1961-02-03: |
Onderweg van Rotterdam naar Lorient tijdens slecht weer gestrand op Ile de Guignenec van de eilandengroep Ile des Glenans op de Bretonse kust. Het gelukte Wijsmuller, met behulp van de locale kotter 'Cri de Coeur', die bergingsmateriaal (pompen, lijnen, takels, enz.) aan boord bracht, het schip te bergen. Hiervoor moest een deel van de lading (rollen staal) gelost worden. Na meerdere pogingen door de sleepboten 'Upesi' en 'Titan' werd het schip uiteindelijk vlotgebracht en naar Lorient gesleept. Op 24 februari na tijdelijke Op 03-02-1961, tijdens de reis van Rotterdam naar Lorient, in zwaar weer gestrand west van de Glenan Island,voor de Engelse kust. Deel van de bemanning gered door de lokale reddingsboot. Bij laag water is het schip gestut door houten blokken waarna het lossen van de lading rollen staal kon beginnen. Een gedeelte van de bemanning werd gered door de Loctudy reddingboot. Naast de kapitein bleven de stuurman Harm Houwen en machinist Engelvaart aan boord.
NvhN 04-02-1961: Groninger coaster Eddystone liep op Bretonse rotsen. Vier opvarenden van boord gegaan.De Groninger kustvaarder Eddystone is gisteravond ten westen van de Glenan Eilanden op de kust van Bretagne, in de buurt van Lorient, op de rotsen gelopen. Vier opvarenden, onder wie een vrouw en een kind, zijn door reddingboten van boord gehaald. Een sleepboot zou vanmorgen het schip bereiken.
De toestand van de Eddystone leek eerst kritiek. Via radio St. Nazaire werd om hulp van redding- en sleepboot gevraagd. „Zo gauw mogelijk. Het water gaat over het hele dek". Op dit noodsein voeren onmiddellijk twee reddingboten uit en een Franse sleepboot. Ook de sleepboot Upesi, die uitgebracht wordt door Gebr. Wijsmulier in Baarn, nam radiotelefonisch contact op. Ondertussen meldde de Eddystone steeds hoger op de rotsen te komen, maar het schip hield het en sloeg niet lek.
Kapitein L. Dekkers uit Delfzijl ontstak alle lichten aan dek ter wille van de reddingboten. Deze kwamen vrij snel en haalden de echtgenote van de kapitein, hun kind, de tweede machinist en een matroos o.g. van boord. De zeven andere bemanningsleden zijn op de Eddystone gebleven. Vanmorgen leek de toestand van de kustvaarder niet ongunstig. Wel stond er vrij veel wind (zuidwest 8) en was de zee woelig. De sleepboot Upesi zou vanmorgen omstreeks 11 uur bij de Eddystone aankomen. Men heeft alle hoop de kustvaarder los te krijgen. Voor alle zekerheid blijft een van de Franse reddingboten in de buurt. Een expert van de verzekering is onderweg. De Eddystone, die 475 ton meet, werd in 1954 gebouwd bij E. J. Smith en Zn. te Westerbroek. Het schip was met een lading bandijzer onderweg van Rotterdam naar Lorient. Het is eigendom van de heer E. L. Schothorst te Groningen.
NvhN 06-02-19*61: Berging over tien dagen. Eddystone blijft nog even op Bretonse rotsen. De Groninger kustvaarder Eddystone zal nog wel even op de Bretonse rotsen blijven zitten. Het schip is namelijk sinds de stranding op vrijdagavond nog hoger gekomen, terwijl het water elk hoog tij lager komt. Het wachten is nu op een steeds hogere stand van het water bij vloed. Men verwacht dat over het lot van de Eddystone over tien dagen beslist zal zijn. Lekken geslagen. Toen de kustvaarder hoger op de rotsen kwam, zijn er diverse lekken geslagen. De sleepboot Titan is met extra bergingsmateriaal uit IJmuiden vertrokken en het eerst wat de bemanning hiervan zal doen, is proberen de lekken te dichten. Men hoopt dat tot het hoge water komt het weer rustig blijft. Er is echter een lijnverbinding met de rotsen gemaakt, zodat de mensen aan boord van de Eddystone zo nodig van boord kunnen gaan. Aan boord zijn nu ook een expert van de verzekering en een bergingsexpert. Beiden zijn kopers voor de Eddystone. Onze Parijse correspondent vertelt, dat de redding van de vrouw van de kapitein, mevrouw Dekkers uit Delfzijl, hun dochtertje en twee der jongste scheepslieden, de tweede machinist en een matroos 0.g., vrijdagavond nu niet bepaald van een leien dankje is gelopen. Nadat de noodsignalen op de Franse kust waren opgevangen, koos onmiddellijk een reddingboot uit het plaatsje Loctudey zee, die twee uur later het gestrande schip tot op een korte afstand wist te bereiken. De laatste 50 meters sloegen de golven echter zo hoog op dat het Franse reddingsbootje onmogelijk verder kon komen. Rubberkano. Een der redders was toen bovendien overboord geslagen. Hij wist zich met krachtige slag echter zwemmend een weg door de branding te banen tot bij het gestrande schip waar hn aan boord klauterde. Met een rubberkano van nauwelijks een meter lengte die aan een touw werd vastgebonden, wist men vervolgens een verbinding tussen de Franse reddingssloep en de Nederlandse kustvaarder tot stand te brengen. Achtereenvolgens werden langs die weg de vrouw van de kapitein, het 5 jarige dochtertje, twee jonge bemannmgsleden en tenslotte de Bretonse redder zelf van de Eddystone naar de sloep overgebracht. De kapitein en zes andere manschappen bleven op de kustvaarder in welks dichte nabijheid zich ook nog vier andere schepen ophielden in de hoop hulp te kunnen bieden. De Nederlandse schipbreukelingen waren toen ze eenmaal weer voet op vaste bodem zetten, niet zonder redenen opgetogen over de moed van hun Franse redders... Vertel hun, zo verzochten ze een tolk, die hen aan de kust temidden der honderden bewoners van het havenplaatsje opwachtte, vooral dat ze dappere en fameuze schippers en redders zijn.
De Telegraaf 07-02-1961: Schip op rotsen: heroïeke redding. Van onze correspondent Parijs, maandag. Op een rots voor de zuidwestkust van Bretagne lag dit weekeinde de Nederlandse kustvaarder „Eddystone" met een groot gat in de romp te wachten op een Nederlandse zeesleper, die zal pogen dit schip vlot te trekken. Als enigen zijn de kapitein Leendert Dekker en vijf bemanningsleden aan boord. Zijn vrouw en vijfjarige dochtertje alsmede de beide jongstcn van zijn bemanningsleden had kapitein Dekker van boord laten halen, maar de redding van deze vier mensen had een zeer dramatisch verloop en zal da geschiedenis ingaan als een van de stoutste huzarenstukjes van een Franse reddingbootbemanning. Tussen de kustplaats Concarneau (een kleine 100 km ten zuidoosten van Brest) en de Glenaneilandjes was de „Eddystone" vrijdagavond op drift geraakt en vastgelopen. Kapitein Dekker vreesde het ergste en seinde zaterdagmorgen om hulp. Twee uur later was de reddingboot “Commandant Coigneray" uit het vissersdorp Loctudy ter plaatse. Maar daar was alles mee gezegd. In de kolkende zee kon de reddingboot het Nederlandse schip niet dichter dan tot op 50 meter naderen. Val in zee. Tot overmaat van ramp viel een van de bemanningsleden van de reddingboot in zee. Maar deze stoere Bretonse visser, Corentin Cloarec (42), toonde zich sterker dan de woeste zee. Hij kon zijn eigen boot niet bereiken, maar wist zich wel aan boord van de „Eddystone" te hijsen. Daar kon hij met kapitein Dekker bespreken hoe diens vrouw en dochtertje en de twee jongste bemanningsleden van boord konden worden gehaald. Door gebruik te maken van stroming en windrichting slaagde men er in, via een kabel een rubberboot vanaf de „Commandant Coigneray" naar de „Eddystone" te vieren. Schipper Michel Cariou van de reddingboot had de grootste moeite zijn boot tijdens die moeilijke manoeuvre in bedwang te houden, maar het lukte. Van boord. Aan boord van de „Eddystone" kon men de rubberboot bereiken en er eveneens een kabel aan vastmaken. Een voor een konden toen de schipbreukelingen, die kapitein Dekker per se van boord wilde hebben, worden overgebracht. Eerst mevrouw Dekker met haar dochtertje, vervolgens na , elkaar de twee jeugdige bemanningsleden en ten slotte Corentin Cloarec, de redder die zelf schipbreukeling was geworden. Later is een lijnverbinding met de rotsen gemaakt zodat de rest van de bemanning, eventueel ook aan wal kan gaan. Een Nederlandse sleepboot, de “Upesi", is inmiddels ter plaatse gekomen. Volgens kapitein Dekker zou de enige kans om het schip nog vlot te krijgen over twee weken zijn, wanneer het opnieuw springtij is.
NvhN 14-02-1961: Donderdag poging tot berging van Eddystone. Donderdag gaat men de eerste poging doen de Groninger kustvaarder Eddystone van de Bretonse kust los te krijgen. Op Ile des Glenans, waar de Groninger al een dag of tien op de rotsen vastzit, zijn de opvarenden van de sleepboot Titan er in geslaagd veel bergingsmateriaal van zee uit met behulp van de motorsloep en van het vissersscheepje Roi de Coeur over te brengen op de Eddystone. De kustvaarder, die een lading van 530 ton ijzer had, zal worden gelost. Het ijzer zal worden opgeslagen op Krugen Rock, dat ln de nabijheid van de strandingsplaats ligt. De sloep en de Roi de Coeur kunnen de Eddystone bij hoog water bereiken, maar bij laag tü staat de kustvaarder geheel droog. Alles wordt nu klaar gemaakt om donderdag bij springtij een eerste poging te doen het schip vlot te brengen. Intussen is de bergingsploeg bij laag water bezig de gaten en scheuren, die het schip bij de stranding op de rotsen opliep, dicht te lassen.
NvhN 15-02-1961: De Eddystone is weer vlot. De Eddystone is weer vlot. Het Bureau Wijsmuller heeft met behulp van de sleepboot Titan de Groninger kustvaarder gistermiddag van de rotsen van He des Glenans voor de kust van Bretagne gehaald.
Deze berging werd door de verzekering een knap staaltje genoemd. Bij laagwater als het schip geheel droog lag werden de gaten en scheuren dicht gelast. Bij hoogwater bracht men met behulp van een vissersbootje bergingsmateriaal aan boord. Om dit materiaal op de Eddystone te krijgen is zelfs gebruik gemaakt van helikopters van de marine. De Titan heeft de coaster op sleeptouw genomen naar Lorient. Er is geringe lekkage in de machinekamer, maar het ruim is droog. Men heeft een deel van de lading bandijzer op de rotsen moeten zetten en dit zal vermoedelijk wel als verloren moeten worden beschouwd.
Friese koerier 15-02-1961: Eddystone door Titan vlot getrokken. IJmuiden (ANP) — De 475 ton metende Nederlandse kustvaarder „Eddystone" van de rederij H. Schothorst in Groningen, die enige dagen geleden in stormweer strandde op Ile des Glenans aan de Bretonse kust, is gisteravond vlot gebracht. De zeesleepboot „Titan" van NV Bureau Wysmuller te IJmuiden, die een contract op basis „Lloyds open form" had om het schip te bergen, bracht in het begin van deze week een sleepverbinding tot stand en kon het schip bij het hoogwater van gisteravond vlot brengen, nadat een klein deel van de 530 ton lading ijzer was gelost. De „Titan" sleept de „Eddystone" naar Loriënt. Het schip heeft geringe lekkage in de machinekamer, maar het binnendringende water kan met behulp van bergingspompen worden verwijderd.
Leeuwarder courant 24-02-1961: De „Eddystone" is op weg naar Harlingen
De 475 ton metende kustvaarder „Eddystone" uit Groningen, die de vorige week bij de Franse kust aan de grond liep en op 14 februari de haven van Lorient werd binnengesleept, is in het Arsenaal in deze plaats hersteld. Het schip is woensdagavond vertrokken naar Harlingen.
Friese koerier 27-02-1961: Na stranding: Coaster Eddystone in Harlingen. Harlingen — De 475 ton metende kustvaarder Eddystone van de rederij Schothorst te Groningen, meerde zaterdag aan de kade van de Nieuwe Willemshaven te Harlingen. Het schip liep begin februari vast op de rotsige Bretonse kust en werd op 14 februari door een sleepboot van Wijsmuller losgetrokken waarna het in de haven van Lorient provisorisch werd hersteld. Op de werf Welgelegen zal de bodemschade worden hersteld. De kapitein van de coaster, de nog jonge Leen Dekker, weigerde zeer beslist inlichtingen te geven omtrent de stranding en zei dat de zaak teveel was opgeschroefd. „Ik heb mijn rapport al klaar", aldus de heer Dekker. „Binnenkort zal de Raad voor de Scheepvaart één en ander bespreken."
NvhN 21-06-1961: Voor raad van de Scheepvaart. Twee kapiteins uit Delfzijl gestraft met 2 en 4 maanden. De Raad voor de Scheepvaart te Amsterdam, strafte de kapiteins A. T. B. van de coaster Democraat en L. D. van de Eddystone, beiden uit Delfzijl, door hun respectievelijk twee en vier maanden de bevoegdheid als kapitein te varen op zeeschepen te ontnemen. De Raad besliste dat beide kapiteins te kort waren geschoten in hun taak.Op 4 februari van dit jaar liep de Democraat (eigendom van G. Vos en T. Krikke te Groningen) op de reis van Ostende naar Blyth in de Robin- Hood-baai aan de grond. Onveranderde koers. De Raad is van oordeel dat kapitein B. ernstig te kort is geschoten in voorzichtigheid. Hoewel men na 0.00 uur tot 3.15 uur niet over gegevens beschikte over de afstand tot de kust. heeft de kapitein zijn schip al die tijd volle kracht met onveranderde kom-paskoers laten lopen. Gelet op de omstandigheden dat men in slechter wordend zicht voer in een tot noordelijk veranderende stroom en een van noord ruimende aanwakkerende wind, had hij alle reden gehad ernstig rekening te houden met de mogelijkheid dat de Democraat van de voorgenomen koers zou afwijken. B. mag twee maanden lang niet als kapitein op zeeschepen varen.
Te dicht bij kust. Op 3 februari, eveneens van dit jaar, strandde de Eddystone (toebehorende aan de Gebr. Schothorst te Groningen) op de reis van Antwerpen naar Lorient op de Quignenec voor de kust van Bretagne (Fr.). Volgens het oordeel van de Raad heeft de kapitein schuld aan de stranding van zijn schip. Hij had aan zijn stuurman opdracht behoren te geven verder uit de kust te blijven en ook, nadat hij zelf de wacht had overgenomen, had hij niet zo dicht onder deze gevaarlijke kust mogen blijven. De Eddystone stond bloot aan zogenaamde lagewalswinden en bovendien kunnen daar vrij sterke getijstromen zijn. De Raad neemt in aanmerking dat het schip na vertrek uit Antwerpen vrijwel voortdurend met ongunstig weer te kampen heeft gehad, mede tengevolge waarvan de kapitein zeer vermoeid geraakte. Kapitein D. werd gestraft met vier maanden.
Het Parool 22-06-1961. Schuldig aan stranding De kapitein gestraft. (Van een onzer verslaggevers) Amsterdam, woensdag. — De Raad voor de Scheepvaart heeft de 33-jarige kapitein L. D. uit Delfzijl de bevoegd heid om als kapitein op zeeschepen te varen ontnomen voor de tijd van vier maanden. De betrokkene werd schuldig geacht aan de stranding van de kustvaarder Eddystone, eigendom van de gebroeders Schothorst te Groningen op 3 februari van dit jaar bij Iles de Glénan voor de kust van Bretagne. Het schip was in Antwerpen geladen met rollen bandijzer, zonder dat stuwhout was gebruikt. Bovendien heeft de kapitein zich door het slechte weer laten verleiden om veel te dicht onder de kust te gaan varen. reparatie naar Scheepswerf Welgelegen in Harlingen gevaren door definitieve reparaties. |