Inloggen
KONINGIN DER NEDERLANDEN (DE) - ID 10468


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1830-09-23 / 1857-06-30 | Reden uitgevlagd: Sloop, afgekeurd

Identification Data

Bouwjaar: 1830
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Fregat
Masten: Three masts
Material Hull: Wood
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Jan Schouten, Dordrecht, Zuid-Holland, Netherlands
Launch Date: 1830-05-22
Delivery Date: 1830-09-14
Technical Data

Gross Tonnage: 399.00 lasts
Gross Tonnage 2: 742.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 40.00 Meters Registered
Beam: 7.32 Meters Registered
Depth: 5.70 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1830
Datum agenda: 1830-09-23
Register nr: 18300700
Scheepsnaam: KONINGIN DER NEDERLANDEN
Type: Fregat
Lasten: 399
Gebouwd in provincie: Zuid-Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Dordrechtsche Scheepsrederij
Plaats: Dordrecht
Kapitein op moment van verzoek: Sipkes, P.
Opmerkingen: Eerste zeebrief
Turksche pas naar Oost Indien

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1830-09-14 DE KONINGIN DER NEDERLANDEN
Manager: Maatschappij der Dordrechtsche Scheepsrederij, Dordrecht, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Maatschappij der Dordrechtsche Scheepsrederij, Dordrecht, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Dordrecht / Netherlands

Date/Name Ship 1854-08-19 DE KONINGIN DER NEDERLANDEN
Manager: Dirk Arie de Jong, Zwolle, Overijssel, Netherlands
Eigenaar: Dirk Arie de Jong, Zwolle, Overijssel, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Zwolle / Netherlands

Ship Events Data

1830-05-22: DC 220530
Zo het water de vereiste hoogte bereikt, is de scheepmaker Jan Schouten, voornemens het bij hem op stapel staande schip de KONINGIN DER NEDERLANDEN, heden zaterdag den 22 mei, des namiddags ten 4 ure, van zijne werf in het water te laten.
1830-05-26: DC 270530
Dordrecht, 26 mei. Verleden zaterdag namiddag, op het bepaald uur, is alhier van de werf van de scheepsbouwmeester Jan Schouten, met het beste gevolg te water gelaten het fregatschip de KONINGIN DER NEDERLANDEN, gebouwd voor rekening van Dordrechtsche Maatschappij van Scheepsreederij.
1854-08-19: Sold at auction
Advertentie. H. Vriesendorp, J.P.M. Boonen, E. Mauritz, A.C. van Wageningen Jr, P.J. de Kanter Jr, H. Boonen, D. de Jongh Wzn, J. Vriesendorp en B. de Witt, makelaars, presenteren als lasthebbenden van hun principalen, ten overstaan van een daartoe bevoegd beambte, op zaterdag de 19e augustus 1854, des middags ten 12 ure precies, ten huize van J. Zahn in het Nederlandsch Koffijhuis over het Marktplein te Dordrecht, bij openbare veiling te verkopen: een extra ordinair welbezeild gekoperd en kopervast fregatschip, genaamd de KONINGIN DER NEDERLANDEN, varende onder Nederlandse vlag en gevoerd door kapt. E. Groeneveld Cadee, volgens Nederlandse meetbrief lang 40,00 el, wijd 7,32 el hol 5,70 el, en alzo gemeten op 742 tonnen of 392 lasten, liggende in de Kalkhaven te Dordrecht en breder bij de inventaris omschreven. Nadere onderrichting te bekomen bij bovengenoemde makelaars of bij de gezamelijke cargadoors te Dordrecht.
1856-07-11: Damaged
Rio Janeiro, 11 juni. Het Nederlandse schip (opm: fregat) KONINGIN DER NEDERLANDEN, kapt. D.A. de Jong, van Callao met een lading guano naar het Kanaal bestemd, is hier lek en met andere schade binnengelopen.
1856-10-14: Damaged
Milford Haven, 14 oktober. Het alhier binnengelopen Nederlandse schip (opm: fregat) KONINGIN DER NEDERLANDEN, kapt. D.A. de Jong, van Callao, laatst van Rio Janeiro, naar Cowes bestemd, heeft de grote mast gebroken en is een weinig lek.
1857-00-00: Final Fate: Condemned

Milford, 30 juni. Het Nederlandse schip (opm: fregat) KONINGIN DER NEDERLANDEN, kapt. D.A. de Jong, van Callao naar Cowes, hetwelk alhier de 14e oktober Aº.Pº (opm: anno passato, verleden jaar) lek binnen liep en de 3e januari alhier ter rede drift raakte en strandde, waardoor het lek zeer toenam en het schip nog andere schade bekwam, ten gevolge waarvan het later afgekeurd werd, is gisteren in publieke veiling verkocht. De romp bracht GBP 440 en de kanonstukken GBP 200 op. Heden wordt de rest verkocht.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Pieter Sipkes werd geboren te Amsterdam op 08 april 1793 en gedoopt in de Doopsgezinde kerk Lam en Toren als zoon van Feyke Sipkes en Maamke Jans Gerkes.

Pieter Sipkes trouwde op 28 mei 1817 te Amsterdam met Catharina van der Wissel, 21 jaar, geboren te Zierikzee op 06 februari 1796, wonende te Amsterdam, dochter van Tobias van der Wissel en Elisabeth den Boer. Stadsarchief Amsterdam.

Het gezin woonde in 1830 bij de Roobrug A457 te Dordrecht. In 1840 woonden zij in de Voorstraat C-48 te Dordrecht. Zij hadden de kinderen Marie (1821), Jacob (1823), Elisabeth (1825) en Tobias (1826), allen geboren te Amsterdam. En Cornelis (1832) en Jan (1836), geboren te Dordrecht.

Catharina overleed op 22 oktober 1873 te Utrecht, 77 jaar.

Pieter overleed op 06 april 1848 te Dordrecht, 55 jaar.003 en 064

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

In het Inschrijfregister van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop002 werd bij nr.46 eerst ingeschreven D.C.Martens. Deze kapitein overleed in 1824 en zijn nummer kwam dus vrij (zie bij Martens). Direkt onder de naam van Martens bij nummer 46 is de naam van P.Sipkes ingevuld. Nadere bijzonderheden, zoals inschrijfdatum, de naam van het schip en de naam van degene, die hem als lid voordroeg, zijn niet vermeld.

In de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop van 10/17 januari 1826 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Pieter Sipkes, oud 33 jaar, wonende op de Korte Prinsengracht 240 te Amsterdam. De voordracht werd gedaan door J.Oelsen en zijn vlagnummer werd 153023. In de Algemene Ledenvergadering van 31 januari 1826 echter meldt het Bestuur te hebben toegestaan dat Pieter Sipkes zijn vlagnummer 153 ruilt voor nummer 46023.

Pieter Sipkes werd per 03 januari 1832 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop te Amsterdam.003

 

P.Sipkes was met vlagnummer D1 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” in de periode <1827 t/m 1848. Alleen in de Jg. 1840 van de AAKZ is het nummer bezet door kapitein F.A.Begeman Siedses.111

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Vlagnummer 46 werd aanvankelijk toegekend aan kapitein D.C.Martens. Deze overleed in 1824 en het nummer ging in 1826 over naar kapitein P.Sipkes019.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 januari 1826 staat de mededeling dat Pieter Sipkes, thans nog voerend vlag nummer 153, is gewisseld naar vlagnummer 46.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 april 1848 staat een verzoek om uitkering van Catharina van der Wissel, weduwe kapitein P.Sipkes. Deze wordt toegekend in de vergadering dd 25 mei 1848 met ingang van 01 mei 1848.042.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 13 juni 1848 staat dat per 01 mei 1848 aan de weduwe van kapitein P.Sipkes een uitkering werd toegekend voor haar en 1 kind.023.

In de notulen dd 12 februari 1837 van de Bestuursvergadering van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” wordt gemeld dat het Bestuur kapitein Sipkes een boete van f 2,- heeft opgelegd “wegens het niet hijschen der nr. vlag bij het opzeilen van kapitein Noord.64a-

 

In de notulen van de Bestuursvergadering van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd 30 augustus 1839 staat dat F.A.Begemann Sietzes, gezagvoerder van de “Koningin der Nederlanden” “zal voeren met overeenkomst van kapitein P.Sipkes de nummervlag 1.”064a

In het kasboek 1835/36 van het Dordtse College wordt inderdaad de boete geïnd.064b

Op 13 april 1848 kreeg de weduwe van Pieter Sipkes f 97,- uitgekeerd door het zeemanscollege te Dordrecht “Tot Nut van Handel en Zeevaart”. Deze uitkering staat geboekt in het kasboek van het College dd 13 april 1848 als zijnde voor de weduwe plus een kind. Het reglementaire bedrag van de uitkering was f 100,- maar hiervan is de verschuldigde jaarcontributie van f 3,- afgetrokken.

 

De schepen van de kapitein

In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat P.Sipkes als gezagvoerder064a:

  • * 1837; 1842 t/m 1846 fregat “Koningin der Nederlanden” Boekhouders Maatsch. Dordr. Scheeps Reederij

 

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer    jaren             type                scheepsnaam                                   naam reder/boekhouder

       46           1825-1826       geen vermelding van schip en boekhouder

                        1827-1829       fregat Princes Louiza                                               Reederij te Dordrecht

                        1830-1831       fregat Koning der Nederlanden                              geen opgave

                        1832-1835       fregat Koning der Nederlanden                              Reederij te Dordrecht

       25           1836-1838       fregat Koning der Nederlanden                              idem

                        1839-1840       geen vermelding van schip en boekhouder

                        1841-1844       fregat Koninging der Nederlanden                         Maatsch.v.Dordr.Scheepsreederij

                        1845 geen vermelding van schip en boekhouder

                        1846               fregat Bato                Maatsch.v.Dordr.Scheepsreederij

 

In 1824 was P.Sipkes gezagvoerder van de Amsterdamse pink “Cornelia” (300 lasten, gebouwd in Archangel). De boekhouder was J.C.Spengler012.

Bouma025 vermeldt P.Sipkes als gezagvoerder gedurende:

  • * 1821 t/m 1823 van de 3/mpink “Cornelia”, gebouwd in 1809 op de werf Archangel, 560 ton o.m., varend voor J.C.Spengler te Amsterdam;
  • * 1827 t/m 1828 op de bark “Louisa Prinses der Nederlanden”, gebouwd in 1826 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 750 ton o.m., varend voor de Scheepsreederij Dordrecht te Dordrecht;

       De kiel van het schip werd gelegd op 4 april 1825 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht en ging te water op 14 oktober 1826. De rederij was de Maatschappij der Dordtse Scheepsreederij.064

  • * 1828 t/m 1830 op het 3/m schip “Prinses Louisa”, gebouwd in 1826, bouwlocatie niet vermeld, 961 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Dordrecht;

       Louisa Prinses der Nederlanden en Prinses Louisa zijn hoogstwaarschijnlijk dezelfde schepen.

*   1831 t/m 1838 op het 3/m schip “Koningin der Nederlanden”, gebouwd in 1830, op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 750 ton o.m., varend voor de Dordrechtsche Scheepsreederij te Dordrecht;

*   1842 t/m 1845 op het 3/m schip “Koningin der Nederlanden”, gebouwd in 1830 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 750 ton o.m., varend voor de Dordrechtsche Scheepsreederij te Dordrecht;

  • * 1847 t/m 1848 op het 3/m schip “Bato”, gebouwd in 1836 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 898 ton o.m., varend voor de Dordrechtse Scheepsreederij.

 

Overige bijzonderheden

Jan Leeuwrik werd door de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam op 08 juni 1827 als ligtmatroos geplaatst op de Louisa Prinses der Nederlanden voor een reis van Dordrecht naar Batavia. Hij melde zich weer op school per 16 augustus 1828004(532/1524).

 

P.Sipkes verzorgde per 21 augustus 1827 vanuit Hellevoetsluis met de Prinses Louisa der Nederlanden een troepentransport van 4 officieren en 150 manschappen . Hij arriveerde op 20 januari 1828 te Batavia na 161 dagen waarbij 1 officier werd vermist en 2 manschappen onderweg zijn overleden.

Hij vertrok met hetzelfde schip op 25 oktober 1828 vanuit Hellevoetsluis met 1 officier en 150 manschappen en arriveerde te Batavia op 25 februari 1829 na 123 dagen. Onderweg waren 2 militairen overleden.

Tenslotte voer hij wederom vanuit Hellevoesluis met hetzelfde schip uit op 23 mei 1830 en een contingent van 4 officieren en 120 manschappen. Hij kwam te Batavia aan op 30 oktober 1830 na 160 dagen waarbij onderweg 1 officier was overleden065.

 

Te DORDRECHT ligt in lading naar BATAVIA: Het nieuw Nederlandsch gekoperd FREGATSCHIP, de 'Koningin der Nederlanden', Kapitein Pieter Sipkes, om 1e Augustus aanstaande te vertrekken, hebbende uitmuntende inrigting voor Passagiers. Adres bij de Scheeps-Makelaars aldaar, en bij den Kapitein aan boord.

Juli 1833

(bron onbekend)

 

 

 

 

 

 

Ontleend aan van Blokland-Visser064:

MRD = monsterrol in het Gemeentearchief van Dordrecht

Op 25 november 1823 (MRD 82) te Dordt monsterde kapitein Pieter Sipkes op de 3/m galjoot “Cornelia”, voor reder Jacob Buys ’t Hooft (sic) te Dordrecht. Hij vertrekt .met 33 man voor een reis naar Batavia. Dit zou de eerste reis van een schip vanuit Dordrecht naar Batavia in de 19e eeuw zijn geweest. Mede aan boord waren als 1e stuurman J.K.Troost uit Texel en als 4e stuurman de latere kapitein Johan Evert Strumphler

In juni 1827 was hij de 1e kapitein op het nieuwe fregat “Louisa Prinses der Nederlanden” en vertrok op 21 augustus 1827 uit Hellevoetsluis met 37 man en een troepentransport van 150 militairen plus 4 officieren naar Batavia. Mede aan boord waren stuurman Cornelis Sipkes en als 3e stuurman de latere kapitein Pieter Marinus Vogelsang uit Den Haag.

Op 04 oktober 1828 (MRD 332) monsterde hij als gezagvoerder op de “Louise Augusta Prinses der Nederlanden” voor een reis naar Batavia met een equipage van 38 man. Het schip was genoemd naar de vrouw van Prins Frederik der Nederlanden.

Op 25 november 1830 (MRD 457) was Pieter Sipkes gezagvoerder op de “Koningin der Nederlanden en vertrok uit Hellevoetsluis met 40 man naar Batavia. Hij is weer terug in Nederland op 13 oktober 1831. Met als 1e stuurman is Jan van Nassau, als 2e stuurman Pieter Marinus Vogelsang en als stuurmansleerlingen W.Hordijk Wz en A.F.Tijdeman

MRD 628 dd 23 juli 1833 handelt over een reis naar Batavia van het fregat “Koningin der Nederlanden” onder kapitein Pieter Sipkes varend voor de Maatschappij der Dordrechtsche scheepsreederijen te Dordrecht. MRD 720 handelt over hetzelfde schip met dezelfde kapitein, wederom voor een reis naar Batavia

Op 05 juli 1846 was hij gezagvoerder op de “Bato” was voor slechts één reis. Hij was weer terug op 29 juli 1847

Hij monsterde op 23 januari 1848 aan voor een tweede reis met de “Bato” maar hij komt op 06 april 1848 te overlijden

Hij werd daarna opgevolgd door zijn eerste stuurman W.F.Broeksmit064.

 

 

Datum vanaf: 1830
Kapitein: Sipkes, Pieter
Overige informatie: 0

Zie bij Siedses/Sietses.

 

 

Datum vanaf: 1839
Kapitein: Begemann Siedses, Frederik Adolf

Familiegegevens en opleiding

Pieter Sipkes werd geboren te Amsterdam op 08 april 1793 en gedoopt in de Doopsgezinde kerk Lam en Toren als zoon van Feyke Sipkes en Maamke Jans Gerkes.

Pieter Sipkes trouwde op 28 mei 1817 te Amsterdam met Catharina van der Wissel, 21 jaar, geboren te Zierikzee op 06 februari 1796, wonende te Amsterdam, dochter van Tobias van der Wissel en Elisabeth den Boer. Stadsarchief Amsterdam.

Het gezin woonde in 1830 bij de Roobrug A457 te Dordrecht. In 1840 woonden zij in de Voorstraat C-48 te Dordrecht. Zij hadden de kinderen Marie (1821), Jacob (1823), Elisabeth (1825) en Tobias (1826), allen geboren te Amsterdam. En Cornelis (1832) en Jan (1836), geboren te Dordrecht.

Catharina overleed op 22 oktober 1873 te Utrecht, 77 jaar.

Pieter overleed op 06 april 1848 te Dordrecht, 55 jaar.003 en 064

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

In het Inschrijfregister van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop002 werd bij nr.46 eerst ingeschreven D.C.Martens. Deze kapitein overleed in 1824 en zijn nummer kwam dus vrij (zie bij Martens). Direkt onder de naam van Martens bij nummer 46 is de naam van P.Sipkes ingevuld. Nadere bijzonderheden, zoals inschrijfdatum, de naam van het schip en de naam van degene, die hem als lid voordroeg, zijn niet vermeld.

In de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop van 10/17 januari 1826 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Pieter Sipkes, oud 33 jaar, wonende op de Korte Prinsengracht 240 te Amsterdam. De voordracht werd gedaan door J.Oelsen en zijn vlagnummer werd 153023. In de Algemene Ledenvergadering van 31 januari 1826 echter meldt het Bestuur te hebben toegestaan dat Pieter Sipkes zijn vlagnummer 153 ruilt voor nummer 46023.

Pieter Sipkes werd per 03 januari 1832 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop te Amsterdam.003

 

P.Sipkes was met vlagnummer D1 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” in de periode <1827 t/m 1848. Alleen in de Jg. 1840 van de AAKZ is het nummer bezet door kapitein F.A.Begeman Siedses.111

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Vlagnummer 46 werd aanvankelijk toegekend aan kapitein D.C.Martens. Deze overleed in 1824 en het nummer ging in 1826 over naar kapitein P.Sipkes019.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 januari 1826 staat de mededeling dat Pieter Sipkes, thans nog voerend vlag nummer 153, is gewisseld naar vlagnummer 46.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 april 1848 staat een verzoek om uitkering van Catharina van der Wissel, weduwe kapitein P.Sipkes. Deze wordt toegekend in de vergadering dd 25 mei 1848 met ingang van 01 mei 1848.042.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 13 juni 1848 staat dat per 01 mei 1848 aan de weduwe van kapitein P.Sipkes een uitkering werd toegekend voor haar en 1 kind.023.

In de notulen dd 12 februari 1837 van de Bestuursvergadering van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” wordt gemeld dat het Bestuur kapitein Sipkes een boete van f 2,- heeft opgelegd “wegens het niet hijschen der nr. vlag bij het opzeilen van kapitein Noord.64a-

 

In de notulen van de Bestuursvergadering van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd 30 augustus 1839 staat dat F.A.Begemann Sietzes, gezagvoerder van de “Koningin der Nederlanden” “zal voeren met overeenkomst van kapitein P.Sipkes de nummervlag 1.”064a

In het kasboek 1835/36 van het Dordtse College wordt inderdaad de boete geïnd.064b

Op 13 april 1848 kreeg de weduwe van Pieter Sipkes f 97,- uitgekeerd door het zeemanscollege te Dordrecht “Tot Nut van Handel en Zeevaart”. Deze uitkering staat geboekt in het kasboek van het College dd 13 april 1848 als zijnde voor de weduwe plus een kind. Het reglementaire bedrag van de uitkering was f 100,- maar hiervan is de verschuldigde jaarcontributie van f 3,- afgetrokken.

 

De schepen van de kapitein

In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat P.Sipkes als gezagvoerder064a:

  • * 1837; 1842 t/m 1846 fregat “Koningin der Nederlanden” Boekhouders Maatsch. Dordr. Scheeps Reederij

 

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer    jaren             type                scheepsnaam                                   naam reder/boekhouder

       46           1825-1826       geen vermelding van schip en boekhouder

                        1827-1829       fregat Princes Louiza                                               Reederij te Dordrecht

                        1830-1831       fregat Koning der Nederlanden                              geen opgave

                        1832-1835       fregat Koning der Nederlanden                              Reederij te Dordrecht

       25           1836-1838       fregat Koning der Nederlanden                              idem

                        1839-1840       geen vermelding van schip en boekhouder

                        1841-1844       fregat Koninging der Nederlanden                         Maatsch.v.Dordr.Scheepsreederij

                        1845 geen vermelding van schip en boekhouder

                        1846               fregat Bato                Maatsch.v.Dordr.Scheepsreederij

 

In 1824 was P.Sipkes gezagvoerder van de Amsterdamse pink “Cornelia” (300 lasten, gebouwd in Archangel). De boekhouder was J.C.Spengler012.

Bouma025 vermeldt P.Sipkes als gezagvoerder gedurende:

  • * 1821 t/m 1823 van de 3/mpink “Cornelia”, gebouwd in 1809 op de werf Archangel, 560 ton o.m., varend voor J.C.Spengler te Amsterdam;
  • * 1827 t/m 1828 op de bark “Louisa Prinses der Nederlanden”, gebouwd in 1826 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 750 ton o.m., varend voor de Scheepsreederij Dordrecht te Dordrecht;

       De kiel van het schip werd gelegd op 4 april 1825 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht en ging te water op 14 oktober 1826. De rederij was de Maatschappij der Dordtse Scheepsreederij.064

  • * 1828 t/m 1830 op het 3/m schip “Prinses Louisa”, gebouwd in 1826, bouwlocatie niet vermeld, 961 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Dordrecht;

       Louisa Prinses der Nederlanden en Prinses Louisa zijn hoogstwaarschijnlijk dezelfde schepen.

*   1831 t/m 1838 op het 3/m schip “Koningin der Nederlanden”, gebouwd in 1830, op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 750 ton o.m., varend voor de Dordrechtsche Scheepsreederij te Dordrecht;

*   1842 t/m 1845 op het 3/m schip “Koningin der Nederlanden”, gebouwd in 1830 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 750 ton o.m., varend voor de Dordrechtsche Scheepsreederij te Dordrecht;

  • * 1847 t/m 1848 op het 3/m schip “Bato”, gebouwd in 1836 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 898 ton o.m., varend voor de Dordrechtse Scheepsreederij.

 

Overige bijzonderheden

Jan Leeuwrik werd door de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam op 08 juni 1827 als ligtmatroos geplaatst op de Louisa Prinses der Nederlanden voor een reis van Dordrecht naar Batavia. Hij melde zich weer op school per 16 augustus 1828004(532/1524).

 

P.Sipkes verzorgde per 21 augustus 1827 vanuit Hellevoetsluis met de Prinses Louisa der Nederlanden een troepentransport van 4 officieren en 150 manschappen . Hij arriveerde op 20 januari 1828 te Batavia na 161 dagen waarbij 1 officier werd vermist en 2 manschappen onderweg zijn overleden.

Hij vertrok met hetzelfde schip op 25 oktober 1828 vanuit Hellevoetsluis met 1 officier en 150 manschappen en arriveerde te Batavia op 25 februari 1829 na 123 dagen. Onderweg waren 2 militairen overleden.

Tenslotte voer hij wederom vanuit Hellevoesluis met hetzelfde schip uit op 23 mei 1830 en een contingent van 4 officieren en 120 manschappen. Hij kwam te Batavia aan op 30 oktober 1830 na 160 dagen waarbij onderweg 1 officier was overleden065.

 

Te DORDRECHT ligt in lading naar BATAVIA: Het nieuw Nederlandsch gekoperd FREGATSCHIP, de 'Koningin der Nederlanden', Kapitein Pieter Sipkes, om 1e Augustus aanstaande te vertrekken, hebbende uitmuntende inrigting voor Passagiers. Adres bij de Scheeps-Makelaars aldaar, en bij den Kapitein aan boord.

Juli 1833

(bron onbekend)

 

 

 

 

 

 

Ontleend aan van Blokland-Visser064:

MRD = monsterrol in het Gemeentearchief van Dordrecht

Op 25 november 1823 (MRD 82) te Dordt monsterde kapitein Pieter Sipkes op de 3/m galjoot “Cornelia”, voor reder Jacob Buys ’t Hooft (sic) te Dordrecht. Hij vertrekt .met 33 man voor een reis naar Batavia. Dit zou de eerste reis van een schip vanuit Dordrecht naar Batavia in de 19e eeuw zijn geweest. Mede aan boord waren als 1e stuurman J.K.Troost uit Texel en als 4e stuurman de latere kapitein Johan Evert Strumphler

In juni 1827 was hij de 1e kapitein op het nieuwe fregat “Louisa Prinses der Nederlanden” en vertrok op 21 augustus 1827 uit Hellevoetsluis met 37 man en een troepentransport van 150 militairen plus 4 officieren naar Batavia. Mede aan boord waren stuurman Cornelis Sipkes en als 3e stuurman de latere kapitein Pieter Marinus Vogelsang uit Den Haag.

Op 04 oktober 1828 (MRD 332) monsterde hij als gezagvoerder op de “Louise Augusta Prinses der Nederlanden” voor een reis naar Batavia met een equipage van 38 man. Het schip was genoemd naar de vrouw van Prins Frederik der Nederlanden.

Op 25 november 1830 (MRD 457) was Pieter Sipkes gezagvoerder op de “Koningin der Nederlanden en vertrok uit Hellevoetsluis met 40 man naar Batavia. Hij is weer terug in Nederland op 13 oktober 1831. Met als 1e stuurman is Jan van Nassau, als 2e stuurman Pieter Marinus Vogelsang en als stuurmansleerlingen W.Hordijk Wz en A.F.Tijdeman

MRD 628 dd 23 juli 1833 handelt over een reis naar Batavia van het fregat “Koningin der Nederlanden” onder kapitein Pieter Sipkes varend voor de Maatschappij der Dordrechtsche scheepsreederijen te Dordrecht. MRD 720 handelt over hetzelfde schip met dezelfde kapitein, wederom voor een reis naar Batavia

Op 05 juli 1846 was hij gezagvoerder op de “Bato” was voor slechts één reis. Hij was weer terug op 29 juli 1847

Hij monsterde op 23 januari 1848 aan voor een tweede reis met de “Bato” maar hij komt op 06 april 1848 te overlijden

Hij werd daarna opgevolgd door zijn eerste stuurman W.F.Broeksmit064.

 

 

Datum vanaf: 1842
Kapitein: Sipkes, Pieter

Familiegegevens en opleiding

Evert Groeneveld Cadee werd geboren te Winschoten op 03 december 1808 als zoon van Jan Uildrik Cadee en Grietje Klaassens Groeneveld.

Hij huwde op 24 mei 1838 te Winschoten met Anje Vinkhuis, geboren te Termunten op 10 juli 1816 als dochter van Wiert Remmers Vinkhuis en Anje Reemts Folkers. Zij hertrouwde op 04 december 1861 te Winschoten met de landmeter Lambert Oosting. Zij overleed te Winschoten op 03 maart 1876, 59 jaar.

Evert overleed in 1858.

 

 

Evert Groeneveld Cadee werd geboren te Winschoten op 03 oktober (sic) 1808.

Hij was getrouwd met Anje Weers Vinkhuis/Winkhuis, geboren 1815 te Termunten/Groningen. Hij woonde in 1840 met vrouw en zoon Evert (Winschoten, 1835) in de Grote Kerksbuurt te Dordrecht.

Hij overleed op 24 oktober 1858 op zee aan boord van zijn schip de bark “Vereeniging” (Aangifte van het overlijden per 11 februari 1859 te Dordrecht). In de overlijdensakte is een passage uit het scheepsjournaal vermeld, waaruit blijkt dat hij overleed op weg van Java naar Amsterdam op 24 oktober 1858 om 11 uur a.m. op 47o28’NB/34o12 WL. Het gezag werd toen overgenomen door zijn 1e stuurman Eric Robbert Sandberg. Zijn vrouw Antje vertrok na zijn overlijden in 1858 naar Winschoten.

Hij was in 1842 lid van de Dordtse vrijmetselaarsloge La Flamboyante met nummer 241.064

 

Evert Groeneveld Cadée zou zijn geboren op 03 september 1808. Hij was de zoon van van Jan Ulricus Cadée, geboren 1772 en overleden op 06 december 1814 en Grietje Groeneveld, geboren 20 augustus 1779 en overleden 26 juli 1844. Jan Ulricus en Grietje huwden op 24 april 1803. Grietje was de dochter van Klaas Evert Groeneveld en Albertje Luikens. De 4 broers en de zuster van Evert Groeneveld Cadée dragen alleen de naam Cadée.

De overlijdensacte van Evert Groeneveld Cadée vermeldt als overlijdensplaats 47o28’ NB. (akte nr. 96 dd 11/02/1859 te Dordrecht).

Schriftelijke informatie dd 09 januari 2004 van de heer A.G.H.Groeneveld, Bakkersweg 24, 1852 EE Heiloo. Uit zijn brief blijkt er een familieblaadje te bestaan te weten “Groeneveld Contact”.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

E.Groeneveld Cadee (adres F.Sipkes) werd met nr.438 lid van Zeemanshoop per 30 oktober 1838 op voorspraak van E.M.Chevalier. Zijn schip bij de inschrijving was de "Louisa Prinses der Nederlanden"002. Ten tijde van de inschrijving was de man 30 en de vrouw 23 jaar002a.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 23/30 oktober 1838 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Evert Groeneveld Cadee, oud 30 jaar, voerend het fregat “Louisa Princes der Nederlanden”, wonend te Dordrecht en met als adres C.P.Thierens te Amsterdam, op voordracht van kapitein E.M.Chevalier. Hij verkreeg vlagnummer 438023.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 15 augustus 1843003.

 

E.Groeneveld Cadee was met vlagnummer 33 in de periode 12 oktober 1838 t/m 1858 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” met vermelding van zijn schip het fregat “Louisa”.111 en 64a.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 januari 1859 vraagt de wed. E.Groeneveld Cadee, geb. Vinkhuis om een uitkering welke haar in de vergadering dd 24 februari 1859 wordt toegekend ingaande 01 november 1858.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 02 januari 1862 meldt A.Vinkhuis, eerder kweduwe van kapitein E.Groeneveld Cadee te zijn hertrouwd.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 22 maart 1859 staat vermeld dat per 01 november 1858 een uitkering is toegekend aan de weduwe E.Groeneveld Cadee.023.

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 21 januari 1862 is gemeld dat de weduwe E.Groeneveld Cadée is hertrouwd met A.Oosting en bedankt voor de uitkering.023.

 

In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd begin 1838 staat een storting van f 15,- als entreegeld van kapitein Groeneveld Cadee.064b

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop in Amsterdam001

vlagnummer       jaren          type     scheepsnaam                                    naam reder/boekhouder

        438          1838-1840     fregat  Louisa Prinses der Nederlanden    Scheepsreederij te Dordrecht

                         1841-1844     fregat  Louisa Prinses der Nederlanden    Maatsch.van Dordr.Scheepsreederij

                         1845-1848     fregat  Koningin der Nederlanden             idem

                         1849-1853     fregat  Koningin der Nederlanden             Dordr.Scheepsreederij

       168                1854          fregat  Koningin der Nederlanden             idem

                         1855-1856     geen vermelding van schip en boekhouder

                         1857-1858     bark    Vereeniging                                       A.Sandberg & P.van der Slik te Dordrecht

                              1858          "overleden"

 

In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat E.Groeneveld Cadee als gezagvoerder064a:

*       1842 t/m 1845  bark “Louisa Prinses der Nederlanden boekhouders Maatsch. v. Dordr. Scheepsreederij, Dordrecht

*       1846; 1850;

          1852 t/m 1854  fregat “Koningin der Nederlanden”     Maatsch. v. Dordr. Scheepsreederij, Dordrecht

*       1855 t/m 1857  geen vermelding van schip

*       1858                   bark “Vereeniging’                                  A.Sandberg & P.van der Slik, Dordrecht

 

Bouma025 vermeldt E.Groeneveld Cadee als gezagvoerder gedurende:

*    1839 t/m 1846 van de bark “Louisa Prinses der Nederlanden”, gebouwd in 1826 te Dordrecht, 750 ton o.m., varend voor de Scheepsreederij Dordrecht te Dordrecht;

*    1846 t/m 1853 van het fregat “Koningin der Nederlanden”, gebouwd in 1830 te Dordrecht, 750 ton o.m., varend voor de Dordrechtsche Scheepsreederij te Dordrecht;

*    1858 van de bark “Vereeniging”, gebouwd in 1856 te Dordrecht, 322 ton o.m., varend voor A.Sandberg & P.v/d Slik te Dordrecht.

 

Overige bijzonderheden

Ontleend aan van Blokland-Visser 064:

MRD = monsterrol in Gemeentearchief van Dordrecht

 

Op 25 februari 1826 (MRD nr. 171 Gemeentearchief Dordrecht) monsterde hij te Dordrecht als ligtwachter (17 jaar, afkomstig uit Winschoten, gage nihil) aan op de “Hersteld Holland” onder kapitein J.H.van Wijk voor een reis met 6 man naar Olleron.

Op 14 maart 1834 (MRD nr 671 monsterde hij als stuurman voor een maandgage van f 30,-, op de kof “B.Haitsema”, met gezagvoerder J.H.van Wijk. (dit is de galjoot Haitsema Viëtor B. volgens Bouma025).

Op 10 december 1835 (MRD, nr 756) monsterde hij als 2e stuurman voor een maandgage van f 50,- op het fregat “Stad Dordrecht” met 38 man naar Batavia onder gezag van kapitein Jan van Nassau.

Per 03 oktober 1838 (MRD nr 902) is hij gezagvoerder op het fregat “Louise Prinses der Nederlanden”. In 1844 is hetzelfde schip bark getuigd en vertrekt met 34 man op 08 augustus 1844 naar Batavia en keerde terug in Nederland op 15 juli 1845.

Op 02 december 1845 (MRD nr. 1265) is hij gezagvoerder op het fregat: Koningin der Nederlanden” en vertrekt op 14 januari 1846 naar Batavia.

Op 08 maart 1853 (MRD nr. 1573) moet hij voor zijn vertrek naar Hongkong wegens ziekte het gezag overdragen aan Kapitein F.H.A.Loos.

In 1858 is hij de kapitein op de bark “Vereeniging”. Op de terugreis uit Batavia overleed hij en werd het gezag overgenomen door de 1e stuurman Eric Robert Sandberg.

Journaal gehouden aan boord van Ned Barkschip ,,VERENIGING” dan gevoerd door Eric Robert Sandberg (was 1e stuurman aan boord) op reis van Java naar Amsterdam waaruit blijkt dat Evert Groeneveld Cadee oud 50 jaar gezagvoerder van het bovengenoemde schip geb. te Winschoten en wonend te Dordrecht is overleden op bovengenoemde schip op 24-10-1858 om 11 uur na de middag zeilend op hoogte 47°28' NB en 34°12' WL. West Greenwich. (schip was van reder A.Sandberg en van der Slik te Dordrecht).064 en 071.

 

 

Datum vanaf: 1845
Kapitein: Groeneveld Cadee, Evert

Familiegegevens en opleiding

Dirk Ary de Jong werd geboren te Vreeland (zal wel Vlieland zijn) op 10 december 1801. Hij huwde met Jantje Hielkes Prins, geboren te Harlingen op 08 oktober 1809. Na het overlijden van zijn vrouw hertrouwde hij maar de naam van de tweede vrouw is niet vermeld.

Hij wordt als "vermist" opgegeven.

 

Dirk Aris de Jong werd geboren op Oost-Vlieland op vrijdag 10 december 1802 als zoon van Aris/Arie de Jong (geb. te Bremen in 1757, overleden op Oost-Vlieland op 23 september 1827) en Neeltje Klaas Visser (geb. Oost-Vlieland 23 augustus 1761, overleden aldaar op 15 juni 1849).

Hij trouwde te Vlieland op 27 juli 1827 met Grijtje Walburg, geboren 12 november 1802, overleden op Oost-Vlieland op 23 juni 1828. Hij trouwde voor de tweede maal te Harlingen op 24 november 1831 met Jantje Hielkes Prins, (geb/ged te Harlingen op 08/29 oktober 1809, Grote Kerk als dochter van Hielke Hendrik Prins en Maaike Simons de Haan. Overleden te Harlingen op 30 januari 1852. Hij ging voor de derde maal in ondertrouw op 28 juli 1853 met Henderica Jacobus Posthuma (c. 25 jaar oud, geboren rond 1828) en trouwde te Harlingen op 28 juli 1853, op 50 jarige leeftijd.

Gegevens ontleend aan het archief van de heren Kees Stada te Kropswolde en Hugo ter Avest (conservator van het Hannemahuis) te Harlingen, verkregen door tussenkomst van Ton Pronker te Vlieland dd 07 februari 2003. Pronker deed nader onderzoek naar kapitein de Jong en zijn vrouw Jantje Prins, vanwege de aanwezigheid van portretten van beiden in het Hannemahuis, geschilderd door P.F.Greive in 1831 (Dirk de Jong) resp. 1835 (Jantje Prins)

 

Foto’s gemaakt van beide portretten in het Hannemahuis juni 2009

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

D.A.de Jong (adres Bultman) werd per 27 januari 1835 op voordracht van R.Maalsteed met vlagnummer 407 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdams zeemanscollege "Zeemanshoop". Bij de inschrijving is geen scheepsnaam vermeld. Toegevoegd is "vermist"002.

In de Algemene Vergaderingen van 20/27 januari 1835 werd voorgedragen/benoemd Dirk Arij de Jong, oud 32 jaar, voerend het schip “Wilhelmina”, afkomstig uit Rotterdam en met adres bij S.Boon te Harlingen, op voordracht van kapitein R.Maalsteed023.

Hij werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 01 maart 1839003.

 

(Een) D.A.de Jong was met vlagnummer R66 in de periode 1837 t/m 1842 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van “Zeemanshoop” dd 25 april 1833 is vermeld een brief van ene D.C. de Groot die aan het Bestuur raad vraagt “in een verschil tusschen hem en Kapt. D.A. de Jong”. “Gehouden buiten deliberatie als behoorende niet tot den Werkkring van het College.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 31 januari 1839 staat het volgdend: “Verzoek van Kapt. D.A. de Jong om niet verpligt te zijn als voortdurend Deelnemer drie Leden Donateurs te geven in afwachting dat zal zijn beslist uit welke Haven hij zal gaan varen Toegestaan tot tijd en wijle hij weder gaat varen.” 042.

In de Bestuursvergadering dd 31 oktober 1844 meldt D.A. de Jong dat hij op reis gaat als supercarga voor een loon van f 100,- en vraagt daaarvoor toestemming met behoud van zijn rechten. Het Bestuur gaat accoord.042

Een supercarga is een persoon die toezicht houdt op de lading van het schip.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer        jaren             type  scheepsnaam  naam reder/boekhouder

         407               1835             geen vermelding van schip en boekhouder

         294            1836-1837     fregat Mary en Hillegonda                              E.Suermondt & Zn & Co te Rotterdam

                            1838-1844     geen vermelding van schip en boekhouder

                            1845-1846     sch.kof         De Waakzaamheid                   de kapitein

                               1848             geen vermelding van schip en boekhouder

                               1849             sch.kof         Zes Gebroeders                          de kapitein

                            1850-1853     geen vermelding van schip en boekhouder

          91                1854             geen vermelding van schip en boekhouder

                            1855-1856     fregat Koningin der Nederlanden                  J.Korthals Wz te Dordrecht

                            1857-1864     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt D.A.de Jong als gezagvoerder gedurende:

*    1834 t/m 1835 van het 3/m schip “Wilhelmina”, gebouwd in 1820 in de Oostzee, 388 ton o.m., varend voor Reijn, Varkevisser & Dorrepaal te Rotterdam. Verhoeff, april 2005 meldt als bouwjaar 1818 en als tonnage 589.

*    1837 t/m 1838 van het 3/m schip “Mary & Hillegonda”, gebouwd in 1835 te Rotterdam, 750 ton o.m., varend voor E.Suermondt & Zn & Co te Rotterdam;

*    1846 van de kof “Waakzaamheid”, gebouwd in 1824 te Groningen, 210 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Harlingen;

             Verhoeff086 vermeldt dat de “Vrede en Vrijheid” in 1839 werd overgenomen van A.S.Lammerts te Amsterdam en werd herdoopt in “Waakzaamheid”.

*    Bouma vermeldt D.A. de Jong niet als kapitein van een schip “Zes Gebroeders”, maar wel als reder te Harlingen van de kof “Zes Gebroeders” ex Henrika Jacoba Grouw, ex Eyzo de Wendt, gebouwd in 1830 , bouwlocatie niet vermeld, 166 ton o.m.. Hij reedde dit schip van 1847 t/m 1855 en verkocht het schip toen aan A.Profumo & Co te Livorno. In de periode van zijn reederij werd het schip gevoerd door de kapiteins M.F. Munning (1847 t/m 1849) en D.D.Visser  (1850 t/m 1854). Gezien de opgaven uit de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001 (zie hiervoor) heeft D.A.de Jong toch ook zèlf als gezagvoerder/eigenaar het schip bevaren.

*    1856 t/m 1857 van het 3/m schip “Koninging der Nederlanden”, gebouwd in 1830 te Dordrecht, 750 ton o.m., varend voor de Dordrechtsche Scheepsreederij te Dordrecht. Het schip strandde in 1857 en werd te Milford afgekeurd.

 

Overige bijzonderheden

Het fregat “Koningin der Nederlanden” onder kapitein D.A. de Jong was op 22 maart 1855 te Cardiff, passeerde op 06 juni Kaap Hoorn en was op 07 augustus 1855 te San Francisco. Na verblijf in enkele zuid-amerikaanse havens aan de westkust staat op 11 juni 1856 Rio de Janeiro vermeld en is het schip dus via Kaap Hoorn op de terugweg. Op 14 oktober 1856 staat Milford vermeld “leaking & sprung mast”.121

 

 

Datum vanaf: 1854
Kapitein: Jong, Dirk Ary/Aris de

Afbeeldingen


Omschrijving: KONINGIN DER NEDERLANDEN, kapitein Pieter Sipkes (vlagnummer 46)
Collectie: Museum Simon van Gijn, Dordrecht
Vervaardiger: Schouman, Izaak, Delft
Onderwerp: Zeeopname
Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

ARCHIEF NA Den Haag 3.03.54 - 160 archiefnummer Dordt 67.
__________________________________________________

BIJLBRIEF / ACTE AAN- en VERKOOP
Naam schip: KONINGIN DER NEDERLANDEN

Plaats en datum: acte Dordrecht dd. 14 september 1830

Soort schip fregat

Te voeren door kapt.

Bouwwerf / verkoper bijlbrief van Jan Schouten, scheepsbouwer te Dordrecht

Eigenaar / aankoper Maatschappij der Dordrechtsche Scheepsrederij, Dordrecht

Groot volgens meetbrief

Tuigage en aantal dekken

Afmetingen

Kiellegging

Tewaterlating

Plaats en nummer van registratie

Datum van registratie

Notaris

Prijs (bij aan-/verkoop vermeld)

Bijzonderheden






Researcher/datum research ML/221105

Naam KONINGIN DER NEDERLANDEN
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1830
Toegang 3.03.54
Inventaris 160

ARCHIEF NA Den Haag 3.03.54 - 160 archiefnummer Dordt 198.
__________________________________________________

ACTE AAN- en VERKOOP
Naam schip: KONINGIN DER NEDERLANDEN

Plaats en datum: openbare verkoop op 19 augustus 1854

Soort schip fregat

Te voeren door kapt.

Bouwwerf / verkoper Jacob … Vriesendorp, Jacobus de Voogd en Frederik Cornelis Deking Dura als executeurs van de Dordrechtsche Scheepsreederij

Eigenaar / aankoper Dirk Arie de Jong, Zwolle

Groot volgens meetbrief 392 lasten

Tuigage en aantal dekken

Afmetingen

Kiellegging

Tewaterlating

Plaats en nummer van registratie

Datum van registratie

Notaris (voor de griffier van de Arrondissements Rechtbank te Dordrecht)

Prijs (bij aan-/verkoop vermeld) NLG. 25000,-

Bijzonderheden






Researcher/datum research ML/040106

Naam KONINGIN DER NEDERLANDEN
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1854
Toegang 3.03.54
Inventaris 160

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: NA-Den Haag
Omschrijving: BIJLBRIEF: ARCHIEF NA Den Haag 3.03.54 - 160 / archiefnummer Dordt 67
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk