Familiegegevens en opleiding
In het Bevolkingsregister 1851 van Amsterdam staat de koopvaardijkapitein Johan Julius S.Ruhl, geboren 18 oktober 1819 te Amsterdam, Evangelisch Luthers, wonend in de Spuistraat.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.J.S.Rühl werd met vlagnummer 731 per 14 april 1846 effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van J.A.de Haas. Zijn schip was de "Anna Margaretha". Toegevoegd is "overleden"002. Ten tijde van de inschrijving was Rühl 26 jaar en ongehuwd002a.
In de Algemene Vergaderingen van 07/14 april 1846 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Johan Julius Simon Rühl, oud 26 jaar, voerend de bark “Anna Margaretha”, wonend op de Nw. Zijds Achterburgwal 329 te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.A.de Haas.023.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lid van het college Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
731 1846-1853 bark Anna Margaretha A.Ahlers Jr
354 1854 bark Anna Margaretha idem
1855 geen vermelding van schip en boekhouder
1856-1857 bark Rabenhaupt Kranenborg & Zn, Nap & Co
1858-1863 geen vermelding van schip en boekhouder
Vermelding van vertrek en aankomst te Amsterdam093
Naam kapitein Naam schip vertrek aankomst
J.J.S.Rühl Jan Jacob 22 juli 1863 12 september 1863
Bouma025 vermeldt J.J.S.Rühl als gezagvoerder gedurende:
* 1847 t/m 1855 van het fregat “Anna Margaretha”, gebouwd in 1841 te Alblasserdam, 620 ton, varend voor A.Ahlers Jr te Amsterdam. Het schip voer in 1856 voor Mr. F.U.H.Reiger te Amsterdam en was herdoopt in “Provincie Drenthe”;
* 1857 t/m 1858 van de bark “Rabenhaupt”, gebouwd in 1840 te Groningen, 433 ton o.m., varend voor Kranenborg & Zn & C.M.Nap te Amsterdam. Het schip voer in 1859 voor H.J.Limborgh te Groningen en was herdoopt in “Geertina”;
* 1864 van de brik “Jan Jacob” ex Elise, gebouwd in 1857 te Osterrisør, 236 ton o.m., varend voor Canne & Balwé te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
In een adres dd 12 december 1855 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal drongen 58 gezagvoerders aan op de invoering van een Tuchtwet. Zij meldden dat de uitvoering van hun beroep dagelijks meer en meer werd belemmerd door de onmogelijkheid om aan boord der schepen behoorlijke orde en tucht te bewaren. Een van de ondertekenaars was J.J.S.Ruhl. 104.