Inloggen
Gezagvoerder

HAVERBULT, GERARDUS JANZ.

Naam: HAVERBULT, GERARDUS JANZ.
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 1
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
JONGE JOHANNA 1837 Kof Sailing Vessel 9914 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

Gerardus Haverbult werd geboren te Groningen op 02 oktober 1813 als zoon van de schipper Jan Harmannus Haverbult en Antje Strootman

Geen huwelijk in Groningen gevonden.

Overleden bij vermissing van zijn schip eind december 1852. Zie scheepsbericht Marhisdata hierna

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

G.J.Haverbult was effectief lid van het Groninger Zeemanscollege “De Groninger Eendracht” met vlagnummer 5 in de periode 1850 t/m 1853.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt G.J.Haverbult als gezagvoerder gedurende:

*    1849 t/m 1853 van de kof “Jonge Johanna”, gebouwd in 1837 te Groningen, 128 ton o.m., varend voor C.M.Nap te Groningen;

*    1852 van de kof “Juliana Louisa”, gebouwd in 1840 te Groningen, 120 ton o.m., varend voor C.M.Nap te Groningen. ONJUISTE OPGAVE

 

Monsterrollen op site van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen vermelden Gerhardus Jans Haverbult op:

07 maart 1836 als stuurman, 22 jaar, van de “Petrus en Heilena”. Kapitein Jan Harmannus Haverbult, kok, 2 matrozen en een kajuitwachter.

04 augustus 1837 als stuurman, 23 jaar, van de “Petrus en Heilena”. Kapitein Jan Harmannus Haverbult, kok, koksmaat en 2 matrozen.

23 maart 1838 als stuurman, 24 jaar, van de “Petrus en Heilina”. Kapitein Jan Harmannus Haverbult, kok, 2 matrozen en een kajuitwachter.

08 juni 1839 als stuurman, 25 jaar uit Groningen van de “Petrus en Heilina”. Schipper Jan Harmannus Haverbult uit Groningen, kok, 2 matrozen, lichtmatroos en een scheepsjongen.

28 februari 1842 als stuurman, 29 jaar uit Groningen, van de “Petrus en Helena”. Kapitein Jan Harmannus Haverbult, kok, 2 matrozen en een lichtmatroos.

10 maart 1847 als kapitein, 32 jaar uit Groningen, van de kof “Jonge Johanna”. Voorts stuurman, kok, matroos en een lichtmatroos

20 november 1852 als schipper, 38 jaar uit Groningen’van de schoener “Donau”. Voorts stuurman, kok, matroos en een lichtmatroos

 

Overige bijzonderheden

Algemeen Handelsblad 12 maart 1853

Amsterdam, 11 maart. Aangaande de schepen LIBRA (opm: bark), kapt. U.H. Trip, op 10 mei 1852 van Akyab naar Rotterdam vertrokken, REGINA (opm: schoener), kapt. J.D. Bies, op 7 september 1852 van Havanna naar Rotterdam vertrokken, JEANNETTE (opm: Belgische schoenerkof), kapt. Helsmoortel, op 23 september 1852 van Alexandrië naar Amsterdam, UDONIA, kapt. J.C. Eilts, van Dantzig (opm: Gdansk) naar Rochefort, op 28 november 1852 Elseneur (opm: Helsingör) gepasseerd, GESINA, kapt. Lucht (opm:  vermoedelijk buitenlander), op 25 oktober 1852 van Kroonstad (opm: Kronsjtadt) naar Amsterdam of de Maas vertrokken, WILHELMINE, kapt. De Weerth (vermoedelijk buitenlander), op 25 oktober van Kroonstad naar de Maas vertrokken, ARENDINA (opm: schoener), kapt. Dik, van Groningen naar Londen, op 19 december van Zoutkamp in zee gezeild, DONAU, kapt. Haverbult, van Groningen naar Londen, op 24 december uit Zoutkamp gezeild (opm: schoener, opgeleverd 12 november 1852; kapt. Gerhardus Jans Haverbult (38), stuurman Geugjen Rasker (24), kok Fedde Anes Steigenga (18), matroos Geert Hindriks Stapel (20), lichtmatroos Johannes Hermanus Haverschmidt (18), vermist op haar eerste reis !), en ANTJE, kapt. H.P. Puister (opm: bouwjaar 1852 en sinds mei in de vaart), op 18 september 1852 van Londen naar Elseneur uitgeklaard, heeft men sedert niets vernomen.

 

Dat houten zeeschepen soms zestig jaar of nog ouder konden worden is bekend. Er zijn ook voorbeelden van schepen die binnen een jaar of zelfs al op hun eerste reis vergingen. De kof JONGE ENGBERDINA uit 1821 werd nog geen negen maand oud. De hektjalk HILLEGINA uit 1838 verging na zeven maanden en het fregat DAGERAAD uit 1836 na zes maanden. De hoeker walvisjager HARLINGEN uit 1826 werd vijf maanden na vertrek uit de thuishaven op haar eerste reis door het ijs gekraakt in Davis Strait, terwijl de brik ANNA MARIA uit 1836 twee maanden na vertrek van Rotterdam vermist raakte op de thuisreis van Messina naar Rotterdam.

Het absolute record van schepen die snel vergingen lijkt te zijn gevestigd door de DONAU. Deze 60 last of 113 ton grote schoener met afmetingen 23,25 x 4,39 x 2,50 meter, gebouwd door Emmo H. Meursing in Hoogezand, werd, na in Groningen te zijn getuigd, aldaar op 1 november door scheepsmeter Mars gemeten. Op 12 november 1852 werd het schip opgeleverd aan rederij C.M. Nap c.s. te Groningen. Op 20 november werd de monsterrol getekend door alle opvarenden, te weten kapt. Gerhardus Jans Haverbult (38), stuurman Geugjen Rasker (24), kok Fedde Anes Steigenga (18), matroos Geert Hindriks Stapel (20), en lichtmatroos Johannes Hermanus Haverschmidt (18). De eerste (en enige) zeebrief is gedateerd 22 november 1852. Na in Groningen te zijn beladen, waarschijnlijk met gezakte haver, destijds een gewild exportproduct, vertrok de DONAU op 24 december vanuit Zoutkamp naar Londen, in afstand over de grond van loodsstation Oostmahorn tot Londen Docks ca. 330 mijl, waarvan 243 mijlen over zee. Sindsdien is de schoener vermist en moet met man en muis zijn vergaan. Er is geen rapportage dat wrakstukken of lijken zijn aangespoeld.

Nieuwsbrief Marhisdata nr. 22, mei 2014