Datum vanaf: |
1830 |
Kapitein: |
Allan, Andrew |
Overige informatie: |
0 |
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt J.Cleland als gezagvoerder gedurende:
* 1829 van de brik “Regent”, gebouwd in 1816, bouwplaats niet vermeld, 317 ton o.m., geen vermelding van thuishaven en eigenaar;
* 1833 t/m 1834 van de bark “Nickerie”, gebouwd in 1830, bouwplaats niet vermeld, 345 ton o.m., varend voor Colin Campbell te Rotterdam.
In de lijst van Amsterdamse monsterrollen komt geen kapitein Cleland en geen “Nickerie”voor011. Vermoedelijk hebben kapitein en schip alleen vanuit Rotterdam gevaren
Bouma025 en van Sluijs013 vermelden de bark “Nickerie” van 1833-1835 onder gezag van kapitein J.Cleland, varend voor Colin Campbell te Rotterdam. Gelet op de Engelse naam en de Engelse maatschappij zou het wel eens om een Engelsman kunnen gaan.
Overige bijzonderheden
De "Christina Bernardina" op de Gronden, ZW van Engeland op weg naar Nieuwe Diep057:
26 mei 1834 “ ... praaijden het hollandsch Vrigatschip genaam Nickerie kapt Cleland koomende van Surinamen bestemd naar Rotterdam ...".
In het Maritiem Museum Prins Hendrik is een gouache van J.Spin (1839) van dit schip, vermeld in het Jaarboek 1948 van het museum
Familiegegevens en opleiding
Frans Anton Bunnemeyer werd geboren op 08 oktober 1792 te Lohnen als zoon van Johan Herm Bunnemeyer en Elizabeth Retmann, van katholieke huize.
Hij huwde op 29 maart 1854 te Rotterdam met Maria Cornelia Weevers, geboren c. 1816 te Rotterdam, de wettig gescheiden vrouw van Johannes Franciscus Dierkx, dochter van Johannes Weevers en Catharina van der Doorn, koopvrouw.‘Frans Anton woonde te Rotterdam o.a. aan de Korte Hoogstraat Wijk 5 nr. 287 (nieuw nr. 7).
Frans Anton overleed te Rotterdam op 24 januari 1866 aan de Doelensteeg Wijk 3 nr. 60005
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
F.A.Bunnemeijer werd met nr.296 effectief lid van Zeemanshoop per 22 september 1829 op voorspraak van J.Sipkes Fz. Hij werd geroyeerd. Geen schip vermeld002.
In de Algemene Ledenvergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 15/22 september 1829 werd Frans Anton Bunnemeijer, wonende te Antwerpen en adres bij A.van der Sluijs op de Heerengracht, met als boekhouder de fa. de Neeff te Antwerpen, oud 37 jaar, voerend het schip “Augustijn” op voordracht van kapitein J.Sipkes Fz voorgedragen/benoemd als effectief lid met vlagnummer 296023.
F.A.Bunnemeyer was met vlagnummer R131 in de periode 1836 t/m 1866 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
F.A.Bunnemeijer was in 1856 “afwisselend commissaris” en in 1857 “permanent commissaris” van de Maatschappij058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 januari 1830 wordt besloten een aantal leden aan te schrijven met het verzoek de verschuldigde financiën te voldoen, waaronder F.A.Bunnemeijer.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 23 februari 1832 staat de volgende melding:
“Bij Hoofdelijke omvrage verzoekt de President Penningmeester of de Heeren Effectieve Leden
A.van den Abeele J.J.Lausen Fr.P.Hoed
N.Hensken O.Olferts J.A.Zeylinga
J.B.Frerichs P.J.Spilliard J.Tholen
P.Bostijn P.Rolff F.A.Bunnemeijer
J.Boelen Jz J.E.Beckman O.R.Engelman
J.Stoffers J.Hartwijk J.G.Bart
H.H.Zeijlstra J.Y v.d.Zweep W.H.Boon
hebbende hunne contributie nog niet voldaan daartoe volgens de Wet door het Bestuur zoude worden aangemaand.”042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 04 juni 1835 staat een brief van kapitein F.A.Bunnemeijer “wegens deszelfs vroeger gedaan verzoek om op nieuw als Lid te worden aangenomen berigtende dat hij van dat verzoek afziet.” 042.
In de Jaarverslagen 1858 en 1859 van de maatschappij tot Nut der Zeevaart (Maritiem Museum, Rotterdam) wordt vermeld dat hij een ondersteuning kreeg van f 200,- ’s jaars vanwege ouderdom en/of behoeftigheid058
In het Jaarverslag 1866 staat vermeld dat hij in dat jaar is overleden058
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
296 1829-1830 fregat Attalante N.Volkerts
1831-1832 fregat Augustijn Corr.A.van der Sluijs
In de Jaarverslagen van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart Staat kapitein F.A.Bunnemeyer met vlagnummer R131 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
-
1849, 1851, 1855 van de bark “Nagasaki” 380 last voor Pistorius & Bicker Caarten te Rotterdam
-
1858, 1859, 1862 t/m 1865 geen vermelding van schip en reder
Bouma025 en van Sluijs013 vermelden F.A.Bunnemeijer als gezagvoerder gedurende:
-
1830 t/m 1833 van het fregat “Augustijn”, bouwgegevens ontbreken, varend voor A.v/d Sluys te Amsterdam;
-
1835 t/m 1840 van de bark “Nickerie”, gebouwd in 1830, bouwplaats niet vermeld, 345 ton o.m., varend voor Colin Campbell te Rotterdam;
-
1841 t/m 1854 van de bark “Nagasaki”, te water gelaten op 07 juli 1841 van de werf Hollands Trouw te Maassluis met als scheepsbouwmeester E. v.d. Hoog, 375 last, 724 ton, varend voor Pistorius & Bicker Caarten te Rotterdam. Het schip voer hierna voor Bicker Caarten & Anthony te Rotterdam en werd herdoopt in “Japan”.
Van Sluijs013 vermeldt kapitein F.A.Bunnemeijer van 1835-1840 als gezagvoerder van de bark “Nickerie”. Dit schip is niet vermeld hiervoor bij het overzicht van “Zeemanshoop” wellicht omdat Bunnemeijer vóór 1835 geroyeerd werd als lid. Hij is later wèl lid geworden van het Rotterdamse zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart” en wel met vlagnummer 131 in de periode 1837-1865001.
Een afbeelding van de “Nickerie” bevindt zich in het MMPH
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Van Sluijs013 en Bouma025 vermelden kapitein J.van der Kolff in 1836 als gezagvoerder van de (schoener)galjoot “Amphitrite” (gebouwd in 1835 te Rotterdam, 77 ton o.m.), varend voor J.Hudig te Rotterdam. Hij voer vanuit Rotterdam op Suriname
Van Sluijs013 en Bouma025 vermelden kapitein J.van der Kolff Wz in de periode 1837 t/m 1841 als gezagvoerder van de schoenerbrik “Equator” in 1837 te Rotterdam gebouwd, 150 ton o.m.. Het schip lag in 1839 in lading te Rotterdam voor Suriname. Van Sluijs meldt dat het schip in 1839 in Rotterdam in lading lag voor Suriname.
Dezelfde auteurs vermelden deze kapitein in 1842 als gezagvoerder van de bark “Nickerie” (gebouwd in 1830, 345 ton o.m.) varend voor Colin Campbell te Rotterdam. Tevens vermeldt van Sluijs013 dat in juni 1844 (geen bronvermelding) A.Gijsbert het gezag heeft overgenomen van “wijlen W.v.d.Kolff”, die dus kennelijk in 1844 is overleden.
Bouma025 vermeldt J.v/d Kolff Wz als gezagvoerder gedurende:
* 1837 t/m 1841 van de sch.brik “Equator”, gebouwd in 1837 te Rotterdam, 150 ton o.m., geen thuishaven en eigenaar genoemd;
* 1840 t/m 1842 van de bark/galjoot “Alcyon”, gebouwd in 1834 te Capelle aan de IJssel, 200 ton o.m., varend voor C.& A.Vlierboom. Het schip voer in 1843 voor N.J.de Cock in Rotterdam en was herdoopt in “” Anjien”.
Overige bijzonderheden
Handelsblad 01 april 1842 advertentie
“H.Montauban van Swijndregt, F.van Dam, F.N.Montauban van Swijndregt en W.van Dam H.H.Zoon, Makelaars te Rotterdam, zijn van meening op Dingsdag den 19den April 1842, des namiddags ten vier ure, in het Locaal op den hoek der Scheepmakershaven en Bierstraat, Wijk A No 458, publiek te veilen: Het snelzeilend Nederlandsch gebouwd, kopervaste en gekoperde Barkschip Nickerie, volgens Meetbrief lang 31,15 Ellen, Wijd 5,21 Ellen, hol 4,78 Ellen, en alzoo groot 345 Tonnen, met al deszelfs Rondhout, Staande en Loopend Want, Ankers, Kettingen, Touwen, Zeilen, Cronometer en verderen Inventaris, zoo als hetzelve thans is liggende in de Scheepmakershaven, nabij de Glashaven; zijnde inmiddels uit de hand te koop.”
"De Drie Gebroeders" op de rede van Paramaribo057:
26 november 1837 "... Heden gearriveerd captijn van der Kolff schoener Equator ... van Rotterdam".
20 december 1837 "... Heden vertrokken ... Captijn van der Kolff schoener Equator naar de Saramaka" (landstreek en riviermonding bij Boskamp ten W. van Paramaribo).
"De Drie Gebroeders" op de rede van Paramaribo057:
03 december 1839 "Heden arriveerde de schoener Equator kapt van der Kolff".
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
L.Hawegh was met vlagnummer R185 in de periode 1842 t/m 1845 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Van Sluijs013 en Bouma025 vermelden kapitein L(eendert).Hawegh als gezagvoerde gedurende:
* 1837 t/m 1838 (van Sluijs) resp 1838 t/m 1839 (Bouma) op de brik “Anjer”, ex Oromaze, gebouwd in 1811, bouwplaats niet vermeld, 209 ton o.m., varend voor Gebr. Bal te Rotterdam. Volgens van Sluijs maakte hij in dei tijd een tocht vanuit Hellevoetsluis naar Batavia);
* 1839 t/m 1843 op het 3/m schip “Piet Hein”, gebouwd in 1830 te Delfshaven, 360 ton o.m., varend voor Colin Campbell te Rotterdam;
* 1843 t/m 1844 van de bark “Nickerie”, gebouwd in 1830, 345 ton o.m., varend voor Colin Campbell te Rotterdam. Het schip is in 1844 vergaan op de Scillies.
Overige bijzonderheden
Handelsblad 05 maart 1844 in de rubriek Scheepstijdingen
“Scilly, 28 Febr. In de nacht van 20 dezer is op de westerklippen van dit eiland gebleven het Hollandsch driemastschip Nickerie, kapt Hawegh, van Samarang en Batavia naar Rotterdam. Op 2 man na is geheele ekwipage verongelukt; de lading is geheel weg en van het materieel zal weinig kunnen gered worden”.
|