Inloggen
ARGONAUT - ID 15486


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1859-02-22 / 1868-06-28 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1859
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Bark
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 1
Construction Data

Scheepsbouwer: Frédéric François Groen - Werf 'De Boot', aan de Groote Wittenburgerstraat, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1857-00-00
Launch Date: 1857-12-09
Delivery Date: 1859-02-22
Technical Data

Net Tonnage: 387.00 tons (oude meting)
Net Tonnage 2: 205.00 lasts
 
Length 1: 39.50 Meters Registered
Beam: 5.60 Meters Registered
Depth: 3.94 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1859
Datum agenda: 1859-03-11
Register nr: 18590149
Scheepsnaam: ARGONAUT
Type: Bark
Lasten: 205
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Coningh & Co., De
Plaats: niet gemeld
Kapitein op moment van verzoek: Carst, J.P.
Opmerkingen: eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1859-02-22 ARGONAUT
Manager: Firma De Coningh & Co., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1861-06-10 ARGONAUT
Manager: Firma Brantjes & Co., Purmerend, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Firma Brantjes & Co., Purmerend, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Purmerend / Netherlands

Date/Name Ship 1867-03-27 ARGONAUT
Manager: Nicolaas Brantjes, Purmerend, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Nicolaas Brantjes, Purmerend, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Purmerend / Netherlands
Callsign: NFTK
Additional info: uit de hand gekocht

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

eigenaren van de ARGONAUT volgens eigendomsbewijs bij oplevering, gedateerd 22 februari 1859:

Coningh & Co, De, boekhouders, Amsterdam (3/8e part)
Groen, F.F. Amsterdam (2/8e part)
Voort, Willem van der, Alkmaar (1/8e part)
Drift, P.A. van der, Alkmaar (1/8e part)
Brantjes, N., Purmerend (1/8e part)

Ship Events Data

1857-12-09: Building History
Door de werf op speculatie gebouwd. Na de te waterlating op 9 december 1857 bleef het schip onafgebouwd bij de werf liggen, totdat het verkocht werd en voltooid.
1860-06-00: Damaged
Hongkong, 22 juni 1860. De alhier van Kanagawa (opm: haven nabij Tokyo) gearriveerde Nederlandse bark ARGONAUT, kapt. Carst, heeft in de Japanse Zee vele stormen ondervonden en daarin voorsteng, watervaten en andere goederen van dek verloren en de kajuit vol water gekregen.
1860-06-16: Collision
Na binnenkomst te Hong Kong op 16 juni 1860, komende van Kanagawa (Japan) is de ARGONAUT, kapt. Carst, bij het ten anker komen aangevaren door het Britse stoomschip MANILA en zeer zwaar beschadigd. De ARGONAUT werd gerepareerd, de MANILA had geen schade.
1861-06-10: Sold at auction
Advertentie. J.J. van der Meulen en W. Bakker Bz, makelaars, presenteren op maandag de 10e juni 1861, des avonds ten 6 ure precies, in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ te Amsterdam, ten overstaan van de deurwaarder J. Dupont Noordbeek, te verkopen: een buitengewoon snelzeilend, gekoperd en kopervast, in het jaar 1858 nieuw gebouwd barkschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd ARGONAUT, laatst gevoerd door wijlen kapt. J.P. Carst; volgens Nederlandse meetbrief lang 39 ellen 50 duimen, wijd 5 ellen 60 duimen,hol 3 ellen 94 duimen en alzo gemeten op 387 tonnen of 205 lasten. En dat verder met al deszelfs rondhouten, opstaand en lopend want, ankers, touwen, zeilen, enz. als breder bij inventaris vermeld. Het schip ligt te Amsterdam in het Oosterdok aan de dijk.
Nader bericht bij bovengemelde makelaars of bij de cargadoors de Coningh & Co te Amsterdam.
1862-05-00: Damaged
Amsterdam, 31 mei 1862. Het schip ARGONAUT, kapt. Donema, van Soerabaja alhier aangekomen, heeft op 07°ZB en 31°WL door een plotseling invallende bui, bramstengen, bramra's-mars-stengen, marsra, zeilen en touwwerk verloren.
1868-06-28: Final Fate: Missing

Op 28 juni 1868 vertrok de bark ARGONAUT, kapt. J. Visser Ezn., van Yokohama met bestemming naar Kobe. Sindsdien is nooit meer iets van schip of bemanning vernomen. Sinds het vertrek van de ARGONAUT uit Yokohama woedden er op de Oostkust van Japan (hoofdeiland) twee typhonen. Men kan aannemen, dat het schip in één van deze typhonen met alle opvarenden is verloren gegaan.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Jeppe Pieters Carst werd geboren te Schiermonnikoog op 07 juli 1802 als zoon van Pieter Jeppes Carst en Martje Jacobs Meyer..

Hij huwde te Schiermonnikoog als kapitein op 02 oktober 1828 met Christina Christiaans Jaski, geboren te Schiermonnikoog op 21 september 1805 als dochter van Christiaan Jans Jaski en Geertruida Remts Coerkamp. Zij overleed de Haarlem op 29 oktober 1877.

Jeppe overleed op 10 januari 1861 te Batavia.060

 

Javabode 19 januari 1861

         Op den 10den Januarij ll, is alhier na eene kortstondige doch hevige ziekte overleden, de Heer J.P.Carst, in leven gezagvoerder van het Nederl. Schip Argonaut.

                            R.JASKI CARST

 

         Eenige en Algemeene kennisgeving

 

Jeppe Pieters Carst werd geboren te Schiermonnikoog op 07 juli 1802 als zoon van Pieter Jeppes Carst en Martje Jacobs Meyer. Hij huwde te Schiermonnikoog op 02 oktober 1828 met Christina Jaski, geb./ged. te Schiermonnikoog op 21-09/06-10 1805 als dochter van Christiaan Jansz Jaski (zie aldaar) en Geertruida Remts Courcamp. Jeppe was, net als zijn schoonvader koopvaardijkapitein, en overleed te Batavia op 10 januari 1861. Zijn vrouw Christina overleed te Haarlem op 29 oktober 1877046.

Op pagina 163 van: Louise Mellema - "Schiermonnikoog Lytje pole". Uitgave Fryske Akademy nr.438. 1973. 280pp. staat een portret van Jeppe Pieters Carst

 

“Die Kapt. J.P.Carst was de eeste kapitein van de “Argonaut” en stierf in Hongkong nadat het schip daar was aangevaren”. (schriftelijke mededeling T.F.J.Pronker - Vlieland, dd 18 juli 2002).

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.P.Carst werd met nr.373 effectief lid van Zeemanshoop per 14 januari 1834 op voorspraak van P.J.Carst. Zijn schip was de "Thetis"002.

In de Algemene Vergaderingen van 07/14 januari 1834 van het College Zeemanshoop werd voorgedragen/benoemd tot effectief lid Jeppe Pieters Carst, oud 31 jaar, wonende in de Groote Bikkerstraat te Amsterdam, voerende de schoenerkof Koophandel, op voordracht van kapitein Pieter J.Carst. Zijn vlagnummer werd 373023.

Jeppe Pieters Carst werd lid van het Weldadig Zeemanfonds per 09 maart 1841003.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 06 juni 1861 doet de wed. J.P.Carts-Jaski een verzoek om een uitkering welke haar in de vergadering van 25 juli 1861 is toegestaan met ingang van 01 februari 1861.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 06 augustus 1861 staat vermeldt dat per 01 februari 1861 een uitkering  in de 1e klasse is toegekend aand de wed. J.P.Carst geb. Jaski voor haar en 1 kind “mits overleggende doodacte van haren man en moge blijken dat het kind geregtigd was.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

         373                           1834           sch.kof            de Koophandel                                     Salm,Heemskerk en Co

                                           1835           pink                  Nederland                                             idem

         260                           1836           pink                  Nederland                                             idem

                                      1837-1839     sch.brik            Thetis                                                     B.Kooij Jz

                                      1840-1853     fregat               Wilhelmina Lucia                                G.C.Bosch Reitz

          75                       1854-1858     fregat               Wilhelmina Lucia                                idem

                                      1859-1860     bark                 Argonaut                                               de Coning en Co

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

J.P.Carst                       Argonaut                                  29 maart 1858                                      01 mei 1861

 

Bouma025 vermeldt J.P.Carst als gezagvoerder gedurende:

*    1833 van de sch.kof “Jonge Reintje”, gebouwd in 1826 te Veendam, 104 ton o.m., varend voor de Vries & Co te Amsterdam;

*    1834 t/m 1836 van de schkof “Koophandel”, gebouwd in 1833, bouwlocatie niet vermeld, 200 ton o.m., varend voor Salm, Heemskerk & Co te Amsterdam;    

*    1836 t/m 1837 van de pink “Nederland”, gebouwd in 1807, bouwgegevens niet vermeld, 363 ton o.m., varend voor de Groenland en Straat Davis Visserij te Harlingen;

*    1838 t/m 1840 van de schbrik “Thetis”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 130 ton o.m., varend voor B.Kooy Jz te Amsterdam;

*    1841 t/m 1852 van het 3/mschip “Wilhelmina Lucia”, gebouwd in 1838 te Middelburg, 755 ton o.m., varend voor G.C.Bosch Reitz te Amsterdam;

*    1853 t/m 1859 van hetzelfde schip maar nu getuigd als bark;

*    1860 van de bark “Argonaut”, gebouwd in 1858 op de weerf van F.F.Groen te Amsterdam 387 ton o.m., varend voor Brantjes & v/d Drift te Purmerend.

 

Overige bijzonderheden

Pieter Derk Hendrik Bernardus de Haan werd vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de Wilhelmina Lucia onder kapitein Karst(sic) voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde terug op 28 februari 1846004(533/1962).

 

Op 13 april 1859 vertrok van de rede van Texel het nieuwe clipperschip ("op de eerste reis") "Argonaut" van Brandjes en van der Drift te Purmerend onder kapitein J.P.Carst025 en arriveerde te Batavia op 19 juli na een reis van 96 dagen026(38/049).

 

In een e-mail dd 02 juni 2005 van de heer R.R. van Staveren staat de mededeling, dat hij in de nalatenschap van J.Teensma (die de korte kapiteinsstukjes schreef in de Schiermonnikoger Dorpsbode061) een foto vond van de “Wilhelmina Lucia”, 1840, kapitein Carst “komende ter Rheede van Batavia.” Het schip draagt de nummervlag 373 van “Zeemanshoop”.

 

In een boekwerkje “Nederlandse Zeilschepen 1813 – 1880”, van L.Smit en H. Hacquebord, staat op blz. 43 o.m. het volgende:

“De “Argonaut” was in 1858 gebouwd op de werf van F.F. Groen te Amsterdam, voor rekening van rederij Brandjes en Van der Drift te Alkmaar. De tonnemaat was 387, de lengte 39,30 m, de breedte 5,60 m en de holte 3,94 m. De verhouding van lengte tot breedte duidt op de klippervorm en de illustratie (een foto van de Argonaut is eveneens afgebeeld in genoemd boekwerkje) laat ook voldoende zien hoe fijn de belijning van de bark was. Intussen was de dood van kapitein J.P. Karst onnodig gebleken, daar de “Argonaut” werd gelicht en naar Amsterdam teruggezeild (In 1860 werd het gloednieuwe schip in de haven van Hongkong aangevaren door het stoomschip “Manilla”, waardoor ze tot aan het dek zonk. Kapitein Karst was door dit ongeval zo geraakt, dat hij spoedig er na is overleden). In 1861 zeilt de bark in 78 dagen van Texel naar Batavia. In 1868 voer ze de haven van Yokohama uit om spoorloos te verdwijnen.”

 

In "Het Nederlandsche Zeewezen" 4e jaargang, 1925, p.181-184 staat een artikel onder de titel “Hoe kapitein Carst naar Japan ging en wat hij daar mee maakte”  Het artikel geeft geen auteur. In dat artikel staan een reeks gegevens over andere kapiteins, o.a de vader van Jan de gezagvoerder Jeppe Pieters Carst, en die gegevens heb ik bij die persoon opgenomen.

“Een van de meest bekende en waarschijnlijk wel de meest populaire Nederlander in Yokohama is Kapitein Jan Carst. Door een onzer lezers hiertoe in staat gesteld, geven wij gaarne eenige bijzonderheden weer uit het leven van dezen zeeman en uit dat van zijn vader, beiden mannen, die niet weinig bijdroegen om in het Verre Oosten respect te verwekken voor het Nederlandsche gezag. ….

De vader van kapitein Carst had in 1859 met de Heeren de Coning en Lels de firma Carst, Coning en Lels opgericht. Hij was een van die ondernemende Hollanders, die niet voor een kleintje vervaard zijn. Om zich in die tijd blijvend in Japan te vestigen, was namelijk niet iets waartoe ieder gaarne over ging, omdat de toestand voor vreemdelingen er nog weinig behaaglijk was, hetgeen moge blijken uit het hieronder volgende stuke historie:

31 Maart 1854 sloot commodore Perry een tractaat van vrede en vriendschap tussen Amerika en Japan, en in 1858 sloot Lord Elgin, opperbevelhebber der Britsche zeemacht, een tractaat te Jedo (later Tokio genaamd) en daarna volgden de tractaten met Frankrijk, Rusland en Nederland. Gevolg hiervan was, dat in 1859 de haven van Kanaguwa voor de vreemdelingen geopend werd.

De openstelling van Japan voor de vreemdelingen was niet naar den zin van een groot deel der Japanners, vooral de Daimio’s landheeren zagen hun macht bedreigd, zij werden vreemdelingenhaters en zetten hun onderhoorigen op tegen de vreemdelingen. Door hen en ook door de Ronins, onslagen officieren van de landheeren , werden verscheidene moorden op vreemdelingen bedreven.

Beschrijving van een verscherping van de situatie en een verzoek van de Nederlandse consul om wapens te mogen dragen. Beschrijving van de moord op de Hollandse kapiteins Wessel de Vos en Jasper Nanning Dekker. Zie aldaar.

“Kapitein Jeppe Pieters Carst, gezagvoerder van de Argonaut sedert 5 Sept. 1854 te Yokohama, ontsnapte door een toeval, daar hij juist een paar minuten na het vertrek der heeren de Vos en Dekker, bij den scheepshandelaar kwam, om hem te halen. Even daarna kwam er een Japanner, die vertelde, dat er twee Russische matrozen vermoord waren. IJlings liep kapitein Carst, gevolgd door de heeren Gerlach en Schnell, naar de plaats van het ongeval en bij het licht der maan zagen zij tot hun groote ontsteltenis de lijken van de Vos en Dekker. De slachtoffers waren afgemaakt door sabelhouwen, de heer de Vos was het eerst aangevallen in den rug, had verder sabelhouwen in den nek, boven de dij, boven de knie en eenige houwen op het hoofd. De heer Dekker had de meeste houwen in het gezicht en hoofd en was zijn rechterhand afgeslagen. …”

Verdere beschrijving van de handelingen van de consulen de begrafenis van de twee Nederlandse kapiteins.

“Later werd de Heer J.P.Carst in de door hem opgerichte firma vervangen door een zoon, waarna genoemde firma mede door het uittreden van den Heer de Coning, Carts, Lels en Co werd herdoopt.

In 1864 kreeg Carst, Lels en Co. opdracht om voor Japansche rekening een schip te koopen. De opdracht werd doorgegeven naar Amsterdam, waar een 400 ton metende brik werd aangekocht, die onder de naam Nippon naar Yokohama moest worden gebracht.

Het bevel over dit schip werd aangeboden aan den jeugdigen kapitein Jan Carst, dien we op 27 October 1864 op het schip zien uitvaren. … ” (zie verder bij Jan Jeppeszoon Carst)

 

NRC 28 mei 1861114

Advertentie. J.J. van der Meulen en W. Bakker Bz, makelaars, presenteren op maandag de 10e juni 1861, des avonds ten 6 ure precies, in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ te Amsterdam, ten overstaan van de deurwaarder J. Dupont Noordbeek, te verkopen: een buitengewoon snelzeilend, gekoperd en kopervast, in het jaar 1858 nieuw gebouwd barkschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd ARGONAUT, laatst gevoerd door wijlen kapt. J.P. Carst; volgens Nederlandse meetbrief lang 39 ellen 50 duimen, wijd 5 ellen 60 duimen,hol 3 ellen 94 duimen en alzo gemeten op 387 tonnen of 205 lasten. En dat verder met al deszelfs rondhouten, opstaand en lopend want, ankers, touwen, zeilen, enz. als breder bij inventaris vermeld. Het schip ligt te Amsterdam in het Oosterdok aan de dijk.

Nader bericht bij bovengemelde makelaars of bij de cargadoors de Coningh & Co te Amsterdam.

 

 

Datum vanaf: 1859
Kapitein: Carst, Jeppe Pieters
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Reinder Mellema Donema werd geboren te Schiermonnikoog op 16 juli 1825 als zoon van Douwe Jackeles Donema en Wiegeltje Foppes Mellema.

Hij bleef ongehuwd en overleed te Kanawaga (Japan) op 27 april 1863 aan boord van de Nederlandse bark "Argonaut".

Zie ook: H.Feenstra  De Schiermonnikoger familie Donama. Jaarboek Centraal Bureau voor Genealogie 41:208-228,1987.

“Heden ontving ik het treurig berigt, dat mijn geliefde Zoon R.M. DONEMA, Gezagvoerder van het Nederlandsche Barkschip ARGONAUT, den 27sten April 1863, in den ouderdom van 37 jaren, te Kanagawa is overleden. Wed. D.J.DONEMA, Schiermonnikoog, 4 Julij 1863” (CBG, advertentie, fiche 1649).

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Reinder M.Donema werd met vlagnummer 691 effectief lid van Zeemanshoop per 25 november 1856 op voorspraak van F.C.Jaski. Zijn schip was de "Geertruida Johanna"002.

In de Algemene Vergaderingen van 18/25 november 1856 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Reinder M.Donema, oud 31 jaar, voerend de schooner “Geertruida Johanna”, wonend te Schiermonnikoog, adres bij en op voordracht van kapitein F.C.Jaski.023.

Hij was met vlagnummer 691 in de periode 1856 t/m 1863 lid van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop”.

 

R.M.Donema was met vlagnummer 54 in de periode 1861 t/m 1863 lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “De Herkenning”.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 juni 1861 verzoekt kaptein R.M.Donema om een uitkering wegens schipbreuk. Deze wordt geweigerd daar van verlies van plunje niets is gebleken. In de vergadering dd 3e1 oktober 1861 staat een protest van R.M.Donema tegen voormeld besluit, maar het Bestuur blijft bij het eerder genomen besluit.042

 

In de vergadering van de Algemene Vergadering van 16 juli 1861 staat vermeld een: “Brief van R.M.Donema verzoekende tegemoetkoming wegens schipbreuk welk verzoek is afgewezen op grond dat van geen verlies van goederen is gebleken.” Kapitein Donema herhaalde dit verzoek op 05 november 1861 maar dit werd weer afgewezen.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer          jaren        type                 scheepsnaam                naam reder/boekhouder

          691          1856-1857  schoner           Geertruida Johanna     P.A.van der Drift te Alkmaar

                            1858-1859  bark                 Helena Constantia       idem

                                 1860                                 geen opgave van schip en boekhouder

                            1861-1862  bark                 Argonaut                       idem

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

R.M.Donema                          Helena Constantia                  20 augustus 1858                                 30 januari 1860

                                                  Professor Suringar                   06 juni 1861                                         03 oktober 1861

                                                  Argonaut                                  27 oktober 1861                                   28 mei 1862

 

Bouma025 vermeldt R.M.Donema als gezagvoerder gedurende:

*    1858 van de 2/msch “Geertruida Johanna”, gebouwd in 1854 te Nieuwendam, 164 ton o.m., varend voor P.A. van der Drift te Alkmaar;

*    1858 t/m 1860 van de bark “Helena Constantia” ex Juanita, gebouwd in 1851 te Elbing, 432 ton o.m., varend voor P.A. van der Drift te Alkmaar. Het schip is gezonken in NOI (Sweys)

      Op de “Professor Suringar” wordt door Bouma geen kapitein Donema vermeldt.

*    1861 t/m 1863 op de bark “Argonaut”, gebouwd in 1858 op de werf “De Boot” van F.F.Groen te Amsterdam, 387 ton o.m., varend voor Brantjes & v/d Drift te Purmerend.

 

Een portret van de bark “Helena Constantia” staat op p. 136 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp

Het origineel is op het Nederlands Scheepvaart Museum te Amsterdam

 

Een portret van de bark “Argonaut”, staat op p. 156 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp. Het origineel is in bezit van T. Draijer.

 

Overige bijzonderheden

Foto van kapitein R.M.Donema (nr.12) beschikbaar47.

 

P.A. van der Drift “was al vroeg een geslaagd zakenman en was eerst reder te Vlaardingen, daarna te Alblasserdam en vervolgens reder en wijnkoper te Alkmaar, voor eigen rekening en ook als firmant van Rederij Brantjes en van der Drift te Purmerend. Persoonlijk, en ook in firma gezamenlijk, had hij diverse vrachtvaarders op de grote vaart.”

Uit: “Het portret van …(Joannes Antonius Vermeulen) door A.J.Vermeulen, Gens Nostra 62, 347-352. 2007, noot 11.

 

 

Datum vanaf: 1861
Kapitein: Donema, Reinder Mellema

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.Grazer als qq-gezagvoerder in 1864 op de bark “Argonaut”, gebouwd in 1858 te Amsterdam, 387 ton o.m., varend voor Brantjes & v/d Drift te Purmerend. Het qq slaat op het feit dat hij het gezag overnam van kapitein R.M.Donema die op 27 april 1863 te Kanawaga-Japan aan boord van de “Argonaut” overleed

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1863
Kapitein: Grazer, J.

Familiegegevens en opleiding

De naam wordt ook geschreven als Draijer, Drayer en Draayer.

 

Lambert Drayer werd geboren te Schiermonnikoog op 03 oktober 1838 als zoon van Harmen Lammerts Drayer en Angenieta Tijssen Kuiper.

Hij trouwde te Schiermonnikoog op 01 november 1866 met Sietje Wiebes Kuiper, geboren te Schiermonnikoog op 06 maart 1840 als dochter van Wiebe Tijssen Kuiper en Meins Douwes Klontje. Zij overleed te Schiermonnikoog op 30 december 1914.

Lambert was in 1892 schipper van de reddingsboot op Schiermonnikoog en leraar Practische Zeevaartkunde aan de zeevaartschool aldaar. Hij overleed te Schiermonnikoog op 01 augustus 1899.

 

“Lammert Harmensz. Draijer (soms met een ij, maar zijn nazaten, die ik ken(de), schr(e)ijven in ieder geval altijd y) Schiermonnikoog 1838 - 1899). In de jaren 1861 - ’67 1e stuurman en vervolgens kapitein op de clipper-bark “Argonaut”. Vier jaar nadat hij van de “Argonaut” afkwam, werd hij kapitein op de “Herman de Ruyter”. Hij is ook nog leeraar aan de Zeevaartschool op Schiermonnikoog geweest; of dat in die vier jaar was, of na zijn tijd op de “Herman de Ruyter” weet ik niet. L.H.Draijer was getrouwd met een dochter van Kapt. J.P.Carst (de 2e stuurman Carst op de photo op blz. 348 [van het boek Amicitia van Pronker] was vermoedelijk de Schiermonnikooger Feije Carst, later nog 1e stuurman op een zeilschip geweest, en wellicht een zoon van Kapt. J.P.Carst). … L.H.Draijer had (o.a.) een zoon Wiebe Drayer die als kapitein bij de K.N.S.M stierf in Chili en daar (ik meen Valparaiso) begraven werd. Dat zal na 1910 geweest zijn. Hij was getrouwd met een Maaike Teensma. Zij hadden drie kinderen: Lambertus, Lena (lerares), Wiebe (operazanger). … “ (Bron?)

 

Kapitein Dra(a)yer werd per 11 september 1888 benoemd tot leraar op de zeevaartschool te Schiermonnikoog.

(Nationaal Archief. Archieven van de Centrale Overheid en Particulieren vanaf 1795. Ministerie van Binnelandse Zaken Toegang 2.04.12 Afdeling Onderwijs 1877-1918. Nijverheidsonderwijs Portefeuille nr. 629A. Gem Zeevaartschool te Schiermonnikoog. 1871-1914; 1915-1819.)

 

Portretten van Lambert Harmens Drayer en zijn vrouw Sietje Wiebes Kuiper staan op p. 162 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

L.H.Draaijer was met vlagnummer 54 in de periode 1864 t/m 1899 lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “De Herkenning”.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

L.H.Drayer was van 1871 t/m 1883 gezagvoerder op de houten bark “Herman de Ruyter” , gebouwd bij Jeremias Meyer & Zonen te Amsterdam in 1851, 601 ton n.m..Hij voer voor Jeremias Meyjes & Zn te Amsterdam. In 1883 strandde het schip bij Vlieland en raakte wrak025 en 052.

 

L.H.Drayer was gezagvoerder gedurende:

*          1865 t/m 1867 van de bark “Argonaut”, gebouwd in 1858 op de werf “De Boot” van F.F.Groen te Amsterdam, 387 ton, varend voor Brantjes & v/d Drift te Purmerend;

*          1871 t/m 1882 op de bark “Herman de Ruyter”, gebouwd in 1851 op de werf “De Witte Olyphant” van J.Meyjes te Amsterdam, 601 ton, varend voor Jeremias Meijjes & Zn te Amsterdam.

            Volgens Zeetijdingen 14 december 1883: “Op Vlieland gestrand en wrak” (Sweys).

            Het schip was op weg van Riga naar Amsterdam met een lading hout. Op 12 december 1883 werden 6 man van het wrak aan land gebracht door de Vlielander reddingsboot onder leiding van Feije Pronker;

             2.12.1883: Op weg van Lillesand naar Westzaan met een lading balken tijens een vliegende NW storm gestrand te 22.00 uur op het Noorderstrand van Vlieland bij paal 42. De 14 bemanningsleden redden zich gedeeltelijk met de eigen sloep en werden gedeeltelijk gered door de reddingboot van Vlieland.114

*          1886 van de 2-mast schoener “Gezusters”, gebouwd in 1857 op de werf “Het Witte Kruis” van J.J.Meyjes & Zn te Amsterdam, 213 ton, varend voor Jeremias Meijjes & Zn te Amsterdam;

*          1887 t/m 1888 van de bark “Bertha” ex Jannetje, gebouwd in 1853 bij J.Smit te Slikkerveer, 654 ton, varend voor Joh.Meyjes Jerem.z.

 

Een portret van de bark “Argonaut”, staat op p. 156 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp. Het origineel is in bezit van T. Draijer.

Een pentekening door Lambert Harmens Drayer van de “Argonaut” staat op p. 157 van hetzelfde boek.

 

Overige bijzonderheden

De Vlielandse loodsbootroeier Feije Jansz Pronker (1821-1903) haalde in 1883 “nog 14 man van het wrak van de Nederlandsche bark “Herman de Ruyter”, die onder de Schiermonnikooger Kapt. Lammert Drayer op Vlieland strandde

Het schip “was met een lading balken onderweg van Riga naar Amsterdam. Lammert Dray(ij)er (1838-1899) was van 1861 tot 1867 1ste stuurman en kapitein op de clipper “Argonaut”; hij was getrouwd met Sietje Wiebes Kuiper. In het nedetrlands Scheepvaart Museum te Amsterdam bevindt zich een aquarel van de “Herman de Ruyter” op de reede van Batavia  (1868) door J.Spin.”

(L.Drayer is later nog leeraar Practische Zeevaartkunde op de Schiermonnikooger Zeevaartschool geworden.)”.052

 

J.Teensma vermeldt in de Dorpsbode 18(17):1984. Bijdrage 8 Lambert van 1894 tot 1896 schipper is geweest van de reddingboot op Schiermonnikoog. Onder zijn leiding werd reddingstochten gemaakt naar de “Lahneck” in 1894 en naar de “Talisman” in 1895.

 

 

Datum vanaf: 1864
Kapitein: Drayer, Lambert Harmensz

Familiegegevens en opleiding

Jan Visser werd geboren op Schiermonnikoog op 16 september 1827 als zoon van Eltje Jacobs Visser en Trijntje Ruurds Fenenga.

Hij trouwde op 14 februari 1849 te Schiermonnikoog als zeeman met Bernadina Melles Fenenga, geboren op Schiermonnikoog op 09 januari 1827 als dochter van Melle Jans Fenenga en Johanna Edzard Leensma.

Beide echtelieden waren aan boord van de bark “Argonaut”, die op een reis in 1868 van Yokohama naar Kobe spoorloos is verdwenen.

 

In het Bevolkingsregister van Edam wordt vermeld Jan Eltjes Visser, hoofd van het gezin, geboren 16 september 1827 te Schiermonnikoog, Nederduits Hervormd, van beroep “schipper buitengaats”, wonend aan de Nieuwehaven Wijk 4, nr. 172.. Zijn echtgenote was Bernadina Feninga, geboren op 08 januari 1827 te Schiermonnikoog. Als kinderen worden opgegeven Melle (* 02 november 1849, Schiermonnikoog), Eltje Jacobs (*01 oktober 1852, Schiermonnikoog), Trijntje (*25 november 1853, Edam), Gerrit (* 01 november 1856, Edam), Jan (*06 maart 1861, Edam), Johanna Edzerdina (* 1865, Edam) en Marike Jacoba (* 14 november 1867, Yokohama). Het gezin werd per 09 juni 1869 ambtshalve volgens artikel 20 KB, uitgeschreven.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.Visser Ez. was met vlagnummer 49 in de periode 1860 t/m 1868 lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “De Herkenning”.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

J.Visser was de laatste kapitein op de “Argonaut” “die in 1868 met het schip tussen Yokohama en Kobe ten onder ging”. (schriftelijke mededeling T.F.J.Pronker - Vlieland, 18 juli 2002)

 

Bouma025 vermeldt J.Visser Ez als gezagvoerder gedurende:

*         1856 van de bark “Johanna Margaretha” ex Maximiliaan Theodoor, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 396 ton, varend voor J.L.Wickel & J.Boot te Edam. Het schip is in 1856 op weg van Nieuwediep naar Fredrikstad, in de Noordzee gezonken. De bemanning werd te Kragerö binnengebracht (Bouma);

*         1857 t/m 1860 van de bark “Thetis”, gebouwd in 1844 bij C.Smit te Alblasserdam, 319 ton, varend voor J.L.Wickel & J.Boot te Edam. Het schip voer in 1861 voor de Gebr. Wittering te Amsterdam en was herdoopt in “Jonge Eduard (Bouma);

*         1860 t/m 1865 van de brik “Martha Theresia”, gebouwd in 1860 te Risør, 270 ton, varend voor N.Brantjes te Purmerend;

*         1866 t/m 1867 van de bark “Houtvaart” ex Jan Hendrik, gebouwd in 1847 te Maassluis, 611 ton, varend voor N.Brantjes te Purmerend. In 1868: “Vermist” (Sweys);

*         1868 van de bark “Argonaut”, gebouwd in 1858 op de werf “De Boot” van F.F.Groen te Amsterdam, 387 ton, varend voor N.Brantjes te Purmerend. “Vermist tussen Yokohama en Kobe” (Bouma).

            Handelsblad. “Kobe (Osaka) 20 Julij 1868. “Aangaande het Nederl. Barks ARGONAUT Kapt. Visser, op 20 Junij uit Yokohama herwaarts vertrokken, heeft men sedert niets meer vernomen. Er hebben sinds het vertrek van het schip twee typhonen op de oostkust geheerscht.” (Hoedemaker).

 

 

Een portret van de bark “Thetis”, staat op p. 148 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp. Het portret hangt in hotel van der Werff te Schiernmonnikoog

Een portret van de bark “Martha Theresia”, staat op p. 155 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp. Het origineel is in bezit van Ch. F. Ellis.

Een portret van de bark “Argonaut”, staat op p. 156 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp.   

 

Overige bijzonderheden

 “In de kapiteinsregisters komt zijn naam voor de eerste maal in 1850 voor. En wel op de bark Thetis, dragende 170lasten, metende 319 tonnen, gebouwd in 1844 met als reders J.Dinkel en J.Boot te Edam. Hij meldt zich bij de oprichting van het zeemanscollege op Schiermonnikoog aan in 1861 en krijgt no.49. Van 1863 vaart hij op de bark Maria Theresia  .In 1866 heeft hij van dezelfde rederij de bark Houtvaart (ex Jan Hendrik) …Een andere J.E.Visser, geboren in 1835 krijgt dan de bark Martha Theresia.(dit zouJacob Eltjesz Eltjes geweest kunnen zijn, die op 10 april1835 te Schiermonnikoog is geboren alsjongste zoon van Eltje Jacobs Visser en Trijntje Ruurds Fenenga)  In 1867 gaat hij over op de bark Argonaut … en weer voor dezelfde rederij. Op een reis naar Japan zou Visser de bedoeling hebben gehad om in Japan een bestaan op te bouwen. Het succes bleef echter uit. Op een tussenreis van Yokohama naar Kobe, is de Argonaut spoorloos met de gehele bemanning ten onder gegaan. Aan boord was ook zijn gezin.”061

 

 

Datum vanaf: 1867
Kapitein: Visser, Jan Eltjes

Afbeeldingen


Omschrijving: ARGONAUT, zeilend voor de Engelse kust onder Dover. Onderschrift: “Argonaut gezagv. R.M Donema 1861.” (vlagnummer 54) Aquarel gemaakt in 1861
Collectie: Nederlands Scheepvaart Museum - Amsterdam
Vervaardiger: Spin, Jacob
Onderwerp: Zeeopname

Omschrijving: ARGONAUT ten anker op ’t IJ bij Buiksloot met op de achtergrond het Tolhuis. Aquarel gemaakt in 1861
Collectie: Nederlands Scheepvaart Museum - Amsterdam
Vervaardiger: Spin, Jacob
Onderwerp: Havenopname

Omschrijving: ARGONAUT bijna identiek aan de aquarel hierboven. Kapitein R.M. Donema (vlagnummer 691)
Collectie: particuliere collectie, niet gespecificeerd
Vervaardiger: Spin, Jacob
Onderwerp: Havenopname

Omschrijving: ARGONAUT, het zeegat van Texel verlatend, op de achtergrond de vuurtoren op Fort Kijkduin. Kapitein R.M Donema (vlagnummer 54) aquarel gemaakt in 1861
Collectie: Nederlands Scheepvaart Museum - Amsterdam
Vervaardiger: Spin, Jacob
Onderwerp: Zeeopname
Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer Amst.198.3181-1859.3

DVD XIII- 7010 - 7013 en 7126 - 7128

BIJLBRIEF / CEDULE

Naam schip thans genaamd ARGONAUT

plaats en datum acte bijlbrief Amsterdam, 22 februari 1859 en eigendomsbewijs Amsterdam, februari 1859

type schip bark

bouwwerf/verkoper Frederic François Groen, scheepsbouwmeester, werf de Boot in de Groote Wittenburgerstraat te Amsterdam

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper firma De Coningh & Co., Amsterdam (boekhouders en 3/8e part), F.F. Groen, Amsterdam (2/8e part), |Willem van der Voort, Alkmaar (1/8e part), P.A. van der Drift, Alkmaar (1/8e part) en N. Brantjes, Purmerend (1/8e part)

te voeren door kapt. J.P. Carst

grootte in tonnen 387 tonnen of 205 lasten (meetbrief no. 90, Amsterdam, 27 april 1858)

tuigage / aantal dekken drie masten, een dek

afmetingen 39,50 x 5,60 x 3,94 meter

kiellegging 1857

tewaterlating 9 december 1857 (om later afgebouwd te worden)

plaats / datum registratie Amsterdam, 22 februari 1859

nummer van registratie deel 75, folio 16, verso, vak 7

notaris J. de Neufville, hoofdcommies fananciën stad Amsterdam

prijs NLG.

Bijzonderheden:







researcher/datum research: ML / 181108

Naam ARGONAUT
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1859
Toegang 198
Inventaris 3181

Noord-Hollands Archief - Haarlem Archiefnummer Alkm.207.559-27

DVD XI – 253 - 255
ACTE KOOP/VERKOOP

Naam schip ARGONAUT

plaats en datum acte openbare vrijwillige verkoping, Amsterdam, 10 juni 1861

type schip bark, gekoperd en kopervast

bouwwerf/verkoper firma De Coningh & Co., Amsterdam (boekhouders en medereders van het schip, mede namens overige reders)

gevoerd door kapt. J.P. Carst

eigenaar/aankoper N. Brandjes, te Purmerende, en P. van der Drift, te Alkmaar, beiden kooplieden en reders.

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating in den jare 1858 nieuw gebouwd.

plaats / datum registratie Amsterdam, 12 juni 1861

nummer van registratie deel 176, folio 43, verso, vak 2.

notaris Jacobus Dupont Noordhoek, deurwaarder arrondissements rechtbank Amsterdam.

prijs NLG. 46.600,-

Bijzonderheden: de verkoping vond plaats in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ te Amsterdam, en het schip lag te Amsterdam in het Oosterdok.



researcher/datum research: ML / 030808

Naam ARGONAUT
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1861
Toegang 207
Inventaris 559

Bronnen
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk