Familiegegevens en opleiding
Steven van Delden werd geboren te Deventer op 05 mei 1801 als zoon van Albertus van Delden en Philippina Henriette Westenenk. Hij trouwde op 22 oktober 1828 te Rotterdam met Geertruy Johanna de Jong, geboren 01 april 1805 te Rotterdam als dochter van Johannes de Jong, scheepsbouwmeester, en Geertruy Johanna Peereboom005.
Steven overleed op 02 november 1859 te Deventer, 58 jaar, directeur van een stoombootmaatschappij.
Steeven van Delden uit Deventer werd op 08 december 1814 ingeschreven als leerling van de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam004-529/1195. Volgens de attestatie nr. 1195 werd hij gedoopt op 05 mei 1801 als zoon van A.van Delden uit Deventer, doopsgezind, en Philippina Hendrika Westenenk uit Deventer, gereformeerd. Beide ouders waren bij de inschrijving nog in leven en woonden in Deventer. Steeven was toe 13½ jaar, 5 voet/4 duim lang en gevaccineerd.
Iedere 3 maanden werd een voortgangsrapport opgesteld waarin o.a.:
"1 jan 1815 3/m rappot nog niet van te zeggen
1 april (1815) ... Kt(kent) het gebruik van de kompassen ...
21 may 1815 bij de eng. meester ...
27 septb 1815) bij den constapel ...
1 jan 1816 ... Kt miswijzing kompas en hoog en laag water ...
22 mei 1816 geplt als ligtmatroos op het schip de jonge Ypeus (d.i. volgens 011 Ipeius of Eperus) Captn H.H.de Weerth na Petersburg
31 aug 1816 terug van de reise met goede attestatie
1 octob 1816 heeft op zijne reise weinig vergeten en is bezig zich verder te bekwamen ...
22 aug 1817 geplt als ligtmatroos op het schip de Venus Captn Dirk Kraayer na Cadix ...
5 aug 1817 heeft den eereprijs behaalt als de meestgevorderde in het scheepswerk en denzelven, zijnde een kijker bekomen
27 decemb 1817 terug van de reise met goede attestatie
7 jan 1818 provisioneel blijven
25 maart 1818 ontslagen met honorabele attestatie en certificaat van vrijstelling van de nat.militie afgegeven".
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
S.van Delden, adres van Delden en Vissering op de Gelderse kade hoek Smitsteeg, werd met vlagnummer 357 effectief lid van Zeemanshoop per 28 augustus 1832 op voorspraak van P.S.Matzen. Zijn schip was de "Cornelia Henriette"002.
In de Algemene Vergaderingen van 21/28 augustus 1832 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd tot effectief lid voorgedragen/benoemd Steven van Delden Albsz, oud 35 jaar, wonende te Rotterdam, voerend het schip Ribble onder directie van de heren James Clegg Brother te Rotterdam, met als adres J.van Delden Az op de N.Z.Voorburgwal over de Armsteeg 113 te Amsterdam, op verzoek van kapitein J.A.de Haas op voordracht van kapitein P.S.Matzen. Hij kreeg vlagnummer 357023.
Steven van Delden was deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 31 augustus 1834. Hij bedankte als lid van Zeemansfonds in 1840
Steven van Delden was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1832 t/m 1840 met de vlagnummers 357 (1832 t/m 1836) en 245 (1836 t/m 1840).
- van Delden was met vlagnummer R75 in de periode 1826 t/m 1847/8 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Daar de ledenlijsten uit de periode 1820 t/m 1825 ontbreken is het mogelijk dat hij in één van de jaren uit deze periode tot de Maatschappij is toegetreden058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 24 november 1859 wordt het overlijden gemeld van kapitein S. van Delden.042
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 13 december 1859 staat een bericht door A. van Delden, die het overlijden meldt van oud-koopvaardijkapitein S. van Delden.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
357 1832-1833 fregat Ribble James Clegg Brother te Rotterdam
1834 geen opgave van schip en boekhouder
1835 bark Java's Welvaren B.W.van Straten
245 1836-1838 bark Java's Welvaren idem
1839-1843 geen opgave van schip en boekhouder
1844-1846 bark de Roompot M.C. de Crane en Zn te Zierikzee
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Diensttijd
- van Delden Java’s Welvaren 1835-1839 4 4
Bouma025 vermeldt S.van Delden Az als gezagvoerder gedurende:
* 1833 t/m 1834 op het fregat “Ribble”, gebouwd in 1828, 234 ton o.m., varend voor James Clegg Bros te Rotterdam;
* 1836 t/m 1839 op de bark “Java’s Welvaren”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 470 ton o.m., varend voor B.W.van Straten te Amsterdam;
* 1845 t/m 1849 op de bark de “Roompot”. Op 17 juni 1841 werd op de werf De Goede Intentie te Zierikzee de kiel gelegd voor rekening van M.C. de Crane. Eerst op 20 juli 1844 werd het schip te water gelatenHet schip mat 500 lasten/ 748 ton o.m. en voer voor M.C.de Crane & Zn te Zierikzee.
De naam van het schip was ontleend aan het belangrijke zeegat voor Zierikzee. “Tijdens een reis van Probolingo (vertrek 8 december 1847) naar Middelburg kreeg “De Roompot” het wegens een naderende cycloon zwaar te verduren; met veel inspanning wist de bekwame gezagvoerder het schip te behouden. Sint Helena werd 1 februari 1848 gepasseerd; op 20 april daaraanvolgend kwam de rede van Zierikzee in zicht. … “. Spin gaf het volgetuigde schip op fraaie wijze weer, varend voor een vreemde kust. Het schip draagt de kapiteinsvlag R.29 van opvolger H.H. de Boer. Dit scheepsportret is in particulier bezit067.
Overige bijzonderheden
Steven van Delden was kapitein van de bark de “Roompot” van 03 maart 1845 t/m 19 april 1848. In die periode maakte hij met dit schip 3 reizen en wel van:
- Zierikzee - Batavia 03 maart 1845 - 15 juni 1845 Batavia - Vlissingen 02 augustus 1845 - 23 november 1845
- Zierikzee - Batavia 29 juni 1846 - 14 oktober 1846 Semarang - Zierikzee 11 november 1846 - 02 april 1847
- Zierikzee - Batavia 15 juli 1847 - 28 oktober 1847 Probolingo - Zierikzee 04 december 1847 - 19 april 1848
Hij was de eerste gezagvoerder op dit schip dat tussen 1841 en 1844 werd gebouwd op de werf ”De Goede Intentie” te Zierikzee in opdracht van de rederij M.C.de Crane & Zn te Zierikzee. Het schip werd geregistreerd bij Veritas als metende 719 metrieke ton, zijnde 379 last.
Gedurende de derde reis ontweek men kort na het vertrek uit Probolingo in de Indische Oceaan een zware cycloon en ook in het vervolg van de reis had men met zwaar weer te kampen. Naar aanleiding van deze ervaringen maakte van Delden van deze cycloon een rapport op, welke hij doorgaf aan Henry Piddington, voorzitter van de maritieme raad van onderzoek in Calcutta, die hem met zijn kundigheid als gezagvoerder complimenteerde.
Van Delden werd als gezagvoerder opgevolgd door Hendrik. Hendriks de Boer onder wiens gezag het schip nog 4 reizen naar het verre Oosten maakte, voordat het op 29 juni 1853 in de monding van de Oosterschelde op de gronden van de Roompot verging. Een uitgebreid verslag van de lotgevallen van de bark de “Roompot’ onder van Delden en de Boer is te vinden in:
UIT: “De Roompot gezonken in de Roompot. Achtergronden en nasleep van de ramp met een Zierikzeese Oostindiëvaarder” door J.H.F.Schwartz, verschenen in de Kroniek van het Land van de Zeemeermin (Schouwen Duiveland) 21:45-56, 1996. Zie aldaar voor details en de uitgebreide bronnenopgave.
“Voor de Zierikzeese rederij De Crane werd in 1841 begonnen met de bouw van een nieuw fregat, dat de naam “De Roompot” kreeg. Op 17 juni werd de kiel gelegd, maar het duurde ruim drie jaar eer het schip geheel gereed was.
Met een eenvoudige plechtigheid werd “De Roompot” tenslotte op 20 juli 1844 te water gelaten.
Op het eerste gezicht mag de naam ietwat vreemd aandoen al zullen de meeste Zeeuwen wel degelijk onmiddellijk het verband onderkennen met het gelijknamige zeegat. Roompot zou afgeleid zijn van Romanorum portus: haven van de romeinen …
Met bestemming Batavia zeilde “De Roompot” onder gezag van kapitein S.van Delden op 3 maart 1845 voor de eerste maal uit na bevracht te zijn door de Nederlandsche Handelmaatschappij. De vaart naar Indië duurde honderdtwee dagen. Op 20 juni daaraanvolgende koerste men naar Tegal alwaar opnieuw lading werd ingenomen voor de terugrei naar het vaderland. De bestemming was Middelburg. In goede welstand werd aldaar op 25 november afgemeerd.
Het volgend jaar werd een soortgelijke reis naar Batavia ondernomen; ook ditmaal ging alles van een leien dakje; toch zou dat niet zo blijven. Een reis, die de kapitein en bemanning op 28 oktober 1847 te Batavia bracht en vervolgens naar Soerabaya en Probolingo zou terug nog een riskant avontuur betekenen door een opstekende cycloon. Het was uiteindelijk in hoofdzaak aan het grote zeemanschap van kapitein van Delden - die als het ware de cycloon wist te omzeilen - te danken, dat men zonder problemen het vaderland veilig kon bereiken terwijl tal van andere schepen veel averij hadden opgelopen …
Dan zien we “De Roompot” na tal van omzwervingen op 20 april 1848 weer eens in de thuishaven Zierikzee afmeren. Kapitein van Delden verlaat hier het schip om het gezag over te dragen aan H.H.de Boer …”074.
S.van Delden verzorgde per 18 september 1836 vanuit Nieuwediep met de “Java’s Welvarend” een troepentransport van 3 officieren en 120 manschappen. Hij arriveerde op 26 december 1836 te Batavia na 99 dagen065*.
zie voor Riekels ook bij Rickels
Familiegegevens en opleiding
Izak Riekels werd geboren te Den Helder op 11 mei 1805.
Hij trouwde met Neeltje Riekels, geboren te Archangel op 23 april 1807. Zij overleed op 27 mei 1864.118
Izak is overleden in 1848003.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.Riekels werd met vlagnummer 418 per 26 juni 1838 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van S.van Delden. Zijn schip was de "Henri en Willem". Toegevoegd is "overleden"002. Ten tijde van de inschrijving was de man 34 jaar en de vrouw 32 jaar. Ingeschreven werden twee zonen, geboren in 1836 en 1838002a.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 19/26 juni 1838 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Isaac Riekels, oud 33 jaar, voerend de bark “Henry en Willem”, met als adres de heer B.W.van Straten te Amsterdam, op voordracht van kapitein S.van Delden. Hij kreeg vlagnummer 428023.
Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 23 augustus 1842003
Hij was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1838 t/m 1848 met het vlagnummer 418.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop van 01 maart 1849 gaat het Bestuur accoord met een uitkering aan de weduwe J.Riekels per 01 februari 1849 voor haar en 6 kinderen ingaande 01 februari 1849.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering van 27 maart 1849 is vermeld dat de weduwe J.Riekels een uitkering is verstrekt per 01 februari 1849 in de 1e klasse.023.
De schepen van de kapitein
lid van het college Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer periode type naam van het schip boekhouder/reder
418 1838 bark Henry en Willem B.W.van Straten
1839-1840 bark Java's Welvaren idem
1841-1844 fregat Barend Willem idem
1845 fregat Barend Willem B.W.van Starkenborg van Straten
1846-1848 fregat Barend Willem Wed.B.W.van Starckenborg van Straten
1848 "overleden"
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Dienstijd
J.Rieckels Henri & Willem 1838-1839 1
Java’s Welvaren 1839-1841 2
Barend Willem 1841-1848 4
7 10
Bouma025 vermeldt J.Riekels als gezagvoerder gedurende:
* 1839 t/m 1840 op de bark “Henri en Willem”, gebouwd in 1790, bouwplaats niet genoemd, 306 ton o.m., varend voor B.W.van Straten;
* 1840 t/m 1841 op de bark “Java’Welvaren”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 470 ton o.m., varend voor B.W.van Straten te Amsterdam;
* 1842 t/m 1848 op het 3/m schip “Barend Willem”, gebouwd in 1841 te Amsterdam, 901 ton o.m., varend voor B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam. Overleden in 1848.
Overige bijzonderheden
Andries Pietersen werd vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam geplaatst als jongen op de "Barend Willem" onder kapitein Riekels voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij meldde zich weer op school op 25 juni 1844004(533/1938).
J.Rickels (sic) verzorgde per 16 augustus 1843 vanuit Nieuwediep met de “Barend Willem” een troepentransport van 5 officieren en 200 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 25 november 1843 na 101 dagen.
Op 12 juni 1847 vertrok hij van Nieuwediep met 3 officieren en 180 manschappen eveneens op de “Barend Willem”. Hij arriveerde te Batavia op 29 september 1847 na 109 dagen065.
Familiegegevens en opleiding
Jan Willem Retgers werd geboren/gedoopt te Amsterdam op 29 oktober/06 november 1808 als zoon van Jan Retgers en Anna Elisabeth Schutzler.
Hij huwde met Catharina Henrietta Bodeman, geboren te Amsterdam op 07 mei 1811 (en gedoopt op 26 mei 1811 in de Hersteld Lutherse Kerk te Amsterdam) .
In het Bevolkingsregister 1851-53 (-64) van Amsterdam staat Jan Willem Retgers, geboren 29 oktober 1808 te Amsterdam, gehuwd, Nederduits Hervormd, in 1852 wonend op de Oudeschans 70 te Amsterdam.
Jan Willem Retgers woonde in de 2e Weteringdwarsstraat 12 te Amsterdam. Hij werd geboren op 29 oktober 1808 te Amsterdam. Zijn religie was Nederduits Hervormd.098
Algemeen Handelsblad 13 september 1865114
Advertentie. Al degenen die iets te vorderen hebben van, of verschuldigd zijn aan de boedel en nalatenschap van de heer Jan Willem Regters, oud koopvaardij kapitein, laatst gewoond hebbende en op de 14e juli 1865, overleden zijnde te Amsterdam, worden verzocht daarvan voor de eerste oktober dezes jaars, schriftelijke opgave te doen ten kantore van de notaris J.H. Bok Jr. alhier, op de O.Z. Achterburgwal bij de Barndesteeg, K 48.
Jan Willem Retgers uit Amsterdam werd ingenomen als leerling van de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart op 24 september 1821. Hij werd volgens doopcedule 1452 gedoopt op 06 november 1808 te Amsterdam als zoon van Jan Retgers, gereformeerd, en Anna Elisabeth Schutzler uit Waldeck, luthers. Beiden waren ten tijde van de inschrijving nog in leven en woonden in de Vissteeg te Amsterdam. De vader was vergulder. Jan was bij de inschrijving 13 jaar, 1 el/45 duim lang en gevaccineerd.
Van de vorderingen werden drie-maandelijkse rapporten opgesteld van 01 oktober t/m januari 1826. Vermeldenswaardige opmerkingen zijn:
10 oktober 1824 “geplaatst bij den Constapel en ook bij den tekenmeester”;
11 maart 1825 “heeft zijn belijdenis gedaan”;
22 april 1825 “geplaatst als kajuitwachter op ’t schip Hendrika Elisabeth kapt. Anne Glazener naar St.Jago de Cuba voor Rotterdam à ƒ 15,- ’s maands”;
26 november 1825 “teruggekomen van de reis met goede attestatie”;
10 februari 1826 “geplaatst als ligtmatroos op het schip Rotterdam commandeur Jacob Keller naar Straat Davids”;
04 november 1826 “terug van de reis met goede attestatie”;
08 november 1826 “Verzoekt en bekomt zijn ontslag met honorabele attestatie en Certificaat Vrijstelling voor de Nation.Militie”004-532/1452.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.W.Retgers (adres B.W.van Straten) werd met vlagnummer 483 per 06 augustus 1839 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van kapitein S.van Delden. Zijn schip ten tijde van de inschrijving was de "Henri en Willem". Toegevoegd is "overleden"002. Ten tijde van de inschrijving was Retgers 31 jaar en ongehuwd002a.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 30 juli/06 augustus 1839 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Jan Willem Retgers, oud 31 jaar, voerend de bark “Henri en Willem”, adres bij B.W.van Straten te Amsterdam, op voordracht van kapitein S.van Delden Az.023.
Jan W.Retgers werd deelnemer in het Weldadig Zeemansfonds van Zeemanshoop per 22 januari 1850. “later gehuwd, de vrouw overleden”. Overleden in 1865.003
Hij was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1839 t/m 1865 met de vlagnummers 483 (1839 t/m 1854) en 192 (1854 t/m 1865).
J.W.Retgers was van 1860-1866 bestuurslid van het College Zeemanshoop019.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 25 februari 1847 krijgt een bemanningslid van de “Koning der Nederlanden” een maand gage wegens schipbreuk.
In de Bestuursvergadering dd 24 juni 1847 staat een verzoek van kapitein J.W.Retgers om een uitkering wegens schipbreuk. Het verzoek zal worden onderzocht en in de vergadering dd 29 juli 1847 wordt hem een maand gage toegekend. 042.
In de notulen dd 09 maart 1847 van de Algemene Vergadering werd aan 5 equipageleden een maand gage toegekend vanwege het verongelukken van hun schip “Koning der Nederlanden” onder kapitein J.W.Retgers.023.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 07 januari 1862 staat vermeld een: “Brief van Kapt. J.W.Retgers bij ZEd vertrek naar Java met de Stad Enschedé afscheid nemende van het Bestuur en de Leden.”023.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 07 december 1858 wordt verslag gedaan van de herziening van de Reglementen van het Weldadig Zeemansfonds. Kort voor deze vergadering is een brief binnengekomen “geteekent door den Heer J.W.Retgers en andere Effectieve Leden” (die niet met naam worden genoemd). In het algemeen gaan Retgers c.s. accoord met de herzieningen op drie aanmerkingen na en wel:
“1e Op Art.17 en 39 van het ontwerp waaruit men de bepaling wenschte dat bewezenen zelfmoord het regt op uitkering doet vervallen.
2e Op Art.37 hetgeen men zoó gewijzigd wenschte, dat 65 jarige deelnemer niet gehouden was eene opgave zijner inkomsten of bezittingen aan het Bestuur te doen.
3e Op de bepalingen omtrent de uitkeeringen, welke de Schrijvers van den brief daarom niet goedkeurden, omdat de uitkeeringen niet evenredig en naar gelang van de stortingen waren geregeld, hetgeen vooral in de voornaamste plaats de eerste klasse betreft, waar de uitkeering naar hunne meening f 20,- ’s maands moest bedragen.”
Na uitvoerige discussie en toelichtingen wordt voorliggende voorstel van het Bestuur alsnog met algemene stemmen goedgekeurd, “terwijl twee leden zich buiten stemming hebben gehouden.”.
De door Retgers en de zijnen voorgesteld wijzigingen werden dus niet overgenomen, maar:
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 17 mei 1859 staat een verslag van de beraadslagingen over de amendementen die door Retgers C.S. zijn ingediend. Na discussie wordt het voorstel tot wijziging van de artikelen 17 en 19, handelende over uitkering bij zelfmoord, aangenomen. De twee andere voorstellen (zie hiervoor) worden verworpen.023.
De schepen van de kapitein
lid van het college Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnr periode type naam van het schip boekhouder/reder
483 1839 bark Henry en Willem B.W.van Straten
1840 geen vermelding van schip en boekhouder
1841-1844 bark Java's Welvaren B.W.van Straten
1845 fregat Koning der Nederlanden B.W.van Starkenborgh van Straten
1846 fregat Koning der Nederlanden Wed.B.W.van Starckenborgh van Straten
1848 geen vermelding van schip en boekhouder
1849-1853 fregat Barend Willem Wed.B.W.van Starckenborgh van Straten
192 1854-1860 fregat Barend Willem idem
1861-1862 fregat De Stad Enschedé idem
1863-1864 geen vermelding van schip en boekhouder
Vermelding van vertrek en aankomst in Amsterdam093
Naam kapitein Naam schip vertrek terugkomst
J.W.Regers Barend Willem 04 oktober 1859 20 november 1860
Stad Enschedé 31 december 1860 24 oktober 1862
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Dienstijd
J.W.Retgers Henri & Willem 1839-1840 1
Java’s Welvaren 1842-1845 2
Barend Willem 1849-1860 6
Stad Enschede 1862-1862 1
10 23
Bouma025 vermeldt J.W.Retgers als gezagvoerder gedurende:
* 1841 t/m 1843 van de bark “Henri & Willem”, gebouwd in 1790, bouwlocatie niet vermeld, 306 ton o.m., varend voor B.W. van Straten te Amsterdam. Het schip was in 1843 te koop;
* 1842 t/m 1845 van de bark “Java’s Welvaren”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 470 ton o.m., varend voor B.W. van Straten te Amsterdam;
* 1846 van de brik “Koning der Nederlanden”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 807 ton o.m., varend voor B.W. van Starkenborgh van Straten te Amsterdam;
* 1847 van hetzelfde schip maar nu varend voor de Wed. Starkenborgh van Straten te Amsterdam. Het schip is in 1847 verongelukt;
* 1849 t/m 1861 op het fregat “Barend Willem”, gebouwd in 1841 te Amsterdam, 901 ton o.m., varend voor de Wed. van Starkenborg van Straten te Amsterdam. Het schip werd in 1861 verkocht naar Engeland en herdoopt in “ Alaya”;
* 1863 van het ijzeren 3/mschip “Stad Enschede”, gebouwd in 1856 te Amsterdam, 586 ton o.m., varend voor de Wed. B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
J.W.Retgers verzorgde per 06 mei 1849 vanuit Nieuwediep met de “Barend Willem” een troepentransport van 3 officieren en 160 manschappen naar Indië. Hij arriveerde te Batavia op 23 augustus 1849 na 109 dagen.
Op 11 maart 1857 voer hij uit van Nieuwediep met 3 officieren en 200 manschappen met hetzelfde schip en arriveerde te Batavia op 22 juni 1860 na 103 dagen. Onderweg waren 3 manschappen gedeserteerd.
Op 10 november 1859 voer hij wederom vanuit Nieuwediep met hetzelfde schip met een transport van 3 officieren en 20 manschappen. In St.Georg d’Elmina werden nog 70 Afrikaanse recruten aan boord genomen. Hij arriveerde te Batavia op 13 maart 1860 na 124 dagen.
Op 14 januari 1862 voer hij vanuit Nieuwediep met de “Stad Enschede” en een transport van 5 officieren en 125 manschappen naar Indië waar hij te Batavia arriveerde op 17 mei 1862 na een reis van 123 dagen065.
In de Harlinger Courant van half maart 1853 (geen datum op de fotokopie van de pagina) staat in de rubriek GEPRAAIDE SCHEPEN het volgende096:
“Door de Vlissingschen loodskotter No.6 zijn den 11den Maart, op de hoogte van Dengenees (sic), bij O.wind en bramzeilskoelte geseind: de schepen Barend Willem, Retgers, van Londen n. Melbourne, en de President Ram, Urich, van Londen n.Adelaïde.”
Zeepost 03 november 1840114
Verkoop van schepen te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg op maandag de 2e november: het gekoperd barkschip HENRY EN WILLEM, kapt. J.W. Retgers: NLG 8.700, in slag NLG 2.000, opgehouden.
Amsterrdamsche Courant 01 maart 1844114
Schepen in lading naar Batavia:…..
…..Gekoperd 2-deks barkschip JAVA’S WELVAREN, kapt. J.W. Retgers, van Amsterdam…..
NRC 26 januari 1853114
Amsterdam, 25 januari. Volgens brief van kapt. J.W. Retgers, voerende het schip BAREND WILLEM, van hier naar Londen, 18 januari j.l. op de Theems gearriveerd, had hij gedurende zijn reis hevige stormen doorgestaan, waardoor, onder meer andere schade, de onder-ra’s gebroken en enige zeilen gescheurd waren.
NRC 22 mei 1853114
Rotterdam, 21 mei. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn op heden bevracht de navolgende 30 schepen, als:…..
….Voor Amsterdam: ALDEBARAN, kapt. B.G. Meiboom; PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. P. Huidekoper; BAREND WILLEM, kapt. J.W. Retgers…..
NRC 24 oktober 1855114
Sydney, 15 juli. Het Nederlandse schip (opm: fregat) BAREND WILLEM, kapt. J.W. Retgers, hetwelk de 29e juni alhier arriveerde, heeft ten gevolge van slecht weder verscheiden zeilen en een gedeelte der verschansing verloren. Een man is van fokkera gevallen en heeft daarbij het leven verloren.
NRC 14 juli 18561141
Advertentie. G.J. Roland Holst, F. der Kinderen, H. Salm, H.J. Rietveld, C.A. Schröder, G.J. Boelen en C. Scheltens Oolgaardt, makelaars, zullen op maandag de 28 juli 1856, des avonds ten zes ure, te Amsterdam in de Nieuwe Stadsherberg aan het IJ, ten overstaan van een daartoe bevoegd beambte, verkopen een extra ordinair welbezeild, gekoperd en kopervast fregatschip, genaamd BAREND WILLEM, varende onder de Nederlandse vlag, gevoerd door kapitein J.W. Retgers, volgens meetbrief lang 43 ellen 60 duimen, wijd 7 ellen 44 duimen, hol 6 ellen 25 duimen, en alzo gemeten op 901 tonnen of 476 lasten. Liggende in het Oosterdok in de Pijp. Breder bij inventaris en bericht bij bovengemelde makelaars.
NRC 21 maart 1857114
Rotterdam, 20 maart. Door de Nederlandsche Handel Maatschappij zijn bevracht de volgende 30 schepen, als:…..
......Voor Amsterdam: ESTAFETTE, kapt. A.M.H. Rietveld; JOHANNA CATHARINA, kapt. C.J. van Loon; BAREND WILLEM, kapt. J.W. Retgers;…..
NRC 21 maart 1857114
Amsterdam, 20 maart. Volgens brief van kapt. J.W. Retgers, voerende het schip (opm: fregat) BAREND WILLEM, van hier naar Batavia, in dato 17 maart, bevond hij zich toen op de hoogte van Douvres (opm: Dover) na in de jongste stormen de bezaansgaffel en buiten-kluiverboom gebroken en de bezaan gescheurd te hebben. Overigens waren de equipage en de militairen allen wel.
NRC 17 februari 1860114
Amsterdam, 16 februari. Volgens brief van kapt. Retgers, voerende het fregatschip BAREND WILLEM, van hier naar St. George d'Elmina en Batavia, in dato 1 januari l.l, was hij op de 25e van de vorige maand ter rede van St. George d'Elmina gearriveerd. Na een transport van 80 Afrikaanse rekruten te hebben ingenomen, dacht de kapitein de reis naar Batavia te vervolgen op de 3e januari. Passagiers en equipage bevonden zich in goede welstand en het schip in de beste staat.
NRC 07 juni 1860114
Batavia, 23 april. Het schip BAREND WILLEM, kapt. Retgers, van Amsterdam alhier aangekomen, zal vermoedelijk moeten dokken en koperen.
NRC 20 november 1860114
Amsterdam, 19 november. Het schip BAREND WILLEM, kapt. Retgers, van Batavia herwaarts gedestineerd, bevond zich gisteren in goede staat bij de Singels (opm: ondiepten in de inham bij Winchelsea, 10 mijl west van Dungeness); aan boord was alles wel.
NRC 28 november 1860114
Amsterdam, 27 november. Volgens bericht van kapt. J.W. Retgers, voerende het Nederlandse fregatschip BAREND WILLEM, in Texel binnen, heeft hij bij stormweder de 13e november j.l. des morgens te 9½ ure, op 48º34’ N.B. en 10º33’ W.L. van Greenwich door de equipage verlaten drijvende gevonden het Hamburger barkschip GESINE, met de Hamburger vlaggen halfstok van de top en de gaffel.
Familiegegevens en opleiding
Tjerk Gollards werd geboren te Amsterdam op 31 augustus 1801 als zoon van Miechiel Gerrits Gollard en Neeltje Roem Hiddes..
Hij trouwde op 13 augustus 1826 te Nieuwendam met Klaaske Alders, geboren te Nieuwendam op 20 oktober 1799 als dochter van Sibble/Siebe Alders en Hilletje Heeres. Klaaske overleed te Nieuwendam op 24 juli 1861 voormiddags 08 uur in huis nr. 56, 61 jaar en weduwe.
Tjerk overleed op 16 april 1859 te Nieuwendam huis nr. 50, voormiddags 2 uur, 57 jaar. De aangifte geschiedde door Dirk Pronk, behuwd vader. Stadsarchief Amsterdam
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
T.Gollards werd met nr.380 lid van Zeemanshoop per 04 juli 1837 op voorspraak van H.de Jong. Zijn schip was de "Castor"002.
In de Algemene Vergaderingen van 27 juni/04 juli 1837 van het Amsterdams zeemanscollege “Zeemanshoop” werd als effectief lid voorgesteld/ingeschreven Tjerk Gollards, oud 36 jaar, voerend de bark “Castor”, wonende te Nieuwendam, op voordracht van kapitein H.de Jong023.
Tjerk Gollards was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1836 t/m 1859 met de vlagnummers 380 (1837 t/m 1854) en 132 (1854 t/m 1859).
Hij werd als stuurman lid van het Weldadig Zeemands Fonds van Zeemanshoop per 07 december 1830. "Overgeplaatst in de 1e klasse 1 mei 1839"003.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 11 0ktober 1853 staat dat in de Commissie van Bestuur over de Bibliotheek is benoemd T.Gollards.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 31 mei 1859 vraag de wed. T.Gollards geb. Alders om een uitkering, welke haar in de vergadering van 30 juni 1859 wordt toegekend ingaande 01 mei 1859.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 19 juli 1859 staat vermeld dat per 01 mei 1859 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan de wed. T.Gollards geb. Alders.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop in Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
onder de naam T.Gollards
380 1837-1840 bark Castor J.Hartsen
1841-1843 fregat Flevo Jonkh.J.Hartsen
1844 fregat Prins Frederik der Nedrlanden idem
1845-1846 bark Java's Welvaren Wed.B.W.van Starkenborgh van Straten
1848-1853 fregat Cornelia en Henrietta idem
132 1854-1856 fregat Cornelia en Henrietta idem
1857-1858 geen opgave van schip en boekhouder
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Diensttijd
T.Gollards Java’s Welvaren 1845-1847 2
Cornelia Henriëtte 1847-1856 4
7 11
Bouma025 vermeldt T.Gollards als kapitein gedurende:
* 1838 t/m 1841 op de bark “Castor”, gebouwd in 1834 te Amsterdam, 475 ton o.m., varend voor de gebr. Hartsen te Amsterdam;
* 1842 t/m 1844 op het 3/m schip “Flevo”, gebouwd in 1836 te Amsterdam, 1320 ton o.m., varend voor J.Hartsen te Amsterdam;
* 1845 op het 3/m schip “Prins Frederik der Nederlanden”, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 650 ton o.m., varend voor de Gebr. Hartsen te Amsterdam;
* 1846/1847 op de bark “Java’s Welvaren”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 470 ton o.m., varend voor B.W.van Starkenborg van Straten;
* 1848 t/m 1857 op de “Cornelia en Henriëtta”, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 742 ton o.m., varend voor de Wed. van Starckenborg van Straten;
Overige bijzonderheden
Op 02 juni 1838 werd vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam Jan Christiaan Siedenburg als ligtmatroos geplaatst op de “Castor”onder kapitein Gollards voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde weer op school terugop 09 april 1839004-532/1773.
Op 08 mei 1839 werd vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam Jan Christiaan Siedenburg als ligtmatroos geplaatst op de “Castor”onder kapitein T.Gollaards voor een reis van Amsterdam naar Amsterdam. Hij keerde op 30 maart 1840 weer op school terug004-532/1773.
Op 21 april 1842 werd vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam Hendrik Croese als ligtmatroos geplaatst op de "Flevo" onder kapitein T.Gollaarts voor een reis naar Batavia vanuit Amsterdam004-532/1856). Ook in het Archief van de Waterschout"011 wordt de naam gespeld als Gollaarts, in 1842 gezagvoerder van de "Flevo".
Op 03 april 1849 werd Tjerk Dirk Gollards vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart als ligtmatroos geplaatst op de "Cornelia Henriëtte" onder kapitein Gollards (zijn vader) voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde terug per 19 november 1849004(533/2062).
Op 03 april 1849 werd Pier Vitringa Coulon vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als jongen geplaatst op de "Cornelia Henriëtte onder kapitein Gollards voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij meldde zich weer op school per 19 november 1849004-533/2095.
Op 06 augustus 1850 werd vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam Gerardus Hendricus Timmerman als ligtmatroos geplaatst op de "Cornelia en Henriëtte" onder kapitein Gollards voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij meldde zich weer op de school op 04 juni 1851004-533/1221.
T.Gollards vervoerde per 05 juni 1840 vanuit Nieuwediep met de “Castor” een 3 landmachtofficieren naar Batavia waar hij op 08 november 1840 na 156 dagen arriveerde.
Per 07 juni 1842 vertrok hij vanuit Nieuwediep met de “Flevo” en een troepentransport van 4 officieren en 100 manschappen. Hij kwam te Batavia aan op 28 september 1842 na 113 dagen065.
Familiegegevens en opleiding
Antonie van Oosteroom werd geboren te Amsterdam op 24 januari 1815.
Hij huwde op 14 april 1842 te Amsterdam met Louisa Francisca Martens, geboren te Amsterdam 04 oktober 1814 en overleden in oktober 1871. 003 en 118.
Antonie overleed op 23 november 1865 te Soerabaja.
Anthon van Oosteroom woonde op de Oudeschans 23 te Amsterdam. Hij werd geboren op 24 januari 1815 te Amsterdam. Zijn religie was Nederduits Hervormd.098.
In het Bevolkingsregister 1851 in het Amsterdamse Stadsarchief wordt vermeld de koopvaardijkapitein Anthonie van Oosteroom, geboren 24 januari 1815 te Amsterdam, Nederlands Hervormd, vanaf 1859 wonend in de Grote Kattenburgerstraat 743, Amsterdam.
Algemeen Handelsblad 16 januari 1865114
Advertentie. Heden ontving ik de treurige tijding, dat mijn geliefde echtgenoot Antonie van Oosteroom, in leven gezagvoerder van het barkschip HERMAN, de 23e november j.l. te Soerabaya plotseling in de ouderdom van ruim 49 jaren is overleden. Hoe smartelijk mij dit verlies treft, met mijn drie kinderen, zal een ieder kunnen beseffen, die de overledene in zijn braaf en werkzaam leven hebben gekend.
Amsterdam, 12 januari 1865 Wed. A. van Oosteroom, L.F. Martens
Antonie van Oosteroom werd op 30 augustus 1828 door de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als leerling “ingenomen”004(532/1654). Hij was toen 146 duim lang en van gereformeerde afkomst. Zijn ouders waren Willem van Oosteroom, schippersknecht en Alida Paulusse.
Van zijn vorderingen werd in de periode 1829-1833 een drie-maandelijkse rapportage bijgehouden in de vakken zeevaartkunde, schoolonderwijs (nederlands, engels en frans), scheepswerk en tekenen. Hierin zijn geen bijzondere gebeurtenissen gemeld. Voorts wordt meegedeeld:
“ 1 october 1831 aangenomen tot Lidmaat der Ned.Herv.Gemeente door pred.Wunder
13 octob 1831 geplaatst als kajuitwachter op het schip Amsterdam Capt.C.Abrahams naar Suriname voor Amsterdam, Gagie ¦10,-
22 Junij 1832 terug van de Reis met goede attestatie
18 october 1832 geplaatst als ligtmatroos op het schip de Hoop van Alblasserdam Capt.Meyer naar Batavia van Rotterdam ... 16 Maart 1834 terug van de reis met goede attestatie
19 dito eervol ontslagen”.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.van Oosterom (adres Warmoesstraat) werd met vlagnummer 669 effectief lid van Zeemanshoop per 12 december 1843 op voordracht van J.Schut. Zijn schip was de “Theodora & Sara”. Toegevoegd is “overleden”002. Ten tijde van de inschrijving waren van Oosteroom en zijn vrouw 28 resp. 29 jaar. Ingeschreven staat 1 dochter uit 1843002a.
In de Algemene Vergaderingen van 05/12 december 1843 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Antonie van Oosterom, oud 28 jaar, voerend de bark “Theodora en Sara”, wonende in de Warmoesstraat te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.Schut.023.
Hij was deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 23 mei 1848.003
-
van Oosteroom was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1843 t/m 1864 met vlagnummers 668 (1843 t/m 1854) en 307 (1854 t/m 1864).
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 23 februari 1865 verzoekt de wed. A. van Oosteroom om de reglementaire uitkering welke haar in de vergadering van 30 maart 1865 wordt toegekend ingaand 01 februari 1865 voor haar en een kind.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 18 april 1865 staat vermeld dat per 01 februari 1865 een uitkering in de 1e klasse is uitgekeerd aan de wed. A. van Oosteroom, geboren Martens voor haar en 2 kinderen.023.
De schepen van de kapitein
Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
669 1843-1844 bark Theodora Sara B.W.van Straten te Amsterdam
1845-1846 bark Theodora Sara wed.W.van Starckenborg van Straten
1848-1851 bark Java’s Welvaren idem
1852-1853 bark Gelderland G.W.van Barneveld Kooy te Amsterdam
307 1854-1863 bark Julie Claire idem
1864 bark Herman Rutgers & Hissink te Amsterdam
1864 “overleden
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Diensttijd
-
van Oosterom Theodora & Sara (2de) 1843-1847 4
Java’s Welvaren 1847-1848 1
Theodora & Sara (2de) 1848-1850 1
6 7
Bouma025 vermeldt A. van Oostero(o)m als gezagvoerder gedurende:
* 1845 t/m 1847 op de bark “Theodora en Sara”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 334 ton o.m., varend voor B.W.van Starckenborgh van Straten te Amsterdam;
* 1848 t/m 1849 op de bark “Java’s Welvaren”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 470 ton o.m., varend voor B.W.van Starckenborgh van Straten te Amsterdam;
* 1850 t/m 1852 op de bark “Theodora en Sara” (zie hiervoor) maar nu varend voor de Wed. B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam. Toegevoegd is: “Overzeild in het Kanaal. Bemanning n. Plymouth”;
* 1853 van de bark “Jacoba & Christina”, gebouwd in 1852 te Amsterdam, 453 ton o.m., varend voor G.W.van Barneveld Kooy te Amsterdam;
* 1854 van de bark “Gelderland”, van stapel gelopen op 01 december 1849 te Amsterdam023, 460 ton o.m., varend voor G.W.van Barneveld Kooy te Amsterdam;
* 1856 t/m 1863 op de bark “Julie Claire”, gebouwd in 1852 te Amsterdam, 446 ton o.m., varend voor G.W. van Barneveld Kooij te Amsterdam. Toegevoegd is “Overzeild”.
* 1865 op de bark “Herman” ex China, gebouwd in 1845 te Amsterdam, 366 ton o.m., varend voor Rutgers & Hissink te Amsterdam. Toegevoegd is: “Verkocht naar Noorwege. Gestrand op de NL kust.”.
(deze gegevens en die uit de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001 - zie hiervoor - verschillen enigszins. Welke de juiste zijn weet ik niet).
“Heden 21 Aug. 1851 is aan de werf de Boot, bij de scheepsb.meester F.F.Groen alhier (As.dam) de kiel gelegd voor een nieuw te bouwen barkschip, groot 250 rijkslasten, hetwelk zal worden genoemd JULIE CLAIRE voor rekening van den Heer G.W. van Barneveld Kooij en Reeder.”038.
“Amsterdam 2 april 1852. Heden n.m. ten half 2ure is van de werf de Boot van den scheepsb.meester F.F.Groen i/d Groote Wittenburgerstr. alhier met goed gevolg te water gelaten het Barkschip JULIE CLAIRE groot 250 last voor rekening eener reederij onder Directie van de Heer G.W. van Barneveld Kooij As.dam.”
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093
-
van Oosterom Julie Claire 07 december 1858 08 januari 1861
Julie Claire 25 juni 1861 24 mei 1862
Julie Claire 25 juli 1862 07 juni 1863
Julie Claire 30 augustus 1863 overzeild en gezonken
Overige bijzonderheden
A.van Oosteroom vertrok per 28 september 1854 met de Gelderland vanuit Nieuwediep met aan boord drie landmacht officiereneen voor het N.I.-leger065.
In de “Biografie van Cornelis Abrahamsz Jr” staat de vermelding080:
01 januari 1864 op 1o NBr op weg naar Nieuwe Diep:
“… we praaiden juist die dag de Clio kapt. Wijnmalen, die van Amsterdam komende ons bekent maakte met het verlies van de Julie Claire welk schip voor ons Kantoor voer en door Kapt. van Oosterom gevoerd was … “.
Op 16 juni 1840 kwam bij de burgemeester van Nieuwe Pekela binnen een extract uit een scheepsjournaal van de bark “Theodora Sara”, kapitein Jan Schut, waarbij de stuurman A. van Oosterom en de onderstuurman K.Pool verklaarden dat op 11 april 1840 op de reis van Batavia naar Amsterdam de matroos Hindrik Siebes Groeneveld “in een staat van zinneloosheid overboord gesprongen en verdronken is, …”115
NRC 01 frebruari 1852114
Rotterdam, 31 januari. Men leest in de Staats-Courant het volgende:
Reeds vroeger is medegedeeld, dat op de 17e december jl. het Nederlandse koopvaardijschip (opm: zie NRC 221251) THEODORA EN SARA, kapitein A. van Oosteroom, geconsigneerd aan de Nederlandsche Handel-Maatschappij, op de terugreis van Batavia naar Amsterdam in het Britsch Kanaal door het Britse koopvaardijschip CORINTHIAN overzeild en ten gevolge daarvan gezonken was. De kapitein benevens de passagiers en het scheepsvolk werden echter gered en aan boord van evengenoemd Britsch schip behouden te Plymouth aan land gebracht.
De heer Luscombe, Nederlands consul in die haven, kennis genomen hebbende van de bijzonderheden, welke bij dit voorval hadden plaats gehad, en bespeurende dat er door de CORINTHIAN toebereidselen gemaakt werden om wederom in zee te steken, oordeelde het nodig onverwijld pogingen in het werk te stellen tot verkrijging van arrest op dat schip. Hij liet zich daarvan niet terughouden door de weigering van de Londense correspondenten der reders van de THEODORA EN SARA om de gevolgen daarvan voor hunne rekening te nemen, en nam dus de verantwoordelijkheid op zich van het gevraagd arrest, waartoe het bevel van het hof der admiraliteit niet lang achterbleef.
De reders van het verongelukte schip maakten evenwel zwarigheid de handeling des consuls goed te keuren, hetzij dat zij zich niet durfden verlaten op hun goed recht, hetzij om andere reden, en werd de consul door hen aangeschreven om het arrest te doen opheffen en het Britse schip vrij te stellen van alle vervolging.
De heer Luscombe, de ganse toedracht der zaak kennende, en zich volkomen in staat achtende om daarover een juist oordeel te vellen, heeft dan ook niet geaarzeld de verantwoordelijkheid der zaak geheel op zich te nemen en op de ingeslagen weg te volharden, en hij heeft dien ten gevolge het genoegen mogen smaken zijne loffelijke en welberaden pogingen met zodanig gunstig gevolg bekroond te zien, dat de reders van het schip CORINTHIAN, ten gevolge ener schikking met hem, deze zaak hebben afgemaakt met betaling ener som van GBP 1050. Door deze handelswijze van de heer Luscombe zijn alzo de belanghebbenden te Amsterdam, ondanks hen zelve in bezit gesteld van een som, na aftrek der onkosten, van ruim NLG 10.000.
Familiegegevens en opleiding
David Boelhouwer werd geboren te Amsterdam op 11 mei 1813. Hij huwde met Cornelia Hendrina Joon, geboren te Amsterdam op 17 januari 1812. 003.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
D.Boelhouwer, adres Kleine Kattenburgerstraat, werd met nr.530 effectief lid van Zeemanshoop per 12 mei 1840 op voorspraak van J.J.Ynsen. Het schip was de “Alida Willemina”002. Ten tijde van de inschrijving waren Boelhouwer en zijn vrouw 27 resp. 28 jaar. Ingeschreven staan 6 kinderen nl. David ( 29 oktober 1833); Gerrit Hendrik (03 juni 1836), Johannes Jacobus (14 december 1838); Cornelia Maria (07 november 1841); Cornelis Hendrik (29 april 1845) en Maxim Theodore (30 juni 1847). Toegevoegd is “bedankt” 002a.
In de Algemene Vergaderingen van 05/12 mei 1840 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd tot effectief lid voorgedragen/benoemd David Boelhouwer, oud 27 jaar, voerend de brik “Alida Willemina”, wonend in de Kleine Kattenburgerstraat te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.J.IJnsen.023.
David Boelhouwer werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 23 januari 1849 en bedankte in 1860 023.
Hij was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1840 t/m 1860 met de vlagnummers 530 (1840 t/m 1854) en 220 (1854 t/m 1860).
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 december 1852 staat een bericht van de Zuihollandsche Maatschappij tot redding van Schipbreukelingen te Rotterdam dat een zilveren medaille is toegekend aan kapitein Boelhouwer.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 04 oktober 1853 staat het volgende:
“De Voorzitter (reikt) met een hartelijke toespraak aan kapitein Boelhouwer, den Zilveren Medaille en het daarbij behoorende getuigschrift uit aan dezen door de ZuidHollandsche Maatschappij tot redden van Schipbreukelingen toegekend, als een blijk van erkentelijkheid wegens het door hem, als Gezagvoerder van het Nederlandsche Barkschip Java’s Welvaren op den 27ste Juny 1852 op ongeveer 48o36’ Z.Br. en 51o5’ W.L. redden der Equipagie, bestaande uit 24 personen van het in eenen zinkenden staat verkeerende Engelsche Barkschip Paramatta gevoerd door Kapitein W.Curran, komende van Callao en bestemd naar Delawara, en hen veilig te Valparaiso aan wal brengen.”023.
In een adres dd 12 december 1855 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal drongen 58 gezagvoerders aan op de invoering van een Tuchtwet. Zij meldden dat de uitvoering van hun beroep dagelijks meer en meer werd belemmerd door de onmogelijkheid om aan boord der schepen behoorlijke orde en tucht te bewaren. Een van de ondertekenaars was D.Boelhouwer van de bark “Theodora Mechtelda”.104.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
530 1840 brik Alida Willemina B.W.van Straten
1841-1844 fregat Maximiliaan Theodoor idem
1845 fregat Maximiliaan Theodoor B.W.van Starkenborgh van Straten
1846-1848 fregat Maximiliaan Theodoor Wed.B.W.van Starkenborgh van Straten
1849-1853 bark Java’s Welvaren idem
220 1854-1859 bark Theodora Mechtelda idem
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
D.Boelhouwer Theodora Machtelda 30 april 1860 01 maart 1861
Theodora Machtilda 12 juni 1861 22 mei 1862
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam ` Schip ` Periode ` Aantal reizen Diensttijd
D.Boelhouwer Alida Willemina 1840-1841 1
Maximiliaan Theodoor 1841-1848 7
Java’s Welvaren 1849-1853 3
Theodora & Machtilda 1854-1862 5
16 22
Bouma025 vermeldt D.Boelhouwer als gezagvoerder gedurende:
* 1841 van de brik “Alida Willemina” ex Prins der Nederlanden, gebouwd in 1827 te Amsterdam, 214 ton o.m., varend voor B.W.van Straten te Amsterdam;
* 1842 t/m 1845 van het 3/mschip “Maximiliaan Theodoor”, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 394 ton o.m., varend voor B.W. van Straten;
* 1846 t/m 1847 van hetzelfde schip maar nu varend voor B.W. van Starckenborg van Straten te Amsterdam;
* 1848 t/m 1850 van hetzelfde schip maar nu varend voor de wed. van Starckenborg van Straten;
* 1850 t/m 1854 van de bark “Java’s Welvaren”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 470 ton o.m., varend voor B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam;
* 1855 t/m 1862 van de bark “Theodora Machtilda”, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 505 ton o.m., varend voor de wed. B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam;
Overige bijzonderheden
Jan Roelof Lusink werd per 27 maart 1852 vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de Java’s Welvaren onder kapitein Boelhouwer voor een reis van Amsterdam naar Californië. Hij meldde zich weer bij de school op 21 september 1853 004(533/2163).
De bark “Java’s Welvaren” vertrok op 29 april 1852 vanuit Cardiff en arriveerde via Kaap Hoorn op 31 augustus 1852 Valparaiso. Via San Francisco, vertrek 25 januari 1853 voer het schip over de Pacific naar Batavia en keerde ongetwijfeld via Kaap de Goede Hoop terug naar Europa.121
Bericht uit de Harlinger Courant dd 01 december 1852 onder de Scheepsberichten096:
“AMSTERDAM, 23 November. Volgens brief van kapt. Boelhouwer, voerende het schip Java’Welvaren, van hier naar Californie, in dato Valparaiso 29 September, had hij de geledene schade hersteld en dacht den 2 October, de reis naar San Francisco voort te zetten; aan boord alles wel.”.
Voer als kapitein op de ;
Willem Ernst Id 10493 (1837-1848 )
Helena Id 9697 ( 1851 )
Java's Welvaren Id 17715 ( 1853 )
WITTEBOL, HENDRIK
Familiegegevens en opleiding
Hendrik Wittebol werd geboren op 17 augustus 1794 te Maassluis als zoon van Cornelis Wittebol en Antje Smoor.
Hij trouwde op 01 juli 1818 te Amsterdam met Anna Magdalena Moense, geboren te Amsterdam op 02 oktober 1794 als dochter van Christiaan Moense en Christina Lourens. Blijkens het Bevolkingsregister te Amsterdam woonden het gezin (zoon Johannes Bernardus en dochter Antoinetta Magdalena) in 1850 aan de Oude Waal N76
Henrik overleed op 15 juni 1856 te Batavia.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.Wittebol werd met vlagnummer 545 per 12 februari 1839 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein B.M.Corbiëre. Als zijn schip is vermeld de “Willem Ernst”. Toegevoegd is “om de vlag te voeren” 002. Ten tijde van de inschrijving was kapitein Wittebol 45 jaar. Toegevoegd is “overleden” 002a.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 05/12 februari 1839 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Hendrik Wittebol, oud 45 jaar, voerend de bark “Willem Ernst”, wonende op de Kadijk bij het Scharbiersplein te Amsterdam, op voordracht van kapitein B.M.Corbière. Zij vlagnummer was 454023.
H.Wittebol was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1839 t/m 1855 met de vlagnummers 454 (1839 t/m 1854) en 176 (1854 t/m 1855).
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 januari 1860 wordt aan de wed. H.Wittebol, geb. A.Moens een gratificatie van f 25,- uitgekeerd. In de vergadering dd 26 juli 1860 doet zij wederom een verzoek, dat echter wordt afgewezen. Weer een verzoek op 29 november 1860, maar de beslissing wordt aangehouden.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 07 februari 1861 wordt een gratificatie ad f 25,- toegekend aan de wed. H.Witterbol geb. Moens. Idem per 03 maart 1864. Idem per 23 februari 1865. Idem per 30 januari 1868. (ik zal de jaren 1866 en 1867 wel gemist hebben). Idem per 28 januari 1869. Idem per 30 december 1869. Idem per 27 december 1870. Idem per 28 december 1871. Idem per 02 januari 1873. Idem per 23 december 1873. 042
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 21 februari 1860 staat vermeld dat een gratificatie ad f 25,- is uitgekeerd aan de wed. H.Wittebol geb. Moens. In de Vergadering dd 18 december 1860 wordt een aanvrage tot onderstand van de wed. H.Wittebol geb. Moens aangehouden tot de vergadering in januari 1861. In de vergadering dd 19 februari 1861 staat vermeld dat aan de weduwe H.Wittebol geb. Moens een gratificatie ad f 25,- is toegekend. Idem in de vergadering van 22 maart 1864. Idem per 21 maart 1865. Afgewezen per 09 januari 1866 maar weer een gratificatie van f 25,- op 20 maart 1866. Idem op 12 februari 1867. Idem op 25 februari 1868. Idem op 02 februari 1869. Idem per 11 januari 1870. Idem per 10 januari 1871. idem per 23 januari 1872. Idem per 28 januari 1873. Idem 13 januari 1874. Een verzoek dd 28 december 1865 wordt afgewezen.. Een overeenkomstig verzoek dd 25 januari 1866 wordt aangehouden en in de vergadering dd 22 februari 1866 krijgt zij f 25,- uit de bussen, 023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
454 1839-1850 bark Willem Ernst Nederl.Scheepsreederij
1851-1852 fregat Helena idem
1853 geen vermelding van schip en boekhouder
176 1854 bark Java's Welvaren Wed.B.W.van Starkenborgh van Straten
1855 geen vermelding van schip en boekhouder
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Diensttijd
H.Wittebol Java’s Welvaren 1854-1854 1
Dirk Arnold 1855-1856 1
2 2
Bouma025 vermeldt H.Wittebol als gezagvoerder gedurende:
* 1834 t/m 1835 van het 3/mschip “Godefrida”, gebouwd in 1806, bouwlocatie niet vermeld, 281 ton o.m., varend voor J.H.Fraissinet & van Baak te Amsterdam. In 1835 is het hol verkocht;
* 1838 t/m 1851 van de 3/m Pink “Willem Ernst”, gebouwd in 1829 te Amsterdam, 430 ton o.m., varend voor de Nederl. Scheepsreederij te Amsterdam.
Lloyd’s vermeldt087: “23 Mei 1850 WILLEM ERNST been on shore.”
* 1852 t/m 1853 op het 3/m schip “Helena”, gebouwd in 1827 te Amsterdam, 770 ton o.m., varend voor de Nederlandsche Scheepsreederij te Amsterdam;
* 1855 van de bark “Java’s Welvaren”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 470 ton o.m., varend voor B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam;
* 1855 van de bark “Dirk Arnold” ex v/d Werf, gebouwd in 1841 te Alblasserdam, 618 ton o.m., varend voor de wed. van Starckenborg van Straten te Amsterdam. Bouma vermeldt dat de kapitein in 1855 is overleden en is opgevolgd door kapitein Geerling.
Overige bijzonderheden
De “Urania” onder kapitein Cornelis Abrahamsz op weg naar Nieuwediep 23 mei 1848 in het Engels Kanaal:
“Den 23e passeerden wij kapt. Wittebol voerende het schip Willem Ernst, des nachts zagen wij het vuur van St.Catharina’s punt op het eiland Wight”
-
55 in: Anna Abrahams. Journaal eener Oostindiesche Reis. De belevenissen van een tienjarig meisje in 1847 en 1848.
Geannoteerde uitgave door de stichting Terra Incognita te Amsterdam. 1993. 72 pp.
In een adres dd 12 december 1855 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal drongen 58 gezagvoerders aan op de invoering van een Tuchtwet. Zij meldden dat de uitvoering van hun beroep dagelijks meer en meer werd belemmerd door de onmogelijkheid om aan boord der schepen behoorlijke orde en tucht te bewaren. Een van de ondertekenaars was oud(!) gezagvoerder H.Wittebol.104.
In de NRC dd 02 mei 1850 staat de mededeling dat de Nederlandsche Handelsmaatschappij een bevrachting is toegekend aan kapitein Wittebol van de “Willem Ernst”.114
NRC dd 27 mei 1850
“Deal, 22 mei. Heden morgen is onder Downs ten anker gekomen het barkschip WILLEM ERNST, kapt. Wittebol, van Amsterdam naar Batavia bestemd. Hetzelve is de voorgaande nacht op Goodwinsand (opm: Goodwin Sands) aan de grond geweest, doch met verlies van een anker en ketting weder vrij gekomen.”114
NRC 27 mei 1850
“Ramsgate, 25 mei. Heden is alhier binnengekomen het barkschip WILLEM ERNST, kapt. Wittebol, van Amsterdam naar Batavia bestemd, welk schip op Goodwinsand (opm: Goodwin Sands) aan de grond is geweest. Alhoewel het schip geen water maakt, zo lost men toch de ballast om de bodem te kunnen nazien.”114
NRC 31 mei 1850
Ramsgate, 27 mei. Het Nederlandse barkschip WILLEM ERNST, kapt. Wittebol, van Amsterdam naar Batavia, hetwelk de 23e alhier met averij is binnengelopen, is heden in het droge dok gehaald om te repareren.
In de NRC dd 28 mei 1851 staat de mededeling dat de Nederlandsche Handelsmaatschappij een bevrachting is toegekend aan kapitein Wittebol van de "Helena".114
NRC 27 oktober 1852
Advertentie. G.J. Roland Holst, F. der Kinderen, J. Corver, H. Gullen, H. Salm, H.J. Rietveld, C.A. Schröder, B.D. Bosscher, A.W. Abrahamsz, P. Blom en G.J. Boelen, makelaars, zullen op maandag de 22e november 1852 in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ te Amsterdam, ten overstaan van de notarissen Commelin en Weijland, verkopen:
-
Het extra ordinair welbezeild gekoperd en kopervast fregatschip, genaamd HELENA, varende onder Nederlandse vlag en gevoerd door kapt. H. Wittebol. Volgens meetbrief lang 40 ellen 75 duimen, wijd 6 ellen 98 duimen, hol 6 ellen 17 duimen en alzo gemeten op 780 tonnen of 412 lasten.114
NRC 20 november 1852
Advertentie. De verkoop van het barkschip, WILLEM ERNST, kapt. W.J. Doornik, op deszelfs terugreis van Batavia naar Amsterdam, aangeslagen tegen 22 november aanstaande, zal geen voortgang hebben, en zullen de schepen HELENA, kapt. Wittebol, en JAPAN, kapt. Willers, afzonderlijk worden verkocht en niet tezamen daarna in slag worden gelegd, zoals vroeger bij biljetten was omschreven.114
Familiegegevens en opleiding
Gerrit Elings Doornbos werd geboren/gedoopt 01/20 oktober 1793 te Stavoren als zoon van Eling Gerrits Doonbos en Hielkje Pieters.tresoar
Gerrit E.Doornbos was getrouwd met Reina Sophia Ruijselaar, geboren 08 maart 1806 en eerder weduwe van Jan Tjeerd Visser. Zij overleed op 26 maart 1876.
Gerrit overleed in 1869. Bij zijn overlijden wordt Amsterdam als zijn woonplaats vermeld.118
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
G.E.Doornbos wordt met vlagnummer 901 effectief lid van Zeemanshoop per 02 november 1852 op voorspraak van H.Prins. Zijn schip was de "Alida Willemina"002. Ten tijde van de inschrijving was Doornbos 59 jaar. Toegevoegd is “bedankt” 002a.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd.26 oktober/02 november 1852 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Gerrit Elings Doornbos, oud 59 (!) jaar, voerend de brik “Alida Willemina”, wonend op de Haarlemmerdijk nr. 297 te Amsterdam, op voordracht van kapitein H.Prins.023.
Gerrit E.Doornbos was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1852 t/m 1860 met de vlagnummers 901 (1852 t/m 1854) en 507 (1854 t/m 1860).
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 01 mei 1860 verzoekt G.E.Doornbos het effectief lidmaatschap op te zeggen “doch verzoekende als hij weder mogt gaan varen het lidmaatschap voor de vlag te verkrijgen.” Het verzoek “zooals het is liggende” wordt afgewezen.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 25 februari 1869 wordt aan de weduwe van Gerrit een uitkering toegezegd ingaande 01 mei 1869.118
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 22 mei 1860 staat vermeld een: “Brief van Kapt. G.E.Doornbos, bedankende voor het Effectief lidmaatschap doch verzoekende het lidmaatschap voor de vlag te mogen verkrijgen als hij weder mogt gaan varen, welk verzoek is afgewezen als niet voor inwilliging vatbaar.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
901 1852-1853 brik Alida Willemina Wed.B.W.van Starckenborg van Straten
507 1854-1856 brik Alida Willemi idem
1856 "zonder schip"
1857-1859 bark Java's Welvaren idem
De heer Scholten, Leusden, vatte de kapiteins, hun schepen, het aantal reizen en de deinstjaren samen die werden gevaren in dienst van de rederij van B.W.Starkenborgh van Straten. (september 2008)116
Naam Schip Periode Aantal reizen Diensttijd
G.E.Doornbos Alida Willemina 1853-1856 3 3
Bouma025 vermeldt G.E.Doornbos als gezagvoerder gedurende:
* 1853 t/m 1857 van de brik “Alida Willemina” ex Prins der Nederlanden, gebouwd in 1827 te Amsterdam, 214 ton o.m., varend voor de Wed. van Starckenborg van Straten;
* 1858 t/m 1859 van de bark “Java’s Welvaren”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 470 ton o.m., varend voor de wed. B.W. van Starckenborgh van Straten te Amsterdam. Het schip werd in 1859 afgekeurd op Mauritius.
De index op het Archief van de Amsterdamse Waterschout 011a vermeldt monsterrollen op naam van Klaas IJsbrands Parma en wel:
Archiefnr. Niet genoteerd; 23 juni 1827, schoener “Nicolaas Johannes”, kapitein Klaas IJsbrands Parma, bestemming Riga, boekhouder Coopman de Witt Lenaards, 10 bemanningsleden i.c. stuurmanGerrit Elings Doornbos, bootsman, timmerman, kok, 4 matrozen, ligtmatroos en een kajuitjongen.
Archiefnr. Niet genoteerd, 01 juni 1830, schoener “Nicolaas Johannes” kapitein Klaas IJsbrands Parma, bestemming Riga, boekhouder Coopman de Witt,10 bemanningsleden i.c. stuurman Gerrit Elings Doornbos, bootsman, timmerman, kok, 4 matrozen, ligtmatroos en een jongen
Archiefnr. Niet genoteerd,14 oktober 1830, schoener “Nicolaas Johannes” kapitein Klaas IJsbrands Parma, bestemming Cette, boekhouder Coopman de Witt Lenaards, 10 bemanningsleden i.c. stuurman Gerrit Elings Doornbos uit Amsterdam, bootsman, timmerman, kok, 4 matrozen, ligtmatroos en een jongen;
Archiefnr. Niet genoteerd, 13 maart 1832, schoenerkof “Nicolaas Johannes” kapitein Klaas IJsbrands Parma, bestemming Bergen, boekhouder J.E.Lublink, 10 bemanningsleden i.c. stuurman Gerrit Elings Doornbos uit Amsterdam, onderstuurman/bootsman, timmerman, kok, 4 matrozen, ligtmatroos en een jongen
Archiefnr. Niet genoteerd, 11 juni 1833; schoenerkof “Nicolaas Johannes” kapitein Klaas IJsbrands Parma, bestemming Riga, boekhouder J.E.Lublink, 10 bemanningsleden i.c. stuurman Gerrit Elings Doornbos uit Stavoren, onderstuurman/bootsman, , kok, 4 matrozen, ligtmatroos en een jongen;
Overige bijzonderheden
Geen
|