Inloggen
AFINA AGATHA - ID 13576


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1843-06-20 / 1865-05-00 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1843
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Kof
Construction Data

Scheepsbouwer: Pekela, Groningen, Netherlands
Werfnummer:
Delivery Date: 1843-00-00
Technical Data

Gross Tonnage: 61.00 lasts
Gross Tonnage 2: 114.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 23.50 Meters Registered
Beam: 4.56 Meters Registered
Depth: 2.43 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1843
Datum agenda: 1843-06-20
Register nr: 18430364
Scheepsnaam: AFINA AGATHA
Type: Kof
Lasten: 61
Gebouwd in provincie: Groningen
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Mulder, J.B.
Plaats: Veendam
Kapitein op moment van verzoek: Mulder, J.B.
Opmerkingen: een zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1843-06-20 AFINA AGATHA
Manager: Jan Berends Mulder, Veendam, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Jan Berends Mulder, Veendam, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Veendam / Netherlands

Date/Name Ship 1861-04-30 AFINA AGATHA
Manager: Pieter Nannings de Boer, Pekela, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Pieter Nannings de Boer, Pekela, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Pekela / Netherlands

Ship Events Data

1843-08-09: Stranded
Het schip AFINA AGATHA, kapt. Mulder, van Groningen in ballast naar Koningsbergen, is in de nacht van 8 op 9 dezer, 3 mijl oosten de haven van Leba gestrand, doch zal, daar hetzelve nieuw gebouwd is en geen belangrijke schade bekomen heeft, waarschijnlijk afgebracht kunnen worden. De equipage is gered.
1865-05-00: Final Fate: Foundered, gezonken

Frederikshaven, 8 mei 1865. Voor enige tijd ontdekte men dat alhier in het vaarwater een schip gezonken was. De duikers die de masten er uitgehaald hebben, berichtten dat zij op de spiegel gelezen hebben AFINA AGATHA 1843; dat het een kof is (opm: kapt. K.G. Kanning) en dat het vaartuig met steenkolen beladen was.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Jan Berents werd geboren/gedoopt te Veendam op 13 januari/08 februari 1789 als zoon van schipper Berent Jans Mulder en Aagtje Sytses Wilkens.

Jan trouwde te Veendam op 11 januari 1819 als schipper met Aaffien Antonius Scheppers, geboren/gedoopt op 06/17 oktober 1794 te Veendam als dochter van koopman Antonius Scheppers en Aaffiena Mechelina Scholtes. Aafien overleed te Oosterdiep/Winschoten op 14 juli 1864, 69 jar, weduwe

Jan Berends overleed aan boord van de kof “Afina Agatha” te Brielle op 21 april 1849, 60 jaar en drie maanden, scheepskapitein.

 

“Aan boord van het kofschip AFINA AGATHA overleed op 21 APRIL 1849 om 6 uur in de middag de schipper Jan Berends Mulder, geboren in jan, 1789, gehuwd met Afin Scheppers, zoon van Berend Jans Mulder en Aagje Soetzes Wilkens. Zijn zoon Berend Jans Mulder, gehuwd met Grietje Boerhave, zette het werk van zijn vader voort. Van 1853-1863 was hij kapitein op de AFINA AGATHA,”

Uit: Pekelder schippers en hun belevenissen op zee in de 19e eeuw samengesteld door Drs. L.W.Kanning, 2015 Particulaire uitgave aanwezig in de bibliotheek van het Kapiteinshuis te Pekela.

 

Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen vermelden Jan als schipper in 1819, 1821, 1827, 1849.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Jan B.Mulder was effectief lid van het Veendammer zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart” met nummer M resp. 12 in de periode 1827 tot 1849.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.B.Mulder als gezagvoerder gedurende:

*    1825 t/m 1849 van de kof “Jonge Egbertus”, gebouwd in 1824 te Veendam, 104 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam Bouma meldt dat de kapitein in 1849 is overleden;

*    1843 t/m 1848 op de schoenerkof “Afina Agatha”, gebouwd in 1843 te Pekela, 103 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam. Van 1849 t/m 1853 staat geen kapitein vermeld, maar wèl als reder de Wed. J.B.Mulder. Ik concludeer hieruit dat kapitein J.B Mulder in 1848/1849 is overleden en dat zijn weduwe het schip heeft gereed met een niet bekende kapitein. In 1854 voer B.J.Mulder op het schip voor de Wed. J.B.Mulder en in 1858 was deze de kapitein/eigenaar. (zie ook bij B.J.Mulder). Ik denk dat toen de zoon het schip heeft overgenomen.

             zie ook hieronder bij de gegevens van Mulder083. Enkele veronderstellingen blijken juist te zijn.

 

In de ledenlijst van het Veendammer zeemanscollege opgenomen in een almanak uit 1862 uitgegeven door de zeemanscolleges van Wildervank en Nieuwe Pekela wordt B.J.Mulder vermeld als gezagvoerder van de “Afina Agatha” met vlagnummer M resp. 11.

 

De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:

22 februari 1816, schip “Henderica”, schipper  Alb. H.Lukkien, stuurman Jan B.Mulder.

04 februari 1819, schip “Twee Gebroeders”, schipper Steffen Luitjes Pinksterboer, stuurman Jan Berends Mulder.

11 maart 1820 schip “Drentsche Welvaart”, schipper Jan Berents Mulder.

07 april 1823, schip “Drentsche Welvaart”, schipper Jan Berends Mulder.

20 mei 1824, schip “Jonge Egbertus”, kapitein Jan Berends Mulder.

04 februari 1826, schip “Jonge Egbertus”, kapitein Jan Berends Mulder.

24 februari 1827, schip “Jonge Egbertus”, kapitein Jan Berends Mulder.

13 februari 1830, schip “Jonge Egbertus”, schipper Jan Berends Mulder.

15 maart 1834, schip “Jonge Egbertus”, schipper Jan Berends Mulder.

17 februari 1840, schip “Jonge Egbertus”, schipper Jan Berends Mulder.

13 juli 1843, schip “Afiena Agatha”, kapitein Jan Berends Mulder.

27 mei 1846, kof “Afiena Agatha”, schipper Jan Berends Mulder, 56 jaar uit Veendam.

10 november 1847, kof “Afiena Agatha”, schipper Jan Berends Mulder, 58 jaar uit Veendam.

 

Van Sluijs013 vermeldt een J.B.Mulder als gezagvoerder van de “Drentsch Welvaart”, gesignaleerd in het Vlie op 22 juni 1820 komend van Danzig.

 

Overige bijzonderheden

De navolgende gegevens zijn een verkorte vorm van een uitgebreide beschrijving in “De Schippers Mulder hun schepen en hun stamboom” door G.J.Mulder, uitg.Pirola, mei 2002, 239 pp.

In 1811 was Jan van beroep zeeman. Het eerst bekende schip, waarop hij heeft gevaren was de “Vrouw Henderika” van schipper Albert. H.Lukkien uit Veendam. Hij monsterde in 1816 te Harderwijk als stuurman.

Op 25 februari 1817 kocht Jan Berends Mulder een – vermoedelijk tweedehands – schip van Halbe Harms Nieuwhuis, waarvoor hij op 1 maart in Veendam een zeebrief kreeg uitgereikt. Omdat het hier een onderhandse aankoop betreft is jammer genoeg over deze transactie verder niets terug te vinden. Jan Berents Mulder stond op 11 maart 1820 en 7 maart 1823 in Veendam echter als schipper vermeld op de monsterrol van de ‘Drentsche Welvaren’, zodat het zich laat aanzien dat de aankoop dit schip betrof. Aangenomen mag worden dat hij hiermee tot de winter van 1822-1823 is blijven varen.”

In 1823 werd Jan kapitein-eigenaar van de nieuwe ‘Jonge Egbertus’. Deze tweemast koftjalk mat 104 Ton en had een diepgang in beladen toestand van 9 voet. Ze werd geschikt bevonden voor de Grote Kustvaart, waarmee geheel Europa tot aan de Zwarte Zee mocht worden bevaren. In 1831 hanteerde Bureau Veritas de kwalificatie T2. Dit hield in 2/3 van het maximum dat de assuradeur op het schip mag verzekeren.

Op 20 mei 1823 monsterde hij in Groningen de volgende bemanning: stuurman J.A. Wei, 31 jaar, maandgage ƒ26; matroos A.H. Bleker, 22 jaar, ƒ17; als kok Jans broer Harm Berents Mulder, 19 jaar, ƒ12; als jonge zijn zwager H.A. Scheppers, 16 jaar, ƒ2. De maidentrip van de ‘Jonge Egbertus’ ging van Groningen naar Liverpool. Vermoedelijk bestond de lading uit haver, vele jaren een gewild exportartikel.

Toen op 15 maart 1834 in Groningen een nieuwe bemanning werd gerecruteerd had kapitein Mulder nog slechts de beschikking over een stuurman, matroos en een kok; geen van allen behoorde tot de familie. Jan bleef waarschijnlijk eigenaar tot 1842, toen de ‘Jonge Egbertus’ in Amsterdam nog eens door Bureau Veritas werd geïnspecteerd. Wat er verder met het schip gebeurde is niet bekend.”

In 1843 werd hij eigenaar van de 2-mast koftjalk (schoenerkof) “Afina Agatha”. De eerste reis was “op avontuur”. In de herfst van 1845 had hij een rampzalige reis. Hij was onderweg mat een lading zink en rogge van Stettin naar Amsterdam. In de Noordzee sloeg de stuurman overboord en verdronk. Delfzijl werd als noodhaven binnengelopen, waar de reis eindigde.

Hij was op 10 oktober 1847 nog steeds schipper op dit schip. “Jan Berents Mulder overleed in april 1849. Zijn zoon Berend Jans Mulder volgde hem waarschijnlijk op als schipper van de ‘Afina Agatha’, terwijl het schip voorlopig voor rekening van de erven werd geëxploiteerd. Vermoedelijk in maart 1851 kocht Berend de schoenerkof van zijn moeder (en zusters).”083

 

      Mulder083 vermeldt:

“  'Afina Agatha' schoenerkof, 3/1843 Pekela, K/E J.B. Mulder te Vd 3/1843 - 4/1849 (+), eig wed. A. Mulder-Scheppers 1849-(waarschijnlijk) 8/1855; schipper B.J.Mulder te Vd 1849-1860 en eigenaar vanaf 1855 (?). K/E 1/1861-5/1865P.N. de Boer te Nieuwe Pekela; schip is gezonken nabij Frederikshavn, Dk.”

(Bouma heeft deze correctie-aanwijzing in zijn derde druk overgenomen)

      en

“ 'Catharina'         koftjalk, b.j. Vd 1831, 67 ton, K/E J.B. Mulder vermoedelijk t/m 1842 (hij verkreeg 'Afina Agatha' in 3/1843, komt na 1842 ook niet meer in B.V. voor).”

(Bouma laat het gezagvoerderschap over de “Catharina” doorlopen naar 1851 en dit wijkt af van de mening van Mulder)

      en

“Vrouw Catharina'          overdekte tweemast tjalk, b.j. 1815 52 ton, K/E J.B. Mulder te Vd 3/1817-1831; 3/1832-? K/E H.J. Brunius te Gn.

“In 1815 moet Jan Berents Mulder, geen aantoonbare familie en getrouwd met Trijntje Everts Zoutman, eigenaar geworden zijn van de nieuwgebouwde overdekte tweemast tjalk 'Vrouw Catharina', ook wel geschreven als 'Vrouw Chatarina', en genoemd naar zijn vrouw. De tjalk had de afmetingen 19,20 x 3,45 x 1,78 meter en was 52 ton groot.

Op 12 maart 1817 vinden wij deze Jan Berents Mulder als schipper, wanneer hij als zodanig op de monsterrol staat. De stuurman was Hindrik Gezinus Mulder; een familierelatie is ook hier niet bekend.

Jan Berents moet tot het voorjaar van 1831 met zijn 'Vrouw Catharina' hebben gevaren, waarna hij de helft van het eigendom overdroeg aan Jacob Jans Pik, scheepsbouwer in Veendam, mogelijk als aanbetaling op het schip dat Pik in aanbouw had en hij zou kopen. Pik kalefaterde het casco van de tjalk op zijn helling waarschijnlijk op speculatie voor beider rekening op, om het schip daarna weer te verkopen. In maart 1832 had Pik in schipper Hendrik Jans Brunius uit Groningen een koper gevonden, die de tjalk in het vervolg 'Vrouw Geziena' zou noemen. Op 19 maart 1832 werd het schip ten overstaan van notaris M.J. Tuuk uit Veendam door Pik mede namens Mulder overgedragen aan Brunius; de verkoopprijs bedroeg ?600. Het verdere lot van dit schip is niet bekend.”

 

Leeuwarder Courant 03 november 1818114

Nieuwe Zijlen (opm: bij Dokkum), 26 oktober. ….

Den 20 dito is alhier binnen gekomen het tjalkschip de VROUW CATHARINA, kapt. J.B. Mulder, met Noors hout van Breweck (opm: Brevik, Z. van Porsgrunn).   

Den 25 dito is van hier uitgezeild het smakschip de JONGE REIND, kapt. Willem Mellema, en het tjalkschip de VROUW CATHARINA, kapt. J.B. Mulder, beide naar Groningen vertrokken om te laden op Londen.

 

Rotterdamsche Courant 15 juni 1820114

Amsterdam, 13 juni. Het schip DERENTZ WELVAART (opm: smak DRENTSCHE WELVAART) kapt. J.B. Mulder, van Dantzig (opm: Gdansk) naar Amsterdam, is te Mandahl (opm: Mandal) lek binnengelopen. (opm: zie RC 220620)

 

Rotterdamsche Courant 22 juni 1820114

Amsterdam, 20 juni. Kapitein J.B. Mulder, voerende het schip DRENTSCHE WELVAART, van Dantzig (opm: Gdansk) naar Amsterdam, meldt van Mandahl (opm: Mandal), van 28 mei, dat hij aldaar den 22 dito, met een lek schip en na dat de lading over bakboord en vervolgens over stuurboord geworpen was, was binnengelopen, zo dat de pompen aanhoudend gaande moesten gehouden worden; hij hoopte de lading, welke weinig beschadigd was, spoedig weder te zullen kunnen innemen en de reis voort te zetten.

 

Rotterdamsche Courant 17 oktober 1820114

Rotterdam, 16 oktober. Den 14 oktober arriveerde in de Maas DRENTS WELVAART (opm: DRENTSCHE WELVAART), J.B. Mulder, van Boulogne.

 

Rotterdamsche Courant 01 maart 182114

Rotterdam, 28 februari. Van Den Briel wordt van den 27 gemeld: den 26 zeilden de schepen DRENTS WELVAART, J.B. Mulder, naar Cherburg (opm: Cherbourg), en de ZEEPLOEG, M.N. Sikkes, naar Cork.

Van den 28 wordt gemeld: den 27 dezer zijn van hier gezeild de schepen de HELENA, F.C. Gerdes, naar de Oostzee, en de ACHT GEBROEDERS, T. Middendorf, naar Elseneur (opm: Helsingör).

 

Rotterdamsche Courant 17 april 1821114

Te Rotterdam in lading liggende schepen naar:

….Elseneur (opm: Helsingör) en Riga: het Smakschip de DRENTSCHE WELVAART, kapt. Jan Berends Mulder, ligt gereed…..

 

Rotterdamsche Courant 21 april 1821114

Rotterdam, 20 april. Den 18 arriveerden in de Maas ….….Den 19 zeilden de VROUW CATHARINA, A.H. Schuring, naar ……(opm: niet vermeld); de KITTY, J. Ansdell, naar Hull; de MARG. CATHARINA, E.D. Duintjer, naar de Oostzee; de VROUW TUNNEGINA, E.K. de Wilde, naar Arendsburg; de OXENBERG, D. Nielsen, naar Nijburg; de AVONTUUR, W. van der Horden, naar Fero; de ENGEBORG, H.H. Christensen, naar Newcastle; DIE EENIGHEDEN, E.J. Booije, de GULDBORG LUND, L. Hansen en de DRIE SODSKENDE, M. Nielsen naar Bandholm; de DRENTS WELVAREN, J.B. Mulder, naar Riga; THE NEPTUNE, J.C. Baker, naar Londen, en de HEND. EN MARGARETHA, J.H. Warmolds, naar Pernau (opm: Pärnu); de wind Z.W.

 

Rotterdamsche Courant 25 december 1821114

Amsterdam, 23 december. Het schip (opm: smak) DRENTSCHE WELVAART, kapt. J.B. Mulder, van Pillau (opm: Baltiysk) naar Amsterdam, is, na 20 dagen met aanhoudende stormen in zee te zijn geweest, den 30 november wegens slecht weer, doch zonder schade van belang, te Memel (opm: Klaipeda) binnengelopen.

 

Rotterdamsche Courant 11 juni 1822114

Rotterdam, 10 juni. Den 10 arriveerden in de Maas de schepen de VRIENDSCHAP, J.H. Sturenberg, van Droogbak; DRENTS WELVAART (opm: DRENTSCH WELVAREN), J.B. Mulder, van Brewich, en zeilde de HELENA AURORA, J. Maas, naar de Oostzee.   

 

Rotterdamsche Courant 27 juni 1822114

Rotterdam, 26 juni. ….

…. Den 26 zeilde TWEE GEBROEDERS, R. de Vries, naar Hamburg; de DRENTS WELVAART (opm: DRENTSCH WELVAREN), J.B. Mulder, naar Pernau (opm: Pärnu), en de VROUW JANTINA, J.H. Panjer, naar Leith.

 

Rotterdamsche Courant 02 juli 1822114

Rotterdam, 1 juli. Den 28 passato zeilden uit de Maas de schepen de DRENTS WELVAART (opm: DRENTSCH WELVAREN), J.B. Mulder, naar Pernau (opm: Pärnu); de WELVAART, B.J. de Groot, naar Hamburg, en arriveerde de VROUW MARGARETHA, A. de Zeeuw, van St. Ubes (opm: Setubal).

 

 

Datum vanaf: 1843
Kapitein: Mulder, Jan Berents

Familiegegevens en opleiding

Berend Jans Mulder werd geboren te Veendam op 27 maart 1825 als zoon van de schipper Jan Berents Mulder en Afien Scheppens.

Berend trouwde op 02 juni 1858 te Veendam als schipper met Grietje Boerhave, geboren te Veendam op 26 maart 1831 als dochter van de schipper Geert Hindriks Boerhave en Arentje Lucas Blokzijl. Grietje overleed te Veendam op 01 januari 1900, 68 jaar,

Berend overleed te Oosterdiep/Veendam op 26 juni 1902, 77 jaar, weduwnaar, zonder beroep

 

 

In Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen wordt Berend vermeld als schipper in 1858, 1859, 1861, 1866, 1868, 1869, 1874 en zonder beroep in 1900, 1902.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Berend Jans Mulder was effectief lid van het Veendammer zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart”. met nummer M resp. 11 in de periode 1850 t/m 1902. nam deze

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt B.J.Mulder als gezagvoerder gedurende:

*    1854 t/m 1857 op de schoenerkof “Afina Agatha”, gebouwd in 1843 te Pekela, 103 ton o.m., varend  de Wed. J.B.Mulder te Veendam; (zie ook bij J.B.Mulder)

*    1858 t/m 1861 op hetzelfde schip maar nu als kapitein/eigenaar vanuit Veendam;

*    1861 t/m 1886 van de 2-nastchoener. “Hunze”, gebouwd in 1861 op de scheepswerf Maathuis te Sappemeer, 132 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam. Het schip werd in 1886 gesloopt.

 

In de Almanak voor Zeevarenden 1852, vermoedelijk uitgegeven door het college “Eendracht” te Groningen en aanwezig in het Veenkoloniaal Museum te Veendam staat in de ledenlijst van het Veendammer zeemanscollege kapitein B.J.Mulder met vlagnummer M als gezagvoerder van de “Afina Agatha”.

In de ledenlijst van het Veendammer zeemanscollege opgenomen in een almanak uit 1862 uitgegeven door de zeemanscolleges van Wildervank en Nieuwe Pekela wordt B.J.Mulder vermeld als gezagvoerder van de “Afina Agatha” met vlagnummer M resp 11.

In een Naamlijst van Leden van het Veendammer zeemanscollege in 1880 aanwezig in het Veenkoloniaal Museum te Veendam staat B.J.Mulder als gezagvoerder van de “Hunze” met vlagnummer 11.

 

 

De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt”:

17 februari 1840, kof “Jonge Egbertus”, schipper Jan Berends Mulder, lichtmatroos Berend Jans Mulder.

09 februari 1842, kof “Diana”, schipper Reinder Hindriks Duit, lichtmatroos Berend Jans Mulder.

13 juli 1843, schip “Afiena Agatha”, kapitein Jan Berends Mulder, lichtmatroos 18 jaar uit Veendam.

09 april 1845, kof “Eendracht”, kapitein Hindrikus Antonius Schippers, stuurman Berend Jans Mulder, 20 jaar uit Farmsum.

05 maart 1846, kof “Catharina Agatha”, kapitein Jan Berends Mulder, stuurman Berend Jans Mulder, 20 jaar uit Veendam.

10 november 1847, kof “Afiena Agatha”, schipper Jan Berends Mulder, stuurman Berend Jans Mulder, 22 jaar uit Veendam.

12 maart 1851, kof “Afiena Agatha”, schipper Berend Jans Mulder, 25 jaar uit Veendam.

05 februari 1853, kof “Afina Agatha”, schipper Berend Jans Mulder.

11 februari 1854, kof “Agatha”, schipper Berend Jans Mulder.

04 maart 1876, schoener “Hunze”, schipper Berend Jans Mulder, 50 jaar uit Veendam.

01 februari 1877, schoener “Hunze”, schipper Berend Jans Mulder, 51 jaar uit Veendam.

28 februari 1878, schoener “Hunze”, schipper Berend Jans Mulder, 52 jaar uit Veendam.

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

Kapitein                                                Schip                              Vertrek                                    Aankomst

B.J.Mulder                                            Hunzen                          05 maart 1862                       niet vermeld

 

Mulder082 vermeldt Berend Jans Mulder als gezagvoerder van de schonerkof “Afina Agatha” (1851-1861) en van de schoener “Hunze” (1861-1886).

 

Overige bijzonderheden

De navolgende gegevens zijn een verkorte vorm van een uitgebreide beschrijving in “De Schippers Mulder hun schepen en hun stamboom” door G.J.Mulder, uitg.Pirola, mei 2002, 239 pp.

Op 17 februari 1840 monsterde Berend voor een gage van f 10,- per maand aan als ligtmatroos op de kof “De Jonge Egbertus” van zijn vader. In juli 1843 werd hij lichtmatroos bij zijn vader op de “Afina Agatha”. Op 09 april 1845 werd hij stuurman op de “Eendragt” van zijn oom Hindrikus Antonius Scheppers maar werd na één reis afgedankt. Hij kwam in december 1845 als stuurman op de “Catharina” onder de naamgenoot Jan Berends Mulder van zijn vader (maar geen familie).

In oktober 1847 was Berend Jans weer terug op de “Afina Agatha”, nu als stuurman. Waarschijnlijk volgde hij zijn vader op als schipper na diens dood in 1849. Vermoedelijk in maart 1851 kocht Berend de schoenerkof van zijn moeder (en zusters). Hij verkocht het schip op 12 januari 1861 aan Antonie Egberts Maathuis te Sappemeer, die het doorverkocht aan Pier Nannes de Boer.

Vanaf 1861 voer Berend als schipper/mede-eigenaar op de schoener “Hunze”. Hij voer met dit schip naar de Middelllandse Zee en ook naar het Caraibisch gebied. en in de zeventiger jaren vooral in NW-Europa en de Oostzee.

Een schilderij van dit schip, met op de achtergrond Venetië bevind zich in het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen met de vlag 11 van het zeemanscollege in top.

 

 

Datum vanaf: 1851
Kapitein: Mulder, Berend Jans

Familiegegevens en opleiding

Pier Nanning de Boer overleed op 27 mei 1864 op de leeftijd van 46 jaar te Nieuwe Pekela.083.

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

P.N.de Boer werd met nr.810 effectief lid van Zeemanshoop per 12 maart 1850 op voorspraak van A.E.de Haan. Zijn schip was de “Reina”002. Ten tijde van de inschrijving waren de Boer en zijn vrouw 33 resp. 35 jaar002a.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 05/12 maart 1850 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Pieter Nannes de Boer, oud 33 jaar, voerend de kof “Reina”, wonend in Pekela, op voordracht van kapitein A.E.de Haan.023.

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen dd 06 oktober 1864 van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop staat een verzoek van de wed. P.N. de Boer geb. Besseling om een uitkering.042.

In de notulen dd 29 december 1864 staat een: “Brief van den Heer H.F.Kranenborg voorlopig schrijven wegens het hem opgedragen commissariaal omtrent e aanvrage van de Wed. P.N. de Boer. Aangenomen voor bericht.”042

In de notulen dd 26 januari 1865 staat de uitslag van onderzoek omtrent P.N. de Boer waarbij het verzoek wordt afgewezen “als hebbende P.N. de Boer de laatste reis geen deelgenomen.” Op 30 maart 1865 wordt een verzoek om gratificatie door de wed. P.N. de Boer geb. Besseling afgewezen. Idem op 28 september 1865.042

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 11 september 1860 staat een aanvrage door kapitein P.N. de Boer om een tegemoetkoming vanwege een schipbreuk, maar dit verzoek wordt van de hand gewezen. Op 13 november 1860 vraagt kapitein P.N. de Boer om herziening van dit besluit, maar tevergeefs. Idem op 31 januari 1865 maar weer afgewezen023.

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 18 april 1865 staat vermeld dat een verzoek om onderstand van de wed. P.N. de Boer geb. Besseling is afgewezen. Herhaald verzoek in de notulen dd 10 oktober 1865. Weer afgewezen023 (is dit dezelfde P.N. de Boer?)

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                  jaren                        type                  scheepsnaam          naam reder/boekhouder

         810                      1850-1851                 kof                    Reina                       geen opgave

                                      1852-1853                 kof                    Fenna                      idem

         422                          1854                       kof                    Fenna                      idem

                                      1855-1859                 kof                    Fenna                      Mr.C.M.Nap te Groningen

                                          1860                       geen opgave van schip en boekhouder

                                      1861-1863                 kof                    Afina Agatha         geen opgave

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093

P.N. de Boer  

      Afiena Agatha                  23 mei 1861                            02 september 1861

      Afiena Agatha                  20 september 1861                 20 januari 1862

      Afina Agatha                    21 december 1861                  08 november 1862

hier klopt iets niet.

Afina Agatha                          15 januari 1863

Bouma025 vermeldt P.N.de Boer als gezagvoerder gedurende:

  • 1852 van de kof “Reina”, gebouwd in 1825 te Pekela, 129 ton o.m., varend voor MrH.Nap te Groningen;
  • 1853 t/m 1857 van de sch.kof “Fenna”, gebouwd in 1840 te Hoogezand, 110 ton o.m., varend voor C.M.Nap te Groningen;
  • 1862 t/m 1865 van de sch.kof “Afina Agatha”, gebouwd in 1843 te Pekela, 103 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Pekela. Het schip is gezonken bij Frederikshavn.

 

Overige bijzonderheden

Mulder083 vermeldt:

“  ‘Afina Agatha’    schoenerkof, 3/1843 Pekela, K/E J.B. Mulder te Vd 3/1843 - 4/1849 (+), eig wed. A. Mulder-Scheppers 1849-(waarschijnlijk) 8/1855; schipper B.J.Mulder te Vd 1849-1860 en eigenaar vanaf 1855 (?). K/E 1/1861-5/1865 P.N. de Boer te Nieuwe Pekela; schip is gezonken nabij Frederikshavn, Dk.”

(Bouma heeft deze correctie-aanwijzing in zijn derde druk overgenomen)

Mulder083 vermeldt dat in 1863 C.Kanning de schipper werd op de “Afina Agatha”. De “Afina Agatha” stond van 1861-1863 onder gezag van Berend Jans Mulder (zie aldaar). Deze had zich bij de financiers verbonden steeds zelf op dit schip te varen. “Dat met deze voorwaarde wel de hand werd gelicht blijkt wel, doordat vanaf november 1863 C.Kanning de schipper werd. Mogelijk was dit een gevolg van ziekte, want de Boer overleed op slechts zesenveertig jarige leeftijd op 27 mei 1864 te Nieuwe Pekela.

 

Datum vanaf: 1861
Kapitein: Boer, Pieter Nanning de

Familiegegevens en opleiding

Klaas Geerts Nanning werd geboren op 16 december 1828 te Oude Pekela in huis nr. 408 als zoon van de zilversmit Geert Hindriks Kanning en JantjeKlaassens

Klaas trouwde op 09 juni 1859 te Oude Pekela als zeeman met Geertje Hesseling, geboren  op 08 juni 1833 te Oude Pekela inhuis nr 197 als dochter van de scheepstimmerman/-bouwer en Lodewijka Alberts TapDerk Harms Hesseling. Geertje overleed op 17 april 1904 te Oude Pekela, 71 jaar, weduwe.

Klaas verongelukte waarschijnlijk in januari 1870 na vertrek uit Genua met bestemming Gallipoli met de “Zeemeeuw”. (In de huwelijksakte van dochter Jantje op 21 mei 1891 te Oude Pekela werd de Atlantische Oceaan vermeld.)

Klaas en Geertje hebben gewoond an de Haanswijk te Oude Pekela,

 

Gedetailleerde gegevens omtrent Klaas Geerts Nanning staan in in de rapportage  Pekelder schippers en hun belevenussen op zee in de 19e eeuw samengesteld door Drs. L.W.Kanning, 2015 Particulaire uitgave aanwezig in de bibliotheek van het Kapiteinshuis te Pekela.

Afbeeldingen van Klaas, zijn vrouw Geertje, en van een certificaat van de Nationale Militie zijn vermeld in de rapportage  Pekelder schippers en hun belevenussen op zee in de 19e eeuw samengesteld door Drs. L.W.Kanning, 2015

Deze rapportage geeft een reeks van vermeldingen van zeereizen door Klaas Kaning naar Europesche havens met de “Drie Gebroeders” , de “Afina Agatha” en de “Elsiena Jantina” en naar o.a. Zuid-Amerikaanse havens  met de “Wendelina Jacoba”.

Er wordt gemeld dat op 8 juni 1865 Klaas Geert met de Harmanna Das in Termunterzijl terug kwam van een reis naar Stettin.

Vo;gens berichten uit de Helderse en Nieuwedieper Courant heeft K.G.Kanning in 1869  ook als gezagvoerder gevaren op de “Zeemeeuw”

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt K.G.Kanning als gezagvoerder gedurende:

*    1860 van de galjoot “Drie Gebroeders” ex Sjoukje Alida, gebouwd in 1852 te Veendam, 111 ton o.m. varend voor E.H.Roggekamp te Delfzijl; (de naam refereert vermoedelijk naar drie broers Kanning waarbij Geert dus gezagvoerder was en de broers Hindrik en Jan, gouddraadwerker. Wellicht hebben zij gezamenlijk het schip gefinancierd.)

*    1861 t/m 1863 op hetzelfde schip maar nu varend als kapitein/eigenaar vanuit Pekela. Het schip is in 1863 verongelukt op Malta;

      NRC 12 december 1863114

      Amsterdam, 11 december. De Nederlandse kof DRIE GEBROEDERS, kapt. Kanning, van Alexandrië naar Falmouth, is, volgens telegram van Malaga dd. 4 dezer, aldaar gestrand en verbrijzeld, doch het volk gered.

*    1868 van de galjoot “Wendelina Jacoba”, ex Concordia, gebouwd in 1858 te Pekela, 131 ton o.m. varend voor W.W.Pott te Pekela.

*    1869 van de 2/msch “Zwanette Jantine”, gebouwd in 1865  te Wildervank, 172 ton o.m., varend voor R.G.v/d Werf & Zn te Wildervank. Het schip was in 1870 herdoopt in “Hillechiena Amelia”.

 

Overige bijzonderheden

Mulder083-p.78 vermeldt het volgende:

De “Afina Agatha” stond van 1861-1863 onder gezag van Berend Jans Mulder (zie aldaar). Deze had zich bij de financiers verbonden steeds zelf op dit schip te varen. “Dat met deze voorwaarde wel de hand werd gelicht blijkt wel, doordat vanaf november 1863 C.Kanning de schipper werd. Mogelijk was dit een gevolg van ziekte, want de Boer overleed op slechts zesenveertig jarige leeftijd op 27 mei 1864 te Nieuwe Pekela.

Omstreeks 14 mei 1865 strandde en zonk de “Afina Agatha” nabij Frederikshavn ten zuidoosten van Skagen in Denemarken. Kustbewoners zagen twee masten boven water uitsteken, waarna onderzoek uitwees dat het hier het wrak van de “Afina Agatha” betrof, geladen met steenkolen. Er werd geen boot meer aangetroffen, zodat de bemanning vermoedelijk een – mislukte – poging heeft gedaan zich hiermee te redden.”

 

NRC 15 mei 1865114

Frederikshaven, 8 mei. Voor enige tijd ontdekte men dat alhier in het vaarwater een schipgezonken was. De duikers die de masten er uitgehaald hebben, berichtten dat zij op despiegel gelezen hebben AFINA AGATHA 1843; dat het een kof is (opm: kapt. K.G. Kanning) en dat het vaartuig met steenkolen beladen was. Men vond geen boot meer aan boord.

  1. De te Veendam (opm: sinds 1861 Nieuwe Pekela) te huis behorende kof AFINA AGATHA werd in 1843 gebouwd NRC 150565

 

Krantenberichten

NRC 15 mei 1865114

Frederikshaven, 8 mei. Voor enige tijd ontdekte men dat alhier in het vaarwater een schip gezonken was. De duikers die de masten er uitgehaald hebben, berichtten dat zij op de spiegel gelezen hebben AFINA AGATHA 1843; dat het een kof is (opm: kapt. K.G. Kanning) en dat het vaartuig met steenkolen beladen was. Men vond geen boot meer aan boord.

  1. De te Veendam (opm: sinds 1861 Nieuwe Pekela) te huis behorende kof AFINA AGATHA werd in 1843 gebouwd.

 

 

Datum vanaf: 1863
Kapitein: Kanning, Klaas Geertz

Monsterrollen

Opgemaakt Groningen
Datum: 1843-07-13
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: AFIENA AGATHA
Schipper: Mulder, Jan Berends
Scheepstype:
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Kroniekberichten

Toon kroniekberichten