1929-10-26: |
NRC 261029. Slikkerveer, 26 oktober. Hedenmorgen is met goed gevolg van de werf der N.V. Internationale Scheepsbouwmaatschappij De Maas alhier te water gelaten het stoomschip BLINJOE, bij genoemde vennootschap in aanbouw voor de Koninklijke Paketvaart Maatschappij te Amsterdam. De hoofdafmetingen van het schip zijn: lengte tussen de loodlijnen 252 voet, breedte op buitenkant spanten 40 voet, holte tot bovendek 16 voet 6 duim, diepgang 11 voet 9 duim. Het deadweight bedraagt ongeveer 1.175 ton van 1.016 kg. Het schip wordt geclasseerd onder Bureau Veritas PL II 3/3 P.1.1 en wordt gebouwd volgens de plannen en onder toezicht van de heer Cornelissen te Amsterdam. Het schip heeft accommodatie voor passagiers. De verblijven voor officieren en machinisten bevinden zich op het tentdek, terwijl de verblijven voor de bemanning onder het bakdek zijn aangebracht. De voortstuwingsinstallatie wordt geleverd door de machinefabriek van Gebr. Stork & Co. te Hengelo overeenkomstig de tekeningen en onder toezicht van de hoofdingenieur van de Koninklijke Paketvaart Maatschappij, de heer Ir. Muller. Zij bestaat uit een 4-cyl. Lenz kleppenmachine, 800x370x370x800 bij 800 mm slag met een vermogen van 1.000 IPK. Deze machine zal het schip een snelheid geven van 10 mijl per uur. De stoom zal worden geleverd door een waterpijpketel van het Babcock & Wilcox-type met een verwarmend oppervlak van 257 M2. Deze ketel wordt voorzien van een Underseed-stookinrichting. Voor de hulpwerktuigen wordt een hulpketel Cochran-type geplaatst met een verwarmend oppervlak van 500 vierkante voet. De Intermaas heeft op het ogenblik vijf dergelijke schepen in aanbouw.
|