Inloggen
Gezagvoerder

Ruige, Cornelis Cornelisz

Naam: Ruige, Cornelis Cornelisz
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 4
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
STAD LEYDEN 1854 Bark Sailing Vessel 9114 Bekijk schip
MARIA 1837 Kof Sailing Vessel 9794 Bekijk schip
HOLLANDIA 1858 Fregat Sailing Vessel 15461 Bekijk schip
VESTA 1855 Bark Sailing Vessel 14835 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

 

Familiegegevens en opleiding

Cornelis Cornelisz Ruige werd geboren te Terschelling op 21 juni 1821. Bij de deelname aan het Weldadig Zeemans Fonds per 20 juni 1854 was hij ongehuwd, maar hij trouwde later met Jetske Gerrits Mulder, geboren te Capelle aan de IJssel op 03 oktober 1832. Toegevoegd is: “den 11 April 1856 Voor de Voortde deelne bedankt”003.

 

Cornelis Cornelisz Ruige werd geboren op 27 juni 1821 te Terschelling als zoon van Cornelis Iemkes Ruige en Klaaske Cornelis Cupido.

Hij huwde voor de eerste maal op 30 december 1846 met Geertje Zorgdrager, geboren te Terschelling op 01 juli 1825 als dochter van Cornelis Cornelis Zorgdrager (landbouwer) en Antje Jacobs Wagenaar en overleden te Lies (Terschelling) op 27 december 1847.

Na haar overlijden huwde Cornelis Ruige voor de tweede maal op 11 april 1856 te Alblasserdam met Jetske Mulder, geboren op 03 oktober 1833 te Terschelling als dochter van Gerrit Jans Mulder (zeeman) en Trijntje Wigles Swart en aldaar overleden op 03 oktober 1914.

Cornelis overleed op 18 maart 1884 te Bridgetown op Barbados in een particulier ziekenhuisje en werd aldaar begraven op 19 maart 1884

 

Cornelis Cornelisz. Ruijg, koopvaardijkapitein, geboren te Terschelling rond 1822, wonende aldaar, zoon van Cornelis Jemkes Euijg en Klaaske Cornelis Cupido062.

 

                            

 

 

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

C.C.Ruige werd met vlagnummer 866 per 10 februari 1852 effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van kapitein G.E.Swart. Zijn schip ten tijde van de inschrijving was de "Maria". Toegevoegd is "bedankt".002. Ten tijde van de inschrijving was Ruige 30 jaar002a.

In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 03/10 februari 1852 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Cornelis Cornelis Ruige, oud 30 jaar, voerend de schonerkof “Maria”, wonend te Terschelling, op voordracht van kapitein kapitein G.E.Swart.023.

 

C.C.Ruige was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1852 t/m (minstens) 1871 (wellicht 1884) met de vlagnummers 866 (1852 t/m 1854) en 472 (1854 t/m minstens 1871)

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:

vlagnummer                 jaren         type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

       866                     1852-1853    sch.kof           Maria                                                    geen opgave

       472                     1854-1856    bark                Stad Leyden                                        Craandijk & Dercksen

                                     1857-1866    fregat              Hollandia                                             idem

                                     1867-1871    geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt C.C.Ruige als gezagvoerder gedurende:

*  1852 t/m 1854 van de bark/galjoot “Maria”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 140 ton o.m., varend voor P.H.Kraandijk Jr te Amsterdam;

*  1855 t/m 1857 van het 3/mschip “Stad Leyden”, gebouwd in 1854 te Monnikendam door scheepsbouwmeester P.Kater, 436 ton o.m., varend voor Craandijk & Dercksen te Amsterdam;

*  1859 t/m 1867 van het fregat “Hollandia”, gebouwd in 1858 te Monnikendam, 567 ton o.m., varend voor Craandijk & Dercksen te Amsterdam;

*  1877 t/m 1880 van de bark “Vesta”, gebouwd in 1855 te Alblasserdam, 437 ton o.m., varend voor Craandijk & Derckesen te Amsterdam. Het schip werd in 1880 te Macassar afgekeurd en verkocht;

*  1881 t/m 1884 van de bark “Clara” ex Springbok, gebouwd in 1862 te Sunderland, 293 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Terschelling. Het schip voer in 1885 voor J.J.v/d Berg te ’s Gravenhage en was herdoopt in “Cornelis”.

 

Vermelding van vertrek en aankomst te Amsterdam093

Naam kapitein                             Naam schip                          vertrek                                              aankomst

C.Ruige                                         Hollandia                             29 juni 1860                                    12 mei 1862

                                                       Hollandia                             29 oktoberr 1862                            niet vermeld

                                                       Hollandia                             08 december 1864                          29 maart 1867

 

Cornelis Cornelisz Ruige was kapitein op de volgende schepen:

"1853-1854 op de schoenerkof "Maria" gebouwd in 1837, 140 ton, reders Craandijk & Dercksen te Amsterdam. Het bevel over dit kofschip nam hij in 1853 over van kaptein C.C.Rotgans, eveneens Terschellinger van geboorte. De "Maria" is in 1856 op reis van Amsterdam naar Dantzig op de Noordzee vergaan. Het volk werd gered (Kapitein was H.Meyer).

1854-1857       op de "Stad Leyden", een fregat, groot 230 last (436 ton), gebouwd in 1854 op de werf J.de Kater (of J.J. Kater Pz) te Monnikendam, reders Craandijk & Dercksen te Amsterdam. Kapitein Ruige haalde dit schip nieuw van de werf. ...

1858-1867       op de "Hollandia", een driemast clipperfregat van 459 ton, waarvan in 1857 de kiel werd gelegd op de werf van J.de Kater te Monnikendam. Ook dit schip was van de reders Craandijk & Dercksen te Amsterdam. In 1876 werd de "Hollandia" na averij aan de Kaap afgekeurd en verkocht.

1877-1880       Op de "Vesta", een bark, groot 231 last (437 ton), gebouwd in 1855 te Alblasserdam door de werf van C.Smit. In 1876 werd deze bark door de Amsterdamse reders Craandijk & Dercksen aangekocht van de reder T.Schol, eveneens te Amsterdam. De "Vesta" werd in 1880 te Maccassar afgekeurd ...(zie ook bij C.A.Bakker).

1881-1884       op de "Clara", ex "Springbok", een bark van 293 ton, gebouwd in 1862 en door kapitein Ruige in 1880 te Liverpool aangekocht. In 1885 ... verkocht aan de reder J.J.van der Berg en hernoemd "Cornelis". (Kapitein Poldervaart.) ..10-p.60/64

 

Overige bijzonderheden

Nadat kapitein Ruige in 1867 het bevel over de "Hollandia" aan zijn opvolger, kapitein G.G.J.Westerveld, had overgedragen, vestigde hij zich op zijn geboorte-eiland Terschelling. Voordien was hij tijdelijk woonachtig geweest in Alblasserdam. Deze verplaatsing naar het eiland was kennelijk als blijvend bedoeld, maar het lot zou anders beslissen. In de periode, dat hij op Terschelling woonde, bekleedde kapitein Ruige verschillende openbare functies, waarvan zijn lidmaatschap van de gemeenteraad de belangrijkste was. Als raadslid ijverde hij sterk voor verbetering van het zeevaartkundig onderwijs en daarmee in verband staande voor de bouw van een zeevaartschool. In de raadsvergadering van 19 november 1871 vraagt Ruige om, in navolging van het buureiland Vlieland, ook op Terschelling zo spoedig mogelijk te zorgen voor een dergelijk instituut. Reeds in 1872 wordt er een commissie gevormd, die tot taak heeft de mogelijkheden om tot de bouw van een zeevaartschool te komen, nader uit te werken. Klaarblijkelijk loopt alles vrij vlot, want op 1 januari 1875 wordt de school geopend, waaraan Ruige ook enige tijd leraar zal zijn. In dat jaar zien we de heer Ruige nog benoemd als lid van de schoolcommissie. een toeziend orgaan van het zeevaartkundig onderwijs. Van 1869-1876 was kapitein Ruige lid van de plaatselijke commissie van het reddingswezen. Als kapitein Ruige in deze periode, door lenen aan een onbetrouwbare vriend, veel van zijn spaarpenningen verliest, is hij genoodzaakt in 1877 weer bij zijn vroegere rederij, de reders Craandijk & Dercksen te Amsterdam, te monsteren. Hij krjgt dan het bevel over de bark "Vesta" en voert dit schip tot 1880. In dat jaar koopt hij in Liverpool de bark "Springbok" en noemt het schip "Clara", naar zijn oudste dochter. De "Clara" krijgt Terschelling als thuishaven. Als kapitein-reder maakt hij met de "Clara" reizen naar Spanje, Afrika, Zuid-Amerika en Ned.West-Indië. In het begin van het jaar 1884 vertrekt kapitein Ruige van Amsterdam voor een reis naar Suriname. Zijn veertienjarige dochter smeekt hem dan de reis te mogen meevaren, wetende dat haar vader ziek is. Haar moeder geeft haar geen toestemming. In de "West" verergert de ziekte van kapitein Ruige en hij is genoodzaakt op Barbados zijn schip te verlaten. In Bridgetown wordt hij in een particulier ziekenhuisje opgenomen en verpleegd. Het mag niet baten. Op 18 maart 1884 sterft kapitein Ruige en de daaropvolgende dag wordt hij te Bridgetown begraven. Zij schip, de "Clara", wordt in december 1885 door zijn eerste stuurman thuisgevaren en ... verkocht aan de reder J.J.van der Berg, die het schip herdoopt in "Cornelis". In 1893 wordt het schip ... te Monster gesloopt010-p.60/64.

Het artikel in “Terschelling buitengaats” van Dekker & Rogge, 1972, bevat een foto van Cornelis Cornelisz Ruige.

(zie ook: "Het zeevaartkundig onderwijs op Terschelling" door P.van Leunen in Cornelis Douwe nr.17 juni/juli 1966 pp.328-337.

     Van 1859-1871 had Terschelling één rederij nl. W.W.Rotgans en J.G.Rotgans. Van 1872-1881 was Terschelling "rederloos", maar van 1881-1884 zien we kapitein C.C.Ruige als reder met zijn schip, de bark "Clara", ex "Springbok", 293 ton, gebouwd in 1862, aangekocht in Liverpool010-p.14.