Inloggen
Gezagvoerder

Miercke, David

Naam: Miercke, David
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 2
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
BEURS VAN ROTTERDAM 1839 Bark Sailing Vessel 10280 Bekijk schip
ELISABETH EN HESTER 0 Brik Sailing Vessel 12788 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

David Miercke werd op 02 augustus 1790 geboren te Jasenitz in Pruisen als zoon van David Miercke en Anna Catharina Brussow. Vóór 1825 vestigde hij zich te Rotterdam. Drie van zijn vier broers verdienden, net als David, hun brood op het water.

David huwde op 06 september te Rotterdam met Geeske Meeuw, een naaistertje, geboren op 17 april 1801 te Borkum in Hannover. Het echtpaar woonde aan de Groenendaal waar op 28 maart 1828 een dochtertje werd geboren. Het overleed na 2 maanden. Het echtpaar verhuisde naar de Wijnbrugstraat (Wijk A nr.431) waar op 12 januari 1832 een zoon werd geboren, die echter al na twee weken overleed. Het totaal aantal kinderen van het echtpaar is niet duidelijk, maar vermoedelijk heeft er maar één de volwassen leeftijd bereikt, te weten Catharina Miercke, overleden in 1891 aan de Binnenweg te Rotterdam.

David was in 1826 nog stuurman, maar in 1828 kreeg hij een aanstelling als gezagvoerder op de “Hendrika Elizabeth”. Hij werd in 1828 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart en kreeg vlagnummer 146. Met de “Hendrika Elizabeth” maakte hij diverse reizen naar Smirna. “Hij nam touwwerk (al of niet geteerd), paardelijnen en loodwit op de heenreis mee, en keerde terug met rozijnen en opium. Op de allereerste reis vervoerde hij levensmiddelen en ziekenkost bestemd voor de Levant-divisie. De enige uitzondering op zijn reizen met de “Hendrika Elizabeth” naar Smirna vormde een uitstapje naar New York, die David in 1835 beladen met meekrap, opium en lijnolie maakte.

In 1839 werd hij aangesteld op de bark “Beurs van Rotterdam’, gebouwd in 1838-39 op de werf “Het Land van Belofte” aan de Schiedamsedijk te Rotterdam. Hiermee maakte hij van oktober 1839 tot juli 1840 een reis naar Oost-Indië. Dit is zijn laatst bekende reis. Zijn verdiensten waren goed geweest want kort na terugkomst kocht hij twee woningen, gelegen aan de Hooge Schielandsche Zeedijk te Schoonderloo voor ƒ 2000,-. Hijzelf woonde in die tijd aaan de Bierhaven bop de hoek van de Oranjesteeg te Rotterdam en verhuisde later naar de Rotterdamsedijk te Delfshaven nr.62. Hij overleed op dit adres op 20 maart 1843. Zijn vrouw kreeg een uitkering van het Zeemanscollege, bv in 1847 en 1850 van ƒ 170,- resp ƒ150,-. Dit laatste bedrag werd in 1859 nog steeds aan haar uitbetaald005.

Deze samenvatting is ontleend aan Rimkus005, maar de lezer wordt aangeraden het origineel te lezen, waaronder een overzicht van de reizen met de gevoerde lading

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

David Miercke was met vlagnummer R146 van 1828 t/m 1843 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

D.Miercke was in 1838 afwisselend commissaris van de Maatschappij058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1849 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat bij de Rekening van Ontvangst en Uitgaaf dat de weduwe D.Miercke een uitkering krijgt van f 170,- voor haar en haar kind. In de jaren 1851, 1855, 1858 en 1859 was de uitkering alleen voor haarzelf zijnde  jaarlijks f 150

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt D.Miercke als gezagvoerder gedurende:

*    1831 t/m 1835 op de brik “Hendrika Elisabeth”, bouwjaar en -plaats en tonnage niet vermeld, varend voor Kuyper, van Dam & Smeer te Rotterdam.

      Met dit schip maakte hij vele reizen naar Smirna waarbij hij als lading vervoerde: Touwwerk, rozijnen, loodwit, en vooral opium005.

      Bouma025 vermeldt NIET het gezagvoerderschap op de:

*    bark “Beurs van Rotterdam”, gebouwd in 1839 te Rotterdam, 540 ton o.m. De vermelding van kapiteins van dat schip begint bij Bouma in 1841 onder kapitein W.C.Veenstra varend voor C.W.van Dam & Co te Rotterdam.

      Miercke maakte met dit schip een reis in 1839/1840 naar Batavia vanuit Hellevoetsluis005.

 

Overige bijzonderheden

D.Miercke verzorgde per 01 oktober 1839 vanuit Hellevoetsluis met de “Beurs van Rotterdam” een troepentransport van 4 officieren en 110 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 12 januari 1840 na 103 dagen065.