1950-02-00: |
De Telegraaf 17-02-1950: Zaanse kustvaarder al een week zoek. Negen man aan boord-geen radio. (Van onze correspondent) Zaandam, 16 Febr. — De 382 bruto registerton metende kustvaarder „TILLY" van de zeevaartmaatschappij „Zaandam II" wordt sinds een week vermist. Het scheepje, dat een bemanning van 9 koppen aan boord heeft, is 3 Febr. met een lading teer uit Londen vertrokken met bestemming La Rochelle. Op 4 Februari is het schip Kaap Dungeness gepasseerd, maar sindsdien heeft men er niets meer van gehoord. Het is echter nog mogelijk, dat het een vluchthaventje heeft weten te bereiken in een van de verlaten baaien van Bretagne. De kustvaarder heeft namelijk geen radio-ontvang- en zendinstallatie aan boord.
Op 8 Februari had hij, zo deelde de rederij ons mede, La Rochelle moeten binnenlopen. Volgens de berekening is het, toen hij onder de Franse kust kwam, gaan stormen. De “Tilly" is in 1939 gebouwd is in de oorlogsdagen van Mei 1940 naar Engeland overgestoken en heeft de hele oorlog in geallieerde dienst gevaren. De laatste tijd had het scheepje deelgenomen aan de houtvaart in de Oostzee. De reis Londen—La Rochelle was de eerste reis, die het schip maakte na de survey van de scheepvaartinspectie. Op 29 Januari is het uit Nederland naar Londen vertrokken. Aan boord bevinden zich de kapitein, le stuurman, twee machinisten, 1 kok en 4 matrozen.
De Telegraaf 18-02-1950: De „TILYY” is terecht. De Nederlandse kustvaarder "Tilly" van de Zeevaartmij. Zaandam II is terecht. Alle leden van de bemanning maken het goed. De lading is onbeschadigd. De „Tilly", die 420 ton meet, vertrok op 4 Febr. met een lading teer uit Londen met bestemming La Roehelle in Frankrijk. Sinds het vertrek werd niets meer van het scheepje vernomen. Het blijkt nu, dat de „Tilly" bij de Franse kust met een zware storm te kampen kreeg, zodat zij beschutting moest zoeken in de kleine Franse haven Pinice. Het schip heeft geen radio aan boord en kon zijn verblijfplaats dus niet melden. Het is nu in La Rochelle aangekomen. Toen het bericht, dat de „Tilly" behouden was, Londen bereikte, werd bij Lloyds de bel van de Lutine geluid. Deze wordt alleen gebruikt als een schip, waarvan men vreest, dat het verloren is gegaan, toch nog in de haven van bestemming aankomt. |