|
Rotterdam, 25 september. Men meldt van Vlissingen den 23 dezer, dat den 21 van de rede naar Batavia vertrokken is Zr.Ms. fregat van oorlog EURIDICE, gecommandeerd door de kapt.t.zee Wardenburg. Sedert onze laatste zijn van de rede naar zee gezeild de ONDERNEMING, J. Veerman, van Rotterdam naar Duinkerken gedestineerd; van Antwerpen de VRIENDSCHAP, J. de Brom, naar Kadix; de DRIE VRIENDEN, H. Haverbult, naar Bristol; de VROUW HENDRINA, K. van den Oever, naar Villa-Nova; ANNA PAULOWNA, H. Pothoff, naar Leith; de VROUW ALBERTINA, J. Maak, naar Hamburg; MARGARETHA ELISABETH, H. Dilwibs, naar de Oostzee, en aldaar ter rede gekomen de OOSTERSTAR, J. Moller, van Bergen, en NEPTUNES, G.G. Smit, van Christiaansand, beiden naar Brussel gedestineerd; voor Antwerpen bestemd: NEPTUNES, A.G. Iken, van Jade; TWEE AFWEZENDE ZUSTERS, J.T. de Boer (opm: tjalk TWEE AFWEZIGE ZUSTERS, kapt. Jan Freerks de Boer), van Kleinziel; de GOEDE HOOP, D.D. Flik, van Petersburg; OTTO, E.J. Carst, van Bergen; de JONGE REINA (opm: smak), H.J. Puister, van Tonningen (opm: Tönning); CATHARINA CHRISTINA, T. Hansen, van Ringkiöping; HENDRIKA MARGARETHA, J.H. Warmolts, van Petersburg; de VROUW KETSINA (opm: VROUW KNELSINA), R.R. de Jonge, van Eichenford (opm: Eckernförde); BATO, H.C. Schut, en de HOOP, H.J. Prins, van Petersburg, en VOGELTJE (opm: tjalk), D. Lukas, van Heever.
|