Inloggen
AMSTEL (DE) - ID 8543


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1842-03-08 / 1860-11-05 | Reden uitgevlagd: Verkocht naar het buitenland

Identification Data

Bouwjaar: 1842
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Bark
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Cornelis Smit, Alblasserdam, Zuid-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1840-00-00
Launch Date: 1841-07-17
Delivery Date: 1842-03-08
Technical Data

Net Tonnage: 752.00 tons (oude meting)
Net Tonnage 2: 384.00 lasts
 
Length 1: 38.60 Meters Registered
Beam: 7.50 Meters Registered
Depth: 5.65 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1842
Datum agenda: 1842-03-11
Register nr: 18420124
Scheepsnaam: AMSTEL (DE)
Type: Bark
Lasten: 384
Gebouwd in provincie: Zuid Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Boissevain & Kooy
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Menkman Jr., W.R.
Opmerkingen: eerste zeebrief
ja

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1842-03-08 DE AMSTEL
Manager: Firma Boissevain & Kooy, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1860-11-05 AMSTEL
Manager: South Shields, Great Britain
Eigenaar: South Shields, Great Britain
Shareholder:
Homeport / Flag: South Shields / Great Britain
Additional info: Off.no. 28343; port number South Shields no.3

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

Bij de oplevering waren volgens de bijlbrief de eigenaren:

F. Wilson, Haarlem (8/32e part)
Cornelis Smit, Alblasserdam (4/32e part)
D.J. van Ewijck, Haarlem (2/32e part)
B. Kooy Jzn., Amsterdam (/32e part)
J.H. van der Meulen, Amsterdam (2/32e part)
W. van Heukelom, Amsterdam (2/32e part)
Firma Schimmelpenninck & Kruimel, Amsterdam (2/32e part)
G. Salomonson, Almelo (2/32e part)
J. van Duyvenboode, Katwijk (2/32e part)
J. de Koning, Dordrecht (1/32e part)
E.J. Koch, Amsterdam (1/32e part)
Mr. H. Pauly, Amsterdam (1/32e part)
Firma Boissevain & Kooy, Amsterdam (boekhouders van het schip en 3/32e part)

Ship Events Data

1851-04-27: Collision
Rotterdam, 1 mei 1851. Als een nader verslag, omtrent de aanzeiling van het Nederlandse schip AMSTEL, kapt. Van Duyn, van Amsterdam naar Batavia, met het Spaanse schip DACILA, kapt. Arozena, van Tenerife naar Londen bestemd, waarvan wij in ons nommer van gisteren melding maakten, dient het volgende: Vroeg in de morgen van de 27e april jl. kwamen beide schepen met donker weder op de hoogte van Bevesier in aanzeiling met elkander, waardoor de AMSTEL schade aan de boeg bekwam en de buitenkluiverboom verloor, terwijl de DACILA zo snel na het ongeval zonk
1853-00-00: Grounded
Batavia, 24 januari 1853. De AMSTEL, kapt. Rademaker, heeft, van Soerabaija naar Samarang gaande, benoorden Straat Madura gestoten en is naar eerstgemelde plaats terug moeten gaan om te lossen en te repareren.
1853-07-19: Collision
Amsterdam, 19 juli 1853. Het schip (opm: schoenerbrik) AMICITIA, kapt. K. Wijgers Bzn, van hier naar Messina, heeft in het Noord-Hollandsche kanaal door aanvaring met het schip AMSTEL, kapt. Rademaker, de fokkenmast verloren en meer andere schade bekomen.
1858-00-00: Damaged
Amsterdam, 11 augustus 1958. Volgens brief van kapt. H.H. Rademaker, voerende het schip (opm: bark) DE AMSTEL, van Liverpool te Sydney aangekomen, in dato 9 juni, had hij op de reis veel slecht weder doorgestaan. De 23/27 januari was in een storm, vergezeld van hoge zeeën, het grote zeil gescheurd en sloeg door een zware stortzee de stuurboord-verschansing met negen stutten op het dek, waardoor enige artikelen over boord spoelden en de dekbalk onder de boegspriet brak. De 3e april sloeg bij hevig weder de bakboordverschansing met vijf stutten naar binnen, terwijl de grote marsra en bramsteng brak en de rakken van de ra’s ontzette. De lading was in beschadigde staat gelost, en het schip zou, na de gehouden inspectie, op de slip (opm: helling) halen om te repareren.
1860-11-05: Sold to foreign country
De AMSTEL werd op 5 november 1860 voor NLG. 16.600,- aan Engelse reders verkocht. Waarschijnlijk wegens reparatie werd het schip pas begin 1861 in Engeland geregistreerd onder dezelfde naam en met havennummer South Shields no. 3 (off.no. 28343)
1863-10-00: Final Fate: Foundered, gezonken

Volgens onbevestigde berichten zou de AMSTEL in oktober 1863 zijn verongelukt.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Willem Rudolph Menkman werd geboren op 01 januari 1808 te Amsterdam.

Hij was getrouwd met Isabella Christina Charlotta van Otterlo en overleden in maart 1860.118

Hij overleed in 1849. Ten tijde van zijn overlijden wordt als woonplaats opgegeven Hilversum.118

Hij werd op 01 december 1839 met nummer 223 lid van de Dordtse vrijmetselaarsloge “La Flamboyante”.064

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

W.R.Menkman Jr (adres W.R.Menkman, Kadijk) werd met vlagnummer 522 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop per 10 maart 1840 op voorspraak van D.Grim. Zijn schip was de "Broedertrouw". Toegevoegd is "vermist"002. Ten tijde van de inschrijving waren Menkman en zijn vrouw 31 resp. 25 jaar. Ingeschreven staat 1 zoon uit 1838002a.

In de Algemene Vergaderingen van 03/10 maart 1840 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Willem Rudolph Menkman Jr , 32 jaar, voerend het fregat “Broedertrouw”, afkomstig uit Dordrecht, en met als adres W.R.Menkman te Amsterdam, op voordracht van kapitein D.Grim.023

 

W.R.Menkman Jr werd op 17 januari 1840 met vlagnummers 3 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” voerende het schip “Broedertrouw”. Hij was in de periode 1841 t/m 1849 lid met 12. De naam wordt in de ledenlijsten van de AAKZ ook gespeld als Minkman en Minkelman. 111 en 64a

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 31 mei 1849 vraagt de “vermoedelijke weduwe” van kapitein W.R.Menkman, geboren J.C.C. van Otterlo, om een uitkering. Deze wordt haar en haar 3 kinderen toegekend in de vergadering van 22 juni 1849 en wel met ingang van 01 november 1848, onder beding van teruggave als later blijkt dat haar man nog in leven is.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 01 mei 1860 wordt het overlijden gemeld van de wed. W.R.Menkman. Het Bestuur gaat accoord met de continuering van de uitkering aan de dochter.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 14 augustus 1849 werd aan de “vermoedelijke weduwe W.R.Menkman” een uitkering toegestaan per 01 november 1848 voor haar en drie kinderen “onder verbintenis van teruggave indien later mogt blijken kapitein Menkman nog in leven te zijn.”023.

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 25 oktober 1864 staat vermeld een “Brief van de Heer A. de Jong verzoekende om afgifte van de uitkeering ten behoeve zijner pupil C.C.J.Menkman welk verzoek is toegestaan. Een overeenkomstig bericht in de notulen van de Bestuursvergadering dd 06 oktober 1864. 023. (ik heb geen zekerheid of het hier om een zoon van kapitein Menkman gaat)

 

In een kasboek van het Dordtse zeemanscollege dd november 1839 staat geboekt een entreebedrag van f 15,- door kapitein Menkman.064b

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 27 augustus 1841 van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” wordt aan kapitein Menkman op zijn verzoek een andere nummervlag toegekend.064a.

Op 29 mei 1849 krijgt de weduwe van kapitein W.R. Menkman (zij woont te Hilversum). f 100,- uitgekeerd van het zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” te Dordrecht.064a  In het kasboek van het college dd 29 mei 1849 is afgeboekt f 88,- “minus de kwitanties van 1845, 1846, 1847 en 1848”. Kennelijk was er een contributieachterstand van 4 jaar ad f 3,- per jaar, zijnde f 12,-.064b

 

De schepen van de kapitein

In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat W.R.Minkman als gezagvoerder064a:

*    1842 t.m 1844      bark “de Amstel”                    boekhouder Boissevain & Kooij te Amsterdam

*    1845 t.m 1846      geen vermelding van een schip

 

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

       522                            1840           fregat               Broedertrouw                                       E.Kist Ez c.s. te Dordrecht

                                      1841-1843     bark                 Amstel                                                   Boissevain & Kooij

                                      1844-1846     geen vermelding van schip en boekhouder

                                          1848           schoner            Matigheids-Genootschap                   geen opgave

 

W.R.Menkman was in 1841 gezagvoerder op het 3/mschip “Broedertrouw”, gebouwd in 1836 te Dordrecht, 848 ton n.m., varend voor rederij A.Kist Ez te Dordrecht025.

 

Bouma025 vermeldt W.R.Menkman als gezagvoerder gedurende:

*    1840 t/m 1842 op het 3/m schip “Broedertrouw”, gebouwd in 1836 te Dordrecht, 848 ton o.m., varend voor A.Kist Ez te Dordrecht;

*    1842 t/m 1844 op de bark “Amstel”, gebouwd in 1841 op de werf van C.Smit te Alblasserdam, 753 ton o.m., varend voor Boissevain & Kooy te Amsterdam;

*    1849 van de 2/m schooner “Matigheids Genootschap”, gebouwd in 1848 te Muiden, 186 ton o.m., varend voor Jacob Post & Co te Amsterdam.

      Lloyd’s vermeldt: “23 Apr. 1849  MATIGHEIDSGENOOTSCHAP  missing.”087

 

Overige bijzonderheden

Dordrecht heeft een rederij gehad die naar het schijnt uniek in ons land is geweest. Het was een rederij, waarvan aandeelhouders en bestuurders vrijmetselaars evenals de bouwer van de schepen en de kapiteins (markering door S.P. Om deze reden opgenomen in deze Lexicon). Het eerste schip van deze rederij was de Broedertrouw, een fregat van 810 ton dat gebouwd werd door Jan Schouten en in 1836 te water werd gelaten, tot het in 1857 werd verkocht. Na de Broedertrouw volgden de Delta en de Osiris, waarin uitsluitend leden van de Dordtse loge La Flamboyante participeerden. Het vierde schip van de maçonnieke rederij liep in 1853 van stapel en werd genoemd naar de in 1852 overleden scheepsbouwmeester Jan Schouten. Dan volgt als nummer vijf een schip dat voor rekening kwam van de gehele Nederlandse vrijmetselarij Ter ere van een maçonniek jubileum en ter gelegenheid van het feit dat prins Frederik, een zoon van Koning Willem I, zijn veertigjarig jubileum als grootmeester van de Nederlandse vrijmetselarij vierde, werd dit barkschip van 775 ton Grootmeester Nationaal genoemd049

 

Dordrecht, 5 mei 1843

Naar men verneemt moet dezer dagen een instructie begonnen zijn tegen zekere ...V, stuurman op het fregatschip Broedertrouw, bestemd naar Batavia, terzake dat deze zich in het laatst van 1841 op de uitreis herwaarts heeft schuldig gemaakt aan verregaande mishandelingen jegens de zich op denzelfden bodem bevindende lichtmatroos Hendrik van Veenendaal, ten gevolge waarvan deze laatste op de hoogte van de Kil overboord gesprongen en onmiddellijk verdronken is, zijnde alle door het scheepsvolk aangewende pogingen om hem te redden, vergeefsch is geweest.

Het fregat Broedertrouw, 848 ton, werd in 1836 gebouwd in Dordrecht voor de reder A. Kist Ezn te Dordrecht. Na verschillende eigenaren is de bark (1846) in 1863 verkocht naar Noorwegen

Bron, www.grotezeilvaart.nl

 

Ontleend aan van Blokland-Visser064:

Volgens monsterrol nr 921 in het Gemeentearchief van Dordrecht dd 31 maart 1839  monsterde hij als 1e stuurman op het fregat “Broedertrouw”, onder gezag van kapitein Jacob Hendriks Hazewinkel. Per 10 maart was hij gezagvoerder op de “Broedertrouw” en vertrok met een equipage van 36 man vanuit Dordrecht naar Batavia.

Volgens monsterrol 970 dd 10 maart 1840 is W.R.Menkman Jr, wonend in Amsterdam, 31 jaar, voor een maandgage van f 100,-, gezagvoerder van het fregat “Broedertrouw”en vertrekt met 35 man naar Batavia. Hij keert in Nederland terug op 24 februari 1841.064

Dat de gebeurtenissen aan boord wel eens uit de hand kunnen lopen ondervond kapitein Menkman net 32 jaar oud en zijn 1e reis als kapitein. Het begon al bij de monstering in maart 1840. Er was niet genoeg bemanning en op het laatst kwamen er nog de voorgeschreven 5 matrozen bij.

Wat hij niet had voorzien was dat hij 4 opgeschoten pubers, zoons van relaties, mee kreeg aan boord als scheepsjongens en 2 jonge leerling stuurman, dus 6 jongens aan boord waar hij niets aan had.

De scheepsjongens waren C.A.Suyk 15 jaar uit Kralingen, A.G.E. de Boer 14 jaar uit Rotterdam, Samuel van Gerlaar 15 jaar uit Delft en Adrianus Jacobus Cornelis Musquetier 14 jaar uit Leerdam. Met deze laatste scheepsjongen kreeg hij onderweg grote problemen. Aan de manier van schrijven van hun handtekening waren het studenten.

Het gebeurde in die tijd nog al eens dat de jongelui een tijdje mee werden gestuurd aan boord om wat dicipline te leren. Een bekend voorbeeld zijn de zoons van minister Thorbecke, die mee werden meegestuurd als scheepsjongens aan boord van de clipper ,,Kosmopoliet 1” in 1855 en daardoor onder de hoede kwamen van kapitein Jacob Bouten minister. Thorbecke was mede aandeelhouder van dit schip en bevriend met de reder Blusse uit Dordrecht.

Kapitein Menkman werd ontheven uit zijn functie als kapitein van de ,,BROEDERTROUW” vanwege een veroordeling voor mishandeling aan boord van de scheepsjongen Adrianus J.C. Musguetier. Hij kreeg 2 maanden gevangenisstraf, f 25,- boete en het betalen van de procedure.

Het volgende staat in de ,,Dordtsche Courant” van 14 april 1841:

        “Zaak Adrianus Jacobus Cornelis Musquetier eischer tegen Willem Rudolf Menkman gezagvoerder op het fregatschip ,,BROEDERTROUW”

        Kapitein heeft slagen en mishandeling gepleegd aan de scheepsjongen Musquetier op reis van Dordrecht naar Batavia en verwonding met een mes toegebracht waarvan de scheepsjongen 20 dagen ziek was.”

Het jaar erop in 1842  was hij alweer kapitein op de bark ,,DE AMSTEL” voor reder Boissevain en Kooy te Amsterdam.

 

 

Datum vanaf: 1842
Kapitein: Menkman Jr, Willem Rudolf
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Christiaan Visman werd geboren te Texel op 13 november 1815 als zoon van de werkman Jonas Visman en Antje Kooger.

Hij trouwde op 08 juli 1840 te Texel als “buitenzeeman” met Trijntje van der Sterre, geboren te Texel op 15 juli 1818 als dochter van de schipper Klaas van der Sterre en Neeltje Tieder Christiaans.

Trijntje overleed op 16 augustus 1858.

Christiaan overleed op 22 september 1850 aan boord van de bark “Lucipara” gevoerd door Jacob Kloppenburg op een reis van Amsterdam naar New York toen liggende te New York, 34 jaar.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Visman (met adres Boissevain & Kooij te Amsterdam) werd met vlagnummer 702 per 05 november 1844 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein P.Kraaij. Toegevoegd is “overleden” 002. Ten tijde van de inschrijving waren Visman en zijn vrouw 28 resp. 26 jaar. Ingeschreven staan 2 zonen: Klaas (1846) en Christiaan (1848), en 1 dochter: Antje (1842)002a.

In de Algemene Vergaderingen van 29 oktober/05 november 1844 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Christiaan Visman, oud 29 jaar, voerend de bark “Amstel, wonend te Oude Schild op Texel, adres bij Boissevain en Kooy te Amsterdam, op voordracht van kapitein P.Kraay.023.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 16 september 1845.003

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 november 1850 staat een verzoek om een uitkering van F. van der Sterre, de weduwe van kapitein C.Visman voor haar en 3 kinderen welke haar in de vergadering dd 01 januari 1851 wordt toegekend ingaande 01 november 1850.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop wordt per 01 november 1850 een uitkering toegekend aan de weduwe van kapitein C.Visman en haar 3 kinderen.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

      702                          1844          bark                Amstel                                                  Boissevain & Kooy

                                        1845          bark                Java                                                      idem

                                     1846-1849    bark                Lucipara’s                                            idem

 

Bouma025 vermeldt C.Visman als gezagvoerder gedurende:

*   1845 van de bark “Amstel”, gebouwd in 1841 te Alblasserdam, 752 ton o.m., varend voor Boissevain & Kooy te Amsterdam;

*   1846 van de bark “Java”, gebouwd in 1846 te Alblasserdam, 625 ton o.m., varend voor Boissevain & Kooy te Amsterdam;

*   1847 t/m 1850 van het 3/mschip “de Lucipara’s”, gebouwd in 1839 te Alblasserdam, 625 ton o.m., varend voor Boissevain & Kooij te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

Algemeen Handelsblad 00 maart 1844114

Volgens brief van kapt. C. Visman, voerende het schip CATHARINA JOHANNA d.d. 13 maart, was hij in goede staat voor het gat van Texel, zijnde 20 november 1843 van Banjoewangi vertrokken. (Is dus 133 dagen reis. MH)

 

Java Courier 26 februari 1845114

Batavia, 24 februari. De 22e dezer is alhier aangekomen de Nederlandse bark JEANNETTE, kapt. S. Halfweg, met twee passagiers, de 5e november vertrokken van Rotterdam; heden zijn alhier aangekomen de dito dito DANIEL, kapt. F. Deune, de 9e februari vertrokken van Macao, de dito dito DE AMSTEL, kapt. C. Visman, met enige passagiers, vertrokken van Amsterdam de 22e november, en de dito dito JAN VAN HOORN, kapt. Bouten, met een passagier, vertrokken van dito de 22e dito.

 

Dordrechtsche Courant 30 april 1846114

Dordrecht, 29 april. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende schepen, als:

Voor Amsterdam: LUCIPARA’S, kapt. C. Visman;

 

Java Courier 26 augustus 1846114

Batavia, 24 augustus. Gisteren zijn hier aangekomen het Nederlandse schip ANNA, kapt. P. Ebels, vertrokken van Rotterdam de 15e mei, en de idem bark LUCIPARAS, kapt. C. Visman, vertrokken van Amsterdam de 18e mei.

Heden is hier aangkomen het Nederlandse schip ZORGVLIET, kapt. G.F. Bus, met een passagier, vertrokken van Rotterdam de 4e mei.

 

Algemeen Handelsblad 11 oktober 1850114 

Advertentie. Op 22 september 1850 is aan boord van zijn schip LUCIPARA’s te New York na een kortstondige ziekte in de ouderdom van 35 jaren overleden de heer Christiaan Visman.

Oude Schild, 10 oktober 1850, T. van der Sterre, wed. C. Visman.

 

 

Datum vanaf: 1845
Kapitein: Visman, Christiaan
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

  1. van Duijn was met vlagnummer R136 in de periode 1826 t/m 1873 lid van het Rotterdams zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. De ledenlijsten van 1820 t/m 1825 ontbreken. Het is derhalve mogelijk dat hij in één van de jaren uit de genoemde periode tot het College is toegetreden058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1859 van het College (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in dat jaar een uitkering kreeg van f 150,- vanwege ouderdom en/of behoeftigheid058.

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van het College staat kapitein J. van Duyn/Duin met vlagnummer R136 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1849                       van het fregat “De Amstel”      397 last  varend voor Boissevain & Kooy te Amsterdam

*    1851, 1855, 1858, 1859, 1862 t/m 1867,               geen vermelding van schip en reeder

 

Bouma025 vermeldt J.van Duin als gezagvoerder gedurende:

*    1840 van het 3/mschip “de Lucipara’s”, gebouwd in 1839 te Alblasserdam, 625 ton o.m., varend voor Boissevain & Co te Amsterdam;

*    1841 t/m 1846 van hetzelfde schip maar nu varend voor Boissevain & Kooij te Amsterdam;

*    1846 t/m 1852 van de bark “Amstel”, gebouwd in 1841 te Alblasserdam, 752 ton o.m., varend voor Boissevain & Kooy te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1846
Kapitein: Duijn/Duin, J. van
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Hije Harms Rademaker werd geboren te Emden op 23 maart 1805.

Hij huwde met Meike Gerrits Meeuw, geboren te Borkum op 25 september 1806.003

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.H.Rademaker werd per 24 oktober 1844 met vlagnummer 697 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van B.Barends. Zijn schip was de "Nieuwland" Toegevoegd is "bedankt"002. Ten tijde van de inschrijving waren Rademaker en zijn vrouw 39 resp. 38 jaar. Ingeschreven waren 1 zoon nl Heye Harms (1841) en 1 dochter nl Maike (1843)002a.

In de Algemene Vergaderingen van 17/24 september 1844 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Heye Harms Rademaker, oud 39 jaar, voerend het schip de “Nieuwland”, wonend te Rotterdam en met als adres Canne & Balwé te Amsterdam, op voordracht van kapitein B.Barends.023

 

H.H.Rademaker was effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” met vlagnummer 697 van 1844 t/m 1854 en met vlagnummer 328 van 1854 t/m 1859

 

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 01 oktober 1844. Bedankt in 1861003.

 

H.H.Rademaker was met vlagnummer R188 in de periode 1842 t/m 1864 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1864 vande Maatschappij tot Nut der Zeevaart (Maritiem Museum, Rotterdam) wordt vermeld dat hij in 1864 is vermist of was overleden058.

 

De schepen van de kapitein

lid van het college Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer   periode             type                    naam van het schip                             boekhouder/reder

      697           1844-1845          schoner              Nieuwland                                            Otter en Bruyn

                          1846-1851          bark                   Thetis                                                     Boissevain & Kooy

                          1852-1853          bark                   Amstel                                                   idem

     328            1854-1859          bark                   Amstel                                                   idem

 

In de Jaarverslagen van het College staat kapitein H.H.Rademaker met vlagnummer R188 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*   1849, 1851                    van de bark “Thetis”    240 last    varend voor Boissevain & Co te Amsterdam

*   1855, 1858, 1859         van de bark “Amstel”   397 last    varend voor Boissevain & Co te Amsterdam

*   1862, 1863                    van de brik “Aurora”    100 last    varend als kapitein/eigenaar vanuit Amsterdam

 

Bouma025 vermeldt H.H.Rademaker als gezagvoerder gedurende:

*   1844 van de hoeker “Nieuwland” ex Eensgezindheid, gebouwd in 1809, bouwplaats niet vermeld, 98 ton o.m., varend voor Th. v.d. Linden;

*   1845 t/m 1847 van de 2-mastschoener“Nieuwland”, gebouwd in 1842, bouwplaats niet vermeld, 114 ton o.m., varend voor Otter & Buyn te Amsterdam;

*   1847 t/m 1852 op de bark “Thetis”, gebouwd in 1844 te Alblasserdam, 319 ton o.m., varend voor Boissevain & Kooy te Amsterdam;

*   1853 t/m 1859 van de bark “Amstel”, gebouwd in 1841 te Alblasserdam, 752 ton o.m., varend voor Boissevain & Kooy te Amsterdam. Het schip werd in 1860 verkocht naar Engeland;

*   1862 t/m 1864 van de brik “Aurora” ex Marijtje Honig, ex Paulina, gebouwd in 1847 te Rotterdam, 189 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Amsterdam. Het schip werd in 1864 verlaten en als wrak binnengebracht.

            Een eigendomsverklaring door Heije Harms Rademaker is gedateerd “Amsterdam 21 oktober 1861 en betreft de “Maritje Honig, door de nieuwe eigenaar herdoopt in “Aurora”114

 

Overige bijzonderheden

"Het fregat Amstel ... Kapt.H.H.Rademaker arriveerde 19 Mei (1858) te Sydney, na 122 dagen reis van Liverpool. Stormweer op 22 tot 27 januari en op 3 April had groote schade aan het schip veroorzaakt"026(38/106).

 

De bark “Thetis” onder kapitein H.H.Rademaker vertrok vanuit Amsterdam en bereikte via Kaap Hoorn op 14 augustus 1850 Valparaiso. Via dezelfde route kwam het terug aan in Queenstown op 31 maart 1851.121

 

Provinciale Groninger Courant 13 februari 1864 114

Kinsale, 9 feb. De brik AURORA, kapitein Rademaker, van Tabasco met mahoniehout naar Engeland is alhier verlaten binnen gebracht.

 

 

Datum vanaf: 1853
Kapitein: Rademaker, Heije Harms
Overige informatie: 0

Afbeeldingen


Omschrijving: AMSTEL (DE), Aquarel gemaakt in 1841. Het origineel heeft op het kantoor van scheepsbouwwerf Jan Smit Czn. te Alblasserdam gehangen. De vraag is of dit een Jacob Spin betreft.
Collectie: Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders
Vervaardiger: Spin, Jacob
Onderwerp: Havenopname

Omschrijving: AMSTEL in het nieuwe droogdok te Amsterdam, gemaakt ter gelegenheid van het bezoek van Koning Willem II aan Amsterdam in 1843.
Collectie: Nederlands Scheepvaart Museum - Amsterdam
Vervaardiger: Vettewinkel, H. (1809-1878)
Onderwerp: Dok

Omschrijving: AMSTEL, aquarel gemaakt in 1851, kapitein Jacob van Duijn (vlagnummer 487)
Collectie: Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders
Vervaardiger: Spin, Jacob
Onderwerp: Zeeopname

Omschrijving: AMSTEL aquarel gemaakt in 1852, kapitein J. van Duijn (vlagnummer 487) Links op het schilderij het barkschip Thetis, met Jacob van Duijn Jr als gezagvoerder.
Collectie: particuliere collectie, niet gespecificeerd
Vervaardiger: Spin, Jacob
Onderwerp: Zeeopname

Omschrijving: AMSTEL, tesamen met enkele andere schepen van dezelfde manager B&K (Firma Boissevain & Kooy)
Collectie: Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders
Vervaardiger: Onbekend
Onderwerp: Zeeopname
Algemene informatie

RC 200741
Rotterdam, 19 juli. Zaterdag namiddag zijn van de scheepstimmerwerf van de heer Cornelis Smit te Alblasserdam met goed gevolg te gelijk van stapel gelopen drie barkschepen, DE AMSTEL, gebouwd voor rekening van de heren Boissevain en Kooy, te Amsterdam; BATAVIER, gebouwd voor rekening van de heren gebroeders Hendriks en Co. en DRIE VRIENDEN, gebouwd voor rekening van de heer Cornelis Smit, te Alblasserdam, alle bestemd voor de vaart op Oostindië; zullende het barkschip BATAVIER gevoerd worden door kapt. G. Mulder en het barkschip DRIE VRIENDEN door kapt. G.H. Ruhaak.

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

Noord-Hollands Archief – Haarlem Archiefnummer Amst.198.3179-1842.9

DVD XI – 353, 354
BIJLBRIEF

Naam schip de AMSTEL

plaats en datum acte bijlbrief, Alblasserdam, 6 december 1841

type schip bark, gekoperd en kopervast

bouwwerf/verkoper Cornelis Smit, scheepsbouwmeester te Alblasserdam, op zijn werf aldaar.

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper firma Boissevain & Kooy, Amsterdam (boekhouders van het schip en mede-reders) (zie bijlage voor eigenaren)

te voeren door kapt. W.R. Minkman Jr.

grootte in tonnen 384 lasten

tuigage / aantal dekken twee dekken

afmetingen 38,60 x 7,50 x 5,65 meter

kiellegging 1840

tewaterlating 17 juli1841

plaats / datum registratie Amsterdam, 8 maart 1842

nummer van registratie deel 32, folio 178, recto, vak 1.

notaris verklaring voor burgemeester van Alblasserdam

prijs NLG.

bijzonderheden


researcher/datum research: ML / 270708

Bijlage bij de bijlbrief, acte 9 van 1842, van het barkschip de AMSTEL
Lijst van eigenaren:

F. Wilson, Haarlem (8/32e part)
Cornelis Smit, Alblasserdam (4/32e part)
D.J. van Ewijck, Haarlem (2/32e part)
B. Kooy Jzn., Amsterdam (/32e part)
J.H. van der Meulen, Amsterdam (2/32e part)
W. van Heukelom, Amsterdam (2/32e part)
Firma Schimmelpenninck & Kruimel, Amsterdam (2/32e part)
G. Salomonson, Almelo (2/32e part)
J. van Duyvenboode, Katwijk (2/32e part)
J. de Koning, Dordrecht (1/32e part)
E.J. Koch, Amsterdam (1/32e part)
Mr. H. Pauly, Amsterdam (1/32e part)
Firma Boissevain & Kooy, Amsterdam (boekhouders van het schip en 3/32e part)

ML / 270708

Naam AMSTEL (de)
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1842
Toegang 198
Inventaris 3179

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3168.1842.9
foto IMG 2248 - 2250

CEDULE

Naam schip de AMSTEL

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 2 maart 1842

type schip bark

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. W.R. Merkman Jr.

grootte in tonnen 384 lasten

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Alblasserdam

plaats / datum registratie Amsterdam, 2 maart 1842

nummer registratie deel 43, folio 62, recto, vak 1

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief; het schip is gebouwd voor rekening van de in de bijlage genoemde eigenaren; ligplaats niet vermeld.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Evert Windhouwer, Amsterdam, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.



researcher/datum research: ML / 230716





bijlage bij acte 9 van 1842, bark de AMSTEL
eigenaren per primo maart 1842:

firma Boissevain & Kooy, Amsterdam (boekhouders en 3/32e part)
Th. Wilson, Haarlem (8/32e part)
Cornelis Smit, Alblasserdam (4/32e part)
D.J. van Ewijck, Haarlem (2/32e part)
G. Salomonsen, Almelo (2/32e part)
T. van Duyvenboden, Katwijk (2/32e part)
J. de Koning, Dordrecht (1/32e part)
B. Kooy Johzn., Amsterdam (2/32e part)
J.H. van der Meulen, Amsterdam (2/32e part)
W. van Heukelom, Amsterdam (2/32e part)
firma Schimmelpenninck & Kruimel, Amsterdam (2/32e part)
E.J. Koch, Amsterdam (1/32e part)
E.J. Pauly, Amsterdam (1/32e part)

ML / 230716

Naam AMSTEL (de)
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1842
Toegang 198
Inventaris 3168

Bronnen

Jaar: 1841
Bron: Noord-Hollands Archief/Haarlem
Omschrijving: BIJLBRIEF Archiefnummer Amst.198.3179-1842.9
CEDULE Archiefnummer AMS 198.3168.1842.9
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk