Inloggen
JAVAAN - ID 9999


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1833-12-09 / 1868-06-00 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1824
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Fregat
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 3
Construction Data

Scheepsbouwer: James George Waller, Bantjer, residentie Rembang, Netherlands East Indies
Launch Date: 1824-06-21
Delivery Date: 1824-12-00
Technical Data

Gross Tonnage: 380.00 lasts
Gross Tonnage 2: 736.00 tons (oude meting)
 
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1834
Datum agenda: 1834-04-10
Register nr: 18340192
Scheepsnaam: JAVAAN
Type:
Lasten: 0
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Udink & Co., M.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Kraay, P.
Opmerkingen: Eerste zeebrief
difficulteren; schip is gebouwd op Java

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1833-12-09 DE JAVAAN
Manager: Firma M. Udink & Co., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands
Additional info: Ex. ZM de JAVAAN

Date/Name Ship 1841-12-27 DE JAVAAN
Manager: Barend Kooy Johzn., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1861-12-04 JAVAAN
Manager: Paine, Stricker & Co., Batavia, Netherlands East Indies
Eigenaar: Paine, Stricker & Co., Batavia, Netherlands East Indies
Shareholder:
Homeport / Flag: Batavia / Netherlands East Indies

Date/Name Ship 1867-06-25 FATHOOL WADOET
Manager: Abdulla bin Awal Boepsaid, Surabaya, Netherlands East Indies
Eigenaar: Abdulla bin Awal Boepsaid, Surabaya, Netherlands East Indies
Shareholder:
Homeport / Flag: Surabaya / Netherlands East Indies

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

Bijlage bij acte 12van 1834, schip JAVAAN,  eigenaren per primo april 1834

firma M. Udink & Co., Amsterdam (boekhouders en 1/4e part)
J.J. van Voorst, Amsterdam (1/8e part)
firma Van Voorst & Andriessen, Amsterdam (1/16e part)
J.F. Elzer, Amsterdam (1/16e part)
C. Kopersmit Jr., Amsterdam (1/16e part)
R.L. Wolterbeek, Amsterdam (1/16e part)
J.R. Kooy (1/16e part)
E. Croese (1/16e part)
D. Bloemen, Amsterdam (1/16e part)
P.J. Staedel (1/16e part
P. Wolterbeek (1/16e part)

bijlage bij acte 40 van 1841, fregat JAVAAN
eigenaren per ultimo december 1841:

B. Kooy Jz., Amsterdam (boekhouder en 3/16e part)
J.J. van Voorst, Amsterdam (2/16e part)
R.D. Wolterbeek, Amsterdam (1/16e part)
C. Kopersmit Jz., Amsterdam (1/16e part)
P.J. Staedel, Amsterdam (1/16e part)
firma Van Voorst & Andriessen, Amsterdam (1/16e part)
J.F. Elser, Amsterdam (1/16e part)
P. Wolterbeek, Amsterdam (1/16e part)
E. Croeze, Amsterdam (1/16e part)
P. Kraay, Amsterdam (1/16e part)
Wed. Bloemen, Amsterdam (1/16e part)
R. le Chevalier, Amsterdam (1/32e part)
Mevr. S.C. Nijhoff, wed. Saltet, Amsterdam (1/32e part)
W.B. van Voorst, Amsterdam (1/32e part)
J.R. Kooy, Wageningen (2/32e part)

Het betreft hier een acte van scheiding van parten wegens de opgeheven firma M. Udink & Co., Amsterdam.
De hierboven genoemde eigenaren hadden het schip gedeeltelijk voor rekening van hun part laten bouwen, gedeeltelijk waren bovengenoemde parten aangeërfd en toebedeeld.
Pieter Kraay, Amsterdam (schipper en 1/16e part)


 
 
Ship Events Data

1833-12-09: Aantekening op KOOPBRIEF:
bijzonderheden: het schip is gebouwd van jatiehout.
verkoper: Directie der Marine te Willemsoord
Veiling: Nieuwe Diep d.d. 9 december 1833 bij opbod en afslag
1861-05-06: Sold at auction
Advertentie. C.A. Schröder, J.J. van der Meulen, A. Roland Holst, J.R. Bos Janszen, E.C.A. Koli en P.F.A. Luytjes, makelaars, presenteren op maandag de 6e mei 1861, des avonds ten 6 ure precies, in de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ te Amsterdam, ten overstaan van de notarissen Louwerse en Biesman Simons, te verkopen:
- Een snelzeilend, gekoperd en kopervast fregatschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd PHILIPS VAN MARNIX, gevoerd door kapt. D. Duinker, volgens Nederlandse meetbrief gemeten op 1201 tonnen of 634 lasten.
- Een snelzeilend, gekoperd en kopervast fregatschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd JAVAAN, gevoerd door kapt. H. Munnix; volgens Nederl. meetbrief gemeten op 736 tonnen of 389 lasten.
En dat verder met al hun rondhouten, opstaand en lopend want, ankers, touwen, zeilen en andere scheepsbehoeften, als breder bij de inventarissen is vermeld.
De beide voorzegde fregatschepen liggen in het Oosterdok te Amsterdam.
Nader bericht bij bovengemelde makelaars, of bij de cargadoors Floris der Kinderen & Zoon, aldaar.
1861-06-22: 22 juni 1861.Krant JB - Javabode
Geveilde schepen te Amsterdam de 6e mei:
JAVAAN (opm: fregat), kapt. H. Munnix, groot 389 lasten, gebouwd in 1826: om NLG 28.000 verkocht en voor Oost-Indische rekening gekocht.
1868-06-00: Final Fate: Wrecked

JB 200668
Wij vernemen, dat bij de Lucipara-eilanden vergaan is de FATHOOL WADOET, toebehorende aan de handelaar sech Awal te Soerabaia, met een lading rijst, steenkolen, enz. voor Ambon. De bemanning heeft zich in sloepen gered en is behouden te Ambon aangekomen.

Gezagvoerders

Er zijn op zijn minst twee personen met deze naam. Dit blijkt ook uit het volgende gegeven:

In een een Journaal van de “Dordtenaar” gedurende de reis van Mei 1832-oktober 1833 onder de gezagvoerders van Ginkel, Kraay en v/d Koppel. Gemeentearchief van Dordrecht, nr. 124-18, rederij Blussé van Oud Alblas.

Van Blokland-Visser064 ontleende hieraan de volgende opmerkingen:

Eind februari 1831 vertrok het fregat “Dordtenaar”, varend voor A.Blussé van Oud Alblas te Dordrecht naar Batavia onder gezag van kapitein Dirk van der Koogh. Deze overleed op weg naar de oost op 16 mei 1831 waarna zijn plaats werd ingenomen door de 1e stuurman Frans van Ginkel. Deze vertrok voor een 2e reis op 19 mei 1832 vanuir Hellevoetsluis naar Batavia en overleed op 01 december 1832 te Semarang aan boord van zijn schip. (zie bij Frans van Ginkel). Hij werd op zijn beurt opgevolgd door de 1e stuurman Pieter Kraay, 33 jaar. Het schip vertrekt naar Philadelphia. Op 16 februari 1833 wordt St.Helena aangedaan en daar wordt het schip aan de ketting gelegd vanwege de blokkade van Hollandse schepen. De kapitein gaat zaken regelen aan de wal en komt op 23 februari te vallen van zijn paard. “Op 6 maart 1833 is de kapitein erg zwak en wist hij niet anders te zeggen dan dat hij voelde dat de tijd naderde om van ons (scheepsarts Petersen en 1e stuurman Samuel v/d Koppel te moeten scheiden. Na mij het beheer van het schip aanbevolen te hebben , is hij gaan liggen en om half 6 ’s avonds blies hij de laatste adem uit. Kapitein Pieter Kraay werd 34 jaar. De volgende dag werden de vlaggen halfstok gehangen en om 12 uur ging de gehele equipage naar de wal en ook de gehele equipage van het  fregat “Marco Bozzaris” uit Amsterdam (dit schip lag ook in blokkade) met kapitein Jacob Gerrits Adriaan en werd het lijk van de kapitein met alle scheeps en lands ceremonieën ter aarde besteld. Door het overlijden van de kapitein werd de 1e stuurman Samuel v/d Koppel 26 jaar de nieuwe kapitein”

 

Familiegegevens en opleiding

Pieter Kraay werd geboren te Zandvoort op 27 september 1788.

Hij was gehuwd met Vrouwtje Bakker, geboren te 't Vlie op 03 mei 1791. Het echtpaar had ten tijde van de inschrijving in het WZF een: zoon (30 december 1819), dochter (26 december 1821), zoon (29 maart 1824).

P.Kraay is overleden in 1854 of 1855 (AAKZ 30, p.256).

 

Pieter Kraay werd volgens doopcedul nr.1188 op 23 november 1799 gedoopt te Steenbergen. Hij was gereformeerd. Zijn ouders waren Hendrik Kraay uit Amsterdam en Adriana Maria Veuge "bij de Leek", beiden ten tijde van de inschrijving van Pieter aan de Kweekschool te Amsterdam nog in leven en wonende te Amsterdam. Pieter werd aan de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam aangenomen op 20 oktober 1814. Hij was toen 14 jaar, 5 voet-1 duim lang en gevaccineerd.

Van zijn vorderingen werden 3.maandelijkse aantekeningen gemaakt met de eerste op 01 januari 1815: "Kt (kent) de streeken van het kompas". Het laatste verslag was op 01 juli 1817: "heeft op de reis weinig vergeten". Opmerkelijk is de aantekening op 01 oktober 1815: "... is gedurende deze 3 Maanden op de Ziekekamer geweest". Voorts staan er de volgende aantekeningen:

januari 1815                "bij den Teekenmeester"

6 februari 1816           "als Ledemaat aangenomen"

01 augustus 1816       geplaatst als kajuitwachter op de "Susanna Maria met kapitein Doets" (dit is Cornelis Doets011)

7 juni 1817                  terug van de reis "met goede attestatie"

25 juni 1817                "bij de Eng.meester"

08 oktober 1817         geplaatst als ligtmatroos op de "Surinaamsche Vrienden" onder kapitein P.Kraay voor een reis naar Suriname

28 mei 1818                terug met goede attestatie

30 juli 1818      "op zijn verzoek ontslagen met honorabele attestatie en Certificaat van Vrijstelling van de Nationale Militie afgegeven"004-532/1589

Vanwege het bestaan van een kapitein Kraay van de "Marco Bozzaris" en "De Surinaamsche Vrienden" is het niet uit te sluiten dat deze Kweekschoolleerling P.Kraay nooit de rang van gezagvoerder heeft bereikt. Nader genealogisch onderzoek moet hierover uitsluitsel geven.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

P.Kraay werd zonder datering ingeschreven als effectief lid van het Amsterdams zeemanscollege "Zeemanshoop". Bij de inschrijving was zijn schip de "Nepthunus". Toegevoegd is "overleden"002.

In de Algemene Ledenvergadering van het college op 02 juni 1824 werd Pieter Kraay, oud 36 jaar, wonende op de Korte Prinsengracht nr.53 aangenomen als effectief lid op voordracht van kapitein Koert. Hij kreeg vlagnummer 53023.

 

“Op 17 augustus 1825 besloot het bestuur, dat de vlag met het nummer 1, vrijgekomen doordat kapitein J.Theunisse in 1823 bedankt had, zou gevoerd worden door de kapitein van het toen op de werf van H.Booy en Zoon in aanbouw zijnde fregatschip Zeemanshoop van de heren M.Udink en Comp. Kapitein was eerst P.Kraay, die zelf nummer 53 had019.

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 17 augustus 1825 is besloten om de kapitein van het thans in aanbouw zijnde schip “Zeemanshoop” vlagnummer 1 te geven.042.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemans per 16 mei 1826. Van beroep veranderd. Bedankt in 1850003.

Kraaij was in 1830 en van 1832-1854 bestuurslid van het College Zeemanshoop019.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

“Op 17 augustus 1825 besloot het bestuur, dat de vlag met het nummer 1, vrijgekomen doordat kapitein J.Theunisse in 1823 bedankt had, zou gevoerd worden door de kapitein van het toen op de werf van H.Booy en Zoon in aanbouw zijnde fregatschip Zeemanshoop van de heren M.Udink en Comp. Kapitein was eerst P.Kraay, die zelf nummer 53 had019.

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 17 augustus 1825 is besloten om de kapitein van het thans in aanbouw zijnde schip “Zeemanshoop” vlagnummer 1 te geven.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 juni 1833 staat een bericht van kapitein Pieter Kraaij, dat hij naar Indië zal vertrekken.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 27 februari 1834 staat vermeld: “Eene Missive van den Heer P.Kraaij do 14 febr. j.l. verslag doende zijner verrichtingen en gemeenschap met de Heeren H.Beth en K.A.Vinze te Java om middelen te beramen tot aanwinst van Honoraire Leden op Java … “042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 29 november 1838 wordt een brief gemeld van P.Kraaij dat hij naar NOI zal afreizen en derhalve afscheid neemt.042

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 november 1843 staat een verzoek om uitkering van de wed. P.Kraaij, geb. Spliet.

 

In de Algemene Vergadering van 09 november 1830 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop doet kapitein P.Kraaij de mededeling dat hij naar Indië zal vertrekken en zich derhalve genoodzaakt ziet zijn commissarisfunktie neer te leggen 023.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop van 28 februari 1837 staat de volgende mededeling: “De Voorzitter brengt ter kennis van de Leden dat door tusschenkomst van het Effectief medeLid den Heer P.Kraaij het Bestuur bekend is geworden met het bestaan van een nachtseinLantaarn bij de Engelsche Zeevaarders in gebruik. En dat hetzelve vermeend heeft om met den Mr. Koperslager H.Wellinghuisen te handelen over het vervaardigen van den gelijke Lantaarnen naar het daarbij voorgestelde Model.- Die dan ook daartoe octrooy heeft gevraagd van Z.M.den Koning hetwelk aan hem is verleend geworden … “023.

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 31 oktober 1854 staat de volgende mededeling:

“De Voorzitter deelt hierop aan de Vergadering mede het overlijden van wijlen den Heer P.Kraay sedert verscheidene jaren commissaris uit de effectieve leden van dit Collegie en thans plaatsvervangend commissaris, op den 25 October jl, hulde doende aan ’s mans verdiensten in het algemeen en voor het Collegie in het bijzonder.”023

 

De schepen van de kapitein

In het Stadsarchief van Amsterdam is in inventaris 5181/7150-1815-5b een akte van aan-/verkoop dd Archangel 01 juli 1814 van de “Anna en Margaretha”,  door de kopers nu te noemen “Vredenrijk”. De verkoper is Wassiley Baschenoff, koopman te Onega. De aankopers voor 17.000,- roebel zijn Rodion van Brienen Zoonen & Co, koopman van de eerste klasse te St. Petersburg.

 

Het Archief van de Waterschout011a bevat de volgende monsterrollen:

38-115      11 september 1820, fregat “Vredenrijk”, kapitein Pieter Kraaij, bestemming Berbice, correspondent Udink & Co, 19 bemanningsleden i.c. opperstuurman, onderstuurman, bootsman, timmerman, kok, 6 matrozen, 5 ligtmatrozen, koksmaat, jongen en een hofmeester.

38-116      04 mei 1821, fregat “Vredenrijk”, kapitein Pieter Kraaij, bestemming Archangel, correspondent Udink & Co, 14 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman, bootsman, timmerman, kok, 6 matrozen, 2 ligtmatrozen en een kajuitwachter.

38-117      28 november 1821, fregat “Vredenrijk”, kapitein Pieter Kraaij, bestemming Berbice, correspondent Udink & Co, 19 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman, bootsman, timmerman, kok, 7 matrozen, 4 ligtmatrozen, ligtmatroos/schrijver en 2 jongens.

38-119      12 november 1822, pink “Vrederijk”, gezagvoerder Pieter Kraaij, bestemming Berbice, correspondent Udink & Co, 19 bemanningsleden i.c. opperstuurman, onderstuurman, bootsman, timmerman, kok, 11 matrozen, koksmaat en 2 kajuitwachters.

38-121      21 oktober 1823, fregat “Vrederijk”, gezagvoerder Pieter Kraaij, bestemming Berbice, correspondent Udink & Co, 18 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman, bootsman, timmerman, kok, 12 matrozen en een hofmeester.

 

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                  jaren             type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

         53                           1825             fregat               Marco Bozzaris                                    Udink & Co

 

Volgens Bouma025 was P.Kraay gezagvoerde gedurende:

*    1826 op het fregat “Marco Bozzaris”, gebouwd in 1825, 376 ton o.m., varend voor M.Udink & Co te Amsterdam;

*    1827 t/m 1830 op het fregat “Zeemanshoop”, gebouwd in 1826 te Amsterdam, 438 ton o.m., varend voor M.Udink & Co te Amsterdam;  

In de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop van 02 mei 1826 wordt er melding van gemaakt dat "a.s. Zaterdag (d.i. 06 mei 1826) de "Zeemanshoop" van stapel zal lopen bij de werf van de heer Booy in de Bikkerstraat (te Amsterdam)023. Uit Bouma025 is af te leiden dat P.Kraaij de eerste kapitein is geweest.

 

Dordrecht 23 juli 1841

Heden is van de werf van de scheepsbouwmeester Jan Schouten met goed gevolg van stapel gelopen het fregat Philips van Marnix, groot 800 lasten/1201 ton, gebouwd voor de heer B. Kooy Jzn. te Amsterdam, zullende gevoerd worden door kapitein P. Kraay, bestemd voor de vaart op Oost-Indië.

Het fregat werd in 1862 verkocht aan P. de Boer, Rotterdam die het fregat Catharina Jacoba Henriette noemde. 

In 1868 werd het schip verkocht naar Engeland.

Bron: www.grotezeilvaart.nl

 

Bouma025 is af te leiden dat P.Kraaij de eerste kapitein is geweest.

*    1831 t/m 1834 op het fregat “Admiraal de Ruyter”, gebouwd in 1830, 530 ton o.m., varend voor M.Udink & Co te Amsterdam;

*    1835 van het 3/mschip “de Javaan”, gebouwd in 1826 te Rembang, 740 ton, (het schip was tot 1833 een oorlogsfregat), varend voor M.Udink & Co te Amsterdam;

*    1836 t/m 1837 van het 3/mschip “Neptunus”, gebouwd in 1835 te Dordrecht, 770 ton o.m., varend voor M.Udink & Co te Amsterdam;

*    1838 t/m 1839 op het 3/m schip “Admiraal Jan Evertsen”, gebouwd in 1838 te Dordrecht, 1077 ton o.m., varend voor M.Udink & Co te Amsterdam;

*    1841 t/m 1844 van het 3/mschip “Philips van Marnix”, gebouwd in 1841 te Dordrecht, 1201 ton o.m., varend voor B.Kooy Jz te Amsterdam.

      vaarperiode klopt niet met de vorige. Twee personen?

 

Overige bijzonderheden

Engel van der Valk werd per 12 november 1830 vanuit de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart als ligtmatroos geplaatst op de “Admiraal de Ruiter” onder kapitein Kraaij voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde op school terug op 26 september 1831004-532/1619.

 

De "Astrea" voor anker iets ten W. van Batavia057:

27 oktober 1833         " ...om 4u passeerden ons het schip de admiraal de Ruiter kapt P.Kraaij beladen en gaande naar het vaderland ...".

Het fregat de "Admiraal de Ruiter" onder gezag van kapitein Pieter Kraaij en met 33 manschappen dateerde de monsterrol op 18 oktober 1831 met bestemming Batavia. Boekhouder de heren Udink & Comp.011.

Het fregat de "Admiraal de Ruiter" onder gezag van kapitein Pieter Kraaij en met 33 manschappen dateerde de monsterrol op 05 juni 1833 (!) met bestemming Batavia. Boekhouder de heren Udink & Comp.011.

Eén van deze twee monsterrollen, en vermoedelijk de tweede, maakte de ontmoeting met de “Astrea” mogelijk. Maar dan is het schip 4½ maand na vertrek uit Amsterdam alweer op de terugweg en dat lijkt me supersnel

 

P.Kraay verzorgde per 19 november 1826 vanuit Texel met de “Zeemanshoop” een troepentransport van 5 officieren en 125 manschappen. Hij arriveerde op 24 februari 1827 te Batavia na 97 dagen, waarbij onderweg 2 militairen waren overleden.

Hij vertrok met hetzelfde schip op 23 december 1827 vanuit Texel. met 1 officier en 100 manschappen. Hij kwam te Batavia aan op 26 april 1828 na 125 dagen

Tenslotte vertrok hij op 16 april 1829 wederom vanuit Texel met de “Zeemanshoop” en 130 manschappen, waarna hij op 27 juli 1829 na 102 dagen te Batavia aankwam. . Onderweg was 1 militair overleden065

 

In: A.Brugmans 1872  Feestrede bij de herdenking van het vijftigjarig bestaan van het collegie “Zeemanshoop”.

Amsterdam, Erven H.van Munster & Zn, 31 pp. GAA Toegang 957 nummer 005.

“Wel hadden inzonderheid de Engelsche zeehavens een Zeemanshuis; maar nog was Amsterdam niet in het genot van zoodanige Inrigting, waar de zeeman, bij zijn korstondig verblijf aan den wal, een gewenschte toevlucht kon vinden buiten de gewone slaapsteden. … Het voegt mij, de namen niet te verzwijgen van hen, die tot de oprigtings-commissie benoemd, zich die taak lieten welgevallen en ijverig ten uitvoer bragten. Het waren de Heeren N.Trakranen, W.C. van Vollenhoven, C.P.van Eeghen, met de Scheeps-gezaghebbers S.G.Veening, P.Kraay en P.Huidekoper; de laatstgenoemde tevens eerste Directeur van het Gesticht.

 

Volgens een monsterrol in het Gemeentearchief van Dordrecht was P.Kraay (50 jaar, uit Amsterdam), per 24 oktober 1838 gezagvoerder op het fregat “Admiraal Jan Evertsen”, voor een reis naar Batavia met een equipage van 41 man.064

 

Zaturdag den 18den (1814) kon ik (Gerrit Metzon) door den sterken en aanhoudenden Oostenwind met mijn eigene boot niet aan wal varen maar wierd met die van kapt. KRAAIJ aan land en weder aan boord teruggebragt.”

(een ander in de haven van Cadiz)

Uit: “DAGVERHAAL VAN MIJNE LOTGEVALLEN gedurende eene gevangenis en slavernij van twee jaren en zeven maanden te Algiers” hetgeen is gepubliceerd in Memoria 1 “Tussen zeerovers en christenslaven” door Dr. G. van Alphen & Mr. H.Hardenberg, H.E.Stenfert Kroese’s Uitgevers-Mij N.V. Leiden, 1950, 195 pp. (Nederlands Scheepvaartmuseum 2729. Cat.nr.Mi 84-291 K IIa)

 

Rotterdamsche Courant 15 juli 181914

Amsterdam, 13 juli. Kapitein S. Kraaij, voerende het schip VREDENRIJK, van Berbice in Texel binnen, heeft den 9 dezer bij Bevesier (opm: Beachy Head) in goede staat gepraaid W.P. de Jong, naar Antwerpen.

 

Rotterdamsche Courant 26 februari 1820114

Advertentie. R. Hoyman, J. van Ouwerkerk de Vries, T. van Olivier, J.E. Lublink en J.H.A. Balwé, makelaars, zullen, op maandag den 13 maart 1820, des avonds te zes uren, te Amsterdam, in het Nieuwezijds Heeren-Logement, op de Haarlemmerdijk, verkopen: een extraordinair wel bezeild Brikschip, genaamd AURORA, gevoerd bij kapitein Pieter Kraay, lang 83 voet, wijd 21 voet 6 duim, hol 13 voet; breder bij de inventaris en berigt bij de makelaars en bij Van den Bey en Comp.

 

Rotterdamsche Courant 05 april 1821114

Amsterdam, 3 april. Kapt. P. Kraaij, voerende het schip (fregat) VREDENRIJK, van Berbice den 1 april in Texel binnen, meldt dat hij den 23 februari onder St. Eustatius zijnde, vernomen heeft dat het schip de EENDRAGT, kapt. H.A. Balmer, veertien dagen daarna met troepen van daar naar Amsterdam zou vertrekken.

 

Rotterdamsche Courant 24 juli 1821114

Amsterdam, 22 juli. Het schip NEPTHUNUS, kapt. O. Olferts, van Amsterdam naar Archangel, is den 2 juni bij Hitland (opm: Shetland) in goede staat gepraaid door kapt. P. Kraaij, van Amsterdam den 24 dito te Archangel gearriveerd.

 

Rotterdamsche  Courant 22 januari 1822114

Amsterdam, 20 januari. Volgens brief van kapt. P. Kraaij, voerende het schip (opm: fregat) VREDENRIJK, den 31 december 1821 uit Texel gezeild naar Berbice, in dato 3 januari, was hij toen op de hoogte van Douvres; aan boord was alles wel.

 

Javasche Courant 11 juni 1833

Uit berichten van St. Helena, lopende van de 1e januari tot de 18e maart j.l. blijkt, dat aldaar waren aangeweest de onderstaande Nederlandse schepen:

De 23. januari het schip ANTHONY, kapt. H. Bruhn, van Canton naar Rotterdam.

De 26. januari het schip GEZUSTERS, kapt. J. Ingerman, van Batavia naar Amsterdam.

De 27. januari het schip TWEE CORNELISSEN, kapt. J. Reinhardt, van Batavia naar Amsterdam, en het schip WILLEM, kapt. A. Plug, van Batavia naar Rotterdam.

De 28. januari het schip ASIA, kapt. J. Boot, van Batavia naar Middelburg.

De 30. januari het schip VASCO DA GAMA, kapt. P. de Boer, van Batavia naar Rotterdam.

De 16. februari het schip DORTENAAR, kapt. P. Kraaij, van Batavia naar Dordrecht.

De 16. februari het schip DORTENAAR, kapt. P. Kraaij, van Batavia naar Dordrecht.

De 28. februari het schip MARCO BOZZARIS, kapt. J.G. Adriaan, van Batavia naar Amsterdam.

De DORTENAAR en de MARCO BOZZARIS waren ten gevolge van orders uit Engeland onder embargo gelegd. Kapt. P.Kraaij van de DORTENAAR was ten gevolge van een val van zijn paard op de 23 februari, 11 dagen later overleden

 

Rotterdamsche Courant 13 juni 06 1837114

Rotterdam, 12 juni. Kapitein J. Admiraal rapporteerde, den 15 februari, bij Soeloe Balie, gepraaid te hebben het barkschip JAVAAN, kapt. J.P. Meyer, van Amsterdam, hebbende 120 dagen reis, en dat met hem van St. Helena zijn vertrokken de schepen STAD SCHIEDAM, D.H. de Boer, en NEPTUNES, P. Kraay, naar Amsterdam, welke laatste bij Lezard (opm: Lizard), 3 mijl ten N.W. van zich, weder door hem is gezien. Nog is gemelde kapitein den 10 dezer, bij Wight, 5 mijlen ten N.W. van zich, gepasseerd een schoonerkof, tonende witte vlag met DL no. 10.

 

Ontleend aan van Blokland-Visser064:

MRD = monsterrol in het Gemeentearchief van Dordrecht:

Op 1 juli 1835 (MRD nr 743) monsterde hij als de 1e kapitein op het nieuwe fregat “Nepthunis”, gebouwd op de werf van Jan Schouten te Dordrecht , varend voor de rederij Udink & Co te Amsterdam en vertrekt met 37 man naar Batavia.

Op 24 oktober 1838 (MRD nr 904) is hij 1e kapitein op het nieuwe fregat “Admiraal Jan Evertsen, gebouwd op de  werf van Jan Schouten , varend voor reder Udink & Co te Amsterdam en vertrekt met 41 man naar Batavia.

Op 12 mei 1842 (MRD nr 1124) is hij 1e kapitein op het nieuwe fregat “Philips van Marnix” ook weer gebouwd op de werf van  Jan Schouten en met als reder J Kooy  te Amsterdam en vertrekt met 47 man naar Batavia.

 

 

Datum vanaf: 1833
Kapitein: Kraay, Pieter
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Jacob Adriaan werd geboren te Helder op 25 oktober 1784. Zoon van Gerrit Adriaan en Klaartje Peper.

Hij huwde met Neeltje Baken, geboren te Callantsoog op 27 februari 1785.  Jacob overleed op 14 mei 1874 te Nieuwendam.

Lid van het Weldadig Zeemans Fonds op 22 juni 1826003.

 Kinderen: Klaartje Barsingerhorn (geboren Adriaan), Neeltje Rinses (geboren Adriaan), Aafje Adriaan, Aafje Rinses (geboren Adriaan)

Broers/zusters: ...ijsbet Adriaansdr Kist, Johannes Gerritsz Adriaan, Jan Adriaansz Kist, Gerrit Adriaen Kist, Lijsbeth Gerrits Adriaan, Pieter Gerrits Adriaan.

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.Adriaan werd met nr. 167 effectief lid van Zeemanshoop op 30 april 1826 op voordracht van P.Kraaij. Zijn schip was de "Javaan". Tevens is vermeld de "Eendragt"002. Jacob Gerritsz Adriaan, oud 41 jaar, voerende zijn schip de "Marco Bozzaris", geboren te Den Helder, wonende te Callantsoog en met adres de heer P.Kraaij te Amsterdam, werd in de Algemene Ledenvergadering van 23/30 mei 1826 voorgedragen/ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van kapitein P.Kraaij. Zijn vlagnummer wordt niet genoemd, maar uit de volgorde van voorgedragen leden in de notulen is op te maken dat dit 167 moet zijn geweest023.

 

Jacob G.Adriaan was effectief lid van Zeemanscollege in de periode 1826 t/m 1867 (of 1873) met de vlagnummers 167 (1826 t/m 1836), 99 (1836 t/m 1854) en 27 (1854 t/m 1867 0f 1873).

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 oktober 1847 staat een verzoek van kapitein J.G.Adriaan. Deze wordt hem toegekend in de vergadering dd 25 november 1847 “voorlopig voor één jaar”.042

 

In de notulen dd 21 december 1847 van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop staat vermeld, dat per 01 november een uitkering voor 1 jaar is toegekend aan J.G.Adriaan.023.

In de notulen dd 29 mei 1866 van de Algemene Vergadering staat vermeld dat aan J.G.Adriaans de uitkering is verlengd met 12 maanden. (vanwege de naam en het grote tijdsverschil met de vorige toekenning, vraag ik me af of het hier wel om J.G.Adriaan gaat.)

 

De schepen van de kapitein

In de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart staan de volgende gegevens:

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

        167                       1826-1834     fregat               Marco Bozzaris (Botzaris                  M.Udink en Co

                                                                                             Bozaris)

                                           1835           fregat               de Javaan                                             idem

         99                              1836           fregat               de Javaan                                             idem

                                      1837-1841     geen opgave van schip en boekhouder

                                      1842-1843     smak                De Eendragt                                          de kapitein

                                      1844-1852     geen opgave van schip en boekhouder

         27                         1853-1873     geen opgave van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt J.G.Adriaan als gezagvoerder gedurende:

*    1827 t/m 1835 op het 3/m schip “Marco Bozzaris”, gebouwd in 1825 te Amsterdam, 376 ton o.m., varend voor M.Udink & Co te Amsterdam;

*    1836 t/m 1837 op het 3/m schip de “Javaan”, gebouwd in 1826 te Rembang, 740 ton o.m., tot 1833 gevaren als oorlogsfregat en nu onder rederij M.Udink & Co te Amsterdam;

*    1842 t/m 1846 op de smak “Eendragt”, gebouwd in 1821, 70 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Hoogezand.

 

In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Jacob Gerrits Adriaan op de:

“Marco Bozaris” dd 10 juni 1826; 12 juni 1827; 13 augustus 1828; 01 oktober 1829; 13 juni 1831; 19 juli 1832; 23 oktober 1833;

“Javaan”, dd 27 mei 1835; 06 juni 1835; 21 mei 1836

 

Overige bijzonderheden

J.G.Adriaan verzorgde per 01 juli 1826 vanuit Texel met de “Marco Bozzaris” een troepentransport van 3 officieren en 100 mansschappen. Hij arriveerde te Batavia op 06 november 1826 na 128 dagen.

Met hetzelfde schip voer hij op 02 juli 1827 vanuit Texel en 4 officieren plus 150 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 07 november 8127 na 128 dagen, waarbijonderweg 2 militairen waren overleden.

Tenslotte vertrok hij op 27 augustus 1828 vanuit Texel wederom met de “Marco Bozzarus” en een detachement van 1 officier en 150 manschappen. Hij kwam te Batavia aan op 21 december 1828 na 116 dagen065.

 

Kapitein J.G.Adriaans lag in maart 1833 op de rede van St.Helena met de “Marco Borzaris” en wordt aldaar vastgehouden door de Engelsen. Aldaar ligt ook het fregat de “Dordtenaar” onder kapitein Samuel van de Koppel, die als 1e stuurman het gezag heeft overgenomen van de overleden Frans van Ginkel. Deze van de Koppel heeft grote moeilijkheden met zijn bemanning, maar met assistentie van kapitein Adriaans worden de problemen (althans voorlopig) opgelost, zodat de “Dordtenaar” weer kan uitzeilen.064

 

Javasche Courant 11 juni 1833114

Uit berichten van St. Helena, lopende van de 1e januari tot de 18e maart j.l. blijkt, dat aldaar waren aangeweest de onderstaande Nederlandse schepen:

De 23. januari het schip ANTHONY, kapt. H. Bruhn, van Canton naar Rotterdam.

De 26. januari het schip GEZUSTERS, kapt. J. Ingerman, van Batavia naar Amsterdam.

De 27. januari het schip TWEE CORNELISSEN, kapt. J. Reinhardt, van Batavia naar Amsterdam, en het schip WILLEM, kapt. A. Plug, van Batavia naar Rotterdam.

De 28. januari het schip ASIA, kapt. J. Boot, van Batavia naar Middelburg.

De 30. januari het schip VASCO DA GAMA, kapt. P. de Boer, van Batavia naar Rotterdam.

De 16. februari het schip DORTENAAR, kapt. P. Kraaij, van Batavia naar Dordrecht.

De 28. februari het schip MARCO BOZZARIS, kapt. J.G. Adriaan, van Batavia naar Amsterdam.

De DORTENAAR en de MARCO BOZZARIS waren ten gevolge van orders uit Engeland onder embargo gelegd. Kapt. P.Kraaij van de DORTENAAR was ten gevolge van een val van zijn paard op de 23 februari, 11 dagen later overleden

 

 

Datum vanaf: 1835
Kapitein: Adriaan, Jacob Gerritsz

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.E.Witsen als gezagvoerder gedurende:

*   1838/1839 op het fregat de “Javaan”, gebouwd in 1826 te Rembang, 740 ton o.m. (tot 1833 een oorlogsfregat), varend voor M.Udink & Co te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1837
Kapitein: Witsen, J.E.

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt D.D.Visser als gezagvoerder gedurende:

*   1836 t/m 1842 van de smak “Hillegonda Maria”, gebouwd in 1830 te Grouw, 71 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Grouw.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1838
Kapitein: Visser, D.D.

Familiegegevens en opleiding

Pieter Nannings Dekker, zich schrijvende Pieter Dekker, geboren op 27 februari 1808 te Texel.

Hij huwde met Naantje Cornelis Zunderdorp, geboren te Texel op 20 maart 1810 en overleden 11 september 1886.

Pieter overleed in 1855. Bij zijn overlijden wordt als woonplaats Texel aangegeven. 118

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

P.Dekker, adres Feys Raamskooi, werd met vlagnummer 543 effectief lid van Zeemanshoop per 07 juli 1840 op voorspraak van W.H.Warnsinck Cz. Zijn schip was de "Zeemanshoop"002. Ten tijde van de inschrijving waren Dekker en zijn vrouw 32 resp. 30 jaar. Ingeschreven staan 2 zoons uit 1834 en 1838. Toegevoegd is “overleden” 002a.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 30 juni/07 juli 1840 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Pieter Dekker, oud 32 jaar, voerend het schip “Zeemanshoop”, wonende te Texel en met adres de heer Feys Raamskooi te Amsterdam, op voordracht van kapitein W.H.Warnsinck Cz 023.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds per 06 juli 1841.003

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 december 1855 staat een verzoek om uitkering van de wed. P.Dekker Nz, welke haar in de vergadering dd 31 januari 1856 wordt toegekend voor haar en 2 kinderen ingaande 01 november 1855.042

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 25 maart 1856 staat de mededeling dat aan de weduwe van kapitein P.Dekker per 01 november 1855 een uitkering is toegekend voor haar en 2 kinderen.023

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                  jaren                      type                 scheepsnaam                     naam reder/boekhouder

       543                      1840-1841                fregat              Zeemanshoop                    B.Kooij Jz ("Zie no 1")

                                     1842-1850                fregat              De Javaan                          idem

                                     1851-1853                fregat              Vijf Gebroeders                 idem

       227                      1854-1855                geen opgave van schip en boekhouder. "Overleden".

 

In het Register van Schepelingen nummer 19 staat de registratie per 11 april 1846 van Pieter Dekker als gezagvoerder van het fregat “Javaan”011b.

 

Bouma025 vermeldt P.Dekker als gezagvoerder gedurende:

* 1841/1842 op het fregat “Zeemanshoop”, gebouwd in 1826 te Amsterdam, 438 ton o.m., varend voor B.Kooy Jz te Amsterdam;

* 1843 t/m 1851 op het fregat “De Javaan”, (tot 1833 een oorlogsfregat), gebouwd in 1826 te Rembang, 740 ton o.m, varend voor B.Kooy Jz te Amsterdam;

* 1852 t/m 1856 op het fregat “Vijf Gebroeders” ex Josephine & Catherine, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 882 ton o.m., varend voor B.Kooy Jz te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

P.Dekker verzorgde per 01 april 1851 met de Vijf Gebroeders vanuit Nieuwediep een troepentransport van 5 officieren en 125 manschappen naar Nederlands Oost-Indië. Hij arriveerde te Batavia op 21 juli 1851 na 111 dagen065.

Op 12 januari 1855 voer hij met hetzelfde schip vanuit Nieuwediep met 5 officieren en 140 manschappen en arriveerde op 30 april 1855 na 108 dagen in Batavia. Er ontbrak 1 manschap, waarvan de reden niet is vermeld065.

 

Pieter Spaarman103 schreef zijn eerste brief in 1846. Tot zijn trouwdag in 1848 maakte hij twee reizen naar Oost-Indië als zeilmaker op de bark “Javaan” onder kapitein P.Dekker. “Op 13 juli 1848 vertrok hij weer aan boord van de ‘Javaan’ … Van deze reis naar Batavia was hij terug in april 1849.”

“In maart 1853 kreeg hij een uitnodiging van kapitein Dekker, onder wie hij voorheen op de ‘Javaan’ had gevaren, om als zeilmaker een reis te doen op de ‘Vijf Gebroeders’. Dit schip lag in lading te Londen voor Port-Philip in Australië. Hij reisde per stoomboot naar Londen. Na een reis met veel stormweer, waarbij de dokter en de 2e stuurman door een overkomende stortzee overboord waren geslagen en verdronken, arriveerde het schip op 22 juli te Port-Philp. Veel scheepsvolk wilde in die dagen naar Australië, waar toen veel geld werd verdiend. De bemanning kreeg van kapitein Dekker geen verlof aan wal te gaan. Toch verdwenen er zes bemanningsleden. Aan de overigen werd extra gage beloofd als ze aan boord bleven. Via Indië kwamen zij eind mei 1854 behouden te Nieuwediep aan.”

 

Datum vanaf: 1842
Kapitein: Dekker, Pieter Nannings

Familiegegevens en opleiding

Gerrit Teensma werd geboren te Schiermonnikoog op 26 oktober 1810 als zoon van Jan Gerrits Teensma en Ytje Douwes Wouter.

Hij trouwde op 17 maart 1841 te Schiermonnikoog met Neeltje Haykes Zeilinga, geboren te Schiermonnikoog op 26 april 1819 als dochter van Hayke Abrahams Zeilinga en Martha Alida Coerkamp. Zij overleed te Schiermonnikoog op 23 mei 1877.

Gerrit overleed op 05 februari 1862 op zee.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

G.J.Teensma (adres E.H.Masdorp) werd met vlagnummer 532 per 26 mei 1840 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein P.Kraay. Als zijn schip werd genoemd de “Thetis”. Toegevoegd is “Vermist” 002. Ten tijde van de inschrijving waren Teensma en zijn vrouw 29 resp. 21 jaar. Ingeschreven zijn 1 zoon uit 1841 en 3 dochters uit 1843, 1845 en 1848002a.

In de Algemene Vergaderingen van 19/26 mei 1840 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Gerrit Jans Teensma, oud 29 jaar, voerende de schoener “Thetis”, wonende te Schiermonnikoog, en met als adres E.H.Masdorp te Amsterdam, op voordracht van kapitein P.Kraay en met vlagnummer 532023.

 

G.J.Teensma was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1840 t/m 1862 met de vlagnummers 532 (1840 t/m 1854) en 221 (1854 t/m 1862).

Hij werd lid van het Weldadig Zeemans Fonds per 09 november 1841. Vermeld is: “Vermist”003

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

“Op 17 augustus 1825 besloot het bestuur, dat de vlag met het nummer 1, vrijgekomen doordat kapitein J.Theunisse in 1823 bedankt had, zou gevoerd worden door de kapitein van het toen op de werf van H.Booy en Zoon in aanbouw zijnde fregatschip Zeemanshoop van de heren M.Udink en Comp. Kapitein was eerst P.Kraay, die zelf nummer 53 had Later voer het fregat Zeemanshoop onder kapitein J.A.Witsen, nummer 318, na 1836 onder de kapiteins C.P.Kuyper, nummer 381, G.J.Teensma, nummer 532.…019.

 

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 02 april 1862 wordt aan de wed. G.J.Teensma geb Zeilinga met ingang van 01 mei 1862 een uitkering toegekend voor haar en haar 4 kinderen.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 22 april 1862 staat vermeld dat per 01 mei 1862 aan de weduwe G.J.Teensma geb. Zeilinga een uitkering in de 1e klasse is toegekend voor haar en 4 kinderen “onder gehoudenheid van teruggave indien later mogt blijken dat haar echtgenoot niet overleden was.”023.

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Scheepvaart001:

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

      532                          1840          schoner           Thetis                                                    B.Kooy Jz

                                        1841          geen vermelding van schip en boekhouder

                                     1842-1848    fregat              Zeemanshoop                                      B.Kooy Jz

                                     1849-1850    fregat              Vijf Gebroeders                                   idem

                                     1851-1853    fregat              Javaan                                                  idem

      221                       1854-1855    fregat              Javaan                                                  idem

                                     1856-1859    fregat              Vijf Gebroeders                                   J.Kooy & J.Kooy Jr

                                        1860          geen vermelding van schip en boekhouder

                                        1862          galjoot            Burgemeester Zeilinga                       J.A.Hoites te Hoogezand

 

Bouma025 vermeldt G.J.Teensma als gezagvoerder gedurende:

*   1841 van de schbrik “Thetis”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 130 ton o.m., varend voor B.Kooy Jz te Amsterdam;

*   1843 t/m 1850 van het 3/m schip “Zeemanshoop”, gebouwd in 1826 te Amsterdam, 438 ton o.m., varend voor B.Kooy Jz te Amsterdam;

*   1850 t/m 1851 van het 3/mschip “Vijf Gebroeders” ex Josephine en Catharine, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 882 ton o.m., varend voor B.Kooy Jz te Amsterdam;

*   1852 t/m 1856 van het 3/mschip “de Javaan”, gebouwd in 1826 te Rembang, 740 ton, (het schip was tot 1833 een oorlogsfregat), varend voor B.Kooy Jz te Amsterdam;

*   1857 t/m 1859 van het 3/mschip “Vijf Gebroeders” ex Josephine en Catharine, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 882 ton o.m., varend voor J.Kooy & J.Kooy Jr te Amsterdam. Het schip werd in 1859 verkocht op Java;

*   1861 t/m 1862 van de galjoot “Burgemeester Zeylinga”, gebouwd in 1861 te Hoogezand, 160 ton o.m., varend voor J.A.Hooites te Hoogezand. Het schip werd in februari 1862 vermist.

 

Overige bijzonderheden

Handelsblad 30 november 1855: “Het schip NOORD HOLLAND Kapt. Fijn, P. van A’dam naar Saramacca is 23 nov. in het Gr.N.Hollandsch kanaal, nabij Boekel, aangevaren door het schip JAVAAN Kapt. G.J.Teensma, van Batavia n. A’dam en heeft daardoor belangrijke schade bekomen.”037.

 

Vertrek en terugkomst in Amsterdam093

Kapitein                         Naam van het schip                                       Aankomst                     Vertrek

G.J.Teensma                 Burgemeester Zeilinga                                   31 maart 1861              06 augustus 1861

                                        Burgemeester Zeilinga                                   03 september 1861      vermist

 

Een schilderij (schilder niet door mij geïdentificeerd) van de “Zeemanshoop Amsterdam Kapt.G.J.Teensma 1843” hangt in de achterzaal van het hotel van der Werf te Schiermonnikoog.

 

Citaten uit documenten van de Hollandse Hervormde Kerk te Sint-Petersburg, waarin het woord “Schiermonnikoog” voorkomt.

Kerkenraadsprotocol, Sint-Petersburg vrijdag 20 maart 1862

CGIA SPb, 40.1.41, p. 92

Verkregen via e-mail 29 augustus 2005 van Dr. Th.van Staalduine, Theologische Universiteit Kampen

 

“Aanwezig alle leden.

  1. Ingekomen van den Weleerwaarden heer H.W. Hundlingius, predikant te Schiermonnikoog, het bericht behelzende omtrent het vergaan van het Nederlandsche schip ‘Burgemeester Zeilinga’ in november ll. en van den treurigen toestand waarin daardoor de weduwen van den daarbij verdronken schipper Teensma en stuurman Lootsman geraakt zijn. Besloten aan genoemde predikant voor iedere der beide weduwen ƒ 100 toe te zenden.”

 

In een brief van zeilmaker Pieter Spaarman103 staat vermeld dat hij op 06 maart 1852 naar NOI voer op de “Javaan” onder kapitein Feensma (foutief, moet zijn Teensma). Op 31 januari 1853 was het schip terug in Nieuwediep.

 

 

Datum vanaf: 1851
Kapitein: Teensma, Gerrit Jans

Familiegegevens en opleiding

Hendrik Munnix werd geboren te Hindelopen op 06 december 1816.

Hij huwde met Maartje London, geboren te Schagen op 23 september 1816. 003.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.Munnix werd met vlagnummer 667 effectief lid van Zeemanshoop per 01 april 1856 op voordracht van G.J.Teensma. Zijn schip was de "Javaan"002.

In de Algemene Vergaderingen van 25 maart/01 april 1856 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Hendrik Munnix, oud 39 jaar, voerend het fregat “Javaan”, wonend in de Bikkerstraat te Amsterdam, op voordracht van kapitein G.T.Teensma.023.

 

Deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 28 mei 1856. Heeft later voor het lidmaatschap bedankt003

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 14 april 1857 staat een brief van H.Munnix waarin is vermeld dat kapitein G.T.Teensma heeft verzuimd voor hem de doorlopende deelneming in het Weldadig Zeemans Fonds aan te vragen. Ondanks het feit dat hij inmiddels 40 jaar is geworden vraagt hij alsnog te worden toegelaten. Het verzoek wordt afgewezen. Maar in de notulen dd 28 mei 1857 herhaald kapitein Munnix zijn verzoek en dan volgt: “Besloten dat op grond van de overtuiging dat werkelijk verzuim heeft plaatsgehad door kapt. Teensma , en in dit geheel bijzondere geval de doorloopende deelneeming toe te staan mits aanzuiverende even alsof de voortdurende deelneming ware begonnen met het effectieve lidmaatschap.042.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        667                       1856-1860     fregat               Javaan                                                   J.Kooy & J.Kooy Jr

                                      1861-1862     bark                 San Salvador                                        E.R.de Boer

                                      1862-1863     bark                 San Salvador                                        P.H.Kaars Sijpestein te Krommenie

                                      1864-1872     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

Kapitein                                                Schip                                 Vertrek                                 Aankomst

H.Munnix                                             Javaan                              21 januari 1860                  14 januari 1861

                                                                San Salvador                   08 oktober 1861                 geen vermelding

                                                                San Salvador                   06 oktober 1863                 geen melding

 

Bouma025 vermeldt H.Munnix als gezagvoerder gedurende:

*    1857 t/m 1861 van het 3/mschip “de Javaan”, gebouwd in 1826 te Rembang, 740 ton, (het schip was tot 1833 een oorlogsfregat), varend voor J.Kooy & J.Kooy Jr te Amsterdam. Het schip werd in 1861 verkocht te Batavia en voer toen onder gezag van kapitein J.M.Sobels (reederij niet vermeld;

*    1862 t/m 1863 van het 3/mschip “San Salvador” ex IJssel, gebouwd in 1841 ergens aan de Hollandse IJssel, 549 ton o.m., varend voor E.R. de Boer te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1856
Kapitein: Munnix, Hendrik

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1834-05-26
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: JAVAAN
Schipper: Kraaij, Pieter
Scheepstype: fregat
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Afbeeldingen


Omschrijving: JAVAAN (links) en NEPTUNUS (rechts). op beide schepen heeft gezagvoerder P.S. Kraaij gevaren.
Collectie: Nederlands Scheepvaart Museum - Amsterdam
Vervaardiger: Teupken Sr., Dirk Antoon (1801-1845)
Onderwerp: Zeeopname

Omschrijving: JAVAAN, kapitein Simon van Duyn (vlagnummer 201)
Collectie: Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders
Vervaardiger: Spin, Jacob
Onderwerp: Zeeopname
Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

GEMEENTEARCHIEF Amsterdam
archiefnummer 5074 – 1420 – 1834 – no. 12

KOOPBRIEF de Javaan

plaats en datum acte Nieuwe Diep, 20 maart 1834

type schip Koningsfregat

kapitein

verkoper Directie der Marine te Willemsoord

Eigenaar / koper A. Udink & Co, kooplieden te Amsterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / nr van registratie Schagen, deel 27 folio 82 verso vak 4

datum registratie 23 december 1833

notaris Piter Arnold Beets, Nieuwe Diep

prijs ƒ 15600

bijzonderheden het schip is gebouwd van jatiehout
veiling Nieuwe Diep d.d. 9 december 1833 bij opbod en
afslag


Naam JAVAAN (de)
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1834
Toegang 5074
Inventaris 1420
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1417.1834.12

deel VI, foto II-100 – III-001
CEDULE

Naam schip de JAVAAN

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 3 april 1834

type schip niet vermeld

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. Pieter Kraay, mede-eigenaar

grootte in tonnen 380 lasten

tuigage / aantal dekken drie masten, drie dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd op Java

plaats / datum registratie Amsterdam, 4 april 1834

nummer registratie deel 29, folio 140, recto, vak 5

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de laatste koopbrief; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.

researcher/datum research: ML / 230915



bijlage bij acte 12 van 1834, schip JAVAAN
eigenaren per primo april 1834:

firma M. Udink & Co., Amsterfdam (boekhouders en 1/4e part)
J.J. van Voorst, Amsterdam (1/8e part)
firma Van Voorst & Andriessen, Amsterdam (1/16e part)
J.F. Elzer, Amsterdam (1/16e part)
C. Kopersmit Jr., Amsterdam (1/16e part)
R.L. Wolterbeek, Amsterdam (1/16e part)
J.R. Kooy (1/16e part)
E. Croese (1/16e part)
D. Bloemen, Amsterdam (1/16e part)
P.J. Staedel (1/16e part
P. Wolterbeek (1/16e part)
Pieter Kraay, Amsterdam (schipper en 1/16e part)


ML / 230915

Naam JAVAAN (de)
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1834
Toegang 5074
Inventaris 1417
Klik hier om de originele akte te bekijken

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3168.1841.40
foto IMG 2226 - 2228

CEDULE

Naam schip JAVAAN

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 27 december 1841

type schip fregat

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. Pieter Dekker

grootte in tonnen 389 lasten

tuigage / aantal dekken drie masten, drie dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd buiten het Koninkrijk der Nederlanden

plaats / datum registratie Amsterdam, 28 december 1841

nummer registratie deel 42, folio 174, recto, vak 2

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond worden enige actes, zie in de bijlage; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Evert Windhouwer, cargadoor en convooiloper te Amsterdam, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.



researcher/datum research: ML / 200716





bijlage bij acte 40 van 1841, fregat JAVAAN
eigenaren per ultimo december 1841:

B. Kooy Jz., Amsterdam (boekhouder en 3/16e part)
J.J. van Voorst, Amsterdam (2/16e part)
R.D. Wolterbeek, Amsterdam (1/16e part)
C. Kopersmit Jz., Amsterdam (1/16e part)
P.J. Staedel, Amsterdam (1/16e part)
firma Van Voorst & Andriessen, Amsterdam (1/16e part)
J.F. Elser, Amsterdam (1/16e part)
P. Wolterbeek, Amsterdam (1/16e part)
E. Croeze, Amsterdam (1/16e part)
P. Kraay, Amsterdam (1/16e part)
Wed. Bloemen, Amsterdam (1/16e part)
R. le Chevalier, Amsterdam (1/32e part)
Mevr. S.C. Nijhoff, wed. Saltet, Amsterdam (1/32e part)
W.B. van Voorst, Amsterdam (1/32e part)
J.R. Kooy, Wageningen (2/32e part)

Het betreft hier een acte van scheiding van parten wegens de opgeheven firma M. Udink & Co., Amsterdam.
De hierboven genoemde eigenaren hadden het schip gedeeltelijk voor rekening van hun part laten bouwen, gedeeltelijk waren bovengenoemde parten aangeërfd en toebedeeld.
De oude zeebrief was op 16 augustus 1838 verleend vanwege Z.M. de Koning.

ML / 200716

Naam JAVAAN
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1841
Toegang 198
Inventaris 3168

Noord-Hollands Archief - Haarlem Archiefnummer Amst.198.3179-1841.40

DVD XI - 344
ACTE KOOP/VERKOOP

Naam schip JAVAAN

plaats en datum acte acte van scheiding van aandelen, Amsterdam, 21 augustus 1840

type schip fregat

bouwwerf/verkoper de voormalige firma M. Udink & Co., Amsterdam, verkoopt 2/8e part

gevoerd door kapt. Simon van Duin

eigenaar/aankoper Barend Kooy Joanneszoon, koopman te Amsterdam, koopt 1/8e part, en Maria Nijhoff, echtgenote van Willem Boudewijn van Voorst, koopt samen – ieder voor de helft - met Sara Cornelia Nijhoff, weduwe van Pieter Rudolph Arent Saltet, eveneens 1/8e part. (opm: zie onder bijzonderheden)

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 380 lasten

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Amsterdam, 21 augustus 1840

nummer van registratie deel niet vermeld

notaris P. Louwerse, notaris te Amsterdam

prijs NLG.

Bijzonderheden: Op dezelfde dag en voor dezelfde notaris verkochten Maria Nijhoff en Sara Nijhoff elk hun toegewezen 1/16e part aan Barend Kooy Johanneszoon, koopman te Amsterdam voor NLG 4375,- (1/8e part). Daarmede had Barend Kooy Jzn. dus ¼ van het schip in bezit.
De JAVAAN was bij het passeren dezer actes op reis naar Batavia.

researcher/datum research: ML / 270708

Naam JAVAAN
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1841
Toegang 198
Inventaris 3179

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: ARCHIEF Gemeente Amsterdam
Omschrijving: KOOPBRIEF: archiefnummer 5074 – 1420 – 1834 – no. 12
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk