Familiegegevens
Pieter Atzes werd geboren op 04.02.1828 te Antwerpen a/b van het kofschip AURORA als z.v. Atze Joostes de Boer (koopvaardijkapitein) en Hilkje Pieters Hinlopen.
Pieter Atzes (33) trouwde op 28.02.1861 te Amsterdam met Helana Catharina de Lange (24) - (geb. 20.10.1836 te Rotterdam -overl. 29.04.1918 te Haarlem) – d.v. Jacob de Lange en Maria Jacoba Arent.
Pieter Atzes overleed op 14.10.1900 te Hilversum (72). (Overlijdensbericht in Het Nieuws v.d. Dag 17-10-1900)
Kinderen
Hillegonda Maria – geb. 14.06.1861 te A’dam.
Atzo Jacob - geb. 05.09.1862 te A’dam.
Ada (1868-1871)
Pieter Atzes – geb. 13.03.1869 te A’dam.
Helena Catharina (1870-1870)
Ada Helena (1872-1971)
Helena Catharina (1875-1877)
Opleiding
Behaalde het diploma 3e stuurman grote stoomvaart op ??
Behaalde het diploma 2e stuurman grote stoomvaart op ??
Behaalde het diploma 1e stuurman grote stoomvaart op 25.09.1858 te Amsterdam.
De schepen van de kapitein
* 1850 – 1852 van de sch.br. WIJNANDA LUCRETIA – geb. in 1850
* 1854 – 1856 van de sch.br. ELISABETH & JOHANNA – geb. in 1854
* 03/1862 – 06/1864 van het s.s. URANIA – geb. in 1857
* 06/1864 – 07/1870 van het s.s. BERENICE – geb. in 1864
* 07/1870 – 08/1873 van het s.s. CASTOR – geb. in 1870
* 08/1873 – 12/1874 van het s.s. JASON – geb. in 1866
* 12/1874 – 03/1876 van het s.s. CASTOR – geb. in 1870
* 03/1876 – 05/1876 van het s.s. STELLA (tijd.)
* 05/1876 – 05/1877 van het s.s. CASTOR
* 05/1877 – 07/1879 van het s.s. STAD HAARLEM – geb. in 1875
Overige bijzonderheden
Pieter Atzes kreeg op 26.03.1862 de eerste aanstelling als gezagvoerder bij de KNSM op het s.s. URANIA.
Pieter Atzes de Boer werd op 25.08.1879 geplaatst als Inspecteur bij de KNSM.
Op 01.03.1880 tevens Chef der Afdeling Scheepszaken en van het Ingenieursbureau.
Bij het trouwen van zijn dochter Ada Helena in 1896 te Hilversum werd het beroep van vader Pieter Atzes de Boer vermeld als Inspecteur van de Kon. Ned. Stoomboot Mij. Te Amsterdam.
ONDERSTAANDE GEGEVENS ZIJN VAN DE HEER S. PARMA:
Familiegegevens en opleiding
Pieter de Boer is geboren c. 1838.
Hij overleed te Hilversum op 14 oktober 1900.
In het tijdschrift “De Zee, Jg. 1900, p. 433-434 staat een korte necrologie waaraan het volgende is ontleend:
‘Den 14 October j.l. overleed te Hilversum, in den ouderdom van 72 jaar, een man, die in allen eenvoud zijn weg door het leven volgend, een merkwaardige figuur is geweest in de Nederlandsche scheepvaartwereld.
Geboren uit den zeemanstand - zijn vader, rustend gezzagvoerder, overleed enkele maanden geleden in den hoogen leeftijd van 102 jaren – werd P.A. de Boer reeds vroeg voor hetzelfde vak bestemd. Hij doorliep alle rangen aan boord, zoowel op de kleine als op de groote vaart, zag zich op betrekkelijk jeugdigen leeftijd het bevel toevertrouwd over een zeilschip en ging daarna over bij de Koninklijke Nederlandsche Stoomboot-Maatschappij.
Aan deze vaderlandsche onderneming heeft De Boer verder zijn gansche leven gewijd. Hij voerde 20 jaren lang het bevel over nagenoeg al de typen harer stoomschepen, om in 1880 aangesteld te worden als Inspecteur, welke beteekenende betrekking hij alzoo twintig jaren heeft bekleed. Hoe voorbeeldig hij die taak heeft vervuld, is namens de Directie op zijn graf uitgesproken door den oudsten Directeur, die hem van het begin der Maatschappij heeft gekend en leeren waardeeren.”
“Meer dan 25 jaren heb ik het voorrecht gehad De Boer van nabij en in verschillende verhoudingen en werkkringen te kennen en zelden, indien ooit, heb ik zijns gelijke ontmoet. Van nature eenigszins teruggetrokken, meestal weinig spraakzaam, altoos hoogst bescheiden in zijn optreden, was hij onder alle omstandighedden steeds dezelfde. De Boer haastte zich nooit, hij nam altoos, maar had ook altoos, tijd voor alles. Hij was onvermoeid, zijn taaiheid als gezagvoerder bij stormweêr of onder andere moeilijke omstandigheden, was even spreekwoordelijk als de weinige behoefte, die hij had, aan voedsel en slaap.
Zijn gansche figuur, zijn typische kop, ze deden denken aan den tijd toen zeeman en zenuwen elkaar nog niet kenden. Hij is jong en frisch in zijne begrippen gebleven, zoolang ik hem heb gekend. Was het dààraan toe te schrijven, dat men veelal zijn leeftijd vergat? Van zucht tot bemininnelijkheid, jacht naar populariteit, was bij hem nooit sprake. Ik zou bijna zeggen, hij zou dat niet hebben begrepen. Zijn oogenschijnlijke koelheid – door velen ten onrechte als koudheid beschouwd – bezorgde hem geen overdeelde genegenheid. Maar wie zijn plicht ded als hijzelf – en hij stelde zichzelf hooge eischen – kon verzekerd wezen van zijn steun. Wien hij eenmaal genegen was, kon op hem rekenen, altijd en onder alle omstandigheden. En wie hem gekend heeft in de zorgen om zijn gezin, in zijn leven temidden der zijnen, wierp elke gedachte aan koudheid in zijn karakter zeker onmiddellijk verre van zich.
In alle betrekkingen, die hij naast die bij de K.N.S.M. bekleedde, nam De Boer eene waardige positie in. Zoowel in den Raad van Tucht, in de Commissie van Examen voor Stuurlieden als die in die voor Machinisten der Handelsvaart – het is door Voorzitters op zijn graf nog openlijk uitgesproken – was hij uitmuntend op zijn plaats. Hij kende het zeemansvak ook zoo dóór en dóór, en wie had den overgang van het zeil- naar het stoomschip vollediger en van meer nabij mede dóórleefd, dóórgemaakt dan hij .
De Boer sprak nooit te vroeg – een opgewonden woord van hem herinner ik me niet ooit te hebben gehoord – maar evenmin ooit een weinig zakelijk advies.Integendeel als hij sprak, getuigde dat altijd van groote, breede kennis van alles wat betrekking had op zijn vak en van een helderheid van opvatting, die allen trof.
Niemand is onmisbaar in de wereld en zoo zal natuurlijk de plaats van De Boer in zijn verschillende betrekkingen weldra door anderen zijn ingenomen. Dat die bekwame, werkzame, rustige persoonlijkheid intusschen nog menigmaal zal worden gemist en bij velen met mij in waardeerrende herinnnering zal blijven, staat bij mij vast.
Rotterdam, October 1900 J.V.Wierdsma”
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
P.A.de Boer werd met nr.820 effectief lid van Zeemanshoop per 04 mei 1850 op voorspraak van A.van der Bent. Zijn schip was de “Wijnanda Lucretia”002. Ten tijde van de inschrijving was de Boer 23 jaar002a.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 28 mei/04 juni 1850 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd P.A.de Boer, (alleen initialen), oud 23 jaar, voerend de schoener “Wijnandia Lucretia”, op voordracht van kapitein A.van der Bent.023.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 03 april 1862 wordt P.A. de Boer toegestaan zijn lidmaatschap van effectief in effectief voor de vlag om te zetten.042
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 15 april 1862 staat het verzoek van P.A de Boer of hij zijn effectief lidmaatschap mag omzetten in een lidmaatschap voor de vlag, hetgeen wordt toegestaan.023.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 26 augustus/02 september 1879 staat vermeld dat als honorair lid is voorgedragen/benoemd P.A. de Boer, oud scheepsgezagvoerder, wonend in Hilversum, op voordracht van de heer A.Bruinier.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
820 1850-1853 schoner Wijnanda Lucretia A.Bruinier
429 1854-1856 brik Elisabeth Johanna H.Hattink
1857-1861 geen opgave van schip en boekhouder
1862-1863 stoomb. Urania Kon.Ned.Stoomb.Maatschappij
1864-1869 stoomb. Bérénice idem
Bouma025 vermeldt P.A.de Boer als gezagvoerder gedurende:
-
1851 t/m 1853 van de schbrik “Wijnanda Lucretia”, gebouwd in 1850 te Joure, 240 ton o.m., varend voor A.Brunier te Amsterdam;
-
1855 t/m 1857 van de sch.brik “Elisabeth & Johanna”, gebouwd in 1854 te Amsterdam; 216 ton o.m., varend voor H.Hattink te Amsterdam;
-
1863 t/m 1864 van het schroefstoomschip “Urania”, gebouwd in 1857 te Hull, 275 ton o.m., varend voor de KNSM te Amsterdam;
-
1865 t/m 1870 van het schroefstoomschip “Berenice”, gebouwd in 1864 te Stockton, 608 ton o.m., varend voor de KNSM te Amsterdam;
-
1871 t/m 1873 van het ijzeren schroefstoomschip “Castor”, gebouwd in 1870 aan de Clyde, 1512 ton o.m., varend voor de KNSM te Amsterdam;
-
1874 van het ijzeren schroefstoomschip “Jason”, gebouwd in 1866 te Glasgow, 1653 ton o.m., varend voor de KNSM te Amsterdam;
-
1875 t/m 1877 van het ijzeren schroefstoomschip “Castor”, gebouwd in 1870 aan de Clyde, 1512 ton o.m., varend voor de KNSM te Amsterdam;
-
1878 t/m 1879 van het schroefstoomschip “Stad Haarlem”, gebouwd in 1875 te Glasgow, 3000 ton n.m., varend voor de KNSM te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
In het tijdschrift “De Zee” Jg.2. 1880, p.56-66 staat een verslag van P.A. de Boer onder de titel: “Reis rond de werel in 80 dagen”. Het beschrijft de reis van het ss. “Stad Haarlem” van Plymouth, vertrek 15 februari 1879, met stukgoederen en ruim 600 emigranten naar Nieuw Zeeland. De beschrijving is een droge opsomming van de weersomstandigheden, de route en wat gebeurtenisseen aan boord. In Kaapstad wordt half maart gebunkerd. Op 13 april kwam men aan in Port Chalmers, Dunedin, op het Zuid-Eiland. Daar werd een deel van het migrantencontigent ontscheept. De rest op het Noord-Eiland in Wellington. Op 05 mei werd de terugreis aanvaard en stoomde het schip via Kaap Hoorn naar de Atlantische Oceaan. Op 29 juni werd Londen bereikt.
In het tijdschrift “De Zee” Jg.13, p.86, 1891 staat vermeld de samenstelling voor 1891 van de rijkscommissie voor de examens ter verkrijging van een diploma als stuurman aan boord van koopvaardijschepen. Daarin is opgenomen P.A. de Boer, oud-gezagvoerder in de grote vaart te Hilversum. Eveneens comissielid in 1892, 1893, 1894, 1895 en 1896 (‘De Zee”, Jg.14.p.84, Jg.15.p.73, Jg. 16, p.75, Jg.17, p.77, Jg 1896, p. 81). In 1893, 1894 en 1895 was hij tevens lid van de “Commissie tot het examineeren van machinisten” en is aangeduid als inspecteur der KNSM.
In het tijdschrift “De Zee” Jg.1894, p.471 staat een vonnis van de Raad van Tucht voor de Koopvaardij inzake een ongeval met het ss. Castor” onder kapitein J.R.Visser. Als waarnemend secretaris van de Commissie wordt genoemd P.A. de Boer.
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt C.J.Stapert als gezagvoerder gedurende:
- * 1858 van de sch.brik “Elisabeth & Johanna”, gebouwd in 1854 te Amsterdam; 216 ton o.m., varend voor H.Hattink te Amsterdam;
- * 1865 t/m 1866 van de sloep “Petronella Georgina”, gebouwd in 1861 te Monnikendam, 40 ton o.m., varend voor J.H.Wervelman te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Pieter Teensen Pieters Teensma werd geboren te Schiermonnikoog op 12 december 1831 als zoon van Pieter Teens Pieters Teensma en Lollina Martens Kruizinga.
Hij trouwde op 31 juli 1856 te Schiermonnikoog als gezagvoerder met Riemada Lollina Zeilinga, geboren op 18 augustus 1834 te Schiermonnikoog als dochter van Jacob Abrahams Zeilinga en Meins Remts Danhof. Zij overleed op 12 mei 1859 te Schiermonnikoog.
Pieter Teensen hertrouwde op 28 juli 1861 te Nieuwendam als gezagvoerder met Lollina Jaski, geboren op 01 april 1834 te Nieuwendam als dochter van Benjamin Christiaans Jaski en Neeltje Edes Zeilinga. Zij overleed te Amsterdam op 24 oktober 1880.
Pieter Teensen overleed op 16 februari 1894 in de Prins Hendrikstichting aan de Voorstraat te Egmond aan Zee.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
P.T.P.Teensma werd met vlagnummer 687 per 30 september 1856 ingeschreven als effectief lid van het zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein F.C.Jaski. Als zijn schip werd genoemd de “Cornelia en Geertruida”. Toegevoegd is “bedankt” 002.
In de Algemene Vergaderingen van 23/30 september 1856 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Pieter Teense Pieters Teensma, oud 24 jaar, voerend de brik “Cornelia & Geertruida”, voor rekening van en met adres bij F.C.Jaski, op voordracht van kapitein F.C.Jaski.023.
P.T.Teensma was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1856 t/m 1869 met vlagnummer 687.
P.T.Teensma was met vlagnummer 65 in de periode 1862 t/m 1883 lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “De Herkenning”.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
687 1856-1857 brik Cornelia en Geertruida F.C.Jaski
1858-1860 brik Elisabeth Johanna H.Hattink
1860 sch.br. Cornelia Wilhelmina B.W.Kaars Sijpestein te Krommenie
1861 schoner Fortuna geen opgave
1861-1867 galj. Sophia Maria B.W.Kaars Sijpestein te Krommenie
1868-1869 galj. Sophia Maria W.& A.H.Meursing
Bouma025 vermeldt D.F.P.Teensma als gezagvoerder gedurende:
* 1857 t/m 1858 van de brik “Cornelia & Geertruida, gebouwd in 1856 te Amsterdam, 257 ton o.m., varend voor F.C.Jaski te Amsterdam.
Vanwege de opgave in de AAKZ neem ik aan dat het hier om kapitein P.T.P.Teensma gaat, temeer omdat ik in “Schiermonnikoger Geslachten” geen kapitein Teensma met de initialen D.F.P. kan terugvinden
Bouma025 vermeldt P.T.Teensma als gezagvoerder van/in:
* 1856 t/m 1858 van de brik “Cornelia & Geertruida”, gebouwd in 1856 op de werf “De Nachtegaal” van W.H.Meursing te Amsterdam, 257 ton, varend voor F.C.Jaski te Amsterdam;
* 1859 t/m 1860 van de schoenerbrik “Elisabeth & Johanna”, gebouwd in 1854 op de werf “Koning William” van C.E.Duytz & Zn te Amsterdam; 216 ton, varend voor H.Hattink te Amsterdam;
* 1861 van de 2-mastschoener “Cornelia Wilhelmina”, gebouwd in 1853 bij Pauw te Muiden, 138 ton, varend voor B.W.Kaars Sijpesteyn te Krommenie;
* 1862 t/m 1868 van de galjoot “Sophia Maria”, gebouwd in 1862 bij W.& A.H.Meursing te Nieuwendam, 190 ton, varend voor B.W.Kaars Sijpesteyn te Krommenie;
* 1869 t/m 1873 van hetzelfde schip maar nu varend voor W.& A.H.Meursing te Amsterdam;
Zeetijdingen 30 januari 1873: “Overzeilt bij Heissant. (=Ouessant). (Sweys);
Handelsblad 31 januari 1873. Amsterdam 30 januari 1873: “Volgens telegram uit Cardiff van gisteren, is het Nederlandsche schip “SOPHIA MARIA”, kapitein Teensma van Amsterdam met stukgoed naar Curaçao, gezonken (vermoedelijk overzeild). De kapitein en één man zijn gered, de overigen verdronken.”;
Handelsblad 05 juni 1873. Amsterdam 04 juni 1873: “Volgens brief van kapitein Teensma was het Nederlandsche schip “SOPHIA MARIA” van hier naar Curaçao bestemd, in de nacht van 27 januari l.l. door het Engelsche s.s. Brittania overzeild en onmiddellijk daarna gezonken, waarbij 5 man het leven verloren, de kapitein en één matroos werden drijvende op een klein gedeelte van het achterschip, door een sloep van bovengenoemd stoomschip gered, aan boord gebracht en aldaar zeer liefderijk behandeld. Kapitein Teensma roemt zeer het gedrag van de gezagvoerder Toyles van het s.s. Brittania, die zich nog twee uur ter plaatse van het ongeluk ophield om zoveel mogelijk de overige opvarenden van de “SOPHIA MARIA” te redden. Daar er echter niet het minste spoor van hen ontdekt werd, vervolgde hij de reis en bracht ons te Cardiff aan land.” (Hoedemaker);
* 1873 van de schoener “Hooite Wichger”, gebouwd in 1860 bij W.& A.H.Meursing te Nieuwendam, 171 ton, varend voor W.& A.H.Meursing te Amsterdam;
* 1874 van de composietbrik “Ida Geertruida’, gebouwd in 1865 op de werf “De Nachtegaal” van W.& A.H.Meursing te Amsterdam, 455 ton, varend voor A.Hendrichs & Co te Amsterdam;
* 1875 van de composietbrik “Gedeh” ex Ida Geertruida, gebouwd in 1865 bij W.& A.H.Meursing te Amsterdam, 455 ton, varend voor A.Hendrichs & Co te Amsterdam
Vertrek en terugkomst in Amsterdam093
Kapitein Naam van het schip Aankomst Vertrek
P.T.P.Teensm Cornelia Wilhelmina 13 december 1860 28 juni 1861
Fortuna 16 augustus 1861 10 december 1862
Sophia Maria 01 juli 1862 23 januari 1863
Sophia Maria geen melding 23 januari 1863
Sophia Maria 10 april 1863 26 oktober 1864
Sophia Maria 12 maart 1865 geen melding
Sophia Maria 05 mei 1868 08 deember 1868
Overige bijzonderheden
Gegevens tevens ontleend aan de Dorpsbode 39(5):1985. Bijdrage 17.
NRC 26 mei 1869
Malaga, 18 mei. Heden is alhier binnengelopen het schip (opm: galjoot) SOPHIA MARIA, kapt. P.T. Teensma, van Triëst naar Rio Janeiro bestemd, zijnde de 14e dezer, bij de Malaga vuurtoren, in peiling NNW op een afstand van 2 mijlen, in aanzeiling geweest met het Italiaanse barKschip BARTHOLOMEO, kapt. Antello, van Genua naar New-York bestemd. Eerstgenoemd schip verloor boegspriet, voorsteng, scheg en stagen, enz. De bark heeft daarbij zeer weinig schade bekomen.
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Lid van het Harlinger zeemanscollege “Zeemansvoorzorg”.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lid van het College Zeemansvoorzorg te Harlingen036
vlagnummer periode type naam van het schip boekhouder/reder
geen 1876-1878 brik Batoe Bassie (ex Machtilda & Simonetta) Harmsen & Zn, Harlingen
Bouma025 vermeldt J.J.Lackrooy als gezagvoerder gedurende:
* 1854 van de 2/msch. “Aurora”, gebouwd in 1853 te Lemmer, 150 ton o.m., varend voor J.S.Visser te Lemmer;
* 1855 t/m 1856 van de brik “Anna en Louisa”, gebouwd in 1827 te Amsterdam, 219 ton o.m., varend voor A.H.Hagedoorn te Amsterdam;
* 1856 van de 2/msch “Christina Alida” ex Star, gebouwd in 1842 te Annapolis, 103 ton o.m., varend voor Meyer & Co te Amsterdam;
* 1861 t/m 1867 van de sch.brik “Elisabeth & Johanna”, gebouwd in 1854 te Amsterdam; 216 ton o.m., varend voor H.Hattink te Amsterdam;
* 1869 t/m 1874 van de bark “Batavia” ex Anna en Justina, gebouwd in 1856 te Amsterdam, 460 ton o.m., varend voor F.R.P.Victor te Amsterdam;
* 1875 t/m 1876 van het 3/m schip “Ary Scheffer”, gebouwd in 1856 te Dordrecht, 754 ton o.m., varend voor F.R.P.Victor te Amsterdam;
* 1877 t/m 1879 van de brik “Batoe Bassie” ex Machtilda Simonetta, gebouwd in 1864 te Drammen, 160 (325?) ton o.m., varend voor Harmens & Zn te Harlingen;
* 1881 van de schbrik “Rudolphine” ex Geziena, ex Rebecca Sheppard, gebouwd in 1861 te Medford, 514 ton o.m., varend voor J.Koning te Rotterdam. Het schip werd in 1881 verkocht naar Nederlands Oost Indië.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Klaas Schenk werd geboren op 19 april 1841 te Oude Pekela als zoon van schipper en collegelid Willem Fredrik Schenk en Rachelina Boeles de Weerd. Klaas was de broer van de kapiteins Boele (1827), vlagnummer van “Voorzorg”met 87 en Willem (1829) met vlagnummer 183 van hetzelfde college.
Klaas trouwde te Nieuwe Pekela op 18 april 1867 als schipper met Annechien Huisman, geboren op 21 juli 1846 te Nieuwe Pekela als dochter van de rustend schipper Pieter Rentes Huisman en Hinderika Jans Dik. Annechien overleed op 10 januari 1893 in de Wijttenbachstraat 51 te Amsterdam.
Klaas Schenk overleed te Amsterdam op 22 december 1910, weduwnaar.
Kinderen
- Henderika
- Martha Elizabeth
- Wilhelmina Frederika
- Cornelia Wilhelmina
De Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen vermelden Klaas Schenk als schipper/koopvaardijkapitein in 1867, 1868, 1872, 1873, 1876, 1884.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
K.W.Schenk was effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” uit Oude Pekela met vlagnummer 24 uit de periode 1873 t/m 1899.
K.W.Schenk was effectief lid van het zeemanscollege “Voorzorg” te Nieuwe Pekela met vlagnummer 24 in de periode 1869 t/m 1906.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
K.W.Schenk was van 1883-1893 kapitein van de composiet clipperbark “Smeroe”, gebouwd in 1876/78 door W.& H.Meursing, op de werf “De Nachtegaal”, te Amsterdam, 1000 ton, varende voor rederij A.Hendrichs & Co te Amsterdam. Het schip werd op 24 juli 1893 verkocht aan Leif Gundersen, Porsgrunn, Noorwegen052
K.W.Schenk was van 1895-1901 kapitein van het stalen fregat “Hugo Molenaar”, in 1893/94 gebouwd door J.Smit Cn te Alblasserdam, varend voor rederij Zeilvaart Maatschappij “Neptunus”, G. van der Gevel te Rotterdam052
Bouma025 vermeldt K.W.Schenk als gezagvoerder gedurende:
-
* 1868 t/m 1869 van de schoenerbrik “Elisabeth & Johanna”, gebouwd in 1854 te Amsterdam; 216 ton o.m., varend voor H.Hattink te Amsterdam. Het schip was in 1870 herdoopt in “Triest”;
* 1870 t/m 1873 van de brik “Triëst” ex Elisabeth & Johanna”, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 216 ton o.m., varend voor H.T.Kranenborg te Pekela. Het schip werd in 1873 verkocht naar Zweden;
-
* 1884 t/m 1893 van de composietbark “Smeroe”, gebouwd in 1878 te Amsterdam, 1000 ton n.m., varend voor A.Hendrichs & Co te Amsterdam. Het schip werd in 1893 verkocht naar Porsgrunn;
* 1896 t/m 1905 van het 3-mastschip “Hugo Molenaar”, gebouwd in 1895 te Alblasserdam, 1735 ton n.m., varend voor de Zeilvaart Maatschappij “Neptunus”te Rotterdam (1891) Dir. G. v/d Gevel. Daarna herdoopt in “Emanuel”.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaart museum vermeldt:
08 maart 1859, schip “Ida en Cornelia”, kapitein Willem Schenk, matroos Klaas Schenk uit Oude Pekela.
16 maart 1864, kof “Ida en Cornelia”, kapitein Willem W.Schenk, stuurman Klaas W.Schenk, 22 jaar uit Oude Pekela.
07 februari 1874, schoener “Triëst”, kapitein Klaas Willems Schenk uit Oude Pekela.
06 februari 1883, schoener “Triëst”, kapitein Klaas Willems Schenk uit Oude Pekela.
Divere mededelingen
Teunis Pronker monsterde op 12 mei 1883 als matroos op de bark “Smeroe” onder kapitein K.W.Schenk varend voor A.Hendrichs & Co te Amsterdam. Het schip was in 1878 te Amsterdam gebouwd op de werf van “de Nachtegaal” van A.H.Meursing, werd aangeduid als clipper-bark. en mat 1000 ton n.m. Op 22 mei 1883 vertrok het schip uit Amsterdam met een lading stukgoed voor Semarang. Van 26 tot 28 augustus van dat jaar vond de uitbarsting van de Krakatau plaats, ruim 96 dagen na het vertrek van de “Smeroe” uit Amsterdam. Het is niet zeker of zij iets van de verwoesting hebben gezien. In zijn geschreven herinneringen maakt Teunis Pronker van deze gebeurtenis geen melding.
Na bezoeken aan Batavia en Semarang vertrok het schip vanuit de laatste haven op 30 november 1883 en kwam na een niet al te snelle thuisreis op 01 april 1884 te Amsterdam aan. Pronker had veel waardering voor kapitein Schenk, die het schip tot de verkoop in 1893 zou voeren
Op een tentoonstelling van het Noordelijk Scheepvaartmuseum070 hing een schilderij door de schilder Adam, portretschilder te Le Havre, uit 1895 van het fregat “Hugo Molenaar” “op zijn maidentrip naar Soerabaya”. Het schip is gebouwd in 1894 bij J.Smit Cz te Alblasserdam en mat 1801 ton. Van 1895 - 1901 was de schipper Klaas Willems Schenk uit Oude Pekela, toen wonende te Amsterdam en varende voor de Zeilvaart Maatschappij Neptunus te Rotterdam.
In de permanente tentoonstelling van het Kapiteinshuis in Nieuwe Pekela hangt het portret van het fregat “Hugo Molenaar” uit 1895, gevoerd door kapitein K.W.Schenk.
K.W.Schenk was met vlagnummer 24 in de periode 1873 t/m 1892 effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” te Oude Pekela.112.
Melding van het overlijden op 08 februari 1881 van de tweede stuurman Albert Heijerman van de driemastschoener “Triëst”, kapitein Klaas Willems Schenk van Oude Pekela zeilende in de Zuid-Atlantische Oceaan op 3oWL/18o ZB. 115.
Melding van het overlijden op 09 april 1881 van de stuurman Roelf Tunteler van de driemastschoener “Triëst” onder kapitein Klaas Willems Schenk varend in de Noord-Atlantiscche Oceaan op 48o30’NB/12o30’WL.115.
Het fregat “Hugo Molenaar” onder kapitein K.W.Schenk was te Geelong op 06 maart 1905 en werd gesignaleerd op 14 juli op 9oZ/35oW. Position suggests via C.Horn”. Aankomst op 03 augustus te Falmouth.121
In de permanente tentoonstelling van het Kapiteinshuis in Nieuwe Pekela hangt het portret van het fregat “Hugo Molenaar” uit 1895 op zijn maidentrip naar Soerabaya, gevoerd door kapitein K.W.Schenk, geschilderd door de schilder Adam, portretschilder te Le Havre.
Uit: “Reizen rond Kaap Hoorn onder Nederlandse vlag. Overzicht vanaf de ontdekking in 1616 tot het einde van de Nederlandse grote zeilvaart in 1911”. door H.Hazelhoff Roelfzema. Uitgave Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarder, 2010, 88 pp plus Bijlage met een Chronologisch Register van Reizen van 1616 tot 1911
Het fregat “Hugo Molenaar” onder kapitein K.W.Schenk was te Geelong op 06 maart 1905 en werd gesignaleerd op 14 juli op 9oZ/35oW. Position suggests via C.Horn”. Aankomst op 03 augustus te Falmouth.
Krantenartikelen
NRC 26 juli 1867114
Ancona, 19 juli. De 14e dezer is alhier om orders van Amsterdam aangekomen het Nederlandse brikschip ELIZABETH JOHANNA, kapt. Schenk, en heeft de 15e de reis voortgezet naar Sinagaglia om te lossen.
NRC 10 september 1869114
Publieke verkoping te Neuzen op woensdag 8 september: het Nederlandse barkschip JEANNETTE EN CORNELIA (opm: JEANETTE CORNELIA), groot 456 tonnen of 256 lasten: opgehouden voor NLG 8550.
NRC 25 augustus 1869114
Advertentie. C. Ament, G.J. Boelen en P. Reineke, makelaars, zullen op maandag de 13e september 1869, des avonds ten 6 ure, te Amsterdam, in de Nieuwe Stads-Herberg, aan het IJ, ten overstaan van een daartoe bevoegd beambte verkopen een extra ordinair welbezeild, gekoperd en kopervast brikschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd: ELISABETH JOHANNA, gevoerd door kapitein K.W. Schenk, volgens meetbrief lang 27,50 ellen; wijd 4,97 ellen; hol 3,56 ellen, en alzo gemeten op 216 tonnen of 106 lasten; liggende in het Oosterdok aan de Dijk. Breder volgens inventaris, en bericht bij bovengemelde makelaars of bij de cargadoors De Vries en Comp.
Provinciale Groninger Courant 16 oktober 1874114
Rio Grande, 1 september. De volgende Nederlandse schepen werden hier bevracht: ALIDA CATHARINA, kapt. Nagel, reeds vertrokken, met beenderenas tot Sh.25/- naar het Kanaal, ZUURDIJK, kapt. Kwint, met huiden etc. tot GBP 295 in eens af naar Vigo, TRIËST, kapt. Schenk, naar de Westkust en terug met meel tot Sh.57/6, en ELISABETH, kapt. Meedendorp, met gezouten huiden naar Falmouth voor order tot Sh.37/6.
NRC 12 oktober 1880114
Saigon, 4 september. Het Nederlandse schip TRIËST, kapt. Schenk, van Bordeaux alhier aangekomen, moet naar Soerabaya of Passaroeang verzeilen.
NRC 17 september1882114
Amsterdam, 16 september. Volgens brief de dato Gorontalo 29 juni van kapt. Schenk, voerende het Nederlandse schip TRIËST, dacht hij 1 juni van daar naar Macassar te vertrekken.
NRC 29 september 1882114
Batavia, 19 augustus. De Nederlandse brik TRIËST, kapt. K.W. Schenk, 13 augustus van Macassar te Soerabaija aangekomen, heeft aan de grond gezeten en moet onderzocht worden.
NRC 02 april 1884114
Rotterdam, 1 april. Het Nederlandse schip SMEROE, kapt. Schenk, van Java naar Amsterdam, is gistermiddag Dover gepasseerd.
NRC 01 september 1884114
Amsterdam, 30 augustus. Het Nederlandse schip SMEROE, kapt. Schenk, is volgens een bij de rederij ontvangen telegram heden van Amsterdam te Soerabaja aangekomen.
NRC 08 november 1885114
Amsterdam, 7 november. Volgens een bij de rederij ontvangen telegram is het Nederlandse schip SMEROE, kapt. Schenk van Soerabaja naar Atjeh vertrokken.
NRC 25 juni 1886114
Amsterdam, 24 juni. Volgens een brief van kapt. Schenk, voerende het Nederlandse schip SMEROE, 4 dezer van Bassein (Burma) te St. Helena aangekomen had hij 18 april op 27º Z.B 67º O.L. een hevige orkaan doorstaan, waarin het schip zwaar werkte en op zijde viel, zodat het water op de luiken stond, zeilen scheurden en verloren gingen, stengen braken en het tuig veel te lijden had. Alles wat los aan dek was sloeg overboord, en de lading ging over, zodat het schip slagzij bekwam. Nadat de orkaan, die van 14.00 uur tot 18.00 uur aanhield, bedaard was, richtte zich het schip en bevond men 9” water bij de pomp, die, in werking gebracht, water met rijst vermengd opgaf. De geleden schade werd zo goed mogelijk uit eigen middelen hersteld
NRC 22 juni 1887114
Amsterdam, 21 juni. Volgens bij de rederij ontvangen telegram is het Nederlandse schip SMEROE, kapt. Schenk, heden van Amsterdam te Soerabaja aangekomen.
NRC 11 december 1887114
Rotterdam, 10 december. Volgens telegram uit Londen arriveerde het Nederlandse barkschip SMEROE, kapt. Schenk, van Probolingo naar het Kanaal vóór 28 november te St. Helena.
NRC 15 januari 1888114
Rotterdam, 14 januari. De lading suiker van het schip SMEROE, kapt. Schenk, van Java te Falmouth, en die van het schip THORBECKE, kapt. Kuiper, van Java te Queenstown, zijn beide verkocht naar Havre.
NRC 22 januari 1888114
Rotterdam, 21 januari. Heden vertrokken van Falmouth het Nederlandse barkschip AMICITIA, kapt Walberg, van Java naar Leith, het Nederlandse fregat BATAVIER, kapt. Wiebenga, van Java naar Londen, het Nederlandse barkschip SMEROE, kapt. Schenk, van Java naar Havre en het Nederlandse barkschip THORBECKE VII, kapt. Höper, van Java naar Liverpool, terwijl het Nederlandse schip THORBECKE VI, kapt. Van der Meij, van Kraksaan (opm: positie 07º46’ ZB 113º24’ OL), alhier binnen, order bekomen heeft naar Bristol.
NRC 25 januari 1888114
Amsterdam, 22 januari. Volgens bij de rederij ontvangen bericht is het Nederlandse schip SMEROE, kapt. Schenk, heden van Java, laatst van Falmouth, te Havre aangekomen.
NRC 27 februari 1888114
Amsterdam, 25 februari. Volgens bij de rederij ontvangen bericht is het Nederlandse schip SMEROE, kapt. Schenk, heden van Cardiff te Havre aangekomen.
NRC 07 maart 1888114
Amsterdam, 6 maart. Volgens bij de reder ontvangen bericht is het Nederlandse schip SMEROE, kapt. Schenk, heden van Cardiff naar Amboina vertrokken.
NRC 11 september 1888114
Amsterdam, 10 september. Volgens van de rederij ontvangen bericht is het Nederlandse schip SMEROE, kapt. Schenk, 8 september van Timor te Probolingo aangekomen
Algemeen Handelsblad 16 februari 1894114
Alblasserdam, 15 februari. Heden is van de werf van de heer Jan Smit Czn alhier te water gelaten het stalen fregatschip HUGO MOLENAAR, gebouwd voor rekening der Zeilvaart Maatschappij Neptunus te Rotterdam. Het schip heeft een lengte van 240, een breedte van 38 en een diepte van 25 Engelse voet. De grootte bedraagt circa 1740 ton register en het draagvermogen ongeveer 2800 ton dood gewicht. Het schip zal worden gevoerd door kapt. K.W. Schenk en is bestemd om 31 maart van Rotterdam naar Samarang en Soerabaija te vertrekken.
NRC 13 april 1894114
Rotterdam, 12 april. Volgens bericht van 10 dezer van kapt. K.W. Schenk, gezagvoerder van het schip (opm: fregat) HUGO MOLENAAR, van Rotterdam naar Java, uit Dungeness, waar de loods werd geland, had hij in de Noordzee fraai weder met omlopende koelte en heiïg weder. Het schip voldeed in alle opzichten uitstekend. (opm: eerste reis)
NRC 15 september 1895114
Rotterdam, 14 september. Het Nederlandse schip (opm: fregat) HUGO MOLENAAR, kapt. K.W. Schenk, van Cadiz te Montevideo aangekomen, is van zijn ankers gedreven, doch heeft assistentie.
NRC 22 maart 1896114
Rotterdam, 21 maart. Volgens bij de directie der Maatschappij Neptunus ontvangen bericht, arriveerde het fregatschip HUGO MOLENAAR, kapitein Schenk, de 21e dezer des avonds van Hamburg te Shields, gesleept door de sleepboot NOORDZEE.
Provinciale Groninger Courant 07 juli 1896114
Rotterdam, 3 juli. Het Nederlandse schip HUGO MOLENAAR, kapitein Schenk, van Shields naar Soerabaja, is met verhitte lading (opm: broei in de kolen) te Kaapstad binnengelopen.
Provinciale Groninger Courant 20 februari 1899114
Rotterdam, 18 februari. Volgens bij de directie der Maatschappij NEPTUNUS ontvangen bericht vertrok het Nederlandse fregatschip HUGO MOLENAAR, kapitein Schenk, de 18e dezer van Sydney naar Melbourne, om daar naar het Kanaal te laden.
NRC 02 april 1899114
Rotterdam 1 april. Volgens van de directie der Maatschappij Neptunus ontvangen bericht vertrok het Nederlandse fregatschip HUGO MOLENAAR, kapt. Schenk, 1 april van Geelong naar het Kanaal voor orders.
|