Inloggen
ADELAAR (DE) - ID 7959


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1835-07-10 / 1854-00-00 | Reden uitgevlagd: Sloop, afgekeurd

Identification Data

Bouwjaar: 1835
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Bark
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Fop Smit, Kinderdijk, Zuid-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1834-09-06
Launch Date: 1835-06-10
Delivery Date: 1835-07-04
Technical Data

Net Tonnage: 221.00 tons (oude meting)
Net Tonnage 2: 119.00 lasts (commercial)
 
Length 1: 27.25 Meters Registered
Beam: 4.98 Meters Registered
Depth: 3.73 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1835
Datum agenda: 1835-07-10
Register nr: 18350264
Scheepsnaam: ADELAAR
Type: Bark
Lasten: 119
Gebouwd in provincie: Zuid-Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Smith & Cie., W.
Plaats: Rotterdam
Kapitein op moment van verzoek: Smith, W
Opmerkingen: Nieuwe zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1835-07-04 DE ADELAAR
Manager: Firma Wm. Smith & Zonen, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands
Additional info: voor de mede reders (zie onderaan blz.)

Date/Name Ship 1844-07-00 GERARDINA
Manager: Firma Bonke & Co., Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Firma Bonke & Co., Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1845-04-00 GERARDINA
Manager: Firma Bonke & Co., Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: partenrederij, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1852-03-00 MAPPA
Manager: Samuel Meerburg e.a., Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: partenrederij, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

1835 - DE ADELAAR. 
Mede-eigenaren: 
Fop Smit, scheepsbouwmeester aan de Kinderdijk (4/16e),
Wm. Smith & Zonen, reders en cargadoors te Rotterdam (4/16e),
Ijman Dirk Christiaan Suermondt, muntmeester te Utrecht (2/16e),
J.F. Hoffman & Zonen, zeehandelaren te Rotterdam (2/16e),
Van der Wallen van Vollenhoven & Zonen, touwslagers te Rotterdam (1/16e),
Gerrit Dunring, makelaar te Rotterdam (1/16e),
Mr. Paulus Cornelis Hoyck van Papendrecht, advocaat te Rotterdam (1/16e)
en Simon Rijnbende & Zonen, branders te Schiedam (1/16e)

1845 - GERARDINA

Barend Jan Bonke van firma Bonke & Co (1/2 part)

Christiaan Franciscus Bax, koopman te Rotterdam (1/4 part)

Petrus Jacobus Bax, particulier te Rotterdam (1/4 part)

1852 - MAPPA

Samuel Meerburg, Rotterdam (1/4 part)

Johannes Christiaan Offers, Rotterdam (1/4 part)

Johannes Eliza van der Aa Criellart, Rotterdam (1/4 part)

Cornelis Criellaert, Rotterdam (1/4 part)

 

Ship Events Data

1844-00-00: Geveild
1844-07-00: Sold at auction
AH 050744 Advertentie. Openbare Verkoping. H. Montauban van Swyndregt, F. van Dam, F.N. Montauban van Swyndregt, W. van Dam, H.H. Zoon en W.H. Montauban van Swyndregt, makelaars binnen Rotterdam, zullen, ten verzoeke van de belanghebbenden, op dinsdag de 16de juli 1844, des namiddags ten een ure, in het Lokaal der Openbare Verkopingen, op de Scheepmakershaven, lett. A, No. 458, in het openbaar veilen en verkopen het in de maand juni van het jaar 1835 van stapel te water gelopen hechte, sterke Nederlands gebouwd, gekoperd en met koperen bouten voorziene barkschip, genaamd ADELAAR, laatst gevoerd bij de scheepsgezaghebber D. Smit, volgens meetbrief lang 27 ellen 2 palmen 5 duimen, wijd 4 ellen 9 palmen 3 duimen, hol 3 ellen 8 palmen 1 duim, groot 120 lasten, alles Nederlandse maat. Met al deszelfs rondhout, staand en lopend want, ankers, kettingen, touwen, zeilen, chronometer en verdere scheepsgereedschappen en toebehoren, zo als hetzelve is liggende in de Scheepsmakershaven, nabij de Glashaven, en de zeilen op een zolder op de Scheepmakershaven, Letter A, No. 485. Zullende het schip en inventaris daags vóór en des voormiddags vóór de verkoping, door een ieder kunnen worden bezichtigd en onderzocht. Nadere onderrichting bij de makelaars. (opm: de bark, bouwjaar 1835, werd binnen Rotterdam verkocht voor NLG 13.300, en ging als GERARDINA onder kapt. M.J. Witsch in april 1845 in de vaart)

AH 130744 Advertentie. Nog zullen op de veiling van verkoop van het barkschip ADELAAR, te houden op de 16e juli 1844, worden verkocht de onderstaande scheepsparten:
- 1/300 aandeel fregatschip WILLEM DE EERSTE, 550 lasten, 1838 gebouwd te Schiedam.
- 1/300 aandeel fregatschip OUD NEDERLAND, 550 lasten, 1840 gebouwd te Schiedam.
- 1/300 aandeel fregatschip PIETER CORNELISZOON HOOFT, 479 lasten, 1843 gebouwd te Schiedam.
1847-12-00: Damaged
NRC 161247 Falmouth, 12 december. Het schip GERARDINA, kapt. Witsch, van Rotterdam naar New York, is alhier lek, met verlies van boten, verschansingen, rusten, zeilen, enz. binnengelopen, hebbende voortdurend hevige stromen doorgestaan en zijnde reeds tot op 19º WL geweest.

NRC 130348 Falmouth, 9 maart. Het schip GERARDINA, kapt. Witsch, van Rotterdam naar New York, alhier binnengelopen, heeft heden, na de bekomen schade gerepareerd te hebben, de reis weder voortgezet.
1848-10-00: Damaged
AH 021148 De 4e oktober is op 18º NB en 26º WL gezien het Nederlandse schip GERARDINA, kapt. Witsch, van Rotterdam naar Batavia, hebbende schade aan het roer. Het zette koers naar Rio Janeiro om te repareren.
1852-03-09: Sold at auction
NRC 250252 Advertentie. De makelaars H. Montauban van Swijndregt, Fredrik van Dam, F.N. Montauban van Swijndregt, W. van Dam H.Hzn. en W.H. Montauban van Swijndregt te Rotterdam zijn van mening, op last van hun meesters, op dinsdag de 9e maart 1852, des middags ten 12 ure, in de zaal op de Scheepsmakershaven, wijk 1 No. 499 publiek te verkopen: het Nederlands gebouwd, gekoperd en kopervastsnelzeilend barkschip GERARDINA, laatst gevoerd door kapt. M.J. Witsch, volgens meetbrief lang 27,60 el, wijd 5,09 el, hol 3,74 el en alzo groot 123 lasten, met al deszelfs rondhouten, staande en lopend want, zeilen, ankers, kettingen en touwen en verdere scheepsgereedschappen. zo als het schip thans is liggende achter Het Witte Hart, vóór het pand Zeelust. Blijvende voormeld schip inmiddels uit de hand te koop.
1852-05-24: Damaged
NRC 290452 Shields 24 april. De Nederlandse bark MAPPA, kapt. Mulder, van Rotterdam, was hedenmorgen bij het inkomen der haven, ten gevolge van de hoge zee en het zware tij, bijna op de rotsen gedreven, doch heeft het gelukkig nog geklaard; zij heeft wel gestoten, doch ogenschijnlijk geen schade bekomen.
1853-11-00: Repaired
NRC 181253 Amsterdam, 17 december. Het schip MAPPA, kapt. J. Muller, van Batavia naar Rotterdam, met schade in de Simonsbaai binnengelopen, had de reparatie geëindigd en zou de 9e of 10e november een aanvang maken om de lading weder in te nemen.
1855-01-00: Final Fate:
NRC 030155 Rotterdam, 2 januari. De Zeepost van 2 januari deelt mede een lijst van onderscheidene schepen, welke in het jaar 1854 verongelukt, verbrand, afgekeurd, gesloopt of vermist zijn. Onder deze vinden wij de volgende: (o.a.)
Scheepsnaam: Gezagvoerder:
MAPPA J. Muller

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt W.Smit als gezagvoerder gedurende:

  • * 1835 t/m 1837 van de bark “Adelaar”, gebouwd in 1835 te Kinderdijk, 221 ton o.m., rederij niet vermeld.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1835
Kapitein: Smit, W.
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

J.E.Bangma werd (vermoedelijke) geboren te Vlissingen005.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.E.Bangma was met vlagnummer R169 in de periode 1839 t/m 1854 lid voor de vlag van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Een vlaggelid had wèl het echt tot het voeren van de nummervlag, maar had geen aanspraak op financiële tegemoetkomingen.058.

In het Jaarverslag 1839 van het College (Maritiem Museum, Rotterdam) staat zijn toetreding vermeld maar “alleen tot het voeren der Nommervlag”058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen 1849 en 1851 wordt kapitein J.A.Bangma met vlagnummer R169 als vlaggelid vermeld, maar zonder opgave van schip en reder058.

 

Bouma025 vermeldt J.A.Bangma als gezagvoerder gedurende:

*    1831 t/m 1833 van de bark/galjoot “Kinderdijk”, gebouwd in 1828 te Alblasserdam, varend voor J.Smit te Kinderdijk;

*    1838 t/m 1839 van de bark “Adelaar”, gebouwd in 1835 te Kinderdijk, 221 ton o.m., rederij niet vermeld;

*    1841 van het 3/mschip “J.C.J. van Speyk”, gebouwd in 1834 te Kinderdijk, 512 ton o.m., varend voor F.Smit te Alblasserdam;

*    1842 t/m 1848 van de bark “Weoltevreden” gebouwd in 1836 te Kinderdijk, 635 ton o.m., varend voor Fop Smit te Kinderdijk.

 

In het Archief van de Waterschout te Amsterdam011a bevinden zich monsterrollen op naam van Jan Albert Bangma als gezagvoerder van de “Kinderdijk” dd 15 juli 1836; 05 augustus 1837 en 30 oktober 1837.

 

Overige bijzonderheden

Geen.

 

 

Datum vanaf: 1838
Kapitein: Bangma, Jan Albert

Familiegegevens en opleiding

Dirk Smit werd geb./ged op 15 juni 1811 te Groningen (of Westerhoek) als zoon van de Nederlands Hervormde Cornelis Smit en Egberdina Jacobs Oomkes. Hij woonde te Alblasserdam en later te Rotterdam-Kralingen o.a. aan de Oudendijk nr. 45. Hijn trouwde te Rotterdam op 29 april 1835 met Maria van Nooyen, geboren 15 juli 1813 te Rotterdam als dochter van de Nederlands Hervormde Klaas van Nooyen en Anna Franke, tapster. Hijoverleed op 15 maart 1865 als gezagvoerder aan boord van het schip “Dorothea Henriëtte”, zeilende in de Indische Oceaan 36o54 ZBr. en 72o48’OL aan de gevolgen van Apeptexia (sic)005.

 

NRC 12 juni 1865114

Advertentie. Heden ontving ik het treurig bericht dat mijn hartelijk geliefde echtgnoot Derk Smit, gezagvoerder van het barkschip DOROTHEA HENRIETTE, op zijn reis naar Samarang de 15e maart j.l. aan boord van genoemde bodem, toen zeilende in de Indische Zee, in de ouderdom van bijna 53 jaren is overleden. Wat ik, mijn kinderen en behuwd zoon aan de brave man en vader verliezen, zal ieder beseffen, die de waardige overledene heeft gekend. – Enige kennisgeving.

Kralingen, 10 juni 1865                                    Wed. D. Smit, M. van Nooijen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

D.Smit was met vlagnummer R114 in de periode 1841 t/m 1865 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1865 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1865 is overleden058.

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein D.Smit met vlagnummer R114 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

1849      van de bark “Maria Magdalena”     213 last  varend voor W. Bunge & Co te Roterdam

1851      van de bark “Dorothea Henriette”   221 last  varend voor W.Bunge & Co te Rotterdam

1855      geen schip en reederij vermeld

1858, 1859,

1862 t/m 1864     van de bark “Dorothea Henriette”   221 last  varend voor W. Bunge & Co te Rotterdam

D.Smit was in 1849 gezagvoerder op de “Maria Magdalena”062.

 

Bouma025 vermeldt D.Smit als gezagvoerder gedurende:

  • * 1842 t/m 1845 van de bark “Adelaar”, gebouwd in 1835 te Kinderdijk, 221 ton o.m., varend voor W.Smit Jr te Rotterdam. Het schip ging in 1845 over naar rederij Bonke & Co te Rotterdam en herdoopt in “Gerardina”;
  • * 1845 t/m 1847 van de bark “Hong Kong”, gebouwd in 1845 te Elshout, 260 ton o.m., varend voor C.Smit te Alblasserdam;
  • * 1848 t/m 1850 op de bark “Maria Magdalena”, gebouwd in 1847 te Alblasserdam, 403 ton o.m., varend voor W.Bunge & Co te Rotterdam
  • * 1851 t/m 1856 op de bark “Dorothea Henriëtte”, gebouwd in 1850 te Alblasserdam, 419 ton o.m., varend voor W.Bunge & Co te Rotterdam;

*    1858 t/m 1865 op hetzelfde schip en voor dezelfde reder. Het schip werd verkocht aan W.Pont te Edam en herdoopt in “Pieter”.

 

Overige bijzonderheden

Dirk Smit was schipper op de “Dorothea Henriette” en zeilde op 23 juni 1860(?) ’s morgens 4.15 uur op 48o35’NBr en 18o17’WL. Zijn 1e stuurman was Johannes Bartholomeus van Eldijk, 30 jaar, geboren en wonende te Rotterdam. Zijn 2e stuurman was Johan Jacob Benjamin van Ort, 25 jaar, geboren en wonende te Nijmegen (Bron: Gemeentearchief van Rotterdam, Burgerlijke Stand Overlijden Rotterdam 1860 Deel C.Folio 165, aktenr. 2268).

Met hetzelfde schip lag hij op 09 juni 1859 op de rede van Semarang (?) met dezelfde twee stuurlieden (Bron: Idem Deel C Folio 165 aktenr. 2269)062a.

In “Nederlanders to Northeastern Wisconsin. A genealogical resource for Dutch immigrants to the Little Chute, Wisconsin Area”,  2nd edition, door John L Petit, 1999, Uitg. Fox Valley Genealogical Society Appleton, Wisconsin.(Cent. Bur. Genealogie, code US/Wis/C/Petit) staat de opgave dat de bark “Maria Magdalena” onder kapitein D.Smit op 26 maart 1848 van Hellevoetsluis uitvoer en te New York arriveerde op 08 mei na een reis van 44 dagen. Aan boord een groep Nederlandse landverhuizers.

 

 

Datum vanaf: 1841
Kapitein: Smit, Dirk

Familiegegevens en opleiding

Matthias Josephus Witsch werd geboren te Erpel op 17 januari 1812.

Hij was getrouwd met Anna Höfer, geboren te Oensbach op 12 mei 1820 en overleden op 19 april 1882.118

Matthias overleed in 1853003. Bij zijn overlijden werd als woonplaats Rotterdam opgegeven.118

 

NRC 11 september 1853 Advertentie.

Heden overleed, na voorzien te zijn van de HH. Sacramenten der R.C. kerk in de ouderdom van 41 jaren mijn geliefde echtgenoot Matthias Josephus Witsch, in leven gezagvoerder van het Nederlandse barkschip HEILIGE LIDUINA, mij nalatende drie kinderen, te jong om hun verlies te beseffen.

Rotterdam, 8 september 1853                                                                                   N.A. Witsch, geb. Höfer

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

M.J.Witsch uit Rotterdam werd met vlagnummer 703 per 05 november 1844 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein B.J.Martens. Als zijn schip wordt genoemd de “Gerardina”. Toegevoegd is “overleden” 002. Ten tijde van de inschrijving waren Witsch 32 resp. 24 jaar. Ingeschreven staan 2 zonen: Otto Joseph (31 januari 1847) en Nicolaas Mattheus (28 april 1848), en 1 dochter: Maria Anna Elisa (1850)002a.

In de Algemene Vergaderingen van 29 oktober/05 november 1844 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Matthias Josephus Witsch, oud 32 jaar, voerend de bark “Gerardina”, varend voor Bonke & Co te Rotterdam, op voordracht van kapitein B.J.Martens.023.

Hij werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds per 17 september 1850.003.

 

M.J.Witsch was met vlagnummer R146 in de periode 1844 t/m 1854 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 september 1853 gaat het Bestuur accoord met een onderstand aan de weduwe van kapitein M.J.Witsch voor haar en 3 kinderen ingaande 01 november 1853.042

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop staat de mededeling dat per 01 november 1853 aan de weduwe van kapitein M.J.Witsch een uitkering is toegekend voor haar en 3 kinderen.023

 

In het Jaarverslag 1855 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart  (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat de weduwe van kapitein M.J.Witsch een uitkering heeft gekregen van f 225,60 voor haar drie kinderen incl. schoolgeld. In 1858 en 1859 waren deze uitkeringen f 229,48 resp. f 226,14058.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                  naam reder/boekhouder

       703                      1844-1851    bark                Gerardina                        Bonke & Co te Rotterdam

                                        1852          brik                  Stella Maris                    J.H.van Gendt te Schiedam

 

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein M.J.Witsch met vlagnummer R146 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*   1849, 1851           van de bark “Gerardina”      119 last                         varend voor Bonke & Co te Rotterdam

 

Bouma025 vermeldt M.J.Witsch als gezagvoerder gedurende:

*   1845 t/m 1852 van de bark “Gerardina” ex Adelaar, gebouwd in 1835 te Kinderdijk, 220 ton o.m., varend voor Bonke & Co te Rotterdam. Het schip voer in 1853 voor reeder J.C.Offers te Rotterdam en was herdoopt in “Mappa”;

*   1853 op de brik “Stella Maris”, gebouwd in 1850 te Schiedam, 307 ton o.m., varend voor J.H. van Gent te Schiedam.

De “Heilige Luduina, genoemd in de bovenstaande overlijdensadvertentie wordt niet vermeld in Bouma.

 

Overige bijzonderheden

Naam Schip:

HEILIGE LIDUINA 

Type:

Bark, tweedeks 

Jaar:

1851, 24 okt. de kiel gelegd / 19 juli 1853 te water gelaten 

Tonnage:

463 / 246 lasten 

Bouwer:

Werf "De Lely", G. Lindeman. Schiedam 

Rederij:

J. H. van Gent, Schiedam 

Materiaal :

Hout, gekoperd en kopervast 

Bron: http://www.zeemansleed.nl/pages/schepen/g-h-i/heilige-liduina.php

 

Een schegbeeld van de “Heilige Liduina” is opgenomen in de collectie van het museum Prins Hendrik te Rotterdam

De Schiedamse reder en jeneverstoker Van Gent noemde in de 19e eeuw als goed katholiek zijn schepen naar Rooms-Katholieke heiligen.

Het houten schegbeeld (foto) komt van het schip de Liduina, vernoemd naar de Schiedamse heilige Liduina. Dit is één van de schepen waarmee de Schiedamse jenever de wereld over werd gebracht. Van het schip is niets meer over, maar het schegbeeld van Liduina is opgenomen in de collectie van het Maritiem Museum in Rotterdam.

http://www.rijnmond.nl/programmas/middag-aan-de-maas/berichten/18-10-2011/vergeten-verhalen-een-schegbeeld-van-de-heilige-l

 

 

 

Eigendom Museum Terschelling maar in bruikleen aan het Jenevermuseum te Schiedam

 

Zeetijdingen 07 mei 1855.

Antwerpen 6 mei 1855. Op het tot vertrek gereed liggende schip "H. LIDUINA", kapt. P. Lommerse (voor Kapt. Matthias Josephus Witsch), vond een vechtpartij plaats tussen enkele Italiaansche Landverhuizers, de eerste stuurman en een matroos. Hierbij werd één der Landverhuizers zwaar verwond en overleed later in het Gasthuis. De eerste stuurman en de matroos zijn in verzekerde bewaring genomen. 1858. Uit de hand verkocht naar rederij J. D. Meyer Jzn. Schiedam. !867. Te Batavia uit de hand verkocht.  

 

NRC 07 mei 1855114

Rotterdam, 6 mei. Nopens de oorzaak van de medegedeelde vechtpartij aan boord van het te Antwerpen tot vertrek gereed liggende schip H. LIDUINA, zijn wij in staat mede te delen, dat deze te zoeken is in een misverstand bij de uitdeling der levensmiddelen aan de zich aan boord bevindende Italiaanse landverhuizers, welk misverstand voornamelijk is toe te schrijven aan de omstandigheid dat de Italianen in hun taal zich niet verstaanbaar genoeg voor het scheepsvolk konden uitdrukken. Enige Italianen wilden toen de kajuit binnentreden. De eerste stuurman trachtte hun zulks te beletten, waarop een matroos, onbekend met de oorzaak van het geschil, toesnelde en terstond tot dadelijkheden overging. Alsnu ontstond een worsteling tussen de Italianen en de stuurman en de matroos, welke laatste aan een der landverhuizers met een mes in de buik en op het aangezicht wonden toebracht, aan de gevolgen waarvan deze in het gasthuis te Antwerpen is overleden. Men voegt er bij, dat nog een andere Italiaan gewond is, terwijl ook de aanvallers wonden hebben bekomen.

De gezagvoerder van de H. LIDUINA was op het ogenblik, dat dit voorviel, afwezig, daar hij zijn rekeningen met de cargadoors afsloot; anders zou dit betreurenswaardig voorval waarschijnlijk geen plaats gehad hebben, daar te meer deze Italiaanse landverhuizers over het algemeen geschikte lieden zijn. De eerste stuurman en de matroos zijn in verzekerde bewaring genomen en aan boord van de bodem bereids door andere personen vervangen.

 

 

Datum vanaf: 1844
Kapitein: Witsch, Matthias Josephus

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.Mulder als gezagvoerder gedurende:

*    1890 van de galjoot “Albertha Römelingh”, gebouwd in 1857 te Sappemeer, 137 ton o.m., rederij niet vermeld, maar vermoedelijk voor J.J.Sydzes te Farmsum. Het schip is in 1890 te Mansø bij Vardø totaal verongelukt.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1852
Kapitein: Mulder, J.

Afbeeldingen


Omschrijving:
Collectie: Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders
Vervaardiger: Spin, Jacob
Algemene informatie


1836

RC 080336             
Rotterdam, 7 maart. De 12e november is van Rotterdam te Batavia aangekomen het schip ADELAAR, kapt. W. Smith, na de Kaap de Goede Hoop aangedaan te hebben.
RC 050436             
Rotterdam, 4 april. De 22e november is van Batavia naar China gezeild de Nederlandse bark de ADELAAR, kapt. W. Smith.
JC 270436              
Batavia, 26 april. Alhier is aangekomen de 25e april het Nederlandse schip ADELAAR, kapt. W. Smith, van China de 24e maart vertrokken.
DC 080936             
Hellevoetsluis, 6 september. Heden morgen arriveerden uit zee: ADELAAR, kapt. W. Smith, en FACTORY, kapt. J. Parlevliet jr., beiden van Batavia.
RC 220936             
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading:Naar Liverpool, het Nederlands barkschip ADELAAR, kapt. W. Smith; vertrekt uiterlijk de 5e oktober. Adres bij W. Smith en Co., cargadoors.
DC 251036             
Hellevoetsluis, 21 oktober. Heden morgen zeilden naar zee: GENERAAL BARON VAN GEEN, kapt. J.J. Kortrijk; ADELAAR, kapt. W. Smith; KOLONEL KOOPMAN, kapt. A.L. v.d. Valk, en HELENA CHRISTINA, kapt. B.J. Martens, allen naar Batavia; PIET HEIN, kapt. E. Wijlde, naar Suriname; HENDRIKA ELIZABETH, kapt. A. Riedijk, naar Smyrna; ARENT EN ELIZA, kapt. L.H. Draijer, naar New York; DRIE GEBROEDERS, kapt. J. Clier, naar Duinkerken; JONGE JACOB, kapt. J. Clausen, naar Emden; GEZIENAHARMINA, kapt. J.H. Jonker, naar Liverpool.
RC 271036             
Rotterdam, 26 oktober. Kapt. A.J. Hubert, te Helvoetsluis gearriveerd, rapporteert, de 22e dezer, tussen Bevezier en Whigt, gepasseerd te zijn de schepen PIET HEIN, kapt. E. Wylde, naar Suriname; DE ADELAAR, kapt. W. Smith en GENERAAL BARON VAN GEEN, kapt, J.J. Kortrijk, naar Batavia.

1837

JC 150437              
Batavia, 12 april. Heden zijn hier aangekomen het Nederlandse schip DE MAAS, kapt. M. van Velthoven, de 22e november vertrokken van Rotterdam, het dito schip DE NEDERLANDER, kapt. A.J. Struijk,met een passagier, de 20e november vertrokken van Amsterdam, de dito bark ADELAAR, kapt. W. Smith, met twee passagiers, de 23e november vertrokken van Liverpool, het dito schip ANNA CATHARINA, kapt. P. Bakker, met een transport koloniale matrozen, de 21e november vertrokken van Amsterdam, en de dito brik JOHANNA, kapt. E. Bergman, de 24e december vertrokken van Rotterdam.
RC 140937             
Rotterdam, 13 september. De Javasche Couranten tot den 13 mei behelzen het volgende bericht uit Batavia van den 9 dier maand:Van Batavia zijn vertrokken de Nederlandse bark ADELAAR naar China en het schip TWEE CORNELISSEN naar Soerabaya.
RC 140937             
Rotterdam, 13 december. Kapitein Nap rapporteert dat van Batavia zijn vertrokken, den 17 september, J.J. Remkes (opm: fregat MARIA), naar Amsterdam, en den 23 dito J. Keyzer (opm: fregat BATO) naar Dordrecht; dat ter rede van Batavia zijn gearriveerd, den 18 september, de schepen VROUW MARIA en ANNA, en den 20 HOLLAND, kapt. Kooy; alsmede dat den 22 van de rede van Anjer vertrokken is het schip ADELAAR, kapt. W. Smit, naar Rotterdam.
RC 301237             
Rotterdam, 29 december. Volgens rapport van schipper J. Schenk, voerende de loodsboot no. 2, is voor de wal met loodsen aan boord het schip de ADELAAR, kapt. W. Smith, van Batavia. De wind Z.(opm: in een later bericht vermeldt de RC de ADELAAR als komende van Canton (opm: Guangzhou)

1838

JC 190938              
Batavia, 16 september. De 14e dezer is hier aangekomen de Nederlandse bark ADELAAR, kapt. J.H.Bangma, vertrokken de 20e mei, en dito bark JAVA, kapt. H. Peters, met twee passagiers, vertrokken van Rotterdam de 10e juni.

1839

ZP 140139             
De 22e september lagen te Batavia ter rede de schepen ONDERNEMING, kapt. Kleyn, ALIDA WILHELMINA, kapt. van der Mey, ADELAAR, kapt. Bangma en JAVA, kapt. Peters.

1840

ZP 310140             
Het schip ADELAAR, kapt. Nolte (opm: bark, kapt. H. Noltie), van Batavia naar Rotterdam is de 23ste november wegens ziekte der kapitein aan de Kaap de Goede Hoop binnengelopen. (opm: zie ZP 040240)
ZP 040240             
Volgens brief van de Kaap de Goede Hoop was kapt. Nolte, benevens de eerste stuurman van het aldaar binnengelopen schip ADELAAR, van Batavia naar Rotterdam, overleden. (opm: zie ZP 310140)

1841

RC 190141             
Het schip CLYDE, kapt. J. Matches, van Batavia naar Amsterdam, is de 8e en de schepen ADELAAR, kapt. H. Noltee, van Tjilatjap naar Rotterdam, en DIAMANT, kapt. Grunewald, van Rio de Janeiro naar Hamburg, de 9e dezer te Portsmouth binnengelopen.
RC 080741             
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading, voor passagiers en goederen naar Batavia het gekoperd Nederlands barkschip ADELAAR, kapt. D. Smit, om de 18e dezer te vertrekken. Adres ten kantore van Smith &Co.
JC 241141              
Batavia, 22 november. De 20e dezer zijn hier aangekomen de Nederlandse bark ADELAAR, kapt. D. Smit, vertrokken van Rotterdam de 25ste juli, dito schip ROTTERDAM, kapt. P. Vis, met passagiers, vertrokken van Rotterdam de 19de augustus, dito schip DELFT, kapt. B. J. Muller, met Zr.Ms. troepen, vertrokken van Rotterdam de 21ste augustus.

1842

DC 310542             
Dordrecht, 30 mei. Kapitein Abbema, voerende het schip ISIS, te Brouwershaven binnen, rapporteert de 27ste mei bij Dover gezien te hebben de bark de ADELAAR, van Rotterdam, en de 28ste in de Noordzee, op de hoogte van de Hinder of Abank, een kof, tonende de Amsterdamse collegievlag no. 458. Beide in goede staat zeilende.
RC 280642             
Advertentie. Te Rotterdam ligt in lading:Naar Batavia, het gekoperd barkschip ADELAAR, kapt. D. Smit, om in het begin der maand juli te vertrekken. Adres ten kantore van Smith &Co. (Wekelijks herhaald tot RC 050742)
JC 121142              
Batavia, 9 november. Gisteren zijn hier aangekomen de Nederlandse bark de JAVAAN, kapt. G. Eilers, vertrokken van Amsterdam de 20e juni, de dito bark ADELAAR, kapt. D. Smit, vertrokken van Rotterdam de 25e juli, en de dito bark BATAVIER, kapt. H.H. Uil, vertrokken van Rotterdam de 25e juli.

1843

RC 250443             
Rotterdam, 24 april. Kapt. Boulanger, voerende het schip EMILE, de 19e dezer van Rio-Janeiro te Havre aangekomen, rapporteert, bij het inzeilen van het Kanaal gepraaid te hebben het barkschip ADELAAR, kapt. D. Smit, 119 dagen reis hebbende van Batavia naar Amsterdam, zijnde door een storm de bakboordsverschansingen van dat schip weggeslagen en andere schade veroorzaakt.
AH 280443            
Carga-lijsten Amsterdam. ADELAAR, kapt. D. Smith, van Batavia met rijst, koffie, indigo, thee, gember, confituren en sapanhout.
RC 130643             
Advertentie. Te Amsterdam ligt in lading naar Batavia het Nederlands gekoperd barkschip ADELAAR, kapt. D. Smit, om de 28e dezer te vertrekken. Adres ten kantoren van De Vries &Co., cargadoors aldaar en bij Smith &Co., alhier.
AH 130643            
Advertentie. Schepen in lading naar: (o.a.) Batavia. Het gekoperd tweedeks barkschip DE ADELAAR, kapt. D. Smit, van Rotterdam. Adres bij Coopman en De Witt en Lenaertz, Van Olivier en Comp., Hoyman en Schuurman en De Vries en Co.
JC 181143              
Scheepsberichten. Batavia. Aangekomen. 16 November. Nederlands schip JOHANNES MARINUS, kapt. J. van Delft Czn., vertrokken van Rotterdam de 13e augustus met drie passagiers; dito bark ADELAAR, kapt. D. Smit, vertrokken van Amsterdam de 5e juli.

1845

JC 160845              
Batavia, 14 augustus. De 12e dezer zijn alhier aangekomen de Nederlandse bark GERARDINA, kapt. M.I. Witsch, vertrokken van Rotterdam de 17e april, en het dito schip NEERLANDS KONING, kapt. C. Schoewert, vertrokken van Rotterdam, de 17e april.

1846

DC 010946             
Dordrecht, 31 augustus. Door de Nederlandsche Handel Maatschappij zijn bevracht geworden, de navolgende schepen, als: (o.a.) Voor Rotterdam: JEANNETTE, kapt. S. Halfweg; ANTHONIJ, kapt. H. Poort; FACTORY, kapt. A.A. van der Linden; RHOON EN PENDRECHT, kapt. F. Fokkens; GERARDINA, kapt. M.J. Witsch.

1847

JC 030247              
Batavia, 31 januari. Heden is hier aangekomen de Nederlandse bark GERARDINA, kapt. M.J. Witsche, de 19e september vertrokken van Rotterdam.
NRC 161247          
Falmouth, 12 december. Het schip GERARDINA, kapt. Witsch, van Rotterdam naar New York, is alhier lek, met verlies van boten, verschansingen, rusten, zeilen, enz. binnengelopen, hebbende voortdurend hevige stromen doorgestaan en zijnde reeds tot op 19º WL geweest.

1848

NRC 130348          
Falmouth, 9 maart. Het schip GERARDINA, kapt. Witsch, van Rotterdam naar New York, alhier binnengelopen, heeft heden, na de bekomen schade gerepareerd te hebben, de reis weder voortgezet.
AH 021148            
De 4e oktober is op 18º NB en 26º WL gezien het Nederlandse schip GERARDINA, kapt. Witsch, van Rotterdam naar Batavia, hebbende schade aan het roer. Het zette koers naar Rio Janeiro om te repareren.

1849

JC 170149              
Batavia, 15 januari. De 12e dezer is hier aangekomen de Nederlandse bark GERARDINA, kapt. M.J. Witsch, de 4e september vertrokken van Rotterdam.

1852

NRC 180452          
Batavia, 25 februari. Scheepsvrachten hebben sedert ons laatste bericht geen verbetering ondergaan en door de afnemende voorraad van producten zijn vrachtgoederen zeer schaars. Van de aangekomen avontuurschepen heeft de GERARDINA 2500 pikols koffij tot NLG 75 per last te vracht bekomen en wordt overigens voor eigen rekening beladen.
NRC 290452          
Shields 24 april. De Nederlandse bark MAPPA, kapt. Mulder, van Rotterdam, was hedenmorgen bij het inkomen der haven, ten gevolge van de hoge zee en het zware tij, bijna op de rotsen gedreven, doch heeft het gelukkig nog geklaard; zij heeft wel gestoten, doch ogenschijnlijk geen schade bekomen.
NRC 300452          
Rotterdam, 29 april. Volgens brief van kapt. J. Muller in dato 24 april l.l. is het Nederlandse barkschip MAPPA na een zeer voorspoedige reis van 42 uren zonder loods of behulp van een stoomboot in de beste staat te North Shields gearriveerd.

1853

NRC 300153          
Rotterdam, 29 januari. Door de Nederlandsche Handel Maatschappij zijn bevracht de volgende schepen: (o.a.) Voor Rotterdam: HENDRIKA, kapt. P. Admiraal, en MAPPA, kapt. J. Mulder.
NRC 181253          
Amsterdam, 17 december. Het schip MAPPA, kapt. J. Muller, van Batavia naar Rotterdam, met schade in de Simonsbaai binnengelopen, had de reparatie geëindigd en zou de 9e of 10e november een aanvang maken om de lading weder in te nemen.
(opm: het vertrekbericht heeft Marhisdata niet gevonden; in elk geval is de bark, bouwjaar 1835, na lossing in of rond Rotterdam gesloopt; in een jaaroverzicht aan de koning met van de Nederlandse vloot afgevoerde schepen staat de MAPPA aangegeven als in 1854 gesloopt; ook NRC 030155 noemt de MAPPA als een van de schepen welke in 1854 zijn verongelukt, verbrand, afgekeurd, gesloopt of vermist)

 

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

ARCHIEF Nat.Archief-Den Haag archiefnummer Rott.3.03.56.65.324 Foto DVD IV – 056 - 057 _________________________________________________
Bijlbrief
Naam schip: de ADELAAR

Plaats en datum acte bijlbrief, Gorinchem, 4 juli 1835

Soort schip bark

Bouwwerf / verkoper Fop Smit, scheepsbouwmeester, aan de Kinderdijk onder de gemeente Nieuw Lekkerland

Gevoerd door kapt. W. Smith

Eigenaar / aankoper Fop Smit, scheepsbouwmeester aan de Kinderdijk (4/16e),
William Smith & Zonen, reders en cargadoors te Rotterdam (4/16e), IJman Dirk Christiaan Suermondt, muntmeester te Utrecht (2/16e), J.F. Hoffman & Zonen, zeehandelaren te Rotterdam (2/16e), Van der Wallen Van Vollenhoven & Zonen, touwslagers te Rotterdam (1/16e), Gerrit Dunring, makelaar te Rotterdam (1/16e), Mr. Paulus Cornelis Hoyck van Papendrecht, advocaat te Rotterdam (1/16e) en
Simon Rijnbende & Zonen, branders te Schiedam (1/16e)

Te voeren door kapt.

Groot volgens meetbrief 119 lasten

Tuigage en aantal dekken

Afmetingen lang 27,25 m., breed 4,98 m., hol 3,73 m.

Kiellegging 6 september 1935

Tewaterlating 10 juli 1835, geheel volbouwd

Plaats en datum van registratie Papendrecht, 4 juni 1835

Nummer van registratie deel 6, folio 88, verso, vak 3

Notaris Mr. Johan Hendrik Daniel Schenkenburg van Mierop, vrederechter te Gorinchem

Prijs (bij aan-/verkoop vermeld)

Bijzonderheden

Researcher/datum research ML/040407

Naam ADELAAR (de)
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1835
Toegang 3.03.56
Inventaris 65

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.100a
DVD VIII – 215 - 220
ACTE VAN KOOP/VERKOOP
Naam schip ADELAAR, thans GERARDINA

plaats en datum acte openbare verkoping, Rotterdam, 16 juli 1844

type schip bark

bouwwerf/verkoper Willem Gerard Smith, van de firma Smith & Co, Rotterdam, als lasthebbende van de gezamenlijke eigenaren van het schip, die het schip ook nieuw hadden doen bouwen

gevoerd door kapt. D. Smit

eigenaar/aankoper Jan Barend Bonke, van de firma Bonke & Co., Rotterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 120 lasten (meetbrief Rotterdam, 15 mei 1844)

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang 27,25 m., breed 4,93 m., hol 3,81 m.

kiellegging

tewaterlating: in Nederland gebouwd

plaats / datum registratie Rotterdam, 24 juli 1844

nummer van registratie deel 13, folio 60, verso, case 5

notaris Montauban van Swijndregt en Van Dam, beëdigd makelaars te Rotterdam

prijs NLG. 13.300,-

Bijzonderheden: schip ligt bij deze veiling in de Scheepsmakershaven, bij de Glashaven, te Rotterdam.






researcher/datum research: ML / 150108

Naam GERARDINA
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1844
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.100b
DVD VIII – 215 - 220
ACTE VAN KOOP/VERKOOP
Naam schip GERARDINA

plaats en datum acte onderhandse verkoop, Rotterdam, 4 april 1845

type schip bark

bouwwerf/verkoper Jan Barend Bonke, reder, namens zijn firma Bonke & Co., Rotterdam, enig eigenaren

gevoerd door kapt. Mathias Joseph Witsch

eigenaar/aankoper Christiaan Franciscus Bax, koopman te Rotterdam, en zijn broeder Petrus Jacobus Bax, particulier te Rotterdam, ieder voor 1/2e part

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 227 tonnen (meetbrief Rotterdam, 19 februari 1845)

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang 27,25 m., breed 4,93 m., hol 3,81 m.

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Rotterdam, 4 april 1845

nummer van registratie deel deel 46, folio 82, recto, vak 7

notaris Frans Dijkman, notaris te Rotterdam

prijs NLG. 6.650,-

Bijzonderheden: schip ligt bij deze transactie in de Scheepsmakershaven te Rotterdam.
(opm: een forse waardevermindering in korte tijd, tenzij elke 1/2e part dit bedrag kostte, maar dat staat er niet)






researcher/datum research: ML / 150108

Naam GERARDINA
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1844
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.235
DVD VIII – 543, 546
ACTE VAN KOOP/VERKOOP
Naam schip GERARDINA, thans MAPPA

plaats en datum acte onderhandse verkoop/koop, Rotterdam, 15 maart 1852

type schip bark

bouwwerf/verkoper Barend Jan Bonke van zijn firma Bonke & Co, kooplieden en scheepsreders (1/2e part), Christianus Franciscus Bax, koopman en commissionair (1/4e part) en Petrus Jacobus Bax, particulier (1/4e part), allen te Rotterdam

gevoerd door kapt. M.J. Witsch

eigenaar/aankoper Samuel Meerburg, Johannes Christiaan Offers, Johannes Eliza van der Aa Criellaert en Cornelis Criellaert, allen te Rotterdam, ieder voor 1/4e part

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 123 lasten (meetbrief Rotterdam, 20 januari 1852)

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang 27,60 m., breed 5,09 m., hol 3,74 m.

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Rotterdam, 15 maart 1852

nummer van registratie deel 37, folio 183, recto, vak 7

notaris H.N. en W.H. Montauban van Swijndregt, makelaars te Rotterdam

prijs NLG 13.000,-

bijzonderheden:
Bonke & Co had het eigendom van het schip verkregen in publieke veiling te Rotterdam op 16 juli 1844 en de heren Bax hadden elk hun 1/4e part gekocht van Bonke & Co bij acte van transport van 4 april 1845 voor notaris Frans Dijkman te Rotterdam.






researcher/datum research: ML / 110308

Naam MAPPA
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1852
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: www.delpher.nl
www.maritiemdigitaal.nl
ARCHIEF Nat.Archief-Den Haag archiefnummer Rott.3.03.56.65.324
NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.100a
NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.100b
NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.235
AH = AlgemeenHandelsblad
DC = Dordrechtsche Courant
JC = Javasche Courant
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk