Inloggen
Gezagvoerder

Carst(Karst), Jacob Geertsz

Naam: Carst(Karst), Jacob Geertsz
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 3
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
LAURA 1867 Bark Sailing Vessel 9115 Bekijk schip
ELISABETH LOLLINA 1850 Kof Sailing Vessel 14295 Bekijk schip
PROFESSOR VAN DER BOON MESCH 1864 Bark Sailing Vessel 16062 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

Jacob Geertsz Carst werd op 08 februari 1845 te Schiermonnikoog geboren als zoon van Geert Hendriks Karst en Elisabeth Benjamins Jaski. Hij was een broer van kapitein Teunis Mellema Geerts Karst.

Hij trouwde te Schiermonnikoog op 30 januari 1873 als schipper met Lollina Jans Jaski geboren op 22 mei 1848 te Schiermonnikoog als dochter van Jan Benjamins Jaski en Anneke Reinders Mellema. Zij overleed te IJmuiden op 25 november 1917.

Tot 1888 woonde het gezin in Amsterdam en verhuisde daarna naar Zaandam. Daar exploteerde Jacob Geerts samen met zijn vrouw een logement aan de Zaandamse haven, speciaal voor zeelieden. Aan deze activiteit kwam bij het overlijden van Jacob Geerts in 1906 een einde.

Jacob Geerts was in 1885 één van de eerste leden van de pas opgerichte zeilvereniging “Het IJ” te Amsterdam.

Jacob Geert overleed op 07 mei 1900 op Rustenburg 107 te Zaandam. In de overlijdensakte staat hij te boek als “makelaar  voor de zeevaart”.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.G.Carst was met vlagnummer 3 in de periode 1868 t/m 1873 lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “De Herkenning”. Hij voerde het vlagnummer 19 in de periode 1874 t/m 1900.

Hij was met vlagnummer H23 in de periode 1874 t/m 1883 lid van het Harlinger zeemanscollege “Zeemansvoorzorg”. Hij werd niet ingeschreven in de Inschrijfregisters maar de gegevens zijn ontleend aan de ledenlijsten in "Sweijs"034.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Het Register van Uitgaande Brieven van het College Zeemanhoop te Amsterdam bevat brieven van februari 1879 en 1880 gericht aan J.G.Karst te Terschelling033.

 

De schepen van de kapitein

lid van college Zeemansvoorzorg te Harlingen036

vlagnummer      periode      type  naam van het schip                                                    boekhouder/reder

      H23     1873-1876  brik          Anna Maria (ex President Lincoln)                                S.Fontein Fz, Harlingen

                                                          op de baai van Camavarros (Bahia) vastgeraakt en wrak

                   1878-1881  bark        Laura (ex Windsbraut)                                                     B.J.Carst & Co, Amsterdam

                          1882     bark        Eendragt (ex Professor van der Boom Mesch)             H.J.Plant & Co, Schiedam

 

J.G.Carst was van 1879-1882 kapitein van de houten schoenerbark “Laura” (ex Golden West, ex-Windbraut), in 1867 gebouwd in Meteghan aan de oostkust van Nova Scotia, 406/342 (328) ton, varend voor de rederij B.J.Carst & Co  te Amsterdam. Het schip werd in 1882 via A.Vinke verkocht aan houthandel Hubert Jans & Co te Harlingen052.

 

Bouma025 vermeldt J.G.Carst als gezagvoerder gedurende:

*    1874 t/m 1877 van de brik “Anna Maria` ex President Lincoln, gebouwd in 1866 te Muntendam, 221 ton o.m., varend voor S.Fontein Fz te Harlingen. Het schip is in 1877 op de baar van Camavarros )Bahia’  gestrand en wrak geraakt;

*    1879 t/m 1882 van de bark “Laura” ex Windsbraut, ex Golden West, gebouwd in 1867 te Methegan, 406 ton; varend voor B.J.Carst & Co te Amsterdam;

*    1882 t/m 1884 van de bark “Eendragt”, ex Professor v/d Boon Mesch, gebouwd in 1864 te Amsterdam, 632 ton o.m., varend voor H.J.Plant & Co te Schiedam.

 

J.G.Karst was gezagvoerder van025:

*          1869 t/m 1874 van de kof “Elisabeth Lollina”, gebouwd in 1850 te Hoogezand, 112 ton, varend voor G.H.Carst te Schiermonnikoog (Bouma spreekt hier van J.H. Carst);

*          1874 t/m 1877 op de brik “Anna Maria” ex-President Lincoln, gebouwd in 1866 bij Drenth & Sinnighe te Muntendam, 221 ton, varend voor S.Fontein Fz te Harlingen.

         Zeetijdingen 07 februari 1877: “Op de baar van Camavarros (Bahia) vastger. en wrak” (Sweys);

*          1879 t/m 1882 op de bark “Laura” ex Golden West, ex-Windsbraut, gebouwd in 1867 te Mitigan/Methegan, 406 ton, varend voor B.J.Carst & Co te Amsterdam. Het schip werd op 20 september 1882 te Harlingen verkocht aan rederij Hubert Jans & Co voor f 12.000,-.

*          1883 t/m 1884 op de bark “Eendragt” ex-Professor v/d Boon Mesch, gebouwd in 1864 bij Meursing & Huygens te Amsterdam, 632 ton, varend voor H.J.Plant & Co te Amsterdam.

 

“De diverse bronnen (scheepvaartregister, de Groot en Houter) vermelden alle dat de driemast-bark Laura in 1867 in Duitsland werd gebouwd en als Windsbraut werd gedoopt. Inmiddels is dank zij speurwerk in het Registre Véritas door de Hr Bouma, bibliothecaris van het Scheepvaartmuseum te Rotterdam, bekend geworden dat het schip gebouwd is door J.Thibido in Meteghan (Nova Scotia, Canada). Onder de naam Golden West voer het, als bark getuigde schip, voor rederij G.G. Durkee & Co met Yarmouth als thuishaven. Van 1867 tot 1873 onder bevel van kapitein H.H. Brown, en van 1873 tot 1875 onder kapitein J. Kenealy.

In 1875 werd het schip verkocht aan de rederij Hespe & Co in Brake, aan de Weser nabij Bremen in Duitsland. In die periode voert kapitein J.J. Hoffmann het bevel over het schip, dat dan omgedoopt is in Windsbraut.

Leclerc beschrijft in zijn boek: “De laatste Nederlandse zeilschepen”, dat in 1875 225 schepen werden bevracht, waarvan 206 zeilschepen en daarvan waren er 192 van hout gebouwd. " De meer ondernemende rederijen hadden grotere schepen nodig om het hoofd boven water te houden; deze konden in Amerika en Canada sneller en goedkoper gebouwd worden, zij het dan minder solide."

In 1878 werd het 369 ton grote schip gekocht door de firma B.J. Carst & Co in Amsterdam. Volgens het scheepvaartregister van 1880 was J.G. Carst uit Schiermonnikoog kapitein op het schip.  Uit die periode is een foto bewaard gebleven van de Laura in de IJ-gracht in Amsterdam. Het schip ligt ter hoogte van het huidige scheepvaartmu­seum. Deze foto is door de Groot gebruikt als omslag voor zijn boek "De glorietijd van het zeilschip".

In het register van de havenmeester van Amsterdam lezen wij dat op 4 juli 1878 in Amsterdam de, onder Duitse vlag varende, Windsbraut zonder lading binnen­loopt in de houthaven onder gezag van kapitein J.G. Carst. Het schip is in Oldenbourg gemeten op 20 november 1874 en heeft een tonnage van 1046 (!) ton.

Op 27 december 1878 vertrekt het op haar eerste reis onder Nederlandse vlag met stukgoed naar Macassar voor de rederij B.J. Carst en Co.

In 1882 kreeg het schip een andere spiegel en ging naar de houthande­laars Hubert Jans & Co in Harlingen. T.A. Koster Hz werd kapitein op de Laura.”

Gegevens via de heer W.G.Koster te Eindhoven, dd maart 2007

 

Overige bijzonderheden

De Harlinger Courant dd 09 december 1874 bevat in de rubriek Scheepstijdingen het volgende bericht.096:

Binnengekomen.

Antwerpen  5 Dec.  Anna Maria,  J.G.Carst, Söderham.”