Inloggen
WELTEVREDEN - ID 9604


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1837-02-24 / 1862-05-15 | Reden uitgevlagd: Verkocht naar het buitenland

Identification Data

Bouwjaar: 1837
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Bark
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Jan Smit, Slikkerveer, Zuid-Holland, Netherlands
Launch Date: 1836-11-18
Delivery Date: 1837-00-00
Technical Data

Gross Tonnage: 314.00 lasts
 
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1837
Datum agenda: 1837-02-24
Register nr: 18370043
Scheepsnaam: WELTEVREDEN
Type: Bark
Lasten: 314
Gebouwd in provincie: Zuid-Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Smit, F.
Plaats: Nieuw Lekkerland
Kapitein op moment van verzoek: Lupcke, J.C.F.
Opmerkingen: Eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1837-02-24 WELTEVREDEN
Manager: Fop Smit, Kinderdijk, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Fop Smit, Kinderdijk, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Kinderdijk / Netherlands

Ship Events Data

1836-11-28: Building History
01 december 1836
RC - Rotterdamsche Courant
Rotterdam, 30 november. Van de in het laatstleden voorjaar aan het Slikkerveer onder Ridderkerk opgerichte werf van de scheepsbouwmeester Jan Smit, is de 28e dezer geregeld te water gelopen het eerste op die werf gebouwde schip, zijnde een gekoperd barkschip, genaamd WELTEVREDEN, groot circa 400 lasten, gevoerd zullende worden door de kapt. J.C.F. Lupcke en bestemd voor de vaart op Oost-Indiƫ.
1840-02-28: Grounded
29 februari 1840
ZP - Zeepost
Het schip WELTEVREDEN, kapt. Lupcke, van Batavia naar Rotterdam, de 27e februari in Helvoet binnen, is de 28e dito op de Kwade Hoek aan de grond vastgeraakt. Hetzelve had Zr.Ms. stoomschip CERBERUS bij zich tot adsistentie, en men had lichters afgezonden om de lading te lossen.
1860-07-03: Damaged
04 september 1860
NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Rotterdam, 3 september. Kapt. Duinker, voerende het barkschip WELTEVREDEN, van Java naar Rotterdam, 30 juli te St. Helena aangekomen, meldt in dato 31 dito van daar, dat hij 3 juli op de bank van Agulhas in het gezicht van het land, door zwaar stormweder belopen is, dat tot de 9e aanhield. Hij verloor daarin de grootmars-zeilra en het barkzeil en gedeelte van de verschansing, terwijl het kombuishuis uit elkander geslagen en kombuis en grote boot uit hun sjorrings gerukt en over dek geslingerd werden, waardoor 5 man van de equipage min of meer gewond werden. Ook de ijzeren band om de kop van het roer barstte, zodat de stuurmachine onbruikbaar werd en door een hulp-stuurtoestel moest vervangen worden. Niettegenstaande het geweldig werken was het schip dicht gebleven en maakte niet meer dan 7 duim (opm: cm.) water per wacht.
1862-05-12: Sold to foreign country
21 juni 1862
JB - Javabode
Veilingen van schepen en scheepsparten:Te Amsterdam op 12 mei 1862: (o.a.)
WELTEVREDEN, kapt. Duinker, gebouwd in 1836, groot 336 gemeten lasten, aan een Noorse rederij.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Johann Carl Frederich Lupcke werd geboren op 19 juni 1789 in Liscau in Duitsland. Hij was luthers.

Hij was gehuwd met de Rooms-Katholieke Hendrika Vasse, geboren 18 oktober 1794 te Maassluis.

Hij overleed op 27 juli 1863 te Rotterdam aan de Kruiskade Wijk 14 nr. 594005.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.C.F.Lupcke was met vlagnummer R138 van 1828 t/m 1863 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058

J.C.F.Lupcke was in 1836 en 1852-1855 afwisselend commissaris van de maatschappij058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1863 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart (Maritiem Museum, Rotterdam)  wordt vermeld dat de “trekkende kapitein” J.C.F.Lupcke in 1863 is overleden058

 

De schepen van de kapitein

J.C.F.Lupcke was in 1840 gezagvoerder van de "Johanna Maria" (ruim 400 last), te water gelaten op 27 juni 1840 op de scheepswerf van Jan Smit Fopzoon aan het Slijkerveer te Ridderkerk voor reder J.R.Veder027.

 

In de Jaarverslagen 1849, 1851, 1855, 1858, 1859 en 1862 van het College staat kapitein J.C.F.Lupcke als gezagvoerder in de ledenlijsten maar zonder vermelding van schip en reederij058.

 

J.C.F.Lupcke Sr maakte de volgende reizen005:

*    J.J.van Speyk         1834               Hellevoetsluis - Batavia                                                     geen lading vermeld

*    Weltevreden           1837               Hellevoetsluis - Batavia - Rotterdam                               terug: koffie, suiker

                                        1839               Batavia - Hellevoetsluis                                                      geen lading vermeld

                                        1839               Hellevoetsluis - Batavia                                                     geen lading vermeld

                                        1840               Batavia - Hellevoetsluis                                                      geen lading vermeld

                                                                             18 februari 1840: raakt bij Kwaden Hoek aan de grond

 

Bouma025 vermeldt J.C.F.Lupcke als gezagvoerder gedurende:

*    1829 van de bark/galjoot “Kinderdijk”, gebouwd in 1828 te Alblasserdam, 234 ton o.m., varend voor J.Smit te Kinderdijk;

*    1830 t/m 1833 van de bark “Vier Gebroeders”, gebouwd in 1829 te Kinderdijk, 392 ton o.m., varend voor Bienfait & Zn te Amsterdam;

*    1834 t/m 1836 op het fregat “J.C.J. van Speyk”, gebouwd in 1834 te Kinderdijk, 512 ton o.m., varend voor F.Smit te Alblasserdam;

*    1838 t/m 1839 van de bark “Weltevreden”, gebouwd in 1836 te Kinderdijk, 635 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk;

*    1841 t/m 1855 op de bark “Johanna Maria”, gebouwd in 1840 te Slikkerveer, 666 ton o.m., varend voor J.R.Veder te Rotterdam; Uit de opgaven in de Jaarverslagen van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058 blijkt dat in ieder geval vanaf 1849 dit schip onder commando stond van J.C.F.Lupcke Junior, vlagnummer R237 - zie bij deze kapitein.

*    1849 t/m 1851 op de bark “Weltevreden”, gebouwd in 1836 te Kinderdijk, 635 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk

Bouma vermeldt bij  opgave van de “Weltevreden” geen initialen van Lupcke. Voorts is de periode een andere dan de reisperiode 1837-1840. De kapiteinsvermelding bij dit schip begint in 1842 (J.A.Bangma) en wellicht dat in de periode 1836/37 (de afvaart van dit schip) t/m 1841 inderdaad onze Lupcke kapitein is geweest.

      In dat geval zou de opgave omtrent de bark “Johanna Maria” op de zoon J.C.F.Lupcke slaan (zie aldaar).

*    1856 t/m 1863 van het 3/m schip “Helena & Anna”, gebouwd in 1855 te Stormpolder aan de IJssel, 862 ton, varend voor J.R.Veder & Zn te Rotterdam;

 

Overige bijzonderheden

J.C.F.Lupcke verzorgde per 18 augustus 1835 vanuit Hellevoetsluis met de “J.C.J. van Speyk” een troepentransport van 5 officieren en 99 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 24 december 1835065*.

 

 

Datum vanaf: 1837
Kapitein: Lupcke, Johan Carl Frederich
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Berend Harms Meijerhoff werd geboren ca. 1795 te Emden als zoon van Harm Berends Meijerhoff en Catharina Jans Backern.

Hij trouwde op 31 december 1823 te Rotterdam met Johanna Fokkelina Hulshoff, geboren te Rotterdam ca 1800 als dochter van Gerrrit Hulshoff en Margrita van Moerbeek. Johanna Fokkelina overleed op 07 september 1857 te Rotterdam, 56 jaar als weduwe.van Barend Marius Meijerhoff.

 

Rotterdamsche Courant 30 maart 1841114

Advertentie. Op de 25e dezer overleed, na een smartelijk doch kortstondig lijden, mijn geliefde echtgenoot, B.H. Meijerhoff, in leven kapitein van het onlangs van Batavia gekomen barkschip WELTEVREDEN, in de ouderdom van 45 jaren, mij nalatende twee kinderen, te jong om hun verlies te beseffen.

Rotterdam, 28 maart 1841, J.H. Hulshoff, Wed. B.H. Meijerhoff.

 

 

 

Rotterdamsche  Courant 30 maart 1841

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

B.H..Meijerhoff was met vlagnummer R114 in de periode 1835 t/m 1841 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1841 van het College (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat B.H.Meijerhoff in 1841 is overleden. In hetzelfde Jaarverslag staat dat zijn weduwe en twee kinderen een uitkering en schoolgeld kreeg van f 150,30 voor 9 maanden058

In het Jaarverslag 1849 van het College staat in de Rekening van Ontvangst en Uitgaaf vermeld dat de weduwe B.H.Meijerhoff een uitkering krijgt van f 200,- voor onderstand en schoolgeld van haar en twee kinderen In 1851 en 1855  is de uitkering voor haar en één kind f 177,80 resp f 170,-058.

 

De schepen van de kapitein

Geen

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1838
Kapitein: Meijerhoff, Berend Harms

Familiegegevens en opleiding

J.E.Bangma werd (vermoedelijke) geboren te Vlissingen005.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.E.Bangma was met vlagnummer R169 in de periode 1839 t/m 1854 lid voor de vlag van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Een vlaggelid had wèl het echt tot het voeren van de nummervlag, maar had geen aanspraak op financiële tegemoetkomingen.058.

In het Jaarverslag 1839 van het College (Maritiem Museum, Rotterdam) staat zijn toetreding vermeld maar “alleen tot het voeren der Nommervlag”058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen 1849 en 1851 wordt kapitein J.A.Bangma met vlagnummer R169 als vlaggelid vermeld, maar zonder opgave van schip en reder058.

 

Bouma025 vermeldt J.A.Bangma als gezagvoerder gedurende:

*    1831 t/m 1833 van de bark/galjoot “Kinderdijk”, gebouwd in 1828 te Alblasserdam, varend voor J.Smit te Kinderdijk;

*    1838 t/m 1839 van de bark “Adelaar”, gebouwd in 1835 te Kinderdijk, 221 ton o.m., rederij niet vermeld;

*    1841 van het 3/mschip “J.C.J. van Speyk”, gebouwd in 1834 te Kinderdijk, 512 ton o.m., varend voor F.Smit te Alblasserdam;

*    1842 t/m 1848 van de bark “Weoltevreden” gebouwd in 1836 te Kinderdijk, 635 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk.

 

In het Archief van de Waterschout te Amsterdam011a bevinden zich monsterrollen op naam van Jan Albert Bangma als gezagvoerder van de “Kinderdijk” dd 15 juli 1836; 05 augustus 1837 en 30 oktober 1837.

 

Overige bijzonderheden

Geen.

 

 

Datum vanaf: 1842
Kapitein: Bangma, Jan Albert

Familiegegevens en opleiding

Anthonie Lupcke werd geboren op 20 maart 1827 te Rotterdam als zoon van de Rooms-Katholieke Johan Karel Frederik Lupcke en Hendrika Vasse. Hij woonde te Rotterdam o.a. aan de Kruiskade Wijk 14 nr. 593.

Hij trouwde op 26 augustus 1857 te Rotterdam met Cornelia Rietmeyer, geboren op 10 augustus 1838 te Noordwijk als dochter van de Rooms-Katholieke Floris Rietmeyer, koopvaardijkapitein (zie aldaar)

Hij overleed te Rotterdam aan de Westwagenstraat op 15 september 1886005

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

A.Lupcke was met vlagnummer R269 in de periode 1849 t/m 1856 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart en in 1863 t/m 1867 vlaggelid met nummer R269. Het vlaggelidmaatschap betekende dat men wèl de nummervlag mocht voeren, maar geen recht had op financiële tegemoetkomingen058

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1867 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij voor het lidmaatschap voor de vlag heeft bedankt maar honorair lid is geworden

 

De schepen van de kapitein

.

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein A.Lupcke met vlagnummer R269 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1849                                      van de bark “Weltevreden”              314 last     varend voor F.Smit te Kinderdijk

*    1851                                      van de bark “Pictura”                        372 last     varend voor F.Smit te Kinderdijk

*    1855                                      van de bark “Jannetje”                      345 last     varend voor F.Smit te Kinderdijk

 

De "Noach" van Reeder Fop Smit maakte 13 uit- en thuisreizen naar Indië. De eerste 4 reizen stonden onder commando van kapitein P.Wierikx (zie aldaar) en reis 5 onder J.R.Ulrich. De volgende twee onder kapitein A.Lupcke:

reis 6      17 mei 1865 van Brouwershaven; 19 augustus 1965 te Batavia                  93 dagen

                29 oktober 1865 van Batavia; 19 januari 1866 te Brouwershaven               83 dagen

reis 7      29 april 1866 van Brouwershaven; 08 juli 1866 te Batavia                          71 dagen

                13 september 1866 van Batavia; 08 december 1866 te Brouwershaven     87 dagen

Deze zesde reis was snel waarbij nog kan worden vermeld dat op het Kaapse Rif de grote bramsteng en de bakspier verloren gingen waardoor vanzelf vaartvermindering ontstond tijdens de vernieuwingen en het herstel026(38/133).

 

Bouma025 vermeldt A.Lupcke als gezagvoerder gedurende:

*    1849 t/m 1851 op de bark “Weltevreden”, gebouwd in 1836 te Kinderdijk, 635 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk;

*    Niet op de “Pictura”, maar volgens van Sluijs013 heeft hij in de periode 1851 t/m 1853 de bark “Pictura”, gebouwd in 1850 te Dordrecht, 700 ton o.m., gevaren voor Fop Smit te Kinderdijk;

*    1854 t/m 1861 op de bark “Jannetje”, gebouwd in 1853 te Slikkerveer, 654 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk;

*    1863 t/m 1864 op de bark “Jannetje”, gebouwd in 1853 te Slikkerveer, 654 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk;

*    1866 t/m 1867 op het 3/m schip ” Noach I”, gebouwd in 1857 te Kinderdijk, 892 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk.

 

 

 

Overige bijzonderheden

A.Lupcke vervoerde per 06 december 1858 vanuit Hellevoetsluis met de “Jannetje” een transport van 4 officieren en 125 manschappen naar Indië. Hij arriveerde te Batavia op 09 april 1859 na een reis van 124 dagen.

Per 17 mei 1865 vertrok A.Lupcke vanuit Brouwershaven met de “Noach” en een detachement van 3 officieren en 150 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 19 augustus 1865 na een reis van 94 dagen.

A.Lupcke vervoerde per 29 april 1866 vanuit Brouwershaven met de “Noach” een detachement van 3 officieren en 151 manschappen naar Indië. Hij arriveerde op 11 juli 1866 te Batavia na een reis van 73 dagen. Onderweg overleden 2 manschappen065.

 

In het boek “De Clippers”,Een Nieuwe geschiedenis van de snelste Nederlandsche zeilschepen uit de tweede helft der 19e eeuw” doorAnno Teenstra, Uitg. Holdert & Co, Amsterdam, 1945, 306 pp staat op de pp 91-92 de volgende passage:

“Ulrich had de Noach slechts voor één uit- en thuisreis. In 1865 stond hij zijn plaats af aan A.Lüpcke die voor de eerste maal op 17 Mei met het schip zee koos en 7 Augustus te Batavia aankwam. Met 93 dagen van haven tot haven en 85 dagen van land tot land had de Noach zijn prestatie van het vorig jaar herhaald. Lüpcke’s eerste thuisreis werd, wat de duur betreft, eveneens een herhaling van een vroegere thuisreis, want de Noach liep in 83 dagen over naar Brouwershaven, net als in 1858 en 1861. …

In datzelfde jaar (1866) maakte de Noach een uitermate snelle uitreis. Geheel afgeladen, voor en achter precies even diep stekend, met een bemanning van 27 koppen vertrok hij den 29sten April van Brouwershaven. Reeds den 19den dag werd de Linie gepasseerd. Den 41en dag Kaap de Goede Hoop. Voorbij de Kaap werd de clipper door een zwaren storm beloopen, waarbij een der balspieren en de groot bramsteng verloren gingen. In den nacht van 5 Juli werd voor Straat Sunda bijgedraaid. 6 Juli werd Anjer gepasseerd en 8 Juli werd Batavia bereikt. In 71 dagen was de Noach overgeloopen, 65 dagen van land tot land. Opnieuw een record, dat door geen Nederlandsch zeilschip ooit geslagen werd. … Nadat Lüpcke … was thuisgevaren droeg hij het commando over aan J.C.F.Looijen

p.130: Kapitein Lüpcke vier in 1866 van Anjer naar Kaap de Goede Hoop in de recordtijd van 28 dagen.

 

Zierikzeesche Courant dd 20 februari 1864

Op 16 februari 1864 is te Brouwershaven binnengekomen de “Jannetje” onder kapitein A.Lupcke van Batavia naar Rotterdam. Passagiers waren de heren A.J.Crossr en C. Schuijtenberg Versteeg, luitenat ter Zee; 4 jongeheren, 3 onderofficieren en 27 militairen.

 

 

Datum vanaf: 1849
Kapitein: Lupcke, Anthonie

Familiegegevens en opleiding

Hendrik Teerlink werd geboren in 1818 te Dordrecht als zoon van Hendrik Teerlink en de ongehuwde Maria van Limmen.

Hij overleed op 25 juni 1864 te Dordrecht.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.Teerlink was met vlagnummer R313 in de periode 1851 t/m 1864 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

H.Teerlink wonend te Dordrecht was met vlagnummer 74 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” in de periode 28 augustus 1851 t/m zijn overlijden op 24 juni 1864. Ten tijde van zijn inschrijving was hij gezagvoerder van de bark “Weltevreden”.111 en 64a

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1864 van het College (Maritiem Museum, Rotterdam) wordt vermeld dat hij in 1864 is overleden058.

 

In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” staat op 31 juli 1851 de storting van f 15,- door kapitein H.Teerlink als entreegeld voor lidmaatschap van het college.064b

 

De schepen van de kapitein

In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat J.Anokkee als gezagvoerder064a:

*   1852                                               bark “Weltevreden”                       boekhouder Fop Smit, Kinderdijk

*   1853 t/m 1858                              bark “Weltevreden”                       boekhouder Fop Smit, Mieuw-Lekkerland

*   1859; 1861                                    bark “Ridderkerk”                         boekhouder Fop Smut, Kinderdijk

 

In de Jaarverslagen van het College staat kapitein H.Teerlink met vlagnummer R313 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*   1851, 1855, 1858 van de bark “Weltevreden”  314 last                   varend voor F.Smit te Kinderdijk

*   1859, 1862, 1863 van de bark “Ridderkerk”    399 last                   varend voor Fop Smit a/d Kinderdijk

 

Bouma025 vermeldt H.Teerlink als gezagvoerder gedurende:

*   1852 t/m 1858 van de bark “Weltevreden”, gebouwd in 1836 op de werf van Fop Smit te Kinderdijk, 635 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk. Van Blokland-Visser064 meldt een aanmonstering als kapitein op 25 juli 1851.

*   1859 t/m 1864 van de bark “Ridderkerk”, gebouwd in 1858 op de werf Fop Smit te Slikkerveer, 754 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk.

 

Overige bijzonderheden

Op 19 maart 1859 vertrok van Brouwershaven de bark "Ridderkerk" van Fop Smit onder kapitein H.Teerlink naar Melbourne waar hij na 110 dagen reis arriveerde026(038/048).

Op 06 juli 1862 vertrok van Batavia de "Jannetje" onder kapitein Teerling en arriveerde in Nederland op 17 oktober 1862 na een reis van 102 dagen026(38/330).

H.Teerlink vervoerde per 22 februari 1862 vanuit Brouwershaven met de “Ridderkerk” 1 landmachtofficier. Hij arriveerde te Batavia op 01 juli 1863 na 129 dagen065.

 

 

Datum vanaf: 1851
Kapitein: Teerlink, Hendrik

Familiegegevens en opleiding

Jan Duinker is geboren op 26 augustus 1825 in Den Hoorn op Texel als zoon van Jan Pieterz. Duinker en Antje Daniels Daniels Kikkert.

Hij trouwde op 18 januari 1855 als zeeman met Stijntje Zunderdorp, geboren ca. 1827 te Texel als dochter van de commies der posterijen Jan Zunderdorp en Antje de Waard. Stijntje overleed op 17 april 1880 te Texel, 53 jaar, weduwe.

In een akte van een kind in 1864 wordt Jan vermeld als gezagvoerder op de koopvaardij.

Jan overleed op 23 april 1870 op de Atlantische Oceaan op 40'48" NB en 29'50" WL.aan boord van het fregat “Voorlichter”, 44 jaar.

 

NOTITIES BIJ JAN DUINKER

Huwelijksakte Stijntje Zunderdorp-Jan Jansz Duinker (BS Texel; huwelijksacten 1853-1862; acte 1).

Rijksarchief Haarlem, Kleine Houtweg 18, Haarlem 2012 CH, Catalogusnummer: BS Texel; huwelijksacten 1853-1862;

acte 1.

Heden den achttienden January Achttienhonderd Vijf en Vijftig, zijn voor ons ondergeteekende , Ambtenaar van den burgerlijken stand der Gemeente Texel in het huis derzelve gemeente, verschenen, ten einde een huwelijk aan te gaan, Jan Jansz Duinker, oud negen en twintig jaren, Zeeman, geboren alhier, wonende aan den Helder, meerderjarige Zoon van Jan Pieters Duinker en van Antje Damelser Kikkert, beide overleden, ter eene, en Stijntje Zunderdorp, oud achtentwintig jaren, zonder beroep, geboren en wonende alhier, meerderjarige dochter van Jan Zunderdorp, commies der posterijen, en Antje de Waard, zonder beroep, echtelieden, alhier, ter andere Zijde. Zijnde de huwelijksafkondigingen alhier onverhinderd geschied den Zevenden en veertienden dezer maand.-

En hebben zij tot dat einde aan ons overlegd, vooreerst: de akten waaruit blijkt, dat de huwelijksafkondigingen in de Gemeente Helder, ook Onverhinderd hebben plaats gehad.

Ten Tweede: de acten van Geboorten; ten derde: een Certificaat van voldoening aan de nationale Militieten vierden: de doodacten van de ouders des bruidegoms.

De ouders der bruid alhier tegenwoordig hebben ons verklaard in dit huwelijk toe te stemmen

Waarna wij hun hebben afgevraagd of zij elkander aannamen tot echtgenooten, en getrouwelijk alle pligten zullen vervullen, welke door de Wet aan den huwelijken staat verbonden zijn: hetwelk door hen,uitdrukkelijk met Ja beantwoord zijnde, hebben wij in de naam der Wet uitspraak gedaan, dat zij door het huwelijk zijn vereenigd: In tegenwoordigheid van Lammert Zunderdorp, oud Zesentwintig jaren, Burgemeester te Vlieland, broeder van de bruid; Pieter Jan Duinker, Kapitein der Sleepboot, aan den Helder, broeder van den Bruidegom, oud Zesendertig jaren,- Teunis Hets, oud een en veertig jaren, Stoomboot Kapitein, en van Anthon Diderick Deigt?, oud achtentwintig jaren, makelaar, wonende binnen deze gemeente

En is hiervan door ons opgemaakt deze akte, welke na voorlezing, door ons, de Comparanten en de getuigen is onderteekend.

Jan Jz Duinker LZunderdorp

Stijntje Zunderdorp

P.J.Duinker De Ambtenaar voornoemd.JZunderdorp T:hets

Antje de Waard ? P:Keiiser.sz

In de marge staat nog de vermelding: aang: no. 1 en afkon. no. 1 en 2

Hij woonde op 18 januari 1855 in Den Helder.

Hij is overleden op de Atlantische Oceaan op 40'48" NB en 29'50" WL.

Uit: http://www.genealogieonline.nl/stamboom-remmerswaal/I243.php

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.J.Duinker was met vlagnummer R152 in de periode 1858 t/m 1870 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein J.J.Duinker met vlagnummer R152 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1858, 1859            van de bark “Weltevreden”               335 last    varend voor Fop Smit aan de Kinderdijk

*    1862, 1863            geen vermelding van schip en boekhouder

*    1864 t/m 1867      van het fregat “Dageraad”                 380 last    varend voor Fop Smit aan de Kinderdijk

 

Bouma025 vermeldt J.J.Duinker als gezagvoerder gedurende:

*    1859 t/m 1862 op de bark “Weltevreden”, gebouwd in 1836 te Kinderdijk, 635 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk. Het schip werd in 1862 verkocht naar Noorwegen;

*    1866 op het 3/m schip “Dageraad”, gebouwd in 1861 te Slikkerveer, 724 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk;

*    1867 t/m 1869 op hetzelfde schip maar nu varend voor J.Smit te Slikkerveer;

*    1870 van het fregat “Voorlichter”, gebouwd in 1869 te Slikkerveer, 2034 ton o.m., varend voor J.Smit te Slikkerveer.

 

Overige bijzonderheden

Op 06 december 1861 vertrok van Soerabaja de bark "Weltevreden" van rederij Fop Smit onder J.J.Duinker, passeerde op 06 februari 1862 St.Helena en arriveerde 03 april te Brouwershaven na een reis van 118 dagen026(38/330).

 

Zierikzeesche Courant 19 maart 1864114

Op 16 maart 1864 is te Zierikzee binnengekomen de “Dageraad”, kapt. J.J.Duinker, komend van Rotterdam en met bestemming Batavia. Het schip voer uit op 17 maart 1864.

 

NRC 09 februari 1866114

Brouwershaven, 8 februari. Het alhier van Batavia gearriveerde Nederlands schip DAGERAAD, kapt. Duinker, heeft op de rede beide ankers verloren en is naar Dijkwater verzeild. De sleepboot HELLEVOETSLUIS en een schokker zijn met een anker ter assistentie derwaarts vertrokken.

 

NRC 01 april 1866114

Schepen in lading te Rotterdam…..

- Naar Batavia. Het Nederlandse fregat DAGERAAD, kapt. J.J. Duinker. Adres: Hudig & Pieters…..

 

Algemeen Handelsblad Rotterdam 25 mei 1867114.

Hedenmorgen ten ongeveer 10 ure is onder Slikkerveer aan de Scheepstimmerwerf van de Heer Jan Smit Fzn met de beste gevolg te water gelaten het clipperfregatscchip NOACH II, groot circa 550 gemeten lasten. De bodem voornamelijk op passagiersvervoer gerekend evenals de NOACH I, welke door eene serie van vlugge reizen zich een der snelste zeilers heeft betoond, waarop de Nederlandsche Koopvaardijvloot zich mag beroemen, is gebouwd voor rekening van onze stadgenoot de Heer Fop Smit Jr. en zal reeds medio Augustus tot vertrek gereed zijn. Na het afloopen van de NOACH II werd op dezelfde werf de kiel gelegd voor een schip groot ongeveer 1200 gemeten lasten, hetwelk den naam zal voeren van VOORLICHTER en gebouwd zal worden voor rekening van bovengenoemde Heer Jan Smit Fzn te Slikkerveer.

 

Algemeen Handelsblad Batavia 10 october 1869114

Des middag van 23 dezer arriveerde voor de eerste maal ter dezer Reede het 3 mast klipperschip VOORLICHTER, Kapitein Duinker, op 3 Juli van Brouwershaven vertrokken. Dit schip het grootste van de Nederlandsche Koopvaardijvloot meet 2270 ton en werd door J.Smit te Slikkerveer, gemeente Ridderkerk, voor eigen rekening gebouwd. Het vaartuig komt hier op avontuur en bragt herwaarts over een detachement sterk 170 man (82 dagen reis).Tegelijk met de  VOORLICHTER kwam alhier aan het schip JASON, Kapitein Rusman, den 18 de Junij van Rotterdam vertrokken aanbrengende een detachement van 150 man (97 dagen reis).

 

Provinciale Groninger Courant 15 juli 1870114

Amsterdam, 13 juli. Het schip VOORLICHTER, kapt. Duinker, van Batavia te Rotterdam aangekomen, is gisteren aan de Wilhelminakaai liggend op zijde gevallen. De lading was des avonds nagenoeg gelost, doch er zijn nog ongeveer 200 schuitjes tin aan boord. Het schip lag met de verschansing onder water en met de masten op de kade.

 

 

Datum vanaf: 1858
Kapitein: Duinker, Jan Janz

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1838-04-02
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: WELTEVREDEN
Schipper: Lupeke, Jan Christiaan
Scheepstype: bark
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen
Afbeeldingen


Omschrijving: WELTEVREDEN, te Batavia. Aquarel gemaakt in 1863,, gezagvoerder J.J. DUINKER (vlagnummwer R152)
Collectie: Nederlands Scheepvaart Museum - Amsterdam
Vervaardiger: Spin, Jacob
Onderwerp: Havenopname
Algemene informatie

1837

RC 14 februari 1837
Te Rotterdam in lading liggende schepen naar: Batavia, met zeer goede inrichtingen voor passagiers:Het nieuw gebouwd en gekoperd barkschip WELTEVREDEN, kapt. J.C.F. Lupcke, hebbende uitmuntende inrichtingen tot vervoer van passagiers, vertrekt den 6 maart.Adres ten Kantore van W. Smith & Co, cargadoors.
RC 16 maart 1837
Rotterdam 15 maart. Den 14 dezer zeilden KLAZINA EN DIRKJE, A. Schilperoord, naar Lissabon; NEPTUNUS, W.A. Bakker, naar Liverpool; de VROUW CATHARINA, G.K. Wijkmeyer, naar Londonderry; J.C.J. VAN SPEYK, W.A. Smits, WELTEVREDEN, C.F. Lupcke, en het VERTROUWEN, W.B. Bakker, naar Batavia. De wind N.O.
JC 21 juni 1837
Batavia, 18 juni. Heden zijn hier aangekomen het Nederlandse schip NEERLANDSINDIE, kapt. J.G. Veening, met vier passagiers, vertrokken van Amsterdam de 14e maart, de dito bark WELTEVREDEN, kapt. J.C.F.
Lupcke, met een passagier, vertrokken van Rotterdam de 14e maart, het dito schip de JONGE ADRIANA, kapt. C.F. Hempel, vier passagiers en Zr.Ms. troepen, vertrokken van Rotterdam de 19e januari, en de dito bark NICKERIE, kapt. F.A. Bunnemeijer, vertrokken van Rotterdam de 1e maart.
RC 14 oktober 1837
Te Batavia zijn gearriveerd de Nederlandse schepen VROUW HENDRIKA en NEÊRLANDS-INDIË van Amsterdam, WELTEVREDEN, de JONGE ADRIANA en NICKERIE van Rotterdam.
RC 05 december 1837
Rotterdam, 4 december. Volgens rapport van de zeeloodsen zijn met loodsen aan boord voor de wal de schepen GENERAAL CHASSÉ, M. Harkema, en WELTEVREDEN, C.F. Lupcke, beide van Batavia komende. Door de loodsboot no. 2 zijn van eerstgemelde 320 balen koffij aangebragt.
RC 12 december 1837
Rotterdam, 11 december. Den 9 dezer arriveerde HOOP, G. Siebertz, van Antwerpen, ALIDA, H.F. Deddes, van Guernsey, en WELTEVREDEN, C.F. Lupcke, van Batavia, en AMPHITRITE, H.C.Krull, door tegenwind terug uit zee (opm: en 10 december weer vertrokken).

1838

DC 27 januari 1838
Van Rotterdam meldt men, dat de RHOON EN PENDRECHT binnen de haven in veiligheid was gebracht. De WELTEVREDEN van Alblasserdam lag nog aan het eind der Boompjes ingevroren.
JC 04 augustus 1838
Batavia, 31 juli. Heden zijn hier aangekomen de Nederlandse bark WELTEVREDEN, kapt. Lupcke, met een aantal passagiers, vertrokken van Rotterdam de 23e april,

1839

DC 31 januari 1839
Dordrecht, 30 januari. Volgens berigt van Vlissingen is aldaar den 26 dezer binnengelopen het barkschip WELTEVREDEN, kapt. C.F. Lupke, komende van Batavia en bestemd naar Rotterdam.
ZP 16 december 1839
De 24e augustus lagen ter rede van Batavia de schepen NEHALENNIA, kapt. Verster, HET GOEDE VERTROUWEN, kapt. Bakker, WELTEVREDEN, kapt. Lupcke, EVERHARD, kapt. Stille, THEODOOR KORNER, kapt. Bringeman en FAVORITE, kapt. Arians.

1840

ZP 27 januari 1840
Volgens brief van Batavia van de 9de oktober zouden van daar vertrekken de schepen STAD THIEL, kapt. Chevalier en WELTEVREDEN, kapt. Lupcke, welke dagelijks van Samarang werden verwacht om dadelijk geëxpedieerd te worden, het eerste naar Amsterdam en het tweede naar Rotterdam, nog lading aldaar in lading de schepen ONDERNEMING, kapt. Kleijn voor Amsterdam en SIR CHARLESFORBES, kapt. Laing voor Hamburg.
ZP 01 februari 1840
De schepen WELTEVREDEN, kapt. Lupcke, van Batavia naar Rotterdam en JACOB CATS, kapt. Dercks, van dito naar Dordrecht l. v. Brouwershaven, waren de 31ste januari te Helvoet voor de wal.
ZZC 11 februari 1840
Brouwershaven, 9 februari. Heden binnengekomen het Nederlandse barkschip WELTEVREDEN, kapt. J.C.F. Lupke, van Batavia naar Rotterdam. Volgens onderscheidene ingekomen berichten is de Noordzee als overdekt met planken, stukken hout, gebroken masten, enz. Verschillende wrakken zijn er drijvende gezien; treurige bewijzen van de schrikbarende verwoestingen, welke de jongste stormen hebben aangericht.
PGC 25 februari 1840
Het schip WELTEVREDEN, kapt. Lupcke, van Batavia naar Rotterdam, laatst van Brouwershaven, is de 19 febr. ter rede van Brouwershaven teruggekomen.

1841

AH 16 maart 1841
Helvoetsluis, 14 maart. Het schip WELTEVREDEN, kapt. Meijerooff (opm: B.H.Meyerhoff), is, na twee lichters gelost te hebben, gisteren in vlot water en op het Kanaal gekomen.
RC 16 maart 1841
Rotterdam, 15 maart. De 12e dezer, des namiddags, arriveerden te Helvoetsluis SARA LYDIA, kapt. B. van der Tak; NEÉRLANDS KONING, kapt. M. Schaap, JOHANNA CORNELIA, kapt. H.G. Henrichs, en WELTEVREDEN, kapt. B.H.Meyerhoff, eerstgemelde laatst van Brouwershaven; zijnde de laatstgenoemde op het Pampus aan de grond gezeild.
AH 07 oktober 1841
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading voor passagiers en goederen naar Batavia het Nederlands gekoperd barkschip WELTEVREDEN, kapt. J.A. Bangma, om de 11e dezer te vertrekken. Adres ten kantore van Smith &Co.

1842

JC 09 februari 1842
Batavia, 7 februari. Gisteren zijn alhier aangekomen de Nederlandse bark J.C.J. VAN SPEIJK. Kapt. H. Nioltee, van Rotterdam de 3e oktober, de Nederlandse bark WELTEVREDEN, kapt. J.A. Bangma, van Rotterdam de 28e oktober, en het fregat GERARDUS JACOBUS, kapt. H.B.C.H. Ruijsch, met enige passagiers van Rotterdam de 2e november.

1843

RC 07 september 1843
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading, naar Batavia, het Nederlands gekoperd barkschip WELTEVREDEN, kapt. J.A. Bangma, hebbende uitmuntende inrichtingen voor passagiers, om de 15e dezer te vertrekken. Adres ten kantore van Smith & Co.

1844

JC 06 januari 1844
Batavia, 3 januari. Heden zijn hier aangekomen de Nederlandse bark WELTEVREDEN, kapt. J.A. Bangma, de 19e september van Rotterdam vertrokken, de dito bark MAXIMILIAAN THEODOOR, kapt. D. Boelhouwer, met drie passagiers, de 23e september van Amsterdam vertrokken, en het dito schip GEERTRUIDA MARIA, kapt. C. Spiegelberg, met een passagier, de 22e september van Amsterdam vertrokken.

1845

DC 15 mei 1845
Dordrecht, 14 mei. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende schepen, als: (o.a.) Voor Rotterdam: de HENDRIKA, kapt. J. Admiraal; TERNATE, kapt. S. van de Koppel; KOLONEL KOOPMAN, kapt. H.G. Pott; JONGE JAN, kapt. B.A.Tange; VRIENDSCHAP, kapt. F.W.E. Schuchard; MADURA, kapt. P. Nap; SOURABAIJA, kapt. F. Poodts; THÉRÉSIA, kapt. M.A. Smits; WELTEVREDEN, kapt. J.A. Bangma.
JC 27 september 1845
Batavia, 25 september. De 24e dezer zijn hier aangekomen de Nederlandse bark BORNEO, kapt. C.C. Hansen, vertrokken van Rotterdam de 15e juni, de dito dito WELTEVREDEN, kapt. J.A. Bangma, vertrokken van dito de 1e juni, en de dito dito HONGKONG, kapt. D. Smit, vertrokken van dito de 15e juni.

1846

DC 28 maart 1846
Het schip WELTEVREDEN, kapt. J.A. Bangma, van Batavia naar Rotterdam, is op 18 januari, met schade aan het roer, in de Tafelbaai binnengelopen.

1847

DC 01 mei 1847
Dordrecht, 30 april. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende dertig schepen als: (o.a.) Voor Rotterdam: TERNATE, kapt. T. Cars, Fz.; MÉNADO, kapt. J.R. Rijken; SOURABAIJA, kapt. A.M. Swarts; PRINSES MARIANNE, kapt. J.A. Scott; KOLONEL KOOPMAN, kapt. H.G. Pott; HENDRIKA, kapt. J. Admiraal; WELTEVREDEN, kapt. J. Bangma; KENAU HASSELAAR, kapt. P.S. Schuil; GENERAAL CHASSÉ, kapt. J.M. de Winter; PADANG, kapt. M.W. Zwart; ADMIRAAL VAN KINSBERGEN, kapt. A. Glazener.
JC 01 mei 1847
Batavia, 6 september. Heden zijn hier aangekomen het Nederlandse schip MENADO, kapt. R.J. Rijken, met negen passagiers, de 23e mei vertrokken van Rotterdam, de dito bark WELTEVREDEN, kapt. J.A. Bangma, de 27e mei vertrokken van Rotterdam, het dito schip MIDDELBURG, kapt. M. Rooderkerk, de 27e mei vertrokken van Middelburg, en de dito brik ALIDA WILLEMINA, kapt. K. Latjes, de 22e april vertrokken van Amsterdam.

1848

JC 20 december 1848
Batavia, 18 december. Gisteren is hier aangekomen de dito bark WELTEVREDEN, kapt. J.C.T. Lupcke, de 25e augustus vertrokken van Liverpool.

1849

DC 06 oktober 1849
Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende vier schepen, als: (o.a.) Voor Rotterdam: WELTEVREDEN, kapt. A. Lupcke; DELFT, kapt. B.J. Muller.

1850

JC 03 april 1850
Samarang. Vertrokken.26 maart. De Nederlandse bark WELTEVREDEN, kapt. A. Lupcke, naar Soerabaja.

1852

NRC 21 maart 1852
Rotterdam, 20 maart. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 22 schepen als: (o.a.) Voor Rotterdam: VROUW JOHANNA, kapt. C. v.d. Hoeven; DEN ELSHOUT, kapt. P.F. Rijken; DOGGERSBANK, kapt. J.M. Jansen; JOHAN JACOB, kapt. L. van Geelkerken; BANCA, kapt. B.C. ten Ham; WELTEVREDEN, kapt. H. Teerlink; ROTTERDAM, kapt. P. Vis; OLIVIER VAN NOORD, kapt. O. Kievyt; FOP SMIT, kapt. K.J. Swart; MARIA ANNA, kapt. L.G. Verbeek.

1853

NRC 22 april 1853
Rotterdam, 21 april. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de volgende 29 schepen: (o.a.)
Voor Rotterdam: WELTEVREDEN, kapt. H. Teerling, WATERGEUS, kapt. W.H. Kramer, JACOBA, kapt. F.J. Bource Wells, BROUWERSHAVEN, kapt. P. Janzen, CANTON, kapt. H.J. Tweehuis, STAD ’s GRAVENHAGE, kapt. C.J.N. Blok, EVERDINA ELISABETH, kapt. C.J. Tonjes, VALPARAISO, kapt. J. v.d. Meyden, PANTALON, kapt. M.F. Remmers, ERASMUS, kapt. H.F. Scharper, MARIA ANNA, kapt. L.G. Verbeek.
NRC 16 november 1853
Batavia, 24 september. Het schip WELTEVREDEN, kapt. Teerling, van Rotterdam alhier aangekomen, is lek en moet repareren alvorens te kunnen laden.

1854

NRC 23 mei 1854
Rotterdam, 22 mei. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de volgende 31 schepen: (o.a.) Voor Rotterdam: LUCONIA, kapt. E.J. Bödeker; RIJSWIJK, kapt. J.R.N.J. Bijl; JACOBA CORNELIA, kapt. G.H. Lodewijks; ADMIRAAL ZOUTMAN, kapt. P.D. Nap; PRINCES MARIANNE, kapt. F. Rietmeijer; INDIA, kapt. R.J. Rijken; NEERLANDS KONINGIN, kapt. C. Vonk; JUNO, kapt. J.O. Kluin; BORNEO, kapt. C.C. Hansen; BROUWERSHAVEN, kapt. P. Jansen; ERASMUS, kapt. H.F. Scharper; BATAVIA, kapt. J.A. Bartholomeus; WELTEVREDEN, kapt. H. Teerlink.

1856

NRC 30 juli 1856
Cargalijsten. Te Rotterdam arriveerden: - Schip WELTEVREDEN, kapt. H. Teerling, van Akyab (opm: Sittwe), met 8469 balen rijst. Adres: order.

1857

NRC 30 augustus 1857
Soerabaija, 20 juni. Scheepsvrachten. De WELTEVREDEN is voor Nederland bevracht tot NLG 80 voor suiker en rijst, en de SALATIGA tot NLG 80 voor rijst en suiker, NLG 85 voor tabak en NLG 90 voor huiden.
NRC 30 augustus 1857
Batavia, 9 juli. Scheepsvrachten. WELTEVREDEN, bekwam NLG 80 voor rijst en suiker van Soerabaja naar Nederland

1858

NRC 18 mei 1858
Rotterdam, 17 mei. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 30 schepen, als: (o.a.) Voor Rotterdam: ADMIRAAL VAN KINSBERGEN, kapt. T.J.J. Bouman; WELTEVREDEN, kapt. H. Teerlink; SOURABAYA, kapt. A.M. Swarts; TRIJNTJEFENNA, kapt.T.F. des Ruelles; CATHARINA MARIA, kapt. N.N, GUURTJE EN MARIA, kapt. T.J. Bourse Wils; JOHANNES LODEWIJK, kapt. A.H. van de Waal; ORION, kapt. C.M. Borghorst, van Dort; PROTEUS, kapt. N. Kikkert, van Schiedam; H. VINCENTIUS VAN PAULO, kapt. K.H. de Groot, van Schiedam; HENRIETTE ELIZABETH SUZANNA, kapt. N.N, van Schiedam.

1860

NRC 07 juni 1860
Batavia, 23 april. De vrachten blijven in een zeer vaste positie verkeren. In de laatste dagen bespeurde men enige vraag voor scheepsruimte zo voor Nederland als China. Enige van de Bonische schepen zijn teruggekomen. Sommigen daarvan vonden hun charterpartij van de Nederlandsche Handel-Maatschappij, anderen wachten die af, terwijl nog anderen moeten repareren, zodat dit geen of weinig invloed op onze markt uitoefent. In China, Manilla en Singapore is scheepsruimte ook schaars en gezocht, wij zullen dus spoedig hogere vrachten voor Nederland en China te vermelden hebben.
Sedert het vertrek van de laatste mail werden de volgende Nederlandse schepen bevracht: WELTEVREDEN, te Soerabaja opgenomen à NLG 70 per last voor suiker en NLG 52,50 voor tabak naar Rotterdam
NRC 28 juni 1860
Batavia, 8 mei. Vrachten. Gedurende de afgelopen maand hebben de volgende bevrachtingen van Nederlandse schepen plaats gehad: WELTEVREDEN te Soerabaija bevracht tot NLG 70 per last voor suiker en NLG 52,50 voor tabak naar Rotterdam.

1861

NRC 23 maart 1861
Rotterdam, 22 maart. De Nederlandsche Handel-Maatschappij heeft heden de navolgende 32 schepen bevracht, zijnde 25 voor maart, en 7 die nog, met behoud der 15 pct. averij en kaplaken, toegevoegd worden aan de bevrachting van februari. Voor de schepen van maart is de vracht nu NLG 110 zonder meer, met de gewone reductie.
De 25 schepen voor de bevrachting van maart zijn: (o.a.) Voor Rotterdam: NEDERLAND, kapt. F. Ruiter; MARY EN HILLEGONDA, kapt. H.O.Piccardt; VIJF VRIENDEN, kapt. C. Johann; NOACH, kapt. P. Wierikx; VRIENDSCHAP, kapt. J. Jansen; WELTEVREDEN, kapt. J.J. Duinker; GUURTJE EN MARIA, kapt. J. Kruyt; NEDERLAND EN ORANJE, kapt. L.F. van Ruyven, en VIER GEZUSTERS, kapt. J. Bik.

 

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Bronnen

Jaar: 0000
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: AH = Algemeen Handelsblad
DC = Dordtsche Courant
JB = Java Bode
JC = Javasche Courant
NRC= Nieuwe Rotterdamsche Courant
PGC= Provinciale Groninger Courant
RC = Rotterdamsche Courant
ZP = Zee Post
ZZC = Zierikzeesche Courant
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk