Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt J.A.Westerling als gezagvoerder gedurende:
* 1838 t/m 1841 van de smak “Maria”, gebouwd in 1827, bouwlocatie niet vermeld, 81 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Amsterdam. Het schip is in 1841 aangevaren voor anker op de Seine en gezonken;
* 1843 t/m 1845 van de kof “Maria Johanna”, gebouwd in 1829, bouwlocatie niet vermeld, 127 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Amsterdam. Het schip werd 2 maal te Harlingen geregistreerd komend van Hull en Liverpool. Het is verongelukt ter hoogte van Torre Nueva;
* 1847 t/m 1848 van de kof “Maria Elisabeth”, gebouwd in 1846 te Veendam, 101 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Hoogezand;
* 1849 van hetzelfde schip maar nu varend vanuit Broek (Joure).
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt L.Strijbos als gezagvoerder gedurende:
- * 1850 t/m 1851 van de kof “Maria Elisabeth”, gebouwd in 1846 te Veendam, 101 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Delfshaven;
- * 1854 t/m 1855 van de 2/msch “Zodiac”, gebouwd in 1840 te Rotterdam, 114 ton o.m., varend voor J.Hudig te Rotterdam. Het schip voer in 1856 voor J.Ooms Ez & Co te Rotterdam en was herdoopt in “Snip”;
- * 1856 t/m 1857 van de 2/msch “Snip”, ex Zodiac, gebouwd in 1839 te Rotterdam, 110 ton o.m., varend voor J.Hudig te Rotterdam;
- * 1858 t/m 1860 van hetzelfde schip maar nu varend voor J.Ooms Ez & Co te Rotterdam. Het schip is in oktober 1860 bij Buenos Ayres gestrand en wrak geraakt;
- * 1863 t/m 1869 van de 2/msch “Valk” ex Mina, gebouwd in 1857 te Foxhol, 177 ton o.m., varend voor Joh.Ooms Ez & Co te Rotterdam. Het schip voer in 1870 voor kapitein/eigenaar J.P.Medok te Farmsum en was herdoopt in “Voelkelina Blink”.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Vertrek en terugkomst in Amsterdam093
Kapitein Naam van het schip Aankomst Vertrek
D.H.Tjakkes Theodora Josina 13 oktober 1860 13 mei 1861
Theodora Josina 01 juni 1861 09 november 1861
Bouma025 vermeldt D.H.Tjakkes als gezagvoerder gedurende:
* 1852 t/m 1855 van de kof “Maria Elisabeth”, gebouwd in 1846 te Veendam, 101 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam. Het schip werd in 1855 verkocht;
* 1856 van de schkof “Onderneming” ex Onderneming van Zwol; gebouwd in 1828 te Nieuwendam, 150 ton o.m., varend voor H.Rietveld te Amsterdam. Het schip is in februari 1856, op weg van Amsterdam naar Newcastle, in zinkende toestand verlaten;
* 1857 t/m 1858 van de 2/msch. “Curacao” ex Dora Ann, gebouwd in 1842 te Kiel, 89 ton o.m., varend voor H.Rietveld te Amsterdam;
* 1858 t/m 1868 van de sch.brik “Theodora Josina”, gebouwd in 1854 te Hoogezand, 153 ton o.m., varend voor H.Rietveld te Amsterdam. Het schip werd in 1868 vermist.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt H.J.Stuimer als gezagvoerder gedurende:
- * 1856 t/m 1858 van de sch.kof “Remelia Johanna”, gebouwd in 1846 te Veendam, 101 ton o.m., varend voor J.Corver & Co te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Derk Schotema werd geboren op 14 april 1822 te Westerlee gem. Scheemda als zoon van de arbeider Arend Derks Schotema en Barendje Meinderts Hulzebos.
Hij trouwde op 23 maart 1847 te Oude Pekela als zeeman met Hanna Bruins, geboren op 27 augustus 1818 te Oude Pekela als dochter van de schipper Klaas Bruins en Fennechien Hindriks Kuiper. Zij overleed op 07 juli 1893 te Oude Pekela, 74 jaar.
In de huwelijksakte te Nieuwe Pekela dd 01 maart 1894 van zoon Arend wordt vader Derk genoemd als ”zonder beroep”, en dus kennelijk nog in leven, maar een overlijdensakte is niet gevonden.
Burgerlijke Stand gegevens in de provincie Groningen vermelden Derk Schotema als zeeman in 1847, 1848.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
D.A.Schotema was effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” te Oude Pekela met vlagnummer 122 in de periode 1856 t/m 1892112
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt D.A.Schotema als gezagvoerder gedurende:
-
* 1860 t/m 1865 van de schoenerkof “Remelia Johanna”, gebouwd in 1846 te Veendam, 101 ton o.m., eigenaar niet vermeld. Het schip voer in 1866 onder kapitein/eigenaar H.Riepma vanuit Appingedam en was herdoopt in “Agatha”.
-
* 1866 t/m 1880 van de schoenerkof “Oldambt””, gebouwd in 1837 te Groningen, 165 ton o.m., varend voor B.Haitsema Viëtor te Winschoten;
-
* 1881 van hetzelfde schip maar nu varend voor Mr. J.Freseman Viëtor te Groningen. Het schip is tussen Frederikshavn en Skagen gestrand;
-
* 1884 t/m 1892 van de bark “Maria” ex Trias, gebouwd in 1866 te Sunderland, 401 ton o.m., varend voor W.A.J.Wittkamf te Schiedam. Het schip werd in 1892 afgekeurd te Lissabon en verkocht.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
z16 februari 1844, schip “Vrede”, kapitein Berend Gerrits Ebling, matroos Derk Schotema uit Oude Pekela.
02 maart 1850, kof, geen scheepsnaam, kapitein Jacob Egberts de Groot, stuurman Derk Schotema, 29 jaar uit Oude Pekela.
06 februari 1854, schip “Christina Margaretha”, kapitein Georgius Kramer, stuurman Derk Schotema uit Oude Pekela.
14 juli 1854, schoener “Christina Margaretha”, kapitein Georgius Hendrik Cramer, stuurman Derk Schotema, 32 jaar uit Oude Pekela.
12 maart 1859, schip “Martha”, kapitein Jakob J.Scherpbier, stuurman Derk Schotema uit Oude Pekela.
22 februari 1867, kof “Oldambt”, kapitein Derk A.Schotema uit Oude Pekela.
20 februari 1873, kof “Oldambt”, kapitein Derk Arents Schotema uit Oude Pekela.
04 februari 1878, kof “Oldambt”, kapitein Derk Arends Schotema uit Oude Pekela.
16 september 1880, kof “Oldambt”, kapitein Derk Schotema, 56 jaar uit Oude Pekela.
19 september 1881, kof “Oldambt”, kapitein Derk A.Schotema, 56 jaar uit Oude Pekela
Overige bijzonderheden
Melding te Antwerpen op 31 oktober 1890 van de kok van het schip “Maria”, kapitein Derk Arends Schotema, oud 68 jaar, wonend te Oude Pekela..115
Krantenartikelen
NRC 14 januari 1860114
Rotterdam, 13 januari. Het schip REMELIA JOHANNA, kapt. Scholtema (opm: waarschijnlijk kapt. D. Schotema), van Amsterdam naar Genua, is, volgens brief van de kapitein, in dato Livorno 7 januari, na voor Genua weggestormd te zijn, bij Livorno achter de Malora bank gedreven en sedert van daar voor 3 ankers weggeslagen. Het moet lossen, het schip had geen schade.
NRC 28 februari 1861114
Beaumaris, 22 februari. Het Nederlandse schip (opm: kof) REMELIA JOHANNA, kapt. D. Schotema, van Liverpool naar Galatz, is alhier met enige onbeduidende schade binnengelopen.
NRC 02 april 1862114
Livorno, 24 maart. Het schip REMELIA JOHANNA, kapt. Schotema, van Amsterdam alhier aangekomen, heeft schade aan de boorden enz., de boot verloren en veel teer gepompt, hebbende bij Kaap Finistère gedurende 16 dagen hevige stormen doorgestaan.
NRC 19 oktober 1862114
Kroonstad, 11 oktober. Het schip REMILIA JOHANNA, kapt. Schotema, 1 dezer van hier naar Elseneur (opm: Helsingör) gezeild, is met verlies van anker en ketting geretourneerd.
NRC 16 november 1864114
Publieke verkopingen in de Nieuwe Stads Herberg te Amsterdam op maandag 14 november: het kofschip REMELIA JOHANNA, gebouwd in 1846, kapt. D.A. Schotema: NLG. 4250, opgehouden.
Provinciale Groninger Courant 06 december 1866114
Amsterdam, 3 december. Volgens brief van kapt. W.B. Eefting, voerende het schip JUFFER ESSE MENSINGA, van Archangel naar Grimsby, d.d. 18 november, was hij met enige schade te Svinør (Noorwegen) binnengelopen. Men had vreselijk weer gehad. De stuurman en een lichtmatroos waren overboord geslagen; de stuurman kwam met de zee weer bij het grote want aan boord, doch de matroos, afkomstig uit Zaandam, vond zijn dood in de golven. Het schip had zeer belangrijke schade bekomen. Kapitein Schotema, voerende het schip REMELIA JOHANNA, lag er een half uur vandaan, ook met schade. Geheel Noorwegen lag vol averijschepen; alleen in Kleven lagen 21. Allen verklaarden, dat zij nog nooit zulk een weer en wind, als in de jongste stormen, hadden gezien.
NRC 27 november 1884114
Schiedam, 26 november. Volgens van de rederij ontvangen bericht is het Nederlands schip MARIA, kapt. Schotema, te Batavia liggende, bevracht van Bangkok naar Het Kanaal voor order, met een lading teakhout.
Provinciale Groninger Courant 04 april 1885114
Rotterdam, 2 april. Volgens een bij de rederij ontvangen telegram is het Nederlandse barkschip MARIA, kapt. Schotema, van Bangkok naar Het Kanaal, de 30e maart Anjer gepasseerd.
NRC 16 december 1885114
Schiedam, 15 december. Volgens een gisteren ontvangen particulier telegram is het Nederlandse barkschip MARIA, kapt. Schotema, van Glasgow te Matanzas gearriveerd. Alles wel.
NRC 20 februari 1886114
Schiedam, 19 februari. Volgens telegram uit Boston is het schip MARIA, kapt. Schotema, aldaar van Matanzas gearriveerd.
NRC 07 juli 1886114
Schiedam, 6 juli. Volgens een telegram uit Buenos Aires, is het schip MARIA, kapt. D.A. Schotema, aldaar na een stormachtige reis van Boston gearriveerd. Alles wel aan boord.
NRC 14 mei 1887114
Schiedam, 13 mei. Volgens heden bij de rederij ontvangen telegram is het schip MARIA, kapt. Schotema, van Bremen te Trinidad aangekomen.
NRC 24 december 1887114
Schiedam, 23 december. Volgens telegram uit Bahia van 22 dezer aan de rederij, was het schip MARIA, kapt. Schotema, aldaar van Hamburg gearriveerd. Aan boord alles wel.
Provinciale Groninger Courant 18 april 1888114
Schiedam, 16 april. Volgens brief van kapt. Schotema aan de rederij d.d Barbados 31 maart, was het schip MARIA bevracht van Nuevitas (Cuba) naar New York met een lading ceder en mahoniehout.
NRC 31 mei 1888114
Schiedam, 30 mei. Volgens telegram uit New York is het schip MARIA, kapt. Schotema, heden aldaar van Huevitas (Cuba) gearriveerd.
NRC 07 juli 1888114
Rotterdam, 6 juli. Volgens door ons ontvangen telegram uit Londen vertrok het Nederlandse schip MARIA, kapt. Schotema, 22 juni naar Rotterdam van Perth Amboy (New Jersey) en het schip PRINSES WILHELMINA, kapt. Bruce, 26 juni van Charleston (South Carolina) naar Rotterdam.
NRC 26 februari 1889114
Rotterdam, 25 februari. Volgens van de reder ontvangen bericht is het Nederlandse schip MARIA, kapt. Schotema, de 23e februari van Antwerpen te Buenos Ayres aangekomen. Aan boord alles wel.
NRC 19 maart 1889114
Rotterdam, 18 maart. Volgens van de reder ontvangen bericht zal het schip MARIA, kapt. Schotema, thans in lossing te Buenos Ayres, naar Pensacola zeilen om aldaar te laden voor Schiedam.
NRC 21 juli 1889114
Schiedam, 20 juli. Volgens telegram uit Pensacola lag het schip MARIA, kapt. Schoteman, aldaar gereed om naar Schiedam te vertrekken.
NRC 31 oktober 1889114
Rotterdam, 30 oktober. Volgens telegram van Lloyd’s arriveerde het barkschip MARIA, kapt. Schotema, de 30e oktober van Schiedam te Penarth.
NRC 31 augustus 1890114
Schiedam, 30 augustus. Blijkens hedenmiddag bij de reder (opm: W.A.J. Witkampf, Schiedam) van kapt. D.A. Schotema ontvangen telegrafisch bericht, is het schip (opm: bark) MARIA, van Savanna-la-Mar (opm: Jamaica), te Falmouth voor orders aangekomen. Aan boord was alles wel. Het schip krijgt bestemming naar Rotterdam.
NRC 28 november 1891114
Rotterdam, 27 november. Volgens door ons ontvangen telegram is het barkschip MARIA, kapt. D.A. Schotema, van Gijon naar Buenos Ayres, lek te Lissabon binnengelopen.
Provinciale Groninger Courant 30 november 1891114
Gijon, 22 november. De Noorse schoener OLIVIA, in ballast naar Grimstad bestemd, vertrok van hier en ging gedurende de nacht ten anker onder Kaap Torres, waar het schip naar het schijnt door de bemanning met uitzondering van de kapitein verlaten werd. Men vermoedt dat de equipage is opgepikt door de Nederlandse brik (opm: bark) MARIA, kapt. D.A. Schotema, die in de baai ten anker lag en naar Buenos Ayres zou vertrekken. De OLIVIA is ten gevolge van het breken der ankerkettingen op het strand gedreven en wrak geworden.
NRC 24 maart 1892114
Amsterdam, 23 maart. Naar wij vernemen zouden de reparatiekosten van het Nederlandse schip MARIA, kapt. Schotema, lek te Lissabon binnen, volgens opgave van experts NLG 12.000 bedragen, en zal het schip vermoedelijk worden afgekeurd en verkocht.
NRC 02 april 1892114
Rotterdam, 1 april. Volgens particulier bericht is het schip (opm: bark) MARIA, kapt. D.A. Schotema, met steenkolen van Gijon naar Buenos Aires in averij te Lissabon binnengelopen, aldaar in publieke veiling voor 3290 milreis is verkocht. De lading is afgekeurd.
Familiegegevens en opleiding
Hendrik Riepma werd geboren te Appingedam op 25 april 1814 als zoon van Pieter Riepman en Geessien Doornbos.
Hij trouwde op 29 mei 1845 te Appingedam als buitenvaarder met Scheltjedina Scheltens, geboren 29 oktober 1821 te Appingedam als dochter van de broodbakker Pieter Scheltens en Bouke Jochems Hoekstra. Zij overleed te Groningen op 17 april 1889, 67 jaar.
Hendrik overleeed op 20 december 1891 te Groningen, 77 jaar.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.W.Riepma was effectief lid van het zeemanscollege “De Vereeniging” te Delfzijl met vlagnummer 53 in de periode 1847 t/m 1854.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt H.Riepma als gezagvoerder gedurende:
* 1848 t/m 1850 van de kof “Agatha” ex Wendelina, gebouwd in 1835 te Hoogezand, 73 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Appingedam;
* 1851 t/m 1857 van de kof “Agatha”, gebouwd in 1840, bouwlocatie niet vermeld, varend als kapitein/eigenaar vanuit Delfzijl;
* 1866 t/m 1874 van de kof “Agatha” ex Remilia Johanna, gebouwd in 1846 te Veendam, 101 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Appingedam. Het schip voer in 1875 onder kapitein/eigenaar A.W.Visser en was herdoopt in “Lammerdina Ambrosia”.
Monsterrollen uit het Gemeentearchief van Delfzijl
Monsterrol 1839-8, 12 maart 1839, kof “Johanna”, kapitein Augustinus van Aken, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman Hendrik Riepma, 25 jaar uit Appingedam, kok, 2 matrozen , lichtmatroos en een scheepsjongen;
Monsterrol 1869-17, 10 maart 1869, kof “Agatha”, kapitein Hendrik Riepma, 54 jaar uit Appingedam. Voorts stuurman Pieter Jurrema, 29 jaar uit Termunterzijl, kok, matroos en een lichtmatroos;
Monsterrol 1870-17, 14 maart 1870, kof “Agatha”, kapitein Hindrik Riepma, 55 jaar uit Appingedam. Voorts stuurman Evert Cremer, 30 jaar uit Appingedam, kok, matroos en een lichtmatroos;
Monsterrol 1871-20, 07 maart 1871, kof “Agatha”, kapitein Hendrik Riepma, 56 jaar uit Appingedam. Voorts stuurman Evert H.Cremer, 31 jaar uit Appingedam, kok, matroos en een lichtmatroos;
Monsterrol 1871-37, 13 mei 1871, kof “Agatha”, kapitein Hendrik Riepma, 57 jaar uit Appingedam. Voorts een matroos;
Monsterrol 1872-20, 02 maart 1872, kof “Agatha”, kapitein Hendrik Riepma, 57 jaar uit Appingedam. Voorts stuurman Hiddo Oosterhuis, 29 jaar uit Delfzijl, kok, matroos en een lichtmatroos;
Monsterrol 1872-85, 31 juli 1872, kof “Agatha”, kapitein Hindrik Riepma, 57 jaar uit Appingedam. Voorts kok en een matroos;
Monsterrol 1873-25, 04 maart 1873, kof “Agatha”, kapitein Hendrik Riepma, 58 jaar uit Appingeddam. Voorts stuurman Hiddo Oosterhuis, 30 jaar uit Delfzijl, kok en 2 lichtmatrozen.
Samenvatting
De monsterrollen uit Delfzijl vermelden hem gedurende een relatief korte tijd als gezagvoerder, terrwijl die kapiteinsperiode volgens Bouma veel langer duurde. Kennelijk heeft hij vanuit andere havenplaatsen gevaren, waarvan de monsterrollen niet zijn nagezien.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Albertus Visscher werd geboren te Nieuwe Pekela op 27 februari 1841 als zoon van de winkelier Reinder Wolberts Visscher en Geertje Alberts Lutter.
Hij trouwde als stuurman op 19 april 1873 te Middelstum met de dienstmeid Lammerdina Ambrosia Wolthuis, geboren te Middelstum op 05 januari 1850 als dochter van Menne Jans Wolthuis en Hindriktje Willems Alsema
Er zijn wat onduidelijkheden omtrent de identiteit vanwege de toevoeging van de letter W als tweede initiaal en de spelling van de geslachtsnaam in de scheepsgegevens.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Een A.W.Visser was effectief lid van het zeemanscollege “De Vereeniging” te Delfzijl met vlagnummer 59 in de periode 1876 t/m 1882.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt A.W.Visser als gezagvoerder van 1875 t/m 1876 bij de kof “Agatha” ex Remelia Johanna”, gebouwd in 1846 te Veendam, 101 ton o.m., varend als gezagvoerder/kapitein vanuit Termunterzijl. Daaraan voegt Bouma toe dat het schip is herdoopt in “Lammerdina Ambrosia” en in 1876 is gesloopt. Maar onder de letter L wordt dit schip niet vermeld
Bouma025 vermeldt A.W.Visscher als gezagvoerder gedurende:
* 1878 van de schoenerkof “Theodora” ex Hillechiena, gebouwd in 1853 te Hoogezand, 141 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Appingedam. Hij voer in 1879 voor S.v/d Hei te Heveskes die het schip omdoopte in “Pax”;
* 1879 van de schoenerkof “Pax” ex Theodora, ex Hillechiena, gebouwd in 1853 te Hoogezand, 141 ton o.m., varend voor S. v/d Hei te Heveskes. Het schip werd in 1879 verkocht naar Emden.
Monsterrol uit het Gemeentearchief van Delfzijl
Monsterrol 1857-72, 17 juni 1857, kof “Catharina”, kapitein Berend Everts Schelts, geen leeftijd vermeld uit Delfzijl. Voorts kok Albertus Visscher, 17 jaar uit Appingedam, nog een kok, en 2 matrozen;
Monsterrol 1859-25, 10 maart 1859, galjoot “Hillechien Vos”, schipper Geert Mennes Lever, 34 jaar uit Wildervank. Voorts stuurman Wilhelmus R.Voorvaart, 29 jaar uit Wildervank, kok en de matroos Albertus Visscher, 18 jaar uit Appingedam;
Monsterrol 1861-5, 19 februari 1861, kof “Hillechiena”, kapitein Egbert Scherphuis, 26 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman H.J.Mesker, 23 jaar uit Delfzijl, kok, matroos Albertus Visscher, 20 jaar uit Appingedam, en een lichtmatroos;
Monsterrol 1866-6, 19 februari 1866, kof “Castor”, kapitein Johannes Hinderikus Boekhoudt, 42 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Albertus Visscher, 24 jaar uit Termunten, kok, matroos en een lichtmatroos;
Monsterrol 1875-77, 06 juli 1875, kof “Lamberdina Ambrosia”, kapitein Albertus Visscher, 34 jaar uit Termunterzijl. Voorts een matroos;
Monsterrol 1875-141, 07 oktober 1875, kof “Lammerdina Ambrosia”, kapitein Albertus Visscher, 34 jaar uit Termunten. Voorts stuurman Harmannus Dallinga, 43 jaar uit Veendam, matroos en een lichtmatroos;
Monsterrol 1876-92, 31 mei 1876, kof “Lammerdina Ambrosia”, kapitein Albertus Visscher, 34 jaar uit Termunterzijl. Voorts een matroos;
Monsterrol 1877-184, 10 oktober 1877, kof “Theodora”, kapitein Albertus Visscher, 36 jaar uit Termunterzijl. Voorts een matroos.
In de 8 monsterrollen uit Delfzijl wordt steeds gesproken van Albertus Visscher. Als woonplaats is t/m 1861 Appingedam vermeld en daarna Termunten.
Het ovezicht van de monsterrollen luidt:
* 1857 kok op de kof “Catharina”, kapt. Berend E.Schelts 17 jaar
* 1859 kok op de galjoot “Hillechien Vos”, schipper Geert M.Lever 18 jaar
* 1861 matroos op de kof “Hillechiena”, kapt. Egbert Scherphuis 20 jaar
* 1866 stuurman op de kof “Castor”, kapt. Johannes H.Boekhoudt 24 jaar
* 1875-1876 kapitein op de kof “Lammerdina Ambrosia” 34 jaar
* 1877 kapitein op de kof “Theodora” 36 jaar
Overige bijzonderheden
De kof “Lammerdina Ambrosia” is vernoemd naar de vrouw van kapitein Albertus Visscher.
|