Inloggen
Gezagvoerder

Sipkes, Pieter

Naam: Sipkes, Pieter
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 3
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
KONINGIN DER NEDERLANDEN 1830 Fregat Sailing Vessel 10468 Bekijk schip
KONINGIN DER NEDERLANDEN 1830 Fregat Sailing Vessel 10468 Bekijk schip
CORNELIA 1815 Fregat Sailing Vessel 16998 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

Pieter Sipkes werd geboren te Amsterdam op 08 april 1793 en gedoopt in de Doopsgezinde kerk Lam en Toren als zoon van Feyke Sipkes en Maamke Jans Gerkes.

Pieter Sipkes trouwde op 28 mei 1817 te Amsterdam met Catharina van der Wissel, 21 jaar, geboren te Zierikzee op 06 februari 1796, wonende te Amsterdam, dochter van Tobias van der Wissel en Elisabeth den Boer. Stadsarchief Amsterdam.

Het gezin woonde in 1830 bij de Roobrug A457 te Dordrecht. In 1840 woonden zij in de Voorstraat C-48 te Dordrecht. Zij hadden de kinderen Marie (1821), Jacob (1823), Elisabeth (1825) en Tobias (1826), allen geboren te Amsterdam. En Cornelis (1832) en Jan (1836), geboren te Dordrecht.

Catharina overleed op 22 oktober 1873 te Utrecht, 77 jaar.

Pieter overleed op 06 april 1848 te Dordrecht, 55 jaar.003 en 064

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

In het Inschrijfregister van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop002 werd bij nr.46 eerst ingeschreven D.C.Martens. Deze kapitein overleed in 1824 en zijn nummer kwam dus vrij (zie bij Martens). Direkt onder de naam van Martens bij nummer 46 is de naam van P.Sipkes ingevuld. Nadere bijzonderheden, zoals inschrijfdatum, de naam van het schip en de naam van degene, die hem als lid voordroeg, zijn niet vermeld.

In de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop van 10/17 januari 1826 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Pieter Sipkes, oud 33 jaar, wonende op de Korte Prinsengracht 240 te Amsterdam. De voordracht werd gedaan door J.Oelsen en zijn vlagnummer werd 153023. In de Algemene Ledenvergadering van 31 januari 1826 echter meldt het Bestuur te hebben toegestaan dat Pieter Sipkes zijn vlagnummer 153 ruilt voor nummer 46023.

Pieter Sipkes werd per 03 januari 1832 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop te Amsterdam.003

 

P.Sipkes was met vlagnummer D1 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” in de periode <1827 t/m 1848. Alleen in de Jg. 1840 van de AAKZ is het nummer bezet door kapitein F.A.Begeman Siedses.111

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Vlagnummer 46 werd aanvankelijk toegekend aan kapitein D.C.Martens. Deze overleed in 1824 en het nummer ging in 1826 over naar kapitein P.Sipkes019.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 januari 1826 staat de mededeling dat Pieter Sipkes, thans nog voerend vlag nummer 153, is gewisseld naar vlagnummer 46.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 april 1848 staat een verzoek om uitkering van Catharina van der Wissel, weduwe kapitein P.Sipkes. Deze wordt toegekend in de vergadering dd 25 mei 1848 met ingang van 01 mei 1848.042.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 13 juni 1848 staat dat per 01 mei 1848 aan de weduwe van kapitein P.Sipkes een uitkering werd toegekend voor haar en 1 kind.023.

In de notulen dd 12 februari 1837 van de Bestuursvergadering van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” wordt gemeld dat het Bestuur kapitein Sipkes een boete van f 2,- heeft opgelegd “wegens het niet hijschen der nr. vlag bij het opzeilen van kapitein Noord.64a-

 

In de notulen van de Bestuursvergadering van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd 30 augustus 1839 staat dat F.A.Begemann Sietzes, gezagvoerder van de “Koningin der Nederlanden” “zal voeren met overeenkomst van kapitein P.Sipkes de nummervlag 1.”064a

In het kasboek 1835/36 van het Dordtse College wordt inderdaad de boete geïnd.064b

Op 13 april 1848 kreeg de weduwe van Pieter Sipkes f 97,- uitgekeerd door het zeemanscollege te Dordrecht “Tot Nut van Handel en Zeevaart”. Deze uitkering staat geboekt in het kasboek van het College dd 13 april 1848 als zijnde voor de weduwe plus een kind. Het reglementaire bedrag van de uitkering was f 100,- maar hiervan is de verschuldigde jaarcontributie van f 3,- afgetrokken.

 

De schepen van de kapitein

In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat P.Sipkes als gezagvoerder064a:

  • * 1837; 1842 t/m 1846 fregat “Koningin der Nederlanden” Boekhouders Maatsch. Dordr. Scheeps Reederij

 

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer    jaren             type                scheepsnaam                                   naam reder/boekhouder

       46           1825-1826       geen vermelding van schip en boekhouder

                        1827-1829       fregat Princes Louiza                                               Reederij te Dordrecht

                        1830-1831       fregat Koning der Nederlanden                              geen opgave

                        1832-1835       fregat Koning der Nederlanden                              Reederij te Dordrecht

       25           1836-1838       fregat Koning der Nederlanden                              idem

                        1839-1840       geen vermelding van schip en boekhouder

                        1841-1844       fregat Koninging der Nederlanden                         Maatsch.v.Dordr.Scheepsreederij

                        1845 geen vermelding van schip en boekhouder

                        1846               fregat Bato                Maatsch.v.Dordr.Scheepsreederij

 

In 1824 was P.Sipkes gezagvoerder van de Amsterdamse pink “Cornelia” (300 lasten, gebouwd in Archangel). De boekhouder was J.C.Spengler012.

Bouma025 vermeldt P.Sipkes als gezagvoerder gedurende:

  • * 1821 t/m 1823 van de 3/mpink “Cornelia”, gebouwd in 1809 op de werf Archangel, 560 ton o.m., varend voor J.C.Spengler te Amsterdam;
  • * 1827 t/m 1828 op de bark “Louisa Prinses der Nederlanden”, gebouwd in 1826 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 750 ton o.m., varend voor de Scheepsreederij Dordrecht te Dordrecht;

       De kiel van het schip werd gelegd op 4 april 1825 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht en ging te water op 14 oktober 1826. De rederij was de Maatschappij der Dordtse Scheepsreederij.064

  • * 1828 t/m 1830 op het 3/m schip “Prinses Louisa”, gebouwd in 1826, bouwlocatie niet vermeld, 961 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Dordrecht;

       Louisa Prinses der Nederlanden en Prinses Louisa zijn hoogstwaarschijnlijk dezelfde schepen.

*   1831 t/m 1838 op het 3/m schip “Koningin der Nederlanden”, gebouwd in 1830, op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 750 ton o.m., varend voor de Dordrechtsche Scheepsreederij te Dordrecht;

*   1842 t/m 1845 op het 3/m schip “Koningin der Nederlanden”, gebouwd in 1830 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 750 ton o.m., varend voor de Dordrechtsche Scheepsreederij te Dordrecht;

  • * 1847 t/m 1848 op het 3/m schip “Bato”, gebouwd in 1836 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 898 ton o.m., varend voor de Dordrechtse Scheepsreederij.

 

Overige bijzonderheden

Jan Leeuwrik werd door de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam op 08 juni 1827 als ligtmatroos geplaatst op de Louisa Prinses der Nederlanden voor een reis van Dordrecht naar Batavia. Hij melde zich weer op school per 16 augustus 1828004(532/1524).

 

P.Sipkes verzorgde per 21 augustus 1827 vanuit Hellevoetsluis met de Prinses Louisa der Nederlanden een troepentransport van 4 officieren en 150 manschappen . Hij arriveerde op 20 januari 1828 te Batavia na 161 dagen waarbij 1 officier werd vermist en 2 manschappen onderweg zijn overleden.

Hij vertrok met hetzelfde schip op 25 oktober 1828 vanuit Hellevoetsluis met 1 officier en 150 manschappen en arriveerde te Batavia op 25 februari 1829 na 123 dagen. Onderweg waren 2 militairen overleden.

Tenslotte voer hij wederom vanuit Hellevoesluis met hetzelfde schip uit op 23 mei 1830 en een contingent van 4 officieren en 120 manschappen. Hij kwam te Batavia aan op 30 oktober 1830 na 160 dagen waarbij onderweg 1 officier was overleden065.

 

Te DORDRECHT ligt in lading naar BATAVIA: Het nieuw Nederlandsch gekoperd FREGATSCHIP, de 'Koningin der Nederlanden', Kapitein Pieter Sipkes, om 1e Augustus aanstaande te vertrekken, hebbende uitmuntende inrigting voor Passagiers. Adres bij de Scheeps-Makelaars aldaar, en bij den Kapitein aan boord.

Juli 1833

(bron onbekend)

 

 

 

 

 

 

Ontleend aan van Blokland-Visser064:

MRD = monsterrol in het Gemeentearchief van Dordrecht

Op 25 november 1823 (MRD 82) te Dordt monsterde kapitein Pieter Sipkes op de 3/m galjoot “Cornelia”, voor reder Jacob Buys ’t Hooft (sic) te Dordrecht. Hij vertrekt .met 33 man voor een reis naar Batavia. Dit zou de eerste reis van een schip vanuit Dordrecht naar Batavia in de 19e eeuw zijn geweest. Mede aan boord waren als 1e stuurman J.K.Troost uit Texel en als 4e stuurman de latere kapitein Johan Evert Strumphler

In juni 1827 was hij de 1e kapitein op het nieuwe fregat “Louisa Prinses der Nederlanden” en vertrok op 21 augustus 1827 uit Hellevoetsluis met 37 man en een troepentransport van 150 militairen plus 4 officieren naar Batavia. Mede aan boord waren stuurman Cornelis Sipkes en als 3e stuurman de latere kapitein Pieter Marinus Vogelsang uit Den Haag.

Op 04 oktober 1828 (MRD 332) monsterde hij als gezagvoerder op de “Louise Augusta Prinses der Nederlanden” voor een reis naar Batavia met een equipage van 38 man. Het schip was genoemd naar de vrouw van Prins Frederik der Nederlanden.

Op 25 november 1830 (MRD 457) was Pieter Sipkes gezagvoerder op de “Koningin der Nederlanden en vertrok uit Hellevoetsluis met 40 man naar Batavia. Hij is weer terug in Nederland op 13 oktober 1831. Met als 1e stuurman is Jan van Nassau, als 2e stuurman Pieter Marinus Vogelsang en als stuurmansleerlingen W.Hordijk Wz en A.F.Tijdeman

MRD 628 dd 23 juli 1833 handelt over een reis naar Batavia van het fregat “Koningin der Nederlanden” onder kapitein Pieter Sipkes varend voor de Maatschappij der Dordrechtsche scheepsreederijen te Dordrecht. MRD 720 handelt over hetzelfde schip met dezelfde kapitein, wederom voor een reis naar Batavia

Op 05 juli 1846 was hij gezagvoerder op de “Bato” was voor slechts één reis. Hij was weer terug op 29 juli 1847

Hij monsterde op 23 januari 1848 aan voor een tweede reis met de “Bato” maar hij komt op 06 april 1848 te overlijden

Hij werd daarna opgevolgd door zijn eerste stuurman W.F.Broeksmit064.