Inloggen
Gezagvoerder

Martens, Meijle

Naam: Martens, Meijle
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 2
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
VRIENDSCHAP 1805 Hekschip Sailing Vessel 11412 Bekijk schip
MARIA ELISABETH 1826 Schoenerkof Sailing Vessel 9837 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

 

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

M.Martens werd met vlagnummer 120 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop per 31 maart 1825 op voordracht van B.J.Smeegh. Schip niet genoemd. Toegevoegd is "bedankt"002.

In de notulen van de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop van 23/31 mei 1825 werd voorgedragen/benoemd tot effectief lid Meijle Martens, oud 39 jaar, adres H.Kanmman op de Haarlemmerdijk 317 op voordracht van B.J.Smeengh en met vlagnummer 120023

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 januari 1830 wordt besloten een aantal leden aan te schrijven met het verzoek de verschuldigde financiën te voldoen, waaronder M.Martens.042.

In de Bestuursvergadering dd 03 mei 1830 is een lijst gepubliceerd van personen “die in de laatste tijden voor hun lidmaatschap van het Collegie bedankt hebben of overleden zijn … “ waaronder vlagnummerlid 120 i.c. M.Martens.042

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

      120                        1825-1826     kof                   Maria Elisabeth                                    J.Pijnappel & Co

                                     1827-1829                              geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt M.Martens als gezagvoerder gedurende:

*    1826 t/m 1827 van de kof “Maria Elisabeth”, geen bouwgegevens vermeld, varend voor J.Pijnappel & Co te Amsterdam(?).

 

In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Meijle Martens als gezagvoerder van de:

“Vriendschap”, dd 28 augustus 1815; 20 novemberr 1815; 26 oktober 1817; 24 februari 1820; 23 augustus 1822

“Maria Elisabeth”, dd 10 maart 1826.

 

Overige bijzonderheden

Rotterdamsche Courant 09 maart 1820114

Amsterdam, 7 maart. Het schip (opm: hektjalk) de VRIENDSCHAP, kapt M. Martens, van Amsterdam naar Havre en Rouaan, is den 2 maart in goede staat te Medemblik binnengelopen.

 

Rotterdamsche Courant 16 maart 1820114

Amsterdam, 14 maart. Het schip de VRIENDSCHAP, kapt. M. Martens, van Amsterdam naar Havre en Rouaan, is, volgens particulier berigt, den 11 maart Texel uitgezeild.

 

Rotterdamsche Courant 01 mei 1821114

Amsterdam, 29 april. Het schip de VRIENDSCHAP, kapt. M. Martens, van Hamburg naar Amsterdam, heeft op het Juisterrif op strand gezeten en is te Cuxhaven lek binnengelopen.

 

Rotterdamsche Courant 13 januari  1827114

Amsterdam ,11 januari. Aangaande het schip MARIA ELISABETH, kapt. M. Martens, van Marseille naar Antwerpen, wordt door de kapitein, in dato Pembry de 30e december gemeld, dat men reeds tweemaal tevergeefs gevraagd had hetzelve te lichten en men dit als nu ten derdenmale zou beproeven, in de hoop van beter te zullen slagen.

 

Rotterdamsche Courant 03 februari 1827114

Amsterdam, 1 februari. Het schip MARIA ELIZABETH, kapt. M. Martens, van Marseille naar Antwerpen, was, volgens brief van Pembrey (opm: positie 51 41 N 04 16 W) van den 23 januari, gelicht en circa 700 yards nader aan de haven gebracht; door laag tij was er 1 el 7 palmen water om het schip, hetwelk men hoopte bij bedaard weer in de haven binnen te brengen.

 

Rotterdamsche Courant 13 februari 1827114

Amsterdam, 11 februari. Aangaande het schip MARIA ELIZABETH, kapt. M. Martens, van Marseille naar Antwerpen, meldt men van Pembrey den 27 januari, dat hetzelve, tot op 100 yards beoosten de mond van de haven genaderd zijnde, uit hoofde van de sterke stroom en gewone zware branding, niet had kunnen worden binnengebracht, weshalve men nodig geoordeeld had de lading te lossen.

 

Rotterdamsche Courant 17 februari 1827114

Amsterdam, 17 februari. Kapt. Martens, gevoerd hebbende het schip MARIA ELIZABETH, van Marseille naar Antwerpen, meldt van Pembrey, in dato den 7 dezer, dat zijn schip enige dagen te voren, door het onstuimig weer op die kust, uit elkander geraakt en geheel wrak geworden zijnde, hij genoodzaakt is geweest hetzelve publiek te verkopen. Van de lading waren 18 halve pijpen olie, onderscheiden kisten zeep, vaten meekrap, drogerijen enz., meestal zwaar beschadigd, geborgen.