Familiegegevens en opleiding
B.E.Holwedel was getrouwd met Grietje Pappen Ficken. Deze werd geboren op 12 april 1801 en hertrouwde na het overlijden van Barend in maart 1833.118
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
B.E.Holwedel werd met nr.126 effectief lid van Zeemanshoop per 12 juli 1825 op voorspraak van P.Bodeman Hz. Zijn schip werd niet vermeld002.
In de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop van 05/12 juli 1825 werd Barend Eden Holwedel, 33 jaar, wonende op de Haarlemmerdijk over de Heerengracht nr.45, voorgedragen/benoemd als effectief lid. Hij werd voorgesteld door kapitein T.Bodeman en zijn vlag werd nr.126023.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 29 juni 1831 wordt gemeld het overlijden van kapitein B.E.Holwedel, vlagnummer 126.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 juni 1831 vraagt Grietje Poppen Fokken, de weduwe van kapitein B.E.Holwedel een uitkering voor haar en haar 4 kinderen welke haar in de vergadering van 28 juli 1831 wordt toegekend met ingang van 01 augustus 1831.042.
In de Bestuursvergadering dd 25 april 1833 en in de Algemene Vergadering van 30 april 1833 van Zeemanshoop wordt gemeld dat de weduwe Holwedel is hertrouwd en haar uitkering dus wordt stopgezet042 en 023.
In de notulen van de Algemene Ledenvergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 02 juni 1829 staat de volgende mededeling:
Ingekomen “… eene brief van kapitein O.P.Blom, dato 2 maart 1829 alsmeede een van de Effectieve Leeden P.Schakkel en B.E.Holwedel inhoudende klagten en voorzieningen, ingeval van IJsgang in het gat van Texel, en over den slechten staat der Vuren te Egmond … “. Een en ander zal door het Bestuur ter kennis worden gebracht van het Ministerie van Marine023.
In de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 30 augustus 1831 wordt aan de weduwe van Barend E Holwedel een uitkering toegekend023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
126 1825 kof Maria J.H.Bodeman
1826-1827 geen opgave van schip en boekhouder
1828-1830 kof Wilhelmina Frederika J.H.Bodeman
Bouma025 vermeldt B.E.Holwedel als gezagvoerder gedurende:
* 1826 van de kof “Maria”, geen vermelding van bouwgegevens, varend voor J.H.Bodeman te Amsterdam (?);
* 1829 t/m 1833 van de kof “Wilhelmina Frederika”, gebouwd in 1828, bouwplaats niet vermeld, 130 ton o.m., varend voor J.H.Bodeman te Amsterdam.
In het Archief van de Amsterdamse Waterschout in het Stadsarchief van Amsterdam011a zijn de volgende monsterrollen:
38-117 04 september 1821, kof “de Nw Sara Jacoba”, kapitein Berend E. Holwedel, boekhouder Der Kinderen, bestemming Middellandse Zee, 5 bemanningsleden i.c. stuurman, kok en 3 matrozen.
38-1820 30 augustus 1820, kof “de Nw Sara Jacoba, kapitein Berend Ede Holwedel, varend onder Nederlandse vlag, boekhouder Der Kinderen, bestemming Cadix, 5 bemanningsleden i.c. stuurman, kok en 3 matrozen.
Overige bijzonderheden
Rotterdamsche Courant 09 mei 1820114
Advertentie. T. Tentije en A. van der Sluijs, makelaars, zullen, op maandag den 15 mei 1820, des avonds te 6 uren, te Amsterdam, in het Nieuwezijds Heeren-Logement, op de Haarlemmerdijk, verkopen: een extraordinair welbezeild Kofschip, genaamd SARA JACOBA, gevoerd door kapt. B.E. Holwedel, lang 88 voet, wijd 21 voet 3 duim, hol 10 voet 3 duim, alles Amsterdamse maat; breder bij de inventaris. Zijnde dit schip inmiddels uit de hand te koop; berigt bij de makelaars.
Rotterdamsche Courant 17 mei 1821114
Amsterdam, 15 mei. Het kofschip PIETER JUNIOR, kapt. G. Molenaar, van Cette (opm: Sète) naar Amsterdam, is, op de hoogte van Kadix (opm: Cadiz), in de beste staat gepraaid geworden door kapt. B.E. Holwedel, van Cette den 11 mei te Antwerpen gearriveerd.