Inloggen
GRONINGEN - ID 8200


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1875-02-07 / 1876-01-06 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1875
Categorie: Passenger-/cargo vessel
Voorstuwing: Steamship
Type: Vracht-/passagiersschip
Type Dek: Full scantling
Masten: Three masts
Material Hull: Iron
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: C. Mitchell & Co., Newcastle on Tyne, Great Britain
Werfnummer: 308
Launch Date: 1875-01-23
Delivery Date: 1875-02-07
Technical Data

Engine Manufacturer: North Eastern Marine Engineering Company Ltd, Sunderland, Great Britain
Motor Type: Steam, Compound
Number of Cylinders: 2
Power: 1400
Power Unit: IHP (IPK)
Eng. additional info: 43 & 81 - 45 (inches)
Number of screws: 1
 
Gross Tonnage: 2524.00 Gross tonnage
Net Tonnage: 1643.00 Net tonnage
 
Length 1: 335.4 Feet (British) Registered
Beam: 37.5 Feet (British) Registered
Depth: 25.6 Feet (British) Registered
 
Passengers:
1st 2nd 3rd Steerage Deck Total
44 22 0 0 0 66
Ship History Data

Date/Name Ship 1875-02-07 GRONINGEN
Manager: Willem Ruys Jan Daniƫlszn & J.G.N. Hoven, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: N.V. Maatschappij ss 'Groningen', Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands
Callsign: NVGQ

Ship Events Data

1876-01-06: Final Fate: Stranded

Op reis van Antwerpen - waar het schip gedokt had - naar Rotterdam strandde de GRONINGEN in de ochtend van 6 januari 1876 bij hoge zee en stormachtige oost-noord-oostelijke wind op de Maasvlakte voor de Nieuwe Waterweg. Pas in de nacht van 6 op 7 januari 1876 gelukte het om alle 50 opvarenden van boord te halen. Er stond toen reeds water in de lege ruimen. Pogingen om het schip vlot te krijgen mislukten. Op 22 januari 1876 sloeg het schip hoger op het strand en op 24 januari 1876 sloegen de voor- en achtersteven weg. Het schip was totaal wrak. Enige dagen later was het scheepsdek al geheel onder water. Het wrak en inventaris werden op 7 juni 1876 voor NLG 2000 verkocht aan Von Lindern te Alblasserdam. Masten en schoorsteen van de GRONINGEN bleven nog jarenlang de plaats markeren, waar de GRONINGEN was vergaan.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

J.Bakker was in 1864 de eerste gezagvoerder van het fregat “Hoek van Holland” van rederij W.Smit J.Dz.024.

J.Bakker was van 1871-1874 gezagvoerder van het stoomschip “Ariadne”, 1297 BRT en 120 PK, gebouwd in 1870 bij Pile & Co in Sunderland (UK) en onder directie van W.Ruys & Zonen. De “Ariadne” was het eerst stoomschip van de rederij W.Ruys & Zonen waarmee voor deze maatschappij en diens opvolgers het stoomtijdperk begon “Op 4 juli 1872 vertrok de Ariadne van Rotterdam naar New York, waar het op 27 juli 1872 arriveerde” In New York waren feestelijkheden “ter eere van de aankomst van de Ariadne, Kapitein Bakker, het eerste stoomschip dat de reis tusschen New York en Rotterdam heeft volbracht” (uit de Nieuwe Rotterdamsche Courant van 15 augustus 1872). Na deze maidentrip wordt het schip met kapitein Bakker weer in de Middellandse Zee-vaart geplaatst. “Als echter niet lang daarna de Atjeh-oorlog (1873/1874) uitbreekt is de Ariadne nogmaals pionier, want het is het eerste schip van Ruys, dat door het Suezkanaal vaart. Het wordt nl. uitgerust voor de Indische dienst ...”

In 1875 was J.Bakker gezagvoerder van het stoomschip “Groningen”, 3000 BRT, 1400 PK onder de vlag van de Stoombootreederij Rotterdamsche Lloyd. Op 21 januari 1875 verscheen een advertentie in de Nieuwe Rotterdamsche Courant waarin dit schip wordt genoemd als ingezet voor een “geregelde stoomvaart Rotterdam naar Java door het Suezkanaal voor passagiers en goederen ... uitmuntende inrichtingen voor passagiers. Het Nederlandsche Stoomschip GRONINGEN, kapt. J.Bakker vertrekt 6 Maart van Rotterdam naar Batavia, Samarang en Soerabaya”. Overigens werd deze advertentie gevolgd door één in de NRC van 12 februari 1875 waarin de mededeling dat de “Groningen” op 6 maart naar Java zal vertrekken vanuit Vlissingen. Dit omdat de Nieuwe Waterweg aanvankelijk veel moeilijkheden met zich meebracht024.

 

Het stoomschip “Ariadne” van W.Ruys & Zonen te Rotterdam werd niet meteen op Java ingezet. Het bleef tot 1873 verhuurd aan de Nederlandse regering ten behoeve van de Atjeh-oorlog. (p.11)

Uit: A.J.Mulder c.s. “De eeuw van de ‘Nederland’” Asia Maior 2003.

 

Bouma025 vermeldt J.Bakker als gezagvoerder gedurende:

*       1864 t/m 1869 van het ijzeren fregat “Hoek van Holland”, gebouwd in 1864 te Kinderdijk, 801 ton o.m., varend voor W.Ruys & Zn te Rotterdam;

*       1871 t/m 1874 van de schroefstoomschip “Ariadne”, gebouwd in 1870 te Sunderland, 1291 ton o.m., varend voor Wm. Ruys & Zn te Rotterdam;

*       1875 op het schroefstoomschip “Groningen”, gebouwd in 1874 te Newcastle, 3000 ton o.m., varend voor de Rotterdamsche Lloyd/Wm.Ruys te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

J.Bakker verzorgde vanuit Vlissingen op 07 maart 1875 met de “Groningen” een troepentransport van 6 officieren en 125 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 19 april 1875 na 43 dagen-65*.

Hij verzorgde vanuit Rotterdam op 21 augustus 1875 met de “Groningen” een transport van 9 officieren en 400 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 03 oktober 1875 na 43 dagen. Onderweg deserteerden 18 manschappen, waarvan er 11 wederom gevangen werden genomen en opgepikt door de “Conrad”. 1 manschap ontbrak te Batavia zonder opgave van reden065*.

 

 

Datum vanaf: 1875
Kapitein: Bakker, J.
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Willem Simon Kramers, Nederlands Hervormd, werd geboren op 22 september 1834 te Schoonhoven. Hij woonde te Gouda. Later vestigde hij zich te Rotterdam en woonde o.a. aan de Weenastraat Wijk 14 Nr. 318 (nieuw nr. 32) en de Dijkstraat nr. 114. Per 16 april 1873 vestigde hij zich te Kralingen en vertrok op 22 mei 1876 naar Gouda. Hij behaalde op 12 augustus 1856 het diploma 1e stuurman voor de koopvaardijvaart.

Hij was gehuwd met Johanna Francisca van Vollenhoven, geboren op 16 november 1837 te Rotterdam, Luthers005.

 

W.S. Kramers zou een scheepswerf hebben gehad in Ned.-Indië, maar die is weggevaagd door de uitbarsting van de Krakatau. (op 27 aug. 1883)

Nadien is hij weer gaan varen (volgens mijn bron B.Kruidhof, Vlissingen).

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

W.S.Kramers was met vlagnummer R140 in de perioden 1865 t/m 1872 en 1875 t/m 1885 lid voor de vlag van het Rotterdamse zeemanscollege "Maatschappij tot Nut der Zeevaart". Dit betekent dat hij wèl de vlag mocht voeren, maar geen recht had op financiële tegemoetkomingen uit de Maatschappij. In de tussenliggende jaren ontbreekt deze kapitein in de ledenlijsten van Sweys021. Het is mogelijk dat het om verschillende kapiteins gaat, maar ik neem voorlopig aan dat het dezelfde persoon betreft058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 19 augustus 1879 staat de mededeling van de president omtrent het verongelukken van de stoomboot “Overijssel” op Guardafui.023.

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein W.S.Kramers met vlagnummer als gezagvoerde in de ledenlijsten van058:

*    1865, 1866           bark “Bar. v. Palland v. Rosendaal”    399 last        Huijgens & Hardenberg te Den Haag

*    1867                      bark “Nederland en Oranje”                 399 last        van Zeijlen & Decker te Rotterdam

*    1877                      ss “Drenthe”                                           2333 last      Rotterdamsche Lloyd te Rotterdam

*    1878                      ss “Overijssel”                                          1378 last      Wm. Ruys & Zonen te Rotterdam

*    1880 t/m 1883     geen vermelding van schip en boekhouder

 

W.S.Kramers was in 1876 gezagvoerder van het stoomschip "Groningen", 2500 BRT, gebouwd in 1874 bij Mitchell & Co te Newcastle o/T (UK) voor de Stoombootreederij Rotterdamsche Lloyd (een bedrijf van W.Ruys) te Rotterdam. De "Groningen" strandde op 06 januari 1876 op de Maasvlakte en ging verloren024 en 025.

W.S.Kramers was in 1879 gezagvoerder van het ijzeren schroefstoomschip de "Overijssel", 2198 BRT, in 1878 gebouwd bij Raylton, Dixon & Co te Middelsbro (UK) eveneens voor de Stoombootreederij Rotterdamsche Lloyd. "... 15 juli 1879 bij Kaap Guardafui gestrand en verloren gegaan"024 en 025.

 

Bouma025 vermeldt W.S.Kramers als gezagvoerder gedurende:

*    1865 van de bark “Commissaris des Konings van der Helm”, gebouwd in 1865 te Alblasserdam, 662 ton o.m., varend voor Huygens & Hardenberg te Den Haag. Bouma vermeldt eveneens in 1865 en nà kapitein Kramers ene H. van Moerkerken als gezagvoerder. Het schip is in 1865 bij Manilla gestrand en wrak geraakt en het lijkt erop dat, tijdens deze laatste reis van Moerkerken het gezag heeft overgenomen. Maar zkeerheid hierover heb ik niet;

*    1870 t/m 1871 van de bark “Suzanne Johanna” ex Koning & Vaderland, gebouwd in 1854 te Vlaardingen, 498 ton o.m., varend voor van Zeylen & Dekker te Rotterdam. Het schip werd in 1871 verkocht naar het buitenland;

*    1872 t/m 1873 van het ijzeren schroefstoomschip “Feyenoord”, gebouwd in 1850 te Feyenoord, 287 ton o.m., varend voor de Ned. Stoomboot Maatschappij te Rotterdam, dir. D.L.Wolfson;

*    1874 t/m 1875 van het rader stoomschip “Batavier I”, gebouwd in 1872 te Feyenoord, 713 ton o.m., varend voor de Ned. Stoomb. Mij. Dir. D.L.Wolfson te Rotterdam;

*    1876 van het schroefstoomschip “Groningen”, gebouwd in 1874 bij Mitchell te Glasgow, 3000 ton o.m., varend voor de Rotterdamsche Lloyd Wm. Ruys te Rotterdam. Op de Maasdroogte gestrand en wrak;

*    1877 t/m 1878 van het ijzeren schroefstoomschip “Drenthe”, gebouwd in 1876 te Newcastle, 2500 ton n.m., varend voor Wm.Ruys & Zn te Rotterdam

*    1879 van het ijzeren schroefstoomschip “Overijssel”, gebouwd in 1878 te Middlesbro, 2600 ton n.m., varend voor Wm.Ruys & Zn te Rotterdam. Het schip strandde in 1879 bij Kaap Guardafui (een kaap in het uiterste noordoosten van Somalië bij de ingang van de Golf van Aden).

*    1880 van het ijzeren schroefstoomschip “IJmuiden” ex Cumbrae, gebouwd in 1869 te Renfrew, 643 ton o.m., varend voor de Amsterdamsche Stoomvaart Vereeniging, C.W.Zethraeus & M. van Emmerik te Amsterdam. Het schip werd op 27 oktober 1880 vermist op weg van IJmuiden naar Stettin025.

 

Overige bijzonderheden

In: Roeiredders van het Marsdiep 1824-1923094 staat in de biografie van Cornelis Dito (1830-1886) ( p.21-27) de volgende tekst:

: Bij een poging om … het bij Texel gestrande schip ‘Baron van Pallandt van Rozendaal ‘ de haven van Nieuwediep binnen te brengen, werden zowel zijn vlet (van Cornelis Dito) als het schip in elkaar geslagen.”

 

Op 06 januari 1876 strandde het ss “Groningen”, op weg van Antwerpen naar Rotterdam, op de Maasvlakte en ging verloren. De opvarenden werden gered.

Het ss. Groningen” werd gebouwd in 1875 bij c. Mitchel & Co , Newcastel on Tyne, mat 2475 Brt. en voer voor Wm.Ruys & J.Hoven te Rotterdam072.

 

Het zusterschip van de “Friesland”, het ss “Groningen”verging al na 11 maanden na de bouw. “Het strandde tijdens een storm, komende uit Antwerpen, op 6 januari 1876 bij het, onder loodsaanwijzing, binnenlopen van de Nieuwe Waterweg op de Maasvlakte en ging totaal verloren. In de weken erna zonk het tot een diepte van zes meter weg in het zand en de modder. … De resten van het schip zijn in 2007, 130 jaar later, verwijderd om de uitdieping van een vaargeul op de Maasvlakte mogelijk te maken.

Uit: De lotgevallen van Johannes Plantenga (1853-1877): De schipbreuk van het stoomschip “Friesland” door Bram Plantenga, Gens Nostra 63, 12, december 2008, p. 741-745.

 

Op 27 oktober 1880 vertrok van IJmuiden naar Stettin het ss. IJmuiden” en werd sedertdien vermist. Er waren 12 slachtoffers.

Het ss. “IJmuiden” werd gebouwd in 1869 bij Simons & Co te Renfrew, mat 643 Brt. en voer voor de Amsterdamsche Stoomvaart Vereeniging te Amsterdam072.

 

Op 15 juli 1879 strandde bij Kaap Guardafui, op weg van Batavia naar Rotterdam, het ss. “Overijssel” en ging verloren. 5 bemanningsleden kwamen om, de overige opvarenden wisten aan de wal te komen en werden na 30 dagen verblijf in de Arabische woestijn, door het Britse oorlogsschip Dagmar aan boord genomen.

Het ss. Overijssel” werd in 1878 gebouwd bij Raylton Dixon & Co te Middlesbo, mat 2368 Brt. en voer voor Wm.Ruys & Zonen te Rotterdam072.

 

W.S.Kramers vervoerde met de “Drenthe” detachementen van landmachtmilitairen naar Batavia op de volgende reizen:065*

*    Vertrek 03 april 1876 uit Nieuwediep. Aankomst 21 mei 1876 na 48 dagen. 8 officieren en 210 manschappen.

*    Vertrek 06 september 1876 uit Rotterdam. Aankomst 22 oktober 1876 na 46 dagen. 6 officieren en 105 manschappen. Onderweg bleef 1 officier achter in Padang en werd bij aankomst in Batavia 1 manschap vermist.

*    Vertrek 27 januari 1877 uit Vlissingen. Aankomst 16 maart 1877 na 48 dagen. 5 officieren en 158 manschappen.

*    Vertrek 23 juni 1877 uit Rotterdam. Aankomst 07 augustus 1877 na 45 dagen. 7 officieren en 133 manschappen.

*    Vertrek 17 november 1877 uit Nieuwediep. Aankomst 06 januari 1878 na 50 dagen. 9 officieren en 106 manschappen.

*    Vertrek 10 april 1878 uit Rotterdam. Aankomst 24 mei 1878 na 44 dagen. 3 officieren en 106 manschappen.

*    Vertrek 25 september 1878 van Rotterdam. Aankomst 15 november 1878 na 51 dagen. 5 officieren en 80 manschappen. Een detachement van 4 officieren en 80 manschappen, vertrokken op 14 september 1878 vanuit Rotterdam op de “Prins Hendrik”, is te Cadiz overgegaan aan boord van de “Drenthe”.

Hij vervoerde vanuit Rotterdam troepentransporten met de “Overijssel” op de volgende reizen:065*

*    Vertrek 08 mei 1878. Aankomst 22 juni 1878 na 45 dagen. 3 officieren en 106 manschappen. Bij aankomst ontbrak 1 officier zonder opgaaf van redenen.

Deze en de vorige opgave kloppen niet met elkaar. Gezien de opgaven bij Bouma025 weet ik vooralsnog niet hoe dit probleem op te lossen.

 

“De Prinses Amalia kreeg op de vijfde uitreis, vier uur na het verlaten van Suez op 7 april 1876, een gebroken krukas. Het schip werd teruggesleept naar Suez door het stoomschip Mandalay, maar kon daar niet worden gerepareerd. De lading ging uiteindelijk met de gecharterde Larington door naar Batavia. Het voor Indië bestemde landmachtdetachement aan boord vervolgde de overtocht met het SNM-schip Prins Hendrik (II) en het marinedetachement met het oorlogsschip Prins Hendrik  der Nederlanden; de overige passagiers gingen verder met de Drenthe, de Prins Hendrik en een Franse mailboot. De Engelse sleper Anglia bracht de Pinses Amalia naar de Elder-werf in Port Glasgow.”

Uit: “De eeuw van ‘Nederland’. Geschiedenis en vloot van de Stoomvaart Maatschappij ‘Nederland’” door A.J.J.Mulder.c.s. Uitg. Asia Maior. 2003.

 

 

Datum vanaf: 1876
Kapitein: Kramers, Willem Simon

Afbeeldingen


Omschrijving: GRONINGEN
Collectie: particuliere collectie, niet gespecificeerd
Vervaardiger: Scott, J.
Onderwerp: Zeeopname

Omschrijving: GRONINGEN gestrand op 06-01-1876
Collectie: Grootenboer, Ton
Vervaardiger: Unknown
Onderwerp: Stranding
Algemene informatie

 

AH 290175
Rotterdam, 27 januari. De 23e januari is van de werf van de heren C. Mitchell & Co. te Low Walker te water gelaten het schroefstoomschip FRIESLAND, gebouwd voor rekening van de Rotterdamsche Lloyd en bestemd voor de vaart tussen hier en Java. Dit schip is evenals de GRONINGEN, van dezelfde rederij, 350 voet lang, 37 voet breed en 27 voet hol, en heeft een campagne voor de eerste klasse passagiers.

AH 070275
Rotterdam, 5 februari. Volgens telegram  uit Newcastle u/T. heeft het stoomschip GRONINGEN, van de Rotterdamsche Lloyd, bestemd voor de vaart tussen Rotterdam en Java, heden zijn proefreis gedaan met een vaart van 13 knopen in het uur.

AH 190275
Amsterdam, 18 februari. Zondag arriveerde te Rotterdam, door de Nieuwe Waterweg, het eerste nieuw gebouwde stoomschip van de Rotterdamsche Lloyd, de GRONINGEN, gebouwd te Low Walker, ladende ruim 3000 ton en bestemd voor de vaart tussen Rotterdam en Java met passagiers en goederen. Het schip munt uit door sierlijkheid van vorm en comfortabele inrichting voor de passagiers, die onder de campagne en bak logeren. De campagne is ingericht voor het verblijf van 44 eerste klasse passagiers, wier net ingerichte hutten elk slechts twee slaapplaatsen hebben,  terwijl bovendien elke hut zijn eigen ventilatie heeft, hetwelk vooral in warme klimaten van groot nut en gemak is. De ruime salon is vorstelijk ingericht, heeft twee prachtige buffetten, is rondom van sofa's voorzien en beschoten met kunstig bewerkt kostbaar meubelhout. Achter in de campagne bevinden zich  twee badkamers voorzien van de nodige gemakken, terwijl boven op de campagne een sierlijke rookkamer aanwezig is. Ook het verblijf van de tweede klasse passagiers is onder de bak zeer gemakkelijk en doelmatig ingericht voor 22 personen. De officieren en machinisten hebben, hun hutten in het midden van het schip, geheel afgescheiden van de passagiers. Het logies voor de equipage is voor in het tussendek, en is daar een zeer geschikte ruimte afgezonderd voor het vervoer van troepen. De beste inrichtingen voor het blussen van brand zijn in overvloed aanwezig; tevens zijn er 6 grote sloepen (lifeboats) aan boord. De bemanning zal bestaan uit 52 koppen; het schip zal gevoerd worden door kapt. J. Bakker.
Het schip zal waarschijnlijk over enige dagen tegen betaling te zien zijn, ten voordele van de Maatschappij: “Tot nut der zeevaart". (N.R.Ct.

DZG 100375
Het stoomschip GRONINGEN, kapt. L. Hoefman, van Rotterdam naar Java, is gister namiddag van Vlissingen te Soutkampton aangekomen; alles wel aan boord.

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten