Familiegegevens en opleiding

Willem Coenraad Brandigt werd geboren op 07 april 1821 (of 1831?) te Amsterdam. Zijn religie was Nederlands Hervormd. Hij woonde in 1853 in de Warmoesstraat 188 te Amsterdam en in 1855 in de Spuistraat 69 te Amsterdam.⁰⁹⁸

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt W.C.Brandligt als gezagvoerder gedurende:

• 1843 t/m 1844 van de smak “Neptunus” ex Vrouw Marchiena, gebouwd in 1829, bouwplaats niet vermeld, 60 ton o.m., geen vermelding van thuishaven en eigenaar. Ik heb genoteerd dat hij voer als kapitein/eigenaar vanuit Amsterdam, maar geen bron vermeld;
• 1844 t/m 1849 van de brik “Henriëtte Wilhelmina” ex Robert Brandt, gebouwd in 1829 te Archangel, 242 ton o.m., varend voor Kapt. & C^o te Amsterdam;
• 1851 t/m 1855 van de 3/msch “Twee Godfrieds”, gebouwd in 1850 te Amsterdam, 320 ton o.m., varend voor A.Ahlers J^r te Amsterdam. Het schip voer in 1856 voor de Wed. J.’d Arripe & C^o te Amsterdam en was herdoopt in “Adèle”;
• 1856 t/m 1857 van de bark “Maria Adolfina”, gebouwd in 1856 te Alblasserdam, 657 ton o.m., varend voor James Barge.

 

Overige bijzonderheden

Op 06 mei 1856 wordt George Reinhart de Greeve vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos

geplaatst op de “Maria Adolphus” onder Capt.Brandligt voor een reis van Amsterdam naar Java. Hij keerde terug op 11 april 1857^{004(533/2280)}.

In een adres dd 12 december 1855 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal drongen 58 gezagvoerders aan op de invoering van een Tuchtwet. Zij meldden dat de uitvoering van hun beroep dagelijks meer en meer werd belemmerd door de onmogelijkheid om aan boord der schepen behoorlijke orde en tucht te bewaren. Een van de ondertekenaars was W.C.Brandligt.¹⁰⁴.

 

Familiegegevens en opleiding

Auke Blom werd geboren te Texel op 27 januari 1826 als zoon van Willem Blom en Trijntje van der Wijk.

Hij huwde (als Auker) op 30 mei 1855 te Texel als stuurman ter koopvaardij met Stijntje Zunderdorp, geboren te Texel op 20 oktober 1827 als dochter van Pieter Zunderdorp en Marretje Keijser. Stijntje overleed op 17 september 1877 te Texel, 49 jaar , weduwe.

Auke overleed te Schellingwoude op 06 november 1875, 49 jaar, sluismeester.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

A.Blom werd met nr.712 effectief lid van Zeemanshoop per 28 april 1857 op voorspraak van R.L.Schaafs. Zijn schip was de “Maria Adolfina”⁰⁰².

In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 21/28 april 1857 is vermeld dat tot effectief lid is voorgedragen/benoemd Auke Blom, geen leeftijd vermeld, voerend de bark “Maria Adolfina”, voor rekening van  James Barge, op voordracht van kapitein R.L.Schaap.⁰²³.

.Hij werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 05 mei 1857.⁰⁰³

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshop dd 29 maart 1860 meldt kapitein A.Blom ziek te zijn binnengekomen.⁰⁴².

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer            jaren                type        scheepsnaam                      naam reder/boekhouder

        712                1857-1867            bark       Maria Adolfina                   James Barge

                               1868-1871            bark       Maria Catharina                idem

                               1872-1873            geen opgave van schip en boekhouder

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam⁰⁹³:

A.Blom  Maria Adolfina                    17 juli 1860                        27 juli 1861

                Maria Adolfina                    22 januari 1862                  03 januari 1863

                Maria Adolfina                    23 februari 1863

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt A.Blom als gezagvoerder gedurende:

*    1858 t/m 1867 van de bark “Maria Adolfina”, gebouwd in 1856 te Alblasserdam, 657 ton o.m., varend voor James Barge te Amsterdam;

*    1869 t/m 1872 van de bark “Maria Catharina”, gebouwd in 1857 te Kinderdijk, 755 ton o.m., varend voor James Barge te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

In het kader van de discussie over de invoering van de Tuchtwet in Nederlands Indië werd in 1865 een memorie aangeboden “aan zijn Excellentie den Gouverneur Generaal van Nederlandsch-Indië over de Wettelijke bepalingen omtrent de handhaving der orde en tucht aan boord der koopvaardijschepen binnen Nederlandsch-Indië.” Deze memorie werd ondertekend door A.Blom. ^104.

 

NRC 17 mei 1859¹¹⁴

Rotterdam, 16 mei. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht …..

…..Voor Amsterdam: QUATRE BRAS, kapt. F.B. Bondix; PHOEBUS, kapt. J.G. de Roever; OOST INDIE PAKKET, kapt. W. Postma; MARIA ADOLFINA, kapt. A. Blom; STAATSRAAD VAN EWIJCK, kapt. F. de Winter; STAD LEIJDEN, kapt. A. Dekker qq; VIER GEBROEDERS, kapt. C. ter Marsch; NICOLAAS WITSEN, kapt. B.T. Stoffels; JEANNETTE AGATHA, kapt. A. Cleyndert; ALEXANDER, kapt. A. Dekker; DOGGERSBANK, kapt. P.J. Kerkhoven; CORNELIA, kapt. G. de Vries van Rotterdam; GEBROEDERS HOUTMAN, kapt. C.J. Bax. …..

 

NRC 12 februari 1862¹¹⁴

Amsterdam, 10 februari. Het schip MARIA ADOLPHINA, kapt. Blom, van Amsterdam naar Newcastle, in Texel uit zee terug, heeft gestoten en zal gekield moeten worden.

 

NRC 19 maart 1862¹¹⁴

Rotterdam, 18 maart. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn heden bevracht ….

…..Voor Amsterdam: ALCYONE, kapt. H.C. Haacke; REINHARDT, kapt. G.G. Mulder; MARIA ADOLFINA, kapt. A. Blom; WAALSTROOM, kapt. P.W.B. Mellink; PASSAROEANG, kapt. J.C. Strootman; KALIMAAS, J. Jonker; FERDINAND EN LOUIS, kapt. D.E. Nolting; STAATSRAAD VAN EWIJCK, kapt. J. de Winter; JOHANNA MARIA CHRISTINA, kapt. G.N. Gorter; AMERIKA, kapt. P.L. Zeeman. …..

 

Provinciale Groninger Courant 14 mei 1863¹¹⁴

Amsterdam, 11 mei. Volgens brief van kapt. Groote, voerende het schip ORTELIUS, d.d. Greenock 7 dezer, was hij die dag van daar naar Saigon vertrokken, gelijktijdig met de schepen MARIA CATHARINA, kapt. de Bos en MARIA ADOLPHINA, kapt. Blom, beide naar dezelfde bestemming.

 

NRC 19 oktober 1863¹¹⁴

Amsterdam, 18 oktober. Als een bijzonderheid kan worden gemeld dat de schepen MARIA CATHARINA, kapt. de Bos, ORTELIUS, kapt. Groote en MARIA ADOLFINA, kapt. Blom, beladen met een ijzeren drijvend droogdok voor de Franse marine, alle drie 7 mei jl. van Glasgow naar Saigon vertrokken, op dezelfde datum en bijna op hetzelfde uur te Anjer zijn gearriveerd, zonder dat de gezagvoerders gedurende de reis elkander gezien of gepraaid hadden.

 

Provinciale Groninger Courant 07 november 1863¹¹⁴

Amsterdam, 5 november. Opmerkelijk is het dat de alhier thuisbehorende schepen MARIA CATHARINA, ORTELIUS en MARIA ADOLFINA, die na een reis van 111 dagen terzelfder ogenblik het anker lieten vallen voor Anjer d.d 12 september, zijnde 16 dagen later weder gelijktijdig op de rivier van Saigon aankwamen.

 

NRC 08 december 1863¹¹⁴

Amsterdam, 7 december. De 30e oktober lagen te Saigon zeilklaar om met een paar dagen te vertrekken, de schepen MARIA ADOLFINA, kapt. Blom en MARIA CATHARINA, kapt. de Bos, beiden naar Batavia, ORTELIUS, kapt. Groote, naar Soerabaja; de laatste zal aldaar de op de uitreis geleden schade herstellen.

 

Dordrechtsche Courant 05 januari 1864¹¹⁴

Zeetijdingen. - ….

….. Aangekomen schepen op Java vóór 29 november: JEDO, kapt. v. Rossen; ARGO, kapt. Andringa, en JUNO, kapt. Nicolai, allen van Rotterdam; MARIA ADOLPHINA, kapt. Blom, en MARIA CATHARINA, kapt. de Bos, beiden van Saigon; ALCYON, kapt. Landweer; NEDERLAND, kapt. van Steenderen; ADMIRAAL DE RUYTER, kapt. Möllinger, en JOHANNES HENDR. FERD., kapt. Lodewijks, allen van Amsterdam; JAN VAN SCHAFFELAAR, kapt. Van Duyn; ISAAC DA COSTA, kapt. Klein, en SOPHIA KONINGIN DER NEDERLANDEN, kapt. Klein, allen van Melbourne; J.C. SCHOTEL, kapt. de Groot, van Liverpool.

 

Dordrechtsche Courant 28 januari 1864¹¹⁴

Zeetijdingen……

…..Van Batavia vertrokken, 28 nov., NOVA ZEMBLA, kapt. Mammes; 1 dec, ANNA DIGNA, kapt. Ouman; 2 dito, PRESIDENT RIJCKEVORSSEL, kapt. Rotgans qq., en 3 dito, VREDE, kapt. Van der Plas, allen naar Nederland; 4 dito, GRAAFSTROOM, kapt. De Boer, naar Rotterdam; 6 dito, KOH-I-NOOR, kapt. Scott, naar Nederland; 9 dito, JACOBA & CHRISTINA, kapt. Jaski, naar Amsterdam; 15 dito, THERESE, kapt. Kersting, naar Amoy; 16, KOSMOPOLIET, kapt. Koning, naar Schiedam. Zeilklaar, MARIA ADOLFINA, kapt. Blom, naar Nederland.

 

Dordrechtsche Courant 06 februari 1864¹¹⁴

Zeetijdingen…..

….. Van Batavia vertrokken, 19 december, SCHELDE, kapt. Hofman; ZEPHIR, ?; PRINS CARL, kapt. Bergman, en 20, TELEGRAAF, kapt. Rolufs, allen naar Nederland; MARIA ADOLPHINA, kapt. Blom, naar Amsterdam; 21, CORNELIA HENDRIKA, kapt. Swart, naar Nederland.

 

Algemeen Handelsblad 31 mei 1865¹¹⁴

Amsterdam, 30 mei. Het schip MARIA ADOLPHINA (opm: bark MARIA ADOLFINA), kapt. A. Blom, van Macao te Batavia aangekomen, had volgens brief van de kapitein d.d. 15 april j.l, de vorige dag in het gezicht van de rede van Batavia, bij Poeloe Deepoer (opm: Pulau Dapur), ten gevolge van zware stroom op een koraalrif gezeten, doch was zonder assistentie vlot gekomen. Het schip maakte één duim water in het uur en zou vermoedelijk naar Soerabaija verzeilen om te worden nagezien.

NRC 09 april 1866114

Sunderland, 6 april. Kapitein Blom van het Nederlandse barkschip MARIA ADOLPHINA bericht dat op de reis van Amsterdam naar hier, zijn zoontje, een kind van negen maanden oud, aan een bezetting op de borst overleden is; het zal hier begraven worden.

 

NRC 10 april 1868¹¹⁴

Rotterdam, 9 april. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht …..

Voor Amsterdam: VERTROUWEN, kapt. D.J. Seinstra, 360 lasten, vracht NLG 90,94; KANDANGHOUWER, kapt. W. Zeelt, 382 last, NLG 92,80; PIETER ADOLF, kapt. C. Jaski, 449 last, vracht NLG 92,74; MARIA CATHARINA, kapt. A. Blom, 399 last, vracht NLG 91,49….

 

Dordrechtsche Courant 10 september 1868¹¹⁴

Batavia, 22 augustus. Aangekomen schepen: ANTJE, kapt. P. v.d. Hoog; BROUWERSHAVEN, kapt. Huijzer; CORNELIA EN GEERTRUIDA, kapt. G.G.A. Wielema; GUURTJE EN MARIA, kapt. Flenz Jz, MARIA CATHARINA, …. (opm: A. Blom); STAD DOKKUM, kapt. Timmerman; STAD MIDDELBURG, kapt. Ouwehand; SAILOR PRINCE, kapt. W. v.d. Valk.

 

NRC 20 september 1871¹¹⁴

Amsterdam, 19 september. Het Nederlandse schip MARIA CATHARINA, kapt. Blom, van Cardiff te Batavia aangekomen, heeft zware stormen doorgestaan, en daarbij zeilen en verschansingen verloren en meer andere schade bekomen; het schip had zwaar gewerkt en zou boven water gebreeuwd moeten worden.

 

 

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

W.Bakker Wz werd met nr. 866 effectief lid van Zeemanshoop per 11 juli 1871 op voordracht van H.J.Olivier. Zijn schip was de “Maria Adolphina”⁰⁰².

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 04/11 juli 1871 werd als effectief lid voor de vlag voorgedragen/benoemd W.Bakker Wz, oud 34 jaar, voerend de bark “Maria Adolfina”, voor rekening van  James Barge, op voordracht van kapitein S.C.J.Olivier.⁰²³

W.Bakker Wz was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1871 t/m (wellicht) 1876 met vlagnummer 866.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s).

Geen.

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart⁰⁰¹:

vlagnummer             jaren                 type        scheepsnaam                       naam reder/boekhouder

       866                 1871-1875            bark       Maria Adolphina                 James Barge

                               1876                       geen opgave van schip en boekhouder

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt W.Bakker Wz als gezagvoerder gedurende:

*    1869 t/m 1875 van de bark “Maria Adolfina”, gebouwd in 1856 te Alblasserdam, 657 ton o.m., varend voor James Barge te Amsterdam. Het schip is in 1875 voor Rotterdam gezonken en werd gesloopt;

 

Overige bijzonderheden

Geen.