Inloggen
MELCHIZEDEK - ID 4198


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1909-04-08 / 1910-10-00 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1909
Nat. Official Number: 7200 GRON 1909
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Klipperaak
Masten: One mast
Material Hull: Iron
Dekken: 1
Construction Data

Scheepsbouwer: Wed. Ynte de Jong, Ruischerbrug, Groningen, Netherlands
Launch Date: 1908-11-22
Delivery Date: 1909-04-00
Technical Data

Net Tonnage: 68.00 Net tonnage
Deadweight: 140.00 tons deadweight (1016 kg)
 
Length 2: 28.00 Meters Registered
Beam: 5.27 Meters Breadth, moulded
Draught: 1.75 Meters Draught, maximum
Ship History Data

Date/Name Ship 1909-04-08 MELCHIZEDEK
Manager: Berend Bosma, Winsum, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Berend Bosma, Winsum, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Winsum / Netherlands
Callsign: PLTB

Ship Events Data

1909-04-08: Dagregister deel 18, nummer 249, den achtsten April 1900negen. De ondergetekende, Berend Bosma, schipper gedomicilieerd te Winsum, provincie Groningen, verklaart de eenigste eigenaar te zijn van het ijzeren klipperaakschip genaamd “Melchizedek”, groot ongeveer honderd tachtig tonnen, hebbende een dek en een mast, gebouwd te Ruischerbrug aan de werf van den scheepsbouwer Y. de Jong, thans aldaar liggende en gevoerd wordende door hem ondergeteekende als schipper. Geteekend, 7 April 1909 B. Bosma. In de kantlijn staat bijgeschreven 7200.
1909-04-19: Op 19-04-1909 eerste meting te Groningen. Meetnummer: G1124N. Lengte: 28 m 00 cm, breedte: 5 m 27 cm, waterverplaatsing: 176,550 ton. Eigenaar: Berend Bosma, domicilie: Winsum (Gr). Certificaat van deugdelijkheid tot Kiel.
1910-10-00: Final Fate:
Op 08.10.1910 vertrokken van Harburg met 140 ton lijnkoeken voor Delfzijl. Het schip was behoorlijk uitgerust en van het nodige voor zien. De lading behoorlijk gestuwd en de luiken goed geschalkt. De Elbe afzeilend passeerde men 12 oktober s `avonds om 18.00 uur Cuxhaven. Z.O. wind en kalme zee. De schipper had het voornemen binnen de kopton (aanwijston van de Elbe) door te varen. Het was ter hoogte daarvan ongeveer halftij. Verschillende Groninger schepen en Duitse Ewers volgden dezelfde koers. Op ongeveer 160 meter Z.O. van de kopton werd aanboord een hevige stoot gevoeld. De schipper riep de stuurman die toestormde aanstonds de pomp te peilen, echter het schip begon al te zinken en verdween binnen een kwartier. Onmiddellijk werd de boot overboord gezet en de opvarenden daarin geholpen. Eveneens zonk ook een Duitse Ewer met de "Melchizedek”. De beide schepen verdwenen in de diepte. De schipbreukelingen werden aanboord van de “Harmonie”(schipper L. Eeftingh, Gasselternijveen) genomen en te Bremerhaven geland. Er is vastgesteld op dat op de plek van de ramp tenminste 10 meter water staat. De schipper betrof geen blaam. Van het verzekeringsgeld (verzekeringswaaarde fl. 12.000,--) liet Bosma in 1911 de schoeneraak "Weldaad" bouwen. (zie voor uitvoerige beschrijving Spiegel der Zeilvaart 870222 van Frits Lohmeijer.)

Afbeeldingen


Omschrijving: Melchizedek 1909.
Collectie: Tuil, J. (Jan)
Vervaardiger: Unknown
Algemene informatie

NRC 261010
Raad voor de Scheepvaart. Op 8 oktober jl. is buiten de uitmonding van de Elbe, bij het vuurschip, na op een onbekend hard voorwerp te zijn gestoten, het aakschip MELCHIZEDEK, schipper en eigenaar Bosma, gezonken. Gisteren heeft de Raad voor de Scheepvaart een onderzoek ingesteld in deze zaak. Gehoord werd eerst schipper Bosma, die verklaarde steeds te hebben gevaren, eerst als matroos, daarna als stuurman op de grote vaart, sinds 21 jaar als schipper op de kleine vaart. Hij heeft geen diploma; zijn schip was goedgekeurd door de Scheepvaartinspectie en verzekerd. Hij was aan boord met zijn vrouw en 7 kinderen; de twee oudste zoons waren stuurman en matroos. De 8e oktober is de MELCHIZEDEK van Harburg de Elbe afgezakt met bestemming naar een van de Friese havens. Om 6 uur werd Cuxhaven gepasseerd en binnen de tonnen op het Elbe-vuurschip aangehouden. Hier waren veel schepen bij elkaar. Plotseling stootte de MELCHIZEDEK op een hard voorwerp en zonk zó spoedig, dat de opvarenden nauwelijks tijd hadden zich in de boten te redden. Het schip was met 190 ton geladen, en had ongeveer één voet uitwatering. Het plan was binnen de aanwijs ton van de Elbe door te varen. Een van de leden van de Raad gaf te kennen dat de schipper niet binnen bovengenoemde ton had moeten varen, omdat hier veel wrakken liggen. De schipper heeft zich nog eenmaal van de boot op het schip begeven, om zo mogelijk het geld en de papieren te redden. Toen hij echter in de onmiddellijke nabijheid een ander, een Duits schip ook zag zinken, stelde hij zich weer ijlings in de boot in veiligheid. In de zitting van de Raad voor de Scheepvaart is inzake het zinken van de MELCHIZEDEK nog gehoord de oudste zoon van de schipper, de stuurman, die verklaarde niet op de kaart te kunnen lezen. Hij deelde mee dat er buiten de tonnen is gekoerst, waarop de vader zei zich in zijn verklaring te hebben vergist; hij heeft inderdaad de tonnen aan stuurboord gehad. Bij het verhoor van de jonge Bosma bleek dat hij toch wel een en ander op de kaart kon nazien. De zitting werd daarna gesloten en de uitspraak op nader vast te stellen datum bepaald.

NRC 011110
Raad voor de Scheepvaart. De Raad deed heden daarna uitspraak in zake het zinken van het klipperaak-schip Melchizedek, schipper en eigenaar B. Bosma te Winsum. Het schip wat op 12 oktober uit Cuxhaven vertrokken met bestemming naar een van de Friese havens, doch stootte niet ver van het Elbe-vuurschip op een onbekend voorwerp en zonk bijna onmiddellijk. Het is de Raad niet gelukt vast te stellen, waarop de MELCHIZEDEK gestoten is, noch enig verzuim van de schipper aan te wijzen. De Raad trekt echter uit dit ongeluk voor schippers op de kleine vaart de les, om in betond vaarwater niet bulten de tonnen te varen. In het betreffende geval was het beter geweest, de kopton aan bakboord te houden.