Inloggen
Gezagvoerder

Kat/Katt, Cornelis Jansz

Naam: Kat/Katt, Cornelis Jansz
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 2
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
FREUNDSCHAFT 0 Pink (grote vaart) Sailing Vessel 17254 Bekijk schip
AMSTEL 1807 Pink (grote vaart) Sailing Vessel 16959 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

Cornelis Jansz Kat werd gedoopt te Ameland op 12 oktober 1797 als zoon van Jan Cornelis Kat en Antje Sents.

Hij trouwde op 13 maart 1830 te Amsterdam als koopvaardijkapitein  met Marina Elisabeth van Staveren, geboren te Amsterdam 07 augustus 1803 als dochter van Jacob van Staveren en Marina Knikkenberg. Zij overleed  te Amsterdam op 09 maart 1847.

Cornelis overleed te Amsterdam op 22 mei 1844 als zeeman, 47 jaar.Stadsarchief Amsterdam

Uit opmerkingen in de notulen van “ Zeemanshoop”  blijkt dat Cornelis in zijn nadagen een tapperij had.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

C.J.Kat werd per 12 april 1825 met vlagnummer 175 en op voordracht van J.K.de Jong ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege "Zeemanshoop". Zijn schip ten tijde van de inschrijving was de "Goede Hoop". Toegevoegd is "Overleden"002.

In de Algemene Bestuursvergaderingen van het College Zeemanshoop van 01/08 augustus 1826 werd Cornelis Jansz Katt als effectief voorgedragen door kapitein T.K.de Jong. Katt was 29 jaar, voerde de pink “De Vriendschap”, adres Bikkersgracht nr.52 boven. Hij kreeg vlagnummer 175023.

 

C.J.Kat was effectief lid van “Zeemanshoop” in de periode 1825 t/m 1844 met de vlagnummers 175 (1825 t/m 1836) en 105 (1836 t/m 1844).

 

C.J.Kat werd per 08 oktober 1830 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop. Toegevoegd is: “van beroep veranderd, weder ingetrokken"003

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 april 1838 wordt een brief vermeld van kapitein Cornelis Jansen Kat “berigtende de binnebeurt tusschen Amsterdam en Veendam te zullen gaan waarnemen, wenschende zijne betrekking tot het Collegie en Fonds te behouden.”. Het Bestuur gaat accoord met inachtneming van art. 58 van het Regelement.042(Dit artikel geeft de mogelijkheid tot beroepsverandering en toch het behoud van het deelgenootschap, maar de contributie wordt dan met de helft verhoogd.)

In de notulen van de Bstuursvergadering dd 24 juni 1841 staat het verzoek van kap.C.J.Kat om “ontslag van voldoening eener verhoogde contributie.”

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 25 augustus 1842 vraagt kapitein C.J.(kennelijk de initialen omgedraaid) Kat om een ondersteuning “uit hoofde van gebrek aan het gezigt.”. In de notulen dd 29 september 1842 wordt besloten aan hem vanwege zijn ziekte een maandelijkse bijdrage van f 12,- toe te kennen voor de periode van 1 jaar ingaande 01 november 1842. 042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 26 oktober 1843 staat een verzoek om uitkering door C.J.Kat te Amsterdam. In de vergadering van30 november 1843 geeft het Bestuur hem een uitkering van f 8,- per maand voor een periode van 12 maanden “in aanmerking genomen dat dezelve eene tapperij en dus nog middelen van bestaan heeft.”

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 mei 1844 vraagt de wed. C.J.Kat, geb. van Staveren om een uitkering. Deze wordt haar en haar 3 kinderen in de vergadering van 25 juli 1844 toegekend met ingang van 01 augustus 1844.042.

In de notulen van de Bestuursvergaderingn dd 28 maart 1847 staat de melding van J.B.Singerling dat de wed. C.J.Kat is overleden en hij vraagt een uitkering voor de kinderen.042

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 15 oktober 1842 van Zeemanshoop staat een aanvrage van kapitein C.J.Kat voor onderstand. Deze werd toegestaan per 01 november 1842 voor 12 maanden ad f12,- per maand. In de vergadering van 05 december 1843 is er weer sprake van een verzoek tot uitkering. Er wordt: “… besloten, om uit overrweging, dat de verzoeker nog middelen van bestaan blijkt te hebben, aan denzelven bij continuatie toe te leggen, eene uitkering van f8,- ’s maands voor den tijd van twaalf maanden.”023.

In de notulen van de Algemene Vergadering van 06 augustus 1844 van Zeemanshoop staat de aanvrage van mej. van Staveren, de weduwe van kapitein C.J.Kat, voor een uitkering voor haar en drie kinderen welke wordt toegewezen per 01 augustus 1844.025.

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

         175                      1826-1828     pink                  de Vriendschap                                    J.H.Luden

                                           1829           geen vermelding van schip en boekhouder

                                           1830           fregat               den Amstel                                            Roquette & v.d.Poll

                                           1831           geen vermelding van schip en boekhouder

                                           1832           1/m galj.          Margaretha Johanna                            E.Boolen, Harlingen

                                           1833           geen vermelding van schip en boekhouder

                                      1834-1835     kof                   de Goede Hoop                                    niet vermeld

         105                           1836           kof                   de Goede Hoop                                    idem

                                      1837-1843     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt C.J.Katt als gezagvoerder gedurende:

*    1828 t/m 1829 van de 3/m pink “Vriendschap”, geen gegevens over bouwplaats en –jaar, 290 ton o.m., varend voor J.H.Luden te Amsterdam;

*    1830 t/m 1831 van het fregat “Amstel”, gebouwd in 1807, bouwlocatie niet vermeld, 310 ton o.m. , varend voor Roquette & v/d Poll te Amsterdam. Het schip werd in 1831 geveild.

             Verhoeff086 vermeldt dat de “Amstel” in 1831 werd verkocht aan H.& C.v/d Stadt te Zaandam en werd herdoopt in “Zaanstroom”;

*    1833 van de 1/mkof “Margaretha Johanna, gebouwd in 1816, 180 ton o.m., varend voor E.Boolen te Harlingen.

 

In 1818 werd de bark Vriendschap” ex Freundschaft uit Bremen aangekocht die in 1829 werd gesloopt. Het schip werd in mei 1804 te Köningsberg opgeleverd, in 1805 verkocht naar Bremen. In 1815 onderging het schip een vertimmering waarna in 1818 Amsterdam de thuishaven werd. (Marhisdata)

 

Overige bijzonderheden

Amsterdamsche Courant 28 oktober 1826114

Gepasseerde schepen door Alkmaar, langs het Groot Noord-Hollandsche Kanaal:

den 20 dito, de VRIENDSCHAP (opm: pink), kapt. C. Jansen Kat, van Amsterdam naar Suriname;

 

Rotterdamsche Courant 29 november 1827114

Amsterdam, 27 november. Volgens brief van kapt. Johannes Hulsen jr., voerende het schip WILHELMINA, van Amsterdam naar Suriname, in dato de 18e dezer, was hij toen, na vier dagen met goed weer in de Noordzee gekruist te hebben, in goede staat en aan boord alles zijnde, op de hoogte van Zuid Voorland (opm: South Foreland) zeilende. De vorige dag was bij hem kruisende geweest het schip de VRIENDSCHAP, kapt. C.J. Kat, mede van Amsterdam naar Suriname.

 

Algemeen Handelsblad 17 mei 1828114

Carga-lijsten: Amsterdam, 15 mei. VRIENDSCHAP, kapt. C.J. Kat, van Suriname

 

Algemeen Handelsblad 02 augustus 1828114

Advertentie. In lading liggende schepen te Amsterdam. Naar de volgende plaatsen:

Suriname,  DE VRIENDSCHAP, kapt. C.J. Kat

 

Rotterdamsche Courant 12 februari  1829114

Rotterdam, 11 februari. Kapt. C.J. Kat, voerende het schip (opm: pink) DE VRIENDSCHAP, de 30e oktober van Amsterdam te Suriname gearriveerd, meldt van daar, dat hij op 21 gr. 21 min. noorderbreedte, 34 gr. 43 min. westerlengte, door een woedende orkaan is belopen geworden, welke twee etmalen aanhield en zeer veel schade aan de tuigage en het schip veroorzaakte, zijnde de voorsteng, de voormarsra, de voorbramsteng en voorbramra met hun nieuwe zeilen, alsook een gedeelte van de fokkemast, de kluiverboom met zijn kluiver, stampstok en blinde ra, benevens de lange salings (opm: langszalings) met voormars- en achterschoenerzeil, een groot gedeelte der verschansingen, een gedeelte der stutten en relings, de nieuwe hekjol en enige andere kleinigheden, verloren gegaan; hij zou trachten de geleden schade te repareren en dacht met half februari zijn reis aan te nemen.

 

Rotterdamsche Courant 07 april 1829114

Amsterdam, 5 april. Volgens brief van Suriname, van de 10e februari, zouden verscheidene schepen vandaar vertrekken, waaronder de 16e of 17e dito het schip DE VRIENDSCHAP, kapt. C.J. Kat, beide naar Amsterdam.

 

Rotterdamsche Courant 16 juli 1829114

Advertentie. Rutger Hoijman en Hermanus Isaac Rietveld, makelaars, zullen op maandag de 10e augustus, 1829, des avonds ten zes ure te Amsterdam in de Nieuwe Stadsherberg aan het IJ verkopen: een pinkschipshol, genaamd DE VRIENDSCHAP; mitsgaders een aanzienlijke partij scheeps-gereedschappen, bestaande in ankers, touwen, zeilen, rondhouten enz; breder bij notities en bericht bij de makelaars. (opm: het hol, laatste kapitein C.J. Kat, werd verkocht voor de sloop; de zeebrief werd 18.9.1829 ingeleverd onder vermelding ‘zullende worden gesloopt’; zie ook RC 120229)