Inloggen
Gezagvoerder

Nannings, H.G.

Naam: Nannings, H.G.
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 1
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
ARINUS MARINUS 1806 Fregat Sailing Vessel 12858 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

In 1824 was H.L.Nannings gezagvoerder op het Rotterdamse fregat de “Arinus Marinus” (235 lasten). De boekhouders waren Reijn,Varkevisser & Dorrepaal012.

Van Sluijs013 vermeldt H.G.Nannings in 1824 als kapitein op het fregat “Arinus Marinus”, bouwjaar en -plaats niet genoemd, 235 last, onder boekhouder Reyn, Varkeviser en Dorrepaal te Rotterdam (vermoedelijk ontleend aan de Nederlandse Hermes012)

 

Bouma025 vermeldt H.G.Nannings als gezagvoerder gedurende:

*    1824 op het 3/m schip “Arinus Marinus”, gebouwd in 1811, 440 ton o.m., varend voor Reyn, Varkevisser & Dorrepaal te Rotterdam. Van Sluijs013 noemt de periode 1824 t/m 1828.

 

Krantenberichten

Rotterdamsche Courant 10 september 1818114

Amsterdam, 8 september. Met brieven van Batavia, van den 6 april, heeft men tijding, dat aldaar destijds lagen de Hollandse schepen van de kapteins K. Sipkes, A. Smit en J. Duyf van Amsterdam, P.J. Pietersen, H. Wehmhoff en T.S. Waters van Rotterdam, M.D. Ihnke en P. Douwes van Dordrecht.

Het Amsterdamse schip van kaptein R. Witsen en het Rotterdamse van H. Nannings waren van Batavia vertrokken, het eerste naar Maccassar, en het laatste naar de Molukse eilanden.

En in een brief van den 27 april wordt gemeld, dat kaptein A. Smit den 15 mei de terugreis naar Amsterdam zoude aannemen. De kapiteins K. Sipkes, P.J. Pieters, H. Wehmhoff en M.D. Ihnke, hier boven gemeld, hadden nog geen bestemming, doch hadden de twee laatsten op de Japanse reis ingeschreven.

 

Rotterdamsche Courant 11 juli 1820114

Amsterdam, 9 juli. Aangaande het schip HENRIETTE EN BETSEY, kapt. L.H. Schneider, van Batavia naar Amsterdam, meldt men in een brief van Batavia, van den 15 februari, dat hetzelve den 21 januari de rede van Batavia verlaten hebbende, met voornemen, om, uit hoofde van tegenwinden, toen in de Straat Sunda waaijende, Straat Balij te passeren, den 26 dito te Banjoewangi (opm: Banyuwangi) in goede staat aangekomen en sedert door stilte, donker weer en tegenstroom, op een bank geraakt, doch spoedig weder vlot geworden was, na het lossen van een gedeelte der lading, hetwelk volgens brief van de kapitein, in dato den 1 februari, weder ingenomen was, liggende het schip toen gereed om de reis te vervolgen. Het rapport aangaande het verongelukken van het gezegde schip (in een onzer medegedeeld wordt derhalve twijfelachtig.

In dezelfde brief van Batavia wordt nog gemeld, dat een Engelse kapitein, aldaar van Port-Jackson gearriveerd, onder de wal van Java gepraaid had het Nederlands schip (opm: fregat) AURORA, kapt. H.C. Nannings, van Rotterdam naar Batavia gedestineerd.

 

Rotterdamsche Courant 03 oktober 1820114

Advertentie. Dirk Herbert Joosten en Hendrik Willem Wachter, makelaars te Rotterdam, zullen, als last hebbende van hun Meesters en geautoriseerd door de Heer Agent van Lloijds, ten behoeve van Assuradeuren en ten overstaan van de Heer Griffier van de Regtbank van Koophandel, na gedane aangifte, conform de wet, op morgen, woensdag den 4 oktober 1820, des voormiddags om elf uren, in het Notarishuis, op de Gelderschekaai, publiek verkopen: (om contant geld) 401 balen Koffij, allen meer en minder door zeewater beschadigd, onlangs alhier van Batavia aangebragt met het schip (opm: fregat) AURORA, kapitein H.G. Nanning; en dat bij kavelingen zo als die zijn liggende, als nader door Notitiën wordt aangewezen. Iemand nader onderrigting begerende, spreke met bovengenoemde makelaars.