1919-12-20: |
Met een lading hout onderweg van de Oslofjord naar Poole door dagenlang laaghangende mist aan de grond gelopen op de Vliehors. De bemanning werd de volgende dag op Texel aan land gebracht. Twee maanden later geborgen. Werd door de rederij aan de verzekering geabandonneerd.
NRC 22.12.1919: Vlieland, 21 december: De Nederlandse 3 mast motorchoener 'Johanna', kaptein Bosselaar, van Frederikshamn met hout naaar Poole, is op de Westhoek van het Vliehors gestrand; de bemanning is door de reddingsboot van Eierland gered en te Cocksdorp geland. Sleepboten zijn bij de strandingsplaats aanwezig.
NRC 23.12.1919: Vlieland, 23 december: Een gedeelte deklast van de gestrande motorschoener 'Johanna' is overboord geslagen en wordt geborgen. De gestrande schoener is hoger op het strand geslagen en valt bij laag water droog. Het schip is ogenschijnlijk onbeschadigd. Een weinig tuigage is hier aangebracht.
NRC 24.12.1919. Vlieland, 23 december: Het bergen van de lading planken uit het gestrande motorschoenerschip 'Johanna' is opgedragen aan Cocksdorper vissers: het afbrengen van het schip aan de sleepdienst Wijsmuller te ’s Gravenhage. Vandaag is met het lossen begonnen.
NRC 30.12.1919: Rotterdam, 29 december: In tegenstelling met vroegere berichten vernemen wij thans, dat voor het bergen van de lading hout van de motorschoener 'Johanna', zowel al voor het schip zelf, met Bureau Wijsmuller’s Bergingsdienst, station Nieuwediep, een contract is afgesloten op basis 'no cure no pay'. De zeelichter 'Albatros', groot 570 ton, vertrok zaterdag van IJmuiden via Nieuwediep naar de strandigsplaats per sleepboot 'Hector', - lichter en sleepboot behoren beide tot het drijvend materiaal van genoemde bergingsdienst-, om de gehele lading hout van de 'Johanna' over te nemen, waarna de 'Albatros' naar Rotterdam wordt gesleept om aldaar de lading te lossen of mogelijk zelf de lading moet vervoeren naar Poole in het Engels Kanaal, woorvoor de 'Johanna' bestemd was.
NRC 17.02.1920: Oude Schild, 15 februari: Door vissers van De Cocksdorp is de lading hout geborgen uit het, op de Vliehors gestrande, motor-schoenerschip 'Johanna'. De kans op afbrengen van het schip is minder geworden.
NRC 26.02.1920: ‘s Gravenhage 25 februari: Niettegenstaande alle berichten, dat de motorschoener 'Johanna', welke op 21 december 1919 op de Vliehors in zeer gevaarlijke toestand gestrand was, onherroepelijk verloren zou zijn en niet kon worden afgebracht, is dit toch, nu het weer enige dagen goed gebleven is, aan de afdeling bergingsdienst Nieuwediep van Bureau Wijsmuller’s Zeesleepvaartmaatschappij te ‘s Gravenhage gelukt. De 'Johanna' is hedennacht vlotgebracht, nadat eerst zo goed als de gehele lading hout door voornoemde bergingsdienst geborgen en in zijn lichter 'Albatros' geladen was. Deze berging is zeer moeilijk geweest. Nimmer te voren is het zulk aanhoudend stormweer gebleven. De kustwacht van Eierland heeft over de maand Januari 30 van de 31 dagen stormweer moeten melden. In de meest zware storm werd het schip plat opzij geworpen en dit kon niet dan na de grootste inspanning van de bergers en materiaal weer gericht worden. Voorlopig is de 'Johanna' op zand gezet om enige gaten in de buitenhuid, veroorzaakt doordat het schip bij de stranding op zijn ankers gelopen is, te dichten. De schoener zal daarna naar Nieuwediep worden gesleept om aldaar in het droogdok van de Nederlandse Marine te worden opgenomen en hersteld. Ook de lichter 'Albatros' wordt naar Nieuwediep gesleept en de schoener kan, na reparatie, dan weer zijn lading in droge toestand overnemen.
RC 29.01.1920: De Raad heeft nog een onderzoek ingesteld naar de stranding van het motorzeilschip 'Johanna' op 20 december op de kust van Vlieland. Rederij is de Vrachtvaart Mij Neerlandia te Rotterdam.
Kapitein H. Bosselaar verklaarde, dat de 'Johanna' een nieuw schip was, dat goed stuurde, ook zonder motor. Het was bestemd van Frederikshamn (Noorwegen) naar Poole in Engeland met een houtlading. Onderweg stak een hevige storm op. Eerst is langs de Noorse kust gevaren en daarna overgestoken. Tijdens het slechte weder, gepaard met sneeuwstormen, is een reddingboot verloren en zijn zeilen weggewaaid. Het schip is een paar dagen blijven drijven, waarna een nieuwe storm opstak. Het kompas raakte defect, de twee chronometers stonden stil, één blad van de schroef was weggeslagen, de motor was defect en de log werkte niet goed. Langzaam dreef het schip op de wal. Men had in het geheel geen verkenning. De gezagvoerder vermoedde onder Texel te zitten, doch strandde op Vlieland. Later volgt de uitspraak.
|