Datum vanaf: |
1825 |
Kapitein: |
Hayward, William |
Overige informatie: |
William Hayward was gezagvoerder op de MONARCH, toen dit stoomschip op 7 juni 1825 te Nieuwediep arriveerde, op reis naar Amsterdam. Hij bleef nog tot december 1825 gezagvoerder op het schip, toen genaamd ONDERNEMING. |
Familiegegevens en opleiding
Bernardus Marcus Corbière werd geboren/gedoopt te Amsterdam op 27/28 februari 1804
Hij huwde met Anna Jacoba van Swieten, geboren te Amsterdam op 10 juni 1808 en overleden in augustus 1843. Hij huwde voor de tweede maal met Catharina Frederica Timmers, geboren te Amsterdam op 14 februari 1821 en na het overlijden van Bernardus hertrouwd op 30 oktober 1862.003 en 118
Bernardus overleed in 1851.
Bernardus Marcus Corbière werd op 25 februari 1818 ingeschreven als leerling van de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam010(531-1349). Hij werd volgens doopcedule 1349 rooms gedoopt op 28 februari 1804 te Amsterdam. Zijn ouders waren Jean Pierre Corbière uit Amsterdam, rooms, en Elisabeth Julia Zundorf uit Outshoorn, rooms. Beiden waren ten tijde van de inschrijving overleden. De broeder en voogd A.J.P.Corbière, wonende op de Herengracht hoek van de Beulingstraat te Amsterdam "doende daar winkel heeft den jongeling aangeboden onder betaling van ¦240,- ...". Ten tijde van de inschrijving was Bernardus 14 jaar, 5 voet lang en "gevaccineerd volgens attest".
Er is een driemaandelijks overzicht van de vorderingen:
"1 april 1838 3/m rappt Kt de streeken van het kompas ...
2 decb 1818 bij den constapel ...
11 novebr 1819 geplt als kajuitwachter op het schip de Zeemeeuw Capt J.Beuning naar Curacao (Johannes Rijnhardus Böning dateerde een monsterrol van de "Zeemeeuw" op 09 november 1819).
14 july 1819 terug van de reise ...
1 octob 1820 ...Kt(kent) Steenstra Douwes ...
18 april 1821 geplt als ligtmatroos op het schip Catharina Elisabeth Capn Ingerman na Batavia
26 maart 1823 terug van de reis met goede attestatie bekomt deszelfs ontslag met goed getuigschrift en attest tot vrijstelling van de nationale militie".
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
B.M.Corbiere werd met nr.254 effectief lid van Zeemanshoop per 01 april 1828 op voorspraak van C.F.Jansen. Zijn schip was de "Rio de Janeiro"002.
Bernardus Marcus Corbiëre werd per 25 maart/01 april 1828 met vlagnummer 254 voorgesteld/aangenomen als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein C.F.Jansen. Zijn adres was C.van Swieten op de werf Hollandia te Amsterdam. Een schip wordt niet genoemd023.
Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 16 februari 1836 èn 03 oktober 1848003.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 juni 1851 staat de toekenning van een uitkering aan de weduwe B.M.Corbiére plus 1 kind ingaande 01 februari 1851.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 april 1852 staat een verzoek van F.C.Monterosi, de voogd van de minderjarige dochter van wijlen kapitein B.M.Coebiére, om voortaan de uitkering te mogen ontvangen. Het Bestuur gaat accoord.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 oktober 1862 staat het bericht dat de we. B.M.Corbiëre is hertrouwd met J.A.Escher.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 22 juli 1851 werd aan de weduwe van kapitein B.M.Corbiëre per 01 februari 1851 een uitkering toegekend voor haar en 1 kind.023.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd. 04 november 1862 staat vermeld dat de weduwe B.M.Corbiëre geb. Timmers is hertrouwd met de heer J.A.Escher en dankt voor de uitkering.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
254 1828 geen opgave van schip en boekhouder
1829-1833 brik Miltiades S.Paleologo
1834 brik Leonidas P.Poel
1835 brik Leonidas P.Poel en Zn
158 1836-1837 brik Rio de Janeiro Paket Schmöle en van Geuns
1838-1843 fregat Susanna Christina G.Nolthenius en Luden en van Geuns
1844-1846 fregat Palembang idem
1848-1850 fregat Susanna Christina Luden en van Geuns
Bouma025 vermeldt B.M Corbiëre als gezagvoerder gedurende:
* 1830 t/m 1834 op de brik “Miltiades”, gebouwd in 1829 te Amsterdam, 208 ton o.m., varend voor S.Paleologo te Amsterdam. Het schip werd in 1834 herdoopt in “Leonidas”. In de notulen van de Algemene Vergadering van 21 april 1829 van “Zeemanshoop” wordt melding gemaakt van het aflopen van het schip door van Swieten en Corbiëre;
* 1835 t/m 1836 op de brik “Leonidas” ex Miltiades, gebouwd in 1829,te Amsterdam, 208 ton o.m., varend voor P.Poel te Amsterdam In 1836 omgedoopt tot “Rio de Janeiro Packet”;
* 1837 t/m 1838 op de brik “Rio de Janeiro Packet”, ex Leonidas, gebouwd in 1829, 244 ton o.m., varend voor Schmöle & Geuns te Amsterdam;
* 1839 t/m 1844 op het 3/m schip “Suzanna Christina”, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 480 ton o.m., varend voor G.Nolthenius & Luden & van Geuns;
* 1845 t/m 1848 op het 3/m schip “Palembang”, gebouwd in 1836 te Amsterdam, 693 ton o.m., varend voor Nolthenius, Luden & van Geuns te Amsterdam
* 1849 t/m 1851 wederom op de “Suzanna Christina” voor dezelfde reederij.
Overige bijzonderheden
Jan Hugo Schippers werd per 19 oktober 1829 vanuit de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart als ligtmatroos geplaatst op de “Miltiades”onder gezag van kapitein J.P.Corbiëre voor een reis van Amsterdam naar Smirna. Hij keerde op school terug op 22 februari 1832004-532/1644.
B.M.Corbiëre verzorgde per 15 april 1845 vanuit Nieuwediep met de “Palembang” een troepentransport van 3 officieren en 100 manschappen. Zij arriveerde te Batavia op 03 augustus 1845 na 110 dagen065.
Datum vanaf: |
1825 |
Kapitein: |
Corbiëre, Bernardus Marcus |
Overige informatie: |
B.M. Corbière werd in december 1825 gezagvoerder op de ONDERNEMING. |
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt A.J.Albers (moet zijn Alberts) als gezagvoerder gedurende:
* 1830 t/m 1833 van de stoomboot “Graaf Cancrin” ex Onderneming, ex Monarch, gebouwd in 1825, bouwlocatie niet vermeld, 112 ton o.m., geen rederij en thuishaven vermeld.
Er is een monsterrol op naam van Albert Jansen Alberts met het schip de Graaf Cancrin (09 mei 1831) op het Stadsarchief te Amsterdam
Overige bijzonderheden
Algemeen Handelsblad 30 oktober 1832114
Texel, 27 oktober. Binnengekomen: GRAAF CONERIN, kapt. A.J. Alberts, van Riga, na visitatie van de quarantaine ontslagen. (opm: naam mogelijk GRAAF CANCRIN)….
Algemeen Handelsblad 01 juli 1833
Scheepstijdingen. Uitgezeild.
Texel, 28 juni. ULLA, kapt. J.E. Petersen, naar Lissabon; CATHARINA ELSINA, kapt. A.H. Schuring, ANTONIA, kapt. E. Speelman en REMINA, kapt. J.G. Boon, alle drie naar Liverpool; VROUW HENDRIKA, kapt. S. Gilseman, van Emden naar Antwerpen; EMANUEL, kapt. H. Bloem, naar Drammen; NEPTUNUS, kapt. J.J. Ebeling, op avontuur; GRAAF CANCRIN (stoomboot), kapt. A.J. Alberts, naar Rotterdam…..
Rotterdamsche Courant 02 juli 1833
Rotterdam, 1 juli. De 28e passato, des namiddags, arriveerden re Helvoetsluis FREUNDSCHAFT, kapt. B.J. de Boer, van St. Ubes, HERCULES, kapt. F. Kamps, van Antwerpen. De 29e, des namiddags, FRANCISCA ALIDA, kapt. H.F. Deddes, van Liverpool en DE HOOP, kapt. H. van den Bos, van St. Ubes. De 30e, des morgens, arriveerde PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. J.F. Scharper, van Padang.
De 28e passato, de avonds, arriveerde in de Maas GRAAF CANKRIEN, kapt. H. Blad, van Amsterdam. De 29e, des morgens, arriveerde ELEONORA, kapt. J.D. Hakker, van Bremen. De 30e, des morgens, zeilden DE VROUW ANNA MARIA CATHARINA, kapt. W.D. Kleininga en ZORG EN VLIJT, kapt. J.H. Uil, naar Liverpool; GRAAF GANKRIEN (opm: GRAAF CANCRIN), kapt. H. Blad, naar Duinkerken.
Familiegegevens en opleiding
Berend Albers werd geboren te Groningen op 28 juni 1834 als zoon van de schipper Pieter Jans Albers en Trijntje Berents de Jonge.
Hij trouwde op 24 januari 1861 te Groningen als schipper met Hiske Abels Schuiling, geboren te Groningen op 04 juni 1836 als dochter van de trekschipper, later schuitenvaarder Esso Schuiling en Hiske Abels Kloosterman. Hiske overleed op 05 juli 1866 te Groningen, 30 jaar.
Berend hertrouwde op 24 oktober 1867 te Groningen als beurtschipper met Antje Smits, geboren te Franeker ca. 1842 als dochter van de schipper Douwe Harkes Smits en Lucia Theunis Houtstra. Antje overleed op 18 december 1920 te Groningen, 79 jaar, weduwe.
Berend overleed op 28 november 1904 te Groningen, 70 jaar, stoombootkapitein
In diverse BS-akten van Berend Albers wordt zijn berroep vermeld en wel als:
Schipper in 1861, 1862, 1863, 1872 en 1877
Beurtschipper in 1867, 1868, 1870 en 1875
Scheepskapitein in 1866
Stoombootkapitein in 1883, 1896 en 1904
Datum vanaf: |
1831 |
Kapitein: |
Alberts, Albert Jansen |
Overige informatie: |
In maart 1831 nam A.J. Albers het gezag over het schip, toen herdoopt GRAAF CANCRIN, over. |
Familiegegevens en opleiding
Hugo Blad werd geboren te Amsterdam op 05 maart 1795.
Hij huwde met Cornelia van der Sanden, geboren te Amsterdam op 07 oktober 1795. Zij overleed op 29 oktober 1843 003 en 118
Hugo overleed in 1838.
Hugo Blad werd geboren en gedoopt te Amsterdam op 05 maart 1795. Zijn vader was schuitevoerder. Hij werd als leerling van de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam aangenomen als leerling op 18 mei 1808. Op 18 april 1813 werd hij adelborst. Hij bereikte de rang van luitenant-ter-zee.
Uit: Marc.A.van Alphen - Aanvullende bronnen voor onderzoek naar het varend marinepersoneel (circa 1600 - 1850). Jaarboek 1998. Centraal Bureau voor Genalogie 52:111-136, p.126.
Hugo Blad werd op 18 mei 1808 ingeschreven als leerling van de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam004(531/1076). Hij werd volgens doopcedule nr. 1076 op 06 maart gedoopt (vermoedelijk) te Amsterdam. Zijn ouders waren Johannes Blad uit Amsterdam, luthers, en Rebekka Lond uit Noorwegen, eveneens luthers. Beiden waren ten tijde van de inschrijving in leven en woonden op de Droogbak te Amsterdam. Het beroep van de vader was schuitenvoerder.
Bij de inschrijving was Hugo 13 jaar en 5 voet/4 duimen lang.
Vanaf 01 juli 1808 werd een driemaandelijkse voortgangsrapportage bijgehouden:
“1 july 1808 3/m rappt kt (kent) de decimale breuken ...
1 octob 1809 Id. kt het 1e boek van Steenstra ...
25 octob 1809 Een prijs gehad Robinson Crusoe ...
1 jan. 1811 Id kt de 5 eerste boeken ...
30 jan 1811 de vader vraagt het ontslag van zijn zoon, uitgesteld totdat de boete bij Art.3 vastgesteld zal kunnen voldoen
14 febr. 1811 als ledemaat aangenomen
29 junij 1811 geplt op de cadettenbrik Irene om in de Z.zee te kruissen
19 decbr 1811 geplt op de brik Irene
1 sept.1812 examen gedaan
30 do van de brik terug
18 april 1813 door de Minister van Marine tot aspirant der 2de klasse aangesteld
10 mei 1813 naar Antwerpen vertrokken”.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Hugo Blad werd met nr.368 effectief lid van Zeemanshoop per 19 augustus 1833 op voorspraak van kapitein O.Koert. Zijn schip ten tijde van de inschrijving was de “Graaf Cancrin”002.
In de Algemene Vergaderingen van 06/13 augustus 1833 van het College Zeemanshoop werd voorgedragen/benoemd Hugo Blad, oud 38 jaar, wonende op de Brouwersgracht bij de Lindengracht, voerend het stoomschip Graaf Cancrin, op voordracht van kapitein C.Koert. Hij kreeg vlagnummer 368023.
H.Blad was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1833 t/m 1838 met de vlagnummers 368 (1833 t/m 1836) en 255 (1836 t/m 1838).
Hugo Blad werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 07 december 1833.003
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 juni 1833 staat een brief van H.Blad “waarin hij verzoekt ook voor de voorgenomen reize met het stoomschip Graaf Cancrin als kapitein deel te mogen nemen in het fonds om nader als Lid te worden voorgesteld.”042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 29 maart 1838 staat een verzoek om ondestand van de weduwe Hugo Blad, geb. Cornela van der Landen. In de vergadering dd 26 april 1838 wordt de onderstand toegekend voor haar en 4 kinderen per 01 mei 1838.042
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop van 15 mei 1838 staat het verzoek van de weduwe H.Blad voor een uitkering “voor haar en hare kinderen” welk verzoekdoor het Bestuur werd ingewilligd023.
De schepen van de kapitein
Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
368 1833-1834 stoomb. Graaf Cancrin Amst.Stoomboot Maatsch
1835 stoomb. Willem den Eersten geen opgave
255 1836 stoomb. Willem den Eersten geen opgave
1837 stoomb. Willem den Eersten Amst.Stoomboot Maatsch.
Bouma025 vermeldt H.Blad als gezagvoerder gedurende:
* 1834 van de stoomboot “Graaf Cancrin” ex Onderneming, ex Monarch, gebouwd in 1825, bouwlocatie niet vermeld, 112 ton o.m., varend voor de ASM te Amsterdam. Het schip werd in 1835 herdoopt in “Prinses van Oranje”;
* 1837 op de stoomboot “Willem den Eersten”, gebouwd in 1826 op de werf Hollandia te Amsterdam, kiel gelegd 30 augustus 1825, te water gelaten op 04 augustus 1826, 528 ton o.m., 120 pk, varend voor de Amsterdamsche Stoomboot Maatschappij te Amsterdamook ontleend aan Suyk, Heiloo;
De rader stoomboot Willem de Eerste werd gebouwd in 1826 op de werf Hollandia te Amsterdam van C.van Swieten. De kiel werd gelegd op 30 augustus 1825 en de tewaterlating op 04 augustus 1826.; 528 ton o.m.. De reder van 1826 t/m 1835 was de Amsterdamsche Stoomboot Maatschappij te Amsterdam. Het schip kwam in de vaart op Hamburg. In 1835 werd het schip verkocht aan het Departement van Koloniën. “Onder Kapitein H.Blad vertrok het schip als bark getuigd en de wielen afgenomen, den 21en November 1835 van Texel naar Batavia, waar het na een vlugge reis van 87 dagen arriveerden. Op onrust werd de “Willem de Eerste” toen wederom tot stoomschip gereed gemaakt …”
Uit: De Willem de Eerste”. door L.Smit in Ons Zeewezen, 36ste jg, p.295, 1937. Ook Bouma025.
In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Hugo Blad als gezagvoerder van de “Graaf Cancrin”, dd 26 juni 1833, 13 februari 1834 en de “ Willem de Eerste” dd 20 augustus 1835.
Overige bijzonderheden
In het Hannemahuis te Harlingen bevindt zich een schilderij uit 1836 van H.Vettewinkel met op de voorgrond de raderstoomboot “Willem den Eersten” (120 pk, gebouwd in 1826 te Amsterdam, 528 ton n.m.025), dat in 1837-1838 onder gezag stond van kapitein H.Blad, varend voor de Amsterdamsche Stoomboot Maatschappij te Amsterdam. Het schilderij is een geschenk van J.Oderwald. De raderstoomboot voert de collegevlag van Zeemanshoop uit Amsterdam met nummer 368. Op de achtergrond is een 2/m-schip afgebeeld met de groen-wit-groene collegevlag van het Rotterdamse college “Maatschappij tot Nut der Zeevaart”. Vlagnummer is niet te lezen.
In de nacht van 5 op 6 mei 1837 verging de Willem den Eersten op de Lucipara-riffen bezuiden Ambon op 5/6 mei 1837. Het schip was op weg naar Ambon met de pas benoemde goeverneur van de Molukken F.V.A. Ridder de Stuers en zijn familie, benevens 140 passagiers, waaronder een groot detachement militairen. Het schip was op 26 april van Soerabaja vertrokken met de verwachting dat het begin mei in Ambon zou aankomen. Maar het schip liep in de nacht van 5 op 6 mei 1837 op de riffen bij de Lucipara’s. Passagiers en bemanning gingen, met grote moeite vanwege de branding, aan land. Vanwege de beperkte voorraad levensmiddelen moest een rantsoenering worden ingesteld. Vanuit Ambon was inmiddels een zoektocht begonnen zonder resultaat. Ook vanuit het schip werd een sloep uitgestuurd om hulp te halen. Na enkele mislukkingen gelukte het tenslotte de autoriteiten te Ambon te waarschuwen en werden op 9 juni de schipbreukelingen gered. Op 12 juni bereikte men Ambon.
In het verslag wordt de gezagvoerder niet onomstotelijk aangeduid, maar uit o.a. Bouma025 en uit informatie van K.Suyk te Heiloo is op te maken, dat het hier kapitein H.Blad betreft. In het verslag is verscheidene malen sprake van ene Lamleth, die wisselend wordt aangeduid met de functie “kapitein” of “kommandant”, wellicht behorend tot het contingent militairen.
“De Kommandant van het stoomschip, gebukt onder de ramp, die hem zelf en ons allen trof, en diep geroerd van zulk een kostbaar vaartuig verloren te zien, scheen voor het beramen en uitvoeren van krachtdadige beschikkingen, zoo als onze toestand dezelve vorderde, niet bekwaam. Niet dat ik geloof, dat het elk ander zou hebben kunnen gelukken, het stoomschip weder vlot te krijgen of te redden, maar de meesten der opvarenden uit militairen bestaande, die het op reis niet te best gehad hadden, zoo kon onze positie elk oogenblik hagchelijker worden en alle hoop op behoud en redding, hoe flaauw die ook scheen, verloren gaan, zoo niet onder de troepen en zeelieden de strengste orde gehandhaafd werd.”
Uit het verslag blijkt dat De Stuers na de schipbreuk de leiding op zich heeft genomen, al zou dit ook een vorm van hierarchie geweest kunnen zijn, daar hij per slot een hoge bestuurlijke positie bekleedde en bemanning plus passagiers zich niet meer op het domein van de kapitein, i.c. het schip, bevonden. De kapitein wordt in het verdere verslag, noch in de bijlagen niet vermeld.
Uit: Verhaal der schipbreuk geleden door den Luitenant Kolonel De Stuers benevens passagiers en equipage van Z.M. Stoomschip Willem ! op de Lucipara’s in den nacht van den 5den op den 6den Mei 1837.
door F.V.A. Ridder de Stuers, ’s Gravenhage, bij K.Fuhri, 1837
Een verslag van deze schipbreuk is ook verteld in “De Indische Navorscher” 18, (4), 2005 door M.Spaans Azn: “Lucipara (schipbreuk in 1837 op het koraalrif Lucipara; verslag van F.V.H.A. de Stuers in de Javasche Courant; reconstructie van de 140 personen, die op het rif op redding wachtten. Onder de nazaten van de Stuers treft met verscheidene met de voornaam Lucipara aan.)
Niet verder door mij ingezien
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 23 juni 1835 staat de mededeling dat kapitein H.Blad een ieder uitnodigt om getuige te zijn van het aflopen op donderdag de 25ste om 13.00 uur van de stoomboot “Willem de Eerste”, op de werf Vredenhof, scheepsbouwmeester Jan Keuvel.023
Bouma dd 07 december 2002 berichtte mij dat het wellicht een binnenstomer is geweest. De werf was hem onbekend. Volgens hem betrof het niet het houten schroefstoomschip “Willem de Eerste” van 500 ton o.m., varend voor de Amster. Stoomb. Maatschappij te Amsterdam en volgens hem gebouwd in 1839.
Datum vanaf: |
1833 |
Kapitein: |
Blad, Hugo |
Overige informatie: |
In juni 1833 werd H.J. Blad gezagvoerder op de GRAAF CANCRIN. |
Familiegegevens en opleiding
Hendrik Cornelis werd geboren te Amsterdam ca begin 1802 als zoon van Hendrik Willem Kool en Maria Brouwer
H.C.Kool was getrouwd met Maria Anna Sinderen, geboren 25 september 1804 te Amsterdam als dochter van Fredrik Lodewijk Zinderen (sic) en Anna Maria van Ledt, Maria Anna overleed op 21 augustus 1868 te Rotterdam, 63 jaar, 11 maanden, weduwe. Het trouwen zal ook wel te Amsterdam hebben plaatsgevonden. Nog nakijken.
Hendrik overleed op 20 augustus 1845 te Rotterdam, 43 jaar, 8 maanden en 21 dagen.
Algemeen Handelsblad 23 augustus 1845
Advertentie. Heden overleed in de ouderdom van 43 jaren, mijn geliefde echtgenoot, Hendrik Cornelis Kool, koopvaardij-kapitein, mij nalatende twee kinderen, te jong om hun verlies te kunnen beseffen.
Rotterdam, 20 augustus 1845, M.A. Sinderen, weduwe H.C. Kool.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.C.Kool (adres Stoombootmaatschappij) werd per 14 februari 1837 op voordracht van H.Blad en met vlagnummer 367 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdams zeemanscollege "Zeemanshoop". Toegevoegd is "overleden"002.
In de Algemene Vergaderingen van 07/14 februari 1837 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd voorgedragen/benoemd Hendrik Cornelis Kool, oud 36 jaar, voerend het ss. “Princes van Oranje”, wonende te Rotterdam en met adres de Amsterdamsche Stoomboot Maatschappij te Amsterdam, op voordracht van kapitein H.Blad. Hij kreeg vlagnummer 367023.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 31 juli 1845 staat een verzoek van de huisvrouw van kapitein H.C.Kool, geb. M.A.Sinderen om een uitkering. In de notulen dd 28 augustus 1845 staat dat de kapitein inmiddels is overleden. Daarop vraagt de weduwe op 28 augustus 1845 om een uitkering die haar op 25 september 1845 voor haar en 2 kinderen met ingang van 01 november 1845 wordt toegekend.042
In de notulen dd 28 oktober 1845 van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop staat het verzoek van de weduwe van kapitein J.Kool om een uitkering hetgeen voor haar en 2 kinderen wordt toegekend per 01 november 1845.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
367 1837-1845 stoomsch. Prinses van Oranje Amst.Stoomb.Maatsch.
Bouma025 vermeldt H.C.Kool als gezagvoerder gedurende:
* 1830 t/m 1832 op de stoomboot “Willem den Eersten”, gebouwd in 1826 op de werf Hollandia te Amsterdam, kiel gelegd 30 augustus 1825, te water gelaten op 04 augustus 1826, 528 ton o.m., 120 pk, varend voor de Amsterdamsche Stoomboot Maatschappij te Amsterdamook ontleend aan Suyk, Heiloo;
* 1832 t/m 1835 van de stoomboot “Beurs van Amsterdam”, gebouwd in 1826 te Amsterdam, 528 ton o.m., varend voor de Amsterd. Stoomboot Mij. te Amsterdam. Het schip had een lijndienst op Londen en later op Hamburg;
* 1835 t/m 1845 van het raderstoomschip “Prinses van Oranje”, ex Graaf Cancrin, ex Onderneming, ex Monarch, gebouwd in 1825, bouwplaats niet vermeld, 112 ton o.m., varend voor de Amsterdamsche Stoomboot Maatschappij te Amsterdam;
Overige bijzonderheden
Geen
Datum vanaf: |
1835 |
Kapitein: |
Kool, Hendrik Cornelis |
Overige informatie: |
Nadat het schip tot PRINSES VAN ORANJE was verdoopt, nam H.C. Kool het gezag over. |
Familiegegevens en opleiding
David Lieuwes Geest was getrouwd met Neeltje Jans de Jonge, geboren 26 maart 1818 en overleden 15 juni 1894.
David overleed in 1868. Bij zijn overlijden is als woonplaats Amsterdam vermeld.118
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
D.L.Geest werd met nr.726 lid van Zeemanshoop per 09 december 1845 op voorspraak van J.H.Savert. Zijn schip was de "Princes van Oranje"002. Ten tijde van de inschrijving waren Geest en zijn vrouw 38 resp. 27 jaar. Ingeschreven staan 2 zoons uit 1842 en 1845002a.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 04 februari 1868 staat een aanvrage om onderstand vermeld door stuurman (sic) D.L.Geest welke hem per 01 januari 1868 in de 1e klasse afd. B. tot 01 mei 1868 werd toegekend. 023 (kennelijk voer hij in deze tijd als stuurman, maar was eerder gezagvoerder geweest en bezat nog steeds de nummervlag). Op 26 mei 1868 verlenging tot 01 mei 1869.023.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 02 januari 1868 vraagt D.L.Geest om een uitkering welke hem in de vergadering dd 30 januari 1868 wordt toegekend ingaande 01 januari 1868 en tot 01 mei 1868.042
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 juni 1868 vraagt de wed. D.L.Geest geb. de Jong om de reglementaire uitkering welke haar in de vergadering dd 30 juli 1868 wordt toegekend ingaand 01 juni 1868.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 18 augustus 1868 staat vermeld dat per 01 juni 1868 een uitkering in de 1e klasse afd. B is toegekend aan de wed. D.P(sic) Geest geb. de Jong.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop in Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
726 1846-1847 stoomsch. Prinses van Oranje geen opgave
1849 stoomsch. Gouverneur van Ewijck geen opgave
1850-1851 geen opgave van schip en boekhouder
1852 kof Frederik J.F.Machielsen
1853 geen opgave van schip en boekhouder
351 1854-1861 geen opgave van schip en boekhouder
1862 stoomsch. Medea Kon.Ned.Stoomboot Maatsch.
1863-1867 geen opgave van schip en boekhouder
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
D.L.Geest Berenicce 01 maart 1860 01 december 1860
Bouma025 vermeldt D.L.Geest als gezagvoerder gedurende:
* 1847 t/m 1849 van het raderstoomschip “Prinses van Oranje”, ex Graaf Cancrin, ex Onderneming, ex Monarch, gebouwd in 1825, bouwplaats niet vermeld, 112 ton o.m., varend voor de Amsterdamscche Stoomboot Maatschappij te Amsterdam;
* 1850 van de stoomschoener ”Gouverneur van Ewijck”, gebouwd in 1845 in Amsterdam, 321 ton o.m., varend voor de Nederl. Stoomschoenermaatschappij Paul van Vlissingen te Amsterdam;
* 1853 van de kof “Frederik”, gebouwd in 1830 te Groningen, 123 ton o.m., varend voor F.Machielsen te Amsterdam;
* 1863 van het ijzeren schroefstoomschip “Medea” ex Königin Marie, gebouwd in 1856 te Rostock, 245 ton o.m., varend voor de KNSM (C.A.van Hemert & M.H.Insinger) te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Douwe Visser werd geboren op Vlieland op 08 september 1814.
Hij was getrouwd met Grietje Laribij, geboren op Vlieland op 07 augustus 1812. Het echtpaar had een dochter (verdere gegevens niet vermeld) en overleden 19 december 1899.
Hij overleed op 14 februari 1893 te Rotterdam 003.
In het Bevolkingsregister van Amsterdam staat vermeld ene koopvaardijkapitein Douwe Visser, wonend op het Kattenburgerplein te Amsterdam, geboren in 1819 op Vlieland en van religie Nederduits Hervormd.098.
Ik vraag me af of deze opgave op deze plaats thuishoort. Maar waar dan wèl is me onduidelijk (Parma).
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
D.Visser werd met vlagnummer 783 per 16 januari 1849 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein K.H.Visser. Als zijn schip is genoemd de “Princes van Oranje” 002. Ten tijde van de inschrijving waren Visser en zijn vrouw 34 resp. 36 jaar. Ingeschreven staan 4 zoons: Jan (januari 1841), Willem (september 1844), Nicolaas (augustus 1848) en Cornelis Theodoor (mei 1853). En 1 dochter Bregje (juni 1842)002a.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 09/16 januari 1849 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Douwe Visser, oud 34 jaar, voerend het stoomschip “Princes van Oranje”, op voordracht van kapitein K.H.Visser.023.
Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemansfonds van Zeemanshoop per 11 januari 1853.003
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 november 1874 vraagt kapitein D.Visser om een uitkering welke hem in de vergadering dd 07 januari 1875 wordt toegekend ingaande 01 februari 1875.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 02 mart 1893 staat de mededeling van C.Th.Visser van het overlijden van zijn vader. De weduwe krijgt op 06 april 1893 een uitkering 1ste klasse met ingang van 01 mei 1893.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 01 maart 1894 staat een verzoek van de wed. D.Visser om de f 100,- te ontvangen zoals ook door haar echtgenoot werd genoten. Het Bestuur stelt dat zij niet in de termen valt en beslist afwijzend.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 01 maart 1900 wordt het overlijden gemeld van de wed. D.Visser.042
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 19 januari 1875 staat vermeld dat aan kapitein D.Visser per 01 februari 1875 een uitkering in de 1e klasse is toegekend “wegens 60 jarigen leeftijd”.023.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 06 april 1893 staat een bericht door C.Th.Visser over het overlijden van zijn vader D.Visser. Hij informeert naar de procedure om een uitkering voor de weduwe te verkrijgen. In de notulen dd 04 mei 1893 wordt aan de weduwe D.Visser een uitkering in de 1e klasse toegekend.023
In de notulen dd 07 september 1893 van de Algemene Vergadering staat een verzoek van C.Th. Visser om inlichten omtrent de uitkering aan zijn moeder. Beantwoord door de secretaris. 023.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 10 mei 1894 staat een: “Brief van de Weduwe D.Visser, vragende om f 100,- uit het Weldadig Zeemansfonds, zooals die vroeger door haar overleden echtgenoot werd ontvangen. Door de Heeren Secretarissen beantwoord, dat zij daarop geen recht heeft.”023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
783 1849-1850 stoomsch. Prinses van Oranje Amsterd.Stoomb.Maatsch.
1851-1853 stoomsch. Prins van Oranje idem
399 1854-1869 stoomsch. Prins van Oranje idem
1870-1892 geen vermelding van schip en boekhouder
Vertrek en aankomst te Amsterdam093
Naam kapitein Naam schip vertrek terugkomst
D.Visser Prins van Oranje 14 februari 1860 01 december 1860
Prins van Oranje 10 april 1861 15 december 1861
Prins van Oranje 01 maart 1862 geen vermelding
Prins van Oranje 26 januari 1863 niet vermeld
Bouma025 vermeldt D.Visser als gezagvoerder gedurende:
* 1853 t/m 1867 van het ijzeren raderstoomschip “Prins van Oranje”, gebouwdd in 1852 te Amsterdam, 160 ton o.m., varend voor de Amsterdamsche Stoomboot Reederij Paul van Vlissingen te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
|