Familiegegevens en opleiding
Dirk Hensken was getrouwd met Elisabeth Musegaas. Deze overleed te Amsterdam op 17 oktober 1821.
Het echtpaar kreeg een zoon Nicolaas, die later ook koopvaardijkapitein werd (zie aldaar)
“De ondergeteekende agenten van het nederlandsch schip WATERLOO, gister de treurige tijding ontvangen hebbend dat de kapitein van gemelden bodem Dirk Hensken, op den 23sten juni jl., in de rivier van Palembang, aan een verval van krachten was komen te overlijden, in den ouderdom van 64 jaren, geven daarvan, bij dezen de noodigen kennis, overtuigd van het deel, dat allen , die met het braaf karacter van den overledene bekend waren, in dit verlies zullen nemen
Batavia, den 12 juli 1821.
ROMSWINCKEL & BRANDT
Bataviasche Courant, 27 juli 1821”
In de Huwelijkse Bijlagen van zoon Nicolaas is een extract uit het Sterfregister met een verklaring van overlijden van vader Dirk Hensken, kapiteine ter zee van de pink “Waterloo, naar Batavia en overleden op 24 juni 1821 in de rivier bij Palembang (film 367, Stadsarchief van Amsterdam)
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt D.Hensken als gezagvoerder gedurende:
* 1817 t/m 1823 op het 3/m schip/pink “Waterloo”, gebouwd in de Oostzee, bouwjaar niet vermeld, 450 ton o.m., varend voor Barend Visser & Co te Harlingen.
Het Archief van de Amsterdamse Waterschout11a bevat minsterrollen op naam van kapitein Dirk Hensken op de:
“Margaretha”, dd 22 maart 1796 (Deense vlag); 07 december 1797 (D.); 06 februari 1798 (D.); 29 november 1798;
“Jonge Eypius”, dd 24 april 1802;
“Carolina Wilhelmina”, dd 21 juli 1803 (Pruisische vlag); 21 september 1803 (pr.), 01 september 1804 (Pr.); 21 mei 1805 (Pr.); 06 september 1805 (Pr.); 17 oktober 1806 (Kniphuizer vlag); 04 juli 1807 (Kn.);
“Jonge Ypeius”, dd 23 december 1813; 18 mei 1814; 09 juni 1815; “Waterloo”, dd 04 april 1816; 23 september 1818 en 16 september 1820.
Overige bijzonderheden
D.Hensken was in 1823 2e stuurman op de brik “Activo” onder gezagvoerd H.G.Bergveld tijdens een reis van Havana naar Amsterdam. Hij droeg 2½% van zijn gage ad f232,80 zijnde f 5,83 af aan het Weldadig Zeemansfonds.
Uit: Het College Zeemanshoop te Amsterdam door H.P.Moelker in Spiegel der Zeilvaart nr. 10, 1983, p.6-10
Wellicht een nazaat van Dirk Hensken want de kapitein Dirk Hensken overleed in 1821.
Amsterdamsche Courant 13 februari 1817
Zeetijdingen
“Uitgezeild D.Hensken, Waterloo, T.Jansen Henriette Elisabeth, H.van Uijen,Columbus, en J.Grevelink Auguste, alle vier met Troepen naar Batavia”.
Rotterdamsche Courant 14 juni 1817114
Advertentie. R. Hoyman, J. Corver, H. Smit en H. Gullen, makelaars, zullen op maandag den 16 juni 1817 te Amsterdam, in het Nieuwezijds Heeren-Logement, verkopen: een extraordinair welbezeild Brikschip, genaamd DE JONGE YPEUS, gevoerd geweest bij kapt. Dirk Hensken; lang 94 voet, wijd 25 voet, hol 10 voet, het verdek 5 voet 7 duim; alles Amsterdamse maat. Breder bij de inventaris en bericht bij de makelaars.
Rotterdamsche Courant 23 december 1817114
Rotterdam, 22 december. In een brief, met kaptein G. Havestein, in Texel binnengekomen, ontvangen, in dato Batavia den 16 augustus, wordt het volgende gemeld:
Alle de transportschepen zijn hier aangekomen, uitgenomen de SELINA, kaptein C. Jansen, en AUGUSTA, kapt. Greveling. De COLUMBUS, kapt. H. van Uijen, en WATERLOO, kapt. D. Hensken, zijn naar Samarang en Sourabaija vertrokken, en de INDUSTRIE, kapt. J.H. de Weerd, is door het Gouvernement naar de Molukken bevragt. Volgens de laatste tijdingen van daar, was alles weder rustig, doch de specerij-cultuur had veel geleden, zijnde een groot aantal nagelbomen omvergekapt.
Rotterdamsche Courant 31 januari 1818114
Amsterdam, 29 januari. Volgens brieven van Batavia, van den 1 tot 6 september, was het schip COLUMBUS, kapt. H. van Uijen, den 27 augustus aldaar in twee dagen van Samarang (opm: Semarang) gearriveerd, alwaar in goede staat nog liggende was het schip WATERLOO, kapt. D. Hensken. Ter rede van Batavia was liggende Zijner Majesteits fregat WILHELMINA, kolonel Dibbets, alsmede de particuliere schepen HENRIETTA ELISABETH, kapt. C.F. Jansen, half beladen; FORTITUDE, kapt. S. Aggentz; SELLINA, kapt, G. Jansen, en AUGUSTE, kapt. J. Grevelink, ledig, benevens verscheidene Amerikaanse en Engelse schepen, welke door hun lage concurrentie in de vrachten bij de geringe voorraad producten aan de Nederlandse schepen weinig vooruitzigt overlieten om spoedig lading te bekomen. Er was een Amerikaans schip door het Gouvernement, met rijst bevracht. Het schip de HOOP, kapt. M.D. Irnken (opm: eerste drie letters van de naam slecht leesbaar), was den 6 september in het opzeilen naar de rede.
Rotterdamsche Courant 05 maart 1818114
Amsterdam, 3 maart. Volgens een brief van Batavia, van den 18 oktober (opm: 1817), waren aldaar destijds liggende de Nederlandse schepen COLOMBUS, kaptein H. van Uven, WATERLO, kapt. D. Hensken, de HOOP, M.D. Ihnken, L'AUGUSTE, kapt. J. Grevelink, FORTITUDE, kapt. S. Aggensz, en SEMILA, kaptein Gideon Jansen.
Rotterdamsche Courant 29 december 1818114
Amsterdam, 27 december. Kaptein F. Sipkes, CORNELIA, in 105 dagen van Batavia in Texel binnengekomen, is den 9 september van Batavia vertrokken en heeft die dag, tussen Qutang-Java en Middelburg, in goede staat gepraaid het Deense schip de INDISCHE PAKET, naar Batavia stevenende, en des avonds tussen de Kleine Combuis en Qutang-Java gezien een Nederlands schip, voerende een witte vlag, met een grote zwarte 4, zonder twijfel het schip SAMARANG, kapt. Jan Scholtijs, van Amsterdam naar Batavia.
Omtrent 6 mijlen boven St. Helens heeft hij een Engelse kruiser aan boord gehad, welke bevelhebber hem berigtte, dat daags tevoren op die rede was aangekomen het Nederlands schip WATERLOO, van Batavia naar Antwerpen gedestineerd; hetzelve had op het Kaapse Rif zware schade aan het tuig bekomen; hebbende de boegspriet, bezaanmast en stengen verloren; de kaptein zou op gemelde rede, zo goed mooglijk, zijn tuigagie herstellen, om de reis voorttezetten.
Den 19 november passeerde voor hem over, op de noorderbreedte van 17 gr. 55 min, lengte 33 gr. 5 min. west van Greenwich, een Nederlands driemast schip, denkelijk PARAMARIBO, kapt. J.J.G. Jullens, van Amsterdam naar Surinamen.
Rotterdamsche Courant 23 januari 1819114
Londen, 19 januari. Het schip WATERLOO, Herman, van Batavia naar Antwerpen, is den 14 dezer te Liverpool gearriveerd; was den 13 augustus van daar gezeild.
Rotterdamsche Courant 01 juni 1819114
Amsterdam, 30 mei. Volgens een brief van de Kaap de Goede Hoop, van den 2 maart, zou het schip WATERLOO, kaptein D. Hensken, van Amsterdam naar Batavia gedestineerd, binnen drie of vier dagen deszelfs reis vervolgen.
Rotterdamsche Courant 11 september 1819114
Amsterdam, 9 september. Kapt. P. Baldwin, voerende het schip SIDNEIJ, van Samarang den 6 september in Texel binnen, heeft den 6 mei in de Straat Sunda gepraaid het schip WATERLOO, kapt. Dirk Hensken, van Amsterdam naar Batavia
Leeuwarder Courant 14 september 1819114
Harlingen, 6 september. Den 6 mei l.l. is in de Straat Sunda gepraaid het schip WATERLOO, kapt. Dirk Hensken, van Amsterdam naar Batavia, door kapt. P. Baldwin, voerende het schip SIDNEY, van Samarang in Texel binnen.
Rotterdamsche Courant 07 oktober 1819114
Amsterdam, 5 oktober. Den 9 juni lagen ter rede van Batavia de volgende schepen, als: de NIEUWE ZEELUST, kapt. P. Swart; BETSEY EN CAROLINA, kapt. C. Schröder; LOUISA MATHILDA, kapt. Klaas Stoffels; HENRIETTA ELISABETH, kapt. H.H. Christiaans, alle vier naar Japan; CORNELIA, kapt. … (opm: niet ingevuld); JOHANNA EN ELISABETH, kapt. P. Green, naar Sourabaija, om rijst te laden; WATERLOO, kapt. D. Hensken, met koffij, naar Amsterdam; de HOOP, kapt. M.D. Incke, zeilklaar, naar Dordrecht, en HENRIETTA EN BETSEY, kapt. L.H. Schneider.
Rotterdamsche Courant 04 december 1819114
Amsterdam, 2 december. In het laatste helft van juli zouden van Batavia vertrekken de schepen SAMARANG, kapt J. Scholtijs, WATERLOO, kapt. D. Hensken, BRUTUS, kapt. Downing, en JONES, kapt. Gooddarij, naar Amsterdam, en LORD WELLINGTON, kapt. Harris, naar Rotterdam.
Rotterdamsche Courant 28 december 1819114
Amsterdam, 26 december. In een brief van de Kaap-de-Goede-Hoop, van de 11 tot den 22 oktober, wordt gemeld, ….
….Den 18 dito was aangekomen het schip WATERLOO, kapt. D. Hensken, van Batavia naar Amsterdam; hetzelve had den 18 augustus Batavia verlaten, wanneer aldaar gereed lag het schip HENRIETTE EN BETSEIJ, kapt. L.H. Schneider, met troepen naar Palembang (opm: zie ook RC 080220); werwaards mede zou vertrekken het schip ELIZABETH, kapt. C. Pakes;
op deszelfs vertrek lagen de schepen JONANNA ELIZABETH, kapt. P. Green, naar Holland, en het schip DE ZEEUW, kapt. L. Wouters, van Middelburg naar Canton; …
Rotterdamsche Courant 20 januari 1820114
Londen, 14 januari. Den 22 oktober (opm: 1819) is van Kaap de Goede Hoop vertrokken het schip (opm: bark) WATERLOO, D. Hensken, van Batavia naar Amsterdam.
Rotterdamsche Courant 29 januari 1820114
Amsterdam, 27 januari. Volgens brief van Lissabon, van den 5 januari, was aldaar den 1 dito zwaar lek en met verlies van zeilen binnengelopen het Nederlands schip (opm: bark) WATERLOO, kapt. D. Hensken, van Batavia naar Amsterdam; hetzelve moest quarantaine houden, uit hoofde het geen gezondheids-pas van de Kaap de Goede Hoop had medegebragt; het stormachtig weêr had belet, vóór den 5den aan boord van gezegd schip te komen.
Leeuwarder Courant 12 september 1820114
Advertentie. In de volgende maand oktober, zal naar BATAVIA vertrekken het gekoperd schip (opm: bark) WATERLOO, gevoerd bij kapitein Dirk Hensken; aan boord van dit schip zijn wel ingerigte lokalen voor passagiers, zo ook ruimte voor goederen, die men op vracht zoude wensen te laden. Nadere informatie bij de Boekhouders Barend Visser & Zoon te Harlingen, en de Makelaars De Vries & Comp. te Amsterdam.
Leeuwarder Courant 21 november 1820114
Harlingen, 19 november. Volgens een brief van kapt. Dirk Hensken (kapitein van de bark WATERLOO), den 31 oktober 1820 uit Texel gezeild naar Batavia, bevond hij zich den 3 november op de n.b. van 51 gr. 31 min. hebbende N. Voorland (opm: North Foreland) in het gezigt WZW van zich. De wind was W.t.N, mooi weer en aan boord alles wel.
Rotterdamsche Courant 10 april 1821114
Rotterdam, 9 april. Uittreksel van de Lloyd’s List van den 6 april 1821:…..
Den 19 januari is van de Kaap-de Goede-Hoop vertrokken het aldaar binnengelopen schip (opm: bark) WATERLOO, D. Hensken, van Amsterdam naar Batavia……
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
tjalk “Hoop”
galjas “Johanna Margaretha”
Overige bijzonderheden
Rotterdamsche Courant 09 april 1816114
Voor het Uithuizer wad, bij de Eems, is, door op deszelfs anker te stoten, lek geworden en dadelijk gezonken het tjalkschip de HOOP, kapt. H. Liewes, van Bremen naar Rotterdam.
Rotterdamsche Courant 02 januari 1817
Amsterdam, 31 december 1816. Kapt. H. Lieuwes, voerende het galjasschip JOHANNA MARGARETHA, den 30 november (opm: 1816) uit Texel naar Berbice (opm: rivier in Guyana, Zuid-Amerika) gezeild, meldt van l’Orient (opm: Lorient, Bretagne), dat hij, na den 4 december Hysant (opm: Ouessant) gepasseerd te zijn, dien avond en voorts tot den 16 daaglijks onophoudelijk zware en vliegende stormen heeft doorgestaan, waardoor hij veel schade aan zeilen en tuigagie heeft bekomen, en den 17 december te l’Orient is binnengelopen om te repareren.
Rotterdamsche Courant 27 december 1817114
Amsterdam, 25 december. Het schip de HOOP, Lieuwes, van Amsterdam naar Berbice (opm: rivier in Guyana, Zuid-Amerika), is den 17 dezer, met verlies van een anker en kabel, bij Ramsgate aangekomen.
Staat deze melding bij de juiste kapitein?
Rotterdamsche Courant 12 november 1818114
Londen, 6 november. Het schip the HOOP, Leuwes, den 30 augustus van Berbice naar Amsterdam vertrokken, is den 26 september, op 34 graden breedte, door een orkaan overvallen, waardoor schip en lading zeer beschadigd zijn; een gedeelte der lading was overboord geworpen, en het schip, in een zeer lekke en gevaarlijke staat zijnde, trachtte de Bermuda’s te bereiken.
Rotterdamsche Courant 14 november 1818114
Amsterdam, 12 november. Volgens een brief van kaptein Hendrik Lieuwes, voerende het schip de HOOP, van Berbice naar Amsterdam, geschreven den 9 oktober en nog die dag aan een Engels schip afgegeven, had hij den 26 september, op 31º46’ breedte, 54º30’ lengte west van Greenwich (opm: midden op de Atlantische Oceaan !), door een orcaan, die van den 25 tot den 28 had aangehouden, zijn gehele tuigagie verloren, en niets anders dan de grote mast, grote ra, fokkera en fokkemast, welke laatste echter boven de mars afgebroken was, behouden; zeilen, het stengewant, stangen, pardoens, staande en lopend want waren allen over boord geslagen, het roer gebroken, de boot, sloep, verschansingen, twee kanonnen en vijf watervaten aan stukken en over boord, de kajuitblinden, poorten, enz. mede aan stukken; het schip, hetwelk eerst over de ene en toen over de andere zijde gelegen had, zo dat het water tot aan het grote luik gestaan had, bij welke gelegenheid een gedeelte der lading over boord geworpen was, had, niettegenstaande men gedurig pompte, 7 à 8 voet water in en dreef bij het stil geworden weer rond; trachtende de kaptein met de nog overgeblevene zeilen een haven te bereiken.
Rotterdamsche Courant 03 december 1818114
Amsterdam, 1 december. Berigten van New-York, in dato 7 november, melden, dat in de Bermudes (opm: Bermuda), met verlies van alle de topmasten en sparren, was binnengelopen de Hollandse brik de HOOP, kaptein Hendrik Leeuwes, van Berbice (opm: rivier in Guyana, Zuid-Amerika) naar Amsterdam gedestineerd; de lading was zodanig beschadigd, dat men veronderstelde dat de 350.000 pond koffij, waaruit dezelve bestond, geheel verloren zoude zijn. (opm: zie RC 241218)
Rotterdamsche Courant 24 december 1818114-
Amsterdam, 22 december. Van kapt. Hend. Lieuwes, voerende het schip de HOOP, van Berbice (opm: rivier in Guyana, Zuid-Amerika) naar Amsterdam gedestineerd, heeft men thans eigenhandige brieven, waarin hij meldt den 13 oktober in de Bermuda te zijn aangekomen, alwaar de lading, voor zoverre dezelve niet was bedorven, opgeslagen en het overige, op hoge order, buiten de rotsen in zee geworpen was; de beschadigde koffij werd verkocht en hij was bezig het schip te repareren; voorts schrijft hij, ten aanzien der uitwerkselen van de door hun doorgestane orkaan, dat hij een schip vol water had ontmoet, en vier anderen te Bermuda waren binnen gebragt, waarvan twee het onderste boven; alsmede, dat door een Amerikaanse sloep in zee opgevist waren elf man, die van den 27 september tot den 14 oktober in een boot gedreven hadden; dezelven behoorden tot het schip CATHARINA, van Philadelphia, hetwelk op 38 gr. breedte en 52 min. lengte (opm: hier zal bedoeld zijn 38º N.B. 52º W.L.) gezonken was.
Het Archief van de Amsterdamse Waterschout11a bevat monsterrollen op naam van kapitein Hendrik Lieuwes op de:
“Goede Hoop”, dd 21 juli 1781;
“Vrouw Ester”, dd 26 juni 1815;
“Johanna Margaretha”, dd 09 november 1816;
“Hoop”, dd 20 november 1817; 21 juni 1819.
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
G.J.Visser werd met vlagnummer 38 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop. Toegevoegd is “vervallen”. Verdere gegevens ontbreken002.
Tijdens de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege "Zeemanshoop" van 07 maart 1823 werd G.J.Visser als effectief lid aangenomen. De naam van de voordrager, scheepsnaam en vlagnummer zijn niet vermeld023.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van 29 januari 1829 staat een verzoek van kapitein G.J.Visser om “ontslagen te worden van de voldoening der Entrée gelden bij art.44 van het Reglement op het Weldadig Zeemansfonds.”Het verzoek zal door de penningmeester worden afgehandeld.042. (Het artikel 44 regelt de hoogte van de entréegelden in relatie met het verschil in leeftijd van aanvrager en zijn vrouw.)
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 29 juli 1830 staat de vraag van kapitein G.J.Visser om toegelaten te worden tot het voordurend recht. Dit wordt door het Bestuur afgewezen “dewijl hij thans te ver boven de Jaren is.”042.
In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 mei 1833 staat vermeld dat aan een aantal leden wordt toegestaan deel te blijven behouden “hoewel onder vreemde vlag varend.” Hierbij is kapitein G.J.Visser.042
Kapitein G.J.Visser vraagt in de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop van 07 juni 1825 de aandacht van het Bestuur voor de zwaar behoeftige omstandigheden van kapitein Abraham Tijssen (zie aldaar)023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
38 1825-1826 brik de Hoop Charbon & Zn te Amsterdam
1827-1835 geen vermelding van schip en boekhouder
18 1836-1840 geen vermelding van schip en boekhouder
In de reeks monsterrollen in het Gemeentarchief van Amsterdam wordt 5 keer vermeld kapitein Gerrit Jacobs Visser als gezagvoerder van “de Hoop”.
Bouma025 vermeldt G.J. Visser als gezagvoerder gedurende:
* 1822 t/m 1826 van de brik “de Hoop”, gebouwd in 1816, bouwlocatie niet vermeld, 240 ton o.m., varend voor Charbon & Zn te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
Amsterdamsche Courant 23 juni 1823114
Berbice, 6 juni. Heden arriveerde alhier het schip de HOOP (opm: brik), kapt. G.J. Visser, van Amsterdam.
Amsterdamsche Courant 30 september 1823114
Texel, 28 september. heden de HOOP (opm: brik), kapt. G.J. Visser, van Berbice.
Amsyerdamsche Courant 28 april 1826114
Texel, 26 april. Binnengekomen
- Volgens particulier bericht is den 24 april in Texel binnengekomen: DE HOOP, kapt. G.J. Visser, van Berbice.
Rotterdamsche Courant 29 april 1826 114
Amsterdam, 27 april. Scheepvaartberichten:
- Het schip DE HOOP, kapt. G.J. Visser van Berbice, is reeds den 24 dezer te Texel binnengekomen, ofschoon tot dusverre verzuimd op de gewone Texelse lijst te melden.
Amsterdamsche Courant 05 mei 1826114
Amsterdam, 4 mei. Gepasseerde schepen door Alkmaar, langs het Groot Noord-Hollandsch Kanaal:
den 26 dito, DE HOOP, kapt. G.J. Visser, van Berbice naar Amsterdam
Familiegegevens en opleiding
Jacob Ottes Kamp werd geboren te Harlingen op 24 december 1782 als zoon van Ottoe Jacobs Kamp en Trijntje Wybes
Hij huwde te Harlingen op 16 augustus 1816 als varensgezel met Jantje Pieter Jansen, geboren te Stavoren op 14 juli 1790 als dochter van Pieter Cornelis Jansen en Jeltje Sikkes.
Jacob overleed eind 1838 (vermoedelijk in Nieuwendam, zie hierna)
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.O.Kamp wordt per 21 november 1827 met vlagnummer 238 en op voordracht van C.Hofker ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege "Zeemanshoop". Toegevoegd is "overleden"002.
Jacob Okkes Kamp, oud 45 jaar, wonende te Nieuwendam en met adres Charbon & Zn, voerende de brik de Hoop werd in de Algemene Vergaderingen van Zeemanshoop van 20/27 november 1827 voorgdragen/benoemd als effectief lid op voordracht van kapitein C.Hofker. Zijn vlagnummer werd 238023.
Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 01 juni 1830003.
Jacob was effectief lid van Zeemanshoop met vlagnummer 238 van 1827 t/m 1836 en met vlagnummer 148 van 1836 t/m 1838;
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 31 januari 1839 staat de mededeling van Jantje Pieters Jansen dat haar man Jacob Ottes Kamp is overleden. Zij vraagt om een uitkering. Deze uitkering wordt toegestaan met ingang van 01 februari in de vergadering van 28 februari 1839. 042
In de notulen van de Algemene Vergadering van 19 juni 1838 staat een verzoek om onderstand van J.O.Kamp “ter zake van geleden schipbreuk met het schip de Zeeuw”. Dit verzoek werd gehonoreerd met de uitkering van 1 maand gage023..
In de notulen van de Algemene Vergadering van 26 maart 1839 staat het verzoek van de wed. J.O.Kamp, geboren Jansen om onderstand voor haar en 2 kinderen, hetwelk wordt toegestaan023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
238 1828 brik de Hoop Charbon & Zn
1829-1835 geen vermelding van schip en boekhouder
148 1836-1838 geen vermelding van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt J.O.Kamp als gezagvoerder gedurende:
* 1827 t/m 1833 van de brik “de Hoop”, gebouwd in 1816, bouwlocatie niet vermeld, 240 ton o.m., varend voor Charbon & Zn te Amsterdam;
Overige bijzonderheden
Algemeen Handelsblad 09 januari 1828114
Uitgezeilde schepen.
Texel, 4 januari., DE HOOP, kapt. J.O. Kamp
Algemeen Handelsblad 11 oktober 1828114
Carga-lijsten. Amsterdam, 10 oktober.
DE HOOP, kapt. J.O. Kamp, van Nickerie (opm: deze brik, bouwjaar < 1802, ging na lossing niet meer in de vaart; op 9 april 1829 werd de zeebrief geretourneerd onder vermelding van ‘schip wordt gesloopt’).