|
Harlingen. Den 29 juli binnen gekomen het kofschip ALIDA CLASINA, kapt. Egbert L.Tiktak, met hout van Nerva. Uitgezeild het kofschip AMALIA, kapt. Jens. N. Strum, met ballast naar Noorwegen, en het sloepschip NEPTHUNUS, kapt. Charles Warren, met boter naar Londen. Den 30 dito binnen gekomen het sloepschip UNION, kapt. A. Gallewaij, met ballast van Londen, het smakschip de JONGE JAN, kapt. Bartle P. de Vries, met gerst en hout van Dantzig (opm: Gdansk). Uitgezeild de smakschepen de VROUW CATHARINA, kapt. A. Klasen, de VROUW MARTHA, kapt. Dirk C. de Groot, het kofschip de VROUW ALIDA, kapt. J. Klasen, het tjalkschip de VROUW MARGARETHA, kapt. Albert H. Stuur, alle met ballast naar Noorwegen en het schonerschip LIVELY, kapt. William Baijes, met boter naar Londen. Den 31 dito binnen gekomen het kofschip de JONGE DIRK, kapt. Thomas S. Smit, ledig van Amsterdam, het smakschip GEERTRUDA, kapt. J.J. Juister, en het tjalkschip de TWEE GEBROEDERS, kapt. Sipke E. Scherpbier, beide met hout van Dantzig (opm: Gdansk), het smakschip de VROUW HELENA, kapt. Joseph Bolwien, met hout van Noorwegen. Uitgezeild het sloepschip UGLAND, kapt. Thomas Christoffelsen, met ballast naar Noorwegen, het kofschip de JONGE RINGER (opm: JONGE RENGER), kapt. Jurjen J. Brouwer, met ballast op avontuur naar de Oostzee. Den 1 augustus binnen gekomen de kofschepen NEPTHUNUS, kapt. Harmanus Harmens, met zout en loodaarts (opm: waarschijnlijk loodaarde) van Liverpool, ARIUS JOHANNES, kapt. Hendrik van Wijk, met teer en potasch van Christiaanstad (opm: mogelijk Kristinestad, Finland). Den 2 dito binnen gekomen het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte P. Smid, met hout van Noorwegen, het brikschip THOMAS, kapt. W. Watton, en het schoonerschip HOPE, kapt. W. Buse, beide met ballast van Londen. Uitgezeild de tjalkschepen de VROUW AIDA (opm: waarschijnlijk VROUW ALIDA), kapt. O.B. Steenhuis, met pannen naar Noorwegen, IDA CORNELIA, kapt. Geert E. Broekema, met steen naar Hamburg. Den 3 dito uitgezeild het smakschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. Jan Eenjes, en het kofschip ZEELUST, kapt. Albert Sluik, beide met dakpannen naar de Oostzee. Den 4 dito binnen gekomen het sloepschip SWIFT, kapt. Enos Page, met ballast van Londen. Uitgezeild het galjasschip DIANA, kapt. Godfried Christiaan Matsz (opm: vermoedelijk Pruisische vlag, kapt. Godfried Christian Mats), met ballast naar de Oostzee.
|