Familiegegevens en opleiding
F.Gierke werd geboren te Stralsund op 17 november 1784.
Hij trouwde met Catharina Maria Roelofs, geboren te Lübeck op 28 oktober 1798. Het echtpaar kreeg een dochter op 16 maart 1817 en een dochter op 27 april 1818. 003.
F.Gierke overleed in 1825 te Amsterdam.003
F.Giercke, vlagnummer 66, is overleden in 1825.084.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
F.Giercke werd met nr.66 lid van het Amsterdams zeemanscollege "Zeemanshoop". Verdere gegevens zijn niet vermeld002.
In de Algemene Ledenvergadering van het college op 25 augustus 1824 werd F.Giercke, oud 39 jaar, wonende op de Blaauw Burgwal met vlagnummer 66 aangenomen als effectief lid op voordracht van K.Visman023.
Lid van het WZF per 05 oktober 1825
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 december 1825 staat vermeld dat een uitkering is toegekend aan de wed. F.Gierke geb. C.M.Roelufs voor haar en haar 2 kinderen.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 31 maart 1831 staat “Een verzoek van J.D.Woelfer zeggende te vorderen te hebben f 66,32 aan brood van de Wed. Kapt. F.Gierke verzoekende betaling of inhouding van haar pensioen. Er wordt hetzelve buiten deliberatie gehouden.”042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 mei 1833 staat vermeld een “Brief van C.M.Roelofs wed van Kapit. F.Gierke verzoekende afgekocht te worden voor haar onderstand wenschende te Stockholm te gaan leven.” Dit verzoek werd afgewezen.042.
De wed. F.Gierke geboren Johanna Maria Roelofs, geboren 28 oktober 1798, wonende te Amsterdam kreeg bij besluit van 14 februari 1826 met ingang van 01 februari 1826 een uitkering van Zeemanshoop. Vermeld is “naar Zweden”.118
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop in Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
66 1825 kof De Vlashandel L.Bouwman
Bouma025 vermeldt F.Gierke als gezagvoerder gedurende:
* 1819 t/m 1825 van de kof “Vlashandel”, geen vermelding van bouwgegevens, thuishaven en eigenaar. De kapitein is in 1825 overleden.
In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Frederick Gier(c)ke op de:
“Vlashandel”, dd 13 oktober 1820; 28 september 1821; 19 september 1822; 15 september 1823; 09 november 1824 en 25 oktober 1825.
Overige bijzonderheden
Rotterdamsche Courant 13 april 1819114
Londen, 9 april. Het schip de VLASHANDEL, Geirke, van Cette (opm: Sète) naar Amsterdam, is den 5 dezer met een gescheurde mast te Ilfracombe binnengelopen.
Rotterdamscche Courant 13 december 1821114
Amsterdam, 11 december. Te Antwerpen zijn gearriveerd Bruins en Sikkes van Amsterdam; te Livorno F. Giercke van Amstersam; dezelve heeft de reis van Texel tot door de Straat (opm: Straat van Gibraltar) in 15 dagen afgelegd, doch sedert met tegenwind en stilte moeten worstelen.
Rotterdamsche Courant 2 mei 1822114
Amsterdam, 26 mei. Volgens brief van kapt. F. Gierke, voerende het schip (opm: kof) de VLASHANDEL, den 22 van Port Maurice naar Amsterdam vertrokken, geschreven op 49º50’ breedte 40º30’ lengte west van Greenwich, met een brief van Plymouth van den 19 mei, had hij reeds enige dagen met oostelijke winden in de beste staat in het Kanaal gekruist.
Rotterdamsche Courant 24 december 1822114
Amsterdam, 22 december. Kapt. F. Giercke, voerende het schip (opm: galjoot) de VLASHANDEL, van Amsterdam te Genua gearriveerd, meldt van daar, in dato den 7 dezer, dat hij met gunstige wind tot buiten de Gronden (opm: het ondiepe gedeelte van de Atlantische Oceaan voor de ingang van Het Kanaal; ruwweg het gebied binnen de 100 vademlijn) gekomen zijnde, de wind toen Z.Z.W. tot W. veranderde, tot op 44º N.B. 10º30’ lengte (opm: W.L) gevorderd zijnde, woei het zo hard, dat hij Kaap Finisterre niet durfde naderen, maar om de Noord halsde; heeft vervolgens vier weken vreselijk slecht weer gehad, zodat hij geen zeil kon voeren en het schip gestadig onder water lag; verloor twee watervaten, kreeg enige schade aan zeilen en kwam eindelijk den 2 dezer te Genua, zonder verdere schade. Nauwelijks daar vertuid zijnde (opm: het schip ligt vóór achter twee ankers; vanaf het achterschip zijn trossen of draden kruislings op bolders of boeien uitgebracht, waarbij het oog weer aan boord is genomen; bij vertrek kan men vanaf het schip de draden eenvoudigweg laten slippen, en na het thuishieuwen van de ankers de ligplaats verlaten), begon het weder verschrikkelijk hard te waaien, vergezeld van zware donder en vreselijk hoge zee, die hem echter geen schade veroorzaakte; alleenlijk werd zijn stuurman door de bliksem ligt gekwetst. Kapitein Giercke dacht tegen half december de reis naar Livorno voort te zetten.
Kapitein De Vries, naar Amsterdam bestemd, had enige schade bekomen, en op een Genuees schip waren vier man op het dek en elf ossen in het ruim door de bliksem gedood.
Datum vanaf: |
18?? |
Kapitein: |
Schultz, Johan |
Overige informatie: |
0 |
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Het Archief van de Amsterdamsche Waterschout in het Stadsarchief van Amsterdam11a bevat monsterrollen met als gezagvoerder Cornelis (Jansz) Kraay op de:
”Neptheunis”, dd 11 mei 1784;
“Batavier”, dd 27 september 1785; 29 september 1786; 01 augustus 1787;
“Pelikan”, dd 07 juni 1788;
“Eendragt”, dd. 03 september 1789;
“Vriendschap”, dd. 16 juni 1809;
“Surinaamse Vrienden”, dd. 19 september 1814; 12 september 1815; 13 augustus 1816; 05 september 1817; 22 juni 1818.
Inventaris 38-108. Brik “Drie Gebroeders”, kapitein Cornelis Kraaij, dd 31 augustus 1818, bestemming Suriname, boekhouder E.Smit. 15 bemannigsleden m.n. opperstuurman, onderstuurman, timmerman, bootsman, kok, 7 matrozen, ligtmatroos en een kajuitwachter.
Inventaris 38-112. Brik “Drie Gebroeders”, kapitein Cornelis Kraaij, dd 17 september 1819, bestemming Suriname, boekhouder Evert Smit in de Koog. 13 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman, bootsman, timmerman, kok, 7 matrozen, kajuitwagter.
Inventaris 38-115. Brik “De Drie Gebroeders”, kapitein Cornelis Kraaij, 13 september 1820, bestemming Suriname, boekhouder Everrt Smit in de Koog, 14 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman, bootsman timmerman, kok, 7 matrozen, jongen en een kajuitwachter.
Overige bijzonderheden
Rotterdamscche Courant 22 november 1814
Amsterdam, den 20 November. Extract uit een brief van Londen, in dato 15 November. Het schip de SURINAAMSCHE VRIENDEN, kaptein C. Kraay, van Amsterdam na Surinamen gedestineerd, hebben wij ter rheede van Douvres aangetroffen; de wind den volgenden dag oostelijk zijnde en enige volgende dagen dus aangehouden hebbende, is er geen minste twijfel of hetzelve zal nu het einde van het kanaal wel bereikt hebben.
Rotterdamsche Courant 16 mei 1818114
Amsterdam, 14 mei. Met kaptein G. Kaleshoek, den 26 maart van Surinamen vertrokken en den 10 mei in Texel binnengekomen, heeft men berigt, dat de schepen de SURINAAMSCHE VRIENDEN, kaptein Cornelis Kraay, en MARTHA EN ELISABETH, kaptein Klaas Scholl, het eerste circa drie weken en het laatste zeven dagen voor hem gezeild zijn; alsmede dat veertien dagen na hem zouden volgen de schepen de VROUWE JEANNE, kaptein Barend Calgren, en HOOP EN LIEFDE, kaptein T. Macheelsen (opm: Tede Machielsen), en den 4 april het schip WILLEM DEN EERSTEN, kaptein J. Precht, alle naar Amsterdam.
Te Surinamen is gearriveerd A. Roos van Amsterdam, laatst van Havre; dezelve zou omstreeks den 20 april met een lading koffij en katoen de terugreis aannemen, en J. Nobel van hier, laatst uit Engeland.
Rotterdamsche Courant 08 juni 1819114
Amsterdam, 6 juni. In een brief van Curaçao, van den 27 maart, wordt gemeld, dat aldaar afgekeurd was het schip (opm: fregat) de SURINAAMSCHE VRIENDEN, kapitein C. Kraaij Jzn, van Surinamen naar Amsterdam; de goederen zouden overgeladen worden in het schip CAROLINA, kapitein Jan Bartels.
Familiegegevens en opleiding
M.Oosterbaan, vlagnummer 49, is vermist in 1825.084.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
M.Oosterbaan werd met vlagnummer 049 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop. Verdere bijzonderheden worden niet genoemd in het Inschrijfregister. Toegevoegd is “overleden”002.
In de Algemene Ledenvergaderingen van het Amsterdams zeemanscollege “Zeemanshoop” van 21/28 april 1824 wordt Mattheus Oosterbaan, “wonende op de Haarlemmerdijk”, als effectief lid aangenomen op voordracht van kapitein van de Abeele en “zullende voeren de vlag van het Kollegie N 49”023.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 januari 1826 staat een verzoek om ondersteuning van de huisvrouw van de vermiste kapitein Mattheus Oosterbaan, geb. B.S.Kraaij voor haar en 5 kinderen. In de notulen van de Bestuursvergadering dd 14 februari 1826 wordt besloten aan Barta Jacoba Kraaij en haar 5 kinderen een uitkeringe toe te kennen. Dit geldt voor de vermiste kapitein van de “Drie Gebroeders”, “zoolang er geene tijdingen van het leven … inkomen”.042.
In de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop op 31 januari 1826 wordt een brief gemeld van de weduwe van de vermiste kapitein M.Oosterbaan die om een uitkering verzoekt voor haar en haar 5 kinderen. Op dit verzoek wordt in de vergadering van 21 februari 1826 positief gereageerd023.
De wed. M.Oosterbaan geb. Barthe Jacoba Kraij, geboren 04 september 1796, woonplaats Amsterdam, werd per 17 februari 1826 met ingang van 01 februari 1826 een uitkering van Zeemanshoop toegekend. Toegevoegd is “overleden” maar zonder datum.118
De schepen van de kapitein
lid van het zeemanscollege “Zeemanshoop” te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
49 1825 brik De Drie Gebroeders E.Smit & Zn te Zaandam
Bouma025 vermeldt M.Oosterbaan als gezagvoerder gedurende:
* 1821 t/m 1825 van de brik “Drie Gebroeders”, geen bouwgegevens, varend voor E.Smit & Zn te Zaandam. Het schip werd in 1826 vermist.
In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Mattheus Oosterbaan als gezagvoerder dd.:
26 september 1821, brik “Drie Gebroeders”, bestemming Suriname, boekhouder E.Smit, 15 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman, bootsman, timmerman, koksmaat, 7 matrrozen, 2 ligtmatrozen en een jongen;
17 juni 1822, brik “Drie Gebroeders”, bestemming Suriname, boekhouder E.Smit, 14 bemanningsleden, i.c. opperstuurman, onderstuurman, bootsman, timmerman, kok, 7 matrozen, jongen en een kajuitwachter;
01 augustus 1823, brik “De Drie Gebroeders”, bestemming Suriname, boekhouder E.Smit, 13 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman, bootsman, timmerman, kok, zijlmaker/matroos, 6 matrozen, en een jongen;
16 april 1824, brik “De Drie Gebroeders”, bestemming Suriname, boekhouder E.Smit, 14 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman, bootsman, timmerman, kok, zijlmaker-matroos, 6 matrozen, koksmaat en een kajuitwachter.
22 oktober 1824, brik “De Drie Gebroeders”, bestemming via New York naar Suriname boekhouder E.Smit,
14 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman, bootsman, timmerman, kok, zijlmaker-matroos, 6 matrozen, koksmaat en een kajuitwachter.
Overige bijzonderheden
Rotterdamsche Courant 20 augustus 1822114
Amsterdam, 18 augustus. Het schip de DRIE GEBROEDERS, kapt. M. Oosterbaan, den 3 augustus uit Texel naar Surinamen gezeild, is den 8 dito bij de Singels (opm: ondiepten in de inham bij Winchelsea, 10 mijl west van Dungeness) gepraaid, hebbende de wind W.Z.W. met flauwe koelte; hetzelve was met de equipagie en passagiers in goede staat.
|