote Lampongse aap, een Macassarse aap en een slang zijn onderweg gestorven. Men verneemt, dat in de loop van dit jaar nog meerdere geschenken voor onze nieuwe diergaarde te wachten zijn.
NRC 110557
Hellevoetsluis, 10 mei. Uitgezeild VOORUIT, Kool naar Batavia.
JB 090957
Batavia, 8 september. Vertrokken VOORUIT, W.C. Kool naar Soerabaja.
OP 081057
Soerabaja, 6 oktober. Uitgezeild VOORUIT, W.C. Kool naar Nederland over Bezoeki en Batavia.
JB 141157
Straat Sunda, 11 november. Gepasseerd VOORUIT, W.C. Kool van Batavia naar Rotterdam.

1858

NRC 130358
Brouwershaven, 12 maart. Aangekomen VOORUIT, Kool van Batavia.
AH 160358
Cargalijst Rotterdam. VOORUIT, Kool van Batavia met: 4350 balen koffie, 2056 kratjan suiker, 25 pikols sapanhout, 771 schuitjes tin, 3190 bossen bindrotting, N.H.M.

Op 19-05-1858 wordt voor de VOORUIT door Huibert van Rijckevorsel uit Rotterdam een nieuwe zeebrief aangevraagd voor kapt. W.C. Kool.

AH 010658
Hellevoetsluis, 30 mei. Uitgezeild VOORUIT, Kool naar Batavia.
JB 290958
Batavia, 25 september. Aangekomen VOORUIT, W.C. Kool van Rotterdam.
JB 131158
Batavia. Uitvoer. Naar Nederland via Tagal en Indramaijoe per Nederlandse bark VOORUIT, gezagvoerder Kool, agent Van Ommeren, Rueb en Co. 2902 pikols suiker, 400 pikols rotting.
JB 081258
Indramaijoe, 27 november. Uitgezeild VOORUIT, W.C. Kool naar Batavia.

1859

AH 280359
Bij St. Helena, 11 februari. VOORUIT, Kool van Batavia naar Rotterdam.
AH 130459
Brouwershaven, heden dinsdag 12 april. Binnen: VOORUIT, Kool, van Batavia.

1860

NRC 120560
Advertentie. Naar Batavia. Nederlands Campagne fregat: VOORUIT, kapt. W.C Kool. Adres: de reder H. van Rijckevorsel en de cargadoors Kuyper, van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen.

Op 25-05-1860 wordt voor de VOORUIT door Huibert van Rijckevorsel uit Rotterdam een nieuwe zeebrief aangevraagd voor kapt. W.C. Kool.

OHC 130660
Helvoet, 11 juni. Uitgezeild VOORUIT, Kool naar Brouwershaven en Batavia.
RC 180860
Gepraaid. Door kapt. A.J. Ouwehand, in Texel binnen: op 12 juli, op 11 graden 40' NB. en 14 graden 30' WL., VOORUIT, Kool, van Rotterdam naar Batavia.
JB 101060
Straat Sunda, 6 oktober. Gepasseerd VOORUIT, W.C. Kool van Rotterdam naar Batavia.
SAB 091160
Samarang, 7 november. Aangekomen VOORUIT, W.C. Kool van Batavia.
SAB 071260
Samarang, 1 december Uitgezeild VOORUIT, W.C. Kool naar Nederland.

1861

RC 260461
Brouwershaven, 25 april. Aangekomen VOORUIT, Kool van Batavia.
RC 270461
Cargalijst Rotterdam. VOORUIT, W.C. Kool van Batavia en Samarang met: 7563 pikols koffie, 4001 pikols suiker, 400 pikols tin en 105 pikols bindrotting, N.H.M.
RC 240661
Rotterdam, 21 juni. Uitgeklaard VOORUIT, Kool naar Newcastle.
RC 220761
Shields, 18 juli. Uitgezeild VOORUIT, Kool naar Rio de Janeiro.
RC 051161
Rio de Janeiro, 29 september. Aangekomen VOORUIT, Kool van Newcastle.(vertrok 5 oktober naar Batavia)
JB 211261
Straat Sunda, 17 december. Gepasseerd VOORUIT, W.C. Kool van Newcastle naar Batavia.


1862

JB 220262
Batavia, 22 februari. Uitgezeild VOORUIT, W.C. Kool naar Australië.
RC 160762
Sydney, 1 mei. Aangekomen VOORUIT, Kool van Batavia.
NAH 150962
Newcastle (Australië), vóór 19 juli binnengekomen VOORUIT, Kool van Sydney
JB 240962
Ambon, 18 augustus. Aangekomen VOORUIT, Kool van Australië.
JB 181062
Batavia, 18 oktober. Vertrokken VOORUIT, Kool naar Soerabaja.
JB 131262
Bezoeki, 24 november. Aangekomen VOORUIT, Kool van Soerabaja.
JB 271262
Banjoewangi, 12 december. Uitgezeild VOORUIT, Kool naar Nederland.

1863

AH 090663
Brouwershaven, 7 juni. Aangekomen VOORUIT, Kool van Banjoewangi naar Rotterdam, vertrokken 11 december 1862.(opm: een reis van 178 dagen)
NAH 100663
Cargalijst Rotterdam. VOORUIT, Kool van Banjoewangi met: 4450 balen koffie, 2261 kratjan suiker, 779 schuitjes tin, 2149 bossen bindrotting, N.H.M.

Op 27-08-1863 wordt voor de VOORUIT door de Firma H. van Rijckevorsel (in liquidatie) uit Rotterdam een nieuwe zeebrief aangevraagd voor kapt. W.C. Kool.

RC 070963
Rotterdam, 4 september. Uitgeklaard VOORUIT, Kool naar Batavia.
AH 201063
Cardiff, 15 oktober. Aangekomen VOORUIT, Kool van Rotterdam.
AH 161163
Cardiff, 11 november. Uitgezeild VOORUIT, Kool naar Singapore.

1864

RC 140564
Singapore, 3 april. Aangekomen VOORUIT, Kool van Cardiff.
RC 310564
Singapore, 21 april. Uitgezeild VOORUIT, Kool naar Akyab.
JB 230764
Batavia, 20 juli. Aangekomen VOORUIT, Kool van Singapore, 4 juli vertrokken.
JB 030864
Batavia, 2 augustus. Uitgezeild VOORUIT, Kool naar Padang.
JB 070964
Padang, 9 augustus. Aangekomen VOORUIT, Kool van Batavia.
JB 081064
Padang, 7 oktober. Uitgezeild VOORUIT, Kool naar Nederland.
NRC 251264
Rotterdam 24 december. Volgens particulier bericht is heden wegens contrarie wind te Portsmouth binnengelopen, het fregat VOORUIT, kapt. W.C. Kool, van Java naar Rotterdam. Aan boord was alles wel.
NRC 311264
Portsmouth, 28 december. Vertrokken VOORUIT, Kool (van Padang) naar Rotterdam.

1865

NRC 020165
Brouwershaven, 1 januari. Aangekomen VOORUIT, Kool van Padang, vertrokken 7 september 1864. Is aan de palen gesleept.

Op 15-04-1865 wordt voor de VOORUIT door de Firma H. Muller & Zoon uit Rotterdam een nieuwe zeebrief aangevraagd voor kapt. K.J.C. Logger.

RC 020565
Helvoet, 1 mei. Vertrokken VOORUIT, Logger naar Zierikzee.
RC 060565
Zierikzee, 5 mei. Uitgezeild VOORUIT, Logger (van Rotterdam) naar Batavia.
RC 100865
Rechtszaken. De 4 september a.s. zal voor de Hoogen Raad in cassatie behandeld worden de zaak van de gezagvoerder van het koopvaardijschip VOORUIT, W.C. Kool, die door het Provinciaal Gerechtshof in Zuid-Holland tot vijl jaren tuchthuisstraf is veroordeeld.
RC 130965
Rechtszaken. Vervolgens is behandeld de bekende zaak van W.C. Kool, gezagvoerder ter koopvaardij, oud 39 jaren, geboren en wonende te Delfshaven, welke zaak reeds eenmaal bij den Hoogen Raad is behandeld, met dat gevolg, dat des requirants voorziening tegen een arrest van het Prov. Gerechtshof in Zuid-Holland, in Raadkamer, houdende verwijzing van den requirant ten criminele. Ten gevolge daarvan deze zaak bij dat Hof behandeld zijnde, is de requirant bij arrest van de 21 juni 1865 schuldig verklaard aan diefstal als schipper van zaken, hem als zodanig ten vervoer toevertrouwd, en deswege veroordeeld tot een confinement in een tuchthuis voor de tijd van vijf jaren en in de kosten. Gelijk men zich zal herinneren, had de kapitein der infanterie bij het 0.-I. leger, Eype, die, wegens ziekte, met verlof naar Nederland terugkeerde, zich daartoe aan boord begeven van het Nederlandse koopvaardij fregat VOORUIT, waarover de requirant het bevel voerde, en had hij dezen, na zijne vracht, op kwitantie, vooraf te hebben betaald, vóór zijn vertrek van Padang ter bewaring toevertrouwd een bamboe-zak, houdende in geldspecie een bedrag van p.m. f 1000, doch zonder daarvan kwitantie of bewijs te hebben gevorderd, en nadat hij gedurende de reis herhaalde malen, doch te vergeefs, om teruggave van die met geld gevulde zak gevraagd had, heeft de requirant dit, onder de vrezelijkste bedreigingen, beledigingen en mishandelingen, geweigerd en is hij de ontvangst van gemelde zak met geld volstandig blijven ontkennen. Op grond echter van de door verschillende als getuigen gehoorde passagiers afgelegde verklaringen, heeft het Hof de arglist en mitsdien de schuld van den requirant als wettig en voldoende bewezen geoordeeld, ofschoon het bedrag van de toevertrouwde som niet voldoende gebleken is. Voor de requirant is als advocaat opgetreden de heer mr. J. Kappeyne v. d. Coppello, die bij pleidooi tegen het beklaagde arrest als middel van cassatie voorstelde en ontwikkelde: schending en verkeerde toepassing van art. 206, 427 en 436 van het Wetboek van Strafvordering, mitsgaders van art. 1737 en 1933 van het Burgerlijk Wetboek, waarbij hij zich de vraag stelde of in foro civili, bij terugvordering der bewuste geldsom door de kapitein Eype, getuigenbewijs zou zijn toegelaten, en dat beantwoordde bij ontkennend. Het betrof hier een vordering van onbepaalde waarden, gelijk het Hof zelf had aangenomen, terwijl hier van geen handelsverbindtenis sprake was. Het bleef hier een gewone burgerlijke handeling, een gewoon depositum, waaromtrent alleen een burgerlijke en een straf-actie kon te pas komen, terwijl hier er ten hoogste te denken zou zijn aan misbruik van vertrouwen, maar niet aan diefstal. Nadat de voorziening op deze en andere gronden was geadstrueerd, is het nemen van conclusie door het Openbaar Ministerie bepaald op 20 dezer.
SAB 260865
Straat Sunda, 15 augustus. Gepasseerd VOORUIT, K.J.C. Logger van Rotterdam naar Batavia.
SAB 080965
Samarang, 5 september. Aangekomen VOORUIT, K.J.C. Logger van Batavia.
SAB 131065
Samarang, 11 oktober. Uitgezeild VOORUIT, K.J.C. Logger naar Tagal en Nederland.

1866

AH 100266
St. Helena, 1 januari. Aangekomen VOORUIT, Logger van Batavia naar Zierikzee.
NRC 180366
Rotterdam 17 maart, Volgens telegrafisch bericht had kapt. Logger, voerende het schip VOORUIT, van Java naar Middelburg bestemd, de 16 dezer zijne passagiers te Portland afgezet. Aan boord was alles wel.
NRC 270366
Cargalijst Middelburg. VOORUIT, Logger van Batavia met: 6000 balen koffie, 1715 kratjan suiker, 569 schuitjes tin, 1605 bossen bindrotting, N.H.M.
NRC 280566
Advertentie. In lading naar Melbourne (Hobson's Bay) Nederlands fregat VOORUIT, kapt K.J.C. Logger. Adres: Kuyper, van Dam & Smeer, of bij Gerbaulet & C°.
AH 230766
Hellevoetsluis, 20 juli. Uitgezeild VOORUIT, Logger naar Batavia via Zierikzee.
NRC 250766
Zierikzee, 23 juli. Vertrokken VOORUIT, Logger (van Rotterdam) naar Melbourne.

1867

RC 130267
Melbourne, 13 december 1866. Aangekomen VOORUIT, Logger van Rotterdam.
NRC 140467
Melbourne, 4 februari. Uitgezeild VOORUIT, Logger naar Guam.
RC 160567
Newcastle (Australië), 21 februari. Aangekomen VOORUIT, Logger van Melbourne, 15 maart vertrokken naar Manilla.
NRC 290667
Hongkong, 14 mei. Het Nederlandse barkschip ZES GEZUSTERS, kapt. Rutgers, de 6e dezer van Sydney alhier aangekomen,. Op de hoogte van Claro Babuyan (opm: Babuyan Claro) praaiden we het Nederlandse schip VOORUIT, kapt. Logger, van Newcastle N.S.W. naar Manilla bestemd.
AH 230767
Manilla, 6 mei. Aangekomen VOORUIT, Logger van Newcastle (N.Z.W.), ligt in lading naar Melbourne.
NRC 100867
Manilla, 18 juni. Uitgezeild VOORUIT, Logger naar Sydney via Melbourne.
NRC 171167
Melbourne, 13 september. Aangekomen VOORUIT, Logger van Manilla.
AH 161267
Melbourne, 26 september. Vertrokken VOORUIT, Logger naar Sydney (N.Z.W.).

1868

JB 010168
Batavia, 29 december 1867. Aangekomen VOORUIT, Logger van Newcastle.
SAB 200168
Soerabaja, 12 januari. Aangekomen VOORUIT, Logger van Sydney.
SAB 130368
Probolingo, 28 februari. Aangekomen VOORUIT, Logger van Soerabaja.
AH 200568
Probolingo, 26 maart. Uitgezeild VOORUIT, Logger naar Nederland.
NRC 020768
Publieke verkopingen in het Notarishuis aan de Geldersche Kade te Rotterdam op woensdag 1 juli:
1/8e aandeel in het fregatschip VOORUIT, kapt. K.J.C. Logger, onder boekhouderschap van de heren Hendrik Muller & Co te Rotterdam, groot 350 lasten, zijnde 14 april j.l. van Batavia naar Rotterdam vertrokken en bevracht voor NLG 85 per last. Opgehouden.
AH 040868
St. Helena, 30 juni. Aangekomen VOORUIT, Logger van Batavia naar Rotterdam.
NRC 100968
Rotterdam, 9 september. Volgens telegrafisch bericht is het fregatschip VOORUIT, kapt. Logger, van Java naar Rotterdam bestemd, den 9 dezer wegens tegenwind te Plymouth binnengelopen.
AH 290968
Zierikzee, 27 september. Aangekomen VOORUIT, Logger van Batavia naar Rotterdam. Vertrokken 15 april.
NRC 131268
Advertentie. De makelaars F.N. Montauban van Swijdregt, W. van Dam H.H.Zn, B.C.D. Hanegraaff, H.N. Montauban van Swijndregt, H.H. van Dam, C.H. van Dam, en H. Montauban van Swijndregt, te Rotterdam, zullen als last hebbende van hun meesters, op dinsdag 29 december 1868, des middags ten 12 ure, in de zaal aan de Scheepmakershaven, wijk 1 no. 499, publiek verkopen het extra snelzeilend gekoperd en kopervast Nederlands fregatschip VOORUIT, laatst gevoerd kapt. K.J.C. Logger, volgens meetbrief lang 39 el 9 duim, wijd 9 el 49 duim, hol 6 el 23 duim, en alzo groot 350 lasten, met al deszelfs rondhout, staand en lopend want, ankers, kettingen, touwen, zeilen en verdere scheepsgereedschappen, zo als hetzelve is liggende in de Zalmhaven, aan de scheepstimmerwerf van de heren Gebrs. Visser te Rotterdam.
NRC 301268
Publieke verkopingen in de zaal hoek Scheepmakershaven te Rotterdam op dinsdag 29 december: het fregatschip VOORUIT, gevoerd door kapt. K.J.C. Logger, groot 350 lasten, is verkocht voor NLG 25.700.

1869

NRC 190269
Advertentie. In lading te Rotterdam naar Melbourne en Sydney (N.S.W.) Nederlandse bark VOORUIT, kapt. K.J.C. Logger. .Adres: Gerbaulet & Co., Kuyper van Dam & Smeer en te Amsterdam Coningh & Co.

Op 20-03-1869 wordt voor de VOORUIT door de Firma H. Muller & Zoon uit Rotterdam een nieuwe zeebrief aangevraagd voor kapt. K.J.C. Logger.

NRC 130469
Helvoetsluis, 12 april. Uitgezeild VOORUIT, Logger naar Zierikzee.
NRC 230469
Zierikzee, 22 april. Vertrokken VOORUIT, Logger van Rotterdam naar Melbourne.
NRC 051069
Port Philip, 10 augustus. Aangekomen VOORUIT, Logger van Rotterdam.
NRC 011169
Sydney, 6 september. Aangekomen VOORUIT, Logger van Rotterdam via Melbourne.
JB 151269
Batavia, 14 december. Aangekomen VOORUIT, Logger van Sydney, vertrokken 21 oktober.
JB 221269
Batavia. Invoer. Van Australië per Nederlands schip VOORUIT, gezagvoerder Logger, agent. J.F. Van Leeuwen en Co. 50 kisten jams, Hunter Houghton en Co. 668 ton steenkolen, Nederlandsch Indische Stoomvaart Maatschappij.

1870

JB 310170
Batavia, 31 januari. Uitgezeild VOORUIT, Logger naar Bantam.
SAB 200470
Tjilatjap, 11 april. Vertrokken VOORUIT, Logger naar Rotterdam.
DT 110870
Amsterdam, 10 augustus. Het Nederlands schip VOORUIT, kapt. K.J.C. Logger, van Tjilatjap naar Rotterdam, heeft de 19 april, op 13" 48' Z.Br., 99° 49' O.L. een cycloon doorgestaan, waar in het verscheidene uren op zijde lag; verloor zeilen, tuig, watervaten en alles wat zich op het dek bevond.
AH 090970
Zierikzee, 8 september. Volgens bericht van de reddingschokker en kotter is hedennacht met stormweder alhier binnengekomen het Nederlands schip VOORUIT, kapt. Logger, van Tjilatjap naar Rotterdam bestemd. Was aan de grond geraakt en haar ankers en kettingen verloren.
DT 100970
Cargalijst Rotterdam. VOORUIT, Logger van Tjilatjap met 11.109 balen Koffie, 592 bossen bindrotting, 100 huiden, 1 partij sapanhout, 668 schuitjes tin, N.H.M.

1871

Op 06-10-1871 wordt voor de HOLANDER door de Mees en Moens uit Rotterdam een nieuwe zeebrief aangevraagd voor kapt. J. van Breen.

JB 141071
Te Rotterdam ligt in lading naar Hong Kong (direct) HOLLANDER, Van Breen.
AH 011171
Zierikzee, 30 oktober. Uitgezeild HOLLANDER, Van Breen naar Hong Kong.

1872

AH 290172
Gepraaid, 3 december 1871; op 10° 8' ZBr., 32" 11' W.L.: HOLLANDER, Van Breen, van Rotterdam naar Hong Kong.
AH 140572
Hong Kong, 22 maart. Aangekomen HOLLANDER, Van Breen van Rotterdam.
NRC 130572
Hongkong, 30 maart. Het Nederlandse schip SCHIEDAM, is bevracht naar Londen via Taiwanfoo en/of Takao tot GBP 5,- per ton met 30 ligdagen en de HOLLANDER naar Saigon en terug op hier, beneden te laden, tot 65 cent per picol met 38 ligdagen.
AH 030772
Saigon, 10 mei. Aangekomen HOLLANDER, Van Breen van Hong Kong.
AH 171272
Callao, 27 oktober. Aangekomen HOLLANDER, Van Breen van Hong Kong.

1873

AH 170173
Callao, 1 december 1872. Uitgezeild HOLLANDER, Van Breen naar Iquique.
AH 230473
Iquique, 2 februari. In lading HOLLANDER, wijlen Van Breen naar Havre.
AH 200573
Iquique, 1 maart. Zeilklaar HOLLANDER, Van Breen naar het kanaal.
NRC 210273
Advertentie. Heden ontving ik het voor mij en mijn kinderen zeer smartelijk bericht, dat mijn geliefde echtgenoot Jakob van Breen, gezagvoerder van het Nederlands driemastschip (opm: fregat) HOLLANDER, in de ouderdom van 48 jaren, de 29e december, op de rede van Iquique, op een zeer noodlottige wijze is overleden.
Rotterdam, 15 februari 1873, S.M. van Breen-Jansen.
NRC 190373
Valparaiso, 26 januari. Volgens bericht van Iquique, was de kapitein van het barkschip HOLLANDER, de 27e december aldaar aangekomen, door het omslaan van een boot verdronken. (opm: zie NRC 210273)
HV 060673
Falmouth, 3 juni. Aangekomen HOLLANDER, Van Beest van Iquique.
AH 270773
Gepraaid: 20 juli, op 46° N.Br., 8° W.L.: HOLLANDER, Van Beest, van Liverpool naar Batavia.
JB 011173
Anjer, 1 november. Heden nacht ankerde hier: het Nederlands. schip HOLLANDER, kapt. Beest, 14 juli van Liverpool vertrokken; de lading bestaat uit steenkolen.
JB 051273
Batavia, 5 december. Uitgezeild HOLLANDER, Van Beest naar Samarang.

1874

AH 040274
Samarang, 9 december 1873. Aangekomen HOLLANDER, Van Beest van Batavia.
AH 130674
Brouwershaven, 11 juni. Aangekomen HOLLANDER, Van Beest van Banjoewangi, vertrokken 23 januari.

1875

AH 220275
Singapore, vóór 16 februari. Uitgezeild HOLLANDER, Van der Eb naar Rotterdam.
NRC 240275
Rotterdam, 23 februari. Volgens telegrafisch bericht bij de rederij ontvangen, is het Nederlandse barkschip HOLLANDER, kapt. Van der Eb, te Singapore aangekomen en heeft charter afgesloten naar Hongkong via Bangkok.
NRC 300375
Singapore, 25 februari. Het Nederlandse schip HOLLANDER, kapt. Van der Eb, is alhier bevracht om rijst te laden van Bangkok naar Hongkong voor 37½ cent per picol binnen, en 5 cent per picol minder indien buiten de baar te laden.
NRC 040875
Hongkong, 31 juli. Het Nederlandse barkschip HOLLANDER, kapt. Van der Eb, 20 juli van hier met stukgoed en Chinese passagiers naar San Francisco vertrokken, heeft 22 dito een hevige typhoon doorstaan, waardoor de hut van dek werd geslagen en zeilen verloren werden. Het schip heeft de reis voortgezet. De Chinese passagiers zijn in een jonk alhier aangekomen.
HV 271275
Hueneme, 1 december. Vertrokken HOLLANDER, v.d. Eb naar Iquique.

1876

NRC 190976
Rotterdam, geen datum. Heden voormiddag ten 10 ure is het barkschip HOLLANDER, kapt. Eb, liggende in de Westerhaven alhier, tijdens men met inladen bezig was, naar de walkant op zijde gevallen. Persoonlijke ongevallen hebben daarbij niet plaats gehad, en een paar uren later was het schip weder opgericht.
AH 041076
Hellevoetsluis, 2 oktober. HOLLANDER, Van Beest naar Anjer is teruggekomen en achter de Kwak geankerd.
JB 111176
Rotterdam, 6 oktober. Volgens rapport is het barkschip HOLLANDER, kapt. van Beest, de 3de dezer, des namiddags ten 4 ure, gesleept door de stoomboot ZUID-HOLLAND, met een diepgang van 56 decimeter de droogte van het Hellegat gepasseerd.

1877

JB 200277
Straat Sunda, 17 februari. Gepasseerd HOLLANDER, Van Beest van Rotterdam, vertrokken 4 oktober 1876. Orders.
JB 210477
Batavia, 20 april. Aangekomen HOLLANDER, Van Beest van Indramaijoe.
JB 250477
Batavia, 24 april. Uitgezeild HOLLANDER, Van Beest naar Nederland.
AH 220877
Brouwershaven, 21 augustus. Aangekomen HOLLANDER, Van Beest van Batavia, 24 april vertrokken.
ST 230877
Cargalijst Rotterdam. HOLLANDER, J.G. van Beest van Java met 7.500 balen koffie. N.H.M.
AH 211077
Maassluis, 19 oktober. Vertrokken HOLLANDER, Van Beest naar Newcastle.
AH 041177
Shields, 31 oktober. Uitgezeild HOLLANDER, Van Beest naar Java.

1878

AH 310778
Makassar, 28 mei. Zeilklaar HOLLANDER, Van Beest naar Menado.
HV 051178
Straat Sunda, 14 september. Gepasseerd HOLLANDER, Van Beest van Makassar naar Rotterdam.
NRC 261178
Rotterdam, 25 november. Volgens bij de rederij ontvangen telegram, dato Madeira 23 november, is het schip HOLLANDER, kapt. Van Beest, van Menado naar Rotterdam, te Kaapstad binnengelopen met schade aan roer en tuig.
AH 271178
Rotterdam, 25 november. Volgens bij de rederij ontvangen telegram, dato Madeira 23 november, is het schip HOLLANDER, kapt. Van Beest, van Menado naar Rotterdam, te Kaapstad binnengelopen met schade aan roer en tuig.
NRC 021278
Kaapstad, 5 november. Het Nederlandse schip HOLLANDER, kapt. J.G. van Beest, van Menado naar Rotterdam, met schade in de Tafelbaai binnen, is nagezien en bevonden dat de deknaden open stonden doch de romp dicht was gebleven. Er was water bij de lading gekomen.
NRC 221278
Kaapstad, 25 november. Bij nader onderzoek van het Nederlandse schip HOLLANDER, kapt. Van Beest, van Menado naar Rotterdam, alhier met schade binnen, is gebleken dat het water door de deknaden is gedrongen; van de lading zijn slechts enige balen gevlekt, zodat men tot geen verkoop behoeft over te gaan.

1879

NRC 190179
Kaapstad, 23 december. Het Nederlandse schip HOLLANDER, kapt. Van Beest, van Menado naar Rotterdam, alhier met schade binnen, zal in de volgende week gereed worden om de reis voort te zetten.
PGC 030279
Tafelbaai, 21 januari. Het schip HOLLANDER, kapt. Van Beest, is heden van hier naar Rotterdam vertrokken, na volbrachte reparatie.
NRC 210379
Rotterdam, 20 maart. Volgens rapport van kapt. Van Beest, voerende het schip HOLLANDER, alhier aangekomen, passeerden hij de 8ste dezer, zeilende op 48º25’ NB 11º6’ WL, een voor de scheepvaart zeer gevaarlijk wrak van een uit elkander geslagen schip; het achtergedeelte was ongeveer 10 voeten boven water en zwart geverfd. Van het voorschip was niets als vlak en een gedeelte van het zaadhout overig. De zee sloeg er met groot geweld in, waardoor het onmogelijk was deze gevaarlijke drijfklip in brand te steken.
NRC 291079
Rotterdam, 28 oktober. Volgens bij de rederij ontvangen telegram uit Soerabaija, is het Nederlands schip HOLLANDER, kapt. Van Beest, te Macassar aangekomen en ladende naar Nederland.

1880

AH 080580
Gepraaid: 24 maart op 35° Z.Br., 23" 43' O.L. HOLANDER, Van Beest, van Makassar naar Amsterdam.
DT 100680
Helvoet, 8 juni. Aangekomen HOLLANDER, J.G. van Beest van Makassar, 28 december 1879 vertrokken.

Op 20-07-1880 wordt voor de HOLLANDER door kapitein J.G. van Beest uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.


DT 280980
Helvoet, 27 september. Uitgezeild HOLLANDER, J.G. van Beest naar Brouwershaven.
NVD 181080
Gepraaid: 4 oktober op 48° N.Br, 9° W.L. HOLLANDER, kapt. J.G. van Beest, van Rotterdam naar Singapore.
DT 031280
Gepraaid: 2 november, op 8° N.Br., 26°W.L. HOLLANDER, kapt. J.G. van Beest, van Rotterdam naar Singapore.

1881

NRC 160281
Rotterdam, 15 februari. Volgens bij de rederij ontvangen telegram uit Singapore, is het schip HOLLANDER, kapt. Van Beest, de 9e dezer aldaar aangekomen en heeft de kapitein een lading van daar naar Shanghai aangenomen.
NVD 050581
Singapore, 26 maart. Uitgezeild HOLLANDER, Van Beest naar Shanghai.
NVD 250681
Shanghai, 3 mei. Aangekomen HOLLANDER, Van Beest Singapore.
AH 110781
Shanghai, 20 mei. Uitgezeild HOLLANDER, Van Beest naar Port Townsend.
NRC 070881
Rotterdam, 6 augustus. Volgens een brief van kapt. Van Beest, door de rederij ontvangen, is het schip HOLLANDER de 7e juli te Port Blakely (Puget Sound, Noord Amerika) aangekomen, alles wel.
NRC 221081
Rotterdam, 20 oktober. Volgens door de rederij ontvangen telegram is het Nederlandse barkschip HOLLANDER, kapt. Van Beest, de 13e dezer te Shanghai aangekomen, en is het bevracht naar Amoy.
NVD 221281
Shanghai, 6 november. Uitgezeild HOLLANDER, Van Beest naar Amoy.
SAB 311281
Samarang, 31 december. Vertrokken HOLLANDER, J.G. van Beest naar Soerabaja.

1882

NRC 310182
Batavia, 24 december 1881. Er zijn in de laatste tijd verscheidene schepen aangekomen, waarvan sommige reeds onder charter. Er is slechts een afdoening van een Nederlands schip te melden: META BRECKWOLDT GBP 1.600 om een lading op de Sangir Eilanden in te nemen naar het Kanaal voor order. Lossende en onbevrachte Nederlandse schepen: PRINS HENDRIK, RUDOLPHINE, SLAMAT, KOSMOPOLIET III, ORTELIUS, URANIA, MARIE, HOLLANDER, GÉDEH.
NRC 260382
Oude Pekela, 23 maart. Het Nederlandse schip HOLLANDER, kapt. J.G. van Beest, van Probolingo naar Sydney, is op zee verbrand.
NRC 260382
Londen, 24 maart. De equipage van het verbrande schip HOLLANDER, is te Banjoewangi aan land gekomen. De gezagvoerder is overleden.
JB 290382
Soerabaija, 24 maart. Heden werd hier het telegrafisch bericht ontvangen, dat het schip HOLLANDER, kapt. J.G. van Beest, op omstreeks 20º ZB 105º OL is verbrand, en dat de gezagvoerder zich, nadat het schip reeds in de boten verlaten was, zou hebben doodgeschoten. Het schip HOLLANDER vertrok omstreeks half februari van Probolingo naar Australië met een lading suiker en kapok.
SH 290382
Verhaal van een schipbreuk. Te Banjoewangi is op 25 maart aangekomen de grote boot van het Nederlandse barkschip HOLLANDER. Daarin zaten de 1ste stuurman, de 2de stuurman, de hofmeester en 24 Javaanse schepelingen, die schipbreuk hadden geleden op pl.m. 20°45’ Z.B. en 111° O.L. Het verhaal, zoals een welwillend lezer van ons blad de beleefdheid had ons toe te zenden, luidt als volgt:
De 11e februari jl. zeilde de HOLLANDER uit van Probolingo. Het schip was geladen met suiker en kapok en werd gevoerd door Jan Gerrit van Beest. De 15e maart (opm: waarschijnlijk is bedoeld februari) ging men van Banjoewangi naar Sydney (New South Wales) en hoewel de kapitein reeds ziek was van ’t begin der reis, bleef ook hij aan boord en aanvaardde de tocht. De 5de maart lag de kapitein op de hoogte, die hierboven gemeld is, in zijn kajuit op een rustbed; in 5 dagen was hij niet op het dek geweest.
Plotseling hoort hij een ontploffing en bespeurt in de kerk een dikke rookwolk, achtervolgd door een helle vlam, die bij de bezaansmast uit het tussendek scheen voort te komen.
Verschrikt ging hij zo goed en zo kwaad hij kon naar boven, vertelde het feit aan de wachthebbende 2de stuurman en gaf order, om onmiddellijk de eerste stuurman en de equipage aan dek te roepen. Daaraan werd gevolg gegeven, doch zo snel greep de brand om zich heen, dat men nauwelijks de tijd had, om de grote boot over boord te zetten, hoewel men daaraan niet meer dan 20 minuten besteedde. De gehele bemanning nu werd in die boot verzameld, teneinde de vuurdood te ontgaan, want de beide andere boten waren in reeds in brand geraakt en niets konden zij meenemen, dan de kleren, die zij aan hun lijf hadden en een vaatje met ongeveer 50 liter water. Het schip was weldra geheel uitgebrand en zonk kort daarop.
De derde dag daarna schoot de kapitein zich voor het hoofd met een revolver en de 5de werden de ongelukkigen aan boord genomen van het Russisch fregat WALTIKKA, kapt. Hjelt. Daar werden zij uitmuntend ontvangen. De gezagvoerder deed alles, wat hij kon, om hen het droevig toneel te vergoeden. De volgende dag verlieten zij het schip, na behoorlijk geproviandeerd en zoveel mogelijk van alles, wat zij konden nodig hebben, voorzien te zijn.
Nog twaalf dagen dobberden zij rond op de baren; met veel ellende en veel bezwaren hadden zij te worstelen, doch eindelijk werd Banjoewangi bereikt, waar zij nu zijn en door de ingezetenen op de humaanste wijze worden bejegend, en verzorgd.
Tot zover onze berichtgever, die wij bedanken voor zijn mededelingen. De verdere bijzonderheden, ons toegezegd, blijven wij gaarne inwachten.
SH 200482
Te Soerabaija houden, in afwachting van scheepsgelegenheid voor Nederland, de schipbreukelingen van de HOLLANDER verblijf. Daar zij hier zonder een cent op zak en geheel zonder plunje zijn aangekomen, hebben zij zich bij het bestuur vervoegd. De resident verwees hun naar de assistent-resident, die hen afsnauwde alsof zij door zo lang en in zulk een hulpbehoevende toestand op zee rond te zwalken, een misdrijf hadden gepleegd en voor hun plezier waren uitgeweest en bij slot van rekening wees hij de stuurlieden een verblijf aan in een matrozenkroeg aan de Oedjoeng. Door tussenkomst van de gezagvoerder van een der hier ter rede liggende schepen, die zelf met de 1e stuurman naar de resident ging, werd daarin verandering gebracht en logeren zij nu behoorlijk in een kommensalenhuis. Bovendien ontvangen zij ieder NLG 25 voor kleren. Meer schijnt het bestuur niet te kunnen doen. Men begrijpt echter, dat zij met die NLG 25 niet veel kunnen uitrichten. Indien daarom onder onze lezers zijn, die, met hun lot begaan, hen willen ondersteunen om hun verblijf alhier en hun overtocht naar Nederland dragelijker te maken, dan willen wij ons gaarne belasten met ontvangst en overmaking.
NRC 100582
Batavia, 6 april. Er heeft in de afgelopen maand een droevig scheepsongeluk in Indië plaats gehad. Het schip de HOLLANDER, de 5e maart van Banjoewangie naar Sydney vertrokken, is waarschijnlijk door zelfontbranding van aan boord zijnde niet goed gedroogde kapok, in brand geraakt en zo snel verbrand, dat de opvarenden zonder mondvoorraad in de boot nog nauwelijks de vuurdood ontkwamen. De gezagvoerder lag ziek in zijn kooi, en heeft de derde dag in de boot in overspanning zich zelf van kant gemaakt. De 5e dag zijn de schipbreukelingen, waaronder drie Europeanen, opgenomen door een schip en, na verzorgd en bekomen te zijn, na proviand en zeiltuig voor hunne boot gekregen te hebben, hebben zij, liever dan mee naar de Kaap te gaan, weer zee gekozen en zijn na dertien dagen te Banjoewangie goed en wel aangekomen.
AH 140582
Batavia, 12 april. Het Nederlandse barkschip HOLLANDER, van Soerabaja naar Sydney, met een lading suiker en kapok, gevoerd door kapt. Van Beest, is op 20°45’ ZB 111° OL. totaal verbrand. De 1e en 2e stuurman benevens verdere equipage zijn gered en op 24 maart jongstleden alhier aangekomen. De brand moet volgens de 1e stuurman in de kapok het eerst ontstaan zijn, doch oorzaak onbekend. Volgens de 1e stuurman heeft de kapitein zich in de sloep door een revolverschot van het leven beroofd.

 

 

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.362
DVD VIII - 849, 850
BIJLBRIEF
Naam schip VOORUIT

plaats en datum acte Rotterdam, 14 mei 1856

type schip niet vermeld

bouwwerf/verkoper Gebr. Visser, scheepsbouwers, werf het Land van Belofte, Rotterdam

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper firma Huibert van Rijckevorsel, Rotterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 663 tonnen of 350 lasten

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang 39,40 m., breed 7,22 m., hol 5,24 m.

kiellegging 1854

tewaterlating 7 mei 1856

plaats / datum registratie Rotterdam, 14 mei 1856

nummer van registratie deel 39, folio 127, recto, vak 2

notaris verklaring voor burgemeester van Rotterdam

prijs

bijzonderheden






researcher/datum research: ML / 090608

Naam VOORUIT
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1856
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.551
DVD VIII – 1603, 1618
ACTE KOOP/VERKOOP
Naam schip 35/100e fregat BURGEMEESTER HOFFMAN
40/100e fregat TERNATE
Brik ST. GEORGE DE LA MINA
Schoener GOUVERNEUR SCHOMERUS
Schoener PRESIDENT BENSON (ex-GOUDKUST)
Brik IVOORKUST (ex-COMEET)
Schoener HOLLANDSCH ACRA (ex-MARIA ANNA)
1/32e part bark GRONDWET
1/6e part bark CONCURRENT
1/8e part fregat VOORUIT

plaats en datum acte firma-scheiding (zie bijlage), Rotterdam, 30 december 1863

type schip diverse

bouwwerf/verkoper Abraham van Rijckevorsel, als bewindvoerder voor zijn zoon Huibert van Rijckevorsel, thans zonder beroep en verblijvende in het kanton Neuchatel in Zwitserland

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper Hendrik Muller Samuelszoon, van zijn firma Hendrik Muller & Co., Rotterdam, voorheen geassocieerd geweest met Huibert van Rijckevorsel onder de firma H. Van Rijckevorsel, Rotterdam, in welke firma H. Muller en H. van Rijckevorsel ieder voor de helft participeerden, welke firma reeds sedert 30 december 1862 was ontbonden

plaats / datum registratie Rotterdam, 31 december 1863

nummer van registratie deel 179, folio 137, recto, vak 1

notaris Willem Simon Burger Wz., notaris te Rotterdam

prijs

bijzonderheden

researcher/datum research: ML / 160209









Bijlage bij acte Rott.3.03.17.01.3675.551

De scheiding heeft betrekking op de volgende schepen en scheepsparten, waarvan de beide firmanten van de firma H. van Rijckevorsel elk de helft bezaten:

- 35/100 parten in het fregat BURGEMEESTER HOFFMAN, gemeten 42,10 x 7,60 x 5,32 meter en groot 758 tonnen, thans liggende te Rotterdam, voor de firma en de mede-reders gebouwd door Gebr. Visser, werf De Hoop, Rotterdam, bijlbrief 20 april 1855, waarde van de parten volgens taxatie NLG. 14.350,-
- 40/100e parten in het fregat TERNATE, groot 395 lasten, thans op reis naar Oost-Indië, voor de firma en de mede-reders gebouwd door Fop Smit te Kinderdijk, bijlbrief 20 juli 1855, waarde van de parten volgens taxatie NLG. 22.000,-
- De brik ST GEORGE DE LA MINA, gemeten 31,00 x 7,50 x 2,00 meter, en groot circa 200 tonnen, gebouwd geheel voor rekening van de firma door Gebr. Visser, werf De Noteboom, Rotterdam bijlbrief 21 juli 1849, zich thans bevindende op reis naar West Afrika, waarde van het schip volgens taxatie NLG. 11.000,-
- De schoener GOUVERNEUR SCHOMERUS, gemeten 27,90 x 4,71 x 2,75 meter en groot 85 lasten, zich thans bevindende op reis naar West Afrika, gebouwd geheel voor rekening van de firma door Gebr. Visser, werf De Noteboom, Rotterdam, bijlbrief 31 oktober 1853, waarde van het schip volgens taxatie NLG 13.000,-
- De schoener vroeger genaamd geweest GOUDKUST, thans genaamd PRESIDENT BENSON, gemeten 26,10 x 4,58 x 2,74 meter en groot 77 lasten, zich thans bevindende op een reis naar West-Afrika, geheel voor rekening van de firma gebouwd door de Gebr. Visser, werf de Noteboom, Rotterdam, bijlbrief 14 juli 1852, waarde van het schip volgens taxatie NLG. 9.000,-
- De brik vroeger genaamd geweest COMEET, thans genaamd IVOORKUST, gemeten 27,20 x 4,79 x 3,15 meter en groot 182 tonnen, zich thans bevindende te Rotterdam, welk schip door de firma was aangekocht in openbare veiling op 28 juli 1857, waarde van het schip volgens taxatie NLG. 7.400,-
- De schoener vroeger genaamd geweest MARIA ANNA, thans genaamd HOLLANDSCH ACRA, gemeten 28,40 x 4,60 x 3,00 meter en groot 174 tonnen, thans liggende te Rotterdam, door de firma onderhands gekocht bij acte Amsterdam, 18 juni 1855, waarde van het schip volgens taxatie NLG. 6.800,-
- 1/32e part in het barkschip GRONDWET, groot 396 lasten of 749 tonnen, varende onder boekhouderschap van de firma M.V. de Crane & Zoon te Zierikzee, thans op reis naar Oost-Indië; het aandeel heeft volgens taxatie een waarde van NLG. 2.190,-
- 1/6e part in het barkschip CONCURRENT, gemeten 38,60 x 7,32 x 5,06 meter, en groot 635 tonnen, zich thans bevindende op een reis naar Oost-Indië, welk schip de firma voor zich en anderen nieuw heeft doen bouwen door de Gebr. Visser, werf de Hoop, Rotterdam, bijlbrief 26 februari 1857, waarde van dit aandeel getaxeerd op NLG. 6.500,-
- 1/8e part in het fregat VOORUIT, gemeten 39,40 x 7,22 x 5,24 meter en groot 643 tonnen of 350 lasten, zich thans bevindend op een reis naar Oost-Indië. Welk schip nieuw is gebouwd voor de firma en mede-reders door de Gebr. Visser op hun werf het Land van Belofte te Rotterdam, bijlbrief 14 mei 1856, waarde van dit aandeel getaxeerd op NLG. 5.000,-
Samen met contant geld van de firma zijnde NLG 102.760 wordt de waarde van de firma vastgesteld op NLG. 200.000,- , waarvan de beide deelgenoten elk NLG 100.000,- bezitten.

Opm: Huibert van Rijckevorsel was in staat van krankzinnigheid verklaard en verbleef tot zijn dood in een kliniek in Zwitserland.

ML / 160209

Naam VOORUIT
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1864
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.581
DVD VIII – 1869, 1871? (niet ingevuld)
BIJLBRIEF
Naam schip VOORUIT

plaats en datum acte Rotterdam, 14 mei 1856

type schip

bouwwerf/verkoper Gebr. Visser, scheepsbouwers, werf het Land van Belofte te Rotterdam

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper voor rekening en onder boekhouderschap van de firma
H. van Rijckevorsel, Rotterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 663 tonnen of 350 last

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang 39,40 m., breed 7,22 m., hol 5,84 m.

kiellegging 1854

tewaterlating 7 mei 1856, geheel volbouwd

plaats / datum registratie Rotterdam, 14 mei 1856

nummer van registratie deel 39, folio 127, recto, vak 2

notaris Willem Simon Burger Wz., notaris te Rotterdam

prijs

Bijzonderheden:








researcher/datum research: ML / 160609


Naam VOORUIT
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1865
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

Bronnen

Jaar: 1856
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: N.A. Den Haag, toegang nummer 2.08.01.07 Zeebrieven verbalen, diverse bestanddelen.
N.A. Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.362
N.A. Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.551
N.A. Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.581
AH = Algemeen Handelsblad
DT = De Tijd
HV = Het Vaderland
JB = Java Bode
NAH = Nieuw Amsterdamsch Handels en Effectenblad
NRC = Nieuwe Rotterdamsche Courant
NVD = Nieuws van de Dag
OHC = Opregte Haarlemsche Courant
OP = Oostpost
PGC = Provinciale Groninger Courant
RC = Rotterdamsche Courant
SAB = Samarangsch Advertentie Blad
SH = Soerabaijasch Handelsblad
ST = De Standaard