Familiegegevens en opleiding
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
M.H.Visser werd met vlagnummer 826 per 27 december 1864 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein E.Sanders. Als zijn schip is vermeld de “Venus” 002. TTen tijde van de inschrijving was Visser 28 jaar002a.
In de Algemene Vergaderingen van 20/27 december 1864 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Menno Harms Visser, oud 28 jaar, voerend de schoener “Venus”, voor rekening van de Vries & Co te Amsterdam, op voordracht van kapitein E.Sanders.023.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
826 1864-1868 schoner Venus de Vries & Co
1869-1870 bark Christina A.Kuyper van Harpen & E.Sanders
1871 bark Christina E.Sanders
1872-1877 bark Christina de Vries & Co
1878-1879 fregat Johannes idem
1880-1882 geen vermelding van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt M.H.Visser als gezagvoerder gedurende:
* 1865 t/m 1869 van de 2/msch “Venus” ex Anna & Arnoldina”, gebouwd in 1850 te Nieuwendam, 147 ton o.m., varend voor de Vries & Co te Amsterdam. Het schip voer in 1870 voor kapitein/eigenaar J.W.Bos te Apingedam en was herdoopt in “Catharina Lutgardina”
* 1870 t/m 1871 van de bark “Christina” ex Vriendentrouw, gebouwd in 1854 te Krimpen aan de IJssel, varend voor A.Kuyper van Harpen & E.Sanders te Amsterdam;
* 1872 t/m 1873 op hetzelfde schip maar nu varend voor de Vries & Co te Amsterdam;
* 1874 t/m 1878 van het 3/mschip “Johannes” ex James Seddon, gebouwd in 1863 te St. John, 1550 ton o.m., varend voor de Vries & Co & E.Sanders te Amsterdam;
* 1879 t/m 1880 van hetzelfde schip maar nu varend voor J.Veth te Amsterdam. Het schip werd in 1880 te Port Elisabeth afgekeurd;
* 1882 t/m 1885 van de bark “Willem” ex Rotterdam, gebouwd in 1866 te Elshout, 699 ton o.m., varend voor W.A.Huygens te Amsterdam;
* 1885 van de bark “Nicolaas Beets”, gebouwd in 1885 te Amsterdam, 900 ton o.m., varend voor W.A.Huygens te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
Het ongepubliceerde getypte relaas van Dr. W.Th. de Vogel, getiteld “Mijn leven als lichtmatroos aan boord van het Nederlandse barkschip “Nicolaas Beets” in 1885” (geschreven vóór 1856, i.c. het jaar van overlijden van de Vogel), bevat een aantal passages over kapitein Menno Visser van de bark “Nicolaas Beets”. De Vogel was in 1885 lichtmatroos aan boord van genoemd schip dat vanuit Amsterdam, via IJmuiden naar Indië voer. Het relaas van de Vogel gaat bijna uitsluitend over scheepshandelingen aan boord en bevat ook opmerkingen over bemanningsleden, vooral het lagere scheepsvolk. De beschrijving bevat geen verder bijzonderheden over belevenissen aan boord, of over de kapitein.
Genoemd typoscript is aanwezig in de bibliotheek van de Stichting Nederlandse Kaaphoornvaarders te Hoorn.
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Geen
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 12 september 1882 wordt vermeld de heer van Hasselt, directeur der filiaalinrichting van het Kon.Ned. Meteor. Inst. te Utrecht: “Als nu reikte hij uit aan de Heeren W.P.Harten, H.Hissink en H. de Jonge getuigschriften voor uitmuntende journalen; aan de Heeren R.J.Weber, C.Jaski, A.G. Mörser Bruijns, W.Adriani, R.Berckelbach v.d Sprenkel, J.F. Graad van Roggen, A..J.Herckenrath, J.H.Bart, H.C.Haacke, H.W.Prins en A.F. de Vrije voor zeer goede journalen.” 023
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt A.F. de Vrije als gezagvoerder van/in:
* 1881 t/m 1883 op het 3/mast schip “Telanak” ex Hercules, gebouwd in 1859 te Amsterdam, 754 ton o.m., varend voor Rutgers & Hissink te Amsterdam;
* 1886 van de bark “Nicolaas Beets”, gebouwd in 1885 te Amsterdam, op de werf van Huygens & van Gelder (kiel gelegd november 1883), 900 ton o.m., varend voor W.A.Huygens te Amsterdam. Zeetijdingen 20 juni 1886. Op de tweede uitreis door Straat Bali, bestemd van Amsterdam naar Semarang op Bali-Badong gestrand en wrak geraakt;
Overige bijzonderheden
Uit: “Eenige voorvallen uit mijn zeemansloopbaan” door J.C.de Roever in “Ons Zeewezen” 32, p.442-447, 1933 zie vooral het oorspronkelijke artikel).
De Roever beschrijft een reis, die hij als leerling meemaakte op het fregat “Telanak” van rederij Rutgers & Hissink te Amsterdam onder kapitein A.F.de Vrije. De totale equipage bestond uit 18 koppen. Op 24 september 1880 werd het schip naar IJmuiden gesleept en op de 27ste was men buitengaats. De reis naar Indië verliep voorspoedig en op 19 januari 1881 arriveerde men te Batavia. Op 11 maart vertrok men naar Semarang waar men op de 16de aankwam. Aldaar werden huiden en suiker geladen. 04 april werd afgezeild naar Soerabaja alwaar het schip op de 15de arriveerde. Er werden koffie, hout en hoorns geladen. Op de 25ste april werd de terugreis via Batavia aanvaard. In Batavia werd nog peper geladen en op 07 mei zeilde men uit. Op 20 juni passeerde men Kaap de Goede Hoop en op 04 juli 1882 ging men bij St.Helena voor anker. Aldaar had de kapitein te maken met een vorm van muiterij: na een feest aan boord met drank en meisjes van de wal weigerde de bootsman en de matrozen de order om het anker te lichten. De bootsman dreigde zelfs met een mes. Na een spannende nacht, waarin de passagiers en de equipage achter de mast voorzien waren van wapens, werd het incident gesust, alhoewel de stemming voor en achter de mast er niet op vooruit was gegaan. Op 06 september 1882 werd, na een reis van 122 dagen, IJmuiden bereikt.