Inloggen
GUINEA - ID 14964


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1856-01-30 / 1862-10-16 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1856
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Brik
Masten: Two masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Gebrs. Visser, Werf 'De Nooteboom', Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1855-08-00
Launch Date: 1856-01-22
Delivery Date: 1856-01-30
Technical Data

Gross Tonnage: 146.00 lasts
 
Length 1: 33.00 Meters Registered
Beam: 7.60 Meters Registered
Depth: 4.00 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1856
Datum agenda: 1856-02-09
Register nr: 18560078
Scheepsnaam: GUINEA
Type: Brik
Lasten: 146
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Rijckevorsel, Huibert van
Plaats: niet gemeld
Kapitein op moment van verzoek: Harst, A. van der
Opmerkingen: eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1856-01-30 GUINEA
Manager: Firma Huibert van Rijckevorsel, (Huibert van Rijckevorsel en Hendrik Muller Samuelszn), Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Firma Huibert van Rijckevorsel, (Huibert van Rijckevorsel en Hendrik Muller Samuelszn), Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands

Ship Events Data

1862-10-16: Final Fate: Stranded

Van het Engels schip LADY ALICE, kapitein Mickleburgh, dat op de 1sten december alhier van Japan is aangekomen, hebben wij bericht ontvangen, dat de Nederlandsche brik GUINEA, kapt. L. Crevecoeur, op de 16de oktober 1862 in de baai van Jedo totaal is verongelukt. De ekwipage is echter gered en een gedeelte der lading en inventaris geborgen geworden.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Arie van der Harst werd geboren ca. 1816 te Scheveningen als zoon van Dirk van der Harst en Martiena Spaansch.

Hij trouwde op 12 maart 1845 te Rotterdam met Petronella Molenaar, geboren te Maasssluis op 29 december 1817 als dochter van Joris Molenaar en Alida van Sina. Zij overleed op 06 januari 1891, 73 jaar.

 

NRC 06 november 1865114

Advertentie. Heden ontving ik het treurig bericht, dat mijn geliefde echtgenoot Arie van der Harst, gezagvoerder van de bark CONCURRENT, de 17e september l.l, te Samarang in de

ouderdom van 49 jaren is overleden.

Een korte doch hevige ziekte maakte een einde aan zijn voor mij en mijn kinderen zo dierbaar leven.

Rotterdam, 4 november 1865                       Wed. A. van der Harst, geb. Molenaar

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

  1. van der Harst was met vlagnummer R381 in de periode 1853 t/m 1865 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1865 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart  (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1865 is overleden058

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein A. van der Harst met vlagnummer R381 als gezagvoerde in de ledenlijsten van058:

*    1855                brik “Guinea”                                125 last  varend voor H. van Ryckevorsel te Rotterdam

*    1858, 1859     brik “Gouverneur van Swieten   186 last  varend voor H. van Ryckevorsel te Rotterdam

*    1862                bark “Concurrent”                       336 last  varend voor H. van Ryckevorsel te Rotterdam

*    1863, 1864     bark “Concurrent”                       319 last  varend voor Hendrik Muller & Co te Rotterdam

 

Bouma025 vermeldt A. van der Harst als gezxagvoerder gedurende:

*    1853 van de sch.brik “Gouverneur v/d Eb” ex Polaris, gebouwd in 1845 te Rotterdam, 214 ton o.m., varend voor H.van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1855 t/m 1856 van de brik “Gouverneur Elsevier”, gebouwd in 1851 te Rotterdam, 145 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1857 van de brik “Guinea”, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 276 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1858 t/m 1860 van de brik “Gouverneur van Swieten”, gebouwd in 1857 te Rotterdam, 352 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1861 van de brik “Guinea”, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 276 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1862 t/m 1863 van de bark “Concurrent”, gebouwd in 1857 te Rotterdam, 635 ton o.m., varend voor H.van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1864 t/m 1865 van hetzelfde schip maar nu varend voor H.Muller & Co te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

  1. van der Horst vertrok per 22 april 1861 van Hellevoetsluis met de “Concurrent” en een detachement van 3 officieren en 120 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 23 juli 1861 na een reis van 92 dagen. Onderweg was 1 soldaat overleden.

Op 10 februari 1865 vertrok hij van Zierikzee met de “Concurrent” en een transport van 2 officieren en 10 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 04 juli 1865 na een reis van 144 dagen. Bij aankomst ontbraken 2 manschappen In St.George d’Elmina werden 34 afrikaanse recruten aan boord genomen 065.

 

De Raad voor Tucht in de koopvaardij deed op 21 november 1857 uitspraak over een klacht tegen kapitein A. van der Harst van de brik “Guinea”. De aard van de klacht is niet verder behandeld.104*.

 

In de Harlinger Courant van begin Januari 1853 (geen preciese datum op de fotokopie) staat onder de rubriek GEPRAAIDE SCHEPEN het volgende bericht:

“Kapt. van der Horst, van Cheribon in Texel binnen rapporteert den 16den December, op 3o26 NBr. en 21o26’WL, gepraaid te hebben, de schepen Kinderdijk, kapt. Ouwehand, van Rotterdam naa Valparaiso, aan boord alles wel; en Hydrus, van Lissabon naar Rio Grande.”

 

 

Datum vanaf: 1856
Kapitein: Harst, Arie van der

Familiegegevens en opleiding

Andries Frederik Nidschelm werd geboren op 28 februari 1826 te Middelburg. Hij was Luthers. Hij vestigde zich op 13 november 1856 te Rotterdam en woonde aldaar o.a. aan de Westerkade Wijk 14 nr. 787. Hij vertrok op 17 november 1873 naar Den Helder.

Hij was gehuwd met Maria Christina Vermeulen, geboren 29 maart 1826 te Middelburg, Rooms-Katholiek005

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

A.F.Niedschelm was met vlagnummer R156 in de periode 1858 t/m 1870 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein A.F.Niedschelm met vlagnummer R156 als gezagvoerder in de ledenlijsten van-58:

1858, 1859           van de brik “Guinea”      146 last              varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam

1862                      van de sch. “Goudkust” 77 last                varend voor H. van Ryckevorsel

1863, 1864           van de sch. ”President Benson”                77 last                varend voor Hendrik Muller & Co te Rotterdam

1865                      van de sch. “St George de la Mina”         77 last                varend voor Hendrik Muller & Co te Rotterdam

1866                      van de sch. “President Benson”                77 last                varend voor Hendirk Muller & Co te Rotterdam

1867                      van de brik “Elise Susanna”                      140 last              varend voor Hendrik Muller & Co te Rotterdam

 

Bouma025 vermeldt A.F.Nidschelm als gezagvoerder gedurende:

*    1858 t/m 1860 van de brik “Guinea”, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 276 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1860 t/m 1861 van de brik “Ivoorkust” ex Komeet, gebouwd in 1849 aan de IJssel (Capelle?), 182 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1862 t/m 1863 van de 2/msch. “Goudkust”, gebouwd in 1852 te Rotterdam, 146 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam. Het schip voer in 1864 voor H.Muller & Co te Rotterdam en was herdoopt in “President Benson”;

*    1864 t/m 1865 van de “President Benson” ex Goudkust, gebouwd in 1852 te Rotterdam, 146 ton o.m., varend voor H.Muller & Co te Rotterdam;

*    1865 t/m 1866 van de brik “St.George de la Mina”, gebouwd in 1849 te Rotterdam, 188 ton o.m., varend voor H.Muller & Co te Rotterdam;

*    1867 t/m 1868 van hetzelfde schip en voor dezelfde reeder;

*    1868 t/m 1869 van de brik “Elisa Suzanna”, gebouwd in 1867 te Rotterdam, 268 ton o.m., varend voor H.Muller & Co te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

De Raad voor Tucht bij de koopvaardij deed op 01 augustus 1866 uitspraak inzake een klacht tegen kapitein Andries Frederik Nidschelm, gezagvoerder van de schoenen “President Benson”, varend voor Hendrik Muller & Co te Rotterdam. Er zijn geen details van deze uitspraak vermeld. 104*

 

 

Datum vanaf: 1857
Kapitein: Nidschelm, Andries Frederik

Familiegegevens en opleiding

Geen

De schepen van de kapitein

Op 26 november 1858 vertrok vanuit Banjoewangi de bark “Minerva” van de Reederij Spoors & Sprenger te Middelburg onder kapitein J.A.van Boven. Het schip arriveerde te Vlissingen op 19 mei 1859 “met 173 geregistreerde zeedagen in haar journaal, dat vol stond met aanteekeningen van misère en dagelijkse tegenslagen. Het fijn besneden gelaat van het mooie schegbeeld, (de godin Minerva voorstellende) was door het beukend zeewater danig geschonden. Op het laatst van de reis had men op zee wat ververschingen bekomen; tenslotte was toch “alles wel aan boord””026(38/077).

Bouma025 vermeldt J.A.van Boven als gezagvoerder gedurende:

  • 1840 van het fregat “Paulina”, gebouwd in 1829 te Middelburg, 350 ton o.m., varend voor Boddaert & Co te Middelburg;
  • 1842 t/m 1845 van het 3/m schip “Onderneming”, gebouwd in 1840 te Middelburg, 399 ton o.m., varend voor Boddaert & Co te Middelburg;
  • 1847 t/m 1861 van de bark “Minerva”, gebouwd in 1840 te Middelburg, 752 ton o.m., varend voor Spoors & Sprenger te Middelburg.

 Bouma025 vermeldt J. van Boven Fagg als gezagvoerder gedurende:

  • 1859 van de bark “Elisa Suzanna”, gebouwd in 1840 te Rotterdam, 557 ton o.m., varend voor H.van Rijckevorsel te Rotterdam;
  • 1861 t/m 1864 van de brik “Gouverneur van Swieten”, gebouwd in 1857 te Rotterdam, 352 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

Publicaties

Verhaal door nazaat Frank van Boven over de reizen gemaakt door zijn voorvader J(ohan).A. van Boven (Fagg)

 

Datum vanaf: 1860
Kapitein: BOVEN (FAGG), J. A. van

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

L.Crevecoeur was met vlagnummer R425 in de periode 1855 t/m 1864 effectief lid van het Rotterdamse zemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1864 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat L.Crevecoeur in 1864 “volgens Art. 37 … van het Lidmaatschap vervallen verklaard moet worden”. Dit artikel regelt royement wegens het niet voldoen aan de financiële verplichtingen058.

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein L.Crevecoeur met vlagnummer R425 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1855, 1858, 1859 van de bark “Koophandel”    281 last    varend voor Jacques Serruys & Co te Rotterdam

*    1862, 1863                                     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt L.Crevecoeur als gezagvoerder gedurende:

*    1856 t/m 1860 van de bark “Koophandel”, gebouwd in 1849 te Dordrecht, 531 ton o.m., varend voor J.Serruys & Co te Rotterdam;

*    1862 van de brik “Guinea”, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 276 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam. Het schip verongelukte in 1862 te Japan.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1861
Kapitein: Crevecoeur, L.

Familiegegevens en opleiding

Arie van der Harst werd geboren ca. 1816 te Scheveningen als zoon van Dirk van der Harst en Martiena Spaansch.

Hij trouwde op 12 maart 1845 te Rotterdam met Petronella Molenaar, geboren te Maasssluis op 29 december 1817 als dochter van Joris Molenaar en Alida van Sina. Zij overleed op 06 januari 1891, 73 jaar.

 

NRC 06 november 1865114

Advertentie. Heden ontving ik het treurig bericht, dat mijn geliefde echtgenoot Arie van der Harst, gezagvoerder van de bark CONCURRENT, de 17e september l.l, te Samarang in de

ouderdom van 49 jaren is overleden.

Een korte doch hevige ziekte maakte een einde aan zijn voor mij en mijn kinderen zo dierbaar leven.

Rotterdam, 4 november 1865                       Wed. A. van der Harst, geb. Molenaar

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

  1. van der Harst was met vlagnummer R381 in de periode 1853 t/m 1865 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1865 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart  (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1865 is overleden058

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein A. van der Harst met vlagnummer R381 als gezagvoerde in de ledenlijsten van058:

*    1855                brik “Guinea”                                125 last  varend voor H. van Ryckevorsel te Rotterdam

*    1858, 1859     brik “Gouverneur van Swieten   186 last  varend voor H. van Ryckevorsel te Rotterdam

*    1862                bark “Concurrent”                       336 last  varend voor H. van Ryckevorsel te Rotterdam

*    1863, 1864     bark “Concurrent”                       319 last  varend voor Hendrik Muller & Co te Rotterdam

 

Bouma025 vermeldt A. van der Harst als gezxagvoerder gedurende:

*    1853 van de sch.brik “Gouverneur v/d Eb” ex Polaris, gebouwd in 1845 te Rotterdam, 214 ton o.m., varend voor H.van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1855 t/m 1856 van de brik “Gouverneur Elsevier”, gebouwd in 1851 te Rotterdam, 145 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1857 van de brik “Guinea”, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 276 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1858 t/m 1860 van de brik “Gouverneur van Swieten”, gebouwd in 1857 te Rotterdam, 352 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1861 van de brik “Guinea”, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 276 ton o.m., varend voor H. van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1862 t/m 1863 van de bark “Concurrent”, gebouwd in 1857 te Rotterdam, 635 ton o.m., varend voor H.van Rijckevorsel te Rotterdam;

*    1864 t/m 1865 van hetzelfde schip maar nu varend voor H.Muller & Co te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

  1. van der Horst vertrok per 22 april 1861 van Hellevoetsluis met de “Concurrent” en een detachement van 3 officieren en 120 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 23 juli 1861 na een reis van 92 dagen. Onderweg was 1 soldaat overleden.

Op 10 februari 1865 vertrok hij van Zierikzee met de “Concurrent” en een transport van 2 officieren en 10 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 04 juli 1865 na een reis van 144 dagen. Bij aankomst ontbraken 2 manschappen In St.George d’Elmina werden 34 afrikaanse recruten aan boord genomen 065.

 

De Raad voor Tucht in de koopvaardij deed op 21 november 1857 uitspraak over een klacht tegen kapitein A. van der Harst van de brik “Guinea”. De aard van de klacht is niet verder behandeld.104*.

 

In de Harlinger Courant van begin Januari 1853 (geen preciese datum op de fotokopie) staat onder de rubriek GEPRAAIDE SCHEPEN het volgende bericht:

“Kapt. van der Horst, van Cheribon in Texel binnen rapporteert den 16den December, op 3o26 NBr. en 21o26’WL, gepraaid te hebben, de schepen Kinderdijk, kapt. Ouwehand, van Rotterdam naa Valparaiso, aan boord alles wel; en Hydrus, van Lissabon naar Rio Grande.”

 

 

Datum vanaf: 1861
Kapitein: Harst, Arie van der

Afbeeldingen


Omschrijving: GUINEA
Collectie: Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders
Vervaardiger: Onbekend
Onderwerp: Zeeopname
Algemene informatie

1856

RC 230156
Heden is alhier van de werf der heren Geb. Visser met goed gevolg te water gelaten het brikschip GUINEA, groot ongeveer 146 gemeten lasten en gevoerd zullende worden door kapitein A. van der Harst, onmiddellijk waarna de kiel is gelegd van een clipper-schoenerschip, genaamd IVOORKUST, beide voor rekening van het handelshuis van de heer H. van Rijckevorsel alhier.

Op 09-02-1856 wordt voor de GUINEA door Huibert van Rijckevorsel uit Rotterdam een eerste zeebrief aangevraagd voor kapt. A. van der Harst.

NRC 030356
Helvoetsluis, 2 maart. Zeilklaar GUINEA, van der Harst naar de kust van Guinea.
NRC 080556
Liberia, 2 april. Aangekomen GUINEA, van der Harst van Rotterdam. Alles wel aan boord.
NRC 290656
Elmina, 14 mei. Aangekomen GUINEA, van der Harst van Rotterdam en de Boven Kust.

1857

OHC 150957
Den 1 augustus te St. George d’Elmina binnengekomen: GOUVENEUR VAN DER EB, Temperman, van Rotterdam; en uitgezeild: 13 augustus GUINEA, van der Harst, naar Rotterdam.
RC 201057
Helvoetsluis, 19 oktober. Binnengekomen GUINEA, van der Harst van de kust van Guinea.
RC 241057
Cargalijst Rotterdam. GUINEA, A. van der Harst, van de kust van Guinea met 650 vaten palmolie (80,000 gallons), 26 olifantstanden, een partij gom en circa 7,000 kokosnoten, H. van Rijckevorsel.

Op 14-11-1857 wordt voor de GUINEA door Huibert van Rijckevorsel uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. A.F. Nidschelm.

NRC 031257
Hellevoetsluis, 2 december. Zeilklaar GUINEA, Nidschelm naar de kust van Guinea.

1858

NRC 210458
Elmina, 22 januari. Aangekomen GUINEA, Nidschelm van Rotterdam en de Bovenkust.
NAH 191058
Handelsbericht. Palmolie. Tegen de 3de november zijn in veiling aangeslagen 222.000 Nederlandse ponden, direct van de kust van Afrika aangebracht, per GUINEA en GOUVERNEUR SCHOMERUS, welke gesorteerd en getaxeerd. (opm. Bekort)

1859

AH 120559
Kaap Coast Castle, 5 mei. Aangekomen GUINEA, Nidschelm van St. George d’Almina.
NRC 130759
Elmina, 1 junl. Vertrokken GUINEA, Nidschelm naar Rotterdam.
NRC 150859
Cargalijst Rotterdam. GUINEA, A.F. Nidschelm van de kust van Guinea met: 701 vaten palmolie (80.069 gallon), 7 olifantstanden, 780 kokosnoten.
NRC 170859
De Diergaarde heeft wederom geschenken ontvangen van o.a. een Afrikaanse eekhoorn, een dito pythonslang, een bondskop-aap en twee grijze papegaaien, geschenken van de heer A.F. Nidschelm, gezagvoerder van het brikschip GUINEA, van de heer H. van Rijckevorsel.(opm. beperkt)
NRC 160959
Rotterdam, 15 september. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende vier schepen: Voor Rotterdam: GUINEA, kapt. A.F. Nidschelm.

1860

Op 10-01-1860 wordt voor de GUINEA door Huibert van Rijckevorsel uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. J. van Boven Fagg.

NRC 100160
Rotterdam, 9 januari. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 8 schepen, als: Voor Rotterdam: TWEE GEZUSTERS, kapt. P. Keuzenkamp; GUINEA, n.n.; ZEPHIR, kapt. N.J. de Vries; GOUVENEUR VAN SWIETEN, kapt. A. van der Harst.
OHC 200160
Helvoet, 18 januari. Uitgezeild GUINEA, Van Boven Fagg naar Batavia.
NRC 260160
Rotterdam, 25 januari. Volgens telegrafisch bericht, is het Nederlandse brikschip GUINEA, kapt. Van Boven Fagg, gisteren avond van hier te North-Shields aangekomen, na gedurende de overtocht met aanhoudend slecht weder gekampt te hebben. Aan boord is alles wel.
RC 140260
Shields, 10 februari. Uitgezeild GUINEA, Van Boven Fagg naar Batavia.
JB 260560
Straat Sunda, 22 mei. Gepasseerd de Nederlandse brik GUINEA, J.F van Boven Fagg naar Batavia.
JB 280760
Van Batavia, 27 juli, de Nederlandse brik GUINEA, Van Boven Fagg naar Nederland.
NRC 201160
Brouwershaven, 19 november. Vertrokken GUINEA, Van Boven Fagg naar Helvoet.
RC 201160
Cargalijst Rotterdam. GUINEA, J. van Boven Fagg van Soerabaja met 2.250 pikols koffie, 2.500 pikols suiker, 200 pikols tin en 120 pikols rotting, N.H.M.

1861

NRC 160161
Advertentie. In lading te Rotterdam naar: Boston. De Nederlandse brik GUINEA, kapt. A. van der Harst. Adres Hudig en Blokhuijzen.

Op 11-03-1861 wordt voor de GUINEA door Huibert van Rijckevorsel uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. A. van der Harst.

Op 28-03-1861 wordt voor de GUINEA door Huibert van Rijckevorsel uit Rotterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. L. Crevecoeur.

NRC 020461
Helvoetsluis, 1 april. Uitgezeild GUINEA, Crevecoeur naar Boston.
AH 030661
Boston, 16 mei. Binnengekomen GUINEA, Crevecoeur van Rotterdam.
OHC 160761
Helvoetsluis, 14 juli. Binnengekomen GUINEA, Crevecoeur van Boston A (opm. A is Amerika).
AH 180761
Cargalijst Rotterdam. GUINEA, Crevecoeur van Boston met: 264 en 89 vaten palmolie, 75 stukken verf hout, 178 balen gom copal, 6 collie ivoor, 2.000 stuks duigen, Gebr. Nottebohm.
NRC 140861
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar: Kanagawa (Japan), waarschijnlijk via Singapore de Nederlandse brik GUINEA, kapt. L. Crevecoeur. Adres: de reder H. van Rijckevorsel en de cargadoors Hudig & Blokhuijzen. en Kuyper, van Dam &Smeer, te Rotterdam, de Coningh & Co., te Amsterdam en Murk Lels, te Alblasserdam.
NRC 301061
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading naar: Kanagawa en Decima, waarschijnlijk via Singapore de Nederlandse brik GUINEA, kapt. L. Crevecoeur. Adres: de reder H. van Rijckevorsel en de cargadoors Hudig & Blokhuijzen. en Kuyper, van Dam &Smeer, te Rotterdam, de Coningh & Co., te Amsterdam en Murk Lels, te Alblasserdam.

1862

NRC 200162
Rotterdam, 19 januari. Het brikschip GUINEA, kapt. L. Crevecoeur, is gisterenmiddag ten 12½ uur van deze stad naar Hellevoetsluis vertrokken, alwaar het in de namiddag ten vijf uur aankwam. Hedennacht zal het hoogstwaarschijnlijk van daar zijn reis naar Japan aanvaarden.
NRC 210162
Helvoet, 20 januari. Vertrokken GUINEA, Crevecoeur naar Japan. Veel ijs op de rivier.
NRC 250162
Rotterdam 24 januari. Volgens telegrafisch bericht heden uit Plymouth ontvangen en aldaar aangeboden ten 5 ure, was de brik GUINEA, kapt. Crevecoeur, van Rotterdam naar Japan, wegens slecht weder genoodzaakt geweest aldaar binnen te lopen.
AH 250462
Gepraaid: 20 maart; op 3°46' N.Br. 21° 10' W.L.: GUINEA, Crevecoeur, van Rotterdam naar Decima.
NRC 170862
Anjer, 22 juni. Gepasseerd GUINEA, Crevecoeur van Rotterdam naar Japan.
RC 290962
Nagasaki. 7 juli. Aangekomen GUINEA, Crevecoeur van Rotterdam.
JB 061262
Van het Engels schip LADY ALICE, kapitein Mickleburgh, dat op de 1sten december alhier van Japan is aangekomen, hebben wij bericht ontvangen, dat de Nederlandsche brik GUINEA, kapt. L. Crevecoeur, op de 16de oktober in de baai van Jeddo totaal is verongelukt. De ekwipage is echter gered en een gedeelte der lading en inventaris geborgen geworden.
RC 291262
Yokohama 24 oktober. De Nederlandse brik GUINEA, kapt. L. Crevecoeur, in de Baai van Jeddo verongelukt (reeds per telegraaf gemeld), was van hier naar Shanghai bestemd, en had 185 balen zijde enz. aan boord. Al de zijde is geborgen. Het schip ligt op klippen binnen Kaap Kamisaki en is gebroken; de equipage is terstond na de stranding aan wal gekomen, en de berging door anderen bewerkstelligd.
AH 291262
De Nederlandse brik GUINEA kapt. Crevecoeur, is 16 oktober bij het afzakken van de rivier van Yokohama verongelukt. Nadat het schip den vorigen avond van genoemde plaats was vertrokken, doch wegens stilte op de hoogte van Uragawa ten anker moest komen, werd het in de morgen van den 16de door een hevige storm uit het Noord-Oosten belopen. Beide ankers waren gevallen, doch door de hevige storm brak een der kettingen en het schip werd op de rotsen geworpen. Reeds bij de eerste stoot brak het door midden en spoedig daarna kon men het als wrak beschouwen. De equipage is gelukkig gered en ook een groot gedeelte der kostbare lading zijde is (slechts weinig beschadigd) geborgen.

1863

NRC 170163
Yokohama, 11 november. Het wrak, tuig en inventaris van het in de baai van Jeddo (opm: Jedo, thans Tokyo) gestrande Rotterdamse brikschip GUINEA is in publieke veiling verkocht. Ook de lading zijde, waarvan slechts weinig beschadigd was, is verkocht.
NRC 200263
Het verongelukken van de Nederlandse brik GUINEA, kapt. L Crevecoeur, van hier naar Shanghai, zal UEd. reeds bekend zijn; de gevolgen van die schipbreuk zullen echter zo belangrijk zijn voor assuradeurs en kooplieden, dat ik vermeen, UEd. een verslag te moeten geven van het gebeurde en dit niet beter te kunnen doen dan door een uittreksel uit het zeeprotest alhier beëdigd, door kapitein en equipage voor de Nederlandse consul. Wanneer UEd. nu hiermede vergelijkt de zittingen van een zogenaamd Court, dan laat ik de gevolgtrekkingen daarover te maken aan UEds. eigen oordeel over.

Na de gewone formule van het zeeprotest lees ik aldaar het volgende woordelijke afschrift uit het journaal:

Dinsdag 14 oktober 1862.
Gingen wij met de dag anker op en stuurden volgens de strekking der kust. Kwamen wegens doodstilte en in de stroom ten anker onder Perry Eiland op 12 vaam water. Staken 60 vaam ketting. Perry Eiland W.N.W. Rubicon O.N.O.
Woensdag, 15 oktober.
Stijve bries uit het N.O. Konden niet anker opgaan, zwaar mistig en veel regen. Hielden des nachts goede wacht en kwamen elk uur de kapitein zowel als de stuurman aan dek.
Donderdag 16 oktober.
's Morgens om 4 uur aannemende van winden zee. Om 5 uur kwam de man van de wacht waarschuwen, dat het schip dreef en daar het 2de anker reeds klaar lag, lieten wij het dadelijk vallen, en staken 18 vaam buiten de kluis, waardoor het schip weder bleef liggen, doch konden geen ketting meer steken, daar de branding reeds dicht achter het schip was; daar wind en zee steeds aannemende waren, begon het schip tegen 8 uur weder te drijven, zijnde het dik met zware regen. Geen mogelijkheid bestaande om onder zeil te komen, wegens de harde wind, hoge zee en nabijheid der klippen, stootte het schip enige ogenblikken later met het achtereind op de klippen en de kop rondslaande, kwam het dwars tegen het strand, brekende de zee hevig over het schip heen, de stuurboords-verschansing verbrijzelde, terwijl het schip vast zat, loodden wij achter 9 voet, midscheeps 4 voet en voor 7 voet aan bakboords zijde alles klip grond. Het schip stootte geweldig, waardoor alles kraakte, de kragen van den groten mast en pompen sprongen en het gehele tuig stond te schudden, zodat er spoedig enige voeten water in het schip stonden. Wij waren toen in de verwachting, dat het schip onreddelijk uit elkander zoude slaan en besloten dus vooreerst ons naar wal te begeven, zowel voor behoud van ons leven als om te zien of er geen assistentie van de zijde der Japanners te krijgen was. De sloep werd gelukkig te water gelaten, vertrekkende toen eerst de passagiers en jongens naar de wal. Toen de sloep terugkwam ging de rest der equipage en voor de derden keer verlieten ook de kapitein en stuurman het schip, de scheepspapieren en het journaal mede nemende, hijsende nog eerst twee Hollandsche vlaggen, de een halfstok aan de gaffel de andere aan de stuurboords-gaffel gaande. De sloep goed op strand hebbende gehaald, waaraan ook de Japanners hielpen, begaven wij ons naar een nabij gelegen dorpje, waar wij ongeveer 2 uur vertoefden, liggende het dorpje een kwartier uur van het rif, waarop het schip zat, zijnde dit toen reeds in de midscheeps gebroken. Hierna begaven wij ons daar de branding een weinig was afgenomen weder naar boord, bergende de chronometer, scheepspapieren, instrumenten, boeken, enz., benevens enig goed der equipage, doende de sloep ten dien einde twee tochten van wal naar het schip.
Hierna gingen wij allen naar wal, maar een boot van Yokohama ziende aankomen begaven wij ons in allerijl weder naar boord in een Japanse boot, zijnde onze sloep reeds zeer lek en zo hoog op strand dat wij ze zo spoedig niet konden vlot krijgen. Aan boord gaande vonden wij aldaar kapt. Bayllie, vertoevende wij, daar het weder bedaarde, de gehele nacht aan boord.
Vrijdag, 17 oktober 1862.
Hoewel zee en branding nog vrij hevig waren, losten wij met behulp van kapitein Bayllie 61 balen zijde, welke naar de wal werden gebracht. Ongeveer te 9 uur kwam een stoomboot van Yokohama, langs zijde, bevindende zich daarin de heren Plate, Carst, Haupt, Rab en Freij. De beide laatsten kwamen aan boord, doch verwijderden zich een kwartier later. Ongeveer te tien ure kwam de Nederlandsche consul aan boord hebbende bij zich een sloep van de MARTHA THERESIA, met kapt. E. Visser, de 2de stuurman en 4 man, die ons toen hielpen de overige zijde op te langen, wordende deze, met de consuls boot en Japanse vaartuigen, naar wal gebracht. Voor dat de zijde weg was, kwam ongeveer ten 10 u. 30 de heer Noordhoek Hegt aan boord, met een grote Japanse laadboot. Hij begaf zich naar den kapitein, hem zijne diensten aanbiedende, hetgeen aangenomen werd, nemende hij toen de passagiersgoederen, wapens en keukengereedschappen mede en enige provisiën en ons goed van boord. Wij laden daarop des consuls boot vol met trossen, touwwerk, de beste zeilen, provisiën enz. Tegen half een uur kwam een Engelse stoomkanonneerboot tot onze assistentie, kunnende ons evenwel niet in het minste helpen en zijnde door de heren Henderson en Macdonald aan boord afgezonden door de assuradeurs der lading. Wij brachten een werp uit naar stuurboords zijde, met een der beste trossen om te zien of het schip nog af te brengen was. Vervolgens losten wij toen zwavelkisten, mais en aardappelen. Des nachts moest de kapitein met de consul naar de wal, verblijvende de stuurman met 4 man aan boord; wij hielden des nachts voortdurend goede wacht, waaijende het zeer hard uit het noorden en N.O met veel regen. Om 9 uur sloeg ook de kanonneerboot op de klippen.
Zaterdag de 18 oktober woei het een storm uit het N.O. makende wij een vlot gereed en brengen een lijn aan de wal, tegen de middag met hoog water bevonden wij 10 voet water in het ruim, rijzende en vallende het water met het tij. De kapitein kwam 's -middags weder aan boord, verblijvende aldaar den gehele nacht met de stuurman en 3 man.
Zondag 19 oktober. Afnemende van wind en zee kwam de equipage van kapitein Visser aan boord, die de voorbram-ra en voormars-ra neder gaven. Met ons eigen volk tuigden wij het schip verder af tot op de marsstengen na, losten zoveel mogelijk van het touwwerk, blokken enz.; des namiddags de rest der zeilen en een groot gedeelte spek en vlees, benevens enig ijzer en kettingwerk.
Des avonds vertrok kapt. Visser naar Yokohama, zijnde de heren Noordhoek Hegt en Freij de gehele dag werkzaam geweest. Des namiddags was ook de consul met de heren Schnell en Huffnagel aan boord. Des nachts verlieten wij allen het schip, houdende op strand goede wacht voor hetzelve.
Maandag 20 oktober 1862,
Losten wij de gehele dag zwavel en aardappelen, namen de stengen en gaffel neer en de kluiverboom in en zetten de grote boot uit. Losten het plecht en tuianker, benevens de batterij en de rest der droge provisie. Hebbende wij Frey belet om, niettegenstaande hij Japanse timmerlieden had medegebracht, aan het slopen te gaan. Nadat alles wat waarde had van het schip was afgehaald begaven wij ons des avonds naar de wal, houdende op strand goede wacht.
Dinsdag 21 oktober 1862
Begaf zich de gehele equipage met uitzondering van de kok en Torn Gasfield naar Yokohama. De stuurman vertrok insgelijks met een met goederen beladen boot met de heer Noordhoek Hegt, terwijl de Nederlandsche consul alstoen het strand verliet.
(w.g.) L. Crevecoeur en G. Landalt. Compareerde voorts enz. Deze acte is gepasseerd op donderdag 23 oktober 1862 en alstoen beëdigd voor de Nederlandsen consul D. de Graaff van Polsbroek, te Kanagawa.

Zoverre nu de officiële opgave van de gezagvoerder en equipage, en voor het alhier gebeurde meld ik het volgende: Den 16 Oktober 1862 kwam alhier (Yokohama) een stoomboot van Sjanghai en spoedig verspreidde zich alhier het gerucht, dat dezelve een Nederlandse brik op de rotsen bij (Hatsirimidsie) bij Perry eiland gestrand had gezien en dat de zeeën er overheen braken. Op het horen van dit gerucht, begaf ik mij naar de firma Textor en Co. en de Coningh Carst en Lels, om inlichtingen, zonder iets naders te weten te kunnen komen en bood laatstgenoemde firma, als agenten voor assuradeurs, mijne diensten aan. In den namiddag omstreeks 5 uur zag ik tot mijne grote verwondering van deze rede met een harden N.O. wind onder zeil gaan de Nederlands Indische brik ZWALUW, kapitein Bloem, welke brik gecharterd was door de firma Textor en Co en bezig te laden voor Shanghai. Dezelve had een sloep op sleeptouw en twee laadboten, welke echter spoedig door het breken van de sleper achter bleven. Ik vernam nader, dat aan boord der brik zich bevonden kapitein J. Visser Ez. en de 2e stuurman en 4 man van de MARTHA THERESIA, alsmede de Nederlandse consul D. de Graeff van Polsbroek en kapt. Huffnagel, vroeger van de NASSAU. Den volgenden morgen vroeg kwamen te mijnen huize 2 der passagiers van de GUINEA, welke over land waren gekomen en kreeg ik de zekerheid, dat het kapt. Crevecoeur was, wien het ongeluk had getroffen. Ik besloot mij dadelijk naar de plaats des onheils te begeven, ten einde die hulp te geven, welke ik zoude kunnen en een trouw verslag voor assuradeurs, daar het verzeilen met de brik ZWALUW opzien baarde en gevaarlijk voor eigenaars en assuradeurs kon worden. Met veel moeite kreeg ik een Japanse boot en ging onder zeil met de 2 passagiers, en vond de brik ZWALUW, beneden Webster eiland in geen benijdenswaardige ankerplaats, geheel uit het gezicht van de GUINEA en na aldaar even aan boord te zijn geweest ging ik verder.
Dicht bij de GUINEA komende, ontmoette ik de kleine stoomboot, behorende aan de firma de Coningh Carst en Lels met enige heren. Bij de brik komende, welke met de voorsteven naar land zat, zag ik dat de dwarsnaden in de midscheeps afgeweken waren, en op dek komende, dat het schip in de midden was doorgebogen. Ik kwam aan bakboord over en zag de constabel van het Nederlandsch consulaat bij het grote luik staan, bezig met het opnoteren der zijde-balen, welke uit het grote luik werden opgegeven, in bijzijn van kapt. J. Visser Ez. De Nederlandsche consul was destijds aan land en nam de zijde-balen aldaar in ontvangst met Japanse officieren. Op het achterdek was kapt. L. Crevecoeur en na condolatie bood ik mijn persoonlijke diensten en die der grote laadboot aan. Dit aanbod werd aangenomen en ik stelde de boot ter beschikking tot lossen der zijde; dit werd echter geweigerd en gezegd de zijde mocht enkel in de consulsboot en te zenden boten worden geladen. Ik protesteerde hier tegen, doch stelde mij niet te min ter beschikking en laadde in de boot de klederen enz. van kapitein Crevecoeur, die van de passagiers, kaarten, kompassen, enz. enz. De lossing der zijde had nu verder plaats in de voornoemde boten en werd daarna voortgegaan met lossing van het waardigste van de inventaris en lading. Het water stond tot onder de tussendeks balken, door de lading hout en zwavel was het niet aan de zijde-balen kunnen komen. In de namiddag kwam de gunboot VESTREL bij het wrak en bood zijne diensten aan. Met die boot kwamen aan boord de heer Macdonald en kapt. Henderson, voerende het schip NASSAU, als gezonden zijnde van de Engelse assuradeurs De zijde was destijds gelost en in een vissersdorp ¼ Duitsche mijl van daar opgeslagen. Tegen den avond laadde de gunboot de zijde, geborgen door kapt. Bayllie, zijnde 82 balen en 's avonds om 9 ure sloeg de gunboot vlak naast de GUINEA op de klippen en juist zo als de GUINEA met 2 ankers uit.
De grond was aldaar klippen, die glooiend na de diepte in lagen neer liepen, zodat geen anker kon houden. Den volgenden dag waaide het zeer hard, zodat met veel moeite communicatie met beide schepen, door middel van trossen, en de wal werd daar gesteld, doch tegen den avond werd het beter en konden wij weder met vaartuigen naar boord gaan. De gunboot is de volgenden dag met assistentie van een barkas met volk weder tussen de klippen door afgebracht, alhoewel zwaar beschadigd en met de zijde naar Yokohama gestoomd. Die zijde is vervolgens, benevens de 103 balen, alzo gered en in een pakhuis opgeslagen. Kort daarop werd dat pakhuis door Franse schildwachten bezet en door de Franse consul opgeëist en publiek verkocht. Het wrak van de GUINEA is gekocht door kapt. Huffnagel voor de som van 1100 Mexicaanse dollars en de inventaris voor 3174 Mexicaanse dito zonder de zeilen, Voor de verkoop ging er een circulaire, ten einde de goederen op te vragen en de claims in te vorderen. Ook ik zond mijn aanspraak op hulp of bergloon in en werd vervolgens door consulaire circulaire opgeroepen als getuige in deze zaak. Na 3 dagen bij het zogenaamde Court op aflegging van mijne getuigenis te hebben gewacht, is mij gezegd dit niet meer nodig was, doch ik heb mijn naam, niettegenstaande ik 3 dagen bezig was bij het bergen van het goed en in het zeeprotest wordt genoemd, niets eens horen melden. De courant met deze mail zullen eenigzins op de hoogte van het gehouden Court brengen en bij slot van rekening is nu door de Franse consul tegen alles geprotesteerd. Ik heb de eer UEd. enige gedrukte stukken over deze zaak over te zenden, ten einde er gebruik van te maken zo als UEd. zult goed vinden en zodra de verslagen van de Court gedrukt zijn, denk ik dezelve over te zenden. Ik vermeen dat kapt. Visser de 103 balen, als door hem te zijn gered en als zodanig gerechtigd te zijn, tot 50 pct. der waarde heeft opgegeven. Hoe het gehoudene Court over de zaak denkt, zal UEd. blijken uit de couranten en een stuk door de Franse consul provisoire aan de leden van het Court aangeboden. Het afbrengen van de GUINEA schijnt tot nog toe mislukt te zijn, nadat er veel geld, enige booten en een massa vaten, die tot overvoer van olie schijnen bestemd geweest te zijn, is verspild en zal het zodra er een N. storm komt wel uit elkander slaan. Gisteren avond (zondag 30november) heerste er een vresselijke brand in de richting van Jedo, doch nadere bijzonderheden ontbreken. Voor de waarheid van bovenstaande mededelingen heb ik de eer te zijn, Uw Ed. Dw. Dienaar, M.J B. Noordhoek Hegt. Vroeger gezagvoerder der STAD ENSCHEDE.

 

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.349
DVD VIII - 813, 814
BIJLBRIEF
Naam schip GUINEA

plaats en datum acte Rotterdam, 22 januari 1856

type schip brik

bouwwerf/verkoper firma Gebr. Visser, scheepsmakers, op hun werf de Noteboom te Rotterdam

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper firma Huibert van Rijckevorsel, Rotterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 146 lasten

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang over stevens 33,00 m., breed binnen de huid 7,60 m.,
hol 4,00 m.

kiellegging augustus 1855

tewaterlating 22 januari 1856, geheel voltooid

plaats / datum registratie Rotterdam, 30 januari 1856

nummer van registratie deel 44, folio 64, verso, vak 7

notaris verklaring voor burgemeester van Rotterdam

prijs

bijzonderheden






researcher/datum research: ML / 080608

Naam GUINEA
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1856
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

Bronnen

Jaar: 1856
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: N.A. Den Haag, toegang nummer 2.08.01.07 Zeebrieven verbalen, diverse bestanddelen.
N.A. Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.349
AH = Algemeen Handelsblad
JB = Javabode
NAH = Nieuw Amsterdamsch Handels en Effectenblad
NRC = Nieuwe Rotterdamsche Courant
OHC = Opregte Haarlemsche Courant
RC = Rotterdamsche Courant