Inloggen
JACOBA MAURINA - ID 10378


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1838-09-17 / 1857-12-24 | Reden uitgevlagd: Sloop, afgekeurd

Identification Data

Bouwjaar: 1838
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Bark
Masten: Three masts
Material Hull: Wood
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: 'Koning William' van C.E. Duyts & Zn., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Launch Date: 1838-03-28
Delivery Date: 1838-08-31
Technical Data

Net Tonnage: 459.00 tons (oude meting)
Net Tonnage 2: 243.00 lasts (commercial)
 
Length 1: 32.95 Meters Registered
Beam: 6.30 Meters Registered
Depth: 4.98 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1838
Datum agenda: 1838-09-17
Register nr: 18380532
Scheepsnaam: JACOBA MAURINA
Type: Bark
Lasten: 243
Gebouwd in provincie: Noord Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Bijlaart, H.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Haas, J.A. de
Opmerkingen: Eerste zeebrief
Volgens BIJLBRIEF is de naam: JACOBA MAURINA. gewijzigd op 29/04/2013

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1838-08-31 JACOBA MAURINA
Manager: Henrikus Bijlaart, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1841-00-00 JACOBA MAURINA
Manager: Firma Thijm, Rothuis & Co., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1848-09-00 NIJVERHEID
Manager: Cornelis Ernst Duijts Corneliszn, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

bijlage bij acte 29 van 1838, bark JACOBA MAURINA - eigenaren per medio augustus 1838:

H. Bijlaart, Amsterdam         (boekhouder en      21/64e part)

J. Schutte Hoyman, Amsterdam                           (4/32e part)

A. Ahlers, Amsterdam                                          (3/32e part)

And. ten Cate J.Azn., Amsterdam                         (2/32e part)

W. Kaars Sijpestein, Krommenie                          (2/32e part)

Th. ’t Hooft, Amsterdam                                      (2/32e part)

N. de GijselaarPzn., Amsterdam                          (1/32e part)

firma J.B. Ronca&Co., Amsterdam                       (1/32e part)

H.H. Loges, Amsterdam                                       (1/32e part)

firma Gebr. Van der Vliet, Amsterdam                    (1/32e part)

E.J. van Rooy, Amsterdam                                    (1/32e part)

firma Van Vollenhoven &Co., Amsterdam           (1/32e part)

Mevr. de Mey, geboren Spiering, Amsterdam     (1/32e part)

H.J. van Gelster, Amsterdam                                  (1/32e part)

E. Alexander, Amsterdam                                     (1/64e part)

 

bijlage bij acte 37 van 1842, bark JACOBA MAURINA - eigenaren per primo juli 1842:

firma Thijm, Rothuis &Co., Amsterdam (boekhouders en 12/32e part)

J. Schutte Hoyman, Amsterdam                                          (4/32e part)

A. Ahlers, Amsterdam                                                          (3/32e part)

firma Van Vollenhoven &Co., Amsterdam                           (1/32e part)

firma an der Vliet, Amsterdam                                            (1/32e part

L.D. Ijzer, Amsterdam                                                           (1/32e part)

firma J.B. Bonca&Co., Amsterdam                                      (1/32e part)

N. de GijselaarPzn., Amsterdam                                          (1/32e part)

C .E. DuytsCorn.zn., Amsterdam                                          (1/32e part)

W. Kaars Sypestein, Krommenie                                          (2/32e part)

G. Bruinings, geboren Gollenstede, Voorst                         (2/32e part)

E.J. van Rooy, Monnikendam                                                (1/32e part)

A.J. van der Beek, Broek in Waterland                                    (1/32e part)

Mevr. de Mey van Streefkerk, geboren Spiering, Lienden   (1/32e part)

 

Bijlage bij eigendomsbewijs 25 van 1848, bark NIJVERHEID - eigenaren per primo september 1848

C.E. Duijts Corneliszoon, Amsterdam   (boekhouder en      10/16e part)

J.A. Leliman, Amsterdam                                                     (1/16e part)

firma Van Vollenhoven &Co., Amsterdam                            (1/16e part)

firma Gebr. van der Vliet, Amsterdam                                  (1/16e part)

AlberdingkThijm, Amsterdam                                               (1/16e part

firma M. &L.D. van IJzen, Amsterdam                                 (1/16e part)

Hermanus Isaac Rietveld, Amsterdam                                 (1/16e part)

 

 

Ship Events Data

1838-07-20: Meetbrief d.d. 20 juli 1838 van scheepsmeter F.A. de Raadt
1848-05-22: Sold at auction
01 mei 1848
NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Advertentie. H.I. Rietveld en D. Beth, makelaars, zullen op maandag de 22e mei 1848 te Amsterdam, in de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ, verkopen het Nederlands gekoperd barkschip JACOBA MAURINA, kapt. G. van Meedevoort, volgens Nederlandse meetbrief lang 32 ellen 95 duimen, wijd 6 ellen 30 duimen, hol 4 ellen 98 duimen, en alzo gemeten op 459 tonnen of 243 lasten. Breder volgens inventaris en bericht bij bovengenoemde makelaars of bij de cargadoors Hoyman& Schuurman te Amsterdam.
1857-12-14: Sold at auction
24 november 1857
NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Advertentie. H.J. Rietveld, C.A. Schröder, C.S.Oolgaardt, E.G. Bosscher en W.IJ. van Reinouts, makelaars, presenteren te verkopen op maandag 14 december 1857, des avonds ten 6 ure, te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ:
1°. Het extra-ordinair, welbezeild, gekoperd en kopervast barkschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd NIJVERHEID, laatst gevoerd door kapt. P.F. Lange, volgens Nederlandse meetbrief lang 32 el 96 duim, wijd 6 el 30 duim, hol 4 el 98 duim, en alzo gemeten op 459 tonnen of 243 lasten; (opm: zie NRC 240260)
2°. Het extra-ordinairwelbezeild, gekoperd en kopervast barkschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd ANJER, laatst gevoerd door kapt. H.G. Biesthorst, volgens Nederlandse meetbrief lang 31 el 53 duim, wijd 6 el 37 duim, hol 4 el 71 duim en alzo gemeten op 420 tonnen of 222 lasten.
(opm: als fregat in 1829 gebouwd, in 1843 vertuigd tot bark; op 11 maart 1858 retourneerde de Ontvanger te Amsterdam de zeebrief naar Den Haag onder vermelding ‘schip gesloopt’)
Liggende beide aan de werf Het Roopaard, op de Kadijk. Iemand nader onderricht begerende, spreke met bovengemelde makelaars of met de cargadoors Hoyman en Schuurman.
1857-12-24: Final Fate: Broken up

24 februari 1860
NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Aan het werkje, getiteld: Neêrlands Vloot en Reederijen, opgemaakt door H. Sweys, kapitein-expert van Veritas, ontlenen wij de volgende Staat van de uit de vaart geraakte schepen, in het jaar 1859:
soort scheepsnamen kapiteins grootte/last Gebd. Aanmerkingen Zeetijding NRC
Bark NIJVERHEID P.F. Lange 243 1838 Gesloopt 24-12-57

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Jan Adrianus de Haas werd geboren te Amsterdam op 25 december 1802.

Hij trouwde met Armina Ahlers, geboren te Amsterdam op 04 april 1801.

Jan overleed in 1869.003

 

Jan Adrianus de Haas, scheepsgezagvoerder, was één van de personen die aangifte deed van het overlijden van zijn schoonzuster Anna Margaretha Ahlers-Möller op 08 oktober 1843. Hij woonde toen op de Nieuwe Zijds Voorburgwal B151 en was 42 jaar.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.A.de Haas werd met nr.235 effectief lid van Zeemanshoop per 23 oktober 1827 op voorspraak van P.Kraaij. Als zijn schip is vermeld de "Jacoba Maurina"002.

Jan Adrianus de Haas, oud 25 jaar, wonende op de Nieuwmarkt tussen de Barndesteeg en de Koestraat, voerende het schip Jeannette Adelaida, werd in de Algemene Vergaderingen van 16/23 oktober 1827 van Zeemanshoop als effectief lid voorgedragen/benoemd op voordracht van kapitein P.Kraay. Zijn vlagnummer werd 235023.

J.A.de Haas was van 1847-1863 bestuurslid van het College Zeemanshoop019.

Hij werd per 25 november 1835 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop. Toegevoegd is: Van beroep verander per 01 mei 1847003.

 

Lid van het Weldadig Zeemans Fonds van “Zeemanshoop” per 25 november 1835.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 juli 1847 staat het verzoek van kapitein A.Ahlers om hij zijn effectief lidmaatschap mag omzetten in een honorair lidmaatschap, hetgeen wordt toegestaan.042.

In de notulen van de Bestursvergaderingen van 28 december 1848, 25 januari 1849, 26 april 1849, 22 mei 1849enm 26 juni 1849 wordt aandacht geschonken aan een verzoek van de heren Mr.H.C.Hoedeman, A.Ahlers, J.A. de Haas, H.G.Mickmershuysen en J.Rahé. In dat verzoek wordt gepleit voor het toelaten van Israeliten als lid van het College, en het veranderen van de Wet waarin voor het lidmaatschap het belijden van de Christelijke godsdienst wordt geeist. Het Bestuur adviseert negatief omdat het “Bestuur na zijne overtuiging de aanneming van het voorstel nadeelig beschouwd voor het Collegie en Weldadig Zeemans Fonds.”042

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 maart 1849 vraagt kapitein J.A. de Haas een bus te mogen plaatsen voor de weduwene en wezen van de “in Januarij jl verongelukte visschers van Maassluis.” In de notulen dd 26 april wordt vermeld dat de opbrengst een bedrag beddroeg van f 31,45 welke door de heer de Haas zal worden doorgesluisd.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 mei 1857 staat een schrijven van J.A. de Haas “toezendende een verslag van het Kon. Ned. Metereol Instituut te Utrecht wegens scheepsjournalen van Haringbuizen.”042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 03 april 1849 staat de binnenkomst van een brief van kapitein J.A. de Haas, waarin deze verzoekt een inzameling te houden ten behoeve van de weduwen en wezen van een verongelukte visserschip uit Maassluis. De vergadering besluit een bus te plaatsen. In de vergadering van 24 april 1849 wordt meegedeeld dat er een opbrengst is van f 31,34. Op 15 mei 1849 wordt melding gemaakt van de dank van de nagelaten betrekkingen van de vishoeker “Vereeniging”.023

 

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                  jaren             type                  scheepsnaam                      naam reder/boekhouder

       235                           1827             fregat               Jeanette Adelaide              P.van den Broeke te Amsterdam

                                         1828             geen opgave van schip en boekhouder

                                      1829-1835     fregat               Aurora                                 Wurfbain & Co te Amsterdam

       145                           1836             fregat               Aurora                                 idem

                                      1837-1841     bark                 Jacoba Maurina                 H.Bylaart te Amsterdam

                                      1842-1844     bark                 Mathilda                             A.Ahlers Jr te Amsterdam

                                         1845             bark                 Anna Margaretha              idem

                                      1846-1853     geen vermelding van schip en boekhouder

        41                         1854-1868     geen vermelding van schip en boekhouder. Aantekening: "overleden".

 

Bouma025 vermeldt J.A. de Haas als gezagvoerder gedurende:

*    1828 op het 3/m schip “Jeanette Adelaide”, gebouwd 1808, 300 ton o.m., varend voor P. van de Broeke te Amsterdam;

*    1830 t/m 1837 op het 3/m schip “Aurora”, gebouwd in 1829 te Rotterdam, 390 ton o.m., varend voor Wurfbain & Co te Amsterdam;

*    1838 t/m 1842 op de bark “Jacoba Maurina”, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 450 ton o.m., varend voor H.Bylaard te Amsterdam;

*    1843 t/m 1845 op de bark “Mathilda”, gebouwd in 1843 te Maassluis, 585 ton o.m., varend voor A.Ahlers Jr te Amsterdam.

*    1846 op het 3/m schip “” Anna Margaretha”, gebouwd in 1841 te Alblasserdam, 620 ton o.m., varend voor A.Ahlers jr te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

In een adres dd 12 december 1855 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal drongen 58 gezagvoerders aan op de invoering van een Tuchtwet. Zij meldden dat de uitvoering van hun beroep dagelijks meer en meer werd belemmerd door de onmogelijkheid om aan boord der schepen behoorlijke orde en tucht te bewaren. Een van de ondertekenaars was oud-gezagvoerder J.A. de Haas, commissaris van Zeemanshoop.104.

 

J.A.de Haas verzorgde per 12 november 1838 vanuit Nieuwediep met de “Jacoba Maurina” een troepentransport van 6 officeiren en 100 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 16 mei 1839 na 185 dagen. Onderweg werd 1 militair vermist065.

 

“Een bijlage C, uit een “Onderzoek aangaande de vereischten van een daar te stellen Kanaal naar de Noordzee, bij Holland op zijn smalst, ten einde te beantwoorden aan de behoefte van de Hoofdstad, zijnde een verkorte Waterweg van en naar de Noordzee, voor Zeeschepen zonder last te breken.”. In deze bijlage C, worden drie scheepsgezagvoerders genoemd: J.A. de Haas, C.P.Kuijper en F.C.Jaski.

Informatie door R. van Staveren te Wilnis. Ik heb geen jaartal en verdere bronvermelding.

 

Maassluis, 28 maart 1843

Heden is alhier van de werf van den heer E. v.d. Hoog met goed gevolg gekoperd te water gelaten, het barkschip Mathilda, gevoerd zullende worden door kapitein J.A. de Haas, bestemd voor de vaart op Oost-Indië.

De bark Mathilda, groot 585 ton, had als reder A. Ahlers Jr. uit Amsterdam. In 1855 werd het schip verkocht aan C.E. Duyts, Amsterdam en kreeg de naam Welvaart. Onder deze naam werd de bark in 1862 verkocht naar Noorwegen.

Bron: www.grotezeilvaart.nl

 

Journaal 1834-1835 “De Twee Cornelissen”, kapt. S.Veenstra Stadsarchief Amsterdam 491-216

18 januari 1835 Vertrokken naar Soerabaja “Met ons van de ree gezeild de Prins van Oranje, De Prinses Marianne het schip Aurora…”

21 januari 1835 ter hoogte van Rembang (N-kust van Java) “… Praaijde kapt. de Haan het schip Aurora…”

23 januari 1835 reede van Soerabaja “… daar ook kapt. de Haan Schip Aurora  Kapt. de Boer het schip Prins van Oranje

10 februari 1835 reede Pasoeroeang “met ons gearriveerd het schip Prinses Marianna kaptn Admiraal en het schip Eliza kaptn Staal en op de Ree liggende kaptn  de Boer het schip de Prins van Oranje…”

 

 

Datum vanaf: 1838
Kapitein: Haas, Jan Adrianus de
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Gerardus van Medevoort werd geboren te Amsterdam op 17 januari 1793.

Hij huwde met Maria Elisabeth Gunst, geboren te Amsterdam op 27 mei 1804. Zij overleed op 15 november 1879.

Hij overleed in 1862.003

Gerardus Meedevoort woonde op de Brouwersgracht 213 te Amsterdam. Hij werd geboren op 17 januari 1893 te Amsterdam. Zijn religie was Rooms Katholiek.098.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

G.van Meedevoort was met vlagnummer 169 in 1827 lid van het Amsterdamse zeemanscollege “De Blaauwe Vlag” 008.

 

In de Algemene Ledenvergadering van het Amsterdamse zeemanscollege "Zeemanshoop" op 05 oktober 1824 werd P.van Meedevoort, 30 jaar, wonende op de Haarlemmerdijk over de Heerenmarkt, met vlagnummer 76 aangenomen als effectief lid op voordracht van kapitein P.F.Wegener023.

In het Inschrijfregister van Zeemanshoop werd G.van Meedevoort met vlagnummer 76 opgenomen als effectief lid . Als zijn schip is vermeld "De Jonge Willem". Dit is doorgeschrapt en vervangen door "Jacoba Maurina". Toegevoegd is "overleden"002.

Hij werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 30 april 1832003.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 24 juni 1841 staat een verzoek van stuurman Hanssen om 1 maand gage “wegens verlies van klederen etc. bij het stranden van het schip de Jonge Willem kapitein G. van Meedevoort”. Het Bestuur vraagt om bewijsstukken.042

In de notulen van dee Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 31 maart 1853 vraagt kapitein G. van Meedevoort om een uitkering die hem in de vergadering van 28 april 1853 wordt verstrekt voorlopig voor 12 maanden en met ingang van 01 mei 1853. deze wordt voor 12 maanden verlengd in de vergadering dd 27 april 1854 “overleggende bewijs van voortdurende ongesteldeheid. verlenging van 12 maanden per 26 april 1855.” Verlenging met 12 maanden per 29 april 1858. Idem per 28 april 1859. Wederom een verzoek om verlenging op 01 mei 1860. Het Bestuur wenst eerst een nader onderzoek naar de maatschappelijke toestand. Op 31 mei 1860 wordt geconstateerd dat de genoemde kapitein in behoeftige omstandigheden verkeert en de uitkering wordt verlengd met 12 maanden. Op 25 april 1861 verlenging voor 6 maanden. Op 05 juni 1862 voor 12 maanden.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 oktober 1862 staat het overlijden gemeld van G. van Meedevoort. In de vergadering van 08 januari 1863 vraagt de wed. G. van Meedevoort-Gunst om een uitkering die haar in de vergadering dd 29 januari 1863 wordt toegekend ingaande 01 maart 1863.042

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 24 mei 1853 staat de toekenning van onderstand voor 12 maanden per 01 mei 1853 aan kapitein G. van Meedevoort. Een continuering van deze uitkering voor 12 maanden op 23 mei 1854, op 22 mei 1855, op 13 mei 1856; op 12 mei 1857, op 25 mei 1858, op 14 juni 1859, op 12 juni 1860, op 30 april 1861, op 17 juni 1862023.

In de Algemene Vergadering van 09 december 1862 is de mededeling van de wed. D.J. van Meedevoort dat haar man, G. van Meedevoort is overleden.023.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd. 24 februari 1863 wordt per 01 februari 1863 een uitkering toegekend aan de wed. G. van Meedevoort geb. M.E.Gunst.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        76                             1825           fregat               de Jonge Willem                                   Wed.L.Thym & Zn

                                      1826-1833     pink                  deJonge Willem                                    idem

                                      1834-1835     pink                  de Jonge Willem                                   Thym, Rothuys & Co

        43                         1836-1840     pink                  de Jonge Willem                                   idem

                                          1841           geen vermelding van schip en boehouder

                                      1842-1846     bark                 Jacoba Maurina                                   Thym, Rothuys & Co

                                          1848           geen vermelding van schip en boekhouder

                                          1849           bark                 Natalie                                                   Thym, Rothuys & Co

                                      1850-1852     geen vermelding van schip en boekhouder

        15                         1853-1861     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt G.vanMeedevoort als gezagvoerder gedurende:

*    1826 t/m 1835 van de 3/m pink “Jonge Willem”, gebouwd in 1812, bouwlocatie niet vermeld, 280 ton o.m., varend voor de Wed. L.Thym & Zn te Rotterdam;

*    1836 t/m 1841 op hetzelfde schip maar nu voor Thym, Rothuis & Co te Rotterdam. Het schip is gestrand bij Plymouth;

*    1843 t/m 1848 van de bark “Jacoba Maurina”, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 450 ton o.m., varend voor Thijm, Rothuis & Co te Amsterdam. Het schip voer in 1849 voor C.E.Duyts te Amsterdam en was herdoopt in “Nijverheid”;

*    1850 t/m 1851 van de bark “Nathalie”, gebouwd in 1816 te Amsterdam, 346 ton o.m., varend voor N.Brantjes te Purmerend.

 

Overige bijzonderheden

Amsterdamsche Courant 07 juni 1825. Apart artikel:

“Paramaribo, den 12den April.  Eenige minuten na middernacht tusschen den 11den en 12den dezer maand werd aan boord van het Nederlandsch koopvaardijschip Willem den Eersten, Kapt. Jens Johannissen, ontdekt dat er brand onder in dien bodem was; er werd om hulp van boord der naast omliggende schepen geroepen; de Kapt. J.Hulsen zond dadelijk manschappen, en bij de opening der luiken, sloeg de vlam uit; de rook was zoo zwaar dat men, in den buitendien donkeren nacht, niets verrigten kon; bespeurende dat de felle brand niet meer te blusschen was, riep Kapt. Jens Johannissen zijne schepelingen toe, van zichzelve en hetgeen zij nog mogten uithalen te redden; en ging toen ook zelf nog eens in de kajuit, waarschijnlijk om zijne papieren an andere stukken van aangelegenheid te trachten met zich te nemen; hij werd gevolgd van een der schepelingen, die echter door den opstijgende damp genoodzaakt was dadelijk te rug te keeren, terwijl kapt., alhoewel dringend te rug geroepen, nog eenige korte oogenblikken langer beneden blijvende, zulks het droevig gevolg had, dat de brand een aan boord zich bevonden hebbend vaatje buskruid genakende de losbarsting hiervan het schip in lichte laaije vlam zette, en tevens het leven van den kapt. moet hebben verkort, vermits sedert dat oogenblik hij niet weder tevoorschijn is gekomen. Deze brand was zoo fel dat de naast aan in de laag liggende schepen, wilden zij behouden blijven, geen tijd hadden om de ankers te ligten, maar genoodzaakt waren de touwen achter en voor te kappen.

      Dit had dan ook een gunstig gevolg voor de schepen, de Zorgvuldigheid, Kapt. J.Hulsen; de Henriette, Kapt. J.E.Schneebeeke en de Henriette, Kapt. J.C. Willemse, wiens boegspriet en kluiverpen reeds aan het branden was, andere schepen zoo als de Maria, Kapt. E.D.Dekker; de Jonge Willem, kapt.G.van Meedevoort ; de vier Gezusters, Kapt. Jan van Dijl vlooden van het gevaar door uit de laag en op stroom te verhalen; het schip Maria Agnita, Kapt. P.Rijnbende in de binnen laag liggende en zich los gemaakt hebbende, geraakte, door het laatste van den vloed, vast op den wal, het schip Betsy, Kapt.M.Mac Dougal van Rotterdam in de laag voor de Willem den Eersten, voor twee kettingen achter en voor vastliggende, liet de achter ketting slippen, maar voor hij zulks met de voor ketting konde doen, had de brand van de Willem den Eersten, (wiens achter touw afgebrand zijnde en deze bodem dus met het laatste van den vloed op deszelfs voor touw rondzwaaijende, met de achter steven naar den wal, tegen de Betsij langszij aankomende,) ook dezen aangetats en overmeesterd, zoodanig dat de afbranding van dezen bodem niet kon gestuit worden. De Willem den Eersten brandde af en zonk, de eb zette zich nu ten half drie ure in.

      Om voor te komen dat de brand van de Betsij tot de huize overvloog, en dat, wanneer deszelfs braspil verbrand en dus de bodem zelf van de voorketting los rakende met de eb naar de beneden in de laag liggende schepen zoude afdrijven, ook aan dezen geen letsel toebragt, werden twee trossen om het roer en aan de wal vastgemaakt tevens gaten in het schip geboord, de midden en bezaan masten gekapt en om ver gehaald, en de brandspuit in een groote pont ingescheept daarop spelende gehouden, tot vijf ure des morgens, toen een zware regenbui een einde maakte aan den rampvollen brand en eene minder slegte uitkomst gaf, dan men bedugt was.

      De ijver door den Oversten P.Muller en de andere Heeren Officieren van ’s Rijks Brik van oorlog Merkuur betoond, heeft grootelijks bijgedragen tot de spoedige stuiting van dezen dreigenden brand; - waarbij tegenwoordig zijn geweest Zijne Exellentie de Generaal Majoor en Gouverneur, de leden der regering enmeer andere Burgerlijke en Militaire autoriteiten.

      De toestand de ekwipage der beide afgebrande schepen is deerniswaardig, hebbende dezelve alles verloren.

      Na de vermelding dezer bedroevende gebeurtenis, mogen wij niet nalaten de verdiende hulde aan de nagedachtenis van den ongelukkigen Kapitein Jens Johannissen, die slechts alleen daarvan het slagtoffer is geworden, toe te wijden. - Zijne bestendige zorg voor zijnen kostbaren bodem; de eerste na zoo vele jaren stilstands in onze Nationale scheepsbouw, alhier, in den jare 1816 gerimmerd (getimmerd?) en ten regten daarvan de sieraad. - Zijn gestadig verblijf aan boord - De goede orde en discipline welke daar steeds heerschte - Dit alles heeft het onheil niet mogen voorkomen. Maar nimmer zal voorzeker het geheugen van zoo vele goede hoedanigheden worden uitgewischt bij de Reeders van zijnen bodem, bij welke zij hem ten regten geacht hadden gemaakt, - bij de Planters, welke denzelven mede hadden leren waarderen, - bij zijne equipagie, welke hem vereerde en beminde. Terwijl eindelijk eene gade en kinderen, in hem den besten verzorger hebben te betreuren.”

 

"De Drie Gebroeders" op de rede van Paramaribo057:

30 november 1837     "... heden gearriveerd captijn Medevoort bark de Jonge Willem van Amsterdam".

14 februari 1838        "... heden vertrokken captijn Medevoort bark de Jonge Willem ...".

Monsterrol dd 21 september 1837 van het fregat "De Jonge Willem" onder gezag van Gerardus van Medevoort met 15 manschappen. Bestemming Suriname. Boekhouders waren Thijm, Rothuis & Comp.011.

"De Drie Gebroeders" op de rede van Paramaribo057:

13 januari 1840         "Gearriveerd kapt Meedevoort barkschip Jonge Willem van Amsterdam".

Het fregat "De Jongen Willem" onder gezag van Gerardus van Medevoort en met 15 manschappen dateerde de monsterrol op 11 juli 1838 met bestemming Surinamen. De boekhouders waren Thijm, Rothuis & Comp.011.

 

Op 09 september 1825 werd vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam Jacobus Elie van Hoogenhuyze als kajuitwachter geplaatst op de "Jonge Willem" onder kapitein P.Medervoort (moet zijn van Meedevoort) voor een reis naar Suriname. Terugkeerdatum wordt niet vermeld004(532/1486).

 

In de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 17 augustus 1841 wordt het verzoek behandeld van L.H.Luths, scheepskok, om onderstand vanwege het “stranden van het Schip de Jonge Willem kapt. G.van Meedevoort zijn goederen verloren”. Hem wordt een uitkering van f 15, - toegestaan

 

 

Datum vanaf: 1843
Kapitein: Me(e)devoort, Gerardus van

Familiegegevens en opleiding

Tresoar en info Borsch, Ameland:

Gooisen van der Mey werd geboren op 13 maart 1811 als zoon van Jacob Symons van der Mey en Antje Gooitzens Visser.

Gooitzen Jacobs van der Mei (sic), oud 26 jaar, huwde te Ballum, Ameland op 11 april 1837 met Welmoed Foekes de Jong, oud 25 jaar en geboren/gedoopt op 15 december 1811/04 april 1833 (zij werd op latere leeftijd Ned.Hervormd gedoopt) te Ballum als dochter van Foeke Alberts de Jong en Jeltje Jans. Welmoed overleed op Ameland op 11 december 1891, oud 79 jaar en weduwe. Zij werd begraven te Ballum. Het echtpaar kreeg 7 kinderen: Antje (Ballum 1839); Jacob (Ballum 1842); Foeke (Amsterdam 1844); Symen G (Amsterdam 1846); Jan (Amsterdam, 1849), Cornelis (Amsterdam 1851) en Kars (Amsterdam, 1852)

Er is een overlijdensakte van Gooi Jacobs van der Mey, aangifte 28 oktober 1868, overlijden op 27 oktober 1868 op Ameland, oud 57 jaar, gehuwd. Deze klopt niet met de aanduiding op de grafsteen. Op die datum geen vermelding in Tresoar. Volgens J.P.Borsch, Hollum, is de tekst op de grafsteen fout

 

      Op het kerkhof van Ballum op Ameland bevindt zich een grafsteen met als opschrift:

“RUSTPLAATS VAN GOOI JACOB VAN DER MEIJ, oud O.I.Koopvaardij Kapitein overleden te Ballum den 20 Oct. 1866  oud 57 jaren

En ter gedachtenis van zijnen zoon JACOB GOOIS V. D. MEIJ overleden bij het vergaan van het schip Argnold van Yokohama naar Hiocho, den 28 Juni 1868 oud 26 jaren.”

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

G.J.van der Meij (adres E.H.Mastdorp) werd met vlagnummer 634 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” per 12 juli 1842 op voorspraak van P.S.Matzen. Zijn schip was "Anna Louisa". Toegevoegd is "overleden"002. Ten tijde van de inschrijving waren van der Mey en zijn vrouw beiden 31 jaar002a.

In de Algemene Vergaderingen van 05/12 juli 1842 van “Zeemanshoop” zijn tot effectief lid voorgedragen/benoemd Gooye Jacobs van der Mey, oud 31 jaar, voerend de bark “Anna & Louise”, afkomstig van Ameland, met als adres E.M.Masdorp te Amsterdam, op voordracht van kapitein P.S.Matzen.023.

Hij werd per 21 augustus 1849 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop.003.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

       634                            1842           bark                 Anna en Louise                                    J.Luden, Amsterdam

                                          1843           geen vermelding van schip en boekhouder

                                      1844-1846     bark                 De Koophandel                                    C.E.Duyts Cz, Amsterdam

                                      1848-1849     bark                 Nijverheid                                             idem

                                      1850-1853     fregat               Jupiter                                                    J.Luden, Amsterdam

       282                        1854-1857     fregat               Jupiter                                                    idem

                                      1858-1867     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt G.van der Mey als gezagvoerder gedurende:

*    1843 van de “Koophandel”, type niet vermeld, gebouwd in 1829, bouwlocatie niet vermeld, 374 ton o.m., varend voor C.E.Duyts te Amsterdam;

*    1843 t/m 1844 van het fregat “Anna & Louisa”, gebouwd in 1826 te Amsterdam, 315 ton o.m., varend voor J.H.Luden te Amsterdam;

*    1845 t/m 1849 van de bark “Koophandel”, gebouwd in 1844 te Amsterdam, (van stapel op 01 juni 1843 van de werf Roopaard)023, 382 ton o.m., varend voor C.E.Duyts Cz te Amsterdam;

*    1849 t/m 1850 van de bark “Nijverheid” ex Jacoba Maurina, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 459 ton o.m., varend voor C.E.Duyts Cz te Amsterdam;

*    1851 t/m 1858 van het 3-mastschip “Jupiter”, gebouwd in 1841 te Amsterdam, 970 ton o.m., varend voor J.Luden te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

G.J.van der Mey verzorgde per 03 december 1855 vanuit Nieuwediep met de “Jupiter” een transport van 6 officieren naar Nederlands Oost-Indië. De aankomstdatum is niet vermeld065.

 

In het Sorgdragermuseum te Hollum, Ameland is een prent van de “Anna en Louise” met aan de fokkemast de collegevlag van “Zeemanshoop” met nummer 634, in de grote masst een rood-wit-blauwe wimpel met de scheepsnaam en aan de bezaan een Nederlandse vlag met de letters J.L. zijnde de initialen van de reder J.Luden te Amsterdam

 

 

Datum vanaf: 1849
Kapitein: Mey, Gooi Jacobs van der

Familiegegevens en opleiding

Engel van der Valk werd geboren ca. 1814 te Zandvoort als zoon van Hendrik van der Valk en Trijntje Groen.

Engel, 26 jaar, trouwde te Dordrecht op 16 september 1839 met Cornelia Krul, 23 jaar, geboren te Dordrecht op 17 mei 1816. Als moeder wordt allen “Schnijder” vermeld. Zij overleed op 02 februari 1895.118

Engel overleed in begin 1851. Bij zijn overlijden is als woonplaats geregistreerd Dordrecht.118 en genlias

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

E.H.van der Valk werd met vlagnummer 815 per 30 april 1850 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein J.A.Knaap. Als zijn schip is genoemd de “Nijverheid”. Toegevoegd is “overleden” 002.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 23/30 april 1850 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Engel van der Valk, oud 36 jaar, voerend de bark “Nijverheid”, varend voor rekening van C.E.Duyts Cz, op voordracht van kapitein J.A.Knaap.023

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 juni 1851 staat de toekenning van een uitkering aan de weduwe van kapitein E. van der Valk voor haar en 2 kinderen ingaande 01 mei 1851.042

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 29 juli 1851 werd per 01 mei 1851 een uitkering verstrekt aan de weduwe van kapitein E. van der Valk voor haar en 2 kinderen.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer              jaren            type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

     815                        1850            bark                Nijverheid                                            C.E.Duyts Cz

 

Bouma025 vermeldt E. v/d Valk als gezagvoerder gedurende:

*   1851 t/m 1852 van de bark “Nijverheid” ex Jacoba Maurina, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 459 ton o.m., varend voor C.E.Duyts Cz te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

Blijkens monsterrol nr. 789 dd 04 oktober 1836 in het Gemeentearchief van Dordrecht monsterde aan kapitein Engel van der Valk, wonend te Santvoort , 23 jaar,met een maangage van f 45,- voor een reis naar Batavia met het fregat “Oud Alblas” onder kapitein Johannes Evert Strumphler, met een equipage van 38 man. Hij vertrekt op 11 november 1836 uit Hellevoetsluis en is weer terug op 23 augustus 1837.

 

 

Datum vanaf: 1850
Kapitein: Valk, Engel van der

Familiegegevens en opleiding

Jan Norder Mooi was gehuwd met Hendrika Vastrich (zie hierna)

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.N.Mooi werd met vlagnummer 865 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop per 10 februari 1852 op voorspraak van H.B.Eeftingh. Zijn schip was de "Nijverheid"002.

In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 03/10 februari 1852 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd J.N.Mooi (alleen initialen), oud 34 jaar, voerend de bark “Nijverheid”, wonend in de Groote Kattenburgerstraat boven nr. 5, op voordracht van kapitein kapitein H.B.Eeftingh.023

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 augustus 1874 vraagt J.N.Mooi om een uitkering welke echter wordt afgewezen.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 22 september 1874 staat vermeld een aanvrage om onderstand door kapitein J.N.Mooi, welke echter is afgewezen.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

         865                      1852-1853     bark                 Nijverheid                                             C.E.Duyts Cz

         471                      1854-1855     bark                 Nijverheid                                             idem

                                      1855-1861     bark                 Welvaart                                               idem

                                      1862-1866     bark                 Koophandel                                          idem

                                      1867-1872     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

Kapitein                                                Schip                                 Vertrek                                 Aankomst

J.N.Mooi                                               Welvaart                           14 maart 1861                    14 januari 1862

                                                                Koophandel                     augustus 1862                    01 juni 1863

                                                                Koophandel                     25 oktober 1863                 18 november 1864

                                                                Koophandel                     01 mei 1865                        03 februari 1866

 

Bouma025 vermeldt J.N.Mooi als gezagvoerder gedurende:

*    1853 t/m 1856 van de bark “Nijverheid” ex Jacoba Maurina, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 459 ton o.m., varend voor C.E.Duyts Cz te Amsterdam;

*    1856 t/m 1862 van de bark “Welvaart” ex Mathilda, gebouwd in 1844 te Maassluis, 590 ton o.m., varend voor C.E.Duytz Cz te Amsterdam. Het schip werd in 1862 verkocht naar Noorwegen;

*    1863 van de sch.kof “Koophandel”, gebouwd in 1844 te Amsterdam, 382 ton o.m., varend voor C.E.Duyts Cz te Amsterdam;

*    1864 t/m 1866 van hetzelfde schip maar nu varend voor H.W.Duyts te Amsterdam.

 

Stortingsregisters vermeldende het schip, reisddoel, de kapitein en de boekhouder van het schip, deelhebbers van de bemanning met vermelding van rang, gage en het beloop der stortingne in de verscheidene klassen 13 delen 1822-1890. Stadsarchief van Amsterdam 491/307-319

Hierna vermeldt bron van gegevens omtrent kapitein S.IJ.Parma

491-311/97      Drie Gebroeders, Amsterdam Suriname. Vertrek 31 augustus 1840. Terug 26 maart 1841.

J.N.Mooij  1ste stuurman.

 

Overige bijzonderheden

Blijkens een akte met de boedelbeschrijving van de nalatenschap van kapitein Sikke IJsbrand Parma en zijn vrouw Janke Bonnema dd 14 oktober 1846, gepasseerd voor notaris J.A.Hoog te Amsterdam was Hendrika Vastrich, huisvrouw van Jan Norder Mooi, “ koopvaardijstuurman wonende in de kattenburgerstraat naast bovengemeld sterfhuis blijkens voorgeschreven proces verbaal van verzegeling aangesteld tot bewaarster der zegelen en overzegeld geblevene

goederen …”

 

 

Datum vanaf: 1852
Kapitein: Mooi, Jan Norder

Familiegegevens en opleiding

Peter Frederich Lange werd geboren te Kopenhagen op 23 augustus 1814.

Hij huwde met Barhardina Maria Biesthorst, geboren te de Rijp op 19 december 1825. 003.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

P.F.Lange, adres F.Lange, werd met vlagnummer 599 effectief lid van "Zeemanshoop" per 07 september 1841 op voorspraak van F.Lange. Als zijn schip staat ingeschreven de "Nicolaas Witzen". Toegevoegd is "bedankt"002. Ten tijde van de inschrijving waren Lange en zijn vrouw 27 en 16 jaar002a.

In de Algemene Vergaderingen van 31 augustus/07 september 1841 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Peter Fredrik Lange, oud 27 jaar, voerend de galjoot “Nicolaas Witsen”, met als adres bij en op voordracht van kapitein F.Lange.023.

Hij werd per 11 mei 1852 deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop en bedankt hiervoor in 1861003

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

       599                        1841-1851     galjoot             Nicolaas Witsen                                   Moyet & Co

                                      1852-1853     bark                 Castor                                                    C.E.Duyts Cz

       257                            1854           bark                 Castor                                                    idem

                                          1855           geen vermelding van schip en boekhouder

                                          1856           bark                 Nijverheid                                             C.E.Duyts Cz

                                      1857-1860     bark                 Rijnbrand                                              J.& Th.van Marselis

 

Op 19 maart 1859 vertrok van de rede van Texel de bark "Rijnbrandt" van J.& T.Marselis onder kapitein P.F.Lange en arriveerde te Batavia op 25 juli dus na 127 dagen reis026(38/048).

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

kapitein                        naam schip                              vertrek                                                   terugkomst

P.F.Lange                    Rijnbrand                                 25 april 1860                                        06 april 1861

                                      Rijnbrand                                 24 juni 1861                                         15 juni 1862

 

Bouma025 vermeldt P.F.Lange als gezagvoerder gedurende:

*    1853 t/m 1855 van de bark “Castor”, gebouwd in 1834 te Amsterdam, 475 ton o.m., varend voor C.E.Duyts Cz te Amsterdam;

*    1857 t/m 1859 van de bark “Nijverheid” ex Jacoba Maurina, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 459 ton o.m., varend voor C.E.Duyts Cz te Amsterdam. Het schip werd in 1859 gesloopt;

*    1858 t/m 1862 van de bark “Rijnbrand”, gebouwd in 1857 te Amsterdam, 324 ton o.m., varend voor J.& T.Marselis te Amsterdam. Het schip voer in 1863 voor M..C.Löschen te ’s Gravenhage en was herdoopt in “Geertruida”;

*    1864 van de bark “Tweelingen” ex Brothers, gebouwd in 1848 te Mattapoint, varend voor Bunge & Co te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

Amsterdamsche Courant 26 september 1844

Schepen in lading naar Suriname:

Het gekoperd driemast Galjootschip NICOLAAS WITSEN, kapt. P.F. Lange, van Amsterdam, adres bij B.D. Bosscher

Info G.Mulder, Papendrecht, jan. 2007

 

 

Datum vanaf: 1855
Kapitein: Lange, Peter Frederich

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1838-10-17
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: JACOBA MAURINA
Schipper: Haas, Jan Adriaan de
Scheepstype: bark
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen
Afbeeldingen


Omschrijving: JACOBA MAURINA, schilderij gemaakt in 1858, kapitein G. v. Meedevoort
Collectie: Nederlands Scheepvaart Museum - Amsterdam
Vervaardiger: Carlebur, François
Onderwerp: Zeeopname
Algemene informatie

20 september 1838

ZP - Zeepost

Advertentie. In het Oosterdok (opm: te Amsterdam) ligt in lading naar Batavia het nieuw gebouwd en gekoperd tweedeks barkschip JACOBA MAURINA, kapt. J.A. de Haas.

Adres bij Coopman& De Witt &Lenaertz, Van Olivier & Co, Hoyman& Schuurman en De Vries &Co. (opm: eerste reis)

 

09 oktober 1838

AH - Algemeen Handelsblad

Schepen in lading te Amsterdam:

Batavia: het nieuw gebouwd en gekoperd tweedeks barkschip JACOBA MAURINA, kapt. J.A. de Haas, adres bij Coopman& De Witt en Lenaerts, Van Olivier & Co, Hoyman& Schuurman, en De Vries &Co.

 

13 november 1838

ZP - Zeepost

Texel, 12 november. Heden is van hier naar Batavia vertrokken het schip JACOBA MAURINA, kapt. J.A. de Haas (opm: bark, eerste reis, zie ZP 39 van 280338).

 

25 maart 1839

ZP - Zeepost

Het schip (opm: bark) JACOBA MAURINA, kapt. J.A. de Haas, van Amsterdam naar Batavia, is de 2e januari met gebroken masten te Rio Janeiro binnengelopen (opm: zie volgend bericht).

 

26 maart 1839

ZP - Zeepost

Volgens brief van kapt. de Haas, voerende het schip JACOBA MAURINA, van Amsterdam naar Batavia, in dato Rio Janeiro 22 januari dacht hij, na de geleden schade, bestaande in het verlies der fokke- en grote mast, hersteld te hebben, ultimo januari weder van daar de reis te kunnen voortzetten.

 

18 september 1839

ZP - Zeepost

De 29e mei lagen ter rede van Batavia de schepen OUD ALBLAS, kapt. Strumphler, PALEMBANG, kapt. Van der Hucht, JACOBA MAURINA, kapt. De Haas, de RHYN, kapt. Brandlicht, CLAUDIUS CIVILUS, kapt. Broen, HENDRIK WESTER, kapt. Van Wijk en REGENT, kapt. Nordlohne.

 

21 september 1839

ZP - Zeepost

De 5e juni lagen ter rede van Batavia: Zr.Ms. korvet VAN SPEYK, kapt. Van der Straten, de schepen: WILLEM DE EERSTE, kapt. Poppen, BLANCA, kapt. Ten Ham, MINERVA, kapt. Maizen, HENRIËTTE CLASINA, kapt. Hofman, REGENT, kapt. Nordlohne, JACOBA MAURINA, kapt. De Haas, HENDRIK WESTER, kapt. Van Wijk, VERONICA, kapt. Doeksen, EENDRAGT, kapt. Gieseke, VIRGINIA ET GABRIELLA, kapt. … en GEORGE WASHINGTON, kapt. Probst.

 

23 februari 1841

AH - Algemeen Handelsblad

Carga-lijsten Amsterdam: JACOBA MAURINA, kapt. J.A. de Haas, van Batavia met koffie, suiker en tin.

 

06 mei 1841

AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Naar Batavia, zal in het laatst dezer maand bertrekken, het snelzeilend gekoperd tweedeks barkschip JACOBA MAURINA, kapt. J.A. de Haas. Passagiers voor de overtocht naar Java, van deze bijzonder welingerichte gelegenheid wensende gebruik te maken, gelieven zich te adresseren bij de cargadoors Hoyman en Schuurman te Amsterdam.

 

17 juni 1841

AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Goedkope aanbieding. Door vertrek van hier voor NLG 6.000, te koop, een zestiende aandeel in het schip de JACOBA MAURINA, kapt. J.A. de Haas (opm: bark, bouwjaar 1838), bevracht en op reis naar Java; men gelieve zich te adresseren met franco Br., onder lett. T.H., in de kantoor-boekwinkel van H. Blikman&Comp., Dam no. 23.

 

11 maart 1842

PGC - Provinciale Groninger Courant

Kapitein Zweerts, van Samarang en Batavia in Texel binnen, rapporteert de 8e december op 30º29’ ZB 51º OL, gepraaid te hebben het schip JACOBA MAURINA, kapt. De Haas, van Bantam naar Amsterdam.

 

19 juli 1842

AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Schepen in lading:

Suriname. Het nieuw gekoperd tweedeks fregat JACOBA MAURINA, kapt. G. van Medevoort, van Amsterdam.

Adres bij Hoyman en Schuurman en E. Windhouwer.

 

11 januari 1843

JC - Javasche Courant

Postkantoor. Wordt ter kennisse van het publiek gebracht, dat aan het postkantoor te Weltevreden brieven pakketten zullen worden gesloten voor het Nederlands schip JACOBA MAURINA, kapt. G. van Meedevoort naar Amsterdam in het begin der aanstaande week.

Batavia, 10 oktober 1843, de postneester J. Boshuizen

 

16 maart 1843

AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. In de loop der maand april aanstaande, zal vermoedelijk van hier naar Batavia vertrekken, het snelzeilend gekoperd tweedeks barkschip JACOBA MAURINA, kapt. G. van Meedevoort (varende een bekwame scheepsdokter). Familiën of bijzondere personen van deszelfswelingerichte kajuit tot de overtocht naar Java gebruik willende maken of iemand enige goederen te laden hebbende, gelieven zich te vervoegen bij de cargadoors Hoyman en Schuurman, op de Heerengracht over de Bergstraat, te Amsterdam.

 

07 april 1843

AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. In het laatst dezer maand zal van hier naar Batavia vertrekken, het snelzeilend gekoperd tweedeks barkschip JACOBA MAURINA, kapt. G. van Meedevoort, (varende een bekwame scheepsdokter); families of bijzondere personen van deszelfs wel ingerichte kajuit tot de overtocht naar Java gebruik willen maken of iemand enige goederen te laden hebbende, gelieve zich te vervoegen bij de cargadoors Hoyman& Schuurman, op de Herengracht over de Bergstraat, te Amsterdam.

 

06 september 1843

JC - Javasche Courant

Postkantoor. Wordt ter kennisse van het publiek gebracht, dat op morgenmiddag precies ten één uur, aan het postkantoor te Weltevreden, brieven pakketten zullen worden gesloten voor de Nederlandse schepen INDIA, kapt. D. Keus, naar Rotterdam en per de SAMARANG (opm: N.O.I.), kapt. Batten, naar Padang.

Wijders zijn er brieven pakketten geopend om te worden verzonden naar Amsterdam, met de Nederlandse schepen JOHANNA CATHARINA, kapt. S. Wildschut en per de GOUDA SUSANNA, kapt. J.S. Mulder, welke pakketten op aanstaande vrijdag de 8e dezer, op bovengemelde plaats en uur zullen worden gesloten.

Batavia, 5 september 1843, de postmeester J. Boshuizen

 

06 september 1843

JC 060943

Scheepsberichten. Batavia. Aangekomen.

1 september. Nederlandse bark JACOBA MAURINA, kapt. G. van Medevoordt, vertrokken van Amsterdam de 27e april, met drie passagiers; dito schip GEZINA, kapt. C.L. Adboll, vertrokken van Amsterdam de 9e mei, met vier passagiers.

 

28 november 1844

DC - Dordtsche Courant

Dordrecht, 27 november. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn, voor de maand december eerstkomende, bevracht de volgende bodems: (o.a.) Voor Amsterdam ANJER, kapt. J.A. Knaap; SUSANNA CHRISTINA, kapt. B.M. Corbière, en JACOBA MAURINA, kapt. G. van Meedevoort.

 

06 augustus 1845

JC - Javasche Courant

Batavia, De 4e augustus zijn alhier aangekomen het Nederlandse schip JACOBA MAURINA, kapt. G. van Meedevoort, met enige passagiers, vertrokken van Amsterdam de 15e april,

 

02 maart 1847

DC - Dordtsche Courant

Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de volgende schepen:

Voor Amsterdam: (o.a.) de schepen CASTOR, AERT VAN NES, SUSANNA CHRISTINA, AMBARAWA, JOHANNA, NEHALENNIA, AGNETA, DILIGENCE, JACOBAMAURINA, PASSAROEANG.

 

14 augustus 1847

JC - Javasche Courant

Batavia, 10 augustus. Heden is hier aangekomen de Nederlandse bark JACOBA MAURINA, kapt. G. van Medevoort, met twee passagiers, de 13e april vertrokken van Amsterdam.

 

02 september 1848

DC - Dordtsche Courant

Door de Nederlandse Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende 13 schepen, als: (o.a.)

Voor Amsterdam: MARGARETHA JOHANNA, kapt. M. Schou; DRIE VRIENDEN, kapt. H. de Wijn; NIJVERHEID, kapt. G.J. van der Meij; SARA JOHANNA, kapt. H. Sweijs; SARA MARIA, kapt. J. Kooij; DILIGENCE, kapt. L. Smit; GEERTRUIDA MARIA, kapt. C. Spiegelberg, van Dordrecht.

 

24 januari 1849

JC - Javasche Courant

Batavia, 21 januari. Heden zijn hier aangekomen de dito bark NIJVERHEID, kapt. G.J. van der Mey, de 11e oktober vertrokken van Amsterdam, en het dito schip ANNA PAULOWNA, kapt. W. Bik Wzn., drie passagiers, de 28e september vertrokken van Amsterdam.

 

27 juni 1850

NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

Voor Amsterdam: JAN HENDRIK, kapt. De Jong, ELISABETH ANTONIA, kapt. Veenstra, WASSENAAR, kapt. Hofstee, GOEDE VERWACHTING, kapt. Zeylstra, ADM. DE RUYTER, kapt. Titsingh, CORNELIA, kapt. EhrenspergerJr, DOROTHEA, kapt. Visser, AERT VAN NES, kapt. Noback, NIJVERHEID, kapt. v.d. Valk, PRINS HENDRIK, kapt. Smit, PEKING, kapt. v.d. Meulen, JAN VAN BRAKEL, kapt. Van der Bent, en GELDERLAND, kapt. De Wijn.

 

19 juni 1852

NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

Rotterdam, 18 juni. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende 30 schepen: (o.a.)

Voor Amsterdam: VRIENDEN, kapt. J.A.T. Tydeman; CLARA HENRIETTE, kapt. N.D. de Boer; OUD-ALBLAS, kapt. N. Kruymel; JAVA, kapt. L. Tak; WILHELMINA ARNOLDA, kapt. J.L. Mulder; GELDERLAND, kapt. A. van Oosteroom; NIJVERHEID, kapt. J.A. Mooi; JAN VAN BRAKEL, kapt. W.L. Esinck, JAN HENDRIK, kapt. H. de Jong; PHILIPS VAN MARNIX, kapt. E. van Duyn; DOROTHEA, kapt. H. Visser; CORNELIA, kapt. J.J.C. Noodt; SUSANNA CHRISTINA, kapt. J.J.H. Stolte; LAURA &ADÈLE, kapt. K.L. Swart; JULIE CLAIRE, kapt. H. de Wijn.

 

17 november 1852

NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

Batavia, 16 november. Alhier zijn aangekomen de 15e dezer de Nederlandse bark JULIE CLAIRE, kapt. H. de Wijn, met vier passagiers, vertrokken van Amsterdam de 29e juli, het Nederlandse schip NIJVERHEID, kapt. J.N. Mooi, vertrokken van Amsterdam de 23e juli, het Nederlandse schip CORNELIA, kapt. J.J.C. Noodt, vertrokken van Amsterdam de 23e juli, het Nederlandse schip KOOPHANDEL, kapt. P.L. Dupain, vertrokken van Rotterdam de 9e augustus, en het Nederlandse schip EDUARD, kapt. J.M. de Winter, vertrokken van Australië de 1e oktober.

 

17 januari 1855

JB - Javabode

Batavia, 17 januari. De 14e dezer is hier aangekomen het Nederlandse schip NIJVERHEID, kapt. J.A. Mooi, de 24e september vertrokken van Amsterdam, en het Nederlandse schip MADURA, kapt. T. Drayer, de 8e oktober vertrokken van Rotterdam.

 

02 juli 1856

JB - Javabode

Batavia, 30 juni. Heden zijn hier aangekomen de Nederlandse bark AKYAB, kapt. J.J. Klein, de 12e maart vertrokken van Rotterdam, en de dito bark NIJVERHEID, kapt. P.F. Lange, de 1e maart vertrokken van Amsterdam.

 

 

 

 

 

 

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

GEMEENTEARCHIEF Amsterdam
archiefnummer 5074 – 1420 – 1838 – no. 29

BIJLBRIEF Jacoba Maurina

plaats en datum acte Amsterdam, 29 augustus 1838

type schip barkschip

kapitein

Bouwwerf C.E. Duyts Corn.zoon, Amsterdam, werf de Koning William

Eigenaar Henrikus Bylaart, Amsterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 459 tonnen / 243 lasten

tuigage / aantal dekken

afmetingen 32,95 x 6,30 x 4,98 m hol

kiellegging

tewaterlating 28 maart 1838

plaats / nr van registratie Amsterdam, deel 36 folio 6 verso vak 5

datum registratie 31 augustus 1838

notaris

prijs

bijzonderheden meetbrief d.d. 20 juli 1838 van scheepsmeter F.A. de Raadt

Naam JACOBA MAURINA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1838
Toegang 5074
Inventaris 1420
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1417.1838.29

deel VII, foto 2 – 45, 46
CEDULE

Naam schip JACOBA MAURINA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 17 augustus 1838

type schip bark

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. J.A. de Haas

grootte in tonnen 243 lasten of 459 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Amsterdam

plaats / datum registratie Amsterdam, 18 augustus 1838

nummer registratie deel 35, folio 294, recto, vak 6

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief; het schip is gebouwd voor rekening van de in de bijlage genoemde eigenaars en ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.
De eed wordt afgelegd door Hermanus Isaac Rietveld, Amsterdam, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.

1838.09.17 Eerste zeebrief voor een bark JACOBA MAURINA, kapt. J.A. de Haas

researcher/datum research: ML / 030616



bijlage bij acte 29 van 1838, bark JACOBA MAURINA
eigenaren per medio augustus 1838:

H. Bijlaart, Amsterdam (boekhouder en 21/64e part)
J. Schutte Hoyman, Amsterdam (4/32e part)
A. Ahlers, Amsterdam (3/32e part)
And. ten Cate J.Azn., Amsterdam (2/32e part)
W. Kaars Sijpestein, Krommenie (2/32e part)
Th. ’t Hooft, Amsterdam (2/32e part)
N. de Gijselaar Pzn., Amsterdam (1/32e part)
firma J.B. Ronca & Co., Amsterdam (1/32e part)
H.H. Loges, Amsterdam (1/32e part)
firma Gebr. Van der Vliet, Amsterdam (1/32e part)
E.J. van Rooy, Amsterdam (1/32e part)
firma Van Vollenhoven & Co., Amsterdam (1/32e part)
Mevr. de Mey, geboren Spiering, Amsterdam (1/32e part)
H.J. van Gelster, Amsterdam (1/32e part)
E. Alexander, Amsterdam (1/64e part)

ML / 030616

Naam JACOBA MAURINA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1838
Toegang 5074
Inventaris 1418
Klik hier om de originele akte te bekijken

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3169.1842.37
foto IMG 2323 - 2326

CEDULE

Naam schip JACOBA MAURINA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 8 juli 1842

type schip bark

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. G. van Meedervoort

grootte in tonnen 243 lasten of 459 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd in het koninkrijk der Nederlanden

plaats / datum registratie Amsterdam, 13 juli 1842

nummer registratie deel 44, folio 6, verso, vak 3

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de koopacte; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Hermanus Isaac Rietveld, Amsterdam, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.
De vorige zeebrief, uitgegeven op 10 mei 1841, werd ingeleverd (plaats en datum inlevering niet genoemd)


researcher/datum research: ML / 270716







bijlage bij acte 37 van 1842, bark JACOBA MAURINA
eigenaren per primo juli 1842:

firma Thijm, Rothuis & Co., Amsterdam (boekhouders en 12/32e part)
J. Schutte Hoyman, Amsterdam (4/32e part)
A. Ahlers, Amsterdam (3/32e part)
firma Van Vollenhoven & Co., Amsterdam (1/32e part)
firma an der Vliet, Amsterdam (1/32e part
L.D. Ijzer, Amsterdam (1/32e part)
firma J.B. Bonca & Co., Amsterdam (1/32e part)
N. de Gijselaar Pzn., Amsterdam (1/32e part)
C .E. Duyts Corn.zn., Amsterdam (1/32e part)
W. Kaars Sypestein, Krommenie (2/32e part)
G. Bruinings, geboren Gollenstede, Voorst 2/32e part)
E.J. van Rooy, Monnikendam (1/32e part)
A.J. van der Beek, Broek in Waterland (1/32e part)
Mevr. de Mey van Streefkerk, geboren Spiering, Lienden (1/32e part)

ML / 270716

Naam JACOBA MAURINA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1842
Toegang 198
Inventaris 3169

Noord-Hollands Archief – Haarlem Archiefnummer Amst.198.3179-1842.37

DVD XI – 401, 402
ACTE KOOP/VERKOOP

Naam schip JACOBA MAURINA

plaats en datum acte onderhandse verkoop/koop, Amsterdam, 12 november 1841

type schip bark

bouwwerf/verkoper Henricus Bijlaart, koopman te Amsterdam, verkoopt 10/32e parten in het schip.

gevoerd door kapt. J.A. de Haas

eigenaar/aankoper Bernardus Joannes Rothuys Hendrikszoon, voor zijn firma Thijm Rothuys & Co.,kooplieden te Amsterdam, koopt 10/32e parten in het schip

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 459 tonnen of 243 lasten

tuigage / aantal dekken

afmetingen 32,95 x 6,30 x 4,98 meter

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Amsterdam, 12 november 1841.

nummer van registratie deel

notaris Bruno Tideman, notaris te Amsterdam

prijs NLG. 28.600,- (10/32e part)

Bijzonderheden: het schip was voor rekening van Henricus Bijlaart gebouwd volgens bijlbrief in dato 29 augustus 1838.



researcher/datum research: ML / 280708

Naam JACOBA MAURINA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1842
Toegang 198
Inventaris 3179

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3170.1848.25
foto IMG 2969 - 2972

CEDULE

Naam schip bevorens genaamd JACOBA MAURINA, doch thans door kopers genaamd NIJVERHEID

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 1 september 1848

type schip bark

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. G.J. van der Mey

grootte in tonnen 243 lasten of 459 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd in de Nederlanden

plaats / datum registratie Amsterdam, 1 september 1848

nummer registratie deel 56, folio 199, verso, vak 6

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de koopacte; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Hermanus Isaac Rietveld, Amsterdam, namens zich zelve en voor en namens zijn mede-eigenaren.
Over de vorige zeebrief worden geen gegevens vermeld.



researcher/datum research: ML / 260916



Bijlage bij eigendomsbewijs 25 van 1848, bark NIJVERHEID
eigenaren per primo september 1848

C.E. Duijts Corneliszoon, Amsterdam (boekhouder en 10/16e part)
J.A. Leliman, Amsterdam (1/16e part)
firma Van Vollenhoven & Co., Amsterdam (1/16e part)
firma Gebr. van der Vliet, Amsterdam (1/16e part)
Alberdingk Thijm, Amsterdam (1/16e part
firma M. & L.D. van IJzen, Amsterdam (1/16e part)
Hermanus Isaac Rietveld, Amsterdam (1/16e part)

ML / 260916

Naam JACOBA MAURINA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1848
Toegang 198
Inventaris 3170

Noord-Hollands Archief - Haarlem Archiefnummer Amst.198.3180-1848.25

DVD XI – 648 - 650
ACTE KOOP/VERKOOP

Naam schip JACOBA MAURINA

plaats en datum acte openbare verkoping, Amsterdam, 22 mei 1848

type schip bark

bouwwerf/verkoper Bernardus joannes Rothuijs Hendrikszoon en Dionisius Drost, kooplieden te Amsterdam, als liquidatuers van de ontbonden firma Thijm Rothuijs & Co., Amsterdam

gevoerd door kapt. G. van Meedevoort

eigenaar/aankoper Cornelis Ernst Duijts Corneliszoon, scheepsbouwmeester te Amsterdam, op de hoogte van de Kadijk

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 459 tonnen of 243 lasten

tuigage / aantal dekken

afmetingen 32,95 x 6,30 x 4,98 meter

kiellegging

tewaterlating 1838

plaats / datum registratie Amsterdam, 30 mei 1848

nummer van registratie deel niet vermeld

notaris Bruno Tideman, notaris te Amsterdam

prijs NLG. 37.400,-

Bijzonderheden: de verkoping vond plaats in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ te Amsterdam. Het schip was in den jare 1838 te Amsterdam gebouwd







researcher/datum research: ML / 070908

Naam JACOBA MAURINA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1848
Toegang 198
Inventaris 3180