Inloggen
LAURENS KOSTER - ID 8246


Kroniekberichten

Datum 10 april 1841
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Schepen in lading

Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar Batavia het nieuw gebouwd en gekoperd barkschip LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, hebbende uitmuntende inrichtingen voor passagiers, om de 18e dezer van Hellevoetsluis te vertrekken. Adres ten kantoren van Kuyper, Van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen.

Afbeelding
Datum 28 augustus 1841
Krant JC - Javasche Courant
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 23 augustus. Heden zijn hier aangekomen de Nederlandse bark LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, vertrokken van Rotterdam de 23e april, de dito bark PROVINCIE GRONINGEN, kapt. J.H. Stoelman, vertrokken van Amsterdam de 29e april, het dito schip LUCIA MARIA, kapt. H. Winte, vertrokken van Amsterdam de 17e april, en de dito bark het ZEEPAARD, kapt. J. Giltjes Lzn., met een passagier, vertrokken van Middelburg de 1e mei.

Afbeelding
Datum 09 februari 1843
Krant RC - Rotterdamsche Courant
Type bericht Schepen in lading

Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar Batavia het Nederlands gekoperd barkschip LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, hebbende uitmuntende inrichtingen voor passagiers en voerende een bekwame scheepsdokter, om de 18e dezer te vertrekken.
Adres ten kantoren van Kuyper, Van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen.

Afbeelding
Datum 17 juni 1843
Krant JC - Javasche Courant

Scheepsberichten. Batavia. Aangekomen:
13 juni. Nederlandse bark PROTEUS, kapt. F. Guijt, vertrokken van Amsterdam de 3e januari; dito schip (opm: fregat) DOCTRINA ET AMICITIA, kapt. C.C. Kroger, vertrokken van Amsterdam de 1e maart; dito schip OCEAAN, kapt. N.D. de Boer, vertrokken van Amsterdam de 4e dito.
14 juni. Nederlandse bark MARIA SUSANNA HENDRIKA, kapt. C.J. Berghuis, vertrokken van Amsterdam de 1e maart; dito bark STRAAT SUNDA, kapt. H.M. Volkertsen, vertrokken van Amsterdam de 17e februari, met 1 passagier; dito bark LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, vertrokken van Rotterdam de 23e februari; dito bark LIBRA, kapt. U. Trip, vertrokken van Rotterdam de 23e dito.
15 juni. Nederlands schip PRINS VELDMAARSCHALK, kapt. J.R. Butter, vertrokken van Schiedam de 8e februari; dito schip THEODORA EN SARA, kapt. T. Schut, vertrokken van Amsterdam de 23e februari; dito schip DE IJSTROOM, kapt. J.P. Deterding, vertrokken van Amsterdam de 6e februari.

Afbeelding
Datum 26 augustus 1843
Krant JC - Javasche Courant

Postkantoor. Wordt ter kennisse van het publiek gebracht, dat op morgen middag ten één uur, aan het postkantoor te Weltevreden brieven pakketten zullen worden gesloten voor de Nederlandse schepen TRITON, kapt. H. Olie, naar Amsterdam en LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, naar Rotterdam.
Batavia, 25 augustus 1843, de postmeester J. Boshuizen

Afbeelding
Datum 26 januari 1844
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Schepen in lading

Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar Batavia het Nederlands gekoperd barkschip LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, om in het begin der maand februari te vertrekken. Adres ten kantore van Kuyper, Van Dam & Smeer en Hudig & Blokhuyzen.

Afbeelding
Datum 02 maart 1844
Krant DC - Dordtsche Courant

Het schip LAURENS KOSTER, kapt. Kleve, van Rotterdam naar Batavia, is den 25 dezer met verlies van 2 ankers en kabels te Ramsgate binnengelopen.

Afbeelding
Datum 10 juni 1844
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Rotterdam. Volgens brief van kapt. Kleve, voerende het schip LAURENS KOSTER, van hier naar Batavia, in dato 4 april bevond hij zich toen in goede staat zeilende op 01º30’ ZB 19º20’ WL; hetzelve was 6 maart van Ramsgate vertrokken en in 19 dagen de linie gepasseerd, doch was toen door stilte overvallen.

Afbeelding
Datum 15 juni 1844
Krant JC - Javasche Courant
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 12 juni. De 10e juni is hier aangekomen de Nederlandse bark JAVA’s WELVAREN, kapt. J.W. Retgers, met twee passagiers, de 8e maart van Amsterdam vertrokken.
Gisteren zijn hier aangekomen het Nederlandse schip DILIGENTIA, kapt. H.F. Horneman, met een passagier, de 22e februari van Rotterdam vertrokken, en de dito bark MARIE JULIE, kapt. P.F. Marker, de 23e februari van Rotterdam vertrokken.
Heden is hier aangekomen de Nederlandse bark LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, de 22e februari van Rotterdam vertrokken.

Afbeelding
Datum 01 februari 1845
Krant DC - Dordtsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Dordrecht, 31 januari. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn, voor de maand februari, bevracht de volgende bodems:
Voor Rotterdam: de schepen PIETER CORNELISZOON HOOFT, kapt. D.H. de Boer; LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Cleve; RHOON EN PENDRECHT, kapt. F. Fokkens en MARIE JULIE, kapt. P.E. Marker.
Voor Amsterdam: de schepen ALBATROS, kapt. K.P. Haasnoot; LUCIA MARIA, kapt. B. Barends; ADOLPH VAN NASSAU, kapt. J.H. Brandt; WASSENAAR, kapt. K. Spiegelberg; AERT VAN NES, kapt. J. Noback; PALEMBANG, kapt. B.M. Corbière; CATHARINA JOHANNA, kapt. J.N. Schneebeke en GEZINA, kapt. P. Burggraaff.
Voor Dordrecht: het schip ABEL TASMAN, kapt. L. van Haften.
Voor Middelburg: het schip de ROOMPOT, kapt. S. van Delden.

Afbeelding
Datum 16 juli 1845
Krant JC - Javasche Courant
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 14 juli. Heden zijn alhier aangekomen de Nederlandse schepen SUZANNA CHRISTINA, kapt.J. Hoekstra, met enige passagiers, vertrokken van Texel de 1e april, LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, vertrokken van Rotterdam de 5e april, en ABEL TASMAN, kapt. L. van Haften, vertrokken van Hellevoetsluis de 5e april.

Afbeelding
Datum 30 juli 1846
Krant DC - Dordtsche Courant

Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende schepen:
Voor Amsterdam: JOHANNA CATHARINA, kapt. L. Wildschut; JAPAN, kapt. W. van der Zee; LOUISA MARIA, kapt. B.C. Jaski; OOST INDIA PACKET, kapt. B. Bakker Wz.; LUCIA MARIA, kapt. R. Barends; CATHARINA JOHANNA, kapt. C. Tjebbes, en ALBATROS, kapt. K.P. Haasnoot.
Voor Rotterdam: JOHANNA, kapt. H. Poort; BATAVIER, kapt. H.H. Uil; DELFT, kapt. B.J. Muller; NIEUW LEKKERLAND, kapt. W.H. Kramer, en LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve.
Voor Dordrecht: PICTURA, kapt. M.F. Tydeman.

Afbeelding
Datum 23 december 1846
Krant JC - Javasche Courant
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 19 december. Gisteren is hier aangekomen de Nederlandse bark MARIA JOHANNA, kapt. G. Sullock, met een passagier, vertrokken van Rotterdam de 2e september.
Heden is hier aangekomen de Nederlandse bark LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Klene, vertrokken van Rotterdam de 26e augustus.

Afbeelding
Datum 15 december 1847
Krant JC - Javasche Courant
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 14 december. De 11e dezer zijn hier aangekomen het Nederlandse schip de TWEE ANTHONY´S kapt. A. Plug, met acht passagiers, de 24e augustus vertrokken van Rotterdam, en de dito bark LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, de 27e augustus vertrokken van Rotterdam.
Heden is hier aangekomen het Nederlandse schip MARGARETHA SIMONETTA, kapt. F.J. Hoffman, de 27e augustus vertrokken van Amsterdam.

Afbeelding
Datum 03 oktober 1848
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Amsterdam, 2 oktober. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende schepen:
Voor Amsterdam: JEANNETTE PHILIPPINE, kapt. N. Rademaker, en JAPAN, kapt. W. van der Zee.
Voor Rotterdam: LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, en ELISE SUSANNE, kapt. N.A. Dijkama.

Afbeelding
Datum 20 november 1848
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Sheerness, 16 november. De Nederlandse bark LAURENS KOSTER, kapt. Kleve, met 148 soldaten van Rotterdam naar Batavia bestemd, is heden door de stoomboot ROBERT BRUCE in deze haven gebracht, hebbende verscheidene zieken aan boord. Naar men verneemt, zijn zes soldaten na 48 uren lijdens aan de cholera gestorven, terwijl 27 anderen, onder welke zich mannen van de equipage bevinden, ziek zijn, waaronder zeven aan de cholera. Het schip is naar Nove gezonden in afwachting van nadere orders van Londen, waarheen de kapitein zich begeven heeft ten einde autorisatie te erlangen om de troepen over te schepen op een ander vaartuig, ten einde de ziekte zo veel mogelijk tegen te gaan.

Afbeelding
Datum 21 november 1848
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Sheerness, 17 november. De Nederlandse bark LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, is heden op order van de bevoegde autoriteiten door de stoomboot WILDFIRE in Standgate Creek gesleept geworden. De troepen zijn naar het Rijksvaartuig RAMILIES overgebracht, en de zieken aan boord van het hospitaalschip BACCHANTE gevoerd. Heden zijn geen nieuwe ziektegevallen waargenomen. De enige persoon, die gevaarlijk ziek ligt, is de opperstuurman. Het schip zal, voordat de bemanning en de troepen er op terug keren, gezuiverd en berookt worden. Sedert het Rotterdam verliet, zijn er 14 personen aan boord van dit vaartuig ten gevolge van de cholera overleden.

Afbeelding
Datum 24 november 1848
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 23 november. Volgens een brief van kapt. D.R. Kleve, voerende het schip LAURENS KOSTER, in dato Sheerness, 21 november, hadden zich onder de militairen geen verdere gevallen van cholera opgedaan, en waren de meeste zieken langzaam herstellende. Van de equipage was niemand overleden. De opperstuurman was aan de beterhand en scheen het gevaar te boven. Slechts een der matrozen was nog bedenkelijk ziek, maar overigens was de equipage welvarende. Het schip was gezuiverd en berookt, zodat men hoopte dat de besmetting geweken zou zijn om, zodra de militairen hersteld waren, de reis te vervolgen.

Afbeelding
Datum 27 november 1848
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 26 november. Volgens particulier bericht van kapt. D.R. Kleve, voerende het schip LAURENS KOSTER, in dato Sheerness 24 november, was de eerste stuurman geheel hersteld en ook de matroos, die gevaarlijk ziek had gelegen, beter, zodat de equipage wederom gezegd kan worden in orde te zijn. Van de militairen lagen er nog vier ziek, waarvan twee gevaarlijk; de overigen waren welvarende. Kapt. Kleve dacht de 25e de troepen weder aan boord te kunnen nemen en men zou daarna enige dagen wachten om te zien hoe zich alles schikte ten einde de reis naar Java te kunnen voortzetten. Sedert het binnenlopen van het schip op de 15e dezer hadden zich geen nieuwe gevallen van cholera opgedaan.

Afbeelding
Datum 04 december 1848
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

(Geen plaats of datum) Volgens brief van kapt. D.R. Kleve, voerende het schip LAURENS KOSTER, in dato Sheerness 29 november, waren de militairen, op weinigen na, geheel hersteld en men hoopte, zodra de gelegenheid gunstig zou zijn, de reis voort te zetten. De equipage was welvarende.

Afbeelding
Datum 12 december 1848
Krant DC - Dordtsche Courant

Volgens bericht van Sheerness, lag het schip LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, met troepen van Rotterdam naar Batavia bestemd, de 6e december aldaar gereed om bij gunstige wind de reis voort te zetten. De troepen en equipage genoten nu de meest wenselijke gezondheid.

Afbeelding
Datum 22 december 1848
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 21 december. De LAURENS KOSTER, kapt. Kleve, is de 18e dezer naar de Duins (opm: The Downs) gesleept en aldaar dezelfde dag geankerd.

Afbeelding
Datum 02 augustus 1850
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden de volgende 20 schepen, als:
Voor Rotterdam: JACATRA, kapt. Buys Jz, GENERAAL VAN DEN BOSCH, kapt. Parlevliet Jz, JACOBA HELENA, kapt. Pfeil, LAURENS KOSTER, kapt. Kleve, JONGE JAN, kapt. ? MENADO, kapt. Rijken, MARIA MAGDALENA, kapt. Popken, SIRENE, kapt. Zwart, en EUGENIE, kapt. Bargman.
Voor Amsterdam: PHILIPS VAN MARNIX, kapt. Van Duyn, DIONYSIA CATHARINA, kapt. Arenspoot, CASTOR, kapt. Noodt, MARCO BOZZARIS, kapt. De Boer Czn, SUSANNA CHRISTINA, kapt. Corbière, CORNELIA EN HENRIETTE, kapt. Gollards, en JAVA, kapt. Tuk.
Voor Schiedam: OSIRIS (van Dordrecht), kapt. Stam de Jonge.
Voor Middelburg: ELIZABETH EN JOHANNA, kapt. Ballot, MERCURIUS, kapt. Veeneman, en SCHOUWEN, kapt. Kraan.

Afbeelding
Datum 09 september 1850
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Hellevoetsluis, 6 september. De schepen ZES GEZUSTERS, kapt. G.H. Ruhaak, en LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve, beide bestemd naar Batavia, zijn met elkander in aanzeiling geweest, waardoor de laatste de bezaansboom heeft gebroken.

Afbeelding
Datum 01 januari 1851
Krant JC - Javasche Courant
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Batavia, 30 december.
Aangekomen. De 27e dezer: Nederlandse brik RAPIA, kapt. A.P. Petterson,, van Gotenburg, met twee passagiers. De 28e dezer: Nederlandse bark ZORGVLIED, kapt. J.G. Appel, van Texel de 18e augustus. LAURENS KOSTER JZ., kapt. D.B. Kleve, van Rotterdam de 8e september. AL MOCHLARIE, kapt. Said Moehamat bin Sech bin Sahil, van Riouw de 22e september. De 29e dezer. Zr.Ms. stoomschip BATAVIA, kapt-luitenant ter zee 1e klasse J.J. van der Moore, van Onrust.
Vertrokken. De 28e dezer. Nederlandse bark NEERLANDS KONING, kapt. H. Kramer, naar Semarang. De 30e dezer. Zr.Ms. stoomschip BATAVIA, kapt.-luitenant ter zee 1e klasse I.J. van der Moore, naar Singapore, met enige passagiers en Zr.Ms. troepen; Nederlands stoomschip KONINGIN DER NEDERLANDEN, kapt. G. Batten, naar Semarang met Zr.Ms. troepen.
Schepen liggende ter rede. Zr.Ms. korvet NEHALENNIA, BOREAS, Zr.Ms. stoomschepen ETNA, SAMARANG, PHOENIX, Nederlandse schepen IJSSEL, DELFT, CASTOR, MARSOEK, FATHAR RACHMAN, SIRIUS, MARIA MAGDALENA, SUZANNA CHRISTINA, GENERAAL VAN DEN BOSCH, barken KALIEMAAS, DE ZES GEZUSTERS, RESIDENT VAN SON, MARIA JOHANNA, IDA ELIZABETH, ELLEN, PRINS HENDRIK, BALGIS, JACATRA, SHAT ELVRAT, REMBRANDT VAN RHIJN, ELISABETH EN JOHANNA, DE JONGE JAN, ZORGVLIET, LAURENS JANSZOON KOSTER, AL MOEHLARIE, brikken SIRENE, ALMANSOOR, schoeners DJEILANIE, ZEEMANSHOOP.

Afbeelding
Datum 25 januari 1853
Krant AH - Algemeen Handelsblad

Door de Nederlandsche Handel Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende 12 schepen, als:
Voor Amsterdam: DIONYSIA CATHARINA, kapt. C.J. Jaski.
Voor Rotterdam: DANKBAARHEID AAN DE NEDERLANDSCHE HANDEL MAATSCHAPPIJ, kapt. B.J.D. Drent; INDIA, kapt. …; JACATRA, kapt. Th. Buys Jz.; JAN VAN GALEN, kapt. P.H. de Boer; JONGE JAN, kapt. …; LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve; MARIA ADRIANA, kapt. S. van der Held.
Voor Dordrecht: OSIRIS, kapt. G. Crans; TAGAL, kapt. J.F.H. Göbel.
Voor Schiedam: LOOPUYT, kapt. C.C. Boumeester; SOOLOO, kapt. M. Korteland.

Afbeelding
Datum 02 februari 1853
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 1 februari. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn in de loop der maand januari bevracht geworden de volgende schepen, als:
Voor Rotterdam: DANKBAARHEID AAN DE NEDERLANDSCHE HANDEL MAATSCHAPPIJ, kapt. J. Krol; INDIA, kapt. R.J. Rijken; JACATRA, kapt. Th. Ruijs Jz; JAN VAN GALEN, kapt. P.H. de Boer; JONGE JAN, kapt. W. van Hoogenstraten; LAURENS KOSTER, kapt. D.R. Kleve; MARIA ADRIANA, Kapt. S. van der Held; HENDRIKA, kapt. P. Admiraal; MAPPA, kapt. J. Muller.
Voor Amsterdam: DIONYSIA CATHARINA, kapt. C.J. Jaski; OOST INDIA PACKET, kapt. B. Bakker Gz; GRAAF DIRK III, kapt A.J. van Nouhuis (van Dordrecht),’s HERTOGENBOSCH, kapt. E.J. v.d. Braak (van dito); BIESBOSCH, kapt. M. van Rijn van Alkemade (van dito); CHRISTOPHORUS COLUMBUS, kapt. G. Groeneveld; ALIDA WILLEMINA, kapt. G.E. Doornbos; CORNELIS HOUTMAN, kapt. J.H. Rolman (*); ZWALUW, kapt. H.D. Visser (*). Voor Dordrecht: OSIRIS, kapt. G. Crans; TAGAL, kapt. J.F.H. Göbel.
Voor Schiedam: LOOPUYT, kapt. C.C. Bouwmeester; SOOLO, kapt. M. Korteland.
Voor Middelburg: SCHOUWEN, kapt. H.A.W. van Reede.
NB. Uitgezonderd de beide met (*) getekende, hebben wij reeds van tijd tot tijd de bevrachtingen van bovenstaande schepen medegedeeld.

Afbeelding
Datum 20 maart 1856
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Verkoop schepen

Advertentie. De makelaars F.W. van Dam en F.N. & W.H. Montauban van Swijndregt te Rotterdam zijn van mening, als last hebbende van hun meester, op dinsdag de 8e april 1856, des middags ten 12 ure, in de zaal op de hoek van de Scheepmakershaven en Bierstraat, wijk 1, N. 499, publiek te veilen het extra snelzeilend, Nederlands, kopervast barkschip, LAURENS KOSTER, gevoerd door kapt. D.R. Kleve, volgens meetbrief lang 36 el 20 duim, wijd 6 el 62 duim, hol 5 el 21 duim, en alzo groot 555 tonnen of 293 lasten; met al deszelfs rondhout, staand en lopend want, geschut, ankers, kettingen, touwen, zeilen en verdere inventaris, zoals hetzelve is liggende in de Zalmhaven, aan de scheepstimmerwerf van de Heren De Jong, Kortland & Anthony. Voorts zal nog worden geveild een chronometer. (opm: zie NRC 210456)

Afbeelding
Datum 07 april 1856
Krant AH - Algemeen Handelsblad
Type bericht Verkoop schepen

Advertentie. De makelaars F. en W. van Dam, en F.N. en W.H. Montauban van Swijndregt, te Rotterdam, zijn van mening als lasthebbende van hun meester, op dinsdag de 8e april 1856, des middags ten twaalf ure, in de Zaal op de hoek der Scheepmakershaven en Bierstraat Wijk 1 No. 499, publiek te veilen: Het extra snelzeilend Nederlands kopervast barkschip LAURENS KOSTER, gevoerd door kapt. D.R. Kleve, volgens meetbrief lang 36 el 20 duim, wijd 6 el 62 duim, hol 5 el 21 duim en alzo groot 555 tonnen of 293 lasten, met al deszelfs rondhout, staande en lopend want, geschut, ankers, kettingen, touwen, zeilen en verdere inventaris, zoals hetzelve is liggende in de Zalmhaven aan de Scheepstimmerwerf van de heren De Jong Kortland en Anthonij.
Voorts zal nog worden geveild een chronometer.

Afbeelding
Datum 09 april 1856
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Verkoop schepen

Verkoping van schepen in de zaal op de hoek der Scheepmakershaven en Bierstraat, te Rotterdam op dinsdag 8 april:
- Het extra snelzeilend Nederlands kopervast barkschip LAURENS KOSTER, groot 555 tonnen of 293 lasten, opgehouden tot NLG 25.000.
- Het extra snelzeilend, onder Nederlandse vlag varende schoenerschip ZWALUW, groot 71 tonnen: deze veiling heeft geen plaats gehad; zijnde het schip uit de hand verkocht.
- Het extra snelzeilend tweemast smakschip CORNELIA, groot 77 tonnen, opgehouden tot NLG 7000.

Afbeelding
Datum 14 april 1856
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Schiedam, 12 april. Het schip LAURENS KOSTER, dat in deze week te Rotterdam geveild werd (opm: zie NRC 200256), is, naar wij vernemen, na de afloop van de veiling aangekocht door de heren De Groot, Roelants & Co alhier.

Afbeelding
Datum 15 mei 1857
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Binnenlandse berichten, diverse

Rotterdam, 14 mei. Het te Schiedam te huis behorende barkschip LAURENS COSTER, kapt. Coene (opm: LAURENS KOSTER, kapt. M. Koenen), van Java naar Schiedam bestemd, is, na hevige stormen doorgestaan te hebben, geheel ontredderd aan de Kaap de Goede Hoop binnengelopen. Drie man der equipage zijn over boord geslagen. (opm: zie NRC 170557)

Afbeelding
Datum 17 mei 1857
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Berichten uit het buitenland incl havens

Kaap de Goede Hoop, 6 maart. Het Nederlandse schip LAURENS KOSTER, kapt. Koenen, van Batavia naar Schiedam bestemd, is de 28e februari met schade in de Simonsbaai binnen gelopen. (opm: zie NRC 150557)

Afbeelding
Datum 12 juni 1857
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Verkoop schepen

Tafelbaai, 21 april. Het schip LOURENS KOSTER (opm: bark LAURENS KOSTER), kapt. M. Koenen, van Banjoewangie naar Schiedam, alhier met schade binnengelopen, heeft weinig geleden; van de lading zijn 1376 balen koffie en 230 kranjangs (opm: krandjang, gevlochten mand van bamboe als verpakking) suiker beschadigd verkocht.

Afbeelding
Datum 28 november 1858
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Verkoop schepen

Batavia, 9 oktober. Vrachten. Sedert onze vorige werden de volgende charters afgesloten.
Naar Nederland nam de Factorij der Nederlandsche Handel-Maatschappij op de ISAAC DA COSTA en GRAAF DIRK III tegen NLG 50 per last om op de kust te laden. De Nederlandse JAVAAN accepteerde NLG 50 voor suiker en NLG 40 voor koffij op de kust te laten en ZEELUST NLG 50 voor suiker te Cheribon, beide naar Nederland in te nemen.
Naar Manilla acepteerde de Nederlandse ADÈLE $ 0,20 per picol rijst, hier in te nemen.
Naar Sydney nam de Factorij op het Nederlandse schip ST. MICHAEL, groot 185 last, à NLG 6000 in full.
Diversen. Het Nederlandse schip YSSEL gaat een houtlading halen tot 20 pct der waarde van het hout. De GELDERLAND neemt lading in voor Japan, de SOLOO en VAN OLDENBARNEVELD verzeilden naar elders. Voor rederij-rekening laden de REIJERWAARD, TWEE ANTHONY’S, ATLAS, AMAZONE en MAARTEN VAN ROSSEM. De Nederlandse schepen VALPARAISO, LOUISA JACOBA JOHANNA en STAD SCHIEDAM moeten gerepareerd worden.
Verkocht werden de N.Gran. (opm: Nieuw Granada?) COLIBRI à NLG 13.000, terwijl de Engelse schepen ALICE MARTEN en VERNON en de Amerikaanse ESCORT te koop worden aangeboden.
Disponible zijn de Nederlandse RESIDENT VAN SON, JEANNETTE, VIJF GEBROEDERS, JOHANNA CHRISTINA, LOUISA JACOBA JOHANNA, STAD SCHIEDAM, CATHARINA WILHELMINA, DRIE VRIENDEN, NOORD BRABANT, JACOB, BANTAM, BEATRIX, NEPTUNUS, ECONOMIST, ELISABETH, NOVA ZEMBLA, ZAANSTROOM, DELFT, KRIMPEN A/D LEK, JAN VAN BRAKEL, JOHANNA EN GEERTRUIDA, CORNELIA EN GEERTRUIDA, JAN SCHOUTEN, WILHELMINA LUCIA, DOELWIJK, LAURENS KOSTER, REINHARDT, CHERIBON, ALLEGONDA JACOBA, WALVISCH, NIEUW HOLLAND, CORTGENE, VOORWAARTS, PHILIPS VAN MARNIX, LOUISE, WATERLOO, SCHOONDERLOO, DELFTSHAVEN, PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, ODILIA MARGARIETA, WILLEM I, GRONDWET, VOORUIT, EVERDINA ELISABETH, HENRIETTA, STAATSRAAD VAN DER HOUVEN, ABEL TASMAN, CATHARINA MARIA, CORNELIS SMIT, ALBLASSERDAM, PRESIDENT VAN RIJCKEVORSEL, JOHANNES ANTHONIUS, GENERAAL MICHIELS, ALMELO, EERSTELING, en PRINSES AMELIE, en diverse onder buitenlandse vlag.

Afbeelding
Datum 16 december 1858
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Vrachten, bevrachtingen

Batavia, 25 oktober. Vrachten. Tot ons leedwezen kunnen wij nog niet de minste verbetering in de stand van onze rates aangeven. Het aantal disponible schepen groeit dagelijks aan, terwijl het te verschepen product nog steeds schaars blijft en de positie van ons stapelartikel, rijst, nog geen aanleiding tot afschepingen aanbiedt. De vooruitzichten gedurende de volgende maanden blijven dan ook allertreurigst, bij de sterk sprekende cijfers van de disponible scheepsruimte van 230.000 ton in China, 40.000 ton te Singapore en 60.000 ton op Java.
Sedert onze vorige werd het Nederlands schip NOVA ZEMBLA tegen NLG 40 voor rijst, NLG 47,50 voor suiker en NLG 65 voor arak (opm: rijstbrandewijn), hier en te Passaroeang, naar Rotterdam te laden. Nederlands BANTAM maakt een kustreis van Passaroeang naar hier. Nederlands CATHARINA MARIA en JOHANNA GEERTRUIDA laden te Pamanoekan rijst voor hier. Nederlands PHILIPS VAN MARNIX haalt voor NLG 4000 een lading hout van Samarang. Nederlands JEANNETTE neemt op Madura een lading zout voor de zuidkust in. Nederlands RESIDENT VAN SON laadt te Borneo een lading steenkolen voor Padang.
Voor rederij rekening laden naar Nederland: Nederlands DOELWIJK, GRONDWET, VOORUIT.
Te koop zijn: Engels VERNON, ALICE MARTEN en Amerikaans ESCORT.
Disponible zijn: Nederlands VRIENDENTROUW, NEPTUNUS, WILHELMINA LUCIA, NIEUW-HOLLAND, LOUISE, WATERLOO, SCHOONDERLOO, DELFTSHAVEN, JAN SCHOUTEN, VALPARAISO, PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, ARDJOENO, ALLEGONDA JACOBA, LOUISA JACOBA JOHANNA, BEATRIX, COPERNICUS, ELISABETH, DELFT, ODILIA MARGARIETA, WILLEM DE EERSTE, STAD SCHIEDAM, CATHARINA WILHELMINA, JAN VAN BRAKEL, EVERDINA ELISABETH, WILLEM DE ZWIJGER, HENRIETTA, ALBEL TASMAN, TAGAL, JACOB, ECONOMIST, KRIMPEN AAN DE LEK, CORNELIS SMIT, ALBLASSERDAM, SUSANNA ELISABETH, DRIE VRIENDEN, PRESIDENT VAN RIJCKEVORSEL, JOHANNES ANTHONIUS, CHERIBON, VOORWAARTS, JOHANNA CHRISTINA, NOORD BRABAND, STAATSRAAD VAN DER HOUVEN, LOUIS MEIJER, PRESIDENT PLATE, SOUBURG, LAURENS KOSTER, CORNELIA EN GEERTRUIDA, CORTGENE, WALVISCH, GENERAAL MICHIELS, ALMELO, JONKHEER MR. VAN DER WALL VAN PUTTERSHOEK, ZAANSTROOM, PRINCES AMELIE, REINHARDT, STAD NIJMEGEN, TWEE CORNELISSEN, VIJF GEBROEDERS.

Afbeelding
Datum 30 maart 1859
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Vrachten, bevrachtingen

Batavia, 7 februari. Vrachten. Sedert ons laatste bericht zijn de vrachten niet verbeterd, integendeel heeft men wederom een nieuwe, ofschoon niet belangrijke, achteruitgang te rapporteren. Naar de Chinese havens werden verscheidene schepen bevracht, doch verwacht men daarvan geen opmerkelijke verbetering op onze markt. De daarheen gezeilde schepen namelijk, zullen er geen emplooi vinden en zich voor een goed gedeelte genoodzaakt zien op hier terug te keren, waardoor onze markt, op het moment waarop men met grond een rijzing tegemoet kan zien, opnieuw gedrukt zal worden.
Sedert onze laatste opgave werden de volgende schepen bevracht:
Naar Nederland: Nederlands SCHOONDERLOO à NLG 27,50 voor rijst naar Rotterdam als bijlading. Nederlands BEATRIX à NLG 35 voor suiker en arak te Soerabaija naar Amsterdam. Nederlands FORTUNA en WILLEM EGGERTS à NLG 35 per gemeten last, de eerste te Passaroeang en Soerabaija naar Dordrecht en de tweede te Dadep (Indramayoe) naar Amsterdam te laden. Nederlandse JACOB (312 last) voor NLG 9.750 in eens te Soerabaija naar Amsterdam. Nederlands HEBE à NLG 35 voor suiker, NLG 30 voor koffij en NLG 20 voor tin, van hier naar Rotterdam. Nederlands HAAMSTEDE à NLG 30 voor rijst te Indramayoe en NLG 32 voor suiker op de kust naar Rotterdam te laden. Nederlands KINDERDIJK à NLG 27,50 voor rijst te Soerabaija naar Rotterdam en eindelijk Nederlands NEDERLAND à NLG 35 per gemeten last naar Amsterdam.
Naar China: Nederlands JOHANNES ANTONIUS à $ 0,25 voor rijst hier naar Hongkong te laden en Nederlands EDUARD MARIE à $ 0,27 voor rijst te Cheribon en Samarang naar Amoy te laden.
Naar Sydney: Nederlands JOAN JACOB voor NLG 3.800 in eens.
Naar Boni: Nederlands EVERDINA ELISABETH (317 last) à NLG 5.000 en Nederlands STAD SCHIEDAM (411 last) à NLG 4.000 in eens voor het transport van koelies, ten dienste der expeditie tegen dat rijk.
Kustreizen doen: Nederlands KAREL AUGUST, TWEE CORNELISSEN, REINHART, COLUMBINE en CHRISTIAAN LOUIS.
Voor rederij-rekening laden: Nederlands TRITON en ZEPHIR.
Diversen: Nederlands HELMERS, verzeilde naar Japan en Bremen en de AUGUSTE EN MELINE naar Akyab.
Disponibel zijn: Nederlands DELFSHAVEN, JAN SCHOUTEN, WILLEM DE EERSTE, DRIE VRIENDEN, LOUIS MEYER, PRESIDENT PLATE, ZAANSTROOM, VIJF GEBROEDERS, BALTIMORE, EERSTELING, REGINA MARIS, OOST INDIA PACKET, EVA JOHANNA, EENSGEZINDHEID, CONSTANCE, PHILIPS VAN MARNIX, ZEELANDIA, ARY SCHEFFER, JEANNETTE EN AGATHA, PRINS VAN ORANJE, LAURENS KOSTER, LOUISE, FERDINAND EN LOUIS, WALCHEREN, ZEENIMPH, VAN OLDENBARNEVELD, GEBROEDERS HOUTMAN, HOLLANDIA, DERKINA TITIA, METALEN KRUIS, CANTON, JUPITER, KONING WILLEM II, ADMIRAAL PIET HEIN, AMERIKA, ADMIRAAL DE WINTER, STAD NIJMEGEN, PATRIARCH SAMHIRI en BROEDERTROUW.
.
NRC 300359
Soerabaija, 28 januari. Scheepsvrachten. De KINDERDIJK bedong NLG 27,50 voor rijst en NLG 35 voor tabak naar Amsterdam.

Afbeelding
Datum 13 april 1859
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Vrachten, bevrachtingen

Batavia, 23 februari. Vrachten. Ten gevolge van de schaarste van de artikelen van uitvoer op onze markten, werden sedert onze laatste slechts weinige bevrachtingen tot stand gebracht, terwijl het getal van de disponibele vaartuigen steeds alhier alleraanzienlijkst blijft. Deze staat van zaken bevestigt ons geuit gevoelen, dat voor enige maanden geen verbetering te verwachten is, te meer daar de berichten van de naburige vreemde havens steeds zeer ongunstig luiden. Heden heeft men slechts de volgende bevrachtingen mede te delen:
Naar Nederland: Nederlands JAVA'S WELVAREN à NLG 35 voor suiker en NLG 40 voor arak te Indramayoe en Pekalongan naar Amsterdam; Nederlands EERSTELING à NLG 35 voor suiker, NLG 32 voor tabak en rijst en NLG 50 voor arak te Soerabaja te laden. Kustreizen doen: KAREL AUGUST, TWEE CORNELISSEN, REINHARDT, COLUMBINE, CHRISTIAAN LOUIS, ZEELANDIA, VALPARAISO, WELVAART, ALMELO, ZEENIMPH, JOHANNA LOUISA en PHILIPS VAN MARNIX.
Verkocht werd: Amerikaans ROBERT PATTEN (600 ton) tot geheime conditiën, nadat deze bodem op vendutie à NLG 15.000 opgehouden was.
Te koop zijn: Nederlands PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN en AMBOINA.
In reparatie zijn: Nederlands BIESBOSCH, TWEE ANTHONIJS en JOHANNA MARIA CHRISTINA.
Diversen. Nederlands KOERIER laadt naar Macao à $ 0,25 per picol rijst. Nederlands NASSAU heeft naar Japan aangelegd.
Disponibel zijn: Nederlands DELFSHAVEN, JAN SCHOUTEN, WILLEM DE EERSTE, DRIE VRIENDEN, LOUIS MEIJER, PRESIDENT PLATE, ZAANSTROOM, VIJF GEBROEDERS, BALTIMORE, REGINA MARIS, OOST INDIA PACKET, EVA JOHANNA, EENSGEZINDHEID, CONSTANCE, ARY SCHEFFER, JEANNETTE EN AGATHE, PRINS VAN ORANJE, LAURENS KOSTER, FERDINAND EN LOUIS, WALCHEREN, JUPITER, VAN OLDENBARNEVELDT, GEBROEDERS HOUTMAN, HOLLANDIA, DERKINA TITIA, METALEN KRUIS, CANTON, ADMIRAAL PIET HEIN, ADMIRAAL DE WINTER, AMERIKA, STAD NIJMEGEN, BROEDERTROUW, PATRIACH SAMHIRI, STAD GOUDA, JACOBA CORNELIA CLASINA, WILHELMINA, JAN DANIEL en CORNELIA EN GEERTRUIDA.

Afbeelding
Datum 26 oktober 1859
Krant JB - Javabode
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

Men verzoekt ons de plaatsing van het volgende:
Aangenaam zou het mij zijn, indien, in UEd. geacht en veelgelezen blad, het hieronder volgende kon geplaatst worden: het is langs deze weg, dat ik de gelegenheid waarneem, om mijn familie, vele vrienden en kennissen, met het verongelukken van mijn onderhebbend schip (opm: bark), de LAURENS KOSTER, bekend te maken.
Nadat ik voor enige maanden van Java naar China vertrokken was, en thans de laatste plaats mijner bestemming Amoy bereikt had, moest ik hier ook al weder, even als op Java mijn lot geweest was, door de ziekelijke handelstoestand werkeloos blijven liggen; toen ik eindelijk een vrachtje veroverd had, dat, al verdiende ik er geen schatten bij, mij toch weder gaande zoude houden, had ik dientengevolge mijn schip beladen, en was klaar om zee te kiezen, om naar de haven van Shanghai, de eerste plaats van mijn contract, te stevenen, toen ik, in de morgen van de 28e augustus 1859, de loods aan boord nam, om mij naar buiten of in zee te brengen. Met het aanbreken van de dag hadden wij goed weer, een stijve N.O. koelte, en voorspelden mijn weerglazen geenszins de verschrikkelijke storm, die weinige uren later zulke vreselijke verwoestingen zou aanrichten.
Ik begon met de dag anker te winden en had, omstreeks 8 uur, stuurboordanker gelicht, en zou nu ook eveneens bakboordanker lichten, toen ik daarmede niet kon voortgaan, daar de al meer en meer aanwakkerende koelte en het doorkomende ebtij mij belette onder zeil te gaan, aangezien het schip door de vele om hetzelve ten anker liggende schepen niet kon slaags vallen. Ik verwachtte dus tot des achtermiddag, toen daar de wind enigszins oostelijker gelopen was en het schip door stroom slaags lag, de loods beval anker te lichten en onder zeil te gaan. Ik liet daarop ankerwinden, doch de meer aanwakkerende koelte en zware stroom waren oorzaak, dat het schip niet slaags vallende, ik het anker winden moest staken en de zeilen weder vastmaken. Ik acht mij verplicht te zeggen, dat de haven van Amoy, hoewel een zeer goede ankerplaats, echter zeer beperkt is, en wanneer men er ook de beste ankerplaats uit de haven heeft, men nauwelijks zeven of acht scheepslengten van de rotsen en klippen verwijderd ligt. Des avonds te 7 ure van de 28e, was de wind hard toenemende en heb ik mijn onderhebbend schip daarop wederom vertuid, of liever, meer verstaanbaar, het tweede of zware anker laten vallen, en vermeende nu gerust te kunnen zijn, daar de deugdelijkheid mijner ankers en kettingen mij reeds vroeger gebleken was. Te 10 uren van de 28e des avonds woei het reeds een storm; zodanig waren wind en weer in kort toegenomen, en thans mijn weerglazen hard dalende of slecht weder voorspellende.
Het weder, dat verschrikkelijk toenam, deed mij te 12˚30' verschrikt opspringen, toen ik, met een zware invallende bui, dacht, dat de ankerkettingen sprongen. Ik begaf mij onmiddellijk vooruit, doch zag daar, dat het schip achter zijn beide ankers drijvende was, en ik recht naar de klippen toezette, die zich achter het schip in korte nabijheid bevonden.
Ik beval onmiddellijk, en zo was ook des loodsman gevoelen, die zich nog bij mij aan boord bevond, om zoveel doenlijk ketting te steken, doch nu bespeurde ik, dat het schip reeds zodanig was doorgegaan, dat het geheel door klippen omringd was, waarop het onherroepelijk zou verbrijzeld worden, indien niet een spoedig bedaren van weder volgde en onmiddellijke assistentie verleend werd. De nacht was echter donker en het weder thans tot een typhoon geklommen, zodat niemand mij te hulp kon komen. Ik had evenwel door noodschoten het mij dreigende gevaar zoveel mogelijk kenbaar gemaakt.
Mijn toestand wezenlijk benard zijnde, zette ik met de dag onmiddellijk noodsein op; nog steeds was het weder toenemende, en had ik mijn equipage bevolen, om bramstengen en raas neer te nemen, waarmede zij dan ook werkzaam waren en hetgeen volvoerd werd. Te 7 uur in de morgen van de 29e augustus, op mijn noodsein afkomende, zond een alhier ter rede liggend Engels oorlogschip een boot ter assistentie, bemand met 1 officier en 54 man, aan wie ik een anker gaf om uit te brengen, ten einde het schip van de klippen zodoenlijk vrij te winden, want sedert 5˚50' had het schip onophoudelijk liggen stoten, doch door wassend water bleef het nog niet vastzitten en wederstond de zwaarste stoten, die ons van het dek deden opspringen, zonder lek te worden. Genoemde boot, waaraan ik anker en tros gegeven had, ging nu van zijde, doch kon alleen het anker niet uitbrengen, maar stormde onmiddellijk zodanig weg, dat zij een spoedig heenkomen naar land zocht, want zelfs mijn schip kon zij niet meer bereiken. Ik was nu bedacht, om de noodzakelijkste artikelen tot berging voor de hand te krijgen, want ik zag maar al te wel in, dat het lot van mijn onderhebbend schip hier beslist was; steeds stootte het zwaar en, daar het nu een verschrikkelijke typhoon woei, was ik niet instaat, de minste poging aan te wenden tot redding van schip en lading. Daar het schip tussen de klippen zat, die als het ware op de rede liggen, was ik in staat een gezicht over de rede te hebben en kan gerust zeggen, dat er bijna geen schip op de rede lag, dat niet in nood verkeerde. Hier en daar zag men verscheidene schepen, wier ankers doorgegaan zijnde, op elkander gedreven waren en dreigden ieder ogenblik naar de klippen te stormen. Dit gevaar werd nog aanmerkelijk vergroot door de Chinese jonken, die meest allen van hun ankers geslagen, hulpeloos en geheel verlaten tussen, tegen en voor de schepen heen en weer stormden, totdat even als mijn ongelukkig schip de zeeën ze tegen de klippen sloegen en deden zinken.
Met het doorkomende ebtij te 2 uren van de 29e augustus, begon het weer te bedaren, en deed de tot mijn assistentie gekomen boot van het oorlogschip, die inmiddels van het land was gekomen, nog een poging, om het door mij aan haar afgegeven anker uit te brengen, doch was door wind en zee niet in staat, het in een behoorlijke richting te plaatsen en was ook nu het schip, door het spoedig wegvallen van het water, reeds over het geheel op de klippen vastgeraakt. Ik heb daarop al het mogelijke geborgen, en moest mij zelven daarmede haasten, want te 5½ uur viel het schip bijna plat op zijde en brak ongeveer op de hoogte van de voorspanten doormidden.
Het water, dat bij het buitengewoon springtij 6 voet hoger dan gewoonlijk was opgevloeid, liet het schip met laagwater 8 voet boven waterpas droog liggen. Zodanig was het verongelukken der LAURENS KOSTER, die weinige uren van te voren nog klaar lag om in zee te lopen, en nu slechts een wrak kon geheten worden. Ik heb al het mogelijke van het wrak geborgen, doch, daar mijn lading hoofdzakelijk uit suiker bestond, zo ging deze geheel en al verloren.
Men kan zich ook geen denkbeeld vormen van de behendigheid in het stelen van de Chinezen in zulk een geval, en alleen door vuurwapenen en vuistrecht, want moed of onverschrokkenheid is juist geen hoofdtrek in het Chinese karakter, kon ik die lastige brutale rovers enigszins van mij afhouden. Ik eindig hier mede en zal alleen nog zeggen, dat het naar Java bestemde Franse schip JEAN BART mede achter zijn ankers op het strand is weggeslagen, en dat de averijen aan de in de haven liggende schepen aanmerkelijk zijn; hier ontvingen wij het bericht, dat zeven schepen in Swatow verongelukt zijn; dagelijks komen hier schepen, geheel of gedeeltelijk masteloos binnen, en ik wil daarvan alleen het te Samarang te huis behorende Nederlands-Indische schip BINTANG ANAN, kapt. De Gee noemen, dat geheel ontredderd en masteloos hier voor enige dagen binnen kwam en bovendien nog de equipage aan boord had van het Engelse schip CHIEFTAIN, dat in het Formosa Kanaal in deze zelfde thyphoon was gezonken. Vele schepen worden nog vermist, doch daar ik mij niet gaarne met gissingen ophoud, zo heb ik alleen daadzaken vermeld; het is evenwel waar, dat er voor vele schepen mag gevreesd worden, want de dagelijks ontredderd binnenkomende schepen doen maar al te zeer zien, dat de thyphoon mede op zee vreselijk gewoed heeft. De wind was in de thyphoon N.O. en N.N.O. en liep door het oosten naar het zuiden; laagste stand van mijn barometer 2920, thermometer 84. Ook de schade, door deze vreselijke thyphoon aan de kooplieden alhier berokkend, is aanmerkelijk daar door het bijzonder hoge tij dat er begroot is plusminus 10.000 dollar schade aan de koopmansgoederen te zijn veroorzaakt.
Ik heb de eer mij met achting te noemen UEds. Dw. dienaar, M. Koenen, gezagvoerder van de LAURENS KOSTER.
Rede Amoy, 19 september 1859

Afbeelding
Datum 31 oktober 1859
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

Amoy (opm: Xiamen, Fujian), 10 september. Het Nederlandse barkschip LAURENS KOSTER, kapt. Koene (opm: bouwjaar 1842; kapt. M. Koenen), met een lading suiker van hier naar Shanghai bestemd, is in een typhoon alhier bij Kolongson op de rotsen gedreven en totaal verbrijzeld (opm: zie JB 261059).

Afbeelding
Datum 16 januari 1860
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Type bericht Strandingen, verongelukking en vermissing

De Java Bode deelt in haar nommer van 26 oktober 1859 mede een brief van kapt. M. Koenen, behelzende de bijzonderheden van het verongelukken van het Nederlandse barkschip LAURENS KOSTER, waarvan wij in ons nommer van 31 oktober 1859 kortelijk melding maakten. Wij laten deze brief (opm: eerder opgenomen in JB 261059) hier in zijn geheel volgen:
Aangenaam zoude het mij zijn, indien in Ued. geacht en veel gelezen blad het hieronder volgende konde geplaatst worden. Het is langs deze weg, dat ik de gelegenheid waarneem om mijne familie, vele vrienden en kennissen, met het verongelukken van mijn onderhebbend schip, de LAURENS KOSTER, bekend te maken.
Nadat ik voor enige maanden van Java naar China vertrokken was en thans de laatste plaats mijner bestemming ( Amoy) bereikt had, moest ik hier ook al weder, evenals op Java mijn lot geweest was, door de ziekelijke handelstoestand werkeloos blijven liggen; toen ik eindelijk een vrachtje veroverd had, dat, al verdiende ik er geen schatten bij, mij toch weder gaande zoude houden, had ik dientengevolge mijn schip beladen en was klaar om zee te kiezen, om naar de haven van Shanghai, de eerste plaats van mijn contract, te stevenen, toen ik, in de morgen van de 28e augustus 1859, de loods aan boord nam, om mij naar buiten of in zee te brengen. Met het aanbreken van de dag hadden wij goed weer, een stijve N.O. koelte en voorspelde mijne weerglazen geenszins de verschrikkelijke storm, die weinige uren later zulke vreselijke verwoestingen zoude aanrichten.
Ik begon met de dag anker te winden en had, omstreeks 8 ure, stuurboords anker gelicht en zoude nu ook eveneens bakboord anker lichten, toen ik daarmede niet kon voortgaan, daar de al meer en meer aanwakkerende koelte en het doorkomende ebtij mij beletten onder zeil te gaan, aangezien het schip door de vele om hetzelve ten anker liggende schepen niet konde slaags vallen. Ik wachtte dus tot des achtermiddags, toen, daar de wind enigszins oostelijker gelopen was en het schip door stroom slaags lag, de loods beval anker te lichten en onder zeil te gaan. Ik liet daarop anker-winden, doch de meer aanwakkerende koelte en zware stroom waren oorzaak, dat het schip niet slaags vallende, ik het anker-winden moest staken en de zeilen weder vast maken. Ik acht het mij verplicht te zeggen, dat de haven van Amoy, hoewel een zeer goede ankerplaats, echter zeer beperkt is en, wanneer men er ook de beste ankerplaats uit de haven heeft, men nauwelijks zeven of acht scheepslengten van de rotsen en klippen verwijderd ligt. Des avonds ten 7 ure van de 28e was de wind hard toenemende en heb ik mijn onderhebbend schip daarop wederom vertuid, of liever, meer verstaanbaar, het tweede of zware anker laten vallen en vermeende nu gerust te kunnen zijn, daar de deugdelijkheid mijner ankers en kettingen mij reeds vroeger gebleken was. Ten 10 ure van de 28e des avonds woei het reeds een storm; zodanig waren wind en weer in kort toegenomen en thans mijne weerglazen hard dalende of beter slecht weder voorspellende. Het weder, dat schrikkelijk toenam, deed mij ten 12.30 uur verschrikt opspringen, toen ik, met een zware invallende bui, dacht, dat de ankerkettingen sprongen. Ik begaf mij onmiddellijk vooruit, doch zag daar, dat het schip achter zijn beide ankers drijvende was en ik recht op de klippen toezette, die zich achter het schip in korte nabijheid bevonden. Ik beval onmiddellijk, en zo was ook des loodsmans gevoelen, die zich nog bij mij aan boord bevond, om zoveel doenlijk ketting te steken, doch nu bespeurde ik, dat het schip reeds zodanig was doorgegaan, dat het geheel door klippen omringd was, waarop het onherroepelijk zoude verbrijzeld worden, indien niet een spoedig bedaren van weder volgde en onmiddellijke assistentie verleend werd. De nacht was echter donker en het weder thans tot een typhoon geklommen, zodat niemand mij ter hulpe kon komen. Ik had evenwel door noodschoten het mij dreigend gevaar zoveel mogelijk kenbaar gemaakt.
Mijn toestand wezentlijk benard zijnde, zette ik met de dag onmiddellijk noodsein op; nog steeds was het weder toenemende en heb ik mijne equipage bevolen om bramstengen en raas neer te nemen, waarmede zij dan ook werkzaam waren en hetgeen volvoerd werd. Ten 7 ure in de morgen van de 29e augustus, op mijn noodsein afkomende, zond een alhier ter rede liggend Engels oorlogsschip een boot ter assistentie, bemand met 1 officier en 34 man, aan wie ik een anker gaf om uit te brengen, ten einde het schip van de klippen zo doenlijk vrij te winden, want sedert 5 uur 30 minuten had het schip onophoudelijk liggen stoten, doch door wassend water bleef het nog niet vastzitten en weerstond de zwaarste stoten, die ons van het dek deden opspringen, zonder lek te worden. Genoemde boot, waaraan ik anker en tros gegeven had, ging nu van zijde, doch konde niet alleen het anker niet uitbrengen, maar stormde onmiddellijk zodanig weg, dat zij een spoedig heenkomen naar land zocht, want zelfs mijn schip konden zij niet meer bereiken. Ik was nu bedacht, om de noodzakelijkste artikelen tot berging voor de hand te krijgen, want ik zag maar al te wel in, dat het lot van mijn onderhebbend schip hier beslist was; steeds stootte het zwaar en, daar het nu een verschrikkelijke typhoon woei, was ik niet in staat, de minste poging aan te wenden tot redding van schip en lading. Daar het schip tussen de klippen zat, die als 't ware op de rede liggen, was ik in staat een gezicht over de rede te hebben en kan gerust zeggen, dat er bijna geen schip op de rede lag, dat niet in nood verkeerde. Hier en daar zag men verscheidene schepen, wier ankers doorgegaan zijnde, op elkander gedreven waren en dreigden ieder ogenblik naar de klippen te stormen. Dit gevaar werd nog aanmerkelijk vergroot door de Chinese jonken, die meest allen van hunne ankers geslagen, hulpeloos en geheel verlaten tussen, tegen en voor de schepen heen en weder stormden, totdat evenals mijn ongelukkig schip de zeeën ze tegen de klippen sloegen en deden zinken.
Met het doorkomende ebtij ten 2 ure van de 29e augustus, begon het weder te bedaren en deed de tot mijn assistentie gekomene boot van het oorlogsschip, die inmiddels van land was gekomen, nog een poging, om het door mij aanhaar afgegeven anker uit te brengen, doch was door wind en zee niet in staat, het in een behoorlijke richting te plaatsen en was ook nu het schip, door het spoedig wegvallen van het water, reeds over het geheel op de klippen vastgeraakt. Ik heb daarop al het mogelijke geborgen en moest mij zelven daarmede haasten, want ten 5½ ure viel het schip bijna plat op zijde en brak ongeveer op de hoogte van de voorspanten doormidden.
Het water, dat bij het buitengewoon springtij, 6 voet hoger dan gewoonlijk was opgevloeid, liet het schip met laag water acht voet boven waterpas droog liggen. Zodanig was het verongelukken der LAURENS KOSTER, die weinige uren van te voren nog klaar lag, om in zee te lopen en nu slechts een wrak kon geheten worden. Ik heb al het mogelijke van het wrak geborgen, doch, daar mijn lading hoofdzakelijk uit suiker bestond, zo ging deze geheel en al verloren.
Men kan zich ook geen denkbeeld vormen van de behendigheid in het stelen van de Chinezen in zulk een geval en alleen door vuurwapenen en vuistrecht,- want moed of onverschrokkenheid is juist geen hoofdtrek in het Chinese karakter, kon ik die lastige brutale rovers enigszins van mij afhouden. Ik eindig hiermede en zal alleen nog zeggen, dat het naar Java bestemde Franse schip JEAN BART mede achter zijn ankers op het strand is weggeslagen en dat de averijen aan de in de haven liggende schepen aanmerkelijk zijn; hier ontvingen wij het bericht, dat zeven schepen in Swatow verongelukt zijn; dagelijks komen hier schepen, geheel of gedeeltelijk masteloos, binnen en ik wil daarvan alleen het te Samarang te huis behorende Nederlands Indisch schip BINTANG ANAM, kapt. De Gee, noemen, dat geheel ontredderd en masteloos hier voor enige dagen binnen kwam en bovendien nog de equipage aan boord had van het Engelse schip CHIEFTAIN, dat in het Formosa Kanaal in deze zelfde typhoon was gezonken. Vele schepen worden nog vermist, doch daar ik mij niet gaarne met gissingen ophoud, zo heb ik alleen daadzaken vermeld; het is evenwel waar, dat er voor vele schepen mag gevreesd worden, want de dagelijks ontredderd binnenkomende schepen doen maar al te zeer zien, dat de typhoon mede op zee vreselijk gewoed heeft. De wind was in de typhoon N.O. en N.N.O. en liep door het O. naar het Z; laagste stand van mijn barometer 2920 (opm: 988.8 mbar), thermometer 84 (28,9º C). Ook de schade, door deze vreselijke typhoon aan de kooplieden alhier berokkend, is aanmerkelijk, daar het bijzondere hoge tij er begroot is plus minus USD 10.000 schade aan de koopmansgoederen te zijn veroorzaakt.
Ik heb de eer mij met achting te noemen Ueds. dw. dienaar, M. Koenen. Gezagvoerder van de LAURENS KOSTER.
Rede Amoy, 19 september 1859

Afbeelding