Inloggen
MARGRITHA - ID 9321


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1871-03-09 / 1887-03-22 | Reden uitgevlagd: Verkocht naar het buitenland
Verkocht naar buitenland: Duitsland

Identification Data

Bouwjaar: 1871
Classification Register: Bureau Veritas (BV)
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Kofftjalk
Type Dek: Flush deck
Masten: One mast
Material Hull: Composite, iron frame, wood planked
Dekken: 1
Construction Data

Geb. 1816, overl. 1889. (generatie V 27)

Het is opvallend, dat Wijnke Geerts Bodewes in veel notariële akten als Wijnardus wordt vermeld

Scheepsbouwer: Wijnandus Geerts Bodewes, Martenshoek, Groningen, Netherlands
Delivery Date: 1871-03-09
Technical Data

Net Tonnage 2: 60.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 21.60 Meters Registered
Beam: 3.93 Meters Registered
Depth: 1.60 Meters Registered
Configuration Changes

Datum 00-00-1876
Type: Remeasurement
Omschrijving: hermeten volgens z.g. Engelse meting op 56,19 ton netto.

Ship History Data

Date/Name Ship 1871-03-09 MARGRITHA
Manager: Weduwe Grietje Mulder-Prins, Veendam, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Weduwe Grietje Mulder-Prins, Veendam, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Veendam / Netherlands
Callsign: PKJN
Additional info: Brandmerk 2480 WINSCH 1871

Date/Name Ship 1881-02-21 MARGRETHA
Manager: Berent Gerrits Mulder, Groningen, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Berent Gerrits Mulder, Groningen, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Groningen / Netherlands
Callsign: PKJN

Date/Name Ship 1887-03-22 MARGARETHA
Manager: Cl. Peters, Breiholz a/d Eider , Germany
Eigenaar: Cl. Peters, Breiholz a/d Eider , Germany
Shareholder:
Homeport / Flag: Breiholz a/d Eider / Germany
Callsign: HTVQ 994
Additional info: Op 19.03.1887 geregistreerd in het Schepenregister te Itzehoe; thuishaven Breiholz.

Date/Name Ship 1889-10-22 MARGARETHA
Manager: Frans Petterson, Ystad, Sweden
Eigenaar: Frans Petterson, Ystad, Sweden
Shareholder:
Homeport / Flag: Ystad / Sweden

Date/Name Ship 1890-00-00 MARGARETHA
Manager: Nils Ingemansson, Skillinge, Sweden
Eigenaar: Nils Ingemansson, Skillinge, Sweden
Shareholder:
Homeport / Flag: Skillinge / Sweden
Additional info: Door Ingemansson werd de tjalk voor 2.000 kronen verzekerd.

Date/Name Ship 1893-03-00 MARGARETHA
Manager: Anders Akesson, Kivik, Sweden
Eigenaar: Anders Akesson, Kivik, Sweden
Shareholder:
Homeport / Flag: Kivik / Sweden

Date/Name Ship 1894-07-00 MARGARETHA
Manager: Capt. Lagerstedt, Stockholm, Sweden
Eigenaar: Capt. Lagerstedt, Stockholm, Sweden
Shareholder:
Homeport / Flag: Stockholm / Sweden
Additional info: Verbouwd tot praam en tot latere verkoop ingezet rond Sundsvall

Date/Name Ship 1900-00-00 MARGARETHA
Manager: Höganäs Angtegelbruk, Lerberget, Sweden
Eigenaar: Höganäs Angtegelbruk, Lerberget, Sweden
Shareholder:
Homeport / Flag: Lerberget / Sweden

Ship Events Data

1871-03-09: Koftjalk MARGRITHA
Schippersche Grietje Mulder-Prins werd op 9 maart 1871 eigenares van het casco van een nieuwe éénmast koftjalk. Wijnardus Bodewes in Martenshoek was niet alleen de bouwer maar ook de financier van dit schip, dat de naam MARGRITHA kreeg. Het aankoopcontract getuigde van het vertrouwen dat scheepsbouwer Bodewes in zijn vrouwelijke klant stelde. Eén van de clausules voor de lening luidde namelijk: Zijnde voorts nog uitdrukkelijk tusschen partijen bepaald dat het voorschreven schip hetwelk thans is liggende te Martenshoek en gebezigd zal worden zoowel in de binnen- als buitenvaart, door de debitrice als Schippersche zal moeten worden bevaren. De financiering van deze aankoop vond plaats door een ƒ1.000 grote hypothecaire lening van de scheepsbouwer. De aflossing bedroeg ƒ100 per jaar en de rente 5% ’s jaars. De MARGRITHA had als afmetingen 21,60 x 3,93 x 1,60 meter hol; het laadvermogen bedroeg 32 last. De tjalk werd aanvankelijk geijkt op 60 ton. Nadat op 1 januari 1876 in Nederland het Engelse systeem van scheepsmeting werd ingevoerd werd de MARGRITHA hermeten op 56 ton. De thuishaven werd Veendam en het brandmerk 2480 Winsch 1871. Bureau Veritas geeft nog de volgende aanvullende informatie: de kof was composiet gebouwd, eikenhout op de vaste huid, vastgebout op ijzer, dus een houten romp met ijzeren spanten. Het schip had zwaarden en een strijkbare mast en was niet voorzien van een dubbel stel zeilen. De klasse was 3/3 1e klas voor de binnenlandse vaart. Het klasse-certificaat werd voor het eerst uitgegeven in Groningen in juni 1871, maar moest zoals voorgeschreven om de drie jaren worden verlengd, waartoe het schip periodiek door Bureau Veritas werd geïnspecteerd. Dit gebeurde voornamelijk in Groningen, onder anderen in 1874 en in juni 1878. Kennelijk had de ‘Margritha’ een vrij geregelde vaart op Harlingen, waar de tjalk tussen 1872 en 1878 tien keer binnenliep. Op 30 september 1877 arriveerde de ‘Margritha’ vanuit Koppenhagen met lijnkoeken in Katerveer bij Zwolle. In 1880 werd de ‘Margritha’ in Delfzijl gehellingd, gerepareerd, geteerd en geheel nagezien. Dit was mogelijk als voorbereiding op de eigendomsoverdracht aan zoon Berent Gerrits Mulder.
Als eerste schipper van de ‘Margritha’ fungeerde oudste zoon Jan Gerrits. In 1873 bestond de bemanning naast de schipper uit een stuurman die ƒ37 per maand verdiende, een matroos met een gage van ƒ28, een kok (ƒ22) en een lichtmatroos (ƒ26). Op de monsterrollen komt ook gedurende verschillende jaren de opmerking voor 1 andere schepeling; dat zal Grietje Mulder-Prins zijn geweest. Behalve de stuurman die in Meeden woonachtig was kwamen in 1873 alle opvarenden uit Veendam. In 1877 bleek de gage van de toenmalige stuurman te zijn opgetrokken tot ƒ44 per maand.
Omdat Jan Gerrits in mei 1875 zijn eigen schip ‘Maria’ verwierf werd hij – vermoedelijk in het voorjaar van 1875 – als schipper van de ‘Margritha’ opgevolgd door zijn toen 21-jarige broer Berent Gerrits. Deze kocht het schip van moeder op 21 februari 1881, zie verder hoofdstuk 14. Grietje Jans Prins, van beroep schippersche, wonende aan scheepsboord (nog steeds, ondanks haar leeftijd van bijna zeventig jaren!), gedomicilieerd te Groningen, zag er op het laatste moment vanaf bij de overdracht ten overstaan van notaris Baart de la Faille in Veendam aanwezig te zijn en liet zich vertegenwoordigen door haar oudere broer Abram Jans Prins. Grietje overleed op 16 december 1890 aan het Beneden Oosterdiep te Veendam, in het huis van haar oudste zuster de weduwe Hillechien Jans Kram-Prins
(bron: de Schippers Mulder, door G.J. Mulder, mei 2002

1881-02-21: Op 21 februari 1881 werd Berent Gerrits Mulder eigenaar van de éénmast kof MARGRITHA, waarop hij reeds sinds het voorjaar van 1875 de schipper was geweest. De naam van de tjalk werd in het vervolg als MARGRETHA geschreven. Berent kocht de kof van zijn moeder voor ¦500; hoeveel de werkelijke koopsom bedroeg is onbekend. Voor de gegevens van dit schip wordt verwezen naar hoofdstuk 11.
De officiële hypotheek bedroeg ¦500 tegen een rente van 5%, welke lening hij van zijn moeder kreeg en binnen tien jaren moest aflossen. Vermoedelijk hebben een of meerdere leveranciers en familieleden (onder aanvoering van zijn oom Abram Jans Prins?) het resterende werkelijk benodigde bedrag gefourneerd.In de hypotheekakte tussen moeder en zoon werden ondermeer nog de volgende – overigens gebruikelijke – voorwaarden opgenomen:dat de debiteur geene aankoop of reparatie van zeilen, touwen en of andere scheepsbenodigdheden zal mogen doen anders dan tegen contante betaling. Dat de koper en debiteur gehouden en verplicht zal zijn om telken jare ten zijnen laste en ten profijte en op naam van de creditrice of hare regtverkrijgenden verzekering te nemen in eene assurantie-compagnie of compact gevestigd in dit Rijk en zulks ten beloope van de geheele hoofdsom of van hetgeen daarvan telken jare op den eersten Januarij nog verschuldigd mogt zijn aan de creditrice ieder jaar de polis daarvan voor den eersten Februarij ter hand te stellen, en verklaarde de debiteur zijne creditrice of haren gemagtigde te magtigen om deze verzekering desverkiezende ook zelf ten haren naam en profijte en ten laste van den debiteur te nemen waar en bij wie zij zulks mogt goedvinden, aannemende en zich verbindende om de telkenjare betaalde assurantiepremie op de eerste aanvrage aan haar te restitueren.
bron: de Schippers Mulder, door G.J. Mulder, mei 2002

Met het schip werd voornamelijk op Nederland, Duitsland en de Oostzee gevaren. Op 7 juni 1882 lag de tjalk in de gemeente Bellingwolde toen in Veendam stuurman Roelf Emmelkamp, afkomstig van Wildervank, aanmonsterde. De veertigjarige Emmelkamp verklaarde nog niet eerder als stuurman te hebben gevaren. Omdat er in die tijd van personeelstekort geen sprake was kan worden verondersteld dat hij reeds als matroos bij Berent had gevaren en nu promotie maakte. Emmelkamps eerste reis als stuurman voerde hem naar Frederikstadt in de Oslofjord.

Op 22 maart 1887 werd de MARGRETHA door Berent voor Mk 1250 uit de hand verkocht aan schipper Cl. Peters uit Breiholz; de thuishaven werd Bremen. De kof zeilde onder Duitse vlag verder als de MARGARETHA.


1900-00-00: Final Fate: History

Als praam begin 1900 naar Lerberget verkocht, geen nadere gegevens.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Jan Gerrits Mulder werd geboren te Groningen in een schip liggende in de Noorderhaven op 12 april 1844 als zoon van Gerrit Harms Mulder en Grietje Jans Prins. Jan was de broer van Johan Gerrits Mulder en Harmen Gerrits Mulder en de zwager van Jacob Geerts Kramer en Jacob Kramer.(zie aldaar).

Jan trouwde te Delfzijl op 10 maart 187, als zeeman met Maria Jans Korte, geboren te Delfzijl op 26 juli 1848 als dochter van de schipper Jan Korte en Petronella Houwerzijl. Maria Korte overleed te Groningen op 03 maart 1877 vier dagen na de geboorte van een levenloze dochter.

Jan hertrouwde op 06 maart 1879 als schipper met Agatha Kramer, geboren te Groningen op 03 december 1848 als dochter van buitenschipper Roelf Wanders, zich noemende Kramer, en Fennechiena de Vries. Agatha overleed te Groningen op 25 oktober 1927

Jan overleed te Brake op 28 februari 1913 tengevolge van een bloedvergiftiging en werd te Groningen op de Zuider Begraafplaats begraven.

 

In Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen wordt Jan vermeld als zeeman in 1873, als schipper/scheepskapitein in 1879, 1881, 1882, 1883, 1884, als binnenschippers in 1885, als zeeman in 1885, als scheepskapitein in 1887, 1888 en zonder beroep in 1906, 1908, 1911, 1912.

 

Jan Mulder kreeg op zestigjarige leeftijd op 18 mei 1904 nog zijn diploma Eerste Stuurman voor de Groote Zeilvaart. “Hij behoefde hiervoor geen examen af te leggen, maar verkreeg dit diploma omdat hij als stuurman/kapitein op zeilschepen groter dan 100 BRT had gevaren. …”

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.G.Mulder was lid van het Veendammer zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart.” met vlagnumme 54 in de periode 1873 t/m 1893.

 

Jan Mulder was effectief lid van het Groninger zeemanscollege “De Groninger Eendracht” met vlagnummer 30 in de 1887

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J. G. Mulder als gezagvoerder gedurende:

*    1872 t/m 1875 van de 1-mastkof “Margaretha”, gebouwd in 1871 te Martenshoek, 60 ton o.m., varend voor de wed. G.J.Mulder-Prins te Veendam;

*    1876 t/m 1891 van de 1-mastkof “Maria”, gebouwd in 1875 nij W.G.Bodewes te Martenshoek, 84 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam. Het schip werd in 1891 verkocht naar Duitsland;

*    1893 t/m 1897 van de ijzeren 2-mastchoener “Agatha”, gebouwd in 1892 op de werf van de Fa. Niestern en Te Velde te Martenshoek, 122 ton n.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam;

*    1900 t/m 1906 op de stalen 3-mastschoener “Oceaan” ex Nina, gebouwd in 1899 bij de Gebr. G.& H.Bodewes te Martenshoek, 169 ton n.m. varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen.

 

In een Naamlijst van Leden van het Veendammer zeemanscollege in 1880 aanwezig in het Veenkoloniaal Museum te Veendam staat J.G.Mulder als gezagvoerder van de “Maria” met vlagnummer 54.

 

De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:

12 februari 1859, tjalk “Goede Verwachting”, schipper Gerrit Harms Mulder, kok Jan Gerrits Mulder 14 jaar uit Veendam.

 

Uit Mulder083:

“  'Margritha'        koftjalk, b.j. Martenshoek 1/1871 (pag 471), eig 1871-2/1881 wed. G.J.Mulder-Prins te Vd, schipper 1871-1874 J.G. Mulder te Vd, B.G. Mulder te Vd schipper 1875-1887 en vanaf 2/1881 tot 3/1887 ook eigenaar. Naam wordt vanaf 1887 als 'Margretha' geschreven.”

'Maria'       kofschip b.j. Martenshoek 1875, K/E 5/1875-1891, 1891 verkocht aan J.M. Garms te Blankenese, Dld, 1903 uit de vaart.

 “  'Agatha'            2m schoener b.j. 1892. K/E 5/1892-11/1898 J.G. Mulder te Vd (na 1887 te Gn); 12/1898-7/1916, toen verkocht naar Noorwegen.”

'Oceaan'    3m. schoener, b.j. 1899, Eig 1899-1906 J.G. Mulder te Gn, K 1899-1902 J.G.Mulder, 1902-1915 G. Mulder JGzn te Gn; eig 1906-1915 G. Mulder JGzn; 5/1915 in Bristol Kanaal gezonken na aanvaring

 

Overige bijzonderheden

De navolgende gegevens zijn een verkorte vorm van een uitgebreide beschrijving in “De Schippers Mulder hun schepen en hun stamboom” door G.J.Mulder, uitg.Pirola, mei 2002, 239 pp.

Zie vooral deze uitgebreide beschrijving in hoofdstuk 11 van het boek!!

Jan leerde het zeemansvak aan boord van de tjalk “Goede Verwachting” bij zijn vader. Op 12 februari 1859 monsterde hij in Veendam aan als kok voor een reisje naar Hamburg. In 1870 stond Jan te Veendam nog ingeschreven als schippersknecht. In 1871 werd hij schipper op het schip de “Margritha” van zijn moeder en bleef dat tot 1875 toen zijn broer Berent Gerrits het gezag overnam

Op 14 mei 1875 werd hij in het kadaster teboekgesteld als eigenaar van de eenmast kof “Maria”. Zijn vaargebied waren de Noordzee en Oostzee. Vanwege teruglopende vrachten kwam Jan in behoorlijk fianciële moeilijkheden. Maar on de loop van de tachtiger jaren ging het beter. In 1891 verkocht hij zijn schip naar Duitsland.

In mei 1892 kreeg hij een nieuwe tweemastgaffelschoener “Agatha”. In 1898 verkocht hij het schip aan zijn schoonzoon Roelf Buisman. Daarna kocht hij de driemastgaffelschoener “Oceaan”. In het artikel van Mulder staat een foto van het schip. In 1902 volgde zijn oudste zoon Gerrit hem op als kapitein en werd hij voortaan in Lloyd aangeduid als manager. Op 8 februari 1906 verkocht hij het schip aan zijn zoon.

In 1907 kocht Jan de ijzeren driemastgaffelschoener “Nina”, die hij omdoopte in “Pacific”. Hij voer aanvankelijk als kapitein maar in 1909 volgde zijn tweede zoon Roelf hem op. In 1912 werd schoonzoon Meerten Hindriks te Delfzijl de nieuwe kapitein. Na de dood van Jan werd Meerten de eigenaar

 

Een foto van het schip “Oceaan” is op p.50 afgebeeld in Groninger Scheepvaart en Scheepsbouw vanaf 1600 door F.Post. Uitg. Profiel te Bedum, 1997, 220 pp.

Onderschrift van de foto is: “De driemastgaffelschoener Oceaan van G.Mulder te Groningen was een van de eerste schepen die het Noordelijk Assurantie- en Scheepvaartkantoor Groningen, NASK, verzekerde. De 198 brt metende Oceaan werd gebouwd op de werf van de Gebr. G.en H.Bodewes te Martenshoek. Het schip kwam in 1899 in de vaart.”

 

 

Datum vanaf: 1871
Kapitein: Mulder, Jan Gerritz
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Berent Gerrits werd op 11 oktober 1853 op zee geboren en  te Cuxhaven aangegeven als zoon van Gerrit Harms Mulder en Grietje Jans Prins. Broers/gezagvoerder van hem waren Jan Gerrits, Harmen Gerrits Mulder en Johan Gerrits Mulder en zwagers Jacob Geerts Kramer en Jacob Kramer.

Berent trouwde op 01 februari 1883 te Amsterdam met Honnegina Tonkens, geboren te Bremen op 15 maart 1861 als dochter van schipper Harm Tonkens en Reina Kramer. Honnegina overleed te Groningen op 12 juli 1939, 78 jaar, weduwe.

Het echtpaar woonde vanaf 12 november 1897 in de Kolfstraat 19 te Groningen.

Berent overleed te Groningen op 28 augustus 1917, 63 jaar, zonder beroep

 

In Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen wrodt Berent vermeld als schipper/scheepskapitein  in 1883, 1887, 1889, 1890, als zeeman in 1890, 1894, 1900 en zonder beroep in 1912, 1917.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

B.G.Mulder was effectief lid van het Veendammer zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart”. met  vlagnummer 6 in de periode 1881 t/m 1906.

In de Jaarverslagen van 1881 t/m 1884 van de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart wordt met vlagnummer 6 een F.C.B.Mulder vermeld maar in de overeenkomstige periode in de Almanak van Sweijs staat als lid B.G. Mulder. Ik neem aan dat de vermelding in de Amsterdamsche Almanak onjuist is, temeer omdat identificatie van F.C.B.Mulder mij niet is gelukt.

De Sweysalmanak stopte na 1906 en in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart werd geen ledenlijst van Veendam meer opgenomen.

 

 

 

 

Berent was in de negentiger jaren ook lid van de subcommissie “De Weldadigheid”, een weduwen- en wezenfonds, opgericht op 01 januari 1846.

 

B.G. Mulder was effectief lid van het Groninger zeemanscollege “ De Groninger Eendracht”  met vlagnummer 25 in de periode 1890 t/m 1914.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

*    Bouma025 vermeldt B.G.Mulder als gezagvoerder gedurende;

*    1886 (moet zijn 1881) t/m 1887 van de 1-mastskof “Margaretha”, gebouwd in 1871 te Martenshoek, 60 ton o.m., varend voor de wed. G.A.Mulder  (moet zijn Grietje Jans) te Veendam. Het schip werd in 1887 verkocht naar Duitsland;

*    1888 t/m 1895 van de koftjalk “Honnegiena”, gebouwd in 1887 te Veendam, 72 ton n.m., varend voor A.J.Prins te Veendam. Het schip was vernoemd naar de vrouw van de kapitein;

*    1896 t/m 1898 van hetzelfde schip maar nu varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam. Het schip is op Sylt gestrand en als wrak verkocht.

 

In een Naamlijst van Leden van het Veendammer zeemanscollege in 1892/1893 staat B.G.Mulder als gezagvoerder van de “Honnegiena” met vlagnummer 6.

 

De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:

07 juni 1882, tjalk “Magrieta”, schipper Berend Gerrits Mulder, 29 jaar uit Veendam.

03 augustus 1883, tjalk Margaretha”, kapitein Berend Mulder, 29 jaar uit Veendam.

26 september 1887, tjalk “Honnegina”, schipper Berend Gerrits Mulder, 33 jaar uit Veendam.

05 januari 1891, koftjalk “Honnegiena”, schipper Berend Mulder, 37 jaar uit Veendam.

01 februari 1894, tjalk “Honnegiena”, schipper Berend Geerts Mulder, 42 jaar uit Veendam.

10 juni 1894, tjalk “Onnegiena”, kapitein Berend Mulder, 42 jaar uit Veendam.

27 december 1894,

07 oktober 1896, tjalk “Onnegiena”, kapitein Berend Mulder, 45 jaar uit Veendam.

09 augustus 1899, tjalk “Morgenster”, schipper Roelof Salomons, stuurman Berend Mulder, 47 jaar uit Groningen.

 

Mulder083 vermeldt:

“  'Margritha'        koftjalk, b.j. Martenshoek 1/1871 (pag 471), eig 1871-2/1881 wed. G.J.Mulder-Prins te Vd, schipper 1871-1874 J.G. Mulder te Vd, B.G. Mulder te Vd schipper 1875-1887 en vanaf 2/1881 tot 3/1887 ook eigenaar. Naam wordt vanaf 1887 als 'Margretha' geschreven.”

“  ‘Honnegina'     kof, b.j. Veendam 1887, K/E 9/1887-1898 B.G. Mulder te Vd.”

 

In de naamlijst van “De Groninger Eendracht” in de Almanak van het zeemanscollege te Veendam wordt met nummer 25 kapitein B.G.Mulder vermeld als gezagvoerder van de “Honnegiena”. In dezelfde ledenlijst uit de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart van 1913-1914 staat hij als gezagvoerder van de “Velox”.

 

 

Overige bijzonderheden

De navolgende gegevens zijn een verkorte vorm van een uitgebreide beschrijving in “De Schippers Mulder hun schepen en hun stamboom” door G.J.Mulder, uitg.Pirola, mei 2002, 239 pp.

Op 21 februari 1881 werd Berent Gerrits Mulder eigenaar van de éénmast kof “Margritha” waarop hij reeds sinds het voorjaar van 1875 de schipper was geweest. De naam van de tjalk werd in het vervolg als ‘Margretha’ geschreven. Berent kocht de kof van zijn moeder.”

Met dit schip werd voornamelijk op Nederland, Duitsland en de Oostzee gevaren. Het werd op 22 maart 1887 uit de hand verkocht naar Duitsland.

Berent bezat vanaf 12 september 1887 tot 1898 de overdekte éénmast koftjalk “Honnegina”. Eind november 1898 vertrok hij met zijn schip vanuit Methil in Schotland met een lading kolen naar Norden in NO-Friesland. In zware storm strandde het schip op 05 december op de zuidpunt van Sylt. Lading werd geborgen, de bemanning gered en het schip verkocht.

Op 22 augustus 1900 kreeg hij de tweemast schoener “Velox”, gebouwd in 1900 bij J.ten Horn te Veendam. Hij voer tot september 1909, waarna zijn zoon Gerrit het commando overnam. Deze werd in februari 1911 ook eigenaar,

 

 

Datum vanaf: 1875
Kapitein: Mulder, Berent Gerritz
Overige informatie: 0

Datum vanaf: 1887
Kapitein: Peters, Claus
Overige informatie: Germany

Datum vanaf: 1889
Kapitein: N.N.
Overige informatie: Sweden

Datum vanaf: 1890
Kapitein: Persson, Anders
Overige informatie: Sweden

Datum vanaf: 1894
Kapitein: Akesson, Anders
Overige informatie: Sweden

Datum vanaf: 1894
Kapitein: Lagerstedt, Capt.
Overige informatie: Till 1900. Sweden

Datum vanaf: 1900
Kapitein: N.N.
Overige informatie: 0

Afbeeldingen


Omschrijving: De MARGRETHA, balken ladend te Stettin. De foto is te dateren tussen 1880 en 1886.
Collectie: Martens, R.G. (Rob)
Vervaardiger: Unknown
Algemene informatie

1886
NRC 241286
Tonningen, 21 december. Onder de schepen die voor het ijs beschutting zochten in deze haven, bevinden zich de Nederlandse schepen MARGARETHA, kapt. Mulder,

1887
NRC 230387
Hamburg, 21 maart. De Nederlandse tjalk MARGRIETHA, groot 56 ton, gebouwd in 1871, laatst gevoerd door kapt. J.G. Mulder (opm: MARGRETHA ex-MARGRITHA, kapt. Berent Gerrits Mulder), is uit de hand verkocht aan de heer C. Peters te Breiholz.

1891
21.03.1891 MARGARETHA grounded at Juleboda north of Simrishamn on voyage from Ystad for Kalmar in ballast. Weather was thick of snow with NE-gale. She came off with little damage (bron: Skillinge, skutor och sjöfart” ,in het Engels vertaald door Gunnar Stahl)

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: Kadaster
Axel Kühn, Karlsruhe BRD
Herbert Karting, Itzehoe BRD
De Schippers Mulder (2002), G.J. Mulder
NRC = Rotterdamse Courant
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk