Inloggen
WILLEM DE EERSTE - ID 8384


Kroniekberichten

Datum 03 augustus 1826
Krant DC - Dordtsche Courant
Type bericht Kiellegging, bouw en stapelloop van schepen

Amsterdam, 1 augustus. Bij gunstige gelegenheid zullen morgen namiddag ten twee ure precies, op de werf Hollandia, van de scheepsbouwmeester Corns. van Swieten van stapel lopen, twee stoomschepen, met name: WILLEM DE EERSTE en DE BEURS VAN AMSTERDAM; en de volgenden dag ten half twee ure, van de werven De Haan en Het Fortuin, twee fregatschepen met name: HELENA en SUZANNA.

Afbeelding
Datum 05 augustus 1826
Krant DC - Dordtsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 2 augustus. De stoomschepen WILLEM DE EERSTE en de BEURS VAN AMSTERDAM, uit hoofde van een verzakking in de helling, op heden niet te water hebbende kunnen gaan, zullen nu aanstaande vrijdag den 4 dezer, naar men verneemt, ten drie ure aflopen.

Afbeelding
Datum 08 augustus 1826
Krant LC - Leeuwarder Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 4 augustus. De stoomschepen: WILLEM DE EERSTE en DE BEURS VAN AMSTERDAM, toebehorend aan de Amsterdamsche Stoomboot Maatschappij, zijn heden ochtend, tussen drie en vier uren, met het beste gevolg te water gelopen.

Afbeelding
Datum 31 maart 1827
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Advertentie. Amsterdamsche Stoomboot-Maatschappij.
Het stoomschip WILLEM DE EERSTE, voorzien met stoomwerktuigen van 120 paarde-kracht, vertrekt zaterdag de 31e maart 1827, des morgens ten 5 ure, van Amsterdam naar Hamburg. Een meer omstandig bericht is te vinden in de Amsterdamsche Courant van de 14e dezer en in de Haarlemsche Courant van de 17e dezer; zijnde nadere informaties te bekomen ten kantore der directie, Kalkmarkt, n.º 54, te Amsterdam.

Afbeelding
Datum 10 april 1827
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Vrachten, bevrachtingen

Advertentie. Amsterdamsche Stoomboot-Maatschappij.
- Vaart tussen Amsterdam en Hamburg.
Het stoomschip WILLEM DE EERSTE vertrekt van Hamburg zaterdag de 7e april 1827 en van Amsterdam de 14e daaraanvolgende, zullende gemelde dienst regelmatig, de ene zaterdag van Amsterdam en de naastvolgende zaterdag van Hamburg, worden voortgezet.
- Vaart tussen Amsterdam en Londen.
Het stoomschip DE BEURS VAN AMSTERDAM zal, te beginnen met de 12e april aanstaande, die vaart openen en alsdan voortgaan de ene donderdag van Amsterdam en de daaraanvolgende donderdag van Londen te vertrekken.
Nadere informatie nopens de vrachten, zo voor passagiers als goederen, te Amsterdam bij de directie, Kalkmarkt, n.º 54 en voor de vaart op Hamburg bij de agent der maatschappij te Hamburg, de heer J. Hultmann Jr., en te Amsterdam bij de cargadoors de Wed. Salm, Meijer en Blikman en Co.
En voor die op Londen, bij de agenten der maatschappij te Londen, de heren Hopman en Schenk en te Amsterdam bij de cargadoors Nobel en Holzapffel, Corver en Co., Gemmening en Penning en Da Costa en Bueno

Afbeelding
Datum 01 september 1827
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Vrachten, bevrachtingen

Advertentie. Amsterdamsche-Stoomboot-Maatschappij. Voor passagiers en koopmanschappen. Vaart tussen Amsterdam en Hamburg binnen de 34 uren.
Het stoomschip WILLEM DE EERSTE vertrekt van Amsterdam zaterdag de 1e september 1827, des morgens ten 5 ure en van Hamburg zaterdag de 8e september 1827, des morgens ten 6 ure. Partijen goederen voor de twee lasten worden tot gelijke vrachten als die der zeilvaartuigen aangenomen.
Voor passagiers en koopmanschappen. Vaart tussen Amsterdam en Londen, binnen de 34 uren.
Het stoomschip DE BEURS VAN AMSTERDAM vertrekt van Amsterdam zaterdag de 1e september 1827, des morgens ten 3 ure en van Londen zondag de 9e september 1827, des morgens ten 6 ure.
De vracht van goud en zilver voor beide diensten, met in begrip der assurantie is voor partijen boven de NLG 2000 voor het zilver ⅜ en voor het goud 5/10 per cent, zonder assurantie
⅛ per cent, terwijl voor Hamburg mede de Stader tol onder deze vracht is berekend. Effecten onder NLG 10,000 1/10 per cent en daarboven (opm: onleesbaar) per cent.

Afbeelding
Datum 22 september 1827
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Vrachten, bevrachtingen

Advertentie. Amsterdamsche Stoomboot-Maatschappij. Voor passagiers en koopmanschappen.
Vaart tussen Amsterdam en Hamburg, binnen de 34 uren.
Het stoomschip WILLEM DE EERSTE vertrekt gedurende dit jaar van Amsterdam des zaterdags ochtends ten 3 ure en wel de 29e september, 13 en 27 oktober en van Hamburg almede des zaterdags ochtends, doch ten 6 ure, de 6e en 20e oktober en laatstelijk de 3e november.
Partijen goederen boven het last worden tot gelijke vrachten als die der zeilvaartuigen aangenomen.
Voor passagiers en koopmanschappen.
Het stoomschip DE BEURS VAN AMSTERDAM vertrekt gedurende dit jaar van Amsterdam des zaterdags ochtends ten 3 ure en wel de 29e september, 13 en 27 oktober en van Londen des zondags ten 6 ure, de 7e en 21e oktober en laatstelijk de 4e november.
Met die dag zal, zo wel voor Londen als voor Hamburg, de vaart voor dit jaar gesloten zijn.
De vracht van goud en zilver voor beide diensten, met in begrip der assurantie is voor partijen boven de NLG 2000 voor het zilver ⅜ en voor het goud 5/10 per cent, zonder assurantie ⅛ per cent, terwijl voor Hamburg mede de Stader tol onder deze vracht is berekend. Effecten onder NLG 10,000 1/10 per cent en daarboven (onleesbaar) per cent.

Afbeelding
Datum 22 september 1827
Krant BC - Bataviasche Courant
Type bericht Verslagen van rederijen etc..

Hamburg, 13 april. Men vindt in onze dagbladen een allergunstigst verslag omtrent de Nederlandse stoompaket WILLEM I, welke dezer dagen in de regelmatige vaart is gekomen van Amsterdam naar deze stad en terug, zo ten aanzien van de bouw en de kracht van de werktuigen, als ten opzichte van de voortreffelijke inrichting van het vaartuig.

Afbeelding
Datum 04 oktober 1827
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 2 oktober. In het Vlie is binnengekomen de stoomboot WILLEM DE EERSTE, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 23 oktober 1827
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Vrachten, bevrachtingen

Advertentie. Amsterdamsche Stoomboot-Maatschappij.
Voor passagiers en koopmanschappen.
Vaart tussen Amsterdam en Hamburg, binnen de 34 uren..
Het stoomschip WILLEM DE EERSTE vertrekt, voor de laatste reis dit jaar, van Amsterdam zaterdag de 27e oktober, des ochtends ten 3 ure en van Hamburg zaterdag de 3e november, des ochtends ten 6 ure.
Partijen goederen boven het last worden tot gelijke vrachten als die der zeilvaartuigen aangenomen.
Voor passagiers en koopmanschappen.
Vaart tussen Amsterdam en Londen, binnen de 34 uren.
Het stoomschip DE BEURS VAN AMSTERDAM vertrekt, voor de laatste reis dit jaar, van Amsterdam zaterdag de 13e en 27e oktober, des ochtends ten 3 ure en van Londen zondag de 4e november, des ochtends ten 6 ure.
De vracht van goud en zilver voor beide diensten, met inbegrip der assurantie, is voor partijen boven NLG 2000 voor het zilver 3 achtsten en voor het goud 5 zestienden per cent, zonder assurantie 1 achtste per cent, terwijl voor Hamburg mede de Stader tol onder deze vracht is berekend. Effecten onder NLG 10.000 1/16e per cent en daarboven 1/32e per cent.

Afbeelding
Datum 22 maart 1828
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 20 maart. Het Nederlands stoomschip WILLEM DE EERSTE, kapt. J. van den Oever, van Amsterdam naar Hamburg, de 16e dezer, uit hoofde van mistig weder op de Zuiderzee hebbende moeten blijven liggen, is eerst de 17e, des namiddags ten half vijf ure, in het Vlie gekomen, zodat hetzelve, alstoen nog moetende uitklaren, niet voor de volgende ochtend in zee zal zijn gekomen.

Afbeelding
Datum 25 maart 1828
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 23 maart. Uit het Vlie is gezeild de stoomboot WILLEM DE EERSTE, kapt. van den Oever, naar Hamburg.
Het schip DE PRINS DER NEDERLANDEN, kapt. J. Hilbrands, de 14e november uit Texel gezeild naar Fernambuck, is de 2e februari weer van daar vertrokken en de 20e maart in Texel terug gekomen; hebbende dus de uit- en tehuisreis in vier maanden en zes dagen afgelegd.

Afbeelding
Datum 29 maart 1828
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten: Amsterdam, 28 maart. DE DAGERAAD, kapt. R.C. Stada, van Suriname; EDAMS WELVAREN, kapt. H. Rolff, van Suriname; DE SNELHEID, kapt. J.H. Freyburgh, van Suriname; VROUW ANNA, kapt. D.H. Buss, van Bordeaux; VIOLET, kapt. J. Genders, van Londen; ADRIANUS CATS, kapt. J.J. Bakker, voor wijlen D.S. Manje; WILLEM DE EERSTE, kapt. J. van den Oever, van Hamburg.
Rotterdam, 25 maart. AMICITIA, kapt. H.J. Benes, van Bordeaux; DE ZEEMEEUW, kapt. E. Reints, van Bordeaux.

Afbeelding
Datum 12 april 1828
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten: Amsterdam, 11 april. JONGE LODEWIJK ANTONIE, kapt. P.C. Stachouwer, van Suriname; PARAMARIBO, kapt. Spiegelberg, van Suriname; ELIZABETH CORNELIA, kapt. J.D. Dietz, van Suriname; VROUW MARGARETHA, kapt. H. Mees, van Wismar; CAROLINE KRISTINE, kapt. C. Paulsen, van Drontheim; TWEE GEBROEDERS, kapt. J. Engelhardt, van Kiel; VIER GEBROEDERS, kapt. A.D. Pot, van Neustadt; VROUW GEBKE, kapt. J.W. Wieters, van Colberg; WILLEM DE EERSTE, (stoomschip), kapt. J. van den Oever, van Hamburg; CATHARINA, kapt. J. Breckwoldt Groot, van Hamburg; DAGERAAD, kapt. T.H. Bonjer, van Emden.

Afbeelding
Datum 26 april 1828
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten: Amsterdam, 25 april. BARON VAN DER CAPELLEN, kapt. J.H. Giese, van Batavia; DE VEREENIGING, kapt. W. de Boer, van Suriname; LOUISA, kapt. M. Wenke, van Malaga; VROUW GEZINA, kapt. A.C. Brouwer, van Dantzig; PROVIDENTIA, kapt. L. Jenssen, van Rostock; VROUW ANTJE, kapt. M.G. Feyes, van Lembkenhaven (opm: op Fehmarn); WILLEM DE EERSTE (stoomboot), kapt. J. van den Oever, van Hamburg; TWEE GEBROEDERS, kapt. M.J. Caspers, van Norden.
Rotterdam, 22 april. DE VROUW GEERDINA, kapt. L.E. Gust, van Emden; CONCORDIA, kapt. B.J. Henken, van Colberg; DE ANNEGINA, kapt. H.H. Hendriks, van Wismar.
Antwerpen, 21 april. JANTINA, kapt. G. Sap, van Kiel; MARIA, kapt. Hazewinkel, van Marseille.

Afbeelding
Datum 10 mei 1828
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten: Amsterdam, 8 mei. DE GOEDE VERWACHTING, kapt. J.B. Bodeman, van Suriname; MARIANE, kapt. B.H. Riekeles, van Memel; ANTONIE, kapt. W. Minne, van Windau; DE VRIENDSCHAP, kapt. B.J. de Boer, van Koningsbergen; GEZINA, kapt. R.L. Roelfsema, EENDRAGT, kapt. J.H. Hutt, van Koningsbergen; ZELDENRUST, kapt. G.A. Jonkhoff, van Koningsbergen; TWEE GEBROEDERS, kapt. H.J. Pinxterboer; VROUW GEERTRUIDA, kapt. A.J. Hansen; CATHARINA, kapt. J.H. Sprik, van Middenfort (opm: mogelijk Middelfart); VROUW ALBERDINA, kapt. H.K. Rintes, van Heiligenhafen; TWEE GEBROEDERS, kapt. P.F. Visser, van Wismar; DE VROUW CATHARINA, kapt. L.K. de Jong, van Heiligenhafen; WILLEM DE EERSTE, (stoomboot), kapt. J. van den Oever, van Hamburg; DE PLANTER, kapt. C. Jessen, van Demerary.
Rotterdam, 6 mei. DE JONGE JACOBUS, kapt. P. Vis, van Londen.
Antwerpen, 7 mei. AUGUSTIN, kapt. J.F. Bunnemeijer, van Batavia; VROUW ALBERDINA, kapt. Maak, van Hamburg; DE VROUW ANTJE, kapt. J.H. Ottman, van Howacht.

Afbeelding
Datum 29 mei 1828
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Advertentie. Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg, overtocht binnen 36 uren.
De stoomschepen WILLEM DE EERSTE en DE BEURS VAN AMSTERDAM vertrekken regelmatig zowel van Amsterdam als Hamburg iedere zondag, in de vroege ochtend. De passagiers zullen zaterdag vóór middernacht zich aan boord moeten bevinden.

Afbeelding
Datum 05 juli 1828
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Cargalijsten. Amsterdam, 4 juli. Zr.Ms. schip KORTENAER, kapt. luit. van Bloemendaal (opm: A. Blommendal), van Batavia; DE VROUW JANTJE, kapt. A.G. Jonkhof, van Londen; WILLEM DE EERSTE, (stoomboot), kapt. J. van den Oever, van Hamburg; VROUW BOUWINA, kapt. H.J. Dekker, van Wismar; DRIE GEBROEDERS (opm: hekschuit), kapt. J.J. Orre, van Wismar; TWEE GEZUSTERS, kapt. F. Spiesen, van Rostock; VIER GEBROEDERS, kapt. C.H. Christians, van Glückstadt; VROUW MARGARETHA, kapt. C. Kroger, van Hamburg; VROUW GELIDA, kapt. M. Louwerens, van Bremen.
Rotterdam, 1 juli. DE DRIE GEBROEDERS, kapt. J.D. Drewes, van Wismar; DE VRIENDSCHAP, kapt. T.D. Hund, van Wismar; DE JONGE ALBERT, kapt. P.A. Ellens, van Wismar.
Antwerpen, 30 juni. NATALIA, kapt. A. Nannings, van Batavia; FRANCISCUS, kapt. B.H. Riecke, van Licata,
Schiedam, 1 juli. DE VROUW HERMINA, kapt. W.H. Cornel, van Riga; DE HOOP, kapt. P.J. de Boer, van Arendsburg.

Afbeelding
Datum 20 augustus 1828
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 19 augustus. NEDERLAND, kapt. F.K. Kleyn, van Suriname; WILLEM DE EERSTE (stoomboot), kapt. J. van den Oever, van Hamburg; TWEE GEBROEDERS, kapt. J. Schröder, van Hamburg; JOHANNA, kapt. J.J. Kortwijk, van Koningsbergen; MENTOR, kapt. H. Steen, van Dantzig; CAROLINA, kapt. J.K. Horn, van Assens.

Afbeelding
Datum 03 september 1828
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 1 september. ST. JOHANNES, kapt. J.P. Evers, van Gothenburg; VROUW CATHARINA, kapt. R.R. Engelsman, van Memel (opm: Klaipeda); ROELFINA, kapt. J.K. Bolhuis, van Memel; DE MOEDER FEYKA, kapt. J.H. Jonker, MARIA MAGDALENA, kapt. F.L. Kerkstra (opm: kof, kapt. Teunis Lourens Kerkstra); VROUW GEZINA, kapt. J.H. Mulder en JACOBINA, kapt. R.J. Klunder, van Koningsbergen; GOEDE INTENTIE, kapt. B.J. Bouwes, van Dantzig; AARSTROOM, kapt. B.J. Houwinck; NOORD-HOLLAND, kapt. J.S. Rotgans en BROEDERLIEFDE, kapt. H.J. Carst, van Dantzig; WILLEM DE EERSTE, (stoomboot), kapt. J. van den Oever, van Hamburg; VROUW NEELTJE, kapt. C. Parrel, van St. Petersburg; DE JUFFROUW JOHANNA, kapt. J.G. Seifferts, van Riga; DE JONGE JUFFER SARA, kapt. A.J. Sluyk, van Arendsburg; DE VROUW ANNEGINA, kapt. A.M. Hendriks, van Dantzig; DE TWEE GEBROEDERS, kapt. G.B. Smit, ANNA HANZINA, kapt. B.P. Kolk en ANNEGINA, kapt. A.J. Bonte, van Koningsbergen; VRIENDSCHAP, kapt. W.M. Zwart, van Stokholm; DE VROUW PETIENA, kapt. K.D. Mulder, van Wismar; DE VROUW MARGARETHA, kapt. J. Anken, van Husum; VROUW GEZINA, kapt. J.I. van der Woude, van Tonningen.
Schiedam, 30 augustus. De WELVAART, kapt. A.H. Dijkhuis en ANTHONIUS EN CORNELIA, kapt. O.P. Blom, van Riga.

Afbeelding
Datum 11 september 1828
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Advertentie. Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg, overtocht binnen 36 uren.
De stoomschepen WILLEM DE EERSTE en DE BEURS VAN AMSTERDAM vertrekken regelmatig zowel van Amsterdam als Hamburg iedere zondag, in de vroege ochtend. De passagiers zullen zaterdag vóór middernacht zich aan boord moeten bevinden.

Afbeelding
Datum 11 oktober 1828
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 10 oktober. BASTIAAN, kapt. J. Lug, van Londen; WILLEM DE EERSTE, (stoomboot), van Hamburg.
DE HOOP, kapt. J.O. Kamp, van Nickerie (opm: deze brik, bouwjaar 1798, ging na lossing niet meer in de vaart; op 9 april 1829 werd de zeebrief geretourneerd onder vermelding van ‘schip wordt gesloopt’).

Afbeelding
Datum 08 november 1828
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 7 november. JETSKA CORNELIA, kapt. L.K. de Boer, van Koningsbergen; CATHARINA MARGARETHA, kapt. V. Pieper Pz., van Dornbusch; CATHARINA, kapt. H.R. Veiling, van Tonningen; VROUW ANTJE, kapt. H.B. Spelde en VROUW ALBERDINA, kapt. J.J. Joosten, van Emden; EENDRAGT, kapt. J.J. Biezer, van Nieuwharlingerzijl (opm: Neuharlingersiel); WILLEM DE EERSTE, (stoomboot), kapt. J. van den Oever, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 14 maart 1829
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg. In de eerste dagen van de maand april aanstaande zal deze vaart wederom worden geopend door de Nederlandse stoomschepen WILLEM DE EERSTE en de BEURS VAN AMSTERDAM, ingericht tot het vervoer van 70 passagiers en 60 lasten goederen. Het vertrek is bepaald op eenmaal ’s weeks en wel des zaterdags, zo van Amsterdam als Hamburg.

Afbeelding
Datum 25 maart 1829
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg. Overtocht binnen de 36 uren.
Te beginnen met de 5e april 1829 vertrekken regelmatig iedere zondag in de vroege ochtend, zowel van Amsterdam als Hamburg de stoomschepen WILLEM DE EERSTE en DE BEURS VAN AMSTERDAM, ingericht tot het vervoer van 70 passagiers en 60 lasten goederen.
De passagiers moeten zich zaterdags voor middernacht aan boord bevinden.

Afbeelding
Datum 01 april 1829
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg.
Overtocht binnen de 36 uren.
Te beginnen met de 5e april 1829 vertrekken regelmatig iedere zondag in de vroege ochtend, zo wel van Amsterdam als Hamburg de stoomschepen WILLEM DE EERSTE en DE BEURS VAN AMSTERDAM, ingericht tot het vervoer van 70 passagiers en 60 lasten goederen.
De passagiers moeten zich zaterdags voor middernacht aan boord bevinden.

Afbeelding
Datum 20 augustus 1829
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 18 augustus. Het beurtschip, gevoerd door schipper G. Mast, van Zwartsluis naar Amsterdam, is in de ochtend van de 16e dezer in de kuil van Marken door het stoomschip WILLEM DE EERSTE, kapt. J. van de Oever, van Amsterdam naar Hamburg, aangezeild geworden en heeft daardoor zware schade bekomen.

Afbeelding
Datum 08 oktober 1829
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Advertentie. Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg voor passagiers en goederen.
De stoomschepen WILLEM DE EERSTE en DE BEURS VAN AMSTERDAM, welke geregeld iedere zondag in de vroege ochtend zowel van Amsterdam als Hamburg vertrekken, zullen dit jaar de laatste reis doen:
Van Amsterdam --- zondag de 8e november 1829
Van Hamburg --- zondag de 15e november 1829
De passagiers moeten zaterdags vóór middernacht aan boord zijn.

Afbeelding
Datum 13 maart 1830
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Vrachten, bevrachtingen

Advertentie. Amsterdamsche Stoomboot-Maatschappij.
Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg. Vervoer van passagiers en goederen tot zeer billijke vrachten. – Overtocht binnen de 36 uren. Te beginnen met zondag de 21 maart 1830, zal deze vaart wederom geopend en geregeld met de bereids zo gunstig bekende stoomschepen WILLEM DE EERSTE en DE BEURS VAN AMSTERDAM worden voortgezet. Het vertrek blijft bepaald, even als te voren, op iedere zondag in de vroege ochtend, zo wel van Amsterdam als Hamburg.
De vrachten zijn: voor passagiers in de eerste kajuit , met de voeding, NLG 60,00,en in de tweede kajuit, zonder voeding, NLG 40,00.
Lübeck en St. Petersburg. Met de 6e mei 1830 zal er een stoomschip van de maatschappij, tussen Lübeck en St. Petersburg, in de vaart gebracht en het vertrek daarvan worden bepaald: van Lübeck, op donderdag de 6e en 20e mei 1830 en van St. Petersburg, op donderdag de 13e en 27e mei 1830 en zo vervolgens de ene donderdag van Lübeck en de andere van St. Petersburg.
In correspondentie op dit stoomschip wordt, te beginnen met zondag de 2e mei 1830, de stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg zodanig geregeld en bepaald, dat passagiers en koopmans-goederen, binnen de zeer korte tijd van 8 9 dagen, van Amsterdam naar St. Petersburg zullen kunnen worden vervoerd.

Afbeelding
Datum 17 april 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 16 april. MINERVA, kapt. J.L. Zijlstra, van Alexandrië (in Egypte); CECILIA, kapt. H.C. Adamsen, van Triëst en Cephalonia; JUPITER, kapt. R. Anderson, van Triëst; VROUW ELIZABETH, kapt. F.B. Nepperus, van Petersburg; MARIA ADOLPHINA, kapt. J.H. Haverbult, van Marseille; HARMONIE, kapt. W.W. Lange, van Bordeaux; AURORA, kapt. J. Cajander, van Cette; ZEELUST, kapt. J.F. Deddes, van Cardiff; ANNEGINA, kapt. E.H. Dakman, van Koningsbergen; ZEELUST, kapt. R.R. Legger, van Koningsbergen; JONGE JARIGEN, kapt. D. Brunger, van Dantzig; WILLEM DE EERSTE, (stoomschip), kapt. H.C. Kool, van Hamburg; DE DRIE GEBROEDERS, kapt. J. Jansen, van Hamburg; ADELHEID CATHARINA, kapt. J.F. Higemann en DE VROUW ETBA, kapt. R.J. Remmers, van Carolinensiel; JONGE OTTO, kapt. J. Ennen, van Leer.

Afbeelding
Datum 17 april 1830
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Advertentie. Amsterdamsche Stoomboot-Maatschappij. Vaart tussen Amsterdam en Hamburg en Lübeck en St. Petersburg, onder gelijke begunstiging der keizerlijke Russische regering als andere stoomschepen genieten.
Stoomschepen WILLEM DE EERSTE en BEURS VAN AMSTERDAM, ieder van 120 paardenkracht.
Vervoer van passagiers en goederen.
Vertrek van
Amsterdam │Hamburg │ │
21 en 28 maart │28 maart │ Lübeck │St. Petersburg
4, 11 en 18 april │4, 11 en 18 april │ │
2,16 en 30 mei │9 en 23 mei │6 en 20 mei │13 en 27 mei
13 en 27 juni │6 en 20 juni │3 en 17 juni │10 en 24 juni
11 en 25 juli │4 en 18 juli │1, 15 en 29 juli │8 en 22 juli
8 en 22 augustus │1,15 en 29 augustus│12 en 26 augustus │5 en 19 augustus
5 en 19 september │12 en 26 september │9 en 23 september │2, 16 en 30 september
3, 17 en 31 oktober │10 en 24 oktober │7 oktober │14 oktober
14 november │ 7 en 21 november │ │
Overtocht binnen de 36 uren. │ Overtocht binnen 4 dagen.

Afbeelding
Datum 01 mei 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 30 april. SUSANNA, kapt. G. Feykes, van Batavia; FORTUNA, kapt. J.J. Cordes, van Wismar; WILLEM DE EERSTE (stoomboot), kapt. H.C. Kool, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 19 mei 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 18 mei. AUGUSTA, kapt. S. Gider, van Canton; ONDERNEMING, kapt. H.H.Middel, van Cardiff; VRIENDSCHAP, kapt. J.J. Valom, van Gothenburg; JULIUS, kapt. C. Waack, JETSKE HILLEGINA, kapt. G.E. Broekema, FENNA, kapt. A.K. de Weerd, DE VROUW MACKE (opm: smak VROUW MAAIKE), kapt. E.J. Fisser en GEZINA CATHARINA, kapt. H.R. Stutvoet, van Koningsbergen; BOUWINA, kapt. H.J. Dekker, van Wismar; VROUW HENDRIKA, kapt. O.H. Brahms en VROUW CATHARINA, kapt. A.H. Schuring, van Memel; DOROTHEA, kapt. J. Niejahr en DELIA, kapt. A.P. Ekkel, van Bostock; GEZINA, kapt. L.G. Buss, van Elbing; EMANUEL, kapt. S. Seehuis, van Christiaansund; GEZINA, kapt. J.J. Boiten, van Eckernfiorde; HAABET, kapt. J. Albertsen, van Kopenhagen; VROUW MARGARETA, kapt. J.C. Mees, van Demmin; WILLEM DE EERSTE (stoomboot), kapt. H.C. Kool, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 12 juni 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 11 juni. JONGE GERARDA CORNELIA, kapt. Smith, van Suriname; LYDIA, kapt. J. Haesloop, van Livorno; EENDRAGT, kapt. J. Dillewijns, van Londen; BUITENWERF, kapt. J.E. Guse, van Stockholm; MARIA, kapt. J.R. Aden. DE VROUW ACHINA, kapt. D. Rijkents en ALIDA, kapt. J.R. Nieveen en DOROTHEA, kapt. S.J. Prange, van Koningsbergen; DE VRIENDSCHAP, kapt. R.R. Sap, van Dantzig; MINERVA, kapt. J. Tiegs, van Memel; DE VROUW GEERTRUIDA, kapt. J.J. Mulder, van Emden; DE VROUW MEINSINA, kapt. D.D. Klontje, van Heiligenhafen; HERMINA, kapt. G.S. Brouwer, van Garding; ANNEGIEN, kapt. H.M. Hendriks, van Flensburg; WILLEM DE EERSTE (stoomboot), kapt. H.C. Kool, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 26 juni 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 25 juni. DE WELVAART, kapt. C. Koert, van Berbice; GOEDE HOOP, kapt. G.G. Boon, van Gloucester; VROUW ALBERDINA, kapt. P.E. Mooi, van Rouen; JACOBINA, kapt. R.J. Klunder en TWEE GEBROEDERS, kapt. H.J. Klein, van Dantzig; ANTONIA, kapt. T. Bradhering en VREDE, kapt. R.W. Vos, van Riga; WILLEM DE EERSTE, (stoomboot), kapt. H.C. Kool, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 07 juli 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 6 juli. DE PLANTER, kapt. C. Jessen, van Demerary; ONDERNEMING, kapt. T.T. Kuyper, van Genua; JONGE EVERT, kapt. J.J. Kiers, van Livorno; GOEDE VERWACHTING, kapt. K.K. de Boer en GEZINA, kapt. M.N. Huising van Dantzig; ANNA SOPHIA, kapt. E.A. Bock en VROUW JANTJE, kapt. E.J. de Groot, van Koningsbergen; VROUW GEZINA, kapt. A.B. Banting, van Rostock; FORTUNA, kapt. T.A. Hansen, van Elbing; MARIA JENNINA, kapt. P. Pasch, van Petersburg; ZEELUST, kapt. R.R. Legger, van Dantzig; ANNEGINA, kapt. M.D. de Jong, van Wismar; DIANA, kapt. G.R. Oostra; ZELDENRUST, kapt. G.A. Jonkhoff en LIBRA, kapt. G.R. Engelsman, van Koningsbergen; WILLEM DE EERSTE, (stoomboot). kapt. A.C. Kool, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 24 juli 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 23 juli. HENRIETTE, kapt. J.K. de Vries, van Bahia; VROUW MARIA, kapt. H.T. Mulder, van Petersburg; VROUW ELISABETH, kapt. W.A. Wijkman, van Stockholm; VROUW CATHARINA, kapt. A.H. Schuring, van Memel; VROUW TRIJNTJE, kapt. J.A. Meijer, van Lubeck; WILLEM DE EERSTE (stoomboot), kapt. H.C. Kool, van Hamburg; INIMAGONDE SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelieff, van Soerabaija; CAROLINA EN JOHANNA, kapt. P.S. Matzen, van Demerary; DRIE GEBROEDERS, kapt. J.J. Otte, van Dantzig; VROUW TRIJNTJE, kapt. P.G. Karst, JONGE YPE, kapt. E.J. Karst en JONGE WILLEM, kapt. W.J. Meilema, van Koningsbergen; ANTINA, kapt. J.G. Ducken, van Horsens; PETRONELLA, kapt. J.A. de Boer, van Garding; VROUW JANTJE, kapt. W.F. Pronk, van Heiligenhafen.
CAROLINA EN JOHANNA, kapt. P.S. Matzen, van Demerary met 179 vaten, 21 vaatjes. suiker, J.J.B. Heemskerk; 17 vaten, 2 tiersjes, 5 vaatjes suiker, Gebr. Heemskerk; 69 vaten, 25 tiersjes, 20 vaatjes suiker, P. Portielje Abzn.

Afbeelding
Datum 18 augustus 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Hamburg, 13 augustus. De stoomschepen WILLEM DE EERSTE en DE BEURS VAN AMSTERDAM, toebehorende aan de Amsterdamsche Stoomboot-Maatschappij, blijven metterdaad op een verwonderlijk regelmatige wijze die alle aanbeveling verdient, voorzien in de correspondentie, welke gemelde maatschappij door middel dier beide schepen tussen Amsterdam en St. Petersburg, geëtablisseerd heeft en aangenaam is het ons de verzekering kunnen geven, dat al hetgeen de ondernemers, uit hoofde der snelle vaart, welke die schepen kenschetst, omtrent een geregelde en spoedige overtocht zo wel van Amsterdam naar hier als van Lübeck naar St. Petersburg en vise versa, aan het publiek hebben beloofd, met een prijzenswaardige juistheid is nagekomen; iets dat niet algemeen omtrent soortgelijke ondernemingen valt op te merken.
Het stoomschip WILLEM DE EERSTE, hetwelk om de 14 dagen des zondags in de vroege ochtend van Amsterdam vertrekt, komt hier gewoonlijk de volgende dag reeds des namiddags aan.
Zo ook volbrengt het stoomschip DE BEURS VAN AMSTERDAM zijn reis van Lübeck naar St.Petersburg en van daar terug, gewoonlijk binnen vier dagen; de laatste ons bekende reis van de 5e dezer van St. Petersburg naar Lübeck heeft dat schip, na in 92 uur naar St. Petersburg te zijn gevaren, zelfs niet tegenstaande hetzelve onophoudelijk slecht weer en de gehele overtocht een harde tegenwind heeft gehad, in 4½ dag volbracht.
Omtrent de stoomboot THE SUPERB, die voor Engelse rekening thans thans in plaats der GEORGE THE FOURTH mede tussen Lübeck en St. Petersburg vaart is men minder tevreden; dit vaartuig schijnt te klein te zijn en vooral bij tegenwind niet te voldoen; de reis van de 29e juli, mede de laatste van St. Petersburg, heeft acht dagen geduurd; men is verplicht geweest, doordien de voorraad van kolen, welke die boot kan bergen, zeer gering was, uit gebrek van brandstof te Carlskrona binnen te lopen; het valt niet tegen te spreken of deze omstandigheid moet de reizigers nog meer animeren om bij voorkeur van het stoomschip DE BEURS VAN AMSTERDAM gebruik te maken, welk schip een overvloedige ruimte voor brandstof bezit, hetgeen voor de zekerheid der vaart zo noodzakelijk is en ook dit zal van zelve meer en meer de geregelde onderhouding der door de Amsterdamsche Stoomboot-Maatschappij daargestelde belangrijke correspondentie verzekeren.

Afbeelding
Datum 21 augustus 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 20 augustus. CONCORDIA, kapt. H.W. Groenhoff; DE GEBROEDERS, kapt. P.C. Sorgdrager en CORNELIUS STAR, kapt. P.T. Kramer, van Petersburg; HARMONIE, kapt. M.H. Schiebe en JONGE ANNA, kapt. D.G. Bleeker, van Riga; DE VROUW FEMMEGINA, kapt. A.K. Braam, FREDERICA, kapt. C.F. Witt; EENDRAGT, kapt. P.C. Koops; HOOP EN VERWACHTING, kapt. J.A. Schuring, TWEE GEBROEDERS, kapt. K.H. Sprik, IKINA WILHELMINA, kapt. S.J. Vegter, ALBERDINA, kapt.
G.G. Veenema, TWEE GEBROEDERS, kapt. W.R. Lukens, HOOP OP WELVAART, kapt. K.H. Zuininga, ARENDINA MARIA, kapt. G.H. Boerhave, BUITENWERF, kapt. J.E. Gust, HOOP, kapt. H.B. Engelsman, HENDERIKA, kapt. H.B. Schipper en VROUW ANNEGINA, kapt. H.M. Hendriks, van Koningsbergen; DE HARMONIE, kapt. C.H. Platte, van Dantzig; JONGE EGBERT, kapt. K. Egberts, van Emden; VROUW ENGELINA, kapt. F. Meynders, van Rostock; TWEE GEBROEDERS, kapt. A.W. de Jonge, van Landschapspolder; WILLEM DE EERSTE, kapt. H.C. Kool, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 18 september 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 17 september. SOPHIA MARIA, kapt. G.L. Röperhoff en PRINS DER NEDERLANDEN, kapt. J. Hilbrands, van Suriname; MARIA CLASINA, kapt. S.H. Hooghoudt, van Petersburg; VIJF GEBROEDERS, kapt. P.G. Bakker en AMPHRITRITE, kapt. H.B. Lut, van Koningsbergen; VROUW ANTJE, kapt. M.G. Feyen, DE ZES GEBROEDERS, kapt. H.J. Waterberg, DE JONGE TRIJNTJE, kapt. M. Wiebes, GOEDE VERWACHTING, kapt. J.S. Vegter, DE VROUW ANNA, kapt. H.J. Nagel, IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, MARGARETHA GEZINA, kapt. J.J. Wever en JETSKA CORNELIA, kapt. L.K. de Boer, van Dantzig; VROUW MAAYKE, kapt. E.J. Visser, van Elbing; WILLEM DE EERSTE, kapt. H.C. Kool, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 02 oktober 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 1 oktober. DRIE GEBROEDERS, kapt. B.W. Donema, van Wismar; EMANUEL, kapt. A. Olsen, van Drammen; WILLEM DE EERSTE, kapt. H.C. Kool, van Hamburg; ALBERDINA, kapt. H.A. Hazewinkel en DE VRIENDSCHAP, kapt. M.R. Klein, van Koningsbergen.

Afbeelding
Datum 15 oktober 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam. 14 oktober. VROUW JANTJE, kapt. E.J. de Groot, van Elbing; WILLEM DE EERSTE, kapt. H.C. Kool, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 30 oktober 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 29 oktober. WILLEM DE EERSTE, kapt. H.C. Kool, van Hamburg; GEERTJE, kapt. W.E. Pannenborg, van Emden.

Afbeelding
Datum 16 november 1830
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam, 16 november. JOHANNA DE VRIES, kapt. L.C. de Vries, van Faro; WILLEM DE EERSTE, kapt. H.C. Kool, van Hamburg; CATHARINA JULIA, kapt. P.H. Hazewinkel, van Riga.

Afbeelding
Datum 29 maart 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Lübeck, 21 maart. Naar men verneemt zal de Amsterdamsche Stoomboot Maatschappij, vermits haar stoomschip niet meer tussen deze plaats en St. Petersburg zal varen, de stoomboot WILLEM DE EERSTE van hier op Riga in de vaart brengen.

Afbeelding
Datum 02 juni 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 30 mei. Binnengekomen: JACOBINA, kapt. Klunder, van Koningsbergen; WILLEM DE EERSTE (stoomschip), kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Vertrokken: 29 mei. ANNA MARGARETHA, kapt. H.H. Suhr, naar de Oostzee; OTTELINA HENDRIKA, kapt. J. Riesen, naar Koningsbergen; MOSCANNEN, kapt. N.H. Korff, naar Hamburg.
30 mei. FLORA, kapt. J. Mauldon, naar Londen; DE VERWAGTING, kapt. J.R. Schippers, naar Hull; DE NIJVERHEID, kapt. E.E. Hoveling, naar Petersburg; DE WELVAART, kapt. A.H. Dijkhuis, naar Petersburg; FRIESLANDS WELVAREN, kapt. F.D. van Veen, naar Petersburg; HET B.J. (opm: vermoedelijk de kof DOLPHIJN), kapt. B.J. Bakker, naar Petersburg; ANNA FREDERIKA, kapt. C. Brandt, naar Riga; CONCORDIA, kapt. J. Assies, naar Riga; DE JONGE GERRIT, kapt. A. Hazewinkel, naar Flensburg; FEM SÖLSKENDE, kapt. T. Brun, naar Bergen; PRINS OSCAR, kapt. H.C. Agerup, naar Tonsberg; LANGELAND, kapt. O.H. Sem, naar Noorwegen; WEMELINA KRONENBORG, kapt. J.J. Prange, naar Noorwegen; FENNA, kapt. A.K. de Weerd, op avontuur; HENDRIKUS, kapt. C.A. Roskamp, op avontuur; DE VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, op avontuur; NEERLANDS WELVAART, kapt. H.K. Rentes, op avontuur; MARIA ADOLPHINA, kapt. J.H. Haverbult, op avontuur; DE BEURS VAN AMSTERDAM, kapt. W.B. Bakker, op avontuur; ENGELINA, kapt. J.K. de Jonge, op avontuur.

Afbeelding
Datum 09 juni 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 5 juni. Binnengekomen: THE HOPE, kapt. W. Cousins, van Londen; ANNEGINA, kapt. M.D. de Jonge, van Flekkefjord.
Vlie, 5 juni. Vertrokken: WILLEM DE EERSTE (stoomschip), kapt. J.H. Savert, naar Hamburg en Altona.

Afbeelding
Datum 16 juni 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 13 juni. Binnengekomen: VREDE EN VRIJHEID, kapt. F.A. Lammerts, van Nerva; DE VROUW CATHARINA, kapt. F.W. de Vries, van Nerva; WILLEM I (stoomschip), kapt. J.H. Savert, van Hamburg, de 3 laatsten liggen quarantaine.
Vlie, 10 juni. Vertrokken: DE JONGE GERRIT, kapt. De Weerd, naar Hull; ZAANDAM, kapt. Zinger, naar Archangel; ENIGKEIT, kapt. Maase, naar Archangel; CHRISTINA, kapt. Boomgaard, naar St. Petersburg; JOHANNA JACOBA, kapt. Drent, naar St. Petersburg; HET JONGE REINTJE, kapt. Galle (opm: P.J. Colle), naar St. Petersburg; ALIDA IKINA, kapt. de Jonge, naar St. Petersburg; ARENDINA HENDRIKA, kapt. Boerhaven, naar Pernau; OSMINDE, kapt. Naess Faedren, naar Nerva; FORTUNA, kapt. Hedman, naar Christinestad; OSCAR, kapt. Sande, naar Finland; MARGARETHA HENDRIKA (opm:MAGRETHA HINDRIKA), kapt. Munneke, naar Oostzee; DE VROUW MARGARETHA, kapt. de Boer, naar Oostzee; CONCORDIA, kapt. Van Wijk, naar Oostzee; ARENDINA HERMINA, kapt. Hazewinkel, naar Oostzee; DE TWEE GEBROEDERS, kapt. Sprik, naar Oostzee; DE VROUW GESINA, kapt. Joosten, naar Dantzig; BUITENWERF, kapt. Gust, op avontuur; VROUW MARIA, kapt. Meijer, op avontuur; GESINA, kapt. Kramer, op avontuur; GEERDINA, kapt. Stuit, op avontuur; HENDRINA JOHANNA, kapt. Ten Velde, op avontuur; ANNEGINA, kapt. Pot, op avontuur; ALBERDINA, kapt. Venema, op avontuur; LOUISE, kapt. Bakker, op avontuur; ANNA CORNELIA, kapt. Broekema, op avontuur; DIANA, kapt. Oostra, op avontuur; TJAKKIEN, kapt. Drewes, op avontuur; VRIENDSCHAP, kapt. de Boer, op avontuur; HOOP OP EENDRAGT, kapt. Bekkering, op avontuur; ZEELUST, kapt. Akkerman, op avontuur; DE HOOP, kapt. Engelsman, op avontuur; DE VRIENDSCHAP, kapt. Klasen, op avontuur; PROVIDENTIA, kapt. Witt, op avontuur; SARA, kapt. Botje, op avontuur; DE GOEDE HOOP, kapt. Pinksterboer, op avontuur; HERRIBERTUS HERMANUS, kapt. Ricke, op avontuur; LOUISA, kapt. Broekema, op avontuur; CHARLOTTE, kapt. Spiegelberg, op avontuur; DE JONGE JAN, kapt. Hart, op avontuur; DE GOEDE HOOP, kapt. Boon, op avontuur; DE GOEDE VERWACHTING, kapt. de Boer, op avontuur; DE EENDRAGT, kapt. Hut, op avontuur; DE JONGE TJALLING, kapt. Mellema, op avontuur.
12 juni. EMANUEL, kapt. Mockelboer, naar Christiansund; DE JONGE JUFVROUW SARA, kapt. Sluik, op avontuur; ELSABE, kapt. Jaski, op avontuur; DE EENDRAGT, kapt. De Groot, op avontuur.
13 juni. ORWELL, kapt. R. Cubitt, naar Londen; THE HOPE, kapt. W. Cousins, naar Londen; UNITY, kapt. R.W. Newby, naar Newcastle; FRUTTERN, kapt. M.E. Ewerson, naar Sunderland; TORTOLA, kapt. T. Anderson, naar Sunderland.

Afbeelding
Datum 30 juni 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 26 juni. Binnengekomen: UNITY, kapt. R.H. Newby, van Newcastle.
27 juni. ORWELL, kapt. R. Cubitt, van Londen; MELIA, kapt. E. Sonne, van Nerva; ALBERDINA, kapt. H.A. Hazewinkel, van Koningsbergen, de beide laatsten liggen in quarantaine; DE HARMONIE, kapt. J.H. Deddes, van Fahrsund; ALIDA KLASINA, kapt. L.E. Tiktak, van Christiaansand; na posttijd 6 of 7 schepen, de namen onbekend.
De schepen DE ONDERNEMING, kapt. G.B. Flik, van St. Petersburg, DE GOUDVISCH, kapt. J.H. Scholtens van Pernau en DE VROUW JANTJE, kapt. J.E. Scherpbier van Koningsbergen zijn na een 20-daagse quarantaine ontslagen, als ook de 9 passagiers van het stoomschip WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert van Hamburg.

Afbeelding
Datum 02 juli 1831
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Advertentie. Vaart tussen Amsterdam en Hamburg. De directie van de Amsterdamsche Stoomboot-Maatschappij heeft de eer bij deze ter algemene kennis te brengen, dat het vertrek naar Hamburg van het den 13 dezer in het Vlie binnengekomen stoomboot WILLEM DE EERSTE, tegen den 3 juli aanstaande aangekondigd, in de mening, dat dit schip, ingevolge bij het departement van Marine genomen bepalingen, zoude onderworpen worden aan een observatie quarantaine van tien dagen en dus in tijds ontslagen zijn, niet alleen geen voortgang kan hebben, vermits tot heden niets van zodanig ontslag is gebleken, maar ook, dat zij zich verplicht gevonden heeft om, zo lang de bestaande omstandigheden zullen voortduren, de reguliere stoomvaart op Hamburg te staken.
Amsterdam, 30 juni 1831, de directeur van de voornoemde Maatschappij, Paul van Vlissingen.

Afbeelding
Datum 07 juli 1831
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Advertentie. Voortzetting van de stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg.
De directie van de Amsterdamsche Stoomboot-Maatschappij heeft de eer bij deze te berichten, dat het Zijne Majesteit de Koning behaagd heeft, aan haar door het departement van de Marine te doen kennis geven, dat, wanneer de Hamburgse (opm: in dit geval in de betekenis van varend op Hamburg; het is een Nederlands schip) stoomboot WILLEM DE EERSTE geen verboden goederen van Hamburg aan brengt, voorzien is van een gezondheidsattest, door Zijne Exc. de Minister Resident bij de Hanze steden elke reis af te geven, en bij de eerste visitatie alles in orde wordt bevonden, er dan spoedig last zal worden gegeven om, bij de eerste hervisitatie en volkomen gezondheidsbevindingen van de equipage en passagiers, het meergemeld vaartuig uit de quarantaine te ontslaan.
Ten gevolge van vermelde beschikking, waardoor de ontscheping van de passagiers en goederen slechts een oponthoud van 2 à 3 dagen kan ondervinden, wordt een reguliere stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg weer mogelijk, en de voortzetting van die vaart dan ook bij deze, met intrekking van de annonce van 30 juni ll. aangekondigd; blijvende het vertrek, zoals te voren bepaald, om de veertien dagen, te beginnen met zondag den 17 juli aanstaande, in de vroege ochtend, van Amsterdam en zondag den 24 van Hamburg.
Amsterdam, 5 juli 1831, de directeur van de voornoemde Maatschappij, Paul van Vlissingen.

Afbeelding
Datum 09 juli 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 4 juli. Binnengekomen: CATHARINA JULIE, kapt. P.H. Hazewinkel, van Riga; DE VROUW PETRONELLA, kapt. P.E. de Jong, van Koningsbergen, liggen quarantaine; ANDREA ELISABETH, kapt. Röer, van Drammen; ANNA CATHARINA, kapt. J. Larsen, van Osterrisoer; De stoomboot WILLEM I, kapt. J.H. Savert, van Hamburg; is van de rede naar Wieringen gezeild.
Vlie, 4 juli. Vertrokken: DE VROUW ELISABETH, kapt. Von Ehren, naar Bremen.
5 juli. JULIE, kapt. Kehrhahn, naar Wismar; ANTONIUS, kapt. Roskamp, naar Bergen; MARIA, kapt. Olsen, naar Bergen; KLEINE GEERTRUI, kapt. Jansen, naar Brevig; FORTUNA, kapt. Claasen, naar Arendahl; GESINA, kapt. Jonker, op avontuur.
6 juli. PHOEBE, kapt. J. Beatson, naar St. Petersburg; MAGNA, kapt. N. Nielsen, naar Randers; FORTUNA, kapt. P. Ryland, naar Bergen; LUNA, kapt. L. Backer, naar Drammen; DE VROUW ANTJE, kapt. D.K. de Grooth, naar Christiansand; GERBERDINA, kapt. K.D. de Grooth, naar Christiansand; DE JONGE BAREND, kapt. B.R. van Wijk, naar Noorwegen.

Afbeelding
Datum 14 juli 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 10 juli. Binnengekomen: ANNA, kapt. Clöener, van St. Petersburg, ligt Quarantaine.
11 juli. DE VROUW ANNEGINA, kapt. Hendriks, van Noorwegen; De stoomboot WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, is van de quarantaine ontslagen.
12 juli. DE HOOP, kapt. Nieuwland, van Londen; HET DORP GAASTMEER, kapt. M.P. van der Zee, van Londen; THE CORAL, kapt. Leggett, van Ipswich; DE JONGE MARIA, kapt. Poustijn, van Hull.
Texel, 11 juli. Vertrokken: LIBERTÉ, kapt. Trip, naar Archangel; ODIN, kapt. Holst, naar Drammen.
12 juli. WILLIAM PENN, kapt. C. Baker, naar Baltimore; DE VRIENDSCHAP, kapt. K.B. Tippema, naar Londen; Gisteren nog: GOOD AGREEMENT, kapt. R. Dickenson, naar Newcastle; GOEDE HOOP, kapt. Arends, naar Newcastle; RICHARD AND SARAH, kapt. N. Mund, naar Sunderland.

Afbeelding
Datum 28 juli 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 25 juli. Binnengekomen: DE DANKBAARHEID, kapt. Meijer, van St. Petersburg; CECILIA MARGARETHA, kapt. C. Schielberg, van Riga; EMANUEL, kapt. Mochelbost, van Christiansand; WILLEM I (stoomschip), kapt. J.H. Savert, van Hamburg, liggen alle in quarantaine; VENSKABET, kapt. Holst, van Drammen. De schepen DE WAAKZAAMHEID, kapt. J.C. Prater en CONCORDIA, kapt. B.J. Ras, beide van St. Petersburg zijn van de quarantaine ontslagen.
26 juli. SAN LARAN, kapt. Sablich, van Triest, laatst van Gibraltar, is na visitatie van de quarantaine ontslagen.
Texel, 25 juli. Vertrokken: DE GEBROEDERS, kapt. Zorgdrager, naar Genua; DE VRIENDSCHAP, kapt. De Jonge, naar Rouen; JOHANNA GEBINA, kapt. Nagel, naar Liverpool; DE DRIE GEBROEDERS, kapt. A.P. Schoonhoven, naar Londen; AURORA, kapt. Park, naar Hull; TO SÖSTRE, kapt. Holst, naar Drammen.
26 juli. IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. F.H. Trip, naar Batavia; DE GOUDVISCH, kapt. J.H. Scholtens, naar Oleron; DE VRIENDSCHAP, kapt. R.M. Klein, naar Liverpool.

Afbeelding
Datum 30 juli 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 26 juli. Binnengekomen: PROVIDENTIA, kapt. H. Johannesen, van Riga; DE VROUW ANNEGINA, kapt. H.J. Boiten, van Flekkefjord.
28 juli. PROVIDENTIA, kapt. Agerup, van Noorwegen, van de quarantaine ontslagen; DIE HOFFNUNG, kapt. J.F. Berding, van Riga; ENGELINA, kapt. G.T. Borst, DE HERSTELLING, kapt. A. Duindam, beide van Koningsbergen en het stoomschip WILLEM I, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 04 augustus 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 31 juli. Binnengekomen: DE BEURS VAN AMSTERDAM, kapt. W.B. Bakker, van Nerva, ligt quarantaine; DE DRIE GEZUSTERS, kapt. P.P. Dijkstra, van Cristiansand; DE VROUW ANTJE, kapt. D.K. de Grooth, van Christiansand; DE HARMONIE, kapt. H. Jans, van Christiansand.
1 augustus. HOOP OP EENDRAGT, kapt. Bekkering, van Libau, ligt in quarantaine.
Vlie, 31 juli. Vertrokken: THE HOPE, kapt. Cousine, naar Londen; CAROLINA, kapt. J.O. Almgren, naar Gefle; VROUW ALIDA, kapt. A.A. Borgman, naar Bergen; MELIA, kapt. J. Sonne, naar Stavanger; CAROLINA, kapt. J.G. Klein, naar Krageröe; FEM SÖSTRE, kapt. S. Bioness, naar Noorwegen; ALIDA, kapt. T.E. Bart, naar Noorwegen; JANTINA, kapt. J.O. Kuiper, naar Noorwegen; WILLEM I (stoomschip), kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; DE HOOP, kapt. S.E. Scherpbier, op avontuur.
1 augustus. UNION, kapt. Manning, naar Londen; SILDEN, kapt. Nielsen, naar Aalburg.

Afbeelding
Datum 11 augustus 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 8 augustus. Binnengekomen: Zr.Ms. fregat van oorlog RUPEL, kapt. ter zee Tiemann, van Batavia; DE JONGE GERBRAND, kapt. Jaski, van Livorno; ATALANTA, kapt. Zuidhoff, van Marseille; MARGARETHA, kapt. Drent, van Londen; CHRISTIANA CHARLOTTA, kapt. Schijf, van Kopenhagen; ATTEN SÖDSKENDE, kapt. Waeber, van Stubbeköbing; WILLEM I (stoomschip), kapt. J.H. Savert, van Hamburg, de laatste drie liggen in quarantaine.
9 augustus. DE VRIENDSCHAP, kapt. T. Plokker, van Londen; EMELIE FRIEDERIKA, kapt. O.L. Brandt, van Nerva; FRIESLAND, kapt. E.J. Drent, van Nerva, liggen in quarantaine.
Texel, 8 augustus. Vertrokken: GEORGE, kapt. Wood, naar Sunderland.

Afbeelding
Datum 13 augustus 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 10 augustus. Binnengekomen: TRITON, kapt. Ebbesen, van Rio de Janeiro; LOS AMIGOS, kapt. Da Goltoza, van Suanes, na visitatie van de quarantaine ontslagen; GEPKE BROUWER, kapt. Musch, van Nerva; LIVONIA, kapt. Madson, van Stockholm, liggen beide in quarantaine; VRIENDSCHAP, kapt. K.B. Tippema, van Londen. Gisteren na posttijd: MARIA HENRIETTE, kapt. De Boer, van St. Petersburg; MARIA, kapt. Brouwer, van St. Petersburg; ALBERT FRIEDRICH, kapt. Burmeister, van Nerva; EMANUEL, kapt. Olsen, van Riga; FLIJGANDA FANAN, kapt. Bjorth, van Stockholm, liggen alle in quarantaine.
11 augustus. AMSTERDAM, kapt. C. Abrahamsz Jr., van Suriname; ALIDA, kapt. J.T. Visser, van Havana; HOOP, kapt. P. Haasnoot, van Lissabon, na visitatie van de quarantaine ontslagen; JAN FREERK, kapt. G.H. Smit, van Liverpool; MARTINA JOHANNA, kapt. R.J. Driesten, van Liverpool; VROUW ANNA, kapt. P. Visser, van Hull; DE NIJVERHEID, kapt. E.E. Hoveling, van St. Petersburg, laatst van Christiansand; LAGARTA, kapt. J. Eliassen, van Riga; MOSS, kapt. Scolanbosa, van Riga, de drie laatste liggen in quarantaine. Van de quarantaine ontslagen de stoomboot WILLEM I, kapt. J.H. Savert, van Hamburg; DE VRIENDSCHAP, kapt. J.H. Westerling, van St. Petersburg.
Texel, 10 augustus. Vertrokken: ABEL TASMAN, kapt. P. van Vliet, naar Batavia.

Afbeelding
Datum 18 augustus 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 14 augustus. Vertrokken: THE FRIENDS, kapt. Muggeridge, naar Londen; WILLEM I, (stoomschip),kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.
15 augustus. FLORA, kapt. Mauldon, naar Londen; DIE HOFFNUNG, kapt. Berding, naar Memel; AURORA, kapt. De Wal, naar Noorwegen; LAND DROST VON DÖRING, kapt. Tampcke, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 25 augustus 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 22 augustus. Binnengekomen: PIZARRO, kapt. Holst, van Fernambuck; HARVEST, kapt. Bradfort, van Baltimore, is na visitatie van de quarantaine ontslagen. ELISABETH, kapt. Morton, van Londen; JOHANNA THOLEN, kapt. Saatman, van Archangel; WANDRINGSMANDEN, kapt. Teunissen, van Riga, laatst van Christiansand; WILLEM I, (stoomschip), kapt. J.H. Savert, van Hamburg; de drie laatste liggen in quarantaine; LANGELAND, kapt. Sem, van Laurwig; DE VROUW ANNA, kapt. Nagel, van Drobach.
23 augustus. SURINAME, kapt. L.J. Luijtjes van Suriname; THETIS, kapt. G. Storey, van Sunderland; PROVIDENTIA, kapt. Volbrecht, van Archangel; ZAANDAM, kapt. Singer, van Archangel; AURORA, kapt. Hazewinkel, van St. Petersburg; DE GEBROEDERS, kapt. Roefsema, van Archangel; DE NIEUWE ONDERNEMING, kapt. Domeni, van Archangel; ANN, kapt. Lives, van Riga, laatst van Christiaansand; de 6 laatsten liggen in quarantaine. PRINS OSCAR, kapt. Agerop, van Drammen. Van quarantaine zijn ontslagen, FREDERIKA, kapt. C.T. Holst van Borgo; ERSTATINGEN, kapt. M. Sanné, van Riga; GUTE HOFFNUNG, kapt. H. Borchers, van Riga; HENRIETTE, kapt. H.J. Spans, van Riga; HEBE, kapt. N.P. Nielsen, van Riga; LOGERHTA, kapt. J.Eliassen, van Riga en EMANUEL, kapt. A. Olsen, van Riga. LIVONIA, kapt. P.T. Matthson, van Stockholm; FLYGANDE FANAN, kapt. J.F. Hjorth; van Stockholm; TWEE GEBROEDERS, kapt. R.W. Schuring, van Koningsbergen; LOUISE, kapt. P.H. Niejahr, van Wismar; ATTEN SODSKENDE, kapt. J.P. Waeber, van Stubkiobing en ZWILLING BRÖDRE, kapt. J.T. Hansen, van Christiansand en onder Wieringen; ANNE, kapt. C. Oelsner van St. Petersburg.

Afbeelding
Datum 27 augustus 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 24 augustus. Binnengekomen: DE VRIENDSCHAP, kapt. A.P.P. de Jonge, van Rouen; STANT FRIESZ, kapt. C.H. de Koe, van Dartmouth; WILLIAM HENDRIK, kapt. J.H. Wake, van St. Petersburg; AJAX, kapt. Muller, van Archangel; ORGAROD, kapt. Voogd, van St. Petersburg; KLEINE HENDRIK, kapt. Vos, van St. Petersburg; DIE EINIGKEIT, kapt. Maase, van St. Petersburg; ORVOR ODD, kapt. Oyen, van Drontheim; HOPPET, kapt. Jacobs, van Noorwegen; de 7 laatsten liggen in quarantaine.
27 augustus. NEPTUNUS, kapt. Schults, van Triëst, is na visitatie van de quarantaine ontslagen; DE GEZUSTERS, kapt. M.E. Post, van Cadiz; HOOP EN VERWAGTING, kapt. Couis voor wijlen kapt. J.A. Schuring, van Liverpool; DE VIER GEBROEDERS, kapt. A.P. Schoonhoven, van Londen; LIVELY, kapt. S.W. Finch, van Londen; COROLINA DOROTHEA, kapt. Niejahr, van Archangel, ligt in quarantaine. Van de quarantaine zijn ontslagen: MARGARETHA SUSANNA, kapt. W. Warnekes, van Hamburg; DE VREDE, kapt. Wiersma, van Hamburg en WILLEM I (stoomschip), van Hamburg.

Afbeelding
Datum 08 september 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 5 september. Binnengekomen; GOUVENEUR VAN SCHOLTEN, kapt. Pollen, van Baltimore, is na visitatie van de quarantaine ontslagen. THOMAS AND ANN, kapt. Stephensen, van Newcastle; MARS, kapt. Potter, van Sunderland; BRILJANT, kapt. Jackson, van Sunderland; WILLEM I (stoomschip), kapt. J.H. Savert, van Hamburg, ligt in quarantaine.
6 september. DE FAAM, kapt. J. de Haan, wijlen kapt. E. van Laar, van Suriname; JOHANNA GESINA, kapt. R. Nagel, van Oleron; DEN AMSTEL, kapt. J.C. Ludders, van St. Petersburg; ANNA MARGARETHA, kapt. Permien, van Riga, de beide laatsten liggen in quarantaine.

Afbeelding
Datum 10 september 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 7 september. Binnengekomen: NEPTHUNES, kapt. T. Toft, van Bayonne; WILLIAM, kapt. W. Nazeby, van Londen; FLAME, kapt. W. Barfield, van Londen; JONGE WILLEM, kapt. J. Hus, van Londen; CONCORDIA, kapt. J.J. Assies, van Riga, ligt in quarantaine; HARMONIE, kapt. N. Nielsen, van Drammen.
8 september. INNOCENTA, kapt. G. Serra, van Triëst, is na visitatie van de quarantaine ontslagen. HOOP, kapt. S. Koorn, van Duinkerken; FRIENDS, kapt. W. Muggeridge, van Newcastle; TO BRODRE, kapt. J.L. Holst, van Holmstrand; VENSKABET, kapt. L.H. Holst, van Holmstrand; ADJUTOR, kapt. F. With, van Drammen. Van de quarantaine is ontslagen de stoomboot WILLEM I, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 22 september 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 19 september. Binnengekomen: BISHOP BLAISE, kapt. Dale, van Hull; WILLEM I (stoomschip), kapt. J.H. Savert, van Hamburg, ligt in quarantaine.
20 september. NORTHAM, kapt. Charrosin, van Londen; ACCORN, kapt. Wilson, van Newcastle; MARIA, kapt. Lidle, van Sunderland. Van de quarantaine zijn ontslagen SELVSTANDIGHEDEN, kapt. J. Zacher, van Archangel; NIJVERHEID, kapt. E.E. Hoveling, van St. Petersburg; MOSCH, kapt. H.C. Schlobusch en de GODE MODER, kapt. H. Olsen, van Riga; GEBKE BROUWER, kapt. K.J. Musch, van Nerva en EMANUEL, kapt. J.N. Ström, van Christiansand.
Texel, 19 september. Vertrokken: DE HARMONIE, kapt. Nielsen, naar Holmstrand; TO SÖSTRE, kapt. Holst, naar Holmstrand; VENSKABET, kapt. Holst, naar Holmstrand.
20 september. ZEEMANSHOOP, kapt. Witsen, naar Batavia; MIGAELA, kapt. Holparda (opm: mogelijk Holwerda), naar Bilbao; ONDERNEMING, kapt. Haasnoot, naar Lissabon; MARTINA JOHANNA, kapt. Van Driesten, naar Liverpool; THOMAS AND ANN, kapt. Stephenson, naar Newcastle; DE ONDERNEMING, kapt. Veerman, naar Hull; DE EENDRAGT, kapt. Atkelen (mogelijk Aitken), naar Hull; DE HOOP, kapt. Meijer, naar Riga; PROVIDENTIA, kapt. Johnson, naar Osterrisöer.

Afbeelding
Datum 29 september 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 25 september. Binnengekomen: UNDINE, kapt. Smith, van Newcastle. Van de quarantaine is ontslagen: NIJVERHEID, kapt. P.H. Puister, van St. Petersburg.
26 september. SPECULATION, kapt. N. Madsen, van Drammen. Van de quarantaine is ontslagen: VROUW ENGELINA, kapt. P.J. Brons, van St. Petersburg.
Vlie, 25 september. Vertrokken: ORWEL, kapt. Cubitt, naar Londen; FAMILIENS HAAB, kapt. Jacobsen, naar Tonsberg; ANNA MARGARETHA CATHARINA, kapt. Holst, naar Hamburg; WILLEM I (stoomschip), kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; JONGE FLORENS, kapt. De Vries, naar Norden; VROUW GEBKE, kapt. Wieben, naar Leer; GEERTRUIDA, kapt. Hansen, op avontuur.
26 september. DIE GERECHTIGKEIT, kapt. Oltmans, naar Leer.

Afbeelding
Datum 06 oktober 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 2 oktober. Binnengekomen: PETRUS LUDOVICUS, kapt. Moesker, van St. Petersburg.
3 oktober. WILLEM I (stoomschip), kapt. J.H. Savert, van Hamburg, liggen in quarantaine.
4 oktober. HANDELMAATSCHAPPIJ, kapt. P.H. Willers, (naar Batavia) terug uit zee.
In de Balg van de quarantaine ontslagen: DER KLEINE HEINRICH, kapt. E. Voss, CAROLINA DOROTHEA, kapt. J. Niejahr, van Archangel; HERRIBERTUS HERREMANUS, kapt. H. Rickmers, van Riga.
Texel, 3 oktober. Vertrokken: HANDELMAATSCHAPPIJ, kapt. P.H. Willers, naar Batavia, is uit zee teruggekomen; DE VRIENDSCHAP, kapt. K. Tippema, naar Londen; ANN, kapt. Lewis, naar Hull; BRILLANT, kapt. Cadstan, naar Newcastle; MAYFLOWER, kapt. Clark, naar Sunderland; DORA, kapt. Krohn, naar Wismar.

Afbeelding
Datum 08 oktober 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 5 oktober. Binnengekomen: JOANNES ARNOLDUS, kapt. Kerkhoven, van Suriname; JONGE ANNA, kapt. Dik, van Bordeaux; THE FAME, kapt. W. Barfield, van Newcastle; AURORA, kapt. Bell, van Newcastle; JASON, kapt. Daehms, van Archangel, ligt in quarantaine; van de quarantaine is ontslagen de stoomboot WILLEM I, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Texel, 5 oktober. Vertrokken: DE LIEFDE, kapt. Mortier, naar Hull; ACORN, kapt. Wilson, naar Newcastle; HERCULES, kapt. Zeplien, naar Oostzee; JOHANNA THOLEN, kapt. Saathoff, naar Emden.
6 oktober. HELENA JACOBA, kapt. Zelling, naar Newcastle.

Afbeelding
Datum 13 oktober 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 9 oktober. Binnengekomen: HARVEY, kapt. W. Cooks, van Hull.
Vlie, 9 oktober. Vertrokken: THE LIVELY, kapt. S. Finch, naar Londen; DE NIJVERHEID, kapt. P.H. Puister, naar Sunderland; WILLEM I (stoomschip), kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; GENERAL VAN BLUCHER, kapt. L.H. Ruijl, naar Emden.

Afbeelding
Datum 22 oktober 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 17 oktober. Binnengekomen: WILLEM I (stoomboot), kapt. J.H. Savert, van Hamburg, is naar Terschelling vertrokken. Na posttijd een brik de naam onbekend.
18 oktober. JANTINA, kapt. Vos, van Drobach; FORSIGTIGHEDEN, kapt. Thom, van Drammen, hierbij is de brik bovengemeld.
Vlie, 19 oktober. Vertrokken: VROUW ENGELINA, kapt. B.J. Brons, naar Sunderland; LISETTE, kapt. F.M. Gnodde, naar St. Petersburg; HERMINA FRAUKINA, kapt. T. Swart, naar Bergen; CATHARINA, kapt. H.H. Bakker, naar Oudsoen.

Afbeelding
Datum 22 oktober 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Terschelling, 16 oktober. Binnengekomen: GERARDA, kapt. Kars Dekker, van Koningsbergen naar Rotterdam, met verlies van zwaard, gebroken boegspriet, lekkage en andere schade; HENDRIKA, kapt. Sap, van Kiel; GEZINA CATHARINA BRONS, kapt. Stutvoet, van Friedrichstad.
17 oktober. MARGINA MARGARETHA, kapt. Oortjes, van Koningsbergen; WILLEM I (stoomboot), kapt. J.H. Savert, van Hamburg, laatst uit het Vlie, bovengemelde liggen allen in quarantaine. Van de quarantaine zijn ontslagen: CECILIA, kapt. M.J. Hansen, van Aalburg; HANSINA, kapt. O. Rasmussen, van Bandholm en DIE FRAU ELSABE, kapt. D. Stehr, van Dornbusch.

Afbeelding
Datum 15 november 1831
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Terschelling, 10 november. Binnengekomen: Van de quarantaine ontslagen SARA ANNA CORNELIA, kapt. K. Hofkamp Fz., van Nerva; GRADA MARIA (opm: tjalk GERARDA MARIA), kapt. B.K. Dekker, van Koningsbergen; MARGINA MARGARETHA, kapt. H.J. Oortjes, van Koningsbergen; DE VROUW CATHARINA, kapt. D. Sanders, van Memel; ANTINA, kapt. B.B. Schoon, van Memel; ADOLF FRIEDRICH, kapt. J.J. Bas, van Koningsbergen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
11 november. Van de quarantaine ontslagen GEERTRUIDA, kapt. K.H. Bekkering, van Stettin; DE DRIE GEZUSTERS, kapt. J.M. Visser, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 12 maart 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Amsterdamsche Stoomboot-Maatschappij, vaart tussen Amsterdam en Hamburg, vervoer van passagiers en goederen. Overtocht binnen 36 uren.
Op zondag den 18 maart 1832 zal deze vaart wederom enen aanvang nemen en het stoomschip WILLEM DE EERSTE, vooreerst, de ene zondag van Amsterdam en de volgende zondag van Hamburg vertrekken; op het einde van de maand mei echter heen en terug, in correspondentie tredende met de tussen Lübeck en St. Petersburg varende stoomschepen, wordt de afvaart zowel van Amsterdam als Hamburg daarna geregeld en wel zodanig, dat alsdan van beide steden, iedere week gelegenheid ter overvaart zal zijn; voornoemde regeling zal aan het publiek bijtijds worden kenbaar gemaakt.

Afbeelding
Datum 22 maart 1832
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 21 maart. Het Nederlandse stoomschip WILLEM I, kapt. J.H. Savert, met stukgoederen in de nacht tussen den 17 en 18 dezer van Amsterdam naar Hamburg vertrokken, is voor Nieuwendam vastgeraakt, doch de volgende middag weer vlot geworden en heeft terstond de reis voortgezet.

Afbeelding
Datum 24 maart 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 21 maart. Vertrokken: WILLEM DE EERSTE, kapt. J. Savert, naar Hamburg, stoomboot, zijnde den 19 dezer teruggekeerd.

Afbeelding
Datum 30 maart 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 27 maart. Binnengekomen: WILLEM DE EERSTE, stoomboot, kapt. J. Savert, van Hamburg, ligt in quarantaine.

Afbeelding
Datum 02 april 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 29 maart. Binnengekomen: Na posttijd een brik, de naam onbekend. Van de quarantaine ontslagen WILLEM DE EERSTE, stoomboot, kapt. J. Savert, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 04 april 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 1 april. Vertrokken: EENDRAGT, kapt. H.T. Smit, naar Kopenhagen; VROUW MARGARETHA, kapt. A.F. Steffens, naar Hamburg; WILLEM DEN EERSTE, stoomboot, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; JONGE REINTJE, kapt. P.J. Colle, op avontuur; JONGE WILLEM, kapt. W.J. Mellema, op avontuur.

Afbeelding
Datum 12 april 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 9 april. Binnengekomen: WILLEM DE EERSTE (stoomboot), kapt. J.H. Savert, van Hamburg; VROUW ELISABETH, kapt. H. von Ehren, van Bremen, liggen beide in quarantaine. Van de quarantaine ontslagen EENDRAGT, kapt. H. Drent, van Bremen.

Afbeelding
Datum 17 april 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 11 april. Binnengekomen: ELIZE, kapt. C.L. Schultze, van Memel, ligt in quarantaine. Van de quarantaine ontslagen WILLEM DE EERSTE (stoomboot), kapt. J.H. Savert, van Hamburg; VROUW ELISABETH, kapt. H. von Ehren, van Bremen.
12 april. Een kof door de harde wind niet gepraaid.
13 april. De kof gisteren gemeld is WENSKABET, kapt. O. Holst, van Holmstrand. Van de quarantaine ontslagen HOPE, kapt. W. Coussins, van Newcastle; ELISA, kapt. C.E. Schults, van Memel.
14 april. LUNA, kapt. L. Bakker, van Drammen.

Afbeelding
Datum 18 april 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 15 april. Vertrokken: WILLEM DE EERSTE (stoomboot), kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 30 april 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 23 april. Binnengekomen: LIBRA, kapt. G.R. Engelsman, van Koningsbergen, na visitatie van de quarantaine ontslagen; LAMMEGINA, kapt. H.J. Hubert, van Oudsoen; JANTINA, kapt. K.E. Vos, van Droback; WILLEM DE EERSTE (stoomboot), kapt. J.H. Savert, van Hamburg, ligt in quarantaine. Naar Terschelling gezeild: FRIENDS, kapt. W. Muggeridge, van Ipswich.
24 april. LOUISA, kapt. E.A. Bakker, van Koningsbergen; VROUW ANTJE, kapt. M.G. Feyes, van Koningsbergen; CONCORDIA, kapt. J.E. Kwakenburg, van Koningsbergen; VLIJT, kapt. J.S. Bakker, van Memel, de laatste 4 na visitatie van de quarantaine ontslagen; VROUW SOPHIA, kapt. H.L. Kok, van Larwich; RESOLUTION, kapt. J.H. Sterenborg, van Oosterissoer. Van de quarantaine ontslagen WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
26 april. Een kof en een smak, de naam onbekend.

Afbeelding
Datum 05 mei 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 2 mei. Binnengekomen: MARIA, kapt. P.E. Boer, van Koningsbergen; GEERTRUIDA, kapt. J.D. Millema, van Koningsbergen; GOEDE HOOP, kapt. G.J. Hoetjer, van Koningsbergen; JAN FREERK, kapt. G.A. Smit, van Danzig; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Zijn alle 5 na visitatie van de quarantaine ontslagen. MAGDALENA CHRISTINA, kapt. G. Mauvinkel, van Bergen; SANDVIGEN, kapt. N.S. Beek, van Arendahl; ANNEGINA, kapt. J.R. Kuiper, van Oudsoen; FRAU DOROTHEA, kapt. G.R. Eichlof, van Oosterissoer; DRIE GEBROEDERS, kapt. C. Popp, van Neuhaven; JANUS, kapt. J. Frederiks, van Papenburg.

Afbeelding
Datum 09 mei 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 6 mei. Vertrokken: WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 17 mei 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 13 mei. Binnengekomen: WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg, na visitatie van de quarantaine ontslagen. Heden namiddag is alhier door 2 Vlielanders en 1 Terschellinger loodsschuiten, masteloos binnen en naar Harlingen gesleept, het Noorse brikschip HYGOEA, kapt. J. Thomassen, van Krageroe naar Ostende gedestineerd, dezelve heeft mede zijn deklast verloren.
14 mei. AUGUSTA CATINKA, kapt. L.J. Dreijer, van Memel, na visitatie van de quarantaine ontslagen; ADRIANA HERMINA, kapt. H. Hazewinkel, van Kopenhagen; HARMONIE, kapt. H. Jans, van Christiaanzand.

Afbeelding
Datum 17 mei 1832
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Rotterdam, 16 mei. Kapitein J.H. Savert, voerende het Nederlands stoomschip WILLEM I (opm: WILLEM DE EERSTE), van Hamburg te Amsterdam gearriveerd, rapporteert, dat hij den 13 dezer voor het Vlie drijvende heeft gezien een mastenloze Deense brik, waarop zich volk van Vlieland bevond.

Afbeelding
Datum 18 mei 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 15 mei. Vertrokken: WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; LANDDROST VAN DÖRING, kapt. C. Tampke, naar Hamburg.
16 mei. ANNA MARIA, kapt. K.H. de Boer, naar St. Petersburg; VRIENDSCHAP, kapt. B.G. Haverbult, naar Larwich; VROUW ANTJE, kapt. D.K. de Grooth, naar Christiaanzand; GERBERDINA, kapt. K.D. de Grooth, naar Christiaanzand; DRIE GEBROEDERS, kapt. P.P. Dijkstra, naar Christiaanzand; JACOBA, kapt. H.R. Grimminga, op avontuur. Na Terschelling gezeild VROUW NETTA, kapt. C. Sanderfeld, naar Bremen.

Afbeelding
Datum 23 mei 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 20 mei. Binnengekomen: GOEDE HOOP, kapt. G.G. Boon, van Koningsbergen; BROEDERLIJKE LIEFDE, kapt. J.A. van de Wal, van Koningsbergen; THERESIA JOSEPHINA, kapt. T. Ruster, van Danzig; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg, alle 4 na visitatie van de quarantaine ontslagen; WILHELMINA HENDRIKA, kapt. D.D. de Jong, van Stockholm; LOLLINA, kapt. J.H. Visser, van Nieuwstad; GOEDE WELVAART, kapt. J.G. Vos, van Oudsoen.

Afbeelding
Datum 29 mei 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 24 mei. Vertrokken: WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.
25 mei. DRIE GEBROEDERS, kapt. C. Smit, naar Archangel; EDUARD, kapt. N. Nestveld, naar Dago; KUHLENBORN, kapt. J. Poulsen, naar Kopenhagen; WIGERDINA, kapt. W.J. Stuit, naar Noorwegen; DIE HOFFNUNG, kapt. V. Pieper, naar Hamburg; MARIA, kapt. P.E. Boer, op avontuur; GOEDE HOOP, kapt. G.J. Hoetjer, op avontuur.
26 mei. VROUW ANTJE, kapt. O.G. Stuit, op avontuur; FENNEGINA, kapt. W.A. Wykman, op avontuur.

Afbeelding
Datum 02 juni 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 29 mei. Binnengekomen: VROUW JACOBA, kapt. H. Riekens, van Sunderland, ligt in quarantaine; COURERE, kapt. C.G. Ohman, van Abo, na visitatie van de quarantaine ontslagen; FLORA, kapt. J.P. Kerckhoff, van Stockholm; HABETS ANKER, kapt. C. Hagensen, van Noorwegen.
30 mei. JONGE CORNELIS, kapt. T.H. van Slooten, van Liverpool; VROUW ANNA, kapt. H.J. Nagel, van Sunderland, liggen beide in quarantaine; AURORA, kapt. C.A. Hazewinkel, van Koningsbergen; WILLEMINA LAURENTIA, kapt. J.J. Swart, van Koningsbergen; GEZINA HARMINA, kapt. J.H. Jonker, van Koningsbergen; GEZINA CATHARINA, kapt. H.R. Stutvoet, van Koningsbergen; KNELSINA GEERDINA, kapt. R.R. de Jonge, van Koningsbergen; ENGBERDINA, kapt. G.R. Bossinga, van Koningsbergen, alle 6 na visitatie van de quarantaine ontslagen; VRIENDSCHAP, kapt. J. Klaasen, van Mandahl; DRIE GEZUSTERS, kapt. P.P. Dykstra, van Christiaansand; VRIENDSCHAP, kapt. R.G. Haverbult, van Larwich; INGEBORN CAROLINA, kapt. D.C. Danielsen, van Oosterissoer; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 05 juni 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 1 juni. Vertrokken: ANTONIA, kapt. E. Spalman (opm: kof, eerste reis, kapt. E. Speelman), naar Archangel; MORGENSTER, kapt. K.H. Meyer, naar St. Petersburg; N.N., kapt. J. Heukes, naar St. Petersburg; ST. THOMAS, kapt. N.M. Lindegaard, naar Grimsby; TWEE BROEDERE, kapt. E. Wilhelm, naar Jutland; HARMONIE, kapt. H. Jans, naar Christiaansand; VROUW JANTINA, kapt. J.D. Blaauw, naar Frederikstad; N.N., kapt. A.M. Sveege, naar Flekkefiorde; GOEDE WELVAART, kapt. J.G. Vos, naar Oudsoen; VROUW GEERDINA, kapt. L.T. Sok, op avontuur; VROUW GEERTRUIDA, kapt. H.A. Hansen, op avontuur; JONGE CAREL, kapt. R.L. Giesen, naar Hull; ISIS, kapt. J. de Vries, naar Archangel; CAROLINA CATHARINA, kapt. N.W. Nielsen, naar Frederic; HEBE, kapt. N.P. Nielsen, naar Grimstad; PROVIDENTIA, kapt. A. Nerust, naar Gothenburg; DUEN, kapt. K. Peddersen, naar Drammen; NOORDSTERRE, kapt. J.O. Lyngaas, naar Drammen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; NEUTRALITEIT, kapt. J.T. Adebair, op avontuur; ANNA CATHARINA, kapt. E.M. Erussen, op avontuur; JAN FREERK, kapt. G.H. Smit, op avontuur; DOUWE, kapt. B.J. Bil, naar Grimstad.
2 juni. Zr.Ms. brik DE VLIEGENDE VISCH, kapt. luitenant H.J. Tuning, naar …….; MEDEMBLIK, kapt. J. Grey, naar Londen.

Afbeelding
Datum 09 juni 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 6 juni. Binnengekomen: MINERVA, kapt. J.G. Tiegs, van Memel; VROUW PETRONELLA, kapt. P.E. de Jong, van Stockholm; FREEDE, kapt. M. Larken, van Brahestan; URANIA, kapt. D. Molkenbuhr, van Hamburg; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 12 juni 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 7 juni. Vertrokken: ELEONORA, kapt. H.H. Fradlandt, naar Riga; FREDERIKA, kapt. E.H. Nordstrom, naar Christinastad; VROUW PETRONELLA, kapt. P.E. de Jong, naar Stockholm; JONGE WILLEM, kapt. W.J. Mellema, naar Koningsbergen; ORVAR ODA, kapt. J.G. Oyen, naar Drontheim; VROUW ANTJE, kapt. D.K. de Groot, naar Christiaansand; SOERIDDEREN, kapt. G. Wibe, naar Arendahl; RESOLUTION, kapt. J.H. Sterenberg, naar Noorwegen; TWEE GEBROEDERS, kapt. J.J. Loets, naar Noorwegen; URANIA, kapt. P. Molkenboer, naar Hamburg; ANNA CATHARINA, kapt. J. Tampeke, naar Hamburg; ARENDINE HERMINA, kapt. J. Hazewinkel, op avontuur; VLIJT, kapt. J.S. Bakker, op avontuur; JONGE PIETER, kapt. E.P. de Boer, op avontuur.
8 juni. CHRISTINA, kapt. J. Dethlof, naar de Oostzee; CONCORDIA, kapt. H.D. van Wyk, naar Memel; TWENDE BRODERE, kapt. N.H. Paus, naar Skier; HABETS ANKER, kapt. C. Haagesen, naar Droback; FORTUNA, kapt. T.A. Hansen, naar Larwich; VRIENDSCHAP, kapt. B.G. Haverbult, naar Larwich; VROUW CATHARINA, kapt. N.J. Boomgaard, naar Noorwegen.
9 juni. WILHELMINA, kapt. H.H. Boss, naar Noorwegen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 19 juni 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 15 juni. Binnengekomen: PETRONELLA, kapt. J.A. Schuring, van Riga; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
16 juni. ANNA MARIA CATHARINA, kapt. W.D. Kleininga, van St. Petersburg; JONGE JARIG, kapt. H. Brouger, van St. Petersburg; CATHARINA, kapt. R.H. Duit, van St. Petersburg; ALIDA FRAUKINA, kapt. J.H. Mulder, van St. Petersburg; MELIA, kapt. E. Somme, van Nerva; JOHANNA MARGARETHA, kapt. B.H. Pot, van Riga; VRIENDSCHAP, kapt. M.R. Klein, van Riga; VIER GEBROEDERS, kapt. H.C. Schut, van Riga; LUDOLPH THEODORA, kapt. J.A. Zijl, van Riga; VRIENDSCHAP, kapt. K.H. Bakker, van Riga; ANNA MARGARITHA, kapt. C. Permien, van Riga; NEPTHUNUS, kapt. J. Peters, van Riga; HELESINA, kapt. H.H. Bakker, van Libau, zijn alle 13 na visitatie van de quarantaine ontslagen; ARIUS JOHANNES, kapt. H. van Wyk, van Holbeck; ANNE BERGITHA MARIA, kapt. T. Pedderssen, van Drammen. Kapitein H.C. Schut, bovengemeld, rapporteert op heden het Vlie 2 mijlen zuiden van hem in goede staat gepraaid te hebben, kapt. Jan Middel, van Riga naar Antwerpen. Mede is op heden door de loodsschipper J.F. Pronker, op de hoogte van het Vlie gepraaid, het galjoot MARGARETHA JOHANNA, kapt. C.J. Kat, van Riga naar Rotterdam; dezelve heeft zijn stuurman en een matroos verloren.

Afbeelding
Datum 20 juni 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 17 juni. Vertrokken: ORWELL, kapt. R. Cubitt, naar Londen; UNION, kapt. A. Galloway, naar Londen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg. Naar Terschelling gezeild VROUW PETINA, kapt. K.D. Mulder, op avontuur.

Afbeelding
Datum 26 juni 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 21 juni. Binnengekomen: DE JONGE MARGARITHA, kapt. J.H. Duit, van Danzig; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg, alle 2 na visitatie van de quarantaine ontslagen.

Afbeelding
Datum 30 juni 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 28 juni. Vertrokken: WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 07 juli 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 4 juli. Binnengekomen: WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 10 juli 1832
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 9 juli. Het Nederlands stoomschip WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg naar Amsterdam, is in de nacht tussen den 4 en 5 dezer door Zr.Ms. oorlogsfregat RUPEL, gestationeerd op het IJ, voor Durgerdam, met een kanonschot genoodzaakt bij te draaien en in zijn nabijheid onder quarantaine gelegd.

Afbeelding
Datum 17 juli 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 13 juli. Vertrokken: VROUW ALIDA, kapt. R.J. Jaski, naar Danzig; WILHELMINA, kapt. A.B. Visser, naar Larwich (opm: Larvik); INGEBORG, kapt. H. Frandsen, naar Christiaansand; JUFVROUW JOHANNA, kapt. A.A. de Boer, op avontuur.
14 juli. REINA, kapt. H. Koops, op avontuur; JOHANNA MARGERITHA, kapt. B.H. Pot, op avontuur; VROUW HELENA, kapt. F.J. de Winter, op avontuur; BROEDERS, kapt. J.H. Fyn, op avontuur; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 24 juli 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 21 juli. Binnengekomen: WELLINGTON, kapt. L.B. Ruyl, van Archangel, na visitatie van de quarantaine ontslagen; ODAN, kapt. D. Nicholas, ligt in quarantaine.
22 juli. VROUW ANNA, kapt. P. Visser, van Hull; LIVELY, kapt. S. Finch, van Ipswich; CLIO, kapt. G. Reay, van Newcastle; WILLEM DE EERSTE, kapt. J. Savert, van Hamburg, liggen alle 4 in quarantaine; ST. OLOF, kapt. E.M. Kruse, van Stockholm; CONCORDIA, kapt. L. Wendsen, van Libau; AURORA, kapt. C. Drischer, van Riga, zijn alle 3 na visitatie van de quarantaine ontslagen. Van de quarantaine ontslagen LE CHARLES ET EDOUARD, kapt. F. Ravon, van Bayonne; BETSY EN JESSY, kapt. W. Baxter, van St. Denis; DE DANKBAARHEID, kapt. H.C. Meyer, van Sunderland; HENRIETTE, kapt. G. Philips, van Newcastle; DE ONDERNEMING, kapt. J.P. Middel, van Batavia naar Amsterdam, geloodst door Y. Metselaar, bij Kamperduyn, alles in een goede welstand.

Afbeelding
Datum 31 juli 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 28 juli. Binnengekomen: FORTUNA, kapt. L. Larsen, van Drammen. Van de quarantaine ontslagen WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg; LIVELY, kapt. L.H. Finck, van Ipswich; CLIO, kapt. C. Raey, van Sunderland.
29 juli. CLIFTON, kapt. W. Mulley, van Londen, ligt in quarantaine; DE TWEE GEZUSTERS, kapt. E. Tummea, van Emden; DE LIEFDE, kapt. J. Mortier, van Krageroe.

Afbeelding
Datum 06 augustus 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 1 augustus. Vertrokken: WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; JONGE DIRK, kapt. D.D. Kuidse (opm: smak JONGE DERK, D.D. Kuitse), op avontuur.

Afbeelding
Datum 11 augustus 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 9 augustus. Binnengekomen: WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg, ligt in quarantaine; HEBE, kapt. N. Nielsen, van Nerva, na visitatie van de quarantaine ontslagen; HABETS ANKER, kapt. P. Clemensen, van Arendahl; MINERVA, kapt. P. Oelsen, van Drammen.

Afbeelding
Datum 17 augustus 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 15 augustus. Binnengekomen: Zr.Ms. korvet TRITON, kapt. luitenant Van Son, van Vlissingen; ADMIRAAL DE RUITER, kapt. P. Kraay, van Batavia en Samarang; NOORD-HOLLAND, kapt. H.K. Ruyl, van Suriname; HENRIETTE, kapt. J.C. Willems, van Suriname; DE TWEE GEZUSTERS, kapt. L. Holst, van Drammen. Van de quarantaine ontslagen WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 27 augustus 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 24 augustus. Binnengekomen: WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg, na visitatie van de quarantaine ontslagen; DE MERWESTROOM, kapt. J. Stroobuur, van Lissabon; HOOP, kapt. G. Nieuwland, van Londen, ligt in quarantaine; EENIGHEDEN, kapt. A. Murchesen, van Drammen; PRECIOSA, kapt. C.H. Molein, van Matanzas, na visitatie van de quarantaine ontslagen; DILIGENCE, kapt. H. Bos, van Vlissingen.

Afbeelding
Datum 11 september 1832
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 10 september. Het kofschip LIBRA, kapt. G.R. Engelsman, met tarwe van Dantzig naar Amsterdam, na een zeer voorspoedige reis van tien dagen den 5 dezer in Texel binnengekomen, is den volgende ochtend ten half twee ure, op Pampus vastgeraakt zijnde, door het Nederlands stoomschip WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Amsterdam naar Hamburg, bij heldere lucht en maanlicht, aangezeild, in weerwil dat bij herhaling aan genoemd stoomschip toegeroepen werd, om het roer aan stuurboord te houden, met kennisgeving, dat het schip aan de grond zat, hetwelk alleen beantwoord werd met de waarschuwing, om het vastzittende schip over stuurboord te houden. Van de kof het boord, de rusten en bolders verbrijzeld, het bovenschip en de achterhoek van de roef zwaar beschadigd, de bezaansmast in drie stukken gebroken en een matroos, genaamd O.P. Dekker, door een van die stukken zodanig getroffen zijnde, dat hij aan bakboord in de waring dood neerviel, was men genoodzaakt het want, de lopers, talies, giek en bezaan te kappen en te snijden, om daardoor van het stoomschip vrij te geraken, hetwelk terstond zijn reis vervolgde, zonder enige hulp te verlenen aan de kof, die bij het aanbreken van de dag met de vloed en met hulp van twee slepers, onder gestadig pompen, over Pampus geraakt en ten acht ure voor Amsterdam in het Oosterdok aangekomen is. (opm: zie AH 190932)

Afbeelding
Datum 19 september 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 15 september. Aan de redactie.
Opmerkzaam gemaakt zijn op een artikel in uw blad van heden No. 274, op verzoek van kapt. J.H. Savert, voerende het stoomschip WILLEM DE EERSTE, geplaatst, ter verontschuldiging of bewimpeling omtrent het gebeurde met mijn kofschip genaamd LIBRA, in de nacht of vroege morgen van den 6 dezer maand, gevoel ik mij verplicht UEd. dringend te verzoeken, in de eerste plaats geheel over te nemen, hetgeen door de heren Marlof en Zoon, in het aangehaalde bericht, te vinden in de Koophandel- en Zeevaarttijding van den 8 dezer gezegd is, om de belangrijke reden dat gemelde Koophandel- en Zeevaarttijding niet algemeen en uw geëerd blad algemeen gelezen wordt.
Verder zal ik mij bij deze niet behoeven te verdedigen tegen boven aangehaalde quasi verontschuldiging, of het publiek voor mij zoeken in te nemen, heb ik veertig jaar de zee bevaren, waarvan twee en twintig jaar als schipper en vermeen mij als zodanig ter goeder naam en faam staande aan de voornaamste beurzen van bijna alle zeehandel plaatsen te durven presenteren.
Een enkele daadzaak wil ik hier ter plaatse slechts aanstippen op het gezegde, dat ik dadelijk mijn reis heb vervolgd.
Zou dit wel mogelijk zijn geweest?, wanneer ook de waterstand zulks had toegelaten, met een finaal verbrijzeld achterschip, verlies van geheel achtertuig en zeilagie, waarvan de stukken, zodanig in de modder geschoten waren, dat die met de uiterste kracht en moeite er moesten uitgewerkt of gekapt worden; bij de plotselinge dood van een van mijn manschappen, die een ogenblik tevoren aan mijn zijde stond, een dorpsgenoot, getrouwe verzorger van een brave oude moeder, in de bloei van zijn leven? Hij, die bij dit tafereel gerust zijn weg kon vervolgen, moest wel zeer ongevoelig zijn geweest; dan ik zal mij verder bedwingen, de rechtbank zal onze scheidsman zijn en de justitie zal het hare doen.
Voor een deskundige behoef ik geheel niets aan te voeren, men stelt zich alleen voor de geest, een diep beladen, weerloos koopvaardijschip en een kolosaal driemaal zo groot stoomschip, hetwelk als een pijl door het water gaat, waarvoor ieder koopvaardijschip gaarne ruimbaan maakt en door hen gevreesd wordt, als een hollend paard door de vreedzame wandelaar.
UEd. Dv. Dienaar, Geuchien Remmerts Engelsman, schipper van het schip genaamd LIBRA.

Afbeelding
Datum 26 september 1832
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 20 september. Binnengekomen: Na posttijd een kof, de naam onbekend.
21 september. NIJVERHEID, kapt. E.E. Hoveling, van St. Petersburg; JONGE WILLEM, kapt. F. Parlevliet, van Riga; JUFFROUW FRESINA, kapt. J.H. Potjer, van Danzig; VROUW ANTJE, kapt. D.K. de Groot, van Christiaansand; ALIDA CLASINA, kapt. L.E. Tiktak, van Christiaansand; WILHELMINA, kapt. A.B. Visser, van Larwich. Hier onder de kof, gisteren gemeld.
22 september. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg. Nog een brik, de naam onbekend.
23 september. NIJVERHEID, kapt. P.H. Puister, van Koningsbergen; CHARLOTTA, kapt. N. Wrensted, van Christiaansand.

Afbeelding
Datum 25 juni 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg, in correspondentie met Lübeck en St. Petersburg:
Het stoomschip WILLEM DE EERSTE, zal, te beginnen met de 5e juli aanstaande, vertrekken van Amsterdam, de 5e, 15e en 25e van iedere maand; van Hamburg, de 10e, 20e en 30e van iedere maand. De passagiers behoren de dag voor het vertrek voor middernacht aan boord te zijn.

Afbeelding
Datum 27 juni 1833
Krant DC - Dordtsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

’s Gravenhage, 25 juni. Het grote stoomvaartuig WILLEM I, vroeger van Amsterdam op Hamburg gevaren hebbende, en daarna in ’s Rijks dienst gesteld en gewapend, is dezer dagen van het Nieuwe Diep naar Amsterdam teruggekeerd om, na de daarvoor nodige veranderingen te hebben ondergaan, de vaart op Hamburg te hervatten, terwijl de stoomboot de ONDERNEMING gereed gemaakt wordt om de dienst tussen Rotterdam en Duinkerken mede te heropenen. De fraaie stoomboot de BATAVIER, aan de Nederlandsche Stoomboot Maatschappij behorende, is ook uit ’s Lands dienst ontslagen geworden. (opm: de ONDERNEMING werd herdoopt in GRAAF CANKRIN) 

Afbeelding
Datum 09 juli 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Scheepstijdingen. Binnengekomen:
Texel, 7 juli. WILHELMINA HENRIETTE, kapt. C.A. Kruse, van Riga; ANNA MARGARETHA, kapt. J.C. Jans, van Calburg (opm: Kolberg); JONGE HARM, kapt. J.G. Schrader, van Mandal; CAROLINE HENRIETTE, kapt. J. Evers, van Rostock; JOHANNA, kapt. J.C. Wolter, van Stettin.
Vlie, 5 juli. DIANA, kapt. J. Oestman, van Wismar; DRIE GEZUSTERS, kapt. P.P. Dykstra en VRIENDSCHAP, kapt. J. Klaasen, van Arendahl.
Terschelling, 5 juli. DE GOUDVISCH, kapt. J.H. Scholtens en DE JUFVROUW HENDRIKA, kapt. H.H. Scholtens, van Koningsbergen; FRAUKE KNELSINA, kapt. R.R. de Jonge en DE VROUW HENDRIKA, kapt. O.H. Brahms, van Dantzig; DE VROUW JANTJE, kapt. J.E. Scherpbier, van Kiel; DRIE GEBROEDERS, kapt. T. Hansen, van Bongsiel. 
Uitgezeild:
Texel, 7 juli. FREDERICA, kapt. J. Barends, naar Bordeaux.
Vlie, 5 juli. CATHARINA, kapt. H.R. Veling en REGINA CHRISTINA, kapt. P.M. Ruber, naar Newcastle; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.
6 juli. CHRISTINA, kapt. F.P. Meinerts, naar Newcastle; OTTOLINA HENDRIKA, kapt. G.E. Swart, naar Koningsbergen.

Afbeelding
Datum 11 juli 1833
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Advertentie. Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg, in correspondentie met de stoomboten van Lübeck en St. Petersburg. Het stoomschip WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, vertrekt van Amsterdam de 5e, 15e en 25e van iedere maand

Afbeelding
Datum 18 juli 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Scheepstijdingen. Binnengekomen:
Texel, 16 juli. DE JONGE EVELINA, kapt. R.T. Fenninga, van Cardiff; DE VLYT, kapt. J.S. Bakker, van Dantzig. Buitengaats ligt nog ten anker: MINERVA, kapt. P. Lorentzen, van Nerva.
Vlie, 15 juli. Zr.Ms. oorlogsbrik DE GIER, luit. J.A. Zoutman. Naar Terschelling gezeild: JONGE CORNELIA, kapt. R.A. Oortjes, van Drammen; VEREENIGDE TROUW, kapt. G.W. Stuit, van Hamburg.
Terschelling, 14 juli. DE TWEE GEBROEDERS, kapt. O.W. de Vries, van Wismar; VRIENDSCHAP, kapt. Ph. N. Huizing, van Newcastle; DE DRIE GEBROEDERS, kapt. H. Hermansen, van Steege; DE GOEDE HOOP, kapt. S.L. Pinxsterboer, van Tonningen; FORTUNA, kapt. S.J. Meinerts, van Husum.
Uitgezeild:
Texel, 16 juli. DE TWEE GEZUSTERS, kapt. L.H. Holst, naar Drammen.
Vlie, 15 juli. GEBROEDERS, kapt. P.C. Sorgdrager, naar Archangel; CATHARINA, kapt. H. Heeren, naar Memel; VIER GEBROEDERS, kapt. H.G. Prins en HEMMINA, kapt. G.H. Fijn, naar Drammen; ELIZABETH, kapt. L.E. Tiktak en JANTINA, kapt. J.K. de Boer, naar Christiansand; HARMONIE, kapt. A. Middents, AUGUSTA FREDERICA, kapt. J.C. Zaag, CONCORDIA, kapt. J.E. Kwakenburg en VRIENDSCHAP, kapt. C.J. Prins, de laatste vier op avontuur; VROUW ANNEGIENA, kapt. R.H. Dokman, naar Sunderland; VROUW ALIDA, kapt. B.J. Jaski, naar Koningsbergen; VRIENDSCHAP, kapt., J. Klaasen en HARMONIE, kapt. H. Jans, naar Christiansand; TWEE GEBROEDERS, kapt. D.T. Doornbos, naar Droback; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; VRIENDSCHAP, kapt. J.J. Valom, op avontuur.
Terschelling, 14 juli. PHILOMELE, kapt. T. Kulper, naar Antwerpen, naar Hamburg; DE TWEE GEZUSTERS, kapt. J. Tiemino en MINERVA, kapt. F. Brandt, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 25 juli 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Scheepstijdingen. Binnengekomen:
Texel, 23 juli. CATHARINA, kapt. B.H. Nyman, van Newcastle; GEZINA CATHARINA BRONS, kapt. T.H. Tocken, voor wijlen G.A. Mulder (opm: buitenlander), van Havana. 
Vlie, 22 juli. WILLEM DEN EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Uitgezeild:
Vlie, 22 juli. HAND VRIES, kapt. J.C. de Vries (opm: kof STANT FRIEZ, ook wel STAND FRIEZ, thuishaven Lemmer, kapt. S.C. de Vries), naar Archangel; WILHELMINA MARGARETHA KRISTINA, kapt. J.C. Jansen, naar Kopenhagen; GEZINA, kapt. B.A. Visser en WILHELMINA, kapt. C.G. Kruse, op avontuur; CONCORDIA, kapt. P.P. Muntendam, naar Oosterisoer.
Terschelling, 20 juli. HARMONIE, kapt. T.F. Bunting, naar Noorwegen.

Afbeelding
Datum 30 juli 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Scheepstijdingen. Binnengekomen:
Texel, 27 juli. UNION, kapt. R. Winter, van Londen.
Vlie, 25 juli. VRIENDSCHAP, kapt. M.R. Klein, van Riga; TWEE GEZUSTERS, kapt. H.N. Moller, van Flensburg; CERUS, kapt. E.B. Jansen, van Holbeck; JONGE REINTJE, kapt. C.P. Carst, van Neustad; VROUW MARGARITHA, kapt. D.K. de Groot, van Christiansand; VROUW CATHARINA, kapt. N.J. Boomgaard, van Oosterisoer.
Uitgezeild:
Texel, 27 juli. VROUW HENDRIKA, kapt. L.A.J. Boulet, NICOLAAS WITZEN, kapt. T. de Lange, VRIENDEN, kapt. H.M. Lelsz en YSSTROOM, kapt. O.T. Oosterloo, naar Batavia; MARIA CATHARINA, kapt. R.J. Smeengh, naar Marseille; ALIDA, kapt. J.T. Visser, naar Havana; TWEE GEBROEDERS, kapt. J.W. Potjewyd en DE WILLEM, kapt. H.W Riese, naar St. Ubes; VRIENDSCHAP, kapt. C.G. Boon, DORP GAASTMEER, kapt. M.P. v. d. Zee en TWEE GEBROEDERS, kapt. D.A. Bies, naar Londen; CATHARINA ANNA HELENA, kapt. P.H. Bos, naar Suriname.
Vlie, 25 juli. WILLEM DEN EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 03 augustus 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam:
EEMSTROOM, kapt. P.D. Drost, van Riga met hout, lijnzaad en pennen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg, met raapzaad en blokken mahoniehout.

Afbeelding
Datum 05 augustus 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Scheepstijdingen. Binnengekomen:
Texel, 2 augustus. GOEDE HOOP, kapt. J.J. de Boer, van Mandal; EMANUEL, kapt. M.H. Bruyn, van Drammen.
Vlie, 31 juli. ZEELUST, kapt. G.H. Kramer, van Dantzig; ELIZABETH, kapt. L.E. Tiktak en VRIENDSCHAP, kapt. J. Klaasen, van Christiansand; WILLEM DEN EERSTEN, kapt. J.H. Savert, van Hamburg. 1 augustus. VRIENDSCHAP, kapt. J. Valom, van Newcastle; ALIDA, kapt. G.R. Karst, van Dantzig; JONGE ALBERDINA, kapt. J.B. Mulder, van Howagt; JONGE EGBERTUS, kapt. H.B. Mulder, van Kiel; HARMONIE, kapt. H. Jans, van Christiansand.
Terschelling, 30 juli. DE VROUW HELENA, kapt. W.H. Kraan, van Arendahl; DE VROUW AUKJE, kapt. C. Eysses, van Kiel; ROELINA, kapt. A.K. Mulder, van Hohwacht; DE VROUW MARGARETHA, kapt. H. Mees, van Hadersleben (opm: Haderslev); DE TWEE GEBROEDERS, kapt. S.J. Jaski, van Dantzig; FORTUNA, kapt. C. Wilder, van Neustadt. 
31 juli. WILHELMINA, kapt. H.J. Dekker, van Kiel.
Uitgezeild:
Texel, 2 augustus. DE WELVAART, kapt. H. Wente, van Berbice; MEDEMBLIK, kapt. J. Grey en TWEE JONKVROUWEN, kapt. A.M. Steginga, van Londen.

Afbeelding
Datum 09 augustus 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Scheepstijdingen. Binnengekomen:
Texel. 7 augustus. ONDERNEMING, kapt. N.J. Veerman, van Hull; JANTINA ENGELINA, kapt. B.J. Kolk, van Liverpool.
Vlie, 5 augustus. TWEE GEBROEDERS, kapt. D.T. Doornbos, van Droback; ALIDA IKINA, kapt. W.A. de Jonge, van Oosterisoer; JANTINA, kapt. J.K. de Boer, van Christiansand.
Terschelling, 5 augustus. MARIA, kapt. P.E. Boer, van Hillesond.
Uitgezeild:
Texel, 7 augustus. JANTINA ANNANGINA, kapt. H.G. Sap, naar Bordeaux; VROUW HENDRIKA, kapt. O.H. Brahms en JONGE MARGARETHA MANS, kapt. H.D. Hansen, naar Duinkerken.
Vlie, 5 augustus. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 15 augustus 1833
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Advertentie. Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg, in correspondentie met de stoomboten van Lübeck en St. Petersburg. Het stoomschip WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, vertrekt van Amsterdam de 5e, 15e en 25e van iedere maand.

Afbeelding
Datum 16 augustus 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Scheepstijdingen. Binnengekomen:
Texel, 14 augustus. MARGINA, kapt. J.P. de Boer, van Newcastle.
Vlie, 12 augustus. DRIE GEBROEDERS, kapt. B.H. v.d. Werf, van Holmstrand; WILLEM DEN EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Uitgezeild:
Texel, 14 augustus. ONDERNEMING, kapt. P. Middel, naar Batavia; FORTUNA, kapt. J. Albers en CATHARINA, kapt. J. Luiker, naar Duinkerken; HARMONIE, kapt. N. Nielsen, naar Holmstrand.

Afbeelding
Datum 17 augustus 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam:
DE VROUW ACHINA, kapt. D. Rykents, van Bordeaux met wijn; DE JONGE WILLEM, kapt. L. Maasdyk, van Londen met suiker, amandelen en katoen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met tabak, koffie en lijnzaad; DE TWEE GEBROEDERS, kapt. J.Seven, van Firth of Forth met steenkolen; MARGINA, kapt. J.P. Boer, van Newcastle met steenkolen; ALIDA, kapt. J.H. Bondt, van Newcastle, met steenkolen.

Afbeelding
Datum 27 augustus 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Scheepstijdingen. Binnengekomen:
Texel, 25 augustus. FORTUNA, kapt. D.H. de Boer, van Petersburg; ZAANDAM, kapt. J. Singer, van Archangel.
Vlie, 22 augustus. ANNETTA, kapt. C.T. Maas, van Archangel; HILLECHINA, kapt. W.J. Panman, van Koningsbergen; LEMMER, kapt. J. Tammens, van Dantzig; VREEDE, kapt. R.W. Vos, van Memel; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Uitgezeild:
Texel, 25 augustus. MONNIKENDAM, kapt. S.J. Schol, naar St. Thomas; AURORA, kapt. A. de Boer, naar Genua en Livorno; EIZO DE WIND, kapt. G. Hellinga en VIER GEBROEDERS, kapt. H.C. Schut, naar Marseille; EOLUS, kapt. G. Zwanenburg, naar Lissabon; VROUW ALIDA, kapt. J.H. Jonker, naar Bordeaux; BASTIAAN, kapt. W. van Beelen, naar Havre de Grace; DE BEIDE VROUWEN, kapt. H. Esher en PROVIDENTIA, kapt. J. Dreyer, naar Duinkerken; JONGE ANNA, kapt. Bunga en HOOP, kapt. G. Nieuwland, naar Londen; PROVIDENTIA, kapt. J. Jennings, naar Yarmouth.

Afbeelding
Datum 29 augustus 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Scheepstijdingen. Binnengekomen:
Texel, 27 augustus. LOUISA, kapt. J. Meyer, van Suriname; TWEE GEBROEDERS, kapt. D.J. Bies, van Londen; GERBERDINA, kapt. K.D. de Grooth, van Christiansand.
Vlie, 25 augustus. JONGE GERBRAND, van Archangel.
Uitgezeild:
Texel, 27 augustus. MEDEMBLIK, kapt. J. Grey, naar Londen.
Vlie, 25 augustus. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 29 augustus 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam:
GEBINA, kapt. P.J. de Vries, van Dantzig met tarwe; DE LEMMER, kapt. J. Tammes, van Dantzig met hout; MARIA, kapt. M.C. Peters, van Memel met rogge, tarwe en balken; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met raapzaad, tabak, laken en koehaar; AURORA, kapt. J.G. Ehlers, van Embden met koolzaad en seltzerwater; GRIETJE, kapt. W.E. Pannenborg, van Embden met koolzaad.

Afbeelding
Datum 05 september 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Scheepstijdingen. Binnengekomen:
Texel, 3 september. Gisteren is van de rede van zijn ankers geraakt en vervolgens naar binnen gezeild: VROUW MERTINA, kapt. P.D. Marquard.
Vlie, 30 augustus. VROUW JANTINA, kapt. K.E. Vos, van Droback.
1 september. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 05 september 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Uitgezeild: Terschelling, 29 augustus. MARIA, kapt. P.E. Boer, op avontuur.
AH 050933
Carga-lijsten Amsterdam: THERESIA CHARLOTTE, kapt. J.L. Berg, van Genua met wijn en stukgoederen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, met zalm, wol, koehaar en andere stukgoederen; NEPTUNUS, kapt. T. Toft, met hout.

Afbeelding
Datum 12 september 1833
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Advertentie. Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg, in correspondentie met de stoomboten van Lübeck en St. Petersburg.
Het stoomschip WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, vertrekt van Amsterdam de 5e, 15e en 25e van iedere maand.

Afbeelding
Datum 14 september 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met raap-olie, koffie, koehaar en tabak; FENNEGINA, kapt. H.H. Duit, van Dantzig met tarwe; MEINSINA, kapt. D.D. Klontje, van Neustad met rogge en gerst; DE JONGE PIETER, kapt. G.S. Brouwer, van Heiligenhafen met tarwe.

Afbeelding
Datum 17 september 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Binnengekomen:
Texel, 14 september. JULIE EN MARIE, kapt. C. Martens, van Dantzig; VRIENDSCHAP, kapt. J.J. Valom, van Sunderland; GOEDE HOOP, kapt. J.J. de Boer, van Sunderland.
In de nacht tussen de 12e en 13e is bij Callandsoog, de Engelse brik SQUIRREL, kapt. John Smith, de equipage is geborgen, doch het schip zal weg zijn. 
In dezelfde nacht is nog bij Huisduinen gestrand en verbrijzeld, het schip DE VRIENDSCHAP, kapt. F. Plokker, komende van Londen, de equipage is behouden, benevens het grootste gedeelte der lading (opm: zie ook RC 170933).
Texel, 15 september. LUCINA MARGARETHA (opm: LUKKINA MAGRIETA), kapt. H.S. Hoveling, van Liverpool; op de 13e september is op de hoogte van Noord-Voorland gepraaid, door de loodsboot het schip HENRIETTE EN HENRY, kapt. F.J. Vlieger, van Amsterdam naar Batavia, hebbende goed weer.
Vlie, 11 september. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg; 12 september. FLORA, kapt. J. Mouldon, van Londen; EENDRAGT, kapt. J.H. Hutt, van Koningsbergen; LAMMEGINA GEZINA, kapt. J.J. de Jonge, van Dantzig; GOUDVISCH, kapt. J.H. Scholtens, van Koningsbergen; EENDRACHT, kapt. P.C. Koops, van Koningsbergen; ENGELINA JANTINA, kapt. B.J. Wygers, van Memel.
Vlie, 14 september. CONCORDIA, kapt. J.A. Klun van Larwich.
Terschelling, 10 september. DE TWEE GEBROEDERS, kapt. P.F. Visser, FENNEGINA, kapt. H.H. Duit en DE MORGENSTER, kapt. K.H. Meyer, van Dantzig; ROELINA, kapt. K.J. Pronk, van Eckernförde; DE GOEDE HOOP, kapt. L.B. Flonk, van Rostock; DE JONGE HENDRIK, kapt. W.T. Hitman, van Riga; DE JONGE WILLEM, kapt. W.J. Mellema, van Koningsbergen; 11 september. DE VROUW JOHANNA, kapt. J.L. de Vries, van Petersburg; PIETERTJE STAPERT, kapt. J.R. Hottinga, van Nerva; DE JONGE GERRIT, kapt. A. Hazewinkel, van Koningsbergen; DE JONGE HARM, kapt. J.G. Schrader, van Koningsbergen; DE HARMONIE, kapt. G.E. Boer, van Christiansand. 
Uitgezeild:
Texel, 14 september. TJEDKE TROMP, kapt. T.S. Oldendorp, naar Alicante, naar Riga; HANSINE, kapt. C. Rasmussen, op avontuur.
Texel, 15 september. TWEE VRIENDEN, kapt. O.G. Bakker, naar Hull; JOHANNA GEBINA, kapt. R.H. Nagel, naar Newcastle.
Vlie, 11 september. ANNA CATHARINA, kapt. A. Rozema, naar Riga; OTTOLINA HENDRIKA, kapt. G.E. Swart, naar Hamburg; EENSGEZINDHEID, kapt. J.N. van Duynen en VROUW STEINA, kapt. E.H. Bekkering, op avontuur; 12 september. JONGE PIETER, kapt. E.P. Boer en ARENDINA HERMINA, kapt. H.J. Hazewinkel, op avontuur; 14 september. MARIA THERESIA, kapt. C.H. Uil, naar Petersburg; ZORGVLIET, kapt. H.J. Hubert, naar Stettin; GERBERDINA, kapt. K.D. de Grooth, naar Christiansand; VREDE, kapt. R.W. Vos, naar Drammen; GEZINA, kapt. B.A. Visser, naar Oosterisoer; VROUW SOPHIA, kapt. H.L. Kok, naar Droback; HERMANUS, kapt. K.A. Jongbloed, op avontuur.
Terschelling, 11 september. OTTOLINA HENDRIKA, kapt. Zwart, naar Hamburg; MARIA GEERTRUIDA, kapt. E.L. Dokter, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 18 september 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 16 september. CONCORDIA, kapt. B.H. Laarman, van Suriname. (opm: Emder vlag, zie RC 230433).
Op de 2e september is gepraaid, door de loodsboot no. 2, door contra-wind onder de Singels ten anker liggende, het schip MONNIKENDAM, kapt. Schol, gedestineerd van Amsterdam naar St. Thomas, alles in goede orde.
Vlie, 15 september. ZELDENRUST, kapt. G.A. Jonkhof en JONGE EGBERTUS, kapt. J.B. Mulder, van Sunderland; GOED BESLUIT, kapt. H.W. Drent en VROUW ANTJE, kapt. Y.J. Post, naar Petersburg; GOEDE HOOP, kapt. H.B. de Jonge, van Koningsbergen; MARIANNE, kapt. E.P. Boon en VROUW KNELSINA, kapt. R.R. de Jonge, van Dantzig; VROUW CATHARINA, kapt. N.J. Boomgaard, van Drammen.
Uitgezeild:
Vlie, 15 september. VROUW MARIA, kapt. J.H. Aden, naar Duinkerken; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd, naar Drammen; VROUW ELISABETH, kapt. J.H. Cappen, naar Noorwegen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 24 september 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 22 september. ISIS, kapt. J.J. de Vries, van Riga; VROUW HILLECHINA, kapt. F.B. Apveld, van Hull; FROUWINA, kapt. K. Pijbes, van Shields.
Vlie, 21 september. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Terschelling, 20 september. DE VROUW HENDRIKA, kapt. L.K. de Jonge; DE ZEVEN GEBROEDERS, kapt. H.J. Wriede, van Stettin; DE VROUW JANTINA, kapt. J.D. Blouw, van Wismar; ARENTINA HENDRIKA, kapt. A.H. Breeland, van Newcastle; GEZINA, kapt. R.L. Roelfsma, van Kiel; FORTUNA, kapt. C. Wilder, van Tonningen; DOROTHEA MARIA, kapt. N. Ankersen, van Tonderen.
Uitgezeild:
Texel, 23 september. CAROLINA, kapt. H. Grunn.
Vlie, 22 september. JANTINA, kapt. J.K. de Boer, naar Sunderland; CATHARINA, kapt. D.A. Zeylstra, naar Embden; JONGE FREERK, kapt. P.A. Visser, naar Noorwegen.

Afbeelding
Datum 25 september 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: JOHANNA JACOBA, kapt. C.J. Drent, van Cette met wijn, brandewijn en reukwater; DE VREDE, kapt. C. v.d. Mussele, van Alicante met wijn, zoethout en matten; GOED BESLUIT, kapt. H.W. Drent, van Petersburg, met veren, hazenvellen, hennep tarwe en talk; JACOBINA EN BARBARA, kapt. K.Z. Schut, van Petersburg met talk, lijnzaad, zeildoek, paardenmanen en andere stukgoederen; JANTINA, kapt. J.G. Das, van Koningsbergen, met tarwe; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met sigaren, olie, raap-olie en tarwe; PIETERTJE STAPERT; kapt. J.R. Hottinga, van Nerva, met hout; NICOLAAS JOHANNES, kapt. K.IJ. Parma, van Riga met hout; DE VRIENDSCHAP, kapt. C.J. Prins, met hout; CHARLOTTE, kapt. R.L. Giezen, van Dantzig met tarwe.

Afbeelding
Datum 03 oktober 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 2 oktober. HIJDE TROMP (opm: HIDTJE TROMP), kapt. J.D. Zijlstra, van Newcastle.
Vlie, 1 oktober. MARIA, kapt. T. Muller, van Petersburg; MARGARETHA JOHANNA, kapt. O. Houwink en HILLEGINA (opm: kof HILLECHIENA), kapt. H.H. Brakke, van Riga; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg; CHRISTINA, kapt. J.G. Hein, van Bremen.
Uitgezeild:
Texel, 2 oktober. WINTER, kapt. L. Holst, naar Grunstad; EMANUEL, kapt. M. Bruin, naar Oosterisoer.

Afbeelding
Datum 07 oktober 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: ZEEMEEUW, kapt. J.A. de Lang, van Suriname met suiker; GEERTJE, kapt. H.H. Sluiter, van Altona met tabak; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met tabak, huiden, wijn, blauwsel, raap-olie en raap-zaad; GOEDE VERWACHTING, kapt. H.S. Kruse, van Bremen met tabak, rum en lood.

Afbeelding
Datum 15 oktober 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 12 oktober. GOEDE VERWACHTING, kapt. D. Ouwehand, van Hull; ANTINA, kapt. R.J. Schuuring, van Sunderland. 13 oktober. DORP GAASTMEER, kapt. M.P. van der Zee, van Londen; JACOBINA, kapt. R.J. Klunder, van Newcastle.
Vlie, 11 oktober. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Uitgezeild:
Texel, 13 oktober. VRIENDSCHAP, kapt. C.J. Prins, naar Bordeaux; is terug uit zee en ligt nog ten anker, ter rede van Texel.
Vlie, 11 oktober. GOEDE HOOP, kapt. H.B. de Jong, naar Newcastle.

Afbeelding
Datum 19 oktober 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Vlie, 16 oktober. JONGE EGBERTUS, van Sunderland.
Vere, 15 oktober. DE JONGE GERRIT EN WILLEM, kapt. ………., van Londen naar Rotterdam.
Baltimore, 16 september. HENDRIKA, kapt. K.B. de Weerd, van Amsterdam.
Lissabon, 27 september. NEERLANDS KROONPRINS, kapt. A. van der Meyden, van Amsterdam. - 4 oktober, DE HOOP, kapt. P. Haasnoot, van Amsterdam.
Cardiff, 12 oktober. LUMMEGINA GESINA, kapt. J.J. de Jonge, van Amsterdam.
Cowes, 13 oktober. JEANNETTE PHILIPPINE, kapt. C. Kenck, van Amsterdam naar Rio Janeiro, de Kaap de Goede Hoop en Batavia; IMMAGONDA SARA CLASINA, kapt. H. Zoetelief, van Amsterdam naar Batavia.
Swinemünde, 9 oktober. ZORGVLIET, kapt. H.J. Hubert, MARIA GEERTRUIDA, kapt. J.L. Dokter en FERDINAND, kapt. C. Bartels, van Amsterdam.
Pillau, 8 oktober. LOUISE, kapt. E.A. Bakker, van Amsterdam.
Uitgezeild:
Texel, 17 oktober. JONGE FLORIS, kapt. J.A. de Vries, van Dantzig.
Vlie, 15 oktober. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 19 oktober 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten. Amsterdam: CATHARINA, kapt. C. Kotsch, van Hamburg met tabak en wol; CATHARINA, kapt. C. Swart, van Hamburg met tabak, mahoniehout, buffelhoorns en ossenhoorns; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met gember, tabak, koehaar, bedveren, raapolie, tabak en thee; JONGE ALBERT, kapt. P.A. Ellens, van Bremen met tabak, suiker en lood; HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van Bremen met tabak en koehaar; ENGELINA, kapt. G.T. Borst, van Drontheim met stokvis en traan; ANNA PAULINE, kapt. J.W. Krap, van Südwesthorn met haver.

Afbeelding
Datum 30 oktober 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 28 oktober. MEDEMBLIK, kapt. J. Grey, van Londen; VROUW ALIDA, kapt. P.T. Swiers, van Newcastle.
Terschelling, 26 oktober. EENDRACHT, kapt. J.H. Hut, van Newcastle; DE VROUW MARGARETHA, kapt. P. Lindeman, van Weveroord; DE VROUW CHRISTINA, kapt. J.G. Onken, van Hooksiel.
Uitgezeild:
Texel, 28 oktober. CATHARINA, kapt. J. Luiken, naar Duinkerken; DE ONDERNEMING, kapt. L.J. Gort, naar Hull; NIMPHIA, kapt. H. de Weerd, op avontuur.
Vlie, 27 oktober. JONGE JELTJE, kapt. J.T. Posthumus, naar Hull; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 14 november 1833
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 12 november. Zr.Ms. schip PANTHER, kapt. luit. Ebeling en Zr.Ms. schip TRITON, kapt. luit. van Zon, van Vlissingen; MARIA ANNA, kapt. K.P. Brons, van Sunderland, als bijlegger naar Schiedam. Terug uit zee: ZEEMEEUW, kapt. J.A. de Lang, van Suriname.
Vlie, 10 november. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg. 11 november. De schepen gisteren gemeld zijn: JEREMIAS, kapt. S.L. Stellingwerf, van Archangel; WILHELMINA, kapt. D.D. de Jong en ST. THOMAS, kapt. N.M. Lindegaard, van Newcastle.
Uitgezeild:
Texel, 12 november. ONDERNEMING, kapt. Veerman en VRIENDSCHAP, kapt. D. Ouwenhand, naar Hull; JOSEPHINA, kapt. J.P. Evers, naar Lübeck; PATRIOT, kapt. J. Koen, naar Drontheim; HOOP EN VERWACHTING, kapt. K. de Boer, op avontuur.
Vlie, 11 november. CATHARINA, kapt. J.H. Middel, naar Sunderland.

Afbeelding
Datum 19 december 1833
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Advertentie. Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg, in correspondentie met de stoomboten van Lübeck en St. Petersburg.
Het stoomschip WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, vertrekt van Amsterdam de 5e, 15e en 25e van iedere maand.
Stoomboot WILLEM DE EERSTE, varende in het Beurtveer tussen Nijmegen en Rotterdam vice versa.
Aan het geëerd publiek wordt bekend gemaakt, dat de dienst van bovengemelde stoomboot voor dit jaar eindigen, opvarende van Rotterdam naar Nijmegen, met maandag de 23e december aanstaande; zullende de weer opening der vaart in tijds door middel der nieuwspapieren bekend gemaakt worden.

Afbeelding
Datum 02 januari 1834
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Advertentie. Stoombootvaart tussen Amsterdam en Hamburg, in correspondentie met de stoomboten van Lübeck en St. Petersburg. Het stoomschip WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, vertrekt van Amsterdam de 5e, 15e en 25e van iedere maand.

Afbeelding
Datum 18 februari 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Amsterdamsche Stoomboot-Maatschappij. Stoomvaart tussen Amsterdam en Hamburg, in correspondentie met Lübeck en Petersburg. Het stoomschip WILLEM DE EERSTE zal, te beginnen met de 15e maart aanstaande, vertrekken: van Amsterdam de 5e, 15e en 25e van iedere maand; van Hamburg de 10e, 20e en 30e van iedere maand. De passagiers behoren de dag vóór het vertrek vóór middernacht aan boord te zijn.
Amsterdam, 17 februari 1834.

Afbeelding
Datum 18 maart 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen: Texel, 16 maart. DE JONGE LEEUW, kapt. P.L. Winja, van Newcastle; NEPTUNUS, kapt. J.P. Visser, van Emden.
Vlie, 15 maart. FORTUNA, kapt. T.A. Hansen, van Memel.
Terschelling, 14 maart. ROELFINA, kapt. J.K. Bolhuis, van Delfzijl.
Uitgezeild:
Vlie, 15 maart. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 28 maart 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Binnengekomen:
26 maart. VRIESLANDS WELVAREN, kapt. F.D. van Veen, van Bordeaux.
Vlie, 22 maart. VIER GEBROEDERS, kapt. H.G. Prins, van Dantzig; VRIENDSCHAP, kapt. J.R. Krins, van Drammen; VROUW ELISABETH, kapt. J.H. Cappen, TWEE GEBROEDERS, kapt. E.H. van der Werf, JACOBA (opm: kof JACOBA CATHARINA), kapt. D.L. Kuipers en CONCORDIA, kapt. J.A. Keun, alle vier van Oosterisoer; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
23 maart. CATHARINA, kapt. H.R. Veling, van Wismar.
Uitgezeild:
Vlie, 22 maart. HENRIETTA, kapt. M. Casseboom, naar Dantzig; HILLEGONDA MARIA, kapt. D.D. Visser, naar Memel; WILLEM OLIVIER, kapt. G.J. Korter, naar Elseneur; DIANA, kapt. R.H. Duit, naar Bergen; VROUW BERTA, kapt. H.J. Krenter (opm: VROUW BERTHA, kapt. H.J. Kruiter), naar Noorwegen; MINERVA, kapt. H.A. Alberts, IGNATIUS, kapt. G.T. Wilderman, JOHANNA, kapt. D.P. Douws en EENDRAGT, kapt. P.C. Koops, de laatste vier op avontuur.
23 maart. GOEDE HOOP, kapt. J.J. de Boer, naar Dantzig; GOEDE HOOP, kapt. H.E. Boswyk, naar Oudsoen; JONGE CORNELIA (opm: JONGE CORNELIS), kapt. H.T. van Slooten, naar Noorwegen; MARIA LOUISA, kapt. H. Pieper, naar Hamburg; PIETER JACOBUS, kapt. M.S. de Jonge, op avontuur.
Terschelling, 21 maart. ANNA SOPHIA, kapt. S.O. Visser, op avontuur.

Afbeelding
Datum 31 maart 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Binnengekomen:
Texel, 28 maart. THERESIA ALIDA, kapt. H.H. Kral, van New-York; HARMONIE, kapt. H.F. Deddes, van Bordeaux, ANNA MARIA, kapt. H.H. Kuiper, van Londen.
29 maart. De Schepen gisteren gemeld zijn: HENDRIKA, kapt. H.G. Tol, van Bayonne; ZEELUST, kapt. E.F. Wieringa, van Bordeaux; CORNELIA, kapt. J. Beekman, van Hull; NEPTHUNUS, kapt. W.A. Bakker, van Liverpool.
Vlie, 27 maart. HERMEN WILHELMINA, kapt. J. Claussen, van Randers.
Terschelling, 26 maart. Volgens rapport, gisteren avond op het oostend van Terschelling gestrand, het tjalkschip CAROLINA, kapt. E. Jansen (opm: kapt. Edzard Jansen, waarschijnlijk buitenlander), van Carolinensiel en bestemd naar Antwerpen, geladen met lijnkoeken en paardebonen.
Hedenmorgen is op Terschelling gestrand, het kofschip DE VRIENDSCHAP, kapt. Roelf Remkes Sap, ballast scheeps, van Delfzijl, op avontuur bestemd. Het volk is van beide geborgen.
St. Helena, 31 januari. NIJVERHEID, kapt. L. Heykoop, van Batavia, dezelve is 1 februari naar Rotterdam gezeild.
Uitgezeild:
Texel. 29 maart. MEDEMBLIK, kapt. J. Gray, naar Londen.
Vlie, 27 maart. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg. 28 maart, MARGARETHA, kapt. T.K. Mulder, naar de Oostzee; ENGELINA, kapt. T.G. Borst, naar Memel; MERCURIUS, kapt. H.K. de Groot, naar Drammen; ALETTA, kapt. T.B Nepperus, MARGARETHA, kapt. H.T. Steffens en de VROUW FEMKE ENGELINA, kapt. J.W. Kreye, alle drie naar Hamburg; JACOBA, kapt. H.R. Grimmus (opm: kof VROUW JACOBA, kapt. H.R. Grimminga), VROUW ALIDA, kapt. A.A. Borgmans en HENDRIKA, kapt. T.T. Harding, alle drie op avontuur. 29 maart. GERBERDINA, kapt. K.D. de Grooth en HARMONIE, kapt. H. Jans naar Christiaansand; VROUW HELENA, kapt. W.H. Kraan, naar Arendahl.
Naar Terschelling gezeild: VROUW ANNA, kapt. U.E. Pot, naar Glückstad.
Terschelling, 27 maart. MARIA LOUIZA, kapt. A. Pieper, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 31 maart 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: JOHANNA MARGARETHA, kapt. J.H. de Boer, van Petersburg met lijnzaad, potasch, talk, veren, wol, paardemanen, drogerijen en kaarsen; DELPHIN, kapt. J. Voss, van Riga met balken en duigen; GOUDVISCH, kapt. J.H. Scholtens, van Brake met spijkers, koopmanschappen, drogerijen, hartsteen, glas, nagelen, erwten en vermicelli; VROUW GEERTRUIDA, kapt. J. Timmerman, van Halte met rogge; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met thee, tabak, veren, garen en peper.

Afbeelding
Datum 02 april 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 29 maart. De schepen gisteren gemeld zijn: HENDRIKA, kapt. H.G. Tol, van Bayonne; ZEELUST, kapt. E.F. Wieringa, van Bordeaux; CORNELIA, kapt. J. Beekman, van Hull; NEPTHUNUS, kapt. W.A. Bakker, van Liverpool.
Vlie, 27 maart. HERMEN WILHELMINA, kapt. J. Claussen, van Randers.
St. Helena, 31 januari. NIJVERHEID, kapt. L. Heykoop, van Batavia, dezelve is 1 februari naar Rotterdam gezeild.
Uitgezeild:
Texel, 29 maart. MEDEMBLIK, kapt. J. Gray, naar Londen.
Vlie, 27 maart. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg. 28 maart. MARGARETHA, kapt. T.K. Mulder, naar de Oostzee; ENGELINA, kapt. T.G. Borst, naar Memel; MERCURIUS, kapt. H.K. de Groot, naar Drammen; ALLETTA, kapt. T.B. Nepperus en MARGARETHA, kapt. H.T. Steffens, naar Hamburg; JACOBA, kapt. H.R. Grimmus, VROUW ALIDA, kapt. A.A. Borgmans, CONCORDIA, kapt. O.P. Smith en HENDRIKA, kapt. T.T. Harding, alle vier op avontuur. 29 maart. GERBERDINA, kapt. K.D. de Grooth en HARMONIE, kapt. H. Jans, naar Christiaansand; VROUW HELENA, kapt. W.H. Kraan, naar Arendahl. Naar Terschelling gezeild: VROUW ANNA, kapt. U.E. Pot, naar Glückstad.
Terschelling, 27 maart. MARIA LOUIZA, kapt. A. Pieper, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 03 april 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Vlie, 31 maart. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Uitgezeild:
Texel, 1 april. ADMIRAAL DE RUYTER, kapt. E. van Duyn, naar Batavia; MARIA JACOBA, kapt. S. van Duyn, naar Curaçao; MARIA, kapt. P.E. Boer, naar Rochefort; GESINA, kapt. L.G. Bus, naar Duinkerken; MARGARETHA HENDERIKA, kapt. S. van der Werff, naar Liverpool; EENDRAGT, kapt. J.H. Hut, naar Cardiff; DE VLIJT, kapt. J. Bakker, naar Stavanger; TWEE GEZUSTERS, kapt. L.H. Holst, naar Holmstrand; VROUW CATHARINA, kapt. R.R. Engelsman, op avontuur.
Vlie, 31 maart. PETRUS EN HELENA, kapt. J.H. Haverbult en ZELDENRUST, kapt. G.A. Jonkhof, naar Koningsbergen; VROUW JANTINA, kapt. G.G. Smit, naar Dantzig; VREEDE EN HOOP, kapt. H.J. Buning, naar Rostock; HERMINA (opm: HEMMINA), kapt. G.H. Fijn en ROELFINA, kapt. J.K. Bolhuis, naar Bergen; VROUW LUBBEGIENA, kapt. K.H. de Weerd, naar Oosterisoer; PETRONELLE, kapt. O. Houwinck, naar Christiaansand; VREDE, kapt. J.J. Greeve, naar Noorwegen; HARMONIE, kapt. C.W. Lange, STAD LINGEN, kapt. T. Schipman; AMALIA, kapt. L.T. Saathof; MEYNSINA, kapt. J.A. Zeilinga, EENDRAGT, kapt. R.C. de Groot, ANNA ALBERDINA, kapt. A.T. Ekamp, JOHANNA JACOBA, kapt. C.J. Drent, PIETERTJE STAPERT, kapt. J.R. Hottinga, METTINA MARGARETHA, kapt. H.H. Koster en ANNA MARIA, kapt. H.J. Klaasen, alle tien op avontuur.

Afbeelding
Datum 05 april 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: DE JONGE LODEWIJK, kapt. R. Tjebbes, van Suriname met suiker en katoen; CAROLINA, kapt. J. Beckman, van Hull met traan, koopm., tapijten en katoen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met linnen, koffie, veren, wol, lijnzaad, smalt en indigo.

Afbeelding
Datum 08 april 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Vlie, 6 april. MARIA CHRISTINA, kapt. H.D. Hanssen, van Exnernforda (opm: vermoedelijk Eckernförde).
St. Helena, 4 februari. BATAVIA, kapt. H. Bruhn, van Batavia, is des anderen daags naar Rotterdam gezeild. 6 februari. DILIGENCE, kapt. H. Bos, van Batavia, is mede de 8e naar Amsterdam voortgezeild. 7 februari. DE NEDERLANDEN, kapt. A.J. Struyk en DE ZEEUW, kapt. J.J. ter Hofsteede van Batavia. Dezelve hebben de volgende dag derzelver reizen vervolgd, de eerste naar Amsterdam en de tweede naar Middelburg.
Uitgezeild:
Texel, 6 april. VERWISSELING, kapt. C. van der Drift, naar Lissabon; SOPHIA, kapt. J. Wessels, naar Bremen.
Vlie, 4 april. VROUW ANTJE, kapt. K.E. Ekamp, naar Dantzig; GEZINA, kapt. P.P. Muntendam, naar Stralsund; VENUS, kapt. L.H. Muggenberg, naar Hamburg. 5 april. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.
Terschelling, 3 april. MARIA GEERTRUIDA, kapt. J.L. Dokter, MEINZINA, kapt. J.A. Zeilinga en ANNA ALBERDINA, kapt. A.T. Ekamp, op avontuur; DE VROUW MAIKE, kapt. E.J. Visser, naar Stettin; DE VROUW ANNA, kapt. U.E. Pot, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 16 april 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, ST. THOMAS, kapt. N.M. Lindegaard, van Newcastle; DE JONGE CORNELIS, kapt. H.F. van Slooten, van Arendahl; GESINA, kapt. J.J. Mulder, van Krageroe.
Vlie, 13 april. VROUW JANTINA, kapt. K.E. Vos, van Droback; JUFFROUW JOHANNA, kapt. J.G. Seifferts en WILHELMINA, kapt. A.B. Visser, van Oosterisoer; GERBERDINA, kapt. K.D. de Grooth, van Christiaansand.
Terschelling, 11 april. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Uitgezeild:
Texel, 14 april. HANNA, kapt. H.W. Groenhoff, naar Duinkerken.
Vlie, 13 april. VROUW ALIDA, kapt. Witkop, naar Hull; GOEDE HOOP, kapt. H.E. de Jong, van Newcastle; MINERVA, kapt. J. Kroger, naar de Oostzee; MARIA, kapt. H.J. Muller, naar Stavanger; MARIA OLETTA, naar Drammen; LUDOLF THEODORUS, kapt. J.A. Zeil, van Flekkefiorde; JOHANNA WILHELMINA, kapt. J.H. Roggestrok en ARENDINA HENDRIKA, kapt. A.H. Bleeland, op avontuur.
Cette, 26-30 maart. LOUISE, kapt. E.E. Valk, naar Amsterdam.
Bordeaux, 24 maart. CATHARINA JOSEPHINA, kapt. P.J. Muntendam, naar Amsterdam.

Afbeelding
Datum 16 april 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: AURORA, kapt. A.J. de Boer, van Genua met amandelen, kistjes balsem, fruit, oranjewater, oranjeschillen, oranjes, oranjebladeren, planten, galnoten, sukade, olie, drop, marmer, gom, kaas, wijn en porselein; ALBERTINA, kapt. J.P.C. Vagt, van Wismar met tarwe en lijnzaad; DE JONGE PIETER, kapt. G.S. Brouwer, van Dantzig met delen, balken, tarwe en lijnzaad; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met tabak, lege sprietstukken, garen, thee, lood, veren, manden en slag-lijnzaad.

Afbeelding
Datum 19 april 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 17 april. EDEAMS WELVAREN, kapt. H. Rolff, van Suriname; ELLIDA, kapt. A. Randers; GEZINA CATHARINA BRONS, kapt. H. Focken, van Emden; GEZINA, kapt. B.L. Roelfsma, van Flekkefiorde.
Vlie, 15 april. VROUW ALIDA, kapt. H.B. Drok, van Droback.
Terschelling, 14 april. SARA, kapt. H.G. Botje, van Kiel. 15 april. DE TWEE GEBROEDERS, kapt. C. Hansen, van Wismar; FORTUNA, kapt. P. Ryland, van Bergen; DE VROUW SOPHIA, kapt. H.L. Kok, van Droback; DE JONGE TRYNTJE, kapt. M.W. Bok, van Kiel; DE HOOP, kapt. A.L. de Vries, van Heiligenhafen; DE JONGE CLAUS, kapt. E.H. Willers, van Tonningen.
Marseille, 6 maart. VROUW GESINA, kapt. H.C. Lindeboom, van Antwerpen.
Liverpool, 12 april. N.N. kapt. Ketelaar, van Groningen; MARGARETHA HENDRIKA, kapt. S.A. van der Werff, van Harlingen; CATHARINA, kapt. H.G. van Dam en JONGE MARGARETHA, kapt. Wijkmeijer, van Dordrecht.
Bergen, 15 maart. DE JONGE RENGER, kapt. J. de J. Brouwer, van Amsterdam.
Dantzig, 6 april. VRIENDSCHAP, kapt. Duit, van Amsterdam. 7 april. VROUW MARGARETHA, kapt. A.T. Steffens, HENRIETTE, kapt. M. Casseboom, ANNEGINA, kapt. E.K. Huisman en JOHANNA, kapt. Douwes, alle vier van Amsterdam. 8 april. AMALIA, kapt. L.F. Saathoff en DE GOEDE HOOP, kapt. S.L. Pinksterboer, van Amsterdam.
Uitgezeild:
Texel, 17 april. JONGE GERARDA CORNELIA, kapt. Boy Jansen, naar Rotterdam; DRIE GEBROEDERS, kapt. F.J. Kramer, naar Hull; VROUW LAMMEGIENA, kapt. B.J. Goossens, naar Nantes.
Vlie, 15 april. ENGELINA JANTINA, kapt. B.J. Wygers, naar Riga; CLARA MARGARETHA, kapt. E.P. Dik en HILLEGINE, kapt. W.J. Panman, naar Memel; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; DRIE GEZUSTERS, kapt. P.P. Dykstra, op avontuur.
16 april. ONDERNEMING, kapt. L.J. Gort, ABRAHAM, kapt. B. Paasch, VIER GEBROEDERS, kapt. H.J. Prins, alle drie naar Hull; GELIDA, kapt. M.J. Laurens en VROUW ANTJE, kapt. Y.J. Post, naar Koningsbergen; VROUW HELEN, kapt. W.H. Kraan, naar Arendahl; VROUW ANTJE, kapt. D.K. de Groot, naar Christiaansand; VROUW MARGARETHA, kapt. E.M. ten Cate en H.Z. kapt. S.K. de Vries, naar Noorwegen; GOEDE WELVAART, kapt. J.G. Vos, op avontuur.
Bordeaux, 7 april. DE HARMONIE, kapt. Willem L. Veen, naar Amsterdam.
Royan, 2 april. MARIANNE, kapt. Ronne, naar Amsterdam. 4 april. EERSTELING, kapt. H.F. Klie en GEBROEDERS, kapt. Mandere, naar Amsterdam.
Dantzig, 5 april. ALETTA, kapt. C.H. Slagter, naar Amsterdam.

Afbeelding
Datum 24 april 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 22 april. VISSCHERIJ, kapt. P.J. Jelsma,0 van Londen.
Vlie, 21 april. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Terschelling, 20 april. HERMANNA, kapt. R.W. Lukens, van Oudsoen; SIKKELINA HOORTJES (opm: SIKKELINA HOOITES), kapt. G.T. de Jong, van Hamburg; DE VROUW NEELTJE, kapt. A.F. Kuipers, van Bremen.
Uitgezeild:
Royan, 10-11 april. JAN FREERK, kapt. H.H. Kok, naar Amsterdam; CATHARINA JULIA, kapt. P.H. Hazewinkel, naar Rotterdam.
Malaga, 27 maart. NEERLANDS WELVAREN, kapt. O. Hanssens, naar Rotterdam.

Afbeelding
Datum 28 april 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 25 april. GRONINGER WELVAART, kapt. E.K. Lugies, van Fernambuck; JOHANNA GEBINA, kapt. R.H. Nagel, van Oleron; ANTINA, kapt. R.J. Schuring en JAN FREDRIK, kapt. G.H. Smit, van Liverpool WILHELMINA MAGDALENA, kapt. C.J. Lief, van Dagö.
26 april. DE WELVAART, kapt. R.T. Feninga, van Cardiff. Gisteren nog: LIBRA, kapt. G.R. Engelsman, van Londen.
Vlie, 24 april. GOEDE HOOP, kapt. W.E. Boswyk, van Oudsoen; MERCURIUS, kapt. H.K. de Groot, van Drammen. 25 april. DE VREEDE, kapt. J.J. Greeven, van Oudsoen.
Terschelling, 22 april. ALETTA, kapt. C.H. Slagter, van Dantzig; ALIDA, kapt. J.H. Bond, van Odense; DE VROUW STYNA, kapt. E.H. Bekkering, van Neustad; JONGE JUFVROUW SARA, kapt. J.H de Weerdt, van Dröback. 24 april. DE VROUW TRYNTJE, kapt. J.A. Meyer, van Lübeck. Gisteren nog: CHRISTINA CORNELIA, kapt. D.J. Mik, van Bordeaux.
Cette, 15 april. GOEDE HOOP, kapt. Lange, van Riga; ANNA MARIA, kapt. Zeplien, ANNA MARIA, kapt. K. Hoek, van Amsterdam.
Uitgezeild:
Texel, 25 april. MEDEMBLIK, kapt. J. Gray, van Londen. 26 april. OLIVIER VAN NOORD, kapt. G. de Jong, naar Batavia; TWEE GEBROEDERS, kapt. H.J. Leven, naar Hull.
Vlie, 25 april. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 05 mei 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 2 mei. DILIGENCE, kapt. H. Bos en DE NEDERLANDEN, kapt. A.J. Struyk, van Batavia; HENRIETTE, kapt. J.C. Willems, van Suriname; VAN SPEYK, kapt. E. Visser, van Rio de Janeiro; PETRONELLA HILLEGONDA, kapt. P.J. Kasse, van Bordeaux.
3 mei. Zr.Ms. fregat MAAS, kapt. luit. Coops, van Helvoetsluis, gesleept door Zr.Ms. stoomschip SURINAME, kapt. luit. Franck, van Helvoetsluis; ASTREA, kapt. S.Y. Parma, van Batavia; WILHELMINA MARIA, kapt. J.J. Bart, van Suriname; EENDRAGT, kapt. J.H. Hut, van Cardiff; TWEE GEBROEDERS, kapt. D.J. Bies, van Londen; ANNETTA, kapt. C.F. Maas, van Rostock.
Vlie, 1 mei. VROUW ANNEGINA, kapt. A.J. Boiten, van Newcastle; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert en MARIA LOUISA, kapt. H. Pieper, van Hamburg
Cette, 14-22 april. JOSEPHINE MARIANNE, kapt. H.H. Ottens, van Riga; HET VERTROUWEN, kapt. B.J. Bakker.
Uitgezeild:
Texel, 2 mei. DE VRIENDSCHAP, kapt. K. Tippema, naar Londen.
Vlie, 1 mei. JONGE JELTJE, kapt. J.F. Posthuma, naar Hull; IDA, kapt. D.H. Dahl, naar Kopenhagen; GEZINA JACOBA, kapt. J.J. Wever, naar Noorwegen; DIANA, kapt. P. Pieper, naar Hamburg; JONGE CORNELIA (opm: JONGE CORNELIS), kapt. H.T. van Slooten en VROUW GEZINA, kapt. J.H. Mulder, beiden op avontuur.
Cette, 14-22 april. DE VREDE, kapt. D.J. Wiersma, naar Duinkerken.

Afbeelding
Datum 07 mei 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: YSTROOM, kapt. A.F. Oosterloo, van Batavia met koffie, notenmuskaat, foelie, nagelen, sapanhout, bindrottingen en tin; WILHELMINA EN MARIA, kapt. J.J. Bart, van Suriname met koffie, katoen, oud koper en koffie; JAN FREERK, kapt. H.H. Kok, van Bordeaux met wijn, brandewijn, voorloop en kurk; ALIDA, kapt. H.F. Deddes, van Bordeaux met wijn, anijszaad, wijn, gom, zaad, huiden, koopmanschappen, cacao, indigo, Spaans groen, brandewijn en stroop; CATHARINA JOSEPHINA, kapt. P.J. Muntendam, van Bordeaux met wijn; HARMONIE, kapt. W.L. Veen, van Bordeaux met wijn en terpentijn; PETRONELLA HILLEGONDA, kapt. P.J. Kasse, van Bordeaux met wijn; JEREMIAS, kapt. S.L. Stellingwerf, van Bordeaux met wijn; AMSTERDAM, kapt. C. Abrahamsz. Jr., van Bordeaux met wijn en hoepels; CATHARINA ENGELINA, kapt. B.J. de Groot en EENDRAGT, kapt. J.H. Hut, van Cardiff met ijzer; ANNETTE, kapt. C.F. Maass, van Rostock met tarwe en lijnzaad; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met koffie, suiker, tabak, wol, garen, blauwsel en kalfsvellen.

Afbeelding
Datum 09 mei 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 6 mei. JONGE HYLKE TROMP, kapt. W. Willems en LOUISA, kapt. E.E. Valk, van Cette; VROUW CATHARINA, kapt. G.H. Wijkmeijer, van Londen; JONGE GERRIT, kapt. A. Hazewinkel, van Koningsbergen.
Vlie, 5 mei. CATHARINA, kapt. J.B. Mulder, van Koningsbergen; MARIA CORNELIA, kapt. H.H. Vos, van Althagen.
Uitgezeild:
Texel, 6 mei. DORP GAASTMEER, kapt. M.P. van der Zee, naar Londen.
Vlie, 5 mei. HILLECHINA, kapt. H.H. Brakke, naar Sunderland; PETRONELLA, kapt. O. Houwink, naar Larwich; TWEE GEBROEDERS, kapt. D.D. Visser, naar Oudsoen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 14 mei 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 12 mei. JOHANNA, kapt. J.C. Wolter, van Stralsund; WILHELMINA SOPHIA, kapt. H.C. Peters, van Stettin; AUGUSTIN, kapt. J.H. Klimp, van Ostende.
Vlie, 11 mei. MINERVA, kapt. L. Ellesen, van Oosterisoer; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.

Afbeelding
Datum 19 mei 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 16 mei. SOPHIA, kapt. H.S. Mulder, van Rouaan; DE VLIJT, kapt. J.S. Bakker, van Cardiff; CATHARINA ENGELINA, kapt. E.H. de Groot, van Liverpool.
Vlie, 15 mei. TWEE GEBROEDERS, kapt. S.J. Jaski, van Dantzig; GOEDE HOOP, kapt. H.J. Buining, van Rostock; JONGE JAN, kapt. J.E. Bart, van Christiaansand.
St. Thomas. 29 maart. NEPTUNUS, kapt. P.L. Peters, van Amsterdam, laatst van St. Bartholomé, St. Eustatius en St. Martin.
Uitgezeild:
Texel, 16 mei. JOHANNA GEBINA, kapt. R.H. Nagel, naar Oleron.
Vlie, 15 mei. VROUW ALIDA, kapt. G.R. Karst, naar New-Castle; TWEE GEBROEDERS, kapt. D.J. de Groot, naar Carelshaven; GOEDE HOOP, kapt. D.D. Flik, naar Riga; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; JACOBA, kapt. E.M. de Jonge en JAN FREERK, kapt. G.H. Smit, beide op avontuur.

Afbeelding
Datum 24 mei 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Volgens particulier bericht van Den Helder, dd. 22e dezer was DE JEANNETTE, kapt. H. Pundt, van Havana naar Amsterdam, alstoen voor de wal, hebbende de vorige dag een loods aan boord, was benoorden Engeland omgekomen en had 78 dagen reis.
Texel, 22 mei. DE DRIE GEBROEDERS, kapt. F.J. Kramer, van Newcastle.
Vlie, 21 mei. ANNECHINA, kapt. P.R. Huisman en VROUW JANTINA, kapt. G.G. Smit, beide van Dantzig; HELENA, kapt. T. Bruk en ONS GENOEGEN, kapt. M. Douwes, van Rostock; JUFVROUW JOHANNA, kapt. A.A. de Boer, van Lyseby; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Uitgezeild:
Texel, 22 mei. HOOP, kapt. G.J. Nieuwland en VROUW DIEUWKE, kapt. R.L. Bovenkamp, beide naar Londen; LAMMEGINA GEZINA, kapt. J.J. de Jonge, van Cardiff.

Afbeelding
Datum 28 mei 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: MARIA GEERTRUIDA, kapt. J.L. Dokter, van Koningsbergen met tarwe; MARGARETHA, kapt. A.T. Steffens, van Dantzig met tarwe; TWEE GEBROEDERS, kapt. P.F. Visser, van Dantzig met delen; JULIUS, kapt. B. Lange, van Wismar met tarwe; ANNEGINA, kapt. P.P. Patje, van Stettin met rogge, tarwe en zink; MARGARETHA, kapt. P.B. Groot, van Nakskov met tarwe; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met blauwsel, tabak, wol, koehaar, garen en drogerijen; JONGE JACOB, kapt. J.M. de Vries, van Hamburg met rogge, IJslands mos en tabak.

Afbeelding
Datum 29 mei 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 27 mei. MARTHA CATHARINA, kapt. H.R. Legger van Sunderland; MARIA OLETTA, kapt. A. Beilegaard en MARGARETHA ANNA, kapt. J. Eikmeyer, van Drammen; CLARA MARGARETHA, kapt. E.P. Dik, van Memel; JONGE JELTJE, kapt. J.F. Posthumus, van Newcastle.
Vlie, 25 mei. CONCORDIA, kapt. J.H. Nagel, van Liverpool; VROUW ANTJE, kapt. D.K. de Groot, van Christiaansand. 26 mei. EGBERTUS, kapt. L.E. Tiktak, van Christiaansand.
Terschelling, 24 mei. ANNEGINA, kapt. W.W. Pottje, van Stettin; DE VROUW ANTJE, kapt. C.W. Albers, van Greifswald; DE VROUW HENDRIKA, kapt. L.K. de Jonge, van Hohwacht; GEZINA, kapt. R.L. Roelfsema, van Egersund; DE DRIE GEBROEDERS, kapt. B. Rolen, van Bremen; DE JONGE JACOB, kapt. L.J. Witkop, van Oosterisoer.
Uitgezeild:
Texel, 27 mei. SOPHIA MARIA, kapt. G.L. Röperhoff, naar Suriname.
Vlie, 25 mei. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.
Terschelling, 24 mei. MARIA ENGELINA, kapt. Lange, naar Caen.

Afbeelding
Datum 05 juni 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 3 juni. Zr.Ms. fregat ROTTERDAM, kapt. luit. Coop en Zr.Ms. stoomschip SURINAME, kapt. luit. Van Franck, beide van Helvoetsluis; WILHELMINA, kapt. J.N. Klint, van Suriname; JONKVROUW CATHARINA, kapt. G.R. Kleyn, van Bremen; DORP GAASTMEER, kapt. M.P. v.d. Zee, van Londen; FREDERICA, kapt. J. Barends van Oleron.
Vlie, 1 juni. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Terschelling, 31 mei. SARA, kapt. H.G. Botje, van Greifswald.
Suriname, 11 april. CATHARINA ANNA HELENA, kapt. P.H. Bos, van Amsterdam. 12 april. VRIENDSCHAP, kapt. D.G. Doeksen, van Amsterdam. 13 april. PARAMARIBO, kapt. K. Spiegelberg, van Amsterdam.
Uitgezeild:
Texel, 3 juni. JONGE BAREND, kapt. B.R. van Wijk en CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, beide naar Suriname; JONGE HARM, kapt. J.G. Schrader, naar Nantes; VRIENDSCHAP, kapt. K.B. Tippema en CORNELIA, kapt. A.P. Schoonhoven, beide naar Londen.
Vlie, 1 juni. WILHELMINA HENDRIKA, kapt. D.D. de Jong, naar Hull.

Afbeelding
Datum 09 juni 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 6 juni. HARMONIE, kapt. H. Hansen, van Triëst; ANNA MARIA, kapt. H.H. Kuiper, van Londen; GOEDE VERWACHTING, kapt. J.J. Schuring, van Newcastle.
Vlie, 5 juni. VROUW ALIDA, kapt. G.R. Kars, van Newcastle; ROELFINA, kapt. J.K. Bolhuis, van Flekkefiorde; ALBERTUS, kapt. E.E. Kock, van Emden.
Uitgezeild:
Texel, 6 juni. CONCORDIA, kapt. J.H. Backer, naar Batavia; LEONIDAS, kapt. B.M. Corbière, naar Suriname; DORP GAASTMEER, kapt. M.P. van der Zee, naar Londen; NEPTHUNUS, kapt. W. Bakker, op avontuur.
Vlie, 5 juni. ST. THOMAS, kapt. N.M. Lindegaard, naar Newcastle; HARMANNA JACOBA, kapt. J. v. Ulphen, naar Sunderland; ALETTA, kapt. F.B. Nepperus, naar Nerva; CAROLINE, kapt. H.L. Falk en ALIDA, kapt. H.B. Drok, naar Drammen; VROUW SOPHIA, kapt. H.L. Kok, naar Droback; J.D. CAROLINE, kapt. D.C. Danielsen, naar Oosterisoer; EGBERTUS, kapt. L.E. Tiktak, naar Christiaansand; JUFFROUW JOHANNA, kapt. J.G. Seifferts, naar Holmstrand; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; LAMBERTUS, kapt. W.C. Lindeman en WILHELMINA SOPHIA, kapt. H.C. Peters, op avontuur.

Afbeelding
Datum 14 juni 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 12 juni. JOHANNA DE VRIES, kapt. L.C. de Vries, van Lissabon; MEDEMBLIK, kapt. J. Gray, van Londen; HELENA JACOBA, kapt. W.J. Zelling, van Port Glasgow.
Vlie, 11 juni. VROUW BARBARA, kapt. R.J. Jonker, van Dantzig; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg. Door de loodsschipper Y.D. Visser, is bij het Vlie Z.Z.O. van hem in goede staat zeilende gepraaid het schip ONDERNEMING, kapt. Thomas T. Kuiper, van Bayonne naar Hamburg.
Uitgezeild:
Vlie, 11 juni. ESSAY, kapt. H.P. Scheel, naar Petersburg; ELLIDA, kapt. A. Randers, op avontuur.
Terschelling, 10 juni. CORNELIA, kapt. R.A. Oortjes, naar Noorwegen.

Afbeelding
Datum 18 juni 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: CATHARINA, kapt. T. Lange, van Suriname met suiker en katoen; GEERTRUIDA, kapt. J.D. Mellema, van Hull met traan; VROUW MARGARETHA, kapt. J.O. Oetken, van Cuxhaven met manufakturen, glas en spijkers; OP HOOP VAN ZEGEN, kapt. G.J. Geltes, van Hamburg met rogge en huiden; DRIE GEBROEDERS, kapt. H.E. Pluktje, van Hamburg met tabak en suiker; GOEDE VERWACHTING, kapt. H.J. Kruse, van Hamburg met rogge; JONGE ALBERT, kapt. P.A. Ellens, van Hamburg met koopmanschappen en suiker; GERARDA MARIA, kapt. B.K. Dekker, van Hamburg met kromhout en kleine eiken staven; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met garen, glas, koopmanschappen, suiker en hazenvellen; DE DRIE GEBROEDERS, kapt. B. Röfer, van Bremen met tabak en stelen, potasch, tabaksbladen, lood en sigaren; CONCORDIA, kapt. J. Stemmer, van Hjorting met rogge; ANNEGINA, kapt. R.H. Dokman, van Lübeck met teer; JOHANNA MARIA, kapt. C.J. Luths, van Hooksiel met haver en tarwe.

Afbeelding
Datum 23 juni 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: HENDRIKA, kapt. K.B. de Weerd, van Suriname met katoen, suiker en indigo; VROUW JANTJE, kapt. G.A. Jonkhoff, van Koningsbergen met tarwe; ANTONIA, kapt. E. Speelman, van Friedrichshaven met hout; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met koffie, suiker, tabak, wol en garens.

Afbeelding
Datum 24 juni 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 22 juni. SCANDINAVIEN, kapt. H.J. Hesselberg, van Larwich; FORTUNA, kapt. C. Wilder, van Wismar naar Rotterdam. Als bijlegger door contrariewind en overgezeilde lading.
Vlie, 21 juni. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Uitgezeild:
Texel, 22 juni. ELISABETH MINA, kapt. J.S. Okkes, op avontuur.
Vlie, 21 juni. JOSINA WILHELMINA, kapt. J.C. v.d. Veer, naar Londen; CONCORDIA, kapt. J.H. Nagel en VRIENDSCHAP, kapt. M.R. Kleyn, beide naar Liverpool; CONCORDIA, kapt. O.P. Smit, naar Sunderland; MARTHA ALIDA, kapt. K.H. Plukker, naar de Oostzee; ANNA ELISABETH, kapt. J. Harkes, naar Dantzig; CONCORDIA, kapt. C. Christoffels, naar Drammen; MERCURIUS, kapt. H.K. de Weerd, DOROTHEA, kapt. R.R. Hendrikus, CATHARINA ENGELINA, kapt. E.H. de Groot en CHRISTINA MARIA, kapt. E.M. Rasmussen, alle vier op avontuur; AMSTERDAM, kapt. G. Cook, naar Newcastle.

Afbeelding
Datum 28 juni 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 26 juni. SARA ANNA CORNELIA, kapt. H.K. Dykhuis, van Suriname; GEZINA, kapt. B.A. Visser, van Bordeaux; DANKBAARHEID, kapt. C.M. Meyer, van Sunderland.
Vlie, 25 juni. HARMANNA JACOBA, kapt. J. van Ulphen, van Sunderland; MIJN GENOEGEN, kapt. A.G. Veenstra, van Dantzig; JAN FREERK, kapt. G.H. Smit, van Memel.
Uitgezeild:
Vlie, 25 juni. HILLECHIENA GEERDINA, kapt. H.L. Roelfsma, op avontuur; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 28 juni 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: LAMMEGINA GEZINA, kapt. J.J. de Jonge, van Cardiff met ijzer en ijzeren platen; VROUW HILLEGINA, kapt. F.B. Apveld, van Kopenhagen met raapzaad en koehaar; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met tabak, drogerijen, wol, koper en suiker; GEERTRUIDA, kapt. J. Timmerman, van Hamburg met rogge en koehaar; MARGARETHA, kapt. W.O. Wilters, van Hamburg met rogge; GOEDE VERWACHTING, kapt. W.A. de Boer, van Bremen met koopm., suiker, koehaar en drogerijen.

Afbeelding
Datum 05 juli 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 3 juli. HENRIETTE HENRY, kapt. F.J. Vlieger, van Batavia.
Vlie, 1 juli. UDONIA, kapt. W.P. Wessels, van Nerva; VROUW ANTJE, kapt. M.G. Feyes, van Dantzig; ANNA CATHARINA, kapt. J.C. Mewes, van Dantzig; ALIDA, kapt. J.H. Bondt, van Mandahl; JONGE CORNELIA, kapt. R.A. Oortjes, van Holmstrand; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Uitgezeild:
Texel, 3 juli. ANNA ADELAIDE, kapt. G.J. Wesseling, naar Duinkerken; CORNELIA, kapt. A.P. Schoonhoven, naar Londen; PETRONELLA, kapt. J.A. Schuring, op avontuur.
Vlie, 2 juli. VROUW ALIDA, kapt. G.R. Karst, naar Noorwegen; JONGE DIRK, kapt. W.H. Mulder, op avontuur.

Afbeelding
Datum 07 juli 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: NANTINA, kapt. G.J. Schudde, van Dornbusch met tarwe; TWEE GEBROEDERS, kapt. B.J. Borchers, van Otterndorf met tarwe; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met manufakturen, koopmanschappen, glas, parfumerieën, veren, koehaar, koffie en tabak.

Afbeelding
Datum 14 juli 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 12 juli. TWEE CORNELISSEN, kapt. J.J. Reinhardt, van Passaroeang; AMSTEL, kapt. Z.J. Prins; ELIDA, kapt. J.G. Klem, van Krageroe. Gisteren nog: MARIA HELENA, kapt. C. Leyen, van Oosterisoer; CAROLINA, kapt. H.L. Falk, van Drammen.
Vlie, 10 juli. ABERTINA, kapt. G.P. Venema, AGATHA, kapt. K.L. Spijkman en ALIDA CLASINA, kapt. K.E. Tiktak, alle drie van Riga; TWEE GEBROEDERS, kapt. N.M. Paus, van Skeen; PETRONELLA, kapt. O. Houwink en ALIDA, kapt. H.B. Drock, beide van Drammen; GOEDE HOOP. kapt. W.E. Boswyk, van Oudsoen. 11 juli. CONCORDIA, kapt. O.P. Smit, van Sunderland; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Uitgezeild:
Texel, 12 juli. ALEIDA, kapt. D.T. Doornbos, JONGE GERBRANDT, kapt. R.C. Jaski en VRIESLANDS WELVAREN, kapt. G.D. van Veen, alle drie naar Suriname; MARIA CATHARINA, kapt. B.J. Smeeng, naar Marseille; GOEDE HOOP, kapt. C.J. Kat en JOHANNA DE VRIES, kapt. L.C. de Vries, beide van Genua; BABETTE, kapt. T. Koning, naar Gibraltar; MEDEMBLIK, kapt. J. Gray, DORP GAASTMEER, kapt. M.P. van der Zee en VISSCHERIJ, kapt. P. Jelsma, alle drie naar Londen; HERSTELLING, kapt. L.S. Witkop, naar Arendahl.
Vlie, 10 juli. IDA CORNELIA, kapt. G.E. Broekema, naar Dantzig; GEZINA, kapt. H.H. Veen, naar Stockholm; JUFFROUW JOHANNA, kapt. J.G. Seifferts, naar Larwich; JONGE JAN, kapt. J.E. Bart, naar Oudsoen; EENIGHEDEN, kapt. P. Thomassen, naar Oosterisoer; HENDRIKA, kapt. T.F. Harding, naar Nerva; ARENDINA MARIA, kapt. G.H. Boerhaven, naar Stavanger; EMANUEL, kapt. J. Fogt, naar Christiaansand; JACOBA BARBARA, kapt. H.J. Schut, op avontuur. 11 juli.. VROUW MARGARETHA, kapt. E.M. ten Cate, naar Sunderland; HELENA, kapt. W.H. Kraan, naar Schotland; PETRUS JACOBA, kapt. M.P. de Jong, naar Riga; JANTINA ROELFINA, kapt. S.B. Kuiper, naar Dantzig; JAN FREERK, kapt. G.H. Smit, naar Stockholm; VREDE, kapt. J.J. Greeven, naar Drammen; HARMONIE, kapt. A. Middents, naar Noorwegen; VROUW CATHARINA, kapt. G.K. Wijkmeijer en HILLECHINA, kapt. H.H. Brakke, beide op avontuur.

Afbeelding
Datum 17 juli 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: DE NEDERLANDER, kapt. C. Hofker, van Suriname met suiker, katoen en koffie; VRIENDSCHAP, kapt. B.H. Dekker, van Rouaan met suikerbakkers-aarde (opm: schuimaarde) en pleistersteen; EENDRAGT, kapt. J.H. Hut, van Cardiff met ijzer; ANNA MARIA, kapt. J.F. Muys, van Londen met stijfsel, suiker, wijn, vijgen, amandelen, ijzerwerk, koopm., hout, salpeter, kaneel en verfhout; NICOLAAS JOHANNES, kapt. K.IJ. Parma, van Nerva met hout; ADRIANA JACOBA, kapt. T.J. Rens, van Nerva met hout; MARG. CHRISTINE, kapt. J.S. Kougaard, van Riga met hennep en tors; VROUW REGINA, kapt. K.P. Kiewit, van Memel met lijnzaad, eiken staven en scheepsnagelen; DOROTHEA MARIA, kapt. H.P. Regt door Zee, van Dantzig met rogge; CATH. ELISABETH, kapt. H. Kroger, van Otterndorf met tarwe; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met tabak, koper, koopm., koehaar, wollens, smalt en staven; ANNA MARGARETHA, kapt. J. Kröger, van Hamburg met wol, rogge, vlees en bitterwater; WICHERDINA (opm: tjalk VROUW WIEGERDINA), kapt. B.H. Schuur, van Hamburg met rozijnen, suiker, koper en koehaar.

Afbeelding
Datum 19 juli 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Binnengekomen:
Texel, 17 juli. HOOP, kapt. G.J. Nieuwland en JONGE JAN, kapt. S.S. van der Meulen, beide van Londen; VROUW AALTJE, kapt. J.G. Omme, van Newcastle.
Vlie, 15 juli. CONCORDIA, kapt. J.A. Keun. Van Larwich.
Uitgezeild:
Texel, 17 juli. GOEDE VERWACHTING, kapt. D. Ouwehand, naar Hull; TWEE GEBROEDERS, kapt. D. Bies, naar Londen; CAROLINA, kapt. H. Gron, naar Drammen.
Vlie, 15 juli. GOEDE HOOP, kapt. H.B. de Jong, naar Newcastle; HANSINA, kapt. O. Rasmussen, naar Flensburg; CHRISTIAAN, kapt. A.A. Kruse, naar Kopenhagen; VROUW LUBBEGINA, kapt. K.H. de Weerd en DRIE GEZUSTERS, kapt. P.P. Dykstra, beide naar Oosterisoer; JACOBA, kapt. E.M. de Jong, naar Noorwegen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg. 16 juli. CONCORDIA, kapt. B.J. de Boer, op avontuur.

Afbeelding
Datum 23 juli 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 22 juli. THERESIA CHARLOTTE, kapt. J.L. Berg, van Benicarlo; VROUW CATHARINA, kapt. R.R. Engelsman, van Londen.
Vlie, 21 juli. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Uitgezeild:
Texel, 22 juli. ANTONIA, kapt. E. Speelman, van Suriname; HELENA CHRISTINA, kapt. J.J. Ynsen, naar Marseille; EMANUEL, kapt. M. Brun, naar Oosterisoer.

Afbeelding
Datum 26 juli 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: VRIENDSCHAP, kapt. D.G. Doeksen, van Suriname met suiker, katoen en koffie; CATHARINA, kapt. J.H. Middel, van Petersburg met potasch, bedveren, paardenhaar, borstels, drogerijen, koperen munt, koper, koopmansgoederen, juchten (opm: vellen juchtleer) en pelterijen; HILLEGINA, kapt. W.J. Panman, van Stralsund met tarwe; JONGE WILLEM, kapt. W.J. Mellema, van Koningsbergen met lijnzaad; DRIE GEBROEDERS, kapt. J.J. Orre, van Dantzig met hout; CATHARINA, kapt. G.T. Nieland, van Dantzig met hout; VRIENDSCHAP, kapt. J.H. Zant, van Dantzig met tarwe en rogge; DE HOOP, kapt. H.T. Bakker, van Kopenhagen met teer en planken; VERWACHTING, kapt. T.C. Tannen, van Freyburg mat tarwe; TWEE GEBROEDERS, kapt. B. Visser, van Wismar met tarwe; ENGELINA, kapt. H. Meinders, van Neuhaus met tarwe; VROUW HEMPKE, kapt. H. Willers, van Neuhaus met tarwe; GEZINA, kapt. J.S. de Jong, van Ditsum, met haver en garst; FORTUNA, kapt. F. Mewes, van Ritzebüttel, met tarwe; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met blauwsel, raapzaad, wol, koehaar, gember en koopm.; HILLEGINA, kapt. A.A. Wolkammer, van Bremen met suiker, traan, rozijn, lood en koehaar.

Afbeelding
Datum 28 juli 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 25 juli. MORGENSTER, kapt. K.H. Meyer, van Hull.
26 juli. ANNA BREGITTA MARIA, kapt. T. Petersen, van Drammen.
Vlie, 24 juli. DRIE GEBROEDERS, kapt. J.D. Bos, van Riga; ANNA EN MARIA, kapt. T. Petersen van Prestoe; JONGE DIRK, kapt. W.H. Mulder, van Oosterisoer.
25 juli. VROUW ELISABETH, kapt. J.H. Cappen, van Nerva; VROUW HELENA, kapt. H.H. Kramer en VROUW AUKJE, kapt. T.T. Visser, beide van Koningsbergen; VRIENDSCHAP, kapt. A.P. de Jong, van Memel; WILHELMINA, kapt. A.B. Visser, van Oosterisoer; JANTINA, kapt. K.E. Vos, van Droback; AURORA, kapt. G.E. Volkers, van Mandahl.
Uitgezeild:
Texel, 25 juli. DE LIEFDE, kapt. F.J. Kramer, naar Christiaansand. 26 juli. ANNA CATHARINA, kapt. S.H. Veer, LA LIBERTÉ, kapt. A.H. Trip en CASTOR, kapt. H. de Jong, alle drie naar Batavia; HOOP, kapt. G.J. Nieuwland, naar Londen; CHRISTINA, kapt. H.B. Engelsman, naar Hull; TWEE GEBROEDERS, kapt. H.J. Zeven, naar Sunderland; MARIA HELENA, kapt. C. Leyen, op avontuur.
Vlie, 25 juli. HERSTELLING, kapt. A.H. Karsijns, naar Elseneur, UDONIA, kapt. W.P. Wessels, naar St. Davis; VROUW JANTJE, kapt. G.A. Jonkhof, naar Nieuwstad; FORTUNA, kapt. P. Ryland, naar Bergen; ELLIDA, kapt. J.G. Klem en DRIE ZUSTERS, kapt. D.T. de Jong, beide naar Drammen; GOEDE HOOP, kapt. W.E. Boswyk, naar Oudsoen; TWEE GEBROEDERS, kapt. H.H. Sprik en ANNA ELISABETH, kapt. J.G. Boekhout, beide naar Noorwegen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; ANNA MARIA, kapt. H. Brink, naar Altona; PETRONELLA, kapt. O. Houwink en GELIDA, kapt. M.J. Louwerens, beide op avontuur.
Terschelling, 24 juli. DE JONGE CORNELIA, kapt. R.A. Oortjes.

Afbeelding
Datum 29 juli 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 26 juli. ANNA BREGITTA MARIA, kapt. T. Petersen, van Drammen.
Vlie, 25 juli. VROUW ELISABETH, kapt. J.H. Cappen, van Nerva; VROUW HELENA, kapt. H.H. Kramer en VROUW AUKJE, kapt. T.T. Visser, beide van Koningsbergen; VRIENDSCHAP, kapt. A.P. de Jong, van Memel; WILHELMINA, kapt. A.B. Visser, van Oosterisoer; JANTINA, kapt. K.E. Vos, van Droback; AURORA, kapt. G.E. Volkers, van Mandahl.
Uitgezeild:
Texel, 26 juli. ANNA CATHARINA, kapt. S.H. Veer, LA LIBERTÉ, kapt. A.H. Trip en CASTOR, kapt. H. de Jong, alle drie naar Batavia; HOOP, kapt. G.J. Nieuwland, naar Londen; CHRISTINA, kapt. H.B. Engelsman, naar Hull; TWEE GEBROEDERS, kapt. H.J. Zeven, naar Sunderland; MARIA HELENA, kapt. C. Leyen, op avontuur. 27 juli. GEZIENA, kapt. B.A. Visser, naar Liverpool; TWEE GEBROEDERS, kapt. H.H. Loop, naar Duinkerken.
Vlie, 25 juli. HERSTELLING, kapt. A.H. Karsijns, naar Elseneur; UDONIA, kapt. W.P. Wessels, naar St. Davis; VROUW JANTJE, kapt. G.A. Jonkhof, naar Nieuwstad; FORTUNA, kapt. P. Ryland, naar Bergen; ELLIDA, kapt. J.G. Klem, DRIE ZUSTERS, kapt. D.T. de Jong en HOSTER, kapt. M. Holst, alle drie naar Drammen; GOEDE HOOP, kapt. B.E. Boswyk, naar Oudsoen; TWEE GEBROEDERS, kapt. H.H. Sprik en ANNA ELISABETH, kapt. J.G. Boekhout, beide naar Noorwegen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; ANNA MARIA, kapt. H. Brink, naar Altona; PETRONELLA, kapt. O. Houwink en GELIDA, kapt. M.J. Louwerens beide op avontuur.
26 juli. ANNA CATHARINA, kapt. J.C. Mewes, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 05 augustus 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 2 augustus. JUFFROUW HENDRIKA, kapt. H.H. Scholtens, van Cardiff.
3 augustus. ZWANEN, kapt. H. Petersen, van Arendahl; GEERTRUIDA, kapt. H.H. Hansen, van Flekkefiorde.
Vlie, 31 juli. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg. 1 augustus. ANNA ELISABETH, kapt. S. Harkes, van Dantzig; JONGE JUFFER SARA, kapt. J.H. de Weerd, van Noorwegen.
2 augustus. AMELINA, kapt. H.H. Naatje en JONGE JAN, kapt. J.E. Bart, van Oudsoen; JUFFROUW JOHANNA, kapt. J.G. Seiffert, van Larwich.
Terschelling, 30 juli. DE JONGE MARGARETHA MARIA, kapt. J.H. Kohne, van Hamburg; MARIA THERESIA, kapt. C.H. Uil, van St. Petersburg. 31 juli. DE JUFFER CRYNTJE, kapt. J.O. Stuit, van Nerva.
1 augustus. TJAKKIEN, kapt. H. Dewes, van Drammen.
Uitgezeild:
Texel, 3 augustus, PARAMARIBO, kapt. J.C. Topper, naar Suriname; MEDEMBLIK, kapt. J. Gray, naar Londen.
Vlie, 1 augustus. FRAUKE KNELSINA, kapt. R.R. de Jonge, naar Koningsbergen; HARMONIE, kapt. H. Jans, naar Christiaansand; JONGE EGBERTUS, kapt. L.E. Tiktak en JONGE DIRK, kapt. W.H. Mulder, beide naar Noorwegen; JOHANNA MARIA, kapt. T.W. Stuit, op avontuur.
2 augustus. CATHARINA ENGELINA, kapt. E.H. de Groot, naar Riga; GEZINA, kapt. P.P. Muntendam, naar Dantzig; VRIENDSCHAP, kapt. R.P. Duit, naar Newste; LUNA, kapt. L. Bakker, naar Drammen; KNELSINA GEERDINA, kapt. R.R. de Jonge, op avontuur.

Afbeelding
Datum 08 augustus 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 6 augustus. JOSINA WILHELMINA, kapt. J.C. v.d. Veer, van Londen; DRIE VRIENDEN, kapt. D.D. de Jonge, van Sunderland.
Vlie, 5 augustus. FLORA, kapt. J. Mauldon, van Londen. De schepen gisteren zijn: DEBORA, kapt. H. Gerlofs, van Nerva; VRIENDSCHAP, kapt. H.R. Bouiten, van Egersund; DRIE GEZUSTERS, kapt. P.P. Dykstra.
Terschelling, 4 augustus. DE VROUW ANNA, kapt. P. Visser, van Hull; HABETS ANKER, kapt. C. Hagense, van Droback.
Uitgezeild:
Texel, 6 augustus. JANTINA ANNEGINA, kapt. H.G. Sap, naar Bayonne; ANTINA, kapt. B.J. Schuring, op avontuur.
Vlie, 5 augustus. VROUW ANNA, kapt. H.K. Wijkmeijer, naar Sunderland; JOHANNA GEERTRUIDA, kapt. P. Pybes, NEPTHUNUS, kapt. C.H. Kraanstuiver, beide naar Petersburg; MARIA, kapt. P.E. Boer en VROUW MARGARETHA, kapt. A.T. Steffens, beide naar Riga; JONGE PIETER, kapt. E.P. Boer en VROUW REGINA, kapt. K.P. Kiewit, beide naar Dantzig; VROUW FENNEGINA, kapt. A.K. Braam, naar Bergen; FRATERNITAS, kapt. C. Westergaard, naar Arendahl; WILHELMINA, kapt. A.B. Visser, naar Oosterisoer; HILLECHINA, kapt. H.H. Brakke, naar Noorwegen; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; EENDRAGT, kapt. G.H. Haverbult, SARA ANNA CORNELIA, kapt. H.K. Dykhuis, NIKOLAAS JOHANNES, kapt. K.IJ. Parma, JANTINA ENGELINA, kapt. H.T. de Jonge en VIGELANTIE, kapt. J.H. Wildeman, alle vijf op avontuur.

Afbeelding
Datum 09 augustus 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: JOSINA WILHELMINA, kapt. J.C. van der Veer, van Londen met suiker, verfhout, ijzer en koopm.; MARIA THERESIA, kapt. C.H. Ruil, van Petersburg met hennep, talk, ravensdoek, zeildoek, koper en ijzer; JANTINA, kapt. H.H. de Weerd Jr., van Petersburg met hennep, hennep-olie, ijzer en halminken; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met smalt, garen, geweren, sigaren, koffie, raapzaad en terpentijn-olie; ANNETTE, kapt. C.F. Maass, van Riga met balken, hennep, koopmansch., bedveren en pijpenduigen; DEBORA, kapt. H. Gerlofs, van Nerva met hout.

Afbeelding
Datum 14 augustus 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 12 augustus. SCHOON VERBOND, kapt. B. Drayer, van Batavia; DORP GAASTMEER, kapt. M.P. van der Zee, van Londen; NICOLAAS, kapt. H.N. Parron, van Greifswald.
Vlie, 11 augustus. CATHARINA, kapt. H.H. Bakker, van Petersburg; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg; VROUW MARTHA, kapt. C.W. Kuhlman, van Antwerpen.
Uitgezeild:
Texel, 12 augustus. NEDERLANDEN, kapt. A.J. Struyk, DILIGENCE, kapt. H. Bos en VRIENDEN, kapt. K.Y. Parma, alle drie naar Batavia; AURORA, kapt. A.J. de Boer, naar Genua en Livorno; DE VROUW AALTJE, kapt. J.G. Ommen, naar Hull; HARMANA JACOBA, kapt. J. van Ulphen, naar Newcastle.
Vlie, 11 augustus. VROUW CATHARINA, kapt. G.K. Wijkmeijer, naar Newcastle; DRIE GEBROEDERS, kapt. J.D. Bos, naar Dantzig; AGATHA, kapt. K.L. Spijkman en REMINA, kapt. J.G. Boon, beide naar Memel; EUROPA, kapt. P. Nieman, naar Rostock; HILLECHINA GEERDINA, kapt. H.L. Roelfsema, naar Elseneur; CHRISTINA, kapt. H.B. Elligers en IDA ALEYDA, kapt. O.J. Woldering, beide naar Larwich; CATHARINA, kapt. S.P. Hallenberg, naar Noorwegen; ZAANDAM, kapt. L.H. Singer en FENNEGINA, kapt. H.J. Puister, beide op avontuur.

Afbeelding
Datum 15 augustus 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: MINERVA, kapt. G.H. Ahlers, van Batavia met koffie, suiker, huiden en bindrottingen. de JONGE JACOB, kapt. V.H. Cramer, van Portorico, met tabak, kwassiehout, geelhout en mahoniehout; GEZINA, kapt. J.F. de Boer, van Londen met suiker, katoen, drogerijen, pruimen, cacao, ijzer en olie; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met koffie, sigaren, blauwsel, koper, koperen munt, linnen, koehaar, veren en glas.

Afbeelding
Datum 18 augustus 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 16 augustus. CATHARINA ELSIENA, kapt. A.H. Schuring, van Petersburg.
Vlie, 15 augustus. Nog binnengaats: NEDERLAND, kapt. K. Hoekstra; SPITSBERGEN, kapt. H. Rickmers.
Terschelling, 14 augustus. GRIETJE, kapt. M.R. de Boer, van Hoekziel.
Uitgezeild:
Texel, 16 augustus. PRINS DER NEDERLANDEN, kapt. J. Hilbrands, naar Suriname; ANNA MARIA, kapt. J.F. Muys en AMSTERDAM, kapt. C. Cook, naar Londen.
Vlie, 14 augustus. JOHANNA MARGARETHA, kapt. B.H. Pott, naar Cardiff; BELVEDERE, kapt. T. Vos, naar de Oostzee; HILLEGONDE, kapt. H.A. Hendriks, naar Riga; HILLECHINA, kapt. W.J. Panman, op avontuur; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 19 augustus 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 16 augustus. CATHARINA ELSIENA, kapt. A.H. Schuring, van Petersburg.
17 augustus. ST. THOMAS, kapt. N.M. Lindegaard, van Newcastle; MARIA OLETTA, kapt. J. Bylegaard, van Nerva; DAGERAAD, kapt. A.F. Rasker, van Flekkefiorde.
Vlie, 16 augustus. NEDERLAND, kapt. K. Hoekstra, van Groenland, met 300 robben en 8 vaten spek; SPITSBERGEN, kapt. H. Rickmers, van Groenland, met een vis, 30 quardelen (opm: een oude inhoudsmaat voor vaten) spek; VROUW FOUKE, kapt. C.H. Loop, van Leer is in de haven gezeild.
Terschelling,14 augustus. GRIETJE, kapt. M.R. de Boer, van Hooksiel. 15 augustus. CATHARINA, kapt. H.R. Veling en FRANCINA, kapt. H.A. Remper, beide van Kiel; ALBERDINA, kapt. G. Venema en DE VROUW DOROTHEA, kapt. J.H. Peters, beide van Tonningen; DE VROUW NETTA, kapt. C. Sandersfeld, van Fedderwaddersiel; SOCIETEIT, kapt. E.J. Siemers en FORTUNA, kapt. J.T. Mewes, beide van Cuxhaven.
Uitgezeild:
Texel, 16 augustus, PRINS DER NEDERLANDEN, kapt. J. Hilbrands, naar Suriname; BELVEDERE, kapt. T. Vos, naar de Oostzee; HILLEGONDA, kapt. H.A. Hendriks, naar Riga; HILLECHINA, kapt. W.J. Panman, op avontuur. 15 augustus, WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg. 17 augustus. VROUW CHRISTINA, kapt. C. Meyer, naar Duinkerken; EMANUEL, kapt. J. Fogt, naar Christiaansand.
Vlie, 16 augustus. JONGE JAN, kapt. J.E. Bart, van Christiaansand.

Afbeelding
Datum 25 augustus 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 22 augustus. DIANA, kapt. R.H. Duit, van Hull; VROUW CATHARINA, kapt. G.K. Wijkmeijer, van Newcastle; EENSGEZINDHEID, kapt. P.F. Kuiper, van Archangel; FORTUNA, kapt. P.H. Gron, van Bergen; CONCORDIA, kapt. J.A. Kuin, van Statill; JOHANNA, kapt. J.A. de Vries, van Tromsoe (Denemarken). 23 augustus. LUKKINA MAGRIETA, kapt. H.E. Hoveling, van Liverpool; DE HOOP, kapt. G.J. Nieuwland, van Londen; ANTINA, kapt. R.J. Schuring, van Noorwegen.
Vlie, 21 augustus. HARMONIE, kapt. H. Jans, van Arendahl; JONGE FREERK, kapt. P.A. Visser, van Holmstrand; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg; ALIDA, kapt. H.B. Drock, van Holmstrand; JONGE DIRK, kapt. W.H. Mulder, van Arendahl.
Terschelling, 20 augustus. ELIZE, kapt. C. Schildwacht en TWEE GEBROEDERS, kapt. J.L. Pieman, beide van Koningsbergen; DE VROUW GERBERDINA, kapt. P.J. de Vries, van Tonningen; DE JONGE EGERIKA, kapt. H.O. Gerjets, van Wismar en Tonningen.
Uitgezeild:
Texel, 23 augustus. EOLUS, kapt. G. Zwanenburg, van Lissabon.
Vlie, 21 augustus. VROUW ANTJE, kapt. M.G. Feyes, naar Hamburg. 22 augustus. MARGINA MARGARETHA, kapt. H.J. Oortjes, naar de Oostzee; ANTONIE FRANZINA, kapt. H.R. Lutjes, naar Petersburg; EENDRAGT, kapt. J.J. Hut, naar Dantzig; VIER GEBROEDERS, kapt. H.A. Douwes, naar Stettin; CATHARINA, kapt. J.H. Middel en MORGENSTER, kapt. K.H. Meyer, beide op avontuur; VROUW HELENA, kapt. W.H. Kraan, naar Kiel; EENIGHEDEN, kapt. P. Thomassen, naar Drammen; ANNA CATHARINA, kapt. T. Tampke, naar Hamburg; ELISABETH, kapt. S.J. Brouwer, op avontuur.

Afbeelding
Datum 29 augustus 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Uitgezeild:
Texel, 27 augustus. LAMMEGINA GEZINA, kapt. J.J. de Jonge, naar Cardiff; WILHELMINA GEZINA, kapt. L.N. Baas, naar Triëst; DE HERSTELLING, kapt. L.S. Witkop, naar Nantes.
Vlie, 25 augustus. VROUW SOPHIA, kapt. H.L. Kok, naar Droback; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 02 september 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: TWEE GEZUSTERS, kapt. J.L. Tieman, van Koningsbergen met lijnzaad; DE JONGE WICHER, kapt. D.D. Kuitse, van Dantzig met weedasch, balken en delen; GEZIENA, kapt. M. Koops, van Rostock met raapzaad; JONGE JAN, kapt. B.G. Peters, van Rostock met raapzaad; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met koffie, raapzaad, koopmanschappen, haar en veren; AURORA, kapt. J. Hagen, van Hamburg met wollen, koper, koperen platen, talk, drogerijen en koehaar; TWEE GEBROEDERS, kapt. H.H. Loop, van Leer met tarwe.

Afbeelding
Datum 04 september 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Texel, 2 september. GESIENA, kapt. R.H. Kisser, van Liverpool.
Vlie, 1 september. ANNA JOHANNA, kapt. H.J. Korter, van Riga; ANNA SIBERDINA, kapt. J.H. Ugen, van Egersund. Gisteren nog: WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg. J.H. Ugen rapporteert de 29e augustus, N.W., 10 mijlen van Terschelling drijvende, gepraaid te hebben, kapt. Keyer, van Groningen, de tjalk DE VRIENDSCHAP, komende van Newcastle, met een lading steenkolen, naar Groningen; dezelve had die nacht zijn grote mast verloren en was lek.
Uitgezeild:
Texel, 2 september. JONGE MARTINUS, kapt. J.R. de Boer, naar Hull.

Afbeelding
Datum 05 september 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: JONGE LODEWIJK ANTONIE, kapt. R. Tjebbes, van Suriname met suiker, katoen en indigo; HELENA CATHARINA, kapt. H.G. Bergveld, van Havana met suiker, koffie, tabak en sigaren; HERSTELLING, kapt. A.H. Karsijns, van Holbeck met raapzaad en gerst; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met wol, paardehaar, koffie, blauwsel, olie en koehaar.

Afbeelding
Datum 09 september 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Vlie, 5 september. JONGE GERRIT, kapt. A, Hazewinkel, van Petersburg; GEZINA JACOBA, kapt. J.J. Wever, van Heiligenhafen. Nog binnen gaats, VREDE EN VRIJHEID, kapt. Lammerts, van Riga.
Lissabon, 19 augustus. VROUW MAARTJE, kapt. J. Spanjersberg, van Vlaardingen.
Shields, 31 augustus. GOEDE WELVAART, kapt. J.G. Vos, van Dordrecht. 1 september. VRIENDSCHAP, kapt. H.R. Bouiten, van Monnikendam; GEZINA, kapt. Wijkmeijer, MARGARETHA ANNA, kapt. F. Ekmeyer en DRIE GEBROEDERS, kapt. H.J. Zeven, alle drie van Amsterdam.
Hull, 1 september. VROUW MARGARETHA, kapt. Ceter, van Amsterdam. 2 september. VROUW ANNA, kapt. P. Visser, van Amersfoort. 4 september. JONGE MARTINUS, kapt. J.R. de Boer, van Amsterdam.
Uitgezeild:
Texel, 7 september. ONS GENOEGEN, kapt. W. Landsaat en JAVAAN, kapt. J.P. Meyer, beide naar Batavia; SURINAME, kapt. C. v.d. Mey, naar Suriname; JONGE EVERT, kapt. J. Kiers, naar Bahia; VROUW CATHARINA, kapt. R.R. Engelsman, naar Cephalonica, VRIENDSCHAP, kapt. J.J. Brands, naar Triëst; WISSELVALLIGHEID, kapt. S.B. de Jong, naar Marseille; PETRUS HELENA, kapt. J.H. Haverbult en DOROTHEA MARIA, kapt. M.P. Regt door Zee, naar Lissabon; VERWACHTING, kapt. J.H. Schippers, naar Bordeaux; HOFFNUNG, kapt. A.J. Kaspers, naar Duinkerken; JOSINA WILHELMINA, kapt. J.C. van der Veer, naar Woodbridge; HOOP, kapt. G.J. Nieuwland en TWEE JONKVROUWEN, kapt. A.M. Stegenga, beide naar Londen; GOEDE VERWACHTING, kapt. D. Ouwehand, naar Hull; HOOP. kapt. S. Koorn en FENNEGINA, kapt. G. Dedmers, beide naar Newcastle; VIJF GEZUSTERS, kapt. H. Hansen, naar Zevenbergen; ANTINA, kapt. H. Schuring, naar Noorwegen; ROLOFINA, kapt. J.K. Boethuys, op avontuur.
Vlie, 5 september. DOROTHEA, kapt B.J. de Boer, naar Riga; VREDE, kapt. J.J. Greeven en JANTINA ROELFINA, kapt. S.B. Kuyper, beide naar Noorwegen; GERMANIA, kapt. H. Kros, ST. NICOLAAS, kapt. H.N. Parrau. CONCORDIA, kapt. J.H. Nagel, ALLETTA, kapt. F.B. Nepperus, GOEDE HOOP, kapt. J.J. de Boer en CATHARINA, kapt. G.K. Wijkmeijer, alle zes op avontuur; VRIENDSCHAP, kapt. K.H. Bakker, naar de Oostzee; HERMAN WILHELMINA, kapt. J. Clausen, naar Randers; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg; ANNEGINA, kapt. P.R. Huisman en VROUW FEMKE ENGELINA, kapt. J.W. Kreye, beide op avontuur.

Afbeelding
Datum 16 september 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 14 september. CHRISTINA, kapt. A.K. Dykhuis, van Petersburg; ANNA ALBERDINA, kapt. A.J. Ekamp, van Stockholm; INDUSTRIE, kapt. Christian Gjesjens, van Drammen; AURORA, kapt. F.H. Hazewinkel, van Bremen.
Vlie, 12 september. NYVERHEID, kapt. E.E. Hoveling, van Memel; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg; NEESKE MARIA, kapt. T.H. de Boer, van Dornumersiel.

Afbeelding
Datum 19 september 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Carga lijsten

Carga-lijsten Amsterdam: FREUND GEORGE. Kapt. P.B. Groot, van Petersburg met potasch, hennep en zeildoek; NEPTUNUS, kapt. K.G. Sipsma, van Petersburg met hennep en ijzer; FORTUNA, kapt. P. Rijland, van Bergen met traan, mos en stokvis; FRAUKE KNELSINA, kapt. R.R. de Jonge, van Koningsbergen met tarwe, hennep en borstels; MARGARETHA, kapt. G.E. te Velde, van Koningsbergen, met raapzaad; MARGRIETA, kapt. G.E. te Velde, van Koningsbergen met raapzaad, lijnzaad en ijzerwerk; NIJVERHEID, kapt. E.E. Hoveling, van Memel met tarwe, lijnzaad en hennep; KNELSINA GEERDINA, kapt. R.R. de Jonge, van Memel met lijnzaad, scheepsnagels en hennep; DE NIJVERHEID, kapt. Evert E. Hoveling, van Memel rogge, lijnzaad en hennep; MARGARETHA JOHANNAA, kapt. J.C. Wallis, van Dantzig met rogge, tarwe en linnen; MARTHA ALIDA , kapt. K.H. Plukker, van Dantzig met tarwe, linnen en schoppen; HOPENDE ZEEMAN, kapt. W.F. Pronk, van Dantzig met tarwe; BROEDERLIJKE LIEFDE, kapt. H.J. Nagel, van Wismar met raapzaad en tarwe; VROUW ANTJE, kapt. K.D. Ekamp, van Wismar met raapzaad; TWEE GEBROEDERS, kapt. H.H. Ruter, van Rostock met raapzaad; EENDRAGT, kapt. A.K. Mulder, van Rostock tarwe, rogge en raapzaad; TWEE GEBROEDERS, kapt. H.H. Duhr, van Stettin met rogge; RENSINA, kapt. H.W. Stuit, van Kierteminde, met raapzaad; LOUISA, kapt. J. Meyer, van Tonningen met tarwe; TWEE GEBROEDERS, kapt. J.L. Bruhn, van Tonningen met raapzaad; FORTUNA, kapt. C. Wilder, van Colberg met rogge; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg met thee, lijnzaad, veren, wol en haar; OP HOOP VAN ZEGEN, kapt. J.J. Geltes, van Hamburg met tabak; AURORA, kapt. C.A. Hazewinkel, van Bremen met suiker; DRIE GEBROEDERS, kapt. G.J. Gnodde, van Bremen, met tabak, koehaar, hammen, katoen en koopmansch.; DOROTHEA, kapt. J.B. Kuil, van Bremen met tabak, stelen, wijn en koehaar.

Afbeelding
Datum 24 september 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 22 september. TWEE GEBROEDERS, kapt. H.J. Zeven en JONGE CHRISTOFFEL, kapt. C. Wytekamp, beide van Newcastle; FLORA, kapt. S. Michelsen en VROUW METTA, kapt. S.T. Meinerts, beide van Bondsyhl (opm: waarschijnlijk Bongsiel); PROVIDENTIA AREND, kapt. A.C. Agerup, van Oudsoen.
Vlie, 21 september. WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Terschelling, 20 september. DE JONGE BAREND, kapt. J.J. Ruiten, van Greifswald; DOROTHEA FREDERIKA, kapt. O.J.N. Sands, van Tetenbultenspieker; JONGE PIETER, kapt. H.P. Boer, van Dantzig; DE VROUW ALIDA, kapt. H.R. Roelfsema, van Hamburg; DE JONGE TRYNTJE, kapt. M. Wybes, van Wismar; MEINSINA, kapt. J.A. Zeilinga, van Dantzig; HERMINA, kapt. M.J. Siebolds, van Stralsund; FORTUNA, kapt. J.T. Mewes, van Cuxhaven; DE VROUW TRYNTJE, kapt. J.A. Meyer, van Wismar; GELIDA, kapt. M.S. Louwerens, van Lübeck; CONCORDIA, kapt. H. Bornholst, van Sjelskior; ZES GEBROEDERS, kapt. H.J. Waterberg, van Tonningen.
Uitgezeild:
Texel, 22 september. WINERNE, kapt. J.H. Valkenburg, naar Drammen.

Afbeelding
Datum 29 september 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Texel, 26 september. VROUW MARIA, kapt. J.H. Aden, van Duinkerken; DE HOOP, kapt. S. Koorn en GOEDE HOOP, kapt. J.J. de Boer, beide van Newcastle; VROUW MARGARETHA, kapt. E.M. ten Cate, van Sunderland.
Vlie, 25 september, GOEDE WELVAART, kapt. J.G. Vos, van Newcastle; ALIDA, kapt. L.R. Nieveen, van Rostock; VROUW JANTINA, kapt. K.R. Vos en VROUW SOPHIA, kapt. H.L. Kok, beide van Droback. De beide laatste na visitatie van de quarantaine ontslagen. VROUW ANNA, kapt. P. Visser, van Hull.
Uitgezeild:
Texel, 26 september. H.Z. kapt. S.K. de Vries, naar Rio-Janeiro; ANNA MARIA, kapt. K. Hoek, naar Livorno; DE VREDE, kapt. K. Zwanenburg, naar Lissabon; VISSCHERIJ, kapt. P.J. Jelsma en VRIENDSCHAP, kapt. K.B. Tippema, beide naar Londen; HERMANA JACOBA, kapt. J. van Ulphen en PETRUS JACOBUS, kapt. M.P. de Jong, beide naar Newcastle; ALBERDINA, kapt. G. Venema, naar Boston (Engeland); MARIA HELENA, kapt. G. Leyen, naar Dantzig; VROUW JACOBA, kapt. H.R. Grimminga en ANNA MARIA, kapt. H.H. Kuiper, beide op avontuur.
Vlie, 25 september. CLARA MARGARETHA, kapt. E.P. Dik, naar Stettin; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, naar Hamburg.

Afbeelding
Datum 06 oktober 1834
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Binnengekomen:
Vlie, 2 oktober. ANNA HERMANNA, kapt. A.W. Bakker, van Newcastle; BOUGINA, kapt. R.J. de Jong, van Petersburg; DE VROUW GERBERDINA, kapt. H.A. Oldenburger, van Petersburg, laatst uit Noorwegen; ALIDA, kapt. H.B. Drok, van Droback; WILLEM DE EERSTE, kapt. J.H. Savert, van Hamburg.
Terschelling, 1 oktober. JOSEPHINA, kapt. J.P. Evers, van Gothenburg, na visitatie van de quarantaine ontslagen; CHRISTINE ELISABETH, kapt. T.P. Meinertz, van Hussum; DE VROUW ANNA, kapt. J.M. Petersen, van Kjoge; JOHANNA MARIA, kapt. T.W. Strit, van Riga.
Uitgezeild:
Texel, 3 oktober. TWEE GEBROEDERS, kapt. D. Bies, naar Londen.
Vlie, 2 oktober. GOEDE HOOP, kapt. H.B. de Jong, naar Newcastle; JONGE LEEUW, kapt. T.L. Winja, naar Leith; JACOBINA, kapt. E.M. de Jong, naar Arendahl; MARTHA CATHARINA, kapt. H.R. Legger, op avontuur.

Afbeelding
Datum 06 februari 1835
Krant JC - Javasche Courant
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 5 februari. Alhier zijn aangekomen: de 3e februari het Nederlandse schip (opm: fregat) de TWEE CORNELISSEN, kapt. S. Veenstra, met twee passagiers, de 20e oktober van Amsterdam vertrokken, en de Nederlandse bark RIBBLE, kapt. B.H. Meijerhoff, met een passagiers, de 17e oktober van Rotterdam vertrokken, en bij het eiland Onrust de Nederlandse stoomboot WILLEM DE EERSTE, kapt. H. Blad, de 7e oktober van Texel vertrokken.

Afbeelding
Datum 05 januari 1836
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 4 januari. Gepraaid, op 5º NB 22º28’ WL, de Nederlandse schepen WILLEM DE EERSTE, kapt. H. Blatt, de 21e november van Amsterdam naar Batavia en de 23e november, op 7º37’ NB 22º21’ WL, ROTTERDAMS WELVAREN, kapt. F. Mathysen, van Batavia naar Rotterdam; aan beider boord was alles wel.

Afbeelding
Datum 20 februari 1836
Krant JC - Javasche Courant

Het stoomschip WILLEM DE EERSTE, kapt. H. Blad, is de 16e dezer van het eiland Onrust alhier aangekomen.

Afbeelding
Datum 16 maart 1836
Krant JC - Javasche Courant

Met het schip NEERLANDS KONING is alhier aangebracht een voor Gouvernements rekening te Rotterdam gebouwde ijzeren stoomboot, welke binnen kort door een gelijksoortige zal gevolgd worden. Deze vaartuigen zullen te Soerabaija worden in elkander gezet en, zeeklaar zijnde, gesteld worden onder het bevel resp. van de luit.t.zee 1e klasse bij de Nederlandse marine J.D. Velsberg en E.A. van Vloten, die de bouw der boten in de werkplaatsen der Nederlandsche Stoomboot Maatschappij hebben gadegeslagen en alzo in de gelegehied zijn geweest zich met de samenstelling derzelve volledig bekend te maken.
Het Gouvernements stoomschip WILLEM DE EERSTE is reeds in dienst gesteld.

Afbeelding
Datum 23 maart 1836
Krant JC - Javasche Courant
Type bericht Verkoop schepen

Advertentie. Op de 18e april aanstaande zal voor de toko van Azon Jacometti voor rekening van de heren Santhagens & Glazer publiek worden verkocht de inventaris van het stoomzeilschip WILLEM DE EERSTE, nieuw te Amsterdam opgelegd, alleen voor de overtocht naar hier gebruikt, waardoor het weinig heeft geleden, bestaande in onderstengen en bramwanten, stagen, lopend tuig met de daarbij behorende blokken, juffers, rusten, stengen, ra’s, lijzeilspieren, marsen, zalings, ezelshoofden, twee stel zeilen, een chronometer no. 848, gemaakt door Arnold & Dent te Londen, een barometer, een sextant, een nachthuis met lamp en stuurkompas, alles patent en van de beste kwaliteit.

Afbeelding
Datum 21 mei 1836
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Verkoop schepen

Kapt. Kraay, voerende DE NEPTUNUS, de 19e januari l.l. van Batavia vertrokken en de 16e mei bij Weymouth, rapporteert gepraaid te hebben de 21e januari op 4 mijlen van Batavia, DE MIDDELBURG, kapt. Rickeles, van Middelburg naar Batavia en 6 of 7 dagen later op 60 a 70 mijlen van Batavia DE WILLEM DE EERSTE, kapt. H. Blad, van Amsterdam. Ook waren met hem van St. Helena vertrokken DE MAAS, kapt. Van Velthoven en DE NIJVERHEID, kapt. Bouman, beide naar Rotterdam bestemd. Voorts meldt kapt. Kraay dat in het Kanaal zeilende was het schip WILLEM ERNST, kapt. Claassen, van Baltimore naar Amsterdam. (opm: het stoomschip WILLEM DE EERSTE was verkocht aan het Gouvernement van Nederlandsch-Indië en werd als zeilschip uitgebracht)

Afbeelding
Datum 24 mei 1836
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 23 mei. Volgens brief van kapt. P. Kraay, voerende het schip NEPTUNUS, de 19e januari van Batavia naar Amsterdam vertrokken, in dato 13e dezer, was hij toen sedert veertien dagen met O. wind in het Kanaal kruisende; aan boord was alles in de beste staat. Voorts rapporteert kapt. Kraay, de 21e januari, vier mijlen van Batavia, gepraaid te hebben het schip MIDDELBURG, kapt. C. Riekels, van Middelburg naar Batavia en de 19e dito te hebben gezien een bark, tonende vlag van het collegie Zeemans Hoop, met no. 255, zijnde die van kapt. Hugo Blad, voerende het schip WILLEM DE EERSTE, van Amsterdam naar Batavia, als ook op de Gronden (opm: de 100-vadem lijn in de aanloop naar Het Kanaal) het schip WILLEM ERNST, kapt. P.J. Claassen, van Baltimore naar Amsterdam.
Het schip DOROTHEA, kapt. P.J. de Boer, van Bordeaux naar Rotterdam, was de 10e dezer op de hoogte van Salcombe.

Afbeelding
Datum 19 augustus 1836
Krant LC - Leeuwarder Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

’s Gravenhage, 14 augustus. Met het schip NEÊRLANDS KONING, is te Batavia aangebracht een voor gouvernementsrekening te Rotterdam gebouwde ijzeren stoomboot, welke binnenkort door een gelijksoortige zal gevolgd worden.
Deze vaartuigen zullen te Soerabaija worden in elkander gezet en, zeeklaar zijnde, in dienst gesteld worden onder het bevel respectievelijk van de luitenants der 1ste klasse bij de Nederlandse marine J.D. Velsberg en E.A. van Vloten, die de bouw der boten in de werkplaatsen der Nederlandsche Stoomboot Maatschappij hebben gadegeslagen en alzo in de gelegenheid zijn geweest zich met de samenstelling volledig bekend te maken.
Het gouvernements stoomschip WILLEM I is reeds in dienst gesteld.

Afbeelding
Datum 15 november 1836
Krant PGC - Provinciale Groninger Courant

Ter rede van Sourabaya lagen den 30 juli Zr.Ms. oorlogs-corvet ZWALUW, brik SIWA, schoeners CIRCE en VLIEGENDE VISCH, stoomschip WILLEM I.

Afbeelding
Datum 29 december 1836
Krant DC - Dordtsche Courant
Type bericht Verkoop schepen

Dordrecht, 28 december. Met de ORTELIUS, kapt. D.G. Niesen, van Batavia de 22 dezer te Hellevoetsluis binnen, is aangebracht de gezagvoerder en ontbonden equipage van het stoomschip WILLEM DE EERSTE, kapt. H. Blad. (opm: de WILLEM DE EERSTE was verkocht aan het Gouvernement van Nederlands-Indië met conditie oplevering te Batavia; kapt. Blad en zijn bemanning brachten het schip van Amsterdam naar Batavia).

Afbeelding
Datum 30 december 1836
Krant PGC - Provinciale Groninger Courant

Ter rede van Batavia lagen de 13e september Zr.Ms. oorlogs-brik ORESTES en civiele schoeners ANADYOMENE, ALCINOÈ, NIOBÈ en DORIS.
Ter rede van Sourabija lagen de 8e september Zr.Ms. oorlogs-korvetten AJAX en ZWALUW, stoomboot WILLEM I, brik SIWA en schoeners CASTOR, CIRCÉ en JANUS.

Afbeelding
Datum 07 januari 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 6 januari. Den 9 september 1836 lagen te Batavia ter rede:
Zr.Ms. brik ORESTES, civiele schoeners HAAI en ANADYOMENE, Nederlandse schepen RESOLUTIE, APOLLO, MARIA, JOEDEL BARIE, MEDORA, BOEROONG, WIJNHANDEL, SCHOON VERBOND, PEKALONGAN, GENERAAL CHASSẾ, HANDEL-MAATSCHAPPIJ, ZAANSTROOM, MERCURIUS, BATAVIA, ORTELIUS en JOHANNA CORNELIA;
brikken ANJER, TARTAR, CHARLOTTA, MACHLAAR, INDRAMAYOE, KIMWAN, WILLEM en CLEMENTINE; barken MERCURIUS, CATHARINA, JAVA, YOUSSERIN, TAN GOANSING, FATAL HAIR en JOHANNA WILHELMINA; schoeners ZOUTMAN, GOANSOEN, CALYPSO, HAPSOEN, ANTING, MARZOEK, OEJOUNG en PADAN (opm: vermoedelijk OEJOUNG PADAN); Engelse oorlogsbrik TIGRES, schepen ENTREPRICE en ELIZA, barken ADDINGHAM en THOMAS HARRISON; Amerikaanse schepen HELLESPONT, DOROTHEA, DUXBURY, LAGODA en CHANDLER PRICE; Zweedse brik SYSTRARNE en Franse brik LA MODESTE.
Den 9 september is van Batavia naar Soerabaya gezeild de Nederlandse bark POLLUX.
Den 31 augustus is te Samarang van Soerabaya gearriveerd het Nederlandse schip LOUISA PRINSES DER NEDERLANDEN.
Te Soerabaya lagen den 30 augustus ter rede Zr.Ms. corvetten AJAX en ZWALUW, stoomschip WILLEM DE EERSTE, brik SIWA, schoeners JANUS en CIRCE; Nederlandse schepen JOHANNA FREDERIKA, MERCURY, SINGAPOERA, JOHANNA, AURORA, MASTORA, EMANUEL en SCHELDE; brikken PATRIOT, TEKSING, ONDERNEMER en ALIE OESOOR; barken ANNA AUGUSTINA, the INGMAN, JOHANNA WILHELMINA en FATAL KARIM; schoeners SRIE BANDAN, IRIS en WINDHOND, pantjallang (opm: een grote soort prauw voor vrachtvervoer) BESI en Engelse schepen MARY ANNE en CANTON.
Den 29 augustus is van Soerabaya over Passarouang en Batavia naar Nederland gezeild het schip WALCHEREN.

Afbeelding
Datum 02 februari 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 1 februari. De Javasche Couranten tot den 24 september behelzen o.a: een bericht van Batavia van den 16 september.
De extra Bombaij Courier van den 28 juli jongstleden (opm: 1836) meldt het volgende: Het (opm: Engelse) compagnieschip CLIVE, kapt. Hawkins, is heden ochtend aangekomen, van Suez den 29 juni, en van Mocha (opm: Jemen) den 7 juli, met de pakket (opm: post) van juni van Engeland. Het schijnt dat het stoomschip, hetwelk de pakketten naar Malta heeft gebragt, uit Falmouth is gezeild den 3 juni. De gemeenschap tussen Engeland en Indië (opm: Brits Indië, thans India) is alzo bij deze gelegenheid bewerkstelligd in de voorbeeldeloze korte tijd van 44 dagen.
Te Batavia lagen ter rede Zr.Ms. brik ORESTES, de Nederlandse schepen ZAANSTROOM, de JOHANNA, NEÊRLANDS KONINGIN, JAVAAN, ATIJE TORACHMAN, FATAL HAIR, DE HOOP VAN ALBLASSERDAM, LOUISA PRINSES DER NEDERLANDEN, PEKALONGAN en FECHDER RACHMAN, brikken TWEE GEZUSTERS, JOEDEL KARIM, PEENGHOEY, de HOOP, PASSEKAN, INGSOEN en CHARLOTTA, barken ALBLAS, FATAL HAIR, POLLUX, FATHOOR RACHMAN en FESSIER, schoeners GRANIM, GOLLEK, GOANKIEN, en JONGE HEINE, Amerikaanse schepen EMILY TAYLOR, LAGODA, AZIA, CONSTITUTION, LEVANT, CEYLON, NEPONSET en CALEDONIA, brik HAMPTON en bark THOMAS HARRISON.
Van Batavia zijn gezeild de Nederlandse schepen WIJNHANDEL, BATAVIA, MERCURIUS, JOHANNA CORNELIA en OLIVIER VAN NOORD naar Soerabaya, SCHOON VERBOND en APOLLO naar Samarang, NEÊRLANDS KROONPRINSES naar Padang en MERCURIUS naar Amsterdam.
Te Samarang is gearriveerd de Nederlandse bark POLLUX van Batavia.
Den 15 september lagen ter rede ter rede van Soerabaya Zr.Ms. corvetten AJAX en ZWALUW, stoomschip WILLEM DE EERSTE, brik SIWA, schoeners CASTOR, CIRCE en JANUS, Nederlandse schepen JOHANNA FREDERIKA, SINGAPOERA, EMANUEL, CAROLINA JACOBA, GOUVERNEUR en HENRIETTE EN HENRI, brikken TEKSING, ONDERNEMER, ALIE OESOOR en ALYDA, barken ANNA AUGUSTINA, FATAL KARIM, HERMINA en MERCURY, schoeners DASSOON, CORINGA, IRIS EN WINDHOND, pantjallang BESIE, Engels schip CHARLES en brik ARGO.
Van Soerabaya zijn gezeild de Nederlandse schepen SCHELDE, AURORA en BELLONA naar Nederland.

Afbeelding
Datum 04 februari 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 3 februari. De Javasche Couranten tot den 8 oktober behelzen o.a het volgende:
Door Zijne Excellentie de Gouverneur-Generaal van Nederlandsch-Indië benoemd tot chirurgijn der derde klasse de scheepsheelmeester C. Bruninghausen, en tot apotheker der derde klasse de élève A. Koehler.
Te Batavia lagen ter rede Zr.Ms. brik ORESTES, civiele schoener ZWALUW, Nederlandse schepen ZAANSTROOM, NEÊRLANDS KONINGIN, RHOON EN PENDRECHT, MERCURY, GENERAAL CHASSẾ, NATALIE, FATAL RACHMAN, WALCHEREN, HOKTHAY, ANTHONIE en l’ESPẾRANCE, stoomboot VAN DER CAPELLEN,
brikken JOEDEL KARIM, PEENGHOEY, MACHLAAR, DOROTHEA, HARRIET, de HOOP, en CHARLOTTA, barken BLORA, SHEVA, FATAL DJAWAT, ZEPHYR, le CHARLES, FATAL HAIR, SUSANNA DOROTHEA, FATAIL GAIR en POLLUX, schoeners GOLLEK, JONGE HEINE, AUGUSTE, GOANSOEN, MARIA FREDERIKA, AMELIA, TEKSING, HAPSOEN en MABBROEK, Engelse bark AFRIKA en Zweeds schip FANCHON.
Van Batavia gezeild de Nederlandse schepen DE HOOP VAN ALBLASSERDAM, JAVAAN, de ONDERNEMING, de VROUW JOHANNA ELIZABETH, JEANNETTE PHILIPPINE, KORTENAER, MACASSER en ELIZABETH naar Soerabaya en de STAD ROTTERDAM naar Rotterdam.
Den 28 september 1836 lagen ter rede van Soerabaya Zr.Ms. corvetten AJAX en ZWALUW, stoomschip WILLEM DE EERSTE, brik SIWA, schoeners CASTOR, CIRCE en JANUS,
Nederlandse schepen SINGAPOERA, EMANUEL, CAROLINA JACOBA, MERCURIUS, NAWAN ELJOESOOR, POLLUX, JOHANNA CORNELIA, ATIAT RACHMAN en OLIVIER VAN NOORD, brikken ALYDA, TEKSING, ONDERNEMER en ALIE OESOOR, barken ANNA AUGUSTINA, FATAL KARIM, HERMINA en FATAL BARIE, schoeners IRIS, WINDHOND, CORINGA, CALYPSO en ZOUTMAN, en pantjallang (opm: een grote soort prauw voor goederenvervoer) BESIE.
Van Soerabaya zijn gezeild de Nederlandse schepen WIJNHANDEL en GOUVERNEUR naar Passaroeang.
Te Samarang is 23 september gearriveerd het Nederlandse schip APOLLO, van Batavia.

Afbeelding
Datum 14 februari 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten gearriveerde, vertrokken schepen

Den 14 oktober 1836 lagen ter rede van Batavia Zr.Ms. brik ORESTES,
civiele schoeners ZWALUW, DORIS en POSTILLON, Nederlandse schepen NATALIE en ATYE TORACHMAN, stoomboot VAN DER CAPELLEN, brik PEENGHOEY, barken JULIA en ZEPHYR, schoener JONGE HEINE, Amerikaans schip GEORGE CABOT, Zweeds schip FANCHON, en Franse schepen ALEXANDER en LE CYGNE.
Te Batavia zijn gearriveerd de Nederlandse schepen ONDERNEMING en de STAD AMSTERDAM, beide van Amsterdam, GOUVERNEUR van Soerabaya, en het Frans schip LE GRAND DUQUESNE van Bordeaux.
Van Batavia zijn gezeild de Nederlandse schepen ANTHONY en NEÊRLANDS VLAG naar Soerabaya.
Te Samarang is gearriveerd het Nederlands schip WIJNHANDEL van Soerabaya, en van daar naar China gezeild het Nederlands schip SCHOON VERBOND.
Den 6 oktober 1836 lagen te Soerabaya ter rede Zr.Ms. corvetten AJAX en ZWALUW, stoomschip WILLEM DE EERSTE, brik SIWA, schoeners CASTOR, CIRCE, SIREEN en JANUS, Nederlandse schepen SINGAPOERA, EMANUEL, CAROLINA JACOBA, NAWAN ELJOESOOR en OLIVIER VAN NOORD, brikken TEKSING, ONDERNEMER, ALIE OESOOR EN ALYDA, barken ANNA AUGUSTINA, FATAL KARIM, HERMINA, JOEDEL BARIE en SEGAF, schoeners IRIS, WINDHOND, CORINGA, CALYPSO, ZOUTMAN, JOHANNA CHARLOTTA, OEJOONG PANDAN en FATAL KAIR, pantjallang (opm: een grote soort prauw voor goederenvervoer) BESIE en Engels schip MID LOTHIAN.
Te Soerabaya zijn aangekomen de Nederlandse schepen JAVAAN, de HOOP VAN ALBLASSERDAM, de VROUW JOHANNA ELISABETH en ONDERNEMING van Batavia, en BATAVIA van Passaroeang.
Van Soerabaya zijn gezeild de Nederlandse schepen JOHANNA CORNELIA en MERCURIUS naar Passaroeang.
Den 19 oktober is Straat Sunda doorgezeild het Nederlandse schip PETRUS, van Amsterdam naar Batavia.

Afbeelding
Datum 14 maart 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 13 maart. In de Javasche Couranten tot den 16 november 1836 vindt men:
Bij een resolutie, van den 25 september laatstleden (opm: 1836), wordt bepaald, dat voortaan aan alle vaartuigen, zonder onderscheid, mits voorzien van Nederlands-Indische zeebrieven of jaarpassen, zal zijn toegestaan om in de onderscheiden havens van Timor handel te drijven.
Straat Sunda doorgezeild de Nederlandse schepen BELLONA naar Rotterdam, en ONDERNEMING naar Amsterdam, beide van Batavia, het laatste laatst van Anjer.
Te Batavia lagen ter rede Zr.Ms. brikken ORESTES en CIRCE, civiele schoeners NIOBẾ, ZWALUW, ALCINOE en ANADYOMENE, Nederlandse schepen FATAL HAIR, ADMIRAAL DE RUITER, MERCURY, SUMATRA, HELENA, DE HOOP VAN ALBLASSERDAM, JEANNETTE PHILIPPINE, ANTHONY, KORTENAER, L’ESPERANCE en MAKASSER,
brikken PEENGHOEY, de HOOP, TWEE GEZUSTERS, DE PRINS DER NEDERLANDEN, KIMWAN, ALYDA, INDRAMAYOE, FATAL HILWAHAP, SOPHIA en PASSEKAN, barken TALSUM, FATAL KARIM, BLORA, LOUISA, DOROTHEA HENRIETTE, JOHANNA WILHELMINA, FATAL GHAIR, TESSIER, FATAL HAIR en TAN GOANSING,
schoeners JOHANNA CHARLOTTA, MARZOEK, MARIA FREDERIKA, GOANKIEN, CORINGA en FATAL HAIR, Kniphauser brik DIANA, Amerikaanse schepen GEORGE CABOT, DUXBURY en BRUNETT, Engelse schip BENCOELEN en Frans schip LE GRAND DUQUESNE.
Van Batavia zijn gezeild de Nederlandse schepen DE VRIENDEN en JACOB CATS naar Soerabaya en ZEEMANSHOOP naar Samarang.
Te Samarang is gearriveerd van Batavia het Nederlandse schip de STAD AMSTERDAM, en van daar gezeild, over Batavia, het dito schip MERCURIUS naar Middelburg.
Ter rede van Soerabaya lagen den 9 november Zr.Ms. corvetten AJAX en ZWALUW, stoomschip WILLEM DE EERSTE, brik SIWA, schoeners JANUS en CASTOR,
Nederlandse schepen SINGAPOERA, PETRUS, NEÊRLANDS KONINGIN en GENERAAL CHASSẾ, brikken SUSANNA DOROTHEA, TEKSING, ONDERNEMER en ALIE OESOOR,
barken ONDERNEMING en POLLUX, schoeners IRIS, OEJOONG PANDAN, FATAL KAIR en CALYPSO, pantjallang (opm: een grote soort prauw voor goederenvervoer) BESIE en Engels schip CYNTHIA.
Van Soerabaya zijn gezeild de Nederlandse schepen JAVAAN en EMANUEL naar Samarang en Batavia, en ELIZABETH, over Tjilatjap (opm: Cilacap), naar Nederland.

Afbeelding
Datum 30 maart 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant

De Javasche Courant van de 23e november (1836) meldt:
Te Batavia lagen ter rede Zr.Ms. brikken ORESTES en CIRCE, civiele schoeners ZWALUW, ALCINOE, ANADYOMENE, en POSTILLON, Engelse oorlogsbrik ZEBRA, Nederlandse schepen ADMIRAAL DE RUITER, ANTHONY, KORTENAER, L’ESPERANCE, MAKASSER, OEY SINJO en stoomboot VAN DER CAPELLEN, brikken PEENGHOEY, de HOOP, INDRAMAYOE, SOPHIA, NORFOLK, TARTAR en CLARA HENRIETTE, barken SUSANNA DOROTHEA, SEGAF, RADJA WALIE, NEDERLANDER, REMBANG, ANNA EN LOUISA, GOUDA SUSANNA, TAN GOANSING, FATAL HAIR, TESSIER, JOHANNA WILHELMINA, DOROTHEA HENRIETTA, FATAL KARIM en TALSUM, schoeners AUGUSTE, JOHANNA CHARLOTTA, OMEGA, MARIA FREDERIKA, NIJVERHEID, CORINGA, NASRIE en FATAL HAIR, Kniphauser brik DIANA, Amerikaanse schepen DUXBURY en BRUNETT en Engelse schip BENCOELEN.
Van Batavia zijn gezeild het Amerikaans schip GEORGE CABOT naar Nederland, de Nederlandse schepen SUMATRA en HELENA naar Soerabaya.
Te Samarang is gearriveerd de Nederlandse bark ZEEMANS HOOP van Batavia, en van daar gezeild het Nederlandse schip LAGODA over Batavia naar Rotterdam.
Te Soerabaya is aangekomen het Nederlands schip JACOB CATS van Batavia.
Ter rede van Soerabaya lagen den 16 november Zr.Ms. corvetten AJAX en ZWALUW, stoomschip WILLEM DE EERSTE, brik SIWA, schoeners KROKODIL, JANUS en CASTOR, Nederlandse schepen SINGAPOERA, GENERAAL CHASSẾ, DE VRIENDEN, de STAD AMSTERDAM, en JULIA, brikken SUSANNA DOROTHEA, TEKSING, ONDERNEMER en ALIE OESOOR, barken ONDERNEMING, POLLUX, BERKAT, ZOUTMAN en le CHARLES,
schoeners IRIS, CALYPSO, OEJOONG PANDAN, FATAL en DOLPHYN, boot SERSIA, pantjallang (opm: een grote soort prauw voor goederenvervoer) BESIE en Engels schip CYNTHIA.

Afbeelding
Datum 25 april 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 24 april. In de Javasche Couranten tot den 7 december 1836 vindt men het volgende:
Te Batavia lagen ter rede Zr.Ms. fregat DIANA en brik ORESTES, civiele schoeners ZWALUW, CALYPSO en POSTILLON, Nederlandse schepen ADMIRAAL DE RUITER, L’ESPERANCE, BATAVIA, KOOPHANDEL, PLEIADES, EMANUEL, NEPTUNUS, MARY EN HILLEGONDA, ERICH, en VASCO DA GAMA, stoomboot VAN DER CAPELLEN, brikken de VROUW HENDRIKA, PEENGHOEY, de HOOP, INDRAMAYOE, NORFOLK, TARTAR, INGSOEN en PASSEKAN, barken FATAL DJAWAT, CASTOR, ELEONORA, VILLA, PERLE en SUMATRA, schoeners OEDJOENG PANDAN, AUGUSTE, PAUL, NASRIE en DIANA,
Amerikaanse schepen DUXBURY en LONDON.
Van Batavia zijn gezeild de Nederlandse schepen ANNA EN LOUISA naar Pekalongan, KORTENAER EN NEÊRLANDS KONINGIN naar Rotterdam, ABEL TASMAN, SUSANNA en de STAD SCHIEDAM naar Soerabaya, ROTTESTROOM en HENDRIKA naar Samarang en KONINGIN DER NEDERLANDEN naar het eiland Onrust.
Te Samarang is aangekomen van Batavia het Nederlandse schip GOUDA SUSANNA.
Te Soerabaya lagen ter rede Zr.Ms. corvetten AJAX en ZWALUW, stoomschip WILLEM DE EERSTE en brik SIWA, schoeners KROKODIL, JANUS en CASTOR, en civiele schoener VLIEGENDE VISCH, Nederlandse schepen SINGAPOERA, GENERAAL CHASSẾ, DE VRIENDEN, de STAD AMSTERDAM, SUMATRA, MASTORA, LOUISA en CLARA HENRIETTE, brikken SUSANNA DOROTHEA, INGSOEN, TEKSING, ONDERNEMER en ALIE OESOOR, barken le CHARLES, KALIMAAS en SHEYA, schoeners IRIS, FATAL KAIR, SRIE BANDAN en DRACKE, pantjallang (opm: een grote soort prauw voor goederenvervoer) BESIE en Amerikaanse schip ROME.
Te Soerabaya is gearriveerd het Nederlandse schip HELENA, van Batavia, en van daar gezeild het dito schip ONDERNEMING naar Middelburg.

Afbeelding
Datum 25 april 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant

De Javasche Courant van den 21 december 1836 bevat geen bijzonder nieuws.
Te Batavia lagen ter rede Zr.Ms. kotter TOLERANTIE, fregat DIANA en brik ORESTES, civiele schoener DORIS, Nederlandse schepen ADMIRAAL DE RUITER, L’ESPERANCE, MARY EN HILLEGONDA, ZEEMANSHOOP, PEKALONGAN, BATAVIA en FAIDOOL RACHMAN, stoomboot VAN DER CAPELLEN, brikken PEENGHOEY, de VROUW HENDRIKA, MACHLAAR, NORFOLK, OEY INGTJOAN, GOANLIE, ONDERNEMING, BETZY en la LUEILE, barken FATAL BARI, SUMATRA, BANKA, JADUL KARIM, GOUDA SUSANNA, NEDERLANDER, FATAL HAIR, POLLUX en FATAL GHAIR,
schoeners AUGUSTE, the INGMAN, CALYPSO, de HOOP OP WELVAART, NASRIE, GOANKIEN, HAPSOEN, GOANSOEN, AMELIA en CAROLINA, Amerikaanse schepen MARY en BALLARD, en brik DELIGHT, Engels schip LORD LYNDOCH, Franse brik SOLIDE en bark EMILE.
Van Batavia zijn gezeild de Nederlandse schepen ZUID-HOLLAND en MARY EN HILLEGONDA naar Soerabaya.
Te Samarang zijn gearriveerd de Nederlandse schepen JACOB CATS van Passaroeang en SUMATRA van Soerabaya.
Te Soerabaya lagen den 13 december 1836 ter rede Zr.Ms. corvetten AJAX en ZWALUW, stoomschip WILLEM DE EERSTE en brik SIWA, schoeners KROKODIL, JANUS en CASTOR, Nederlandse schepen SINGAPOERA, DE VRIENDEN, MASTORA, LOUISA, SUSANNA, ABEL TASMAN en JOHANNA FREDERIKA, brikken TEKSING, ONDERNEMER en ALIE OESOOR, barken le CHARLES, KALIMAAS, JANE, JOHANNA WILHELMINA en FATAL KARIEM, schoeners IRIS, SRIE BANDAN, DRACKE, DOLPHYN, SINGBRE, MARIA FREDERIKA, CORINGA, BABERASA en JOHANNA CHARLOTTA, pantjallang (opm: een grote soort prauw voor goederenvervoer) BESIE en Amerikaanse schip HANOVER.
Van Soerabaya is gezeild het Nederlandse schip KOOPHANDEL naar Passaroeang.

Afbeelding
Datum 11 mei 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant

Volgens de Javasche Courant van de 4de tot de 7e januari lagen te Batavia ter rede Zr.Ms. fregat DIANA en brik ORESTES, civiele schoeners POSTILLON, VLIEGENDE VISCH en CALYPSO, Nederlandse schepen DE STAD AMSTERDAM, de IJSTROOM, JAVA’S WELVAREN, de DRIE MARIA’S, HELENA, BARON VAN DER CAPELLEN, GRACE, JACOB CATS en ATYE TORACHMAN, brikken la LUCILLE, HARRIET, PATRIOT, CLEMENTINE, TWEE GEBROEDERS, TWEE GEZUSTERS, NIJVERHEID en ROTTESTROOM, barken JADUL KARIM, SUMANAP, POLLUX, NEDERLANDER, ANTOINETTA MARIA, ANNA AUGUSTINA en ZEELUST,
schoeners AUGUSTE, NASRIE, HAPSOEN, GOANSOEN, CAROLINA en PAUL, kotter TOLERANTIE, Engelse schepen LORD LYNDOCH en PATRIOT KING, brik ISABELLA en Hamburgs schip SOPHIE.
Van Batavia zijn gezeild de Nederlandse schepen de ‘s GRAVENHAGE en PAULINE naar Soerabaya.
Van Samarang is naar Batavia gezeild het Nederlandse schip SUMATRA.
Den 29 december 1836 lagen ter rede van Soerabaya lagen ter rede Zr.Ms. corvetten AJAX en ZWALUW, stoomschip WILLEM DE EERSTE en HEKLA en brik SIWA, schoeners SIREEN, JANUS, CASTOR en ANEDYOMENE, Nederlandse schepen SINGAPOERA, DE VRIENDEN, MASTORA, JOHANNA FREDERIKA, LOUISA, VASCO DA GAMA, NEPTUNUS, WILLEM ERNST, MARY EN HILLEGONDA en PLEIADES, brikken MINERVA, TEKSING, ONDERNEMER en ALIE OESOOR, barken le CHARLES, JANE, KALIMAAS, JOHANNA WILHELMINA, FATAL KARIEM en VILLA, schoeners SRIE BANDAN, DRACKE, SINGBRE, CORINGA, BABERASA en JOHANNA CHARLOTTA, pantjallang BESIE en Engels schip EGYPTIAN.
Van Soerabaya is gezeild het Nederlandse schip ZUID-HOLLAND over Passaroeang naar Nederland.

Afbeelding
Datum 13 juni 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 12 juni. Den 10 februari lagen ter rede van Batavia Zr.Ms. fregatten DIANA en BELLONA, brik ORESTES en corvet CASTOR; civiele schoeners POSTILLON, NIOBẾ en HAGEDIS; Nederlandse schepen de IJSTROOM, JAVA’S WELVAREN, de DRIE MARIA’S, BARON VAN DER CAPELLEN, GRACE, ATYE TORACHMAN, DANKBAARHEID AAN DE NEDERLANDSCHE HANDEL-MAATSCHAPPIJ, HENDRIKA, JOHANNA SUSANNA, MEDORA, TALSUM, BOEROENG, PALEMBANG, HELENA CHRISTINA, KOLONEL KOOPMAN, PRINSES MARIANNE, MIDDELBURG en ATIAT; brikken CLEMENTINE, NIJVERHEID, DOROTHEA, DE NOORD, DE COCK en VAN SPYK; barken JADUL KARIM, ANNA AUGUSTUNA, REMBANG en BANTAM; schoeners HAPSOEN, GOANSOEN, DIANA, CALYPSO en MARY; kotter TOLERANTIE; Engelse schepen PATRIOT KING en LONDON; brik ISABELLA, bark ORWELL; Amerikaanse schepen ST. LAWRENCE, ARNO, MERCHANT, TALMAN en TRESCOTT; Hamburgs schip SOPHIE.
Van Batavia zijn gezeild de Nederlandse schepen KONING DER NEDERLANDEN en ’S GRAVENHAGE naar Nederland en de NEDERWAARD naar Soerabaya.
Te Soerabaya zijn gearriveerd de Nederlands schepen ANTOINETTA MARIA en HET SCHOON VERBOND van Batavia.
Van Banjoewangi zijn gezeild de Nederlandse schepen de STAD SCHIEDAM en CASTOR naar Nederland.
Straat Balie doorgezeild het Nederlandse schip PAULINA naar Middelburg.
Den 31 januari lagen ter rede van Soerabaya Zr.Ms. corvetten AJAX en ZWALUW; stoomschepen WILLEM DE EERSTE en HEKLA; brik SIWA; schoeners SIREEN, KROKODIL, JANUS, CASTOR en ANADYOMENE; Nederlandse schepen SINGAPOERA, JOHANNA FREDERIKA, MARY EN HILLEGONDA, L’ESPERANCE, ERICH, SUMATRA, NAWAN ELJOESOOR, ATHAIET, ULMAULAH, ANTOINETTE MARIA en HET SCHOON VERBOND; Stoomboot VAN DER CAPELLEN; Brikken DE HOOP, RIO DE JANEIRO PACKET, TEKSING, ONDERNEMER en ALIE OESOOR; barken JANE, FATAL KARIEM, VILLA, FATAL BARIE, SHEVA, RADJA WALLE, CAROLINA EN JACOBA en NEDERLANDER; schoeners SINGBRE, CORINGA, IRIS en CAROLINA; Amerikaanse schepen AZIA, HENRY TAKE en TARTAR.

Afbeelding
Datum 01 juli 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 30 juni. Alhier zijn aangebragt de Javasche Couranten tot den 4 maart.
Den 23 februari heeft Z.K.H. Prins Willem Frederik Hendrik zich weder, onder de bepaalde eerbewijzingen, aan boord van Zr.Ms. fregat BELLONA begeven, en den 25, vergezeld van Zr.Ms. brik DE SNELHEID, de reis naar de Molukko’s voortgezet. (opm: bekort)
Uit de laatstelijk ontvangen bijzondere berichten van Batavia verneemt men, dat Z.K.H. Prins Willem Frederik Hendrik, waarschijnlijk, niet voor in de maand mei van het volgende jaar in het vaderland zal terugkeren.
Men verneemt met genoegen, als een bewijs van de toenemende productie van het vruchtbaar eiland Java, dat de uitvoer van rijst in het verleden jaar veel groter is geweest dan vroeger. Het blijkt uit officiële opgaven bij het departement van de inkomende en uitgaande regten, dat in 1836 van Java is uitgevoerd 36.420 koyangs (opm: à 1 last = 1976 kg), zijnde de grootste hoeveelheid tot dusver bekend, en bijna 11.000 koyangs meer dan in 1835.
Straat Sunda zijn doorgezeild de Nederlandse schepen NIJVERHEID en DE NOORD naar Rotterdam.
Te Batavia lagen ter rede Zr.Ms. fregat DIANA, stoomschip WILLEM DE EERSTE, brik ORESTES, en roeikanonneerboot No. 15; civiele schoener POSTILLON; Nederlandse schepen MEDORA, PALEMBANG en HERMINA;
brik CLEMENTINE; barken DE JAVAAN, INDIAAN en DE ONDERNEMING; schoeners HAPSOEN, GOANSOEN, CALYPSO en OMEGA; kotter TOLERANTIE;
Amerikaanse schepen MERCHANT, ALASCO en PROPONTIS, schoener THEODORA.
Van Batavia zijn gezeild de Nederlandse schepen DANKBAARHEID AAN DE NEDERLANDSCHE HANDEL-MAATSCHAPPIJ, naar Rotterdam, en OCEAAN naar Soerabaya.
Van Samarang is gezeild de Nederlandse bark KOLONEL KOOPMAN naar Soerabaya.
Te Soerabaya lagen den 22 februari ter rede Zr.Ms. corvetten AJAX en ZWALUW, stoomschip HEKLA en brik SIWA, schoeners SIREEN, KROKODIL, JANUS, CASTOR en ANADYOMENE; Nederlandse schepen SINGAPOERA, JOHANNA FREDERIKA, L’ESPERANCE, SUMATRA, ERICH, ELEONORA, MIDDELBURG, HELENA CHRISTINA en PRINSES MARIANNE; stoomboot VAN DER CAPELLEN; brikken TEKSING, ONDERNEMER, ALIE OESOOR, DE HOOP, TWEE GEBROEDERS en TWEE GEZUSTERS; barken JANE, FATAL KARIEM, VILLA, CAROLINA EN JACOBA, en TALSUM; schoeners SINGBRE, CORINGA, IRIS, CAROLINA en MARY;
Engels schip LADY NUGENT en Amerikaans schip HENRY TAKE.
Van Soerabaya zijn vertrokken de Nederlandse schepen NEDERWAARD en MARY EN HILLEGONDA naar Nederland.
Te Banjoewangie zijn gearriveerd de Nederlandse schepen RIO-DE-JANEIRO-PAKET en HET SCHOON VERBOND van Soerabaya.

Afbeelding
Datum 20 juli 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 19 juli. De Javasche Couranten tot den 25 maart behelzen het volgende:
Door de Gouverneur-Generaal van Nederlands-Indië is benoemd tot divisie-commandant, haven- en equipagemeester te Batavia, en super-intendent van het maritiem etablissement op het eiland Onrust, de kapitein-luitenant bij de coloniale marine J.N. Olyve, thans gevoerd wordende als luitenant-kolonel bij het op te rigten corps mariniers.
Te Batavia lagen ter rede Zr.Ms. fregat DIANA, stoomschip WILLEM DE EERSTE;
brik ORESTES en corvet CASTOR; civiele schoener DORIS; Nederlandse schepen JULIA, MARY EN HILLEGONDA, HELENA CHRISTINA, VROUW JEANNETTE en OEY SINJO;
brikken TARTAR en CHARLOTTA; barken SEGAF en JANE;
schoeners CATHARINA CORNELIA, NIJVERHEID, OEY TEKSING, the INGMAN en GOANKIEN; kotter TOLERANTIE; Amerikaanse schepen MANDARIN, STAG en PARIS;
Chinese jonk JIETHIENG.
Te Batavia zijn gearriveerd de Nederlandse schepen INDIA van Rotterdam, en OUD-ALBLAS van Dordrecht, beide naar Soerabaya gezeild.
Den 9 maart lagen ter rede van Soerabaya Zr.Ms. corvetten AJAX en ZWALUW,
stoomschip HEKLA, brik SIWA, schoeners SIREEN, KROKODIL, CASTOR en JANUS;
Nederlands schepen SINGAPOERA, JOHANNA FREDERIKA, L’ESPERANCE, ERICH, SUMATRA, MIDDELBURG, KOLONEL KOOPMAN en OCEAAN; Stoomboot VAN DER CAPELLEN; brikken FATAL BARAKAT, DE HOOP, TWEE GEBROEDERS, TWEE GEZUSTERS, HARRIET, COURIER, DOROTHEA, ONDERNEMEN en ALIE OESOOR;
barken FATAL KARIEM, CAROLINA EN JACOBA, JADUL KARIM ALA MOLA en VILLA; schoeners CORINGA, IRIS, CAROLINA, MARY, DIANE en NONNA; Amerikaans schip HENRY TAKE en Franse bark FRANÇOIS L’HONORÉ.

Afbeelding
Datum 02 augustus 1837
Krant JC - Javasche Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

De angstvallige bezorgdheid, welke gedurende een geruime tijd bestond omtrent het lot der equipage en passagiers van Zr.Ms. stoomschip WILLEM DE EERSTE, hetwelk op een rif der Lucipara’s, bezuiden Amboina, vergaan is, heeft opgehouden door de zeer verbijdende tijding, dat al de schipbreukelingen gered zijn geworden. Het genoemd stoomschip vertrok de 26e april jl. naar Amboina. De 24e juni ontving het Gouvernement de tijding van Amboina, dat aldaar was aangekomen een sloep van de WILLEM DE EERSTE, bemand met twee Europeanen en vier Javanen, medebrengende het droevig berichtg, dat het schip in de nacht van 5e op de 6e mei jl. op de Lucipara gestoten had, en door deszelfs opvarenden, 140 zielen uitmakende, verlaten was geworden.
(opm: dit is een citaat uit een veel langer bericht; wij verwijzen verder graag naar JC 300837 en volgende berichten, ook uit andere kranten, in deze kroniek)

Afbeelding
Datum 30 augustus 1837
Krant JC - Javasche Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Verslag van de geledene schipbreuk op de Lucipara’s met het stoomschip WILLEM DE EERSTE, commandant luitenant honorair J.K.D. Lammleth.
Van Soerabaija had ik de eer uwer excellentie kennis te geven, dat na mij aldaar nagenoeg een maand te hebben opgehouden, uithoofde het stoomschip enige herstellingen moest ondergaan, ik met mijn gezin, enige andere passagiers en een detachement troepen, de 26e april die plaats verlaten en naar mijne bestemming op reis begeven had.
Hoewel gedurig de wind, en somwijlen de stroom, tegen hebbende, ondanks menig oponthoud waartoe de machinisten verplicht waren, om kleine herstellingen aan het stoomwerktuig te bewerkstelligen, was onze reis gunstig, want in de morgen van de 5e mei, hadden wij het Burn- of Brandend-Eiland reeds in het zicht; dit was vrijdag, zo dat het niet onmogelijk was, wij de volgende dag ’s avonds te Amboina (opm: Ambon) hadden kunnen zijn.
De voorzienigheid beschikte hieromtrent anders, en wij moesten instede van dien, het ongeluk ondervinden, om in die nacht, nagenoeg te half twee ure, op gemelde koraalbank schipbreuk te lijden.
Door drie achtereenvolgende schokken, waardoor wij allen ontwaakten, werd ons die vreselijke ramp aangekondigd! Wij liepen een vaart van 5 à 6 mijlen. ’s Nachts om 12 uren had de commandant zijn bestek nog gemaakt en stuurde meer oostelijk dan hij de vorige dag gedaan had, menende dat hem de stromen veel westelijk hadden afgezet.
Het stoomschip zat vast. Een doodstilte heerste overal, doch alle hoop was niet verdwenen. Het gedruis der schepraderen, welke achteruit werkten, mengde zich met het verdovend gedruis der branding, welke wij van alle kanten rondom ons hoorden en flauwelijk zien konden.
Het achteruit werken der stoomboot en enige andere middelen, om weder vlot te geraken, werden te vergeefs aangewend; het stoomschip zat onbeweeglijk vast!
Met ongeduld verbeidden wij in deze kommervolle toestand de eerste lichtstralen van de volgende ochtend: de dag brak eindelijk aan en deed ons die toestand in alle deszelfs ijselijkheden kennen.
Wij zagen voor ons een uitgestrekte dorre koraalplaat, aan alle kanten door rotsen omgeven, waartegen de zee met geweld hare schuimende golven kwam breken.
Een zeer klein plekje verhief zich op die rots op ongeveer een kwartier uur afstands van ons, en scheen bij hoogwater droog te blijven. Ver in het verschiet tekende zich onduidelijk het geboomte van enige eilandjes.
De commandant van het stoomschip, gebukt onder de ramp, die hem zelf en ons allen trof, en diep geroerd van zulk een kostbaar vaartuig verloren te zien, scheen voor het beramen en uitvoeren van krachtdadige beschikkingen, zo als onze toestand dezelve vorderde, niet bekwaam; niet dat ik geloof, dat het elk ander zou hebben kunnen gelukken het stoomschip weder vlot te krijgen of te redden, maar de meesten der opvarenden uit militairen bestaande, die het op reis niet te best gehad hadden, kon onze positie elk ogenblik hachelijker worden en alle hoop op behoud en redding, hoe flauw die ook scheen, verloren gaan, zo niet onder de troepen en zeelieden, de strengste order gehandhaafd werd.
Ik verzekerde mij dat al mijn dranken en die van de kapitein behoorlijk onder slot waren. Elk ogenblik kon het stoomschip verbrijzeld worden. Het was nieuwe maan, en dus spring-tij: de branding werd hevig. Tegen zes uren kwam mijn vrouw en al de kinderen met de bonne (opm: kinderjuffrouw) op het dek; eerst met het aanbreken van de dag had ik haar met onze noodlottige toestand op de hoogte gebracht; zij was bedaard en gelaten. Om half zeven ging zij aan wal (indien een dor plekje op een grote koraalplaat aldus genoemd kan worden) met de bonne en de kinderen, benevens mevrouw Veekmans, haar twee kinderen en mevrouw Van Spreeuwenburg.
Met een gevoel dat niet te beschrijven is, volgde ik met mijne ogen de beweging dezer sloep; dezelve was weldra door het hevigste branding heen, maar bleef nu ook op het rif vastzitten en werd vreselijk heen en weder gestoten.
Onze vier kinderen werden gedragen, mijn vijf maanden zwangere echtgenote, door een matroos geleid en haar ogen op haar kinderen gevestigd, moest nagenoeg een half uur tot onder de armen in het water en over een scherpe koraalgrond gaan, alvorens een droog plekje te kunnen bereiken.
Het verlaten wrak van een inlands vaartuig was het enigst en bedroevend gezicht, dat haar geest trof; waren de ongelukkigen van dat vaartuig gered geworden, of hadden zij hier hun graf gevonden……..?
Met behulp van dat wrak en enig zeildoek werd een kleine tent of hut opgeslagen, om deze schipbreukelingen voor de warmte van de dag en de koelte van de nacht zo mogelijk te behoeden.
Na dat deze schipbreukelingen geland waren, gingen de predikant Veekmans, de heer Van Spreeuwenburg, met de officier van gezondheid Hollander en enige soldaten, met wat zeildoek, benevens een nog zeer jonge onder-officiers vrouw mede van boord.
Ik was aanvankelijk aan boord gebleven. Ik werd onderricht dat enige militairen en zeelieden tot muiterij wilden overgaan, omdat zij geen redding mogelijk achtten, en zich niet onderwerpen wilden aan de sobere uitdeling van water, rijst en spek, die ik onmiddellijk bevolen had.
Tot vreselijke middelen van geweld, waartoe ik vast besloten was, behoefde ik gelukkig niet over te gaan. Militairen en zeelieden verenigde ik rondom mij op het dek. Ik sprak hen enige woorden toe, vermaande hen ten ernstigste tot orde en gelatenheid, als wanneer redding mogelijk was, doch dat wij anders allen verloren waren. De kwalijk gezinden verwees ik tot de vrouwen en kinderen, die zonder water, zonder voedsel, zonder bescherming, op de koraalbank waren, en evenwel gelaten en vol hoop en vertrouwen bleven. Ik beloofde hen allen bekend te maken met de beschikkingen, die ik, ter onzer redding, zoude aanwenden en verzocht hen vertrouwen in mij te stellen. Een algemene kreet van goedkeuring was het antwoord hetwelk daarop volgde.
Ik spoedde mij van die goede stemming gebruik te maken, om mij met de teruggekeerde sloep naar de koraalplaat te begeven, en nam wat hard brood, gekookte rijst en drinkwater mede. De vloed, die intussen meer was doorgekomen, maakte mijn tocht derwaarts gevaarlijk, en zonder de arm van een sterk gespierde matroos, zou ik het droog puntje bezwaarlijk bereikt hebben. Ik bracht van mijn levensmiddelen weinig over.
Ik ontwaarde dat er twee plekjes droog bleven, en het mogelijk zijn konde, om daarop allen verenigd, en tegen de vloed veilig te zijn.
’s Namiddags keerde ik naar boord terug. Ter zelfder tijd kwam de tweede stuurman van een tocht terug, die hij naar de hiervoren bedoelde eilanden had trachten te doen, doch daar in niet had kunnen slagen, uithoofde van de zware branding, dewelke hij van ver tegen die eilanden had gezien.
Een moedig en ijverig officier, de 2e luitenant Rauws, met nog enige onderofficieren en soldaten, beproefde ’s nachts en de volgende morgen nog enige levensmiddelen aan de op het strand of op de koraalplaat zijnde schipbreukelingen aan te voeren. Een onderofficier, (de sergeant Vuurberg), zou daarbij het leven verloren hebben, zo de korporaal Vlieger hem niet gered hadde. Weinig of niets kon aangebracht worden; de flessen werden door de branding van de schouders der militairen weggeslagen.
Tweemaal vier-en-twintig uren moesten mijne vrouw en kinderen zich dus zeer behelpen; scherpe koraalstenen waren hunne legersteden, en enige krabben en zeeoesters bij het vuur geschroeid hun voedsel; overdag aan een brandende hitte, en somwijlen ’s nachts aan regen en wind blootgesteld. Later verkeerden wij allen nagenoeg in die toestand zeven-en-dertig dagen.
Zelden misschien waren schipbreukelingen in de toestand, waarin wij ons bevonden, en zelden misschien bleef hen zo weinig hoop, zo weinig mogelijkheid op redding over.
Elk ogenblik kon het stoomschip verbrijzeld worden, en derhalve de hoop op het aanvoeren van enige levensmiddelen verdwijnen; het kleine droge punt op die koraal bank was dor, en als met scherpe koraalstenen bevloerd; het bood geen de minste hulpmiddelen aan; enige schildpadden die men een paar dagen vond, verdwenen weldra; slechts een onzer twee sloepen was bruikbaar, maar kon weinig volk bevatten. De koraalplaat was allerwege door een vreselijke branding omgeven, en werd zeker door alle schepen met zorg vermeden.
Amboina kon met de variabele winden van de maand mei, volgens het gevoelen van de commandant, niet worden bereikt, en was 50 zeemijlen van ons verwijderd. Een Portugees etablissement was daarna het meest in onze nabijheid, en scheen door wind en stroom het meest genaakbaar te zijn.
Geen rampspoed kan evenwel het vertrouwen en de hoop op redding van de sterveling benemen, die met kinderlijke ootmoed, op de Almachtige blijft hopen. Een strenge handhaving der goede orde, daarbij een blindelings vertrouwen in een der deelgenoten van het ongeluk, en een bedaarde gelatenheid in alles, wat zijne beradenheid hem ter redding van allen doet in het werk stellen, maken een goede uitkomst mogelijk. Terwijl ik op middelen van redding bedacht was, werden intussen alle provisiën van onder uit het ruim naar boven, en vervolgens zoveel mogelijk in de kajuit der campagne bijeengebracht.
Zondag morgen waren wij overeengekomen om met de eerste stuurman, een sloep naar Amboina te zenden, ten einde aldaar onze toestand te doen kennen, en hulp en redding te verzoeken; dezelve vertrok. Nagenoeg de ganse dag zagen wij dezelve, onder sterke regen en windvlagen tegen hoge zeeën worstelen, zonder veel oostelijk te kunnen komen, hetgeen de commandant evenwel als een volstrekt vereiste beschouwde, om het oogmerk te bereiken; – laat in de middag moest dezelve aan boord terug keren.
’s Maandags werd voor het laatst nog een proeve met het stoomvaartuig gedaan, men meende dat hetzelve reeds onbruikbaar was; dit bleek echter niet zo te zijn; maar deze laatste poging om vlot te komen, was zonder enig goed gevolg. De zee was hoog en onstuimig, de branding sterk, de golven, die vreselijk hoog tegen het schip sloegen, drongen hetzelve zo mogelijk meer op de rotsen, terwijl de stoom in een tegenovergestelde zin werkte; men was verplicht te stoppen, om het vaartuig, dat reeds veel geleden had, niet geheel uit deszelfs verband gerukt te zien.
Ik liet onmiddellijk en met alle kracht de provisiën van achteren naar voren brengen, om dat wij vreesden dat het schip door midden breken zou; dit was tegen de avond.
Van nu af liet ik ook aanvang maken met het allengskens ontschepen der troepen en provisiën. Ik had stellig verboden, dat van mijne goederen, noch van wie het zij, iets van boord mocht gaan, daar hierdoor niet dan wanorde te voorzien was en geen provisiën op de rots zouden komen; deze operatie ging met onbeschrijfelijke moeite en met gevaren gepaard; ’s avonds laat of ’s nachts, nimmer overdag, was het water laag of althans laag genoeg om er zonder levensgevaar door te kunnen komen. Ik plaatste de militairen op 30 passen afstands van elkander, van het schip af tot nabij ons magazijntje, en liet op die wijze van de ene op de andere enig goed overdragen; al wat te zwaar was, ging verloren, doordien de meeste mensen tussen de rotsen struikelden, omsloegen en hun benen kwetsten.
Ik zelf ging gestadig door een man geleid, de rij op en af, om het volk moed in te spreken; meer dan een goed uur kon echter niet gewerkt worden, dan waren zij doodaf; – op die wijze hebben wij gedurende verscheidene nachten enige levensmiddelen aangevoerd, maar allengskens werd het moeilijker, omdat de mensen moedeloos werden, hunne schoenen meest al hadden verloren, en hunne benen erg gekwetst hadden. Zonder de moedige inspanning van de heer Van Spreeuwenburg, van de conducteur Derks, van de sergeant Visaan, van de fuselier Demarer en enige anderen, zouden wij aanvankelijk weinig levensmiddelen en water gekregen hebben; later waren ons de inlandse matrozen veel van dienst, deze waagden het soms, om nog bij dag, bij vallend water, al zwemmende een en ander aan te voeren, de militairen zond ik alsdan zo nabij de branding om het aangebrachte aan te nemen en verder te vervoeren.
Wij hebben opgemerkt dat het laag water overdag altoos 5 of 6 voeten ongeveer met het laag tij van de nacht verschilde; want wat zou het anders niet een geluk geweest zijn, indien wij bij dag enig goed van boord hadden kunnen halen, dit mocht ons nooit gelukken, dit moest altoos ’s avonds laat of bij nacht plaats hebben.
Op die wijze gelukte het mij een klein magazijntje te vormen; evenwel kwam er veel goed onbruikbaar aan, omdat het door zeewater gesleept had moeten worden; de voornaamste behoeften als: rijst, brood aardappelen, arak (opm: rijstbrandewijn) en genever, ontbraken ons, maar daarentegen hadden wij voornamelijk van mijn provisiën en van de particuliere provisiën van de kapitein, veel wijn, hammen, worst, bier, twee vaten meel, likeuren, boter, suiker, thee en diergelijken kunnen bijeenbrengen.
Het kostte mij veel moeite, om aan elk een te doen begrijpen, dat wij alles bij een, en tot gezamenlijk uitdeling houden moesten; liever zou elkeen zonder doorzicht voor zichzelf wat mede genomen hebben; de gevolgen daarvan zouden vreselijk geweest zijn.
Ik beproefde vertrouwen in de soldaat te stellen en een wacht van hen bij het magazijntje te laten; doch gebrek lijdende, resisteerden zij niet (opm: boden zij geen weerstand), en gingen zich in de drank te buiten; van dit ogenblik af hielden de passagiers ’s nachts wacht, om de twee uren losten zij elkander af; de predikant Veekmans geliefde wel de eerste wacht te betrekken; hij, aan wie natuurlijk alle militaire gestrengheid zeer vreemd moest wezen, onderwierp zich aan alles met gelatenheid en hij was mij steeds zo behulpzaam als zijn sukkelende gezondheid dit slechts toeliet; en van nu af werd ook een menagemeester aangesteld; deze was de conducteur Torreman, aan hem werd gegeven wat wij dagelijks uitdelen konden.
Zo lang wij het geluk hadden schildpadden te vinden, hetgeen slechts korte dagen duurde, hadden wij een tamelijk goede soep van half zoet en half zout water, later werd het eten ellendig; slechts ruim 10 à 12 pond rijst, mocht ik voor 140 monden uitdelen, met een ham of wat zout vlees, ongeveer 10 pond; jenever en arak was er nagenoeg niet, zo dat ik in den beginne weinig water hebbende, 2 à 3 maal daags, een teugje wijn als oorlam gaf, met een teugje water.
Het was zeer warm en ik had van de vroeger gevallen regen, water kunnen verzamelen, zo deelde ik water met wijn gemengd, of naar verkiezing der schipbreukelingen, drie maal daags water alleen, uit; elk een kwam volgens een naamlijst zijn oorlam drinken, vrouwen en kinderen daarvan niet uitgesloten. In den beginnen verzocht ik zelf mevrouw De Stuers mede present te zijn; zij kwam met de kinderen, die zich vrijmoedig tussen de militairen en zeelieden drongen – ons tweejarig dochtertje, gedragen op de arm van een soldaat, ontving, evenals alle anderen, wat drinkwater.
Dit een en ander was mogelijk de grond tot eerbied en ontzag voor de vrouwen, alsmede van regel en orde, waaraan ik het geluk had, alle schipbreukelingen te onderwerpen, daar bij gebreke van dien, het leven van niemand meer zeker was, en ofschoon het plekje koraalgrond der passagiers slechts 8 à 10 passen van dat der troepen verwijderd was, nimmer veroorloofde zich enige militair of matroos op ons plekje te komen, of hij meldde zich beleefd aan, als het was om het een of ander te verzoeken of om stukjes van afgerookte sigaret op te zoeken.
Na vruchteloos op de 7e mei te hebben beproefd een sloep naar Amboina te zenden, had ik sedert onophoudelijk met de commandant Lammleth overwogen, wat al het beste zoude kunnen aangewend, om onze toestand althans ergens te doen kennen, want gelukte ons zulks niet, konden wij ons voor verloren houden; immers, waar of wanneer zoude men op het denkbeeld hebben kunnen komen, dat wij schipbreuk geleden hadden, waar zou men ons gaan opzoeken! Wanneer zou men ons op dit ellendig, laag, nagenoeg ongenaakbaar punt ontdekken?
Horsburgh directorij (opm: Captain James Horsburgh, Brits hydrograaf bij de East India Company, auteur van een zeemansgids voor [thans] Indonesië), werd nogmaals met aandacht door mij ingezien, en wij besloten onze beste sloep (wij hadden er slechts twee; de andere was zwak) naar Delhi (opm: Dili, Timor) te zenden, want had dezelve het geluk aldaar aan te komen, het geen wind en stroom scheen te moeten begunstigen, konden wij hopen, door een der zuid-walvisvangers gered te worden, of dat van dààr door dezelfde sloep of een ingehuurd inlands vaartuig, onze positie op Bima (opm: op Soembawa) of op Java spoedig konde worden bekend gemaakt.
Het scheepsvolk en de militairen, die ik op het dek bij een liet komen, onze voornemens mededelende, en met de kaart in de hand de zaak beduidende, waren hiermede in hun schik en verzochten dat ik zelf zoude medegaan, zoveel vertrouwen stelde elk een in de goede uitslag van deze tocht.
Ik besloot de luitenant Rauws te zenden, omdat ik voor de goede orde op het rif meer nodig was, en mijn vrouw daar en boven vast besloten had mij niet alleen te zullen laten vertrekken.
Ten einde aan deze onderneming een zo veel mogelijk goede uitkomst te verzekeren, alzo het mij bekend was, dat op Delhi zonder geld niet veel te verrichten zoude zijn, stelde ik aan de passagiers voor, om de luitenant Rauws en de 1e stuurman Muller van geld te voorzien. Onmiddellijk droeg elk een het zijne daartoe bij. Ik aan goud NLG 300, aan bankpapier NLG 1.200, dominee Veekmans aan banknoten zilver NLG 750, de heer ingenieur Van der Dussen NLG 100 aan goud, de heer Van Spreeuwenburg aan banknoten zilver NLG 170, aan harde specie NLG 64; de officier van gezondheid 3e klasse Hollander NLG 125 aan bankpapier, en ook mevrouw De Stuers een snoer fijne paarlen en drie juwelen ringen. De kapitein Lammleth heeft mij gezegd ook nog enig geld te hebben medegegeven.
Aan de Portugese gezaghebber, schreef ik een Franse en Engelse brief, om hem onze toestand bekend te maken, en gaf hem te kennen dat, bij aldien de mede gegevene middelen niet toereikend mochten zijn, mijn gouvernement te Batavia zeer zeker ruimschoots de kosten vergoeden zoude, die ter onze redding aangewend mochten worden.
Een aller gunstigst weder vergezelde onze sloep, en de volgende dagen waren naar onze berekening ook nog gunstig genoeg, om te kunnen hopen, dat de sloep de 15 à 16 te Delhi zoude kunnen wezen. De ijver welke de luitenant Rauws en de 1e stuurman Muller voor die onderneming aan de dag legden is aller prijzenswaardigst; helaas! wij weten tot onze smart nog niet, welk lot aan deze sloep en de braven, welke daarmede zijn vertrokken ten deel is geworden. Hoe wisselvallig moesten niet deze eerste, ter onzer redding aangewende middelen beschouwd worden!
Niemand meer dan ik was daarvan overtuigd, hoezeer ik er niets van liet blijken, en ik was daarom op andere middelen bedacht. In de eerste plaats verzocht ik de commandant, kleine vlotjes te vervaardigen, daarop een soort van mast goed vast te maken, waaraan ik een stuk Nederlandse vlag had doen hechten en onder dezelve een goed dicht gekurkte fles had laten hangen, waarin een in het Maleis en Hollands geschreven briefje was besloten, onze toestand bekend makende, en aan inlandse met ons bevriende hoofden of zelfs aan rovers bijstand verzoekende of onze toestand te doen kennen aan het meest nabij zijnde Nederlandse etablissement, waarvoor een beloning werd toegezegd.
Toen eenmaal geen schildpadden meer gevangen werden, die ons gedurende enige dagen tot voedsel hadden gestrekt, was het volk neerslachtig: van de sobere en zo scherp toegediende uitdelingen uit mijn kleine voorraad, werd aan het levensonderhoud slechts ten halve voldaan; elk een was derhalve bedacht, om meer voedsel te zoeken; bij het vallen van het water ging dan ook al wat nog slechts schoenen of met touwen aaneen gebonden zolen aan de voeten had, om wat op te sporen. Allengskens werd dan ook een en ander aangebracht, en met zeewater en een weinig boter, die ik verstrekken konde, bereid: men vond grote zeeoesters, krabben, zwarte tripang (opm: zeekomkommer) en enkele keren wat zeepaling, die zich onder rotsklompen verscholen hield. De oesters werden het meest gevangen, en door de soldaten nog al met smaak gegeten, hoewel dezelve aanvankelijk diarrhé en bij anderen hevige kolieken veroorzaakten; velen hadden er een wezenlijke afkeer van; ik had getracht om er soep van te laten koken, maar de reuk was voor allen walgend.
Bij het opsporen van middelen tot onderhoud, is mij dikmaals gebleken, dat de soldaat die een inlandse vrouw bij zich had, er verreweg het beste aan toe was: wanneer deze zijn benen gekwetst of door hitte, ongemakken en ongenoegzaam voedsel afgemat en moedeloos op de harde koraalplaat nederliggende, de moed ontzonken was, om voor zich zelf te zorgen, ontzagen die arme vrouwen geen moeite, hoe groot, om aan de soldaat iets aan te brengen. Zij waren soms lang vóór dat een enig soldaat het nog wagen durfde bij maanlicht of vóór het aanbreken van de dag reeds tot aan de armen in het water met lange stokken, en kwamen nimmer terug zonder enige buit en zonder dan zelf nog enige verpozing te nemen, werd eerst het opgespoorde toebereid, en aan de soldaat toegediend, voor zich zelve altoos zeer weinig besparende; de natuurlijke sobrieteit (opm: matigheid) van de inlander maakte deze in ’t algemeen oneindig geschikter dan de Europeanen, om kommer, ellende en gebrek door te staan.
Ik had besloten dat onze nog overblijvende sloep tot een of ander einde moest gebruikt worden, want als reddingsmiddel was ons deszelve geheel onnodig, daar slechts 6 à 8 man er in konden zijn.
Met het aanbouwen van een platbooms vaartuig was ik sedert enige dagen bedacht: ik had daarmede verscheidene oogmerken: eerstelijk om de hoop op redding meer bij de schipbreukelingen te onderhouden, en hen alzo meer en meer aan de orde te onderwerpen en omdat ik daarin een middel vond om met spaarzaamheid voort te kunnen gaan in de uitdeling van levensmiddelen, want ik wierd herhaaldelijk aangezocht om wat meer uit te delen: mijn antwoord was dan altoos, wat wij met een vaartuig doen zouden, zo wij het gereed hebbende, er niet enige proviand in konden doen, waarmede genoegen genomen, althans genoegen genomen moest worden.
Na vele, hoewel niet gevaarlijke zieken te hebben gehad, verloren wij toch eerst de 14e mei een onzer schipbreukelingen, het was een inlands matroos, die in de eerste dagen veel geleden hebbende, door gebrek aan zoet water, later niet meer op zijn verhaal had kunnen komen: ik liet hem, ’s morgens heel vroeg, op een plank gebonden, met het vallend water naar zee drijven, want aarde was er niet, waarin men hem zoude hebben kunnen begraven.
Tot de 15e mei was het gelukt mijn paarden in leven te houden, hoewel nagenoeg geen voedsel en slechts zelden een weinig regenwater gehad hebbende. Het vlees werd smakelijk genuttigd, hoewel mager zijnde; een gedeelte werd ingezouten of tot dingding (opm: dendeng, d.w.z. gedroogd, gewoonlijk met kruiden toebereid, in dunne plakken gesneden vlees) gedroogd.
Aan de kleinste strohalm houdt zich de drenkeling, zegt men, vast, en overal meent de schipbreukeling redding en verlossing te ontwaren; zo was het ook met ons op de koraalklip gelegen. Eens op een schone namiddag toen geen enkel wolkje de lucht benevelde, meenden enige matrozen, geheel in de verte, een aantal prauwen te zien: de illusie was wezenlijk treffend. In het westen van onze koraalplaat verhieven zich zeer hoge en scherpe rotsklippen, die men bij ene niet heldere lucht nimmer makkelijk ontwaren konde; de zich daartegen brekende hoge golven, door de zon beschenen, hadden het voorkomen van sneeuw witte zeilen, zo dat wij allen wezenlijk dachten prauwen te zien; het was alleen de onbeweeglijkheid dier zogenaamde vaartuigen, die ons onze begoocheling eindelijk deed inzien.
De avond tevoren tegen 8 uren waren de schipbreukelingen eensklaps door een andere vertoning opgewekt geworden; van het wrak van het stoomschip, waarop enige matrozen de wacht hadden, ging een hoera op: wij vlogen allen onze hutten uit, om te weten wat dit betekende konde, want wij zagen niets.
Eerst ’s anderen daags konden wij te weten krijgen, dat men in de verte het licht van een vaartuig meende gezien te hebben, hetgeen van achteren (opm: achteraf) bleek niets anders te hebben kunnen zijn als enige sterren, die zich verplaatsende, lange tijd op dezelfde plaats in de lucht hadden blijven zweven.
De commandant Lammleth bleef geloven, dat het niet wel mogelijk zijn zoude met onze sloep, Amboina (opm: eiland Ambon), Boeroe opm: eiland Buru) of Amblaw (opm: waarschijnlijk Ceram) te bereiken. De militairen en zeelieden vroegen mij intussen dikwijls of wij de sloep niet derwaarts zenden konden of ergens anders; daarom had ik het plan gevormd, om dezelve over Bouton (opm: eiland Butung of de plaats Baubau), naar Bonthain (opm: Bantaeng) of Boeloecomba (opm: Bulukumba) te doen vertrekken, om langs die weg onze toestand te Makkasser (opm: Macassar, nu Ujung Pandang) te doen kennen; niet dat ik geloofde het mogelijk was, dat die tocht zo gemakkelijk ondernomen kon worden, of dat wij met deze moesson van daar zo spoedig, als onze toestand vorderde, enige hulp zouden kunnen verlangen, maar alleen om dus doende aan de wens der massa te voldoen en onze positie te Batavia bekend te doen zijn. Een oude zeebeschrijving van de Schout-bij-Nacht Stavorinus had mij in staat gesteld een volledige nota op te maken, om te worden mede gegeven, zo aan die tocht enig gevolg gegeven werd.
De 18e mei was het zeer hoog tij met volle maan: de wind woei fel, ik vreesde ons droog plekje onder water te zullen zien. Met de grootste bekommering observeerde ik de rijzing van het water; gelukkig kwam het zo hoog niet. Des nachts daarop zwaaide het schip geheel om, en ging dwars liggen; het had van dat ogenblik veel te lijden van de branding, korte dagen daarna brak het door midden, waardoor meestal mijne en de goederen van anderen in de golven verdwenen. Het was ons echter gelukt om nog vooraf een groot gedeelte greine planken aan wal te brengen, ten einde een aanvang te maken met de bouw van een vlot of zogenaamd platbooms vaartuig.
’s Namiddags liet mij de onder-machinist Mosselman, die reeds enige dagen ziek was en voor wie ik, uit hoofde van zijn uiterst, zo veel mogelijk oplettendheid heb gehad, verzoeken bij hem te komen. Hij verhaalde mij, dat hij enig geld bezat en verzocht mij hetzelve van hem in bewaring te willen nemen en daarmede te doen, zo als ik goed zoude vinden. Ik vroeg hem of hij in Nederland, of op Java, geen betrekkingen had nagelaten, in welke hij belang stelde. Hij zei mij, dat zijn vrouw woonachtig was te Amsterdam, en hij voor haar delegeerde.
Met moeite reikte hij mij een koker met papier geld en een zakje met harde munt toe; het laatste moest ik hem teruggeven, om dat ik niet wist, in geval wij al gered wierden, het mogelijk zoude zijn, iets dat gewicht had mede te kunnen nemen, hem tevens de toezegging gevende, dat ik mijn best doen zoude het bankpapier te redden, mij echter daarvoor niet verantwoordelijk kunnende stellen, in geval hetzelve door het zeewater mogelijk bedorven geraakte. Ik zag, in mijn hut terug gekeerd, de koker na, in tegenwoordigheid van de predikant Veekmans, en de gewezen secretaris Van Spreeuwenburg, en bevond daar in te zijn aan banknoten zilver NLG 375 en idem koper NLG 400. Onze dagen verliepen langzaam en in een zekere moedeloosheid, waaraan weinig te verhelpen was, daar onze toestand dit mede bracht.
Mijne vrouw bleef tamelijk gezond, hoewel er vervallen en vermoeid uit ziende; zij was zeer van de zon verbrand en leed veel. Ik bewonderde, onder dit alles, hare gelatenheid, zij was met alles tevreden, zij monterde somwijlen zelfs anderen op, en had de moed om nu en dan te schrijven en aantekeningen voor haren aanbeden vader te houden, wiens verjaardag toen nabij was. Ook onze kinderen bleven boven verwachting gezond; zij hadden geen schoenen meer aan de voeten, doch verwijderden zich bij laag water desalniettemin, soms verre van ons met hun drieën enige schelpen zoekende, op stukjes hout lopende, waaraan men de vorm van de voet gaf, die een der matrozen voor een sigaar of voor een dronk water of wijn vervaardigde. Onze levenswijze, evenals die der soldaten en matrozen had een geregelde, maar vreselijk eentonige gang.
Ik was bij alle uitdelingen tegenwoordig, hetzij die voor ons of voor de overige schipbreukelingen plaats hadden. Geen druppel water mocht buiten mijn toestemming verstrekt worden.
Ik proefde alle middagen de soep der menage, die soms tamelijk eetbaar was, maar mij dikwijls walgde, hetgeen ik niet liet blijken; de soldaten en matrozen gebruikten dezelve met smaak. Onze hut of verblijfplaats was zeer nauw, niet hoog, en gloeiend warm overdag; de lengte derzelve was slechts 4 Nederlandse ellen, de breedte twee en een half el, de hoogte een en een half el en daarin moesten wij met 13 slapen, overdag verenigden wij de overige passagiers, zo goed mogelijk binnen en buiten die hut. Er heerste te midden van dit alles zindelijkheid en orde. De jeugdige echtgenote van de heer Van Spreeuwenburg was ons van veel dienst. Te Batavia geboren wist zij zich in alles volkomen te schikken, en nam met alles genoegen; ook begreep zij onze toestand; zij ontzag zich niet, om uren lang bij een open vuur in de brandende zon te zitten, wanneer koffie of thee voor ons gemaakt werd, want het water was van aard reeds afschuwelijk genoeg van kleur en reuk, om de zorg te veronachtzamen, dat dezelve verder niet bedorven of de aan ons zo matig toegediende portie thee of koffie ontnomen werd door deze of gene inlander; want zij zouden zich niet ontzien hebben, om voor zogenaamd zoet water, wat zee water in de plaats te doen.
Hoe walgend somwijlen ons voedsel was, verwonderde ik mij hoe mijn vrouw en kinderen het konden eten en somwijlen zelfs enige dingen met smaak. Ten aanzien van deze dierbare betrekkingen en de overige passagiers in ‘t algemeen, moest ik nu even gelijk dit met de troepen en zeelieden reeds van den beginne af had plaats gehad, streng in de uitdelingen zijn; mijne kinderen moest ik soms, hoe smartelijk mij dit ook viel, een en ander ontzeggen, als zij hongerden naar een stukje zwarte, harde, muffe beschuit of iets anders; doch hoe gelukkig waren zij, als zij het bekwamen. Tevreden en genoeglijk verwijderden zij zich dan van mij; meermalen heb ik aldus voor hen en de soldaat, mijn boezem voor alle mededogenheid moeten sluiten, want ik had voor beginsel aangenomen, voor allen hetzelfde te zijn. Waagde ik, op een wat verheven rotsklomp enigszins afgezonderd gezeten, allerwege door zee omgeven, en door het verdovend gedruis van de branding tot weemoed gestemd, mijne kinderen gelukkig en zonder bekommering naar schelpen ziende zoeken; en mijne vrouw hare godsdienstige blikken in stilte ten hemel ziende wenden, waagde ik het dan eens mijne gedachten in de toekomst te vestigen, O! dan scheen mij voorwaar de minste hoop op redding verloren en wat moest het lot mijner vrouw in die positie op deze fatale dorre, naakte rots worden! Zonder het geringste wat in zulk een toestand vereist wordt, zonder geneesmiddelen, zonder een bekwame geneesheer, om haar als dan te kunnen bijstaan, zonder zelf een plekje droge grond om bij een onverhoopt ongeluk hare overblijfselen ter ruste te kunnen leggen.
Bij haar die zo zeer gelaten was en nimmer met de geringste klachten, met het geringste blijk van ontevredenheid, mijn reeds zo pijnlijke toestand kwam bezwaren, vond ik troost en opbeuring, want op mij had elk een zijn vertrouwen, en zijne hoop gevestigd. Op mij rustte alles. Dit vertrouwen vereerde mij zeer en maakte mij tot alle buitengewone inspanning in staat. Elk een deelde mij zijn gedachten mede, hoe zonderling die soms ook waren. Ik hoorde alles met geduld aan, en deed tot onze redding niets, dat niet algemeen bijval vond; zo werd dan ook nu, de sinds enige dagen naar de vijf ten oosten van ons gelegen eilandjes geprojecteerde onderzoekingsreis op de 22e mei ondernomen, waartoe zich de heer Van Spreeuwenburg, gewezen assistent-resident op Java, vrijwillig aanbood, alsmede ook de conducteur der artillerie Derks.
Ik hield hen voor, dat deze tocht, met een zwakke boot, die twee maal door de branding heen moest gaan, en bij de onbekendheid of deze eilanden al dan niet waren bewoond, en ons al dan niet vijandig waren, een gevaarlijke onderneming was; dan niets hield deze moedige mannen terug. Stuurman Kash stuurde de boot. Na 36 uur afwezens keerden onze reizigers tot ons aller innige vreugde terug, want wij waren ongerust, omdat wij meenden dat het mogelijk ware geweest spoediger terug te zijn. Op het gezicht van een paar klappernoten, enige groene bladeren en wilde bloemen, was mijn vrouw verrukt ; haar ogen hadden geleden door de zon, die op de koraalgrond scheen; met nu wat groens te betasten, en zich daarmee te bestrijken, voelde zij zich recht gelukkig.
Ik maakte de schipbreukelingen allen met de uitkomst bekend, om dat er ongelukkig tegen die tijd oneensgezindheid tussen zeelieden en militairen begon te bestaan, waaraan ik een einde meende te moeten maken, en waartoe mij de terugkomst van de sloep een geschikte gelegenheid aanbood, door goed te keuren, te belonen en mededeelzaam te zijn.
Wij hadden het geluk te ondervinden, dat daarna de eensgezindheid geen ogenblik meer gestoord werd.
Nu eenmaal de bezeildheid van onze kleine sloep bekend zijnde, meende de moedige stuurman Kash, dat daarmee alle tochten ondernomen konden worden; dit geraakte weldra onder militairen en zeelieden bekend, en het enige waarvan men een uitkomst hopen konde. “s Avonds ten 10 ure, toen ik mijn ronde maakte, vond ik enige onder-officieren met de stuurman Kash, de bootsman en de machinisten bijeen zitten, zij zeiden mij dat zij mij gaarne wensten te spreken, en vroegen mij, wat ik er over dacht, indien er zich mannen van moed opdeden om met deze sloep naar Amboina te zeilen.
Ik zeide hen, dat ik zulk een voorstel kordaat vond, maar hen verklaren moest, dat de commandant Lammleth mij herhaaldelijk te kennen had gegeven, zulk een expeditie niet dan met weinig hoop op een goede uitkomst geschieden konde, en ik alzo op mij alleen de verantwoordelijkheid van zulk een gewaagde onderneming niet durfde te laden.
’s Anderendaags werd mij dit verzoek weder algemeen gedaan, en ik besloot onmiddellijk aantekening te houden van al ’t geen plaats had gehad; liet de commandant Lammleth, de stuurman Kash en de bootsman bij mij komen en verenigde ook alle passagiers bij mij.
Wij hadden twee zeekaarten; de lengte en breedte op beiden van het vermoedelijke punt waar wij ons bevonden werd geconfronteerd, en op weinige minuten na accoord bevonden zijnde, ging ik daarvan af om te bewijzen dat de sloep meer door de stromen kon worden afgezet, dan de afstand van de Lucipara’s naar Amboina in zeemijlen bedroeg, om dan nog niet Boeroe mis te lopen, en dat wanneer wij slechts te Boeroe onze toestand konden doen bekend worden, er vermoedelijk van dáár gelegenheid naar Amboina zijn zoude.
Na enige oordeelkundige en andere min oordeelkundige aanmerkingen te hebben vernomen, werd tot de tocht besloten; buitendien zou ik verkeerd gehandeld hebben, daarin niet toe te geven en aan enige timide overwegingen gehoor te geven, om dat ik zelf niet de gene was, die iemand tot een gevaarlijke onderneming aanspoorde, maar de volvoering daarvan, mij als het ware geheel vrijwillig werd aangeboden, en het ten anderen, bij zeelieden en militairen een zeer verkeerde indruk zoude gemaakt hebben, door niet te doen wat zij allen wensten, te meer daar het niet op onuitvoerlijke gronden berustte, want ik meende gehoord te hebben, dat eens een Engelsman met een sloep van Amboina naar Soerabaija gezeild en geroeid en aldaar gelukkig aangekomen was.
Ik besloot dan om de tocht te doen ondernemen en liet de sloep zo goed mogelijk met repen koper voorzien, wat hoger maken voor de zeeën, en een klein tentje daarop aanbrengen, op dat des nachts de man, die niet aan het roer was, droog zou kunnen zijn, hetgeen ook noodzakelijk was voor de kleine uitrusting die ik mede gaf.
Om aan deze expeditie, in het belang onzer redding, alle mogelijke kansen van goede uitkomst te verzekeren, had ik de voorzorg gebruikt om zes in het Maleis en Hollands geschreven briefjes te vervaardigen, waarbij onze toestand werd bekend gesteld, en een geldelijke beloning toegezegd aan de genen, die onze positie het eerst aan een der Nederlandse gezaghebbers, waar dit ook was, zoude bekend maken; want het was veel waarschijnlijker, dat de sloep ergens op strand, dan wel op Amboina zelf konde terecht komen, en de matrozen alsdan mogelijk zouden verspreid worden en uiteen geraken. Van dit briefje voorzien, dat ik in lood en daarna geteerd linnen had ingepakt en aan een ieder der inlandse matrozen om de hals had gebonden, en door hen als djimat (opm: talisman, amulet) liet beschouwen, zou bij het verloren gaan van de sloep, mogelijk nog een of ander terecht komen.
De 26e ’s morgens ten 7 ure bij vallend water, stak de sloep af. De stuurman Kash was van een brief van mij aan de te Ambonia gezagvoerende ambtenaar voorzien. Onze wensen en onze blikken volgden lang dit bootje. Tot dusverre hadden wij N.O. of Z.O. wind gehad.
Eensklaps waaide dezelve uit het westen en bleef de gehele dag aanhouden, hetgeen wij als een bijzonder goed voorteken beschouwden; want hierdoor had de sloep gelegenheid veel oostwaarts op te halen. De volgende dag werd in het oosten van ons een vaartuig gezien. Een algemeen hoera verhief zich allerwege, en tranen van ontroering en van blijdschap werden door velen gestort. De commandant was de avond te voren nog eens naar het wrak gegaan om de aanvoering van hout voor ons vlot te bespoedigen, en kwam ademloos door de branding heen, ons onze redding aankondigen. Van ons plekje onderscheidde men allengskens meer en meer en eindelijk alle zeilen; van het wrak meende men de romp duidelijk te hebben kunnen zien en onderscheiden.
Met ongeduld verbeidde men het ogenblik dat het vaartuig ons meer zou naderen; maar tot innige smart en teleurstelling van allen, zag men het allengskens afhouden, om niet op de vijf kleine eilandjes te vervallen. ’s Avonds en ’s nachts liet ik een groot vuur onderhouden. Wij vleiden ons, ’s anderendaags het vaartuig weder te zien; dat het slechts bij avond afgehouden had, omdat de dag te ver verlopen was, om de gevaarlijke bank goed te hebben kunnen verkennen.
Het was nauwelijks dag of elkeen liet zijne blikken over de gezichteinder rondgaan, om het vaartuig weder te zien, maar het verscheen niet weder. De moedeloosheid en verslagenheid van allen was groot, en velen vreesden dat nu geen redding meer mogelijk was. Men moet in de positie zijn, waarin wij ons hebben bevonden, om te kunnen gevoelen wat het is, de hoop op redding zo nabij en verwezenlijkt, eensklaps geheel vernietigd te zien.
Tot de 7e juni daarvolgende viel bij ons niets bijzonders voor; alleen leed mijn echtgenote in die tussentijd vreselijk aan krampen; ik bracht de ganse nacht in de grootste ongerustheid door: Zij lag ellendig; wij hadden geen geneesmiddelen, zij smeekte om enige verzachting en verlichting, die men haar niet verlenen konde; – de volgende morgen waren de pijnen bedaard, maar zij was zeer afgemat.
Ik liet druk werken aan ons vlot of platboomd vaartuig; dagelijks was men met tien man daaraan bezig, waarvoor ’s avonds aan ieder man een buitengewoon oorlam wijn, een sigaar en gezamenlijk voor allen ¼ pond sago gegeven werd, waarvan wat soep met zee oesters werd gekookt, terwijl wij bij corvees overal op de koraalplaat rond gingen om stukken hout van het wrak die aangespoeld waren, op te zoeken, om vuur te maken, en er het ijzer van te gebruiken.
’s Namiddags ten 3 ure, mij met de heer Van Spreeuwenburg bij het werk bevindende, zagen wij eensklaps geheel onverwachts in het oosten een vaartuig, dat koers naar ons stelde en meer en meer naderde, wij erkenden duidelijk dat het een brik was. Een levendige vreugde kreet verhief zich allerwege, die evenwel nu en dan getemperd werd bij de herinnering aan de teleurstelling welke wij vroeger ondervonden hadden. Ik spoedde mij naar mijn vrouw en de overige passagiers om de plaats aan te wijzen, waar het vaartuig zichtbaar was; mijn vrouw was nog niet geheel hersteld, en ik geleidde haar over de moeilijke koraalplaat naar een punt, waar zij het vaartuig goed zien konde; zij vroeg mij herhaaldelijk of dit vaartuig ons zien zoude. Ik twijfelde zelf daaraan, totdat eensklaps een kanonschot, door nog twee anderen bij tussenpozingen van een paar minuten gevolgd, mij de vaste hoop gaven, dat dit een vaartuig was ter onzer redding, mogelijk wel ten gevolge van de gelukkige aankomst onzer sloep in Amboina afgezonden.
De richting die het bleef houden, de kanonschoten, die het nu en dan bleef doen, liet bij niemand de geringste twijfel meer over, of onze redding was nabij.
De matrozen en soldaten kwamen mij met die gebeurtenis geluk wensen; ik stemde in hun verzoek toe, om een goede uitdeling rijst en een dubbel ration wijn te verstrekken.
’s Avonds liet ik weder een groot vuur aanleggen, en de gehele nacht onderhouden. In ons bivak heerste ’s nachts de grootste stilte; het was alsof elkeen, een voorgevoel had, dat zich het vaartuig moest blijven aankondigen door kanonschoten; en wezenlijk om de twee uren werd elkeen hierin allergelukkigst bevestigd: soms waren de schoten wat dof, soms wat helderder, naar gelang van de verdere of kortere afstand van het vaartuig; men hoorde dan eens een kreet “een kanonschot”, en daarop heerste weder de grootste stilte.
De dag van de 8e was nog niet aangebroken of elkeen trachtte het vaartuig op de gezichteinder door rondgaande blikken weder op te zoeken. Wanneer ik het zeggen mag, zo bleef ik, hoe zeer ook bij mij de vaste overtuiging bestond, dat bedoeld vaartuig wezenlijk een ter onzer redding afgezonden vaartuig was, niet te min aan de mogelijkheid twijfelen, dat wij in onze hoop misschien andermaal teleurgesteld konden worden, om dat ik hetzelve bij de eerste aanblik niet waarnam; zo dringend voelde ik in mij de noodzakelijkheid, dat mijne vrouw en de overige schipbreukelingen spoedig gered wierden, dat ik toen ik daaraan niet meer twijfelen kon, mij nog niet verzekerd gevoelde, want nu moest ons het weder gunstig zijn, om niet in de branding met de sloepen om te komen en allen behoorlijk aan boord te kunnen geraken. Tegen acht uren, ’s morgens de 8e juni, was de oorlogs-brik duidelijk in het gezicht van onze klip, en zond een harer sloepen naar ons af. Ik spoedde mij om een man met een vlag tegen de branding te plaatsen, ten einde aan dezelve het minst gevaarlijke ontschepings-punt aan te wijzen; dit bleek weldra niet nodig te zijn, want tot onzer aller vreugde was stuurman Kash in de sloep, met een officier, zo dat ik dan ook niet twijfelde of de bedoelde brik was de NAUTILUS, die in Amboina gestationeerd is.
Wij ontvingen de luitenant Vieweg, eerste officier aan boord van gemelde oorlogsbrik, met een onbeschrijfelijke vreugde. Mijn vrouw drukte hem de hand, doch te zeer ontroerd was zij niet in staat een woord te spreken; mijn kinderen deden hem een menigte vragen. De luitenant Vieweg overhandigde mij een brief van de ambtenaar, die te Amboina het gezag voerde.
Ik vernam dat de stuurman Kash in de tijd van 5 dagen en 5 nachten het traject naar Amboina had afgelegd, en het geluk had gehad binnen de baai te komen, zonder nog te weten waar hij was.
Men kon niet begrijpen, hoe het hem had kunnen gelukken die tocht met zulk een schier ongelofelijke uitkomst te volbrengen.
De brief van de assistent resident Köhler onderrichtte mij, hoe zich alles ter onzer redding zo voorspoedig had toegedragen. Onmiddellijk nadat onze ramp bekend was, spoedde zich de luitenant Muller, commandant van de NAUTILUS, om zijn afgetuigd vaartuig weder in orde te brengen; dit geschiedde in de nacht onder een hevige stortregen; dan niets ontmoedigde deze wakkere zeeman, om door zijn officieren en zijn gewillige equipage ondersteund, deze taak te volbrengen. ’s Morgens van de 1e juli ging hij onder zeil, doch werd de 2e buiten de baai van zulk een hevige storm belopen, dat hij voorzichtigheidshalve binnen de baai terugkeerde, want zijn tuig was te oud en niet genoeg aangezet om iets van belang te kunnen wagen. De 3e weder onder zeil gegaan zijnde gelukt het hem, zo als wij gezien hebben, ons de 7e van zijn nabijheid te doen blijken.
De zee was te hoog, de branding te woest om de 8e te kunnen inschepen: Ik verzocht de luitenant Vieweg aan de commandant te zeggen, dat zo het de volgende morgen naar zijn begrip goed weder was, om ons te redden, een kanonschot het signaal zoude zijn, en dat ik zorgen zou dat de inscheping met orde zoude plaats hebben.
Ik verzamelde al de schipbreukelingen, deelde hun mede, dat wij de volgende morgen mogelijk zouden gered worden, dat bij het inschepen de meeste orde moest heersen, daar anders vele ongelukken te wachten waren.
Ik had honderd en in de veertig nummers van papier vervaardigd, en liet ieder trekken, tevens aan allen te kennen gevende, dat elkeen volgens zijn nummer zou opkomen, en dus de laagste nummers het eerst aan de beurt waren, dat het aan ieder persoon, man of vrouw, geoorloofd was, om een pakje goed ter grootte van een ransel mede te nemen, zonder meer. ’s Namiddags kwam ook het particulier schip de ERICH opzetten, dat almede bij gebrek van een ander oorlogsvaartuig ter onzer redding was ingehuurd. Deze maatregel was aller doelmatigst, want anders zouden wij mogelijk na verloop van verscheidene dagen eerst allen gered hebben kunnen zijn, alzo niet veel mensen tegelijk in de schepen konde opgenomen worden.
Aan boord van de ERICH bevond zich de magistraat en fiscaal van Amboina, de heer De Riemer, die verzocht had mede te gaan, ten einde zo mogelijk ons behulpzaam te zijn.
Maar te midden der blijdschap, welke elkeen bezielde, had een bedroevend voorval plaats. De machinist Mosselman, waarvan ik hiervoren gesproken heb, was de 8e overleden; hij werd op een stuk plank, in linnen genaaid gelegd en op enige honderden passen onder de wind aan de golven ten prooi gegeven. Deze man had veel geleden, maar gebrek aan alles hebbende, was zijn behoud onmogelijk. Tot welke weemoedige aanmerkingen, gaf deze omstandigheid, op zulk een ogenblik, en op zulk een plaats niet aanleiding!
’s Morgens ten 7 ure van de 9e juni werd, onder tamelijk gunstig weder, het seinschot van de NAUTILUS gedaan, waarop de sloepen van boord staken, in de ene bevond zich de luitenant Vieweg, in de andere de luitenant der marine Motta; de ERICH zond mede haar sloepen af.
De dames met de kinderen en de overige passagiers, liet ik het allereerst inschepen. Ik vroeg enige mensen om mijn vrouw en mijn kinderen te dragen; allen gezamenlijk zo militairen als zeelieden boden zich daartoe onmiddellijk aan. Ik gaf de voorkeur aan vier matrozen, om mijn vrouw op een stoel te dragen; zij had veel geleden, maar spande nu buitengewoon veel kracht in, om aan nieuwe gevaren het hoofd te bieden en over haar kinderen te waken. Deze zag zij vooraf gaan, en volgde toen zelf gerust.
Aan ons drank- en vivres (opm: levensmiddelen) magazijntje had ik enige zeer ordelijke militairen geplaatst, om, terwijl ik mij naar de branding begaf om de eerste inscheping te bewerkstelligen, niemand zich zoude kunnen te buiten gaan in de drank. Ik volgde mijn vrouw en kinderen; zij kwamen gelukkig aan boord; de branding was hevig, onze bonne slechts weinige minuten later komende, kwam reeds te laat om met de eerste bezending sloepen te kunnen vertrekken, want door te lang in de branding te blijven sloegen de sloepen om of geraakten vol water. Met groot gevaar om te zinken kwam de sloep, waarin mijn vrouw en kinderen, en enige andere passagiers waren, aan boord; er was door de moeilijke zee en branding meer water in de sloep gekomen dan er uit geschept kon worden.
Het aan boord komen was gevaarlijk. Speciaal voor mijn vrouw in haar toestand. Zij verliet de sloep niet, dan toen zij haar kinderen overgebracht zag; nu volgde zij ook, kwam gelukkig op het dek, maar viel daar, van aandoening en vermoeienis, bewusteloos en afgemat neder. Door de hartelijke zorg en oplettendheid van de commandant Muller en zijn officier van gezondheid Van der Hoeve kwam zij weder bij, maar ongerust over mij, hoewel ik haar gewaarschuwd had, dat ik de laatste op het rif zou blijven, ten einde de inscheping van alle schipbreukelingen te besturen, en vooral voor de zieken te doen zorgen, want elkeen had zo veel met zich zelf te doen om aan boord van de sloepen te komen, dat men aan anderen weinig dacht en zelf gevoelloos was voor het gevaar, waarin anderen verkeerden; want zonder de herhaalde edele inspanningen van de commandant van de stoomboot Lammleth, die steeds trouw aan mijn zijde verbleef, en het geen ik het geluk had daartoe mede zelf bij te dragen, zouden zeker enige zieken en anderen het leven verloren hebben, want het waren de laatste 15 à 20 schreden, die het gevaarlijkst waren. Had men het geluk om in de tussenpozingen van een paar minuten, die er verliepen, alvorens de vreselijke golven zich met geweld tegen de rotsen opvolgden en kwamen breken, dien korten afstand te maken, en de sloep te bereiken, er in te springen of zich vast te houden, om tegen de kracht der golven wederstand te bieden, men konde zich als dan grotendeels gered rekenen; maar had men de sloep niet bereikt, zo sloeg men omver of men werd door het zeewater overdekt, en nauwelijks tot verhaal gekomen zijnde, kwam golfslag op golfslag de ongelukkigen teisteren, die geen hulp hebbende eindelijk zoude hebben moeten bezwijken.
Ik vond onze bonne en meer anderen, die in die toestand verkeerd hadden en de eerste sloepen niet hadden kunnen bereiken zich echter bij tijds achteruit begeven hadden, waar de golfslag minder gevoelig was, en dààr de terugkomst der sloepen afwachtende.
De gehele dag voeren de sloepen heen en weder, telkens een aantal schipbreukelingen medenemende. In het midden van de dag bij hoog water moest die operatie evenwel gestaakt worden, om dat de branding toen zo hevig was, dat de sloepen omsloegen en niet buiten de branding te brengen waren.
De zee met het vallend water enigszins bedaarder zijnde, werd alles ingespannen om met alle de aan het strand zijnde sloepen van de twee vaartuigen de laatste schipbreukelingen over te varen; dat getal bedroeg nog 40. Ik verdeelde dezelve nauwkeurig met de luitenant der marine Vieweg en liet dezelve naar de verschillende standpunten der sloepen gaan; dit alles liep gelukkig geregeld af, hoewel zich daarbij verscheidene zieken en vrouwen bevonden, die herhaaldelijk beproefd hadden om aan boord van de sloepen te komen, doch telkens om de hierboven vermelde redenen, hadden moeten terug keren.
Wij verloren slechts een man, zijnde een Javaanse matroos. Nu was het 5 uren ’s avonds de 9 juni. De brik had de ganse dag met talent gemanoeuvreerd, om het aan boord brengen der schipbreukelingen te begunstigen; zij had er ruim 100 aan boord; de ERICH een veertigtal. Op het rif bevond ik mij toen nog met de heer Van der Dussen, die mij niet had willen verlaten, benevens de commandant Lammleth, de sergeant-majoor Schwab en twee matrozen; de laatste sloep van de NAUTILUS zou terugkeren, om ons te halen maar wind, zee en branding verhieven zich zo sterk dat de vaartuigen moesten afhouden.
Ook de volgende dag, de 10e juni, was er om even vermelde redenen nòg geen mogelijkheid om een sloep uit te zetten; die van de NAUTILUS hadden buitendien te veel op de branding geleden, om nu anders dan bij stille zee gebruikt te kunnen worden.
Eerst de 11e juni, hoewel de zee nog zeer onstuimig en hoog was, een eigenschap van de Bandasche zee, waarin wij waren, en dus ook een hoge branding, werd echter onze redding beproefd. Door toedoen van de magistraat De Riemer waagde het de 2e stuurman van de ERICH met een sterke sloep naar ons toe te komen. De golven waren zo hoog in vergelijking met het lage punt, waar wij ons bevonden, dat ’s morgens tegen 8 uren de sloep met een zware brandingsgolf opgenomen, eensklaps aan strand of op het rif geworpen werd. Er was niet veel tijd te verliezen, want het water was wassend. Ik vroeg hem of hij zou durven ondernemen om ons naar de brik te brengen; hij beloofde het, zo zijn Javaanse roeiers kracht genoeg hadden, om de sloep door de branding te roeien: zij waren 8 man. Ik zeide hen enige geldelijke beloning toe, zo zij mij aan boord van de NAUTILUS brachten. Zij spanden alle hunne krachten in, en hoewel het aan boord hoogst moeilijk was, werd mij en mijn bij mij zijnde lotgenoten dit gemakkelijk gemaakt door het goed manoeuvreren van de brik. Men geliefde mij met een levendige en herhaalde hoera aan boord te verwelkomen.
Wij waren nu allen gered, maar wij hadden meest allen veel geleden. Mijn echtgenote vooral veel, zeer veel, en hoewel allen verenigd, zag ik voor haar de toekomst niet zonder bekommering tegemoet. Het mij toekomend salut werd gedaan; de commandant vroeg mijn bevelen. Ik aarzelde geen ogenblik om koers naar Amboina te doen nemen.
Had ik al een ogenblik het voornemen gehad bij de toestand van mijn echtgenote en na het totaal verlies van al onze goederen en provisiën vooreerst weder naar Batavia terug te keren, andere redenen noopten mij, welke ook onze positie was, mij naar mijn bestemmings plaats onmiddellijk te begeven. Wij genoten gedurende de overtocht de hartelijkste zorg en oplettendheid aan boord; maar honderd zielen meer op een brik, die al niet zeer groot is, maakte dat wij opgepropt waren en mijn vrouw op die korte overtocht weder veel te lijden had.
De deelneming waarmede ons alle ingezetenen van alle standen en rangen te Amboina de 12e juni ontvingen, is niet te beschrijven, want Amboina was in de verslagenheid wegens de ramp die ons getroffen had
Onze kinderen werden met aandoening beschouwd, omhelsd en naar de rijtuigen geleid. Wij namen onze intrek bij de assistent-resident Köhler. Deze hartelijke man en deszelfs echtgenote deden al wat mogelijk was om het geleden leed te verzachten
De 14e des morgens aanvaardde ik het gezag. Naar ziel en lichaam had ik veel geleden. Ik was bij die plechtigheid geroerd en werd het nog meer, toen een der aanwezigen, zijnde een onzer lotgenoten, de gewezen assistent-resident, de heer Van Spreeuwenburg, in diepe ontroering naar mij toesnelde, en mij omhelzende, tranen van innige aandoening stortte.
De volgende dag aanvaardde ik mede het militair bevel in de Molukkos.
Zeker zullen mij van de vreselijke ramp waarvan ik de bijzonderheden heb trachten te beschrijven, lange jaren de herinneringen bijblijven, maar mogen dezelve door bijkomende omstandigheden op gene grievende wijze nader worden opgewekt!
Een aangename voldoening blijft mij intussen overig dat ik namelijk mijn pogingen tot behoud van allen aangewend, met zulke gelukkige uitkomsten heb mogen bekroond zien, daar wij bij het schipbreuk lijden en bij de weder zo gevaarlijke inscheping, niemand dan een enkele man te betreuren hebben gehad. Zeelieden en militairen geliefden mij een blijk van erkentenis daarvoor aan te bieden. Uwe excellentie veroorlove mij hetzelve hierbij kopielijk over te leggen; voor mij zal zulk een geschrift tot een duurzaam en vererend aandenken strekken.
Had ik niet in afzonderlijke rapporten de vrijheid reeds genomen uwe excellentie de namen te doen kennen van al dezulken, die in de moeilijke omstandigheden, waarin wij ons bevonden hebben, nuttig zijn geweest, en goede diensten hebben bewezen, ik zoude het mij nu tot een plicht rekenen, zulks bij deze te doen; maar aan deze mijne verplichting heb ik reeds voldaan.
Ik heb bij het sluiten van dit verhaal alleen nog uwe excellentie om eerbiedige verschoning te vragen zo ik mogelijk in te veel bijzonderheden getreden ben, en haar aandacht alzo te lang heb bezig gehouden; dan uwe excellentie heeft mij altoos te veel blijken van welwillendheid gegeven en heeft gewis te veel deel genomen in het wedervaren van ruim 140 schipbreukelingen om niet te wensen met ledige bijzonderheden ten hunnen aanzien te worden bekend gemaakt.
De Stuers, luitenant-kolonel
(opm: zie ook RC 171037, 181137, 251137, 091237 en 211237, ZZC 090138 en LC 060738).

Afbeelding
Datum 20 oktober 1837
Krant PGC - Provinciale Groninger Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Zr.Ms. stoomschip WILLEM I (opm: WILLEM DE EERSTE), gecommandeerd door luitenant Lammleth, op 26 april van Sourabaya naar de Molukse eilanden vertrokken, is volgens brief van Batavia op 26 juni, na tot 5 mei tot op de hoogte van Goenong Apie (opm: Gunung Api), na een voorspoedige reis, die nacht op het koraalrif van de Luei Paro eilanden, 35 mijl ten zuiden van Amboina gestrand. De gehele equipage en alle passagiers, waaronder Z. Excellentie de gouverneur der Molukse eilanden kolonel De Stuers, met echtgenote en vier kinderen, benevens 70 militairen enz. tezamen ten getale van 140 zielen, hadden zich na tevergeefs alle moeite aangewend te hebben om het schip weder af te brengen, op hetzelve geheel kale koraalrif gered, terwijl men niets dan een weinig proviand en slechts zeer weinig water uit het wrak had kunnen brengen. Na enige hutten te hebben opgezet had men op 7 juni een sloep naar Amboina gezonden, welke niet tegen de wind kunnende opwerken, terug gekomen was, waarop men op 9 juni ander maal een sloep naar Timor Delhi of naar Java had doen vertrekken waarvan op 24 juli nog niets vernomen geworden was, als wanneer reeds een der schipbreukelingen uit gebrek aan drinkwater, was overleden, doch alle de overigen, zowel de militairen als de zeelieden zich hoogstbedaard en lofaardig gedroegen en men alstoen besloot een laatste poging tot erlangen van hulp aan te wenden, door de laatste overgebleven sloep af te zenden, bemand met tweede stuurman Kast, bootsman Veerman en vier Javanen, met een schriftelijk verzoek van genoemde Gouverneur, om twee vaartuigen met proviand en een dokter, welke manschappen met de meest stoutmoedigheid deze gewaagde onderneming volbrachten en na een voorspoedige reis van 6 dagen op 30 dito te Amboina aankwamen. Reeds de volgende dag werd de gouvernementsschoener NAUTILUS tot hulp afgezonden, elke echter door storm genoodzaakt was terug te keren, doch op 4 juni de tocht hervat, vergezeld van de Nederlandse koloniale brik ERICH. Tot 9 juni had men te Amboina nog niets aangaande deze beide vaartuigen vernomen, men hoopte echter, dat dezelven genoegzaam tijdig bij het wrak zouden zijn aangekomen, uit hoofde men op het rif niet met grond konden verwachten, dat de laatstgenoemde sloep in 6 dagen Amboina zouden kunnen bereikt hebben en men dientengevolge het voornemen om, volgens het rapport van genoemde tweede stuurman, bij de hoogste nood en het uitblijven van alle hulp, het rif op een van de overblijfselen van het wrak samengesteld wordend vlot te verlaten en zich op goed geluk doen wegdrijven, bij de aankomst derzelver nog zijn ten uitvoer gebracht. Ook van Sourabaya waren dadelijk vaartuigen tot hulp vertrokken.
(opm: zie JC 300837 en overige berichten over deze stranding)

Afbeelding
Datum 26 oktober 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 25 oktober. Aangaande de van de stoomboot WILLEM I op een koraal rif geraakte passagiers en equipagie (bevorens gemeld [opm: zie RC 171037]), wordt van Batavia, van den 28 juni bericht, dat reeds enige dagen vóór het vernemen van die ramp, op het bericht dat het stoomschip den 29 mei nog niet te Amboina was aangekomen, een oorlogsvaartuig, op last van Z.Exc. de Gouverneur-Generaal, was uitgelopen om het op te zoeken, en dat sedert nog twee andere schepen derwaarts gezonden waren, ter mogelijke hulp en redding, als mede dat men op het rif, bij het zenden van het bericht op den 24 mei, nog voor vijftien dagen levensmiddelen had.

Afbeelding
Datum 27 oktober 1837
Krant PGC - Provinciale Groninger Courant

Aangaande de stoomboot WILLEM I (opm: WILLEM DE EERSTE) op een koraalklip geredde passagiers en equipage wordt van Batavia op 28 juni gemeld, dat reeds enige dagen voor het vernemen van die ramp, op het bericht dat het stoomschip op 29 mei nog niet te Amboina was aangekomen, een oorlogsvaartuig, op last van Z. Excellentie de Gouverneur-Generaal was uitgelopen, om hetzelve op te zoeken en dat sedert nog twee andere schepen derwaarts gezonden waren, ter mogelijke hulp en redding, alsmede dat men op het rif, bij het afzenden van het bericht, op 24 mei nog voor 15 dagen levensmiddelen had.

Afbeelding
Datum 21 november 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Rotterdam, 20 november. Het schip JACOBUS, kapt. J. Lourens, den 13 augustus van Batavia vertrokken en heden te Hellevoetsluis binnengekomen, heeft het verblijdend bericht overgebragt, dat al de schipbreukelingen van het stoomschip WILLEM DE EERSTE gered zijn. Kapitein Deighton met de schoener SIRIUS op Java aangekomen van Ternate, heeft op de laatstgenoemde plaats in persoon gesproken de heer Spreeuwenberg, één der schipbreukelingen, die reeds van Amboina te Ternate was aangekomen en bericht heeft, dat de schipbreukelingen allen gered waren door Zr.Ms. koloniale schoener NAUTIILUS, na 35 dagen op de koraalplaat Lucipara te hebben doorgebragt, beroofd van alles wat zij bij zich hadden en geworsteld hebbende met alle mogelijke gebrek, zo zelfs, dat zij ten laatste zich met een kelkje water daags hadden moeten behelpen. Meerdere bijzonderheden waren nog onbekend, doch te Batavia was de vreugde algemeen. (opm: zie o.a. JC 300837 en 171037)

Afbeelding
Datum 25 november 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Rotterdam, 24 november. In de Javasche couranten vindt men omtrent de redding der schipbreukelingen van Zr.Ms. stoomschip WILLEM I (opm: WILLEM DE EERSTE, zie o.a. JC 300837) het volgende:
De angstvallige bezorgdheid, welke gedurende een geruime tijd bestond omtrent het lot der equipagie en passagiers van Zr.Ms. stoomschip WILLEM I, hetwelk op een rif der Lucipara’s, bezuiden Amboina, op zijn reis van Soerabaya derwaarts, vergaan is, heeft opgehouden, door de zeer verblijdende tijding dat al de schipbreukelingen zijn gered geworden.
Het genoemd stoomschip vertrok den 26 april jongstleden naar Amboina, voornamelijk tot het overbrengen van de benoemd waarnemend gouverneur der Molukko’s, F.V.A. de Stuers, die zich met zijn echtgenoot en vier kinderen, benevens enige andere passagiers en een aantal militairen, op gemelde bodem had ingescheept. Den 24 juni ontving het Gouvernement de tijding van Amboina, dat aldaar was aangekomen een sloep van de WILLEM I, bemand met twee Europeanen en vier Javanen, medebrengende het droevig bericht, dat het schip in de nacht van den 5 op den 6 mei op de Lucipara gestoten had, en door zijn equipagie, 140 zielen uitmakende, verlaten was geworden. Allen hadden zich begeven op de enige droge plek van het rif, naauwelijks groot genoeg om hen te bevatten. In deze zorgelijke toestand had men aanvankelijk den 9 mei een sloep afgezonden, om te Timor, Bima of op Java hulp te zoeken. Den 24 mei deed men de nog enig overgebleven sloep naar Amboina vertrekken, die aldaar dan ook gelukkig in de tijd van zes dagen aankwam. Den 31 mei vertrok van daar Zr.Ms. coloniale brik NAUTILUS, commandant luitenant 1e klasse T.N. Mulier tot redding der schipbreukelingen, doch werd door storm genoodzaakt terug te keren. Den 4 juni ging zij andermaal onder zeil vergezeld van het particulier schip DE ERICH, gezagvoerder Casand, en dit was de laatste bijzonderheid, welke op Java bekend werd.
Van Soerabaya werden toen terstond Zr.Ms. coloniale schoeners KAMELION en JANUS, benevens de civiele schoener VLIEGENDE VISCH, in zee gezonden, om hulp te bieden of het vlot op te sporen waarop de schipbreukelingen verklaard hadden zich in de uiterste nood te zullen wagen, en met de zamenstelling waarvan men den 24 mei ook reeds bezig was, doch de beide coloniale schoeners keerden van een verloren reis naar Soerabaya terug; de laatstgenoemde bodem ging echter, na de bekomen schade hersteld te hebben, den 10 juni op nieuw onder zeil, om de togt nogmaals te beproeven.
Het lang uitblijven van tijding vermeerderde intussen de bekommering over het lot der ongelukkige schipbreukelingen en deed aan hun redding wanhopen, toen van Ternate de blijde tijding werd ontvangen, dat zij allen door Zr.Ms. brik NAUTILUS gered en den 12 juni op Amboina behouden waren aangekomen. Vijf weken hebben zij op het rif in de allernoodlottigste positie doorgebragt, zich met 7 ponden rijst daags gevoed, en soms naauwelijks genoegzaam drinkwater gehad om niet van dorst om te komen. Behalve één man, die, volgens de tijding, met de naar Amboina afgezonden sloep overleden was, hadden zij het leven van geen hunner te betreuren. Gedurende al die rampen is de goede orde en eensgezindheid onder zo vele mensen van verschillende rang en stand, en in zulk een donkere toekomst, als door hen lang werd verbeid, geen ogenblik gestoord geweest.
Het goed beleid en de doelmatige schikkingen van de luitenant-kolonel De Stuers, zowel als zijn bedaardheid en beraden vastheid (opm: vastberadenheid) in al zijn handelingen, hebben tot voorbeeld en regel van allen gestrekt, en veel bijgedragen tot de gelukkige uitkomst voor de schipbreukelingen, als welke wij thans mogen vermelden; terwijl ook de gepensioneerde ambtenaar Van Spreeuwenburg, die zich onder de schipbreukelingen bevond, zich in deze omstandigheden van een zeer gunstige zijde heeft doen kennen.
Ook is reeds voorlopig bekend geworden, dat de commandant van de coloniale brik NAUTILUS, de luitenant 1e klasse Muller voornoemd, met de overige état-major van dat schip, niets hebben ontzien om aan hun menslievende pogingen tot redding zulk een gunstige uitslag te verzekeren, als die waarmede hun edele verrigtingen nu zijn bekroond geworden, en waarvoor zij gewis aanspraak op de algemene achting hebben verworven.
Meerdere bijzonderheden worden met belangstelling van de heer De Stuers tegemoet gezien.

Afbeelding
Datum 09 december 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Rotterdam, 8 december. Aangaande de eerst afgezonden sloep van het op het Lucipara-rif gestrande stoomschip WILLEM I (opm: WILLEM DE EERSTE, zie o.a. JC 300837), van welke sedert niets vernomen was geworden, wordt van Batavia van den 28 augustus bericht, dat zij, bemand met de tweede luitenant P.C.S. Rauws, de opperstuurman J.A. Muller, de stuurmansleerling W.P. Schrooijestein, een Europese matroos en vier inlandse roeijers, den 11 mei op de hoogte van het eiland Wetter, door enige maugendanose (opm: voorheen Magindanao, thans Mindanao, dus rovers afkomstig uit de Filippijnen) roverspraauwen genomen en van alles, zelfs de klederen der bemanning, beroofd geworden is; na tot den 16 juli in een kleine praauw, zonder kleding en ook bijna zonder voedsel, gevangen gehouden te zijn, gedurende welke tijd men beraadslaagde om hen ter dood te brengen of te Manila als slaven te verkopen, was men eindelijk over de losprijs, bestaande in 1000 Spaanse matten, enig linnen, opium, enz. eens geworden, en werd de luitenant Rauws en de matroos naar Bima (opm: Kleine Sunda Eilanden, 08º27’ Z.B. 118º43’ O.L.) gezonden om de losprijs te halen, na welkers uitbetaling, door de civiele gezagshebber Steyns te Bima en de Sultan bijeengebragt, ook de stuurman Muller en de stuurmansleerling Schrooijestein werden vrijgegeven; de vier geredde Europeanen werden vervolgens van Bima naar Macassar overgebragt en aldaar opgenomen door Zr.Ms. oorlogs-schoener JANUS, in der tijd van Soerabaya tot opsporing van het stoomschip WILLEM I uitgezonden.

Afbeelding
Datum 21 december 1837
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Rotterdam, 20 december. De Javasche couranten van den 30 augustus, 2 en 6 september behelzen: Door het gouvernement is een betere hydrographische opname, dan tot dusverre heeft plaats gehad, bevolen van de als havens bruikbare baaijen aan de Zuidkust van Java, te beginnen aan de Wijnkoopsbaai (Palaboean Ratu) tot de baaijen van Penantjong, Pangool, Soembring, Degara-wedie, Gemak en verder tot zodanige punten tot als in loco van belang zullen geacht worden, ten einde de steeds toenemende vaart langs de Zuidkust van Java, door het bezit van goede zeekaarten, meer te beveiligen. Met het begin van de tegenwoordige oostmousson is daartoe een expeditie, van de nodige instructies voorzien, bestaande uit de tot Zr.Ms. auxiliair (opm: hulp-) esquader behorende corvet CASTOR, gecommandeerd door de kapitein-luitenant F.H. Ampt, benevens uit Zr.Ms. coloniale schoener KROKODIL, waarvan het bevel is opgedragen aan de luitenant der Nederlandsche Marine B.G. Esscher, derwaarts afgezonden. Deze commissie heeft, na aankomst ter plaatse, en na vooraf vele locale moeijelijkheden te hebben overwonnen, dadelijk haar taak aangevangen en ijverig doorgezet, met dat belangrijke gevolg, dat de opname van de Wijnkoopsbaai omstreeks de helft der maand augustus jongstleden volbragt was, hebbende de schepen op den 18 dier maand de gemelde baai verlaten en de steven naar de kust van Bantam gewend, ter voortzetting van de arbeid. De commandant der expeditie stelde zich voor, dat tegen oktober aanstaande de kaart van de Wijnkoopsbaai voltooid en een gedeelte van de kust bewesten voldoende opgenomen zou zijn. Voorts is nog door gemelde commandant voorlopig gerapporteerd, dat in de Zandbaai, gelegen in de Wijnkoopsbaai, een blinde klip is ontdekt, waarop, met laag water, slechts twee voet diepte is bevonden, aan welke hij de naam van Castor-klip gegeven heeft.
Het heeft Zijne Excellentie de Gouverneur-Generaal behaagd, de luitenant-kolonel F.V.A. de Stuers, waarnemend gouverneur der Molukkos, te bevorderen tot kolonel, ter beloning zijner belangrijke diensten bij de schipbreuk van Zr.Ms. stoomschip WILLEM I (opm: WILLEM DE EERSTE, zie JC 300837 en volgende), en van het beleid, de vastberadenheid en het voorbeeldig manmoedig gedrag, benevens de onvermoeide zorg en inspanning, door hem aan de dag gelegd bij en na het gemeld voorval en tijdens het verblijf der schipbreukelingen op de rotsen der Lucipara, gedurende 37 dagen, ten gevolge waarvan zij behouden zijn gebleven.

Afbeelding
Datum 09 januari 1838
Krant ZZC - Zierikzeesche Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Bij de Gebroeders Abrahams te Middelburg is thans in boekformaat gedrukt het verhaal der geledene schipbreuk door het stoomschip WILLEM I op de Lucipara’s, onlangs door de dagbladen medegedeeld (opm: WILLEM DE EERSTE, zie o.a. JC 300837). De prijs is 30 cents.

Afbeelding
Datum 07 februari 1838
Krant JC - Javasche Courant

Het Hoog Militair Gerechtshof van Nederlands-Indie heeft, na behoorlijk onderzoek der zaak van de gewezen commandant van Zr.Ms. stoomschip WILLEM I, J.K.D. Lammleth, bij een uitvoerig gemotiveerde sententie van de 30e januari j.l. verklaard, dat de 1e luitenant honorair bij het op te richten corps mariniers Johannes Karel Daniel Lammleth, gewezen bevelhebber van Zr.Ms. stoomschip WILLEM I, zich wegens het verlies van gemeld vaartuig volkomen heeft verantwoord, en heeft dezelve vrij gesproken van alle schuld of plichtverzuim deswege en hem mitsdien ontheven van alle verdere vervolgingen te dezer zake, als mede van de kosten.
De voormelde uitspraak is hoofdzakelijk gegrond geweest op de overwegingen, dat het verlies van Zr.Ms. meergemeld stoomschip WILLEM I alleen moet worden toegeschreven aan de omstandigheid dat de ligging der Lucipara-eilanden en reven op de daarvan bestaande kaarten, en speciaal op die van Horsburgh (opm: bekend Brits cartograaf), en in 1833 uitgegeven, en welke door alle zeevarenden steeds wordt geraadpleegd en gevolgd, niet behoorlijk is geplaatst en bekend gesteld, zijnde het uit het gehouden onderzoek volkomen gebleken, dat de gezagvoerder Lammleth in de bepaling van de koers al die maatregelen van voorzichtigheid heeft in het werk gesteld, welke van een goede en getrouwe gezagvoerder van een Landsvaartuig konden verwacht worden.

Afbeelding
Datum 06 juli 1838
Krant LC - Leeuwarder Courant

In de Javasche Couranten tot den 14 februari vindt men het volgende.
Het hoog militair gerechtshof van Nederlands-Indië heeft, na een behoorlijk onderzoek der zaak van de gewezen Commandant van Zr. Ms. Stoomschip WILLEM 1 (opm: WILLEM DE EERSTE, zie o.a. JC 300837), J.K.D. Lammleth, bij een uitvoerig gemotiveerde sententie (opm: vonnis) van 30 januari j.l, verklaard, dat de 1e luitenant honorair bij het op te richten corps mariniers, J.K.D. Lammleth, gewezen bevelhebber van Zr.Ms. stoomschip WILLEM DE EERSTE, zich, wegens het verlies van gemeld vaartuig, volkomen verantwoord, en heeft hem vrijgesproken van alle schuld of plichtsverzuim deswege, en mitsdien ontheven van alle verdere vervolgingen te dezer zaak, alsmede van de kosten. De voormelde uitspraak is hoofdzakelijk gegrond geweest op de overwegingen, dat het verlies van Zr.Ms. meergemeld Stoomschip WILLEM DE EERSTE alleen moet worden toegeschreven aan de omstandigheden, dat de ligging der Lucipara eilanden en riffen op de daarvan bestaande kaarten en speciaal op die van Horsburgh (opm: Brits cartograaf), in 1833 uitgegeven, en welke door alle zeevarenden steeds wordt geraadpleegd en gevolgd, niet behoorlijk is geplaatst en bekend gesteld, zijnde uit het gehouden onderzoek volkomen gebleken, dat de gezagvoerder Lammleth, in de bepaling van de koers, al die maatregelen van voorzichtigheid heeft in het werk gesteld, welke van een goede en getrouwe gezagvoerder van een landsvaartuig konden worden verwacht.

Afbeelding