Inloggen
GRONDWET - ID 8203


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1858-05-19 / 1874-00-00 | Reden uitgevlagd: Verkocht naar het buitenland

Identification Data

Bouwjaar: 1858
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Bark
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Construction Data

Scheepsbouwer: Commerciewerf (scheepsbouwmeester C. Mak), Zierikzee, Zeeland, Netherlands
Launch Date: 1857-12-30
Delivery Date: 1858-00-00
Technical Data

Gross Tonnage: 396.00 lasts
Gross Tonnage 2: 749.00 tons (oude meting)
 
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1858
Datum agenda: 1858-05-19
Register nr: 18580509
Scheepsnaam: GRONDWET
Type: Bark
Lasten: 396
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: De Crane en zoon, M.C.
Plaats: niet gemeld
Kapitein op moment van verzoek: Kamminga, T.C.
Opmerkingen: zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1858-05-19 GRONDWET
Manager: Firma M. C. de Crane & Zoon (Martinus Christianus), Zierikzee, Zeeland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Zierikzee, Zeeland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Zierikzee / Netherlands
Callsign: NVGM
Additional info: Call sign since 1867

Date/Name Ship 1874-00-00 SVADILFARE
Manager: F.A. Funnemark, Porsgrund, Norway
Eigenaar: F.A. Funnemark, Porsgrund, Norway
Shareholder:
Homeport / Flag: Porsgrund / Norway
Additional info: Sold for NLG 32.000,-

Date/Name Ship 18??-00-00 SVADILFARE
Manager: H. Möller, Porsgrund, Norway
Eigenaar: H. Möller, Porsgrund, Norway
Shareholder:
Homeport / Flag: Porsgrund / Norway

Ship Events Data

1857-12-30: Building History
ZZC 020158
Zierikzee, 30 december. Heden namiddag liep alhier van de Stads-Commerciewerf met het beste gevolg te water het barkschip GRONDWET, kapt. T.C. Kamminga, groot circa 400 gemeten lasten, boekhouders M.C. de Crane en Zoon.
1871-10-09: Sold at auction
Publieke verkopingen in het Notarishuis aan de Geldersche Kade te Rotterdam op dinsdag 9 oktober: 1/32e aandeel in het Nederlandse barkschip GRONDWET, groot 749 tonnen of 396 lasten, gevoerd door kapt. F.C. Kamminga, boekhouders de heren M.C. Crane & Zoon te Zierikzee. Na de laatste reis bleef in kas NLG 16.417,24. Opgehouden.
1873-05-22: Collision
St. Helena, 22 mei. Het schip CHASCA, kapt. Hall, van Zanzibar naar New York, is, onder zeil gaande, onklaar gekomen met het schip GRONDWET, kapt. Singer, van Batavia naar Rotterdam bestemd, hetwelk de buitenkluiverboom en tuig van de boegspriet daarbij verloren heeft. De CHASCA heeft de reis voortgezet, doch de GRONDWET kon wegens de averij eerst de volgende dag de reis voortzetten.
1874-11-24: Sold to foreign country
Advertentie. Uit de hand te koop het Nederlands gekoperd barkschip GRONDWET, gemeten 749 tonnen, geclassificeerd 5/6 L. 1.1. Te bevragen bij de reders M.C. de Crane & Zn. te Zierikzee, en Hudig & Blokhuyzen te Rotterdam.
Verkocht naar Noorwegen.
1887-04-15: Final Fate: Abandoned

Op reis van Liverpool naar Bic met een lading zout is de SVADILFARE op 15 april 1887 op de Atlantische Oceaan in zinkende staat door de bemanning geabandonneerd. (opm: Bic is een plaatsje in de Canadese provincie Québec, in de monding van de St. Lawrence river (pos. 48º22'NB en 68º45'WL)
1887-04-16: History
De bemanning, die in de reddingboten was gegaan, werden gered door het schip PRINCE AMADEO en te Liverpool geland op 26 april.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

T.C.Kamminga was met vlagnummer R343 in de periode 1852 t/m 1876 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein T.C.Kamminga met vlagnummer R343 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1855                                van de sch.kof “Cadzandria”      92 last       voor M.C. de Crane & Zoon te Zierikzee

*    1858, 1859,

      1862 t/m 1867, 1874    van de bark “Grondwet”             396 last     voor M.C. de Crane & Zoon te Zierikzee

 

Bouma025 vermeldt T.C.Kamminga als gezagvoerder gedurende:

*    1848 t/m 1851 op de kof “Johanna Wilhelmina”, te water gelaten op 14 mei 1847 te Zierikzee op de werf “De Goede Intentie”, 105 ton o.m., varend voor M.C. de Crane & Zn  te Zierikzee;

      De “Johanna Wilhelmina” was vernoemd naar Johanna Wilhelmina Christina, een dochter van de reder Mr. Wilhelmus Christianus de Crane, die op 15 augustus 1846 te Zierikzee was geboren.

      De eerste reis begon op 23 mei 1847 naar Riga. Een afbeelding van Spin is in particulier bezit.067.

*    1852 t/m 1853 op de schoenerkof “Marinus en Geertruida”, gebouwd in 1845/46 te Zierikzee, 162 ton o.m., varend voor M.C. de Crane te Zierikzee;

      Dit schip, waarschijnlijk vernoemd naar de reder Marinus Christianus de Crane (1783-1865) of diens gelijknamige kleinzoon (geb. 1838) en naar Geertruida de Wit, de schoonmoeder van mr. W.C. de Crane, werd in 1846 te Zierikzee gebouwd. De naam werd naderhand veranderd in “Maria en Geertruida”. Met deze schoenerkof werd in hoofdzaak gevaren op Oostzeehavens. … Spin maakte een fraaie compositie van het schip bij het binnenvaren van het Havenkanaal, nog slechts kort verwijderd van de thuishaven Zierikzee … “067.

*    1855 op de sch.kof “Cadsandria”, gebouwd in 1854 te Zierikzee, 175 ton o.m., varend voor M.C. de Crane & Zn te Zierikzee;

*    1856 t/m 1857 van de bark “Elisabeth Johanna”, gebouwd in 1843 te Zierikzee, 406 ton o.m., varend voor M.C.de Crane & Zn te Zierikzee;

*    1858 t/m 1871 op de bark “Grondwet” op 02 januari 1858 te water gelaten op de Stads Commerciewerf te 58 te Zierikzee onder scheepsbouwmeester C.Nak, 400 last/756 ton o.m., varend voor M.C.de Crane Zn te Zierikzee. Het schip werd in 1875 verkocht naar Noorwegen als “Svadilfare”.zie ook 013.

*    1874 t/m 1875 van hetzelfde schip en voor dezelfde reder

 

Overige bijzonderheden

Elisabeth & Johanna

Voor rekening van de rederij Smith en Comp. werd de Elisabeth & Johanna gebouwd  Deze bark werd op 3 december 1842 te water gelaten vanaf de werf De Goede Intentie. Het had een grootte van 406 ton en kapitein M.van Veldhoven ging er het bevel over voeren. …

Op 25 juni 1845 werd de bark in het openbaar verkocht in Rotterdam. Rederij M.C.de Crane & Zoon uit Zierikzee, bekend met het goede werk van de werf De Goede Intentie besloot het schip aan te kopen. Voor 81.200 werd zij eigenaar.”074

 

Het kofschip “Johanna Wilhelmina” onder kapitein Kamminga is vermoedelijk verloren gegaan op een reis naar de Oostzee. “Op 11 april 1850 bereikte Zierikzee het gerucht dat het bord, met de naam van kapitein T.Kamminga erop, was aangespoeld”074.

 

GRONDWET

De Grondwet werd gebouwd in 1858. Het schip behoorde  … tot de rederin de Crane & Zoon (te Zierikzee). Het was 750 ton groot en daarmee de één na grootste bark van de rederij.

Kapiteins op de Grondwet waren: T.C.Kamminga,…, H.Singer, … en opnieuw T.C.Kamminga. De bark werd vermoedelijk in 1875 verkocht en voer in 1876 onder Noorse vlag.

Time Christiaan Kamminga werd geboren in Groningen in 1829. Hij was gehuwd met Alberdina Klaassen Kater, geb. in 1824 te Veendam. Na haar overlijden vertrok Kamminga in 1876 naar Terschelling. Het echtpaar had vijf kinderen. De enigste zoon, Nicolaas, geboren in 1855, koos eveneens voor een carrière op zee.

Het aantal bemanningsleden van de Grondwet varieerde van 20-23.

 

T.C.Kamminga verzorgde per 08 juni 1858 vanuit Hellevoetsluis met de “Grondwet” een troepentransport van 2 officieren en 125 manschappen naar Nederlands Oost-Indië. Hij arriveerde te Batavia op 26 september 1858 na 110 dagen065.

 

NRC 08 januari 1849114

Amsterdam, 7 januari. Volgens brief uit Zierikzee is het schip MARINUS EN GEERTRUIDA, kapt. Kamminga, van Dantzig naar Zierikzee, de 26e dezer te Middlesbrough binnengelopen.

 

NRC 09 februari 1849114

Amsterdam, 8 februari. Het schip MARINUS EN GEERTRUIDA, kapt. Kamminga, van Koningsbergen, laatst van Middlesbrough, naar Zierikzee, in Texel binnengelopen, heeft veel storm en tegenwind doorgestaan en daardoor sloepen, watervaten enz. verloren. Het zal vermoedelijk moeten lossen.

 

NRC 29 januari 1851114

Zierikzee, 24 januari. Volgens bericht van kapt. T.C. Kamminga, voerende het schoener-kofschip MARINUS EN GEERTRUIDA, uit Beyruth d.d. 5 dezer, zou hij weldra de gehele lading in hebben en de terugreis naar Engeland aannemen.

 

NRC 22 mei 1854114

Zierikzee, 20 mei. Heden liep met het beste gevolg te water van de werf van de scheepsbouwmeester J. Strickaert alhier het gezinkt schoener-galjootschip CADZANDRIA, groot 150 rogge-lasten, gebouwd voor rekening der heren M.C. de Crane & Zoon, en gevoerd zullende worden door kapt. T.C. Kamminga, terwijl terstond daarop de kiel werd gelegd van een barkschip (opm: ELISABETH), groot 450 Java-lasten, voor rekening ener rederij onder directie van de heer D. Keus te Rotterdam.

 

NRC 08 juli 1854114

Hellevoetsluis, 7 juli. Het schip CADSANDRIA, kapt. T.C. Kamminga, vertrok heden van hier naar Boston in Amerika (opm: eerste reis)

 

NRC 01 januari 1858114

Zierikzee, 30 december 1857. Heden is alhier te water gelaten het barkschip GRONDWET, groot circa 400 gemeten lasten, gevoerd zullende worden door kapt. T.C. Kamminga, gebouwd door de scheepsbouwmeester C. Mak Jr. op de Stads Commercie-Werf van de heer Corns. Smit te Alblasserdam voor rekening ener rederij onder directie van de heer M.C. de Crane en Zoon.

 

Zierikzeesche Nieuwsbode 15 mei 1858114

Harderwijk, 9 mei. De 6e juni a.s. zal op stroom van Rotterdam aan boord van het schip (opm: bark) de GRONDWET, kapt. T.C. Kamminga, embarkeren een detachement militairen, sterk 150 manschappen, voor het leger in Oost-Indië, onder kommando van de 1e luitenant T.T. van der Werf, van het 6e Reg.Inf, die na volbrachte commissie herwaarts terug zal keren en onder medegeleide van de 2e luit. P.J. Heck, bestemd voor het wapen der infanterie van het leger in Oost-Indië.

 

NRC 16 mei 1858114

Advertentie. Naar Batavia en Soerabaya ligt in lading voor goederen en passagiers: het nieuw gebouwd en gekoperd Nederlands fregatschip GRONDWET, kapt. T.C. Kamminga. Vertrekt 6 juni. (opm: eerste reis)

Adres bij W. Ruijs J.Dzn, Hudig & Blokhuyzen en Kuyper, Van Dam & Smeer.

 

Zierikzeesche Courant 09 juni 1858114

Zierikzee. Den 7 juni binnengekomen de Engelse schoener LARCH MORÉLI, kapt. Harisson, met ijzer van Bo’ness voor Rotterdam.

Den 8 dito DE GRONDWET, kapt. T.C. Kamminga, van Rotterdam op deze rede terug.

 

Zierikzeesche Courant 16 juni 1858114

Zierikzee. Den 14 juni binnengekomen de Nederlandse sloep SINE NOMINE, kapt. Verheul met kolen van New-Castle voor Zierikzee.

Den 15 dito zeilde van deze rede naar zee het barkschip de GRONDWET, kapt. T.C. Kamminga. (opm: eerste reis)

 

NRC 17 mei 1859114

Rotterdam, 16 mei. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 30 schepen: ….

….Voor Middelburg: SUSANNA ELISABETH, kapt. C. Ouwehand; CATHARINA MARIA, kapt. J.A. Ballot; REGINA MARIS, kapt. S. Ouwehand; GRONDWET, kapt. T.C. Kamminga.

 

Zierikzeesche Courant 22 februari 1860114

Volgens particulier bericht is het barkschip HAAMSTEDE, kapt. H.H. de Boer, op 13 februari j.l. met een gunstige gelegenheid van Cardiff vertrokken naar Singapore.

Het schip GRONDWET, kapt. T.C. Kamminga, was op 19 december 1859 gereed om van Soerabaija naar Bezoeki en Panaroekan te verzeilen, ter completering van zijn lading voor Middelburg.

De 10e december is te Batavia aangekomen STAD ZIERIKZEE, kapt. Klein, van Singapore.

De 15e februari is te Plymouth binnengelopen DRIE VRIENDEN, kapt. L.P. Anderson, van Batavia naar Rotterdam.

 

NRC 24 februari 1860114

Zierikzee, 21 februari. Het schip GRONDWET, kapt. Kamminga, was de 19e december gereed om van Soerabaija naar Bezoekie en Panaroekan te verzeilen, ter completering van zijn lading voor Middelburg.

 

Zierikzeesche Courant 02 mei 1860114

Volgens particulier bericht van kapt. T.C. Kamminga, voerende het schip GRONDWET, de 2e februari van Java herwaarts vertrokken, was hij de 31e maart j.l. te St. Helena gearriveerd en alles wel aan boord.

 

NRC 17 mei 1861114

Rotterdam, 16 mei. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 27 schepen: ….

…..Voor Middelburg: CATHARINA MARIA, kapt. T.R. Oomkens; GRONDWET, kapt. T.C. Kamminga. ….

 

JavaBode 21 november 1863114

De Nederlandsche Handel Maatschappij heeft scheepsgelegenheid gevraagd voor het transport van 1500 Engelse tons steenkolen naar Soerabaija en 1500 Engelse tons steenkolen naar Onrust of Kuyper  (opm: twee kleine eilanden bij Batavia), in Indië door hare Factory te Batavia te bepalen, in te nemen te Newcastle upon Tyne, en daarvoor aangenomen naar Soerabaija GRONDWET, kapt. Kamminga, 396 last, en KOOPHANDEL, kapt Swarts, 280 last, en naar Onrust of Kuyper PETRONELLA (ex-TRIJNTJE FENNA), kapt. N.N, 310 last, WILLEM HENDRIK (ex-VROUW JOHANNA), kapt. Beckering, 279 last, en GUURTJE EN MARIA, kapt. Flens, 376 last. Deze schepen zullen uiterlijk 20 oktober tot vertrek gereed moeten liggen.

 

Zierikzeesche Courant dd 27 januari 1864

Het schip GRONDWET, kapt. T.C.Kamminga, bevond zich de 10e dec. jl. op 8o26’Nbr/23o19’WL. Alles wel aan boord.

Zierikzeesche Courant dd 02 maart 1864

“Gepraaid: (door wie?) 1 januari 1864 op 25o11’Zbr en 29o35’Wl. Het schip GRONDWET, kapt. T.C.Kamminga. Alles wel aan boord.”

 

Datum vanaf: 1858
Kapitein: Kamminga, Time Christiaan
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Hendrik Singer werd geboren te Zaandam op 28 augustus 1825 als zoon van de Nederlands Hervormde Lambertus Hendrikus Singer (overleden te Amsterdam) en Helena Haftenis (overleden te Zaandam). Hij vestigde zich op 01 december 1849 te Rotterdam en woonde o.a. aan de Verlengde Binnenweg Wijk 15/5, nr. 111.

Hij was getrouwd met Hendrika Oosterling, geboren op 05 februari 1823 te Amsterdam, Nederlands Hervormd. Hij overleed aan de Coolsingel te Rotterdam op 21 augustus 1875005

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.Singer was met vlagnummer R411 in de periode 1861 t/m 1875 lid van het Rotterdamse zeevaartcollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein H.Singer met vlagnummer R411 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

  • 1862, 1863 bark “Arlequin” 171 last   varend voor Eduard Serruys te Rotterdam
  • 1864 t/m 1866 brik “Gouverneur van Swieten 186 last   varend voor Hendrik Muller & Co te Rotterdam
  • 1867 bark “Concurrent” 318 last   varend voor Hendrik Muller & Co te Rotterdam
  • 1874 bark “Rotterdam” 397 last   varend voor Voorhoeve & Jelier te Rotterdam

 

H.Singer was in 1864 afwisselend commissaris van de Maatschappij058.

 

H.Singer maakte de volgende reizen005:

Arlequin        1861/62       Rotterdam - Batavia - Tjilatjap - Rotterdam heen: diversen; terug: koffie, tin

                   1862                             Rotterdam - Hongkong                                                                   diversen

Concurrent          1867/68 Rotterdam - Cardiff - Soerabaja - Rotterdam             heen: diversen; terug: koffie

                              1869                     Rotterdam - Semarang                                                                    diversen

Grondwet     1871                             Rotterdam - Batavia                                                                                        diversen

 

Bouma025 vermeldt H.Singer als gezagvoerder gedurende:

*     1860 t/m 1863 op de bark “Arlequin”, gebouwd in 1851 te Delfshaven, 324 ton o.m., varend voor E.Serruys te Rotterdam. In 1863 verongelukt in N.O.I.

       Zeetijdingen 12 januari 1864: bark Arlequin onder kapitein H.Singer in 1863 verongelukt in O.I..

*     1865 t/m 1867 van de brik “Gouverneur van Swieten”, gebouwd in 1857 te Rotterdam, 352 ton o.m., varend voor H.Muller & Co te Rotterdam. Het schip is verongelukt bij Beachy Head;

*     1868 t/m 1871 op de bark “Concurrent”, gebouwd in 1857 te Rotterdam, 635 ton o.m., varend voor H.Muller & Co te Rotterdam. In 1871 is het schip verkocht naar Noorwegen;

*     1872 t/m 1873 op de bark “Grondwet” op 02 januari 1858 te water gelaten op de Stads Commerciewerf te 58 te Zierikzee onder scheepsbouwmeester C.Nak, 400 last/756 ton o.m., varend voor M.C.de Crane Zn te Zierikzee. Het schip werd in 1875 verkocht naar Noorwegen.zie ook 013.

*     1875 van het 3/mschip “Rotterdam”, gebouwd in 1865 te Elshout, 756 ton o.m., varend voor Voorhoeve & Jelier te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

NRC 28 februari 1863114

Rotterdam, 27 februari. Volgens een particulier bericht is het barkschip ARLEQUIN, kapt. Singer, 14 januari van hier te Hongkong aangekomen.

Men verkeerde omtrent dit schip dat 19 mei van Brouwershaven vertrok en 25 september Anjer passeerde, in de grootste ongerustheid.

 

NRC 12 maart 1863114

Rotterdam, 11 maart. Van een geachte zijde ontvangen wij het volgende extract uit een brief van kapt. Slinger, voerende het schip ARLEQUIN, dd. Hongkong 26 januari 1863: Na een reis van 130 dagen de 30e september te Anjer aangekomen, veronderstelde ik niet dat mijn reis naar Hongkong nog zo lang zou aanlopen. Om de west de Chinese Zee willende ingaan, had ik echter een dusdanige stilte dat ik weken achtereen geen tien mijlen geavanceerd was en besloot ik de oost-passage te nemen, waar ik ook voortdurend met stilte had te sukkelen, totdat ik de 3e december de Saleijerstraat bereikte, waar ik 2 Hamburger schepen aantrof en gezamenlijk door de Pito-passage de Gillolo-passage bereikte. De 18e december kwam ik in de wind in de Stille Zuidzee en passeerde in stormweer de 13e januari de Pellen-eilanden. Vandaar trof ik goed weder en kwamen wij goed vooruit tot op de 8e januari; alstoen kregen wij weder met zwaar stormweder te kampen. Op de 10e januari in de Formosa Channel opkomende, ontwaarden wij bij het aanbreken van de dag verschrikkelijk veel rook, gepaard met een zware gaslucht. Het bleek al spoedig dat er brand in het schip was door zelfontbranding van de steenkolen. De rook en de gaslucht namen zo spoedig toe, dat wij het de volgende morgen niet meer konden uithouden in de kajuit, kerk en voor in het kabelgat. Onze toestand was alstoen zeer treurig: brand in het schip, die voortdurend toenam, zwaar stormweder en hemelhoge zee. Na de kaarten, chronometer, boeken en enige levensmiddelen op het dek gehaald te hebben, begonnen wij alles te stoppen en luchtdicht te maken om de toevoer van lucht in het schip te voorkomen. Hoewel alles met vier- en zesdubbel zeildoek gestopt was, verspreidde zich de lucht en de rook over het gehele dek en met voortdurende storm zwalkten wij de Chinese Zee door, zonder zelfs de hut op het dek te kunnen gebruiken. De chronometer bleef stilstaan, doortrokken van gas; zon of maan kregen wij niet te zien, zodat wij hoegenaamd niet konden bepalen waar wij ons bevonden; boeken, kaarten en verdere instrumenten waren doornat door de over het schip komende zee. Wij stuurden om de noordwest en westnoordwest op de bijgelegen kust van China aan en voerden zeer veel zeil en zagen na 3 bange etmalen doorgebracht te hebben de 13e januari de Chinese kust. Het weder bedaarde, maar de rook in het schip nam toe. De teer liep uit de presenningen die over de luiken lagen. Onze boot hing in de takels klaar en een vlot van ons waarloos rondhout lag op de campagne, hoewel zulks in de hoge zee ons weinig had geholpen. Een vaatje water en een weinig brood was alles wat wij op dek hadden en hoegenaamd geen klederen, dan die wij aan hadden en die al die tijd doornat waren. In die toestand arriveerden wij 's middags de 14e januari te Hongkong, God dankende, dat hij ons het leven had gespaard, maar treurig wegens de toestand van het schip. Ik ging dadelijk aan wal, om kennis van mijn toestand te geven en keerde met twee experts naar boord terug. Deze gaven order om een van de luiken te openen, maar moesten dit dadelijk weder sluiten daar zware zwarte rookwolken uit het ruim opstegen en het gehele schip bedekten. Alstoen kwam een stoomboot die ons aan de overzijde op strand zette. Er werden 3 gaten buitenboord in het schip gehakt en met assistentie van brandspuiten en 125 man van het ter rede liggend Engels oorlogsschip, werd de gehele nacht doorgepompt om het schip onder water te zetten. De 15e 's morgens was er 12 voet water in het schip en de brand geblust. Er zijn verschrikkelijk veel uitgebrande kolen, meest in het midden van het schip.

 

NRC 06 november 1863114

Woosung (opm: haven in de monding van de Yangtze Kiang), 8 september. Het Nederlandse schip ARLEQUIN, kapt. Singer, is 4 dezer van hier naar Newchwang (opm: Yingkou) vertrokken, doch heden uit zee geretourneerd.

 

 

 

 

 

Rotterdam 13 februari 1867

In het rapport van kapitein H. Singer, laatst gezagvoerder van de hier thuis behoorende brik Gouverneur van Swieten, 280 tonnen metende, van Buenos Aires met wol, talk en huiden naar Antwerpen bestemd, wordt omtrent de schipbreuk van dien bodem het volgende medegedeeld.

Den 2e februari des ochtends ten 4 ure 30 min., het schip wegens de mist onder lager marszeil en voorstengestagzeil gebragt zijnde, stootte plotseling en zwaaide rond. Ik deed alle zeilen bijzetten om de brik in diep water te krijgen, maar het hielp niet. Het schip stootte hevig, zoodat roer en achtersteven werden weggeslagen, bij peiling bevonden wij dat er 5 voet water bij de pompen stond, hetwelk tot 10 voet aanwies. De brik in zinkende staat verkeerende, kon niet dan met de grootste moeite de boot worden uitgebragt, daar de zee over alles heenspoelde. Wij mogten ons gelukkig rekenen het leven te kunnen redden. De mist trok ten 5 ure op en toen bespeurden wij dat de brik op de klippen onder Beachy Head (Bevezier) gestrand was, zijnde voor het eerst dat ik land zag sedert wij het Kanaal waren binnengeloopen, zo dik was de lucht. Met ieder kwartier uurs hadden wij gelood en even voor de brik stootte was er 17 vadem gepeild. Een kustwachtersboot die van wal stak om ons hulp te verleenen, sloeg bijna om en was genoodzaakt terug te keeren. Wij kwamen met onze eigenen boot aan de oever. Toen wij de brik verlieten, lag zij geheel onder water.

De brik Gouverneur van Swieten, 1857, was gebouwd te Rotterdam voor de reder H. van Rijckevorsel te Rotterdam. In 1865 ging het schip over naar H. Muller & Co., Rotterdam.

Bron: www.grotezeilvaart.nl

 

 

Datum vanaf: 1871
Kapitein: Singer, Hendrik

Algemene informatie

ZZC 020158
Zierikzee, 30 december. Heden namiddag liep alhier van de Stads-Commerciewerf met het beste gevolg te water het barkschip GRONDWET, kapt. T.C. Kamminga, groot circa 400 gemeten lasten, boekhouders M.C. de Crane en Zoon.

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.551
DVD VIII – 1603, 1618
ACTE KOOP/VERKOOP
Naam schip 35/100e fregat BURGEMEESTER HOFFMAN
40/100e fregat TERNATE
Brik ST. GEORGE DE LA MINA
Schoener GOUVERNEUR SCHOMERUS
Schoener PRESIDENT BENSON (ex-GOUDKUST)
Brik IVOORKUST (ex-COMEET)
Schoener HOLLANDSCH ACRA (ex-MARIA ANNA)
1/32e part bark GRONDWET
1/6e part bark CONCURRENT
1/8e part fregat VOORUIT

plaats en datum acte firma-scheiding (zie bijlage), Rotterdam, 30 december 1863

type schip diverse

bouwwerf/verkoper Abraham van Rijckevorsel, als bewindvoerder voor zijn zoon Huibert van Rijckevorsel, thans zonder beroep en verblijvende in het kanton Neuchatel in Zwitserland

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper Hendrik Muller Samuelszoon, van zijn firma Hendrik Muller & Co., Rotterdam, voorheen geassocieerd geweest met Huibert van Rijckevorsel onder de firma H. Van Rijckevorsel, Rotterdam, in welke firma H. Muller en H. van Rijckevorsel ieder voor de helft participeerden, welke firma reeds sedert 30 december 1862 was ontbonden

plaats / datum registratie Rotterdam, 31 december 1863

nummer van registratie deel 179, folio 137, recto, vak 1

notaris Willem Simon Burger Wz., notaris te Rotterdam

prijs

bijzonderheden

researcher/datum research: ML / 160209









Bijlage bij acte Rott.3.03.17.01.3675.551

De scheiding heeft betrekking op de volgende schepen en scheepsparten, waarvan de beide firmanten van de firma H. van Rijckevorsel elk de helft bezaten:

- 35/100 parten in het fregat BURGEMEESTER HOFFMAN, gemeten 42,10 x 7,60 x 5,32 meter en groot 758 tonnen, thans liggende te Rotterdam, voor de firma en de mede-reders gebouwd door Gebr. Visser, werf De Hoop, Rotterdam, bijlbrief 20 april 1855, waarde van de parten volgens taxatie NLG. 14.350,-
- 40/100e parten in het fregat TERNATE, groot 395 lasten, thans op reis naar Oost-Indië, voor de firma en de mede-reders gebouwd door Fop Smit te Kinderdijk, bijlbrief 20 juli 1855, waarde van de parten volgens taxatie NLG. 22.000,-
- De brik ST GEORGE DE LA MINA, gemeten 31,00 x 7,50 x 2,00 meter, en groot circa 200 tonnen, gebouwd geheel voor rekening van de firma door Gebr. Visser, werf De Noteboom, Rotterdam bijlbrief 21 juli 1849, zich thans bevindende op reis naar West Afrika, waarde van het schip volgens taxatie NLG. 11.000,-
- De schoener GOUVERNEUR SCHOMERUS, gemeten 27,90 x 4,71 x 2,75 meter en groot 85 lasten, zich thans bevindende op reis naar West Afrika, gebouwd geheel voor rekening van de firma door Gebr. Visser, werf De Noteboom, Rotterdam, bijlbrief 31 oktober 1853, waarde van het schip volgens taxatie NLG 13.000,-
- De schoener vroeger genaamd geweest GOUDKUST, thans genaamd PRESIDENT BENSON, gemeten 26,10 x 4,58 x 2,74 meter en groot 77 lasten, zich thans bevindende op een reis naar West-Afrika, geheel voor rekening van de firma gebouwd door de Gebr. Visser, werf de Noteboom, Rotterdam, bijlbrief 14 juli 1852, waarde van het schip volgens taxatie NLG. 9.000,-
- De brik vroeger genaamd geweest COMEET, thans genaamd IVOORKUST, gemeten 27,20 x 4,79 x 3,15 meter en groot 182 tonnen, zich thans bevindende te Rotterdam, welk schip door de firma was aangekocht in openbare veiling op 28 juli 1857, waarde van het schip volgens taxatie NLG. 7.400,-
- De schoener vroeger genaamd geweest MARIA ANNA, thans genaamd HOLLANDSCH ACRA, gemeten 28,40 x 4,60 x 3,00 meter en groot 174 tonnen, thans liggende te Rotterdam, door de firma onderhands gekocht bij acte Amsterdam, 18 juni 1855, waarde van het schip volgens taxatie NLG. 6.800,-
- 1/32e part in het barkschip GRONDWET, groot 396 lasten of 749 tonnen, varende onder boekhouderschap van de firma M.V. de Crane & Zoon te Zierikzee, thans op reis naar Oost-Indië; het aandeel heeft volgens taxatie een waarde van NLG. 2.190,-
- 1/6e part in het barkschip CONCURRENT, gemeten 38,60 x 7,32 x 5,06 meter, en groot 635 tonnen, zich thans bevindende op een reis naar Oost-Indië, welk schip de firma voor zich en anderen nieuw heeft doen bouwen door de Gebr. Visser, werf de Hoop, Rotterdam, bijlbrief 26 februari 1857, waarde van dit aandeel getaxeerd op NLG. 6.500,-
- 1/8e part in het fregat VOORUIT, gemeten 39,40 x 7,22 x 5,24 meter en groot 643 tonnen of 350 lasten, zich thans bevindend op een reis naar Oost-Indië. Welk schip nieuw is gebouwd voor de firma en mede-reders door de Gebr. Visser op hun werf het Land van Belofte te Rotterdam, bijlbrief 14 mei 1856, waarde van dit aandeel getaxeerd op NLG. 5.000,-
Samen met contant geld van de firma zijnde NLG 102.760 wordt de waarde van de firma vastgesteld op NLG. 200.000,- , waarvan de beide deelgenoten elk NLG 100.000,- bezitten.

Opm: Huibert van Rijckevorsel was in staat van krankzinnigheid verklaard en verbleef tot zijn dood in een kliniek in Zwitserland.

ML / 160209

Naam GRONDWET
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1864
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

Bronnen

Jaar: 1887
Bron: Book
Omschrijving: Bureau Veritas Pertes april 1887