|
Raad voor de Scheepvaart. Het stranden van de NAVIGATION. Daarna werd door de Raad een onderzoek ingesteld betreffende het aan de grond varen te Borkum van het tjalkschip NAVIGATION. Schipper en eigenaar Klaas Bakema te Hoogezand. Het tjalkschip NAVIGATION, groot 79,90 reg.ton en bemand met drie koppen, was op reis van Apenrade (in de Kielerbocht), beladen met haver en bestemd naar Antwerpen. Van Apenrade ging hij door het Kaiser Wilhelmkanaal en kwam de 26e oktober voor de Jade, waar hij dacht binnen te gaan en zou vervolgens zijn reis door de Wadden vervolgen. Vóór de Jade gekomen was het heiig weer en zuidelijke wind en was het hem niet mogelijk hier binnen te komen. Hij besloot daarop de Eems binnen te gaan; aldaar gekomen trachtte hij een loods te krijgen en te dien einde heeft hij seinen gegeven, maar hij werd niet gezien, alhoewel hij de loodskotters wel gezien heeft. Het weer werd toen slechter en werd het stormweer van het noordwesten. Hij trachtte daarop weer naar zee te komen en brak bij het halzen een van de zwaarden, waarop hij trachtte de Wester Eems binnen te gaan, waar hij wel bekend was en wel zonder loods binnen kon komen. Hierbij stootte het schip op het Borkumer rif en werd het zwaar lek. Nadat het schip enige malen zwaar gestoten had, kwam het weer vlot, doch was zwaar lek en in zinkende toestand werd het schip daar op strand gezet. Het schip werd met trossen aan de wal vastgemaakt en stootte zwaar. Bij laag water kwam het schip droog te staan. De volgende dag, toen de wind afgenomen was en het goed weer geworden was, werd het schip door twee sleepboten af gesleept en te Delfzijl binnengebracht. Bij onderzoek op de helling te Delfzijl bleek de bodem zeer zwaar beschadigd te zijn. Hij verklaart verder dat het niet mogelijk was voor de Jade ten anker te komen, wegens de hoge zee. Aangezien er geen geëxamineerde stuurman aan boord was, was het hem niet geoorloofd over zee de Eems binnen te lopen en had hij de Jade binnen moeten gaan. De heer Schaap, inspecteur van de scheepvaartinspectie is van mening dat het de schipper volstrekt niet onmogelijk is geweest de Jade binnen te komen, maar dat hij het er maar op gewaagd heeft om buiten om, over zee, de Eems binnen te komen om zodoende de reis aanmerkelijk te bekorten. Zeilaanwijzingen waren er wel aan boord, maar hij heeft deze niet ingekeken en was met deze dingen ook niet bekend. Jan Bakema, eerst kok en daarna stuurman aan boord van de NAVIGATION, als getuige gehoord deelt mee dat toen het schip voor de Jade kwam het heiig weer was en hij ook van oordeel was dat het onmogelijk was hier binnen te komen; ten anker gaan was te gevaarlijk en zou er veel tijd verloren gaan, waarop besloten werd de Eems maar binnen te gaan. Nadat men getracht had voor de Eems een loods te krijgen en dit niet gelukte, werd besloten zonder loods binnen te gaan en stootte het schip daarbij op het Borkumer rif en werd zwaar lek en werd in zinkende toestand op strand gezet, waar het de volgende dag door twee sleepboten werd afgesleept en te Delfzijl binnengebracht. Hij was van oordeel dat de bemanning sterk genoeg was, als de schipper en de kok met de zeilen bezig waren stond de vrouw van de schipper aan het roer. Hierna werd het onderzoek in deze zaak gesloten en zal de Raad later uitspraak doen.
|