1814
RC 271014
Amsterdam, den 25 oktober. Op de Schotse kust is verongelukt het schip de VROUW LAMMEGINA, kapitein O.P. Smit (opm: smak, kapt. Otto Pieters Smit), van hier naar Leith gedestineerd. Hetzelve is geheel weg en van de lading zal weinig geborgen worden. Op 4 juli 1815 gaat Otte Pieters Smit varen op zijn nieuwe smak, eveneens genoemd de VROUW LAMMEGINA.
1815
Op 04-07-1815 wordt voor de VROUW LAMMEGINA door W.H. Meursing uit Hoogezand een zeebrief aangevraagd voor Otto Pieters Smit. Waarschijnlijk gaat het hier om de scheepstimmerbaas Wigcher Hooites Meursing, die op deze manier de onbetaalde penningen, als tijdelijke medereder, veilig stelt.
RC 141215
Van den hoogte van Enkhuizen is, tot beneden Marken, terug gedreven het schip de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit van Amsterdam naar Lissabon. Had een anker en touw verloren, de kluiffok en touw gekapt en moet lossen om het schip in veiligheid te brengen.
RC 191215
Den 14 december is, zonder de lading gelost te hebben, zo het schijnt, in goeden staat, in de haven van Edam gebracht het schip de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit van Amsterdam naar Lissabon.
1816
OHC 020516
Arrivementen: Te Lissabon O.P. Smit van Amsterdam.
OHC 290616
Amsterdam, 27 juni. Den 26 dezer is bij Texel binnengekomen O.P. Smit van Lissabon.
LCO 050816
Amsterdam, 2 augustus. Den 31 juli is uit het Vlie gezeild de VROUW LAMMEGINA, O.P. Smit naar de Oostzee.
1817
Op 28-02-1817 wordt voor de VROUW LAMMEGINA door kapt./ eig. Otto Pieters Smit uit Hoogezand een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
1818
LC 240318
Harlingen, 21 maart. Heden zijn uitgezeild: het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto P. Smith, het smakschip de VROUW GESINA, kapt. Thole P. Veen, het smakschip de WAAKZAAMHEID, kapt. Cort W. Stoet, het kofschip de GOEDE VERWAGTING, kapt. Jurjen T. Schuuring, alle met ballast naar Noorwegen.
LC 010518
Harlingen, 30 april. Den 29 april is alhier binnengekomen het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte Pieters Smit, met hout van Drammen.
LC 170718
Harlingen, 17 juli. Den 14 juli zijn alhier binnen gekomen het smakschip de VROUW ENGELINA, kapt. C.H. de Groot en het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto P. Smit, beide met zout van Liverpool.
LC 280818
Harlingen, 27 augustus. Den 24 augustus is alhier binnen gekomen het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto P. Smith, met hout van Noorwegen.
LC 061018
Harlingen, 5 oktober. Den 3 oktober zijn alhier binnen gekomen de smakschepen de WAAKZAAMHEID, kapt. Coert W. Stuit, de VROUW ANNA, kapt. H.A. Smit, de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte P. Smid, het kofschip WINDLUST, kapt. Geert R. Engelsman, het tjalkschip de JONGE GERRIT, kapt. G.E. Broekema, allen met hout van Noorwegen.
1819
Op 23-01-1819 wordt voor de VROUW LAMMEGINA door kapt./ eig. Otto Pieters Smit uit Hoogezand een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
LC 120319
Harlingen. Den 4 maart uitgezeild de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto P. Smith, de VROUW HELENA, kapt. Joseph Bolwien, het tjalkschip de JONGE ELISABETH, kapt. T.IJ. de Vries, de eerste op avontuur, de laatste met pannen naar de Oostzee, verder de overige met ballast naar Noorwegen.
LC 060419
Harlingen. Den 3 maart binnen gekomen het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. Claas H. de Weerd; het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte Pieters Smit, het brikschip MARGARETHA, kapt. Lars Jacobsen, en het smakschip de VROUW HENDRICA, kapt. Jan Bruins, alle vier met hout van Noorwegen.
LC 200419
Harlingen. Den 15 april uitgezeild de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto Pieters Smit en de VROUW HENDRICA, kapt. Jan Bruins, beide met ballast naar Noorwegen.
LC 210519
Harlingen. Den 18 mei Uitgezeild de smakschepen de VROUW HENDRIKA, kapt. Jan Bruns, de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte Pieters Smid en het kofschip de VROUW LUBBEGINA, kapt. Klaas H. de Weerd, alle drie met ballast naar Noorwegen.
LC 220619
Harlïngen. Den 19 juni binnen gekomen het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte Pieters Smit, met hout van Noorwegen.
LC 090719
Harlingen. Den 5 juli uitgezeild het tjalkschip de VROUW CATHARINA, kapt. D.S. Ruiter, met ballast op avontuur, en het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto P. Smid, met ballast naar Noorwegen.
LC 060819
Harlingen. Den 2 augustus binnen gekomen het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte P. Smid, met hout van Noorwegen.
LC 170819
Harlingen. Den 13 augustus uitgezeild het brikschip THOMAS, kapt. W. Watton, met boter naar Londen, het tjalkschip de TWEE GEBROEDERS, kapt. Jan E. Scherpbier, met pannen naar de Oostzee, het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte P. Smid, met ballast naar Noorwegen.
LC 280919
Harlingen. Den 26 september binnen gekomen het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto P. Smid, het tjalkschip de VROUW JANTJE, kapt. Jan H. Zeeven, de eerste van Noorwegen met hout en de laatste met hout van Koningsbergen (opm: Kaliningrad).
LC 051019
Harlingen. Den 2 oktober uitgezeild het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto P. Smidt, en het smakschip de VROUW CATHARINA, kapt. Arend Klasen, met ballast naar Noorwegen.
LC 051119
Harlingen. Den 2 november binnen gekomen de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte P. Smid; VROUW CHRISTINA, kapt. Harmanus Sleehuis, beide met hout van Noorwegen.
1820
LC 020520
Harlingen. Den 30 april binnengekomen het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto Pieters Smit, met hout van Noorwegen.
LC 160520
Harlingen. De 14 mei uitgezeild de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte Pieter Smit, de VROUW HENDRIKA, kapt. Jan Bruins, en het kofschip de GOEDE VERWACHTING, kapt. Jurjen J. Schuiring, alle drie met ballast op avontuur.
LC 080820
Harlingen. Den 30 juli uitgezeild het sloepschip ATALANTA, kapt. James Birne, het schonerschip MARY, kapt. Wm. Atkinson, beide met boter naar Londen; de smakschepen de JONGE CORNELIS DE HAAN, kapt. Jan J. Siedses, de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto Pieters Smit; en het kofschip ANNA CATHARINA, kapt. B.R. de Vries, alle drie met ballast op avontuur.
LC 120920
Harlingen. Den 7 september, binnengekomen de koffeschepen DE JONGE HENDRIK, kapt. T.G. Lofvers, van Noorwegen; DE VROUW LUBBEGINA, kapt. Klaas H. de Weerd, van Memel (opm: Klaipeda), beide met hout. Het sloepschip ATALANTA, kapt. James Birne, met ballast van Londen. Uitgezeild het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.J. Smit, met ballast naar Noorwegen.
LC 171020
Harlingen. Den 8 oktober binnengekomen de smakschepen de JONGE CORNELIS DE HAAN, kapt. Jan J. Siedses, de VROUW ETTINA, kapt. A.J. Zeeman; de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto Pieters Smit, en het kofschip CATHARINA, kapt. Arend Klasen, alle vier met hout van Noorwegen.
1821
Op 05-02-1821 wordt voor de VROUW LAMMEGINA door kapt./ eig. Otto Pieters Smit uit Hoogezand een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
LC 160321
Harlingen. Den 10 maart uitgezeild de smakschepen de VROUW GESINA, kapt. H.J. Kruier (opm: Hendrik Jans Kruiter), de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, de VIJF GEZUSTERS, kapt. D.L. de Jong, de VROUW MARTHA, kapt. D.K. de Groot, het kofschip de VROUW ALIDA, kapt. Jan Klaasen, alle met ballast.
LC 170421
Harlingen. Den 8 april binnen gekomen het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte Pieters Smit, met hout van Noorwegen.
LC 240421
Harlingen. Den 16 april uitgezeild het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte Pieters Smit, de kofschepen de VROUW ANNEGINA, kapt. H.J. Potjer, de VROUW ALIDA, kapt. Jan Klazen, alle drie met ballast op avontuur.
LC 110521
Harlingen. Den 6 mei binnen gekomen het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, het pinkschip PROVIDENTIA, kapt. S.A. Geertsen, en het brikschip WILHELM FREDRIK, kapt. C. Angel, alle drie met hout van Noorwegen.
LC 150521
Harlingen. Den 6 mei binnen gekomen de schonerschepen LIVELY, kapt. William Bayes, LUNA, kapt. S. Bishop, het sloepschip ATTALANTE, kapt. James Byrne, alle drie met ballast van Londen, het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, met hout van Noorwegen.
LC 120621
Harlingen. Den 28 mei uitgezeild de smakschepen de JONGE CORNELIS DE HAAN, kapt. Jan J. Siedses, de VIJF GEZUSTERS, kapt. P.E. de Jong, de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, de kofschepen de VROUW ZWAANTJE, kapt. Jan J. Kortrijk, de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, alle met ballast op avontuur.
LC 140821
Harlingen. Den 6 augustus binnen gekomen de smakschepen de JONGE DANIEL, kapt. Daniel Oortjes (opm: Hendrik Jans Oortjes), van Noorwegen, de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto Pieters Smit, van Nerva (opm: het eiland Narva), beide met hout.
LC 210821
Harlingen. Den 17 augustus uitgezeild het galjasschip de GUTE BOTHE, kapt. H. Maack, het kofschip HOOP EN VREES, kapt. Y.P. Piebes, de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otte Pieters Smit, alle met ballast naar Noorwegen.
LC 280921
Harlingen. Den 20 september binnen gekomen het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto Pieters Smit, met hout van Noorwegen.
LC 021021
Harlingen. Den 27 september uitgezeild de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, de JUFFER GEERTRUIDA, kapt. J.S. Bonjer, de TWEE GEZUSTERS, kapt. D.D. Visser, alle met ballast op avontuur.
1822
LC 090422
Harlingen. Den 3 april binnengekomen de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, de VROUW MARTHA, kapt. D.C. de Groot, met hout uit Noorwegen.
LC 180622
Harlingen. Den 10 juni binnen gekomen het kofschip de JONGE TRIJNTJE, kapt. A.B. Visser, het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, beide met hout van Noorwegen.
LC 020722
Harlingen. Den 20 juli uitgezeild het kofschip de JONGE SIKKO, kapt. T. Yzenbeek; de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, de VRIENDSCHAP, kapt. H.W. Smit, alle met ballast op avontuur.
LC 060822
Harlingen. Den 23 juli binnen gekomen het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit.
LC 200822
Harlingen. Den 17 augustus binnen gekomen het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, met hout van Noorwegen.
LC 030922
Harlingen. Den 31 augustus uitgezeild de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, de VROUW MARTHA, kapt. D. Clazen de Groot, alle met ballast op avontuur.
LC 270922
Harlingen. Den 22 dito binnen gekomen de smakschepen CATHARINA, kapt. A.E. Pot, de VROUW ZWAANTJE, kapt. Jan C. Hasewinkel (opm: kapt. J.K. Hazewinkel), de VROUW MARTHA, kapt. Dirk C. de Groot, en de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto P. Smit, alle met hout van Noorwegen.
1823
LC 250323
Harlingen. Den 21 maart uitgezeild de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smith, CATHARINA, kapt. A.E. Pot, alle met ballast naar Noorwegen.
LC 290423
Harlingen. Den 25 april binnen gekomen de smakschepen DAGERAAD, kapt. Jan A. Smit, de VROUW MARGARETHA (opm: VROUW LAMMEGINA), kapt. O.P. Smit, het kofschip de JONGE JAN, kapt. Jan E. Bart, alle met hout van Noorwegen.
DC 290723
Veere, 22 juli. Heden avond arriveerde alhier ter rede het Nederlands smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smith, van Rouen naar Antwerpen gedestineerd met pleistersteen.
DC 300823
Vlissingen, 26 augustus. Van Antwerpen de VROUW ANNEGINA (opm: kof), kapt. R.W. Huisman en de VROUW LUNEGINA (opm: smak VROUW LAMMEGINA), kapt. O.P. Smith beide naar Londen met boomschors.
RC 161223
Amsterdam, 14 december. Kapt. O.P. Smith, voerende het schip (opm: smak) de VROUW LAMMEGINA, van Londen te Amsterdam gearriveerd, bericht, dat hij den 6 december in de Noordzee een zware storm gehad heeft, waarin bij een zwaard, benevens enige zeilen, heeft moeten kappen en snijden en het schip lek geworden is, zodat hij vreest, dat de lading beschadigd zal zijn.
1824
RC 290524
Rotterdam, 28 mei. Den 27 des namiddags arriveerde in de Maas de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smith, van Christiaansand.
RC 240624
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar: Bergen in Noorwegen: het Nederlands schip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto Pieters Smith, om uiterlijk den 30 juni te vertrekken.
DC 021124
Brielle, 30 oktober. Den 26 oktober arriveerde: VROUW LAMMEGINA, kapt. P. Smit, van Londen.
1825
DC 250125
Brielle, 21 januari. Heden zeilden naar zee: VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smith naar Jersey.
DC 230425
Zeetijdingen - Vlissingen, 18 april. Naar Antwerpen bestemd: L’UNION, kapt. J. Rickmers en DE JUFVROUW TITSIA, kapt. L. Besseling, beide van Liverpool met klipzout; de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smith, met wijn en koffie.
Op 29-04-1825 wordt voor de VROUW LAMMEGINA door kapt./ eig. Otto Pieters Smit uit Hoogezand een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
RC 151225
Amsterdam, 13 december. Het schip de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smith, van Drammen naar Amsterdam, te Cuxhaven binnen, lag den 5 dezer gereed om de reis voort te zetten.
1826
Op 21-04-1827 wordt voor de VROUW LAMMEGINA door kapt./ eig. Otto Pieters Smit uit Hoogezand een zeebrief aangevraagd voor zichzelf.
AC 260926
Texel, 24 september. Uitgezeild: JONGE RIENTJE, kapt. P.S. Calle, naar Genua en Livorno; VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, naar Londen.
LC 031126
Harlingen. Den 26 november, binnen gekomen het kofschip 3 GEBROEDERS, kapt. J. Brugge, met hout van Noorwegen; het smakschip DE VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smet, het kofschip JOHANNA, kapt. R.H. Jonker, beide van Engeland met ballast.
1827
LC 240427
Harlingen. De 18 april binnen gekomen het brikschip FORSIGTIGHEDEN, kapt. S. Larsen; het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, beide met hout van Noorwegen.
LC 040527
Harlingen. De 26 mei Uitgezeild het brikschip FORSIGTIGHEDEN, kapt. S. Larsen, het kofschip ALIDA CLAZINA, kapt. L.E. Tiktak, het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto P. Smit, alle drie met ballast naar Noorwegen.
1828
AH 060828
Carga-lijsten. Amsterdam, 5 augustus. JONGE PIETER JACOBUS, kapt. F. Weybes, van St. Petersburg; ANNE, kapt. G. Lange, van Pillau; VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smith, van Memel.
RC 231228
Amsterdam, 21 december. Des middags van de 19e dezer is in de buitengronden van Eijerland gestrand het schip de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smith (opm: smak, kapt. Otto Pieter Smith [O.P. Smit], thuishaven Nieuwe Pekela), van Amsterdam naar Londen, geladen met tarwe. De equipage is geborgen, doch schip en lading zijn denkelijk weg.