Inloggen
ARGYLE - ID 12300


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1816-04-20 / 1827-10-00 | Reden uitgevlagd: Sloop, afgekeurd

Identification Data

Bouwjaar: 18??
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Fregat
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Built abroad
Technical Data

Gross Tonnage: 160.00 lasts
 
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1816
Datum agenda: 1816-04-20
Register nr: 18160310
Scheepsnaam: ARGIJLE
Type: Fregat
Lasten: 160
Gebouwd in binnen- of buitenland: Buitenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Faesch & Comp.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Vully, J.
Opmerkingen: Eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1814-00-00 THE ARGYLE
Manager: John Afflick, Liverpool, England
Eigenaar: John Afflick, Liverpool, England
Shareholder:
Homeport / Flag: Liverpool / England

Date/Name Ship 1816-04-17 ARGYLE
Manager: Firma Faesch & Co., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Firma Faesch & Co., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands
Additional info: Prijs: NLG 24.000,-

Ship Events Data

1827-10-00: Final Fate: Condemned

De ARGYLE wordt in oktober 1827 afgekeurd en voor de sloop verkocht.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Jacques Vully werd geboren te Amsterdam op 04 maart 1781.

Hij was gehuwd met Carolina Tuys, geboren te Amsterdam op 05 mei 1785. Vermeld zijn 2 dochters (27 september 1820 en 07 september 1827) en 2 zonen (04 september 1822; 21 januari 1825). Carolina overleed op 14 augustus 1871.118

Overleden in 1848003.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.Vully werd met vlagnummer 141 per 18 oktober 1825 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein P.F.Wegener. Toegevoegd is “overleden” 002.

In de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop van 11/18 oktober 1825 werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Jacob Vully, oud 45 jaar, wonende in de "binnen dommerstraat". De voordracht was door P.F.Wegener en zijn vlagnummer werd 141023.

 

Jacques Vully werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 03 auguatus 1830.

 

Hij was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1825 t/m 1848met vlagnummers 141 (1825 t/m 1836) en 81 (1836 t/m 1848)

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 september 1826 staat een aanvrage om ondersteuning aan de manschappen van het schip “Sapho” onder kapitein J.Vully “als zeggende door rovers op hunne terugreize van Smirna van hun goederen te zijn beroofd … “. Een commissie stelt een onderzoek in. 042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 26 oktober 1826 wordt verslag gedaan door een commissie over de eventuele uitkering aan de manschappen van de “Sapho”. De commissie merkt op dat ze toch niet zo berooid kunnen zijn geweest als ze zeggen, omdat ze immers met hetzelfde schip weer thuis zijn gekomen. “Ten andere is het Uwe kommisie gevaarlijk voorgekomen, zeelieden alteid schadeloos te stellen voor de gevolgen & verliezen van de avontuuren der zee, immers dan wanneer zij door eigen verliezen worden aangespoord de gevaren tegen te gaan, en met geene onverschilligheid die te ondergaan of te ontduiken.” De comissie adviseert dan ook geen uitkering te verstrekken. Om toch aandacht te hebben voor het geleden verlies suggereert de commissie om bij een volgende reis de gedane stortingen van de “Sapho” terug te geven en te gebruiken voor die volgende reis. Het Bestuur verklaart zich accoord met deze advisering.042

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 januari 1830 wordt besloten een aantal leden aan te schrijven met het verzoek de verschuldigde financiën te voldoen, waaronder J.Vully.042

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 24 december 1834 staat een verslag van de penningmeester inzake strubbelingen met de contributiebetaling door enige effectieve leden.

     Weledele Heeren!

     Peningmeesteren van het Zeemans Collegie Zeemans Hoop gaarne voldoende aan de uitnoodiging van UWelEd. om eene korte opheldering te ontvangen omtrent de volgende in hunne handen gesteld zaken hebbende een UWelEd daarop het volgende te bemerken

     In de Vergadering van 30 Aug. 1832 N.2 Klagte van Kapt J.Vully wegens zijne Storting deze zijn door hem weder ingetrokken en alzoo buiten deliberatie gebleven. … “042.

In de Bestuursvergadering  dd 28 september 1837 verzoekt J.Vully om onderstand “uit hoofde van behoeftige omstandigheden”. In de notulen dd 26 oktober 1837 wordt gemeld dat het verzoek is afgewezen op reglementaire gronden. Maar er is “bovendien gebleken dat hij geene gebreken heeft.”

In de Bestuursvergadering dd 30 november 1837 staat een verzoek om uitstel van betaling. Het Bestuur geeft hem de tijd tot 01 februari 1838 zijn schuld aan te zuiveren.042.

In de Bestuursvergadering dd 29 november 1838 staat een verzoek van J.Vully om uitstel van betaling, hetgeen wordt verleend tot 01 januari.042

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 25 maart 1841 staat het verzoek van kapitein J.Vully om een uitkering, welke in de vergadering dd 29 april 1841 wordt toegekend.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 november 1848 staat een verzoek van de wed. J.Vully, geb. Tuijs om een uitkering. In de vergadering van 28 december 1848 gaat het Bestuur accoord per 01 februari 1849 “mits overleggende bewijs van huwelijk.”042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop van 05 december 1837 werd een aanvraag om ondersteuning behandeld van J.Vully. Deze werd van de hand gewezen “… als zijnde de verzoeker noch geene 60 Jaren en ook niet buiten staat om te werken.”023.

In de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 25 mei 1841 wordt aan kapitein J.Vully een uitkering (bedrag niet genoemd) toegekend “uit hoofde van ouderdom en behoeftige omstandigheden” ingaande 01 mei 1841.023.

In de Algemene Vergadering dd 16 januari 1849 wordt een aanvraag om ondersteuning van de weduwe J.Vully toegestaan ingaande 01 februari 1849 “mits overleggende het bewijs van voltrokken huwelijk.”023. (deze toevoeging is opmerkelijk. Was er voor het Bestuur reden om te twijfelen aan de formeel-echtelijke staat van Vully?)

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop in Amsterdam001

vlagnummer                 jaren                      type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

       141                         1825                      fregat              Sapho                                                   S.Paleologo

                                        1826                      galjoot            Sapho                                                   idem

                                     1827-1829                geen vermelding van schip en boekhouder

                                        1830                      brik                  de Verwachting                                   geen opgave

                                     1831-1835                geen vermelding van schip en boekhouder

        81                       1836-1848                geen vermelding van schip en boekhouder

                                        1848                      "overleden"

 

     Bouma025 vermeldt J.Vully als gezagvoerder gedurende:

*   1816 t/m 1817 van het fregat “Argyle”, bouwgegevens ontbreken, varend voor Faesch & Co te Amsterdam;

*   1826 t/m 1827 van de bark-galjoot “Sappho”, geen bouwgegevens vermeld, varend voor S.Paleologo te Amsterdam;

*   1831 t/m 1837 van de brik “Goede Verwachting”, gebouwd in 1800, bouwlocatie niet vermeld, 180 ton o.m., varend voor Kraanstuiver te Amsterdam;

*   1831 van de brik “Verwachting”, geen vermelding van bouwgegevens, thuishaven en eigenaar. Toegevoegd is “Zeemanshoop”.

     Is hetzelfde schip als de “Goede Verwachting” hiervoor.

 

Het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevat monsterrollen op naam van kapitein Jacob(us) Vally op de:

“Argyle”, dd 22 april 1816; 14 oktober 1816;

“Sapho”, dd 21 oktober 1825;

“Verwagting”, dd 29 juli 1830.

 

Overige bijzonderheden

Rotterdamsche Courant 06 september 1817114

Overzicht van uit- en binnenzeilende schepen Texel en Vlie:

Amsterdam, 4 september. Sedert onze laatste zijn in Texel binnengekomen T. Vully van Surinamen,

Is dit dezelfde als J.Vully?

 

 

Datum vanaf: 1816
Kapitein: Vully, Jacobus (Jacques)
Overige informatie: 1816-04-20

Familiegegevens en opleiding

Jacob van Ulphen werd geboren te Nieuwe Pekela en gedoopt op 17 december 1788 in de A-Kerk te Groningen als zoon van Jacob van Ulphen en Harmanna Jacoba Winters.

Jacob overleed op 11 mei 1855 te Groningen, 67 jaar. Geen relatie genoemd en wellicht ongetrouwd gebleven.

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J. van Ulphen als gezagvoerder gedurende:

*   1818 van het fregat “Argyle”, bouwgegevens ontbreken, varend voor Faesch & Co te Amsterdam;

 

In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein J. van Ulphen als gezagvoerder van de:

“Argyle”, dd 24 oktober 1817; 06 april 1818;

“Hermanna Jacoba”, dd 22 oktober 1819; 14 juli 1820; 02 maart 1821; 28 februari 1822; 14 maart 1823; 20 december 1823;

“Gerhardus Johannes”, dd 01 november 1824; 19 mei 1825; 22 oktober 1825;

“Harmanna Jacoba, dd 02 september 1828; 19 maart 1829;16 september 1829; 14 april 1830; 11 november 1830; 24 mei 1831; 24 maart 1832; 22 augustus 1833; 16 mei 1834.

 

Overige bijzonderheden

Rotterdamsche Courant 07 december 1820114

Amsterdam, 5 december. Kapt. J. van Ulphen, van Bordeaux den 2 december in Texel binnen, heeft den 26 november, op de hoogte van Bevesier (opm: Beachy Head), in goede staat zeilende, gepraaid het schip MARIA FREDRIKA, kapt. W. Swart, den 22 dito uit Texel gezeild naar Surinamen.

 

Rotterdamsche Courant 08 mei 1821114

Rotterdam, 7 mei. Te Bordeaux is gearriveerd J. van Ulphen van Amsterdam; te Rendsburg J.B. Mulder van Rotterdam, en G.C. Bakker en P.J. Smit; te Kopenhagen J.H. Barends van Amsterdam.

 

Rotterdamsche Courant 14 juli 1821114-

Rotterdam, 13 juli. Van Vlissingen wordt van den 10 juli gemeld:

Den 8 dezer …..

….. voor Antwerpen bestemd alhier ter rede gekomen HARMANNA JACOBA, J. van Ulphen, van Sendres; MARIA CATHARINA, O.M. Scholl, van Noirmontier; de JEUNE COLLETTE, C. Nierijnk, van Cette (opm: Sète); de VROUW MARGARETHA, G. Pijbes, van Bordeaux; MATHILDA, S. Whileij, en de PILOT, R. Sly, van Londen; de EENDRAGT, H.J. Korter, van Liverpool; de DRIE GEBROEDERS, H. Schwitters, van Petersburg, en VESTA, J.S. Keijser, van Marseille.

 

 

Datum vanaf: 1817
Kapitein: Ulphen, Jacob van
Overige informatie: 1817-10-22

Familiegegevens en opleiding

Michiel Dirks Spreeuw werd gedoopt te Den Burg op Texel 17 maart 1787 als zoon van de zeeman Dirk Michielsz Spreeuw en Cornelisje Kleun.

Michiel trouwde op 23 oktober 1819 te Texel als koopvaardijkapitein met Maartje Dijt, geboren ca. 1791 te Texel als dochter van de landeigenaar Hendrik Dijt en Martje Hendriks Boom.

“ Heden overleed, aan verval van krachten, in den ouderdom van ruim 66 jaren, Mejufvrouw MAARTJE DIJT, Weduwe van den Heer Michiel Spreeuw.

AMSTERDAM 4 maart 1858  Strekkende deze tot algemeene kennisgeving.”

Annoncecollectie Centraal Bureau voor Genealogie

Michiel overleed op 15 augustus 1854 te Amsterdam en werd begraven op het RK kerkhof bij de kerk De Liefde in Amsterdam

Hij vestigde zich in Amsterdam. Het echtpaar had geen kinderen en liet een vermogen van f 240.000 na. Ook stichtten zij het familiehuisje in de Molenstraat in Den Burg.

Hij is tijdens zijn reizen overvallen door een kaperkapitein, die na het inzien van zijn papieren, hem verder ongemoeid heeft gelaten. Hij sprak: "mijn familie besteel ik niet"; het bleek zijn neef te zijn (Jan Sluijs).

Ook is er een dubbele woning met ingemetselde steen, waar de namen van hem en zijn vrouw op staan, gebouwd alleen voor behoeftige familie.Hij was zeer gefortuneerd.

Mede ontleend aan http://www.genealogieonline.nl/genealogie-gomes/I24651.php en aan www.wiewaswie.nl

 

Op 1 maart 1837 wordt, na het overlijden van de tweede vrouw van Hessel Murk Lels, het toeziend voogdijschap van de vier minderjarige kinderen van Hessel Murk Lels en zijn eerste vrouw “toegekend aan Michiel Spreeuw, beschreven als goede vriend binnen het gezin, oud koopvaardij kapitein”.

Uit: Geslachtslijst familie Lels en Lelsz” Berend Lels Krimpen aan de IJssel. Uitg.Lelsz Lels Stichting 1998 223pp. Gegevens op p.106/107.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

M.Spreeuw was lid van het Amsterdamse zeemanscollege “De Blaauwe Vlag” en wel in 1827 t/m 1830 met vlagnummer 41 en van 1832 t/m 1840 met nummer 13008.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt M.Spreeuw als gezagvoerder gedurende:

  • * 1819 t/m 1821 van het fregat “Argyle”, bouwgegevens ontbreken, varend voor Faesch & Co te Amsterdam;
  • * 1824 t/m 1825 op het 3/m schip “Wilhelmina”, gebouwd aan de Oostzee in 1820, 388 ton o.m., geen vermelding van thuishaven en eigenaar.

 

In het Archief van de Amsterdamse Waterschout011a bevindt zich monsterrollen op naam van kapitein Michiel Spreeuw op de

“Onderneeming”dd 07 april 1814;

“Planter”, dd 12 april 1815 en 01 november 1815;

“Pouline”, dd 06 augustus 1816; 24 juli 1817 en 20 april 1818;

“Constantia”, dd 01 mei 1818;

“Argyle”, dd 28 september 1818, 16 april 1819 (zie hierna); 15 november 1819; 06 september 1820 en 28 maart 1821

 

38-110 16 april 1819, fregat Argyle, kapitein Michiel Spreeuw, Nederlandse vlag, bestemming Suriname, boekhouders Faes & Co, 17 bemanningsleden, waaronder de opperstuurman Dirk Spreeuw van Texel en de onderstuurman Piter Kooger van Texel.

 

“Kolonist”, 08 oktober 1821;

“Strever”, dd 12 april 1822; 10 oktober 1822;

“Wilhelmina”, dd 10 september 1824; 23 april 1825; 21 april 1826 en 09 oktober 1826.

 

Overige bijzonderheden

Rotterdamsche Courant 06 september 1817114

Overzicht van uit- en binnenzeilende schepen Texel en Vlie:

Amsterdam, 4 september. Sedert onze laatste zijn in Texel …. uitgezeild M. Spreeuw … naar Surinamen, …

 

Rotterdamsche Courant 24 maart 1818114

Amsterdam, 22 maart. Te Surinamen is gearriveerd J. van Ulphen; dezelve dacht in het begin van februari de terugreis aan te nemen, te gelijk met het schip PAULINE, M. Spreeuw; het schip de PLANTER, R. Gabriëls, zou mogelijk half januari zeilen.

 

Rotterdamsche Courant 25 april 1818114

Amsterdam, 23 april. Volgens berichten uit het Nieuwe Diep, zoude het schip PAULINA, gevoerd bij kaptein M. Spreeuw, van hier naar Surinamen gedestineerd, door een onbekend toeval in de brand en geheel afgebrand zijn, zo men zegt, zoude één man en de kajuitsjongen het leven erbij verloren hebben.

 

Rotterdamsche Courant 28 april 1818114

Amsterdam, 26 april. Het Fregatschip PAULINE (opm: in RC 250418 en LC 280418 geschreven als PAULINA), kapt. M. (opm: Michiel) Spreeuw, van Amsterdam naar Surinamen gedestineerd, in de haven van het Nieuwe Diep liggende, heeft den 22 april, des avonds, op zijde gekregen het ligterschip van Simon Koorn, de vorige dag van Amsterdam vertrokken, uit welke het de plunje van de equipagie, benevens twee vaatjes buskruit heeft overgenomen; de volgende ochtend ten vier uren ontdekte de wacht aan boord van de PAULINE brand, die, zo het scheen, in de kajuit ontstaan was en ondanks alle aangewende pogingen ter blussing zodanig toenam, dat een half uur later de gezegde vaatjes buskruit vuur vatten en in de lucht vlogen; de bodem is tot het water toe afgebrand, en men heeft slechts een klein gedeelte van de takelagie kunnen bergen; de equipagie heeft zich gered, doch de voormalige stuurman van kaptein Spreeuw wordt vermist.

 

Rotterdamsche Courant 17 september 1818114

Amsterdam, 15 september. De schepen CONSTANTIA, kapt. M. Spreeuw, en DE HARMONIE, kapt. H.J. de Bloom, den 12 september in Texel binnengekomen van Surinamen, zijn beide den 31 juli van daar vertrokken, tegelijk met de schepen SPECULATION, kapt. Thomas Pietersz; de VRYHEID, kapt. Rinse Sjeerd Rinses; JOHANNA PHILIPPINA, kapt. Willem de Boer; AURORA, kapt. Albert Ahlers; IGNATIA EN JENNY, kapt. Jan Nobel; en CATHARINA ANNA HELENA, kapt. Freerk Machielsen; naar Amsterdam.

 

Rotterdamsche Courant 01 april 1819114

Amsterdam, 30 maart. Kaptein M. Spreeuw, voerende het schip ARGIJLA, den 26 maart in Texel van Surinamen binnen gekomen, is den 13 februari van daar gezeild, en zou veertien dagen later gevolgd worden door het schip de STREEVER, kapt. Pieter Pietersen, mede naar Amsterdam.

 

Rotterdamsche Courant 23 september 1819114

Amsterdam, 21 september. Sedert onze laatste zijn in Texel binnengekomen M. Spreeuw van Surinamen; dezelve ligt nog in het gat ten anker; kapitein Doeksen van Archangel, L.G. de Lange van Drontheim, H.H. Bleeker van Veere en M. Sanne van Dramme.

 

Rotterdamsche Courant 30 maart 1820114

Amsterdam, 28 maart. Te Surinamen zijn gearriveerd Z.M. oorlogs-korvette DE KOMEET, kapitein-luitenant Blom, van Helvoet, laatst van de kust van Guinea (opm: zie RC 010220); M. Spreeuw, in 56 dagen, en R.C. Saide, in 45 dagen, van Amsterdam;

te Demerarij H. Holger, hebbende uit hoofde van slecht weêr en tegenwinden 5 weken en drie dagen reis van Amsterdam.

 

Rotterdamsche Courant 01 juni 1820114

Amsterdam, 30 mei. Kapitein Spreeuw heeft den 26 mei, 8 mijlen oost van de Goeree, in goede staat gepraaid het schip de VEREENIGING, kapt. A. Roos, den 23 dito uit Texel naar Surinamen gezeild.

 

Rotterdamsche Courant 25 juli 1822114

Amsterdam, 23 juli. Van Surinamen zoude half juni vertrekken het schip INDUSTRIE, A. Brons, naar Rotterdam; den 15 juli het schip HENRIETTE, J.E. Schneebeke, naar Amsterdam, en ultimo juli de schepen MARIA, F.H. Zeijlstra, HARLINGEN, L. Buisman; IPENRODE, A.F. Oosterlo, GODEFRIDA, H. Hansen; de STREVER, M. Spreeuw, MARIA FREDRIKA (opm: brik MARIA FREDERICA), W. Swart; CONCORDIA, W. Groen en l’AUGUSTE, J. Hulsen Jr, alle mede naar Amsterdam, en HYPERION, H.S. Bruinsma, naar Rotterdam.

 

Rotterdamsche Courant 27 maart 1823114

Amsterdam, 25 maart. Het schip DE STREVER, kapt. M. Spreeuw (opm: fregat, ex TWEE VRIENDEN, kapt. Machiel Spreeuw), met suiker en katoen van Suriname naar Amsterdam, is, volgens brief van de Nederlandse consul te Boulogne-sur-Mer, in dato 22 dezer, die nacht op de kust van Lornel (opm: monding Canche-rivier), tussen Boulogne en Etaples, gestrand. Het schip zat met de eb onder water, zodat van hetzelve en van de lading denkelijk niet veel geborgen zou worden. Het volk is gered en onder quarantaine gesteld.

 

Amsterdamsche Courant 11 april 1825114

Texel, 9 april. De wind ZZO. Binnengekomen: TWEE GEBROEDERS, kapt. J. Mortier, van Hull; TRUSOSTRE, kapt. O.S. Bioness, van Drammen; voorgaats WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw, van Suriname…..

 

Amsterdamsche Courant 12 april 1825114

Texel, 10 april. De wind O. Stil. Binnengekomen: WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw, van Suriname; DE AREND, kapt. H. Elbring, van Londen; VERWACHTING, kapt. S, de Vries, van Liverpool…..

 

Amsterdamsche Courant 28 september 1825114

Amsterdam, 26 september. Door Alkmaar zijn langs het Noord-Hollandsche Kanaal gepasseerd: Den 18 september TROMP, kapt. R.T. Nolles, van Riga naar Amsterdam; WILHELMINA, kapt. Spreeuw, van Suriname naar Amsterdam; D' ANDIJ, kapt. H.J. Gibs, van Liverpool naar Alkmaar; 20 dito, ST. NICOLAAS, kapt. Okke Olferts, van Cette, laatst van Gibraltar naar Amsterdam; 22 dito, THE FOUR BROTHERS, kapt. W.P. Dixon, van Boston naar Amsterdam; 24 dito, de ZAANVLIET, kapt. Olfert Sijmons, van Bayonne naar Amsterdam; TENERIFFE PACKET, kapt. J.J. Lausen, van St. Cruz de Teneriffe, naar Amsterdam.

 

Amsterdamsche Courant 15 november 1825114

Texel, 13 november. Binnengekomen: VREDE EN VRIJHEID (opm: kof), kapt. F.A. Lammers, van Drammen.

Uitgezeild: Zr.Ms. oorlogscorvet TRITON, kapt. luit. van Dura en ONDERNEMING, kapt. M. Lels, beide naar Batavia; JUFVROUW AAGJE, kapt. K.H. Ruijl, WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw, ELISABETH CORNELIA, kapt. P.H. Bos, NOORD-HOLLAND,…

 

Rotterdamscche Courant 01 april 1826114

Amsterdam, 30 maart. Kapitein M. Spreeuw, voerende het schip WILHELMINA, van Suriname naar Amsterdam, meldt in dato den 21 dezer, uit Het Kanaal, bij Douvres, dat hij aldaar den 12 aangekomen was en nog ten anker lag, na den vijf februari, tegelijk met het schip IPENRODE, kapt. A.F. Oosterlee, van Suriname vertrokken te zijn; de aanhoudende sterke NO wind verhinderde hem de reis te vervolgen.

 

Amsterdamsche Courant 08 mei 1826114

Texel, 5 mei. MINERVA, kapt. M.C. Brandt en LOUISA, kapt. E.A. Bakker, beide van Koningsberg; SVANOEN, kapt. L. Krogh, NEPTHUNES, kapt. E.J. Swart en ANNA MARGARETHA ELISABETH, kapt. J. Mareussen, alle drie van Drammen; 2 SÜSTRE, kapt. L. Holst, van Holmstrand.

Uitgezeild: WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw, naar Suriname; WAVE, kapt. J. Kelly, naar Boston; PROTECTION, kapt. F. Williams

 

Amsterdamsche Courant 26 mei 1826114

Texel, 24 mei. ….Uitgezeild: JONGE JAN, kapt. M.P. van der Zee, naar Londen; OCEAN, kapt. C. Stiebold, naar Nerva. Uit de quarantaine ontslagen kapt. Douwes, gisteren binnengekomen, heeft op 30 april op 48 gr. noorderbreedte, 07 gr. 82 min. west van Greenwich, gezien een schip, met Antwerpen No. vlag 85, zijnde kapt. F. Hoed, van Antwerpen en op 7 mei bij Goudstaart (opm: Start Point), kapt. M. Spreeuw, van Amsterdam naar Suriname, beide in goede staat.

 

Amsterdamsche Courant 12 juli 1826 114

Te Suriname zijn aangekomen: den 27 mei, THE REGENT, kapt. J. Morris, van Rotterdam, in 23 dagen: DE KOLONIST, kapt. L. Wildschut, van Amsterdam; den 30 mei: JOANNES ARNOLDUS, kapt. P.J. Kerkhoven, WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw en ARGYLE, kapt. D. Spreeuw, alle drie van Amsterdam. – Den 15 mei zijn van daar gezeild: MARGARETHA JOHANNA, kapt. A.A. Herman, naar Amsterdam; en PARAMARIBO, kapt. W. Turnbull, naar Rotterdam.

 

Rotterdamsche Courant 15 augustus 1826114

Amsterdam, 13 augustus. Scheepvaartberichten:

- Kapitein W. Groen, in Texel binnen, van Suriname, is den 16 juni van daar gezeild, ook zou den 30 dito van daar zeilen het schip DE KOLONIST, kapt. L. Wildschut, en medio juli het schip WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw, beiden naar Amsterdam; voorts bericht hij, den 3 dezer, op de hoogte van Goudstaart (opm: Start Point), in goede staat zeilende, gepraaid te hebben een kof, van Amsterdam naar Bilbao, tonende de vlag van Zeemanshoop, met No. 160, zijnde die van kapt. R.F. Melleman, voerende het schip DE JONGE SIJBRAND.

- Het schip MAESE, kapt. S. Hall, van Rotterdam naar Boston, te Cowes binnen, heeft den 4 dezer de reis voortgezet.

 

Amsterdamsche Courant 26 augustus 1826114

Texel, 24 augustus. Binnengekomen: WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw, van Suriname, dezelve heeft den 31 juli op 38 gr. noorderbreedte en 51 gr. lengte, gepraaid ZORGVULDIGHEID, kapt. J. Hulsen, van Suriname naar Amsterdam; en den 23 augustus voor de Hoofden (opm: Nauw van Calais) gepasseerd HENRIETTE, kapt. J.E. Schneebeeke, van Amsterdam naar Suriname; IKINA WILHELMINA, kapt. J. Vegter, van St. Martin; NORTHAM, kapt. D. Charrosin en ORWELL, kapt. R. Cubitt, beide van Londen.

Niets uitgezeild.

 

Rotterdamsche Courant 29 augustus 1826114

Amsterdam, 27 augustus. Kapitein M. Spreeuw (opm. schip WILHELMINA), van Suriname in Texel binnen, heeft, den 31 juli op 38 gr. noorderbreedte en 57 gr. lengte, gepraaid het schip DE ZORGVULDIGHEID, kapt. J. Hulsen van Suriname naar Amsterdam, en is den 23 dezer voor de Hoofden (opm: Nauw van Calais) gepasseerd het schip HENRIETTE, kapt. J.E. Schneebeke, van Amsterdam naar Curaçao en Suriname.

 

Amsterdamsche Courant 31 augustus 1826114

Advertentie. Heden ontving ik het voor mij en de mijnen zo treffend bericht, dat op den 14 juni jl. aan boord van het schip WILHELMINA, gevoerd door kapt. M. Spreeuw, op de rivier de Suriname, is overleden, mijn hartelijk geliefde en veelbelovende oudste zoon, Barend Christiaan, nog geen 16 jaren bereikt hebbende.

Amsterdam, den 25 augustus 1826, M.B. Bögeman

 

Amsterdamsche Courant 01 september 1826114

Amsterdam, 31 augustus. Gepasseerde schepen door Alkmaar, langs het Groot Noord-Hollandsche Kanaal.

Den 19 augustus, CHARLES AND HENRY, kapt. George Crofft, van Amsterdam naar Charlestown; den 20 dito, THE SPRIGHTLY, kapt. Ormund Smith, van Yarmouth naar Amsterdam, DE TWEE GEBROEDERS, kapt. P.T. Tromp, an Amsterdam naar Londen, THE PIONEER, kapt. H.B. Roze, van Alexandrië (Amerika) naar Amsterdam; den 22 dito, SUZANNA, kapt. F. Lange, (wijlen kapt. Scheider), van Batavia naar Amsterdam; den 23 dito, BRUNSWICK, kapt. John Page, van Amsterdam naar Londen; DE VROUW ELISABETH, kapt. D.J. Duintjer, van Amsterdam naar Hull; den 26 dito, DE COLONIST, kapt. L. Wildschut, van Suriname naar Amsterdam; WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw, van Suriname naar Amsterdam; MOZES, kapt. J. Falk, van Drammen naar Amsterdam.

 

Amsterdamsche Courant 21 oktober 1826114

Texel, 19 oktober. Binnengekomen: ADJUTER, kapt. J. Jonsen, van Drammen. Uitgezeild: WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw, naar Suriname; GEBROEDERS ZIJLSTRA, kapt. L.C. de Vries, naar Bilbao; DORP GAASTMEER, kapt. R.S. Visser en VROUW JANTJE, kapt. T.G. Mellema, beide naar Londen; DRIE GEBROEDERS, kapt. J.J. Orre, naar Hull

 

Amsterdamsche Courant 28 oktober 1826114

Texel, 26 oktober. ….Het schip WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw, van Amsterdam naar Suriname, is den 20 oktober te Ramsgate binnengelopen.

 

Amsterrdamsche Courant 24 januari 1827114

Texel, 21 januari. Uitgezeild: AMALIA ELIZABETH, kapt. C. de Wit, naar de kust van Genua.

Te Suriname zijn aangekomen, de 31e oktober (1826) DE ONDERNEMING, kapt. H. Eeltjes van Middelburg, 19 november (1826) WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw, GODEFRIDA, kapt. A. Hansen en de 22e dito DE VEREENIGING, kapt. W. de Boer.

 

Rotterdamsche Courant 15 maart 1827114

Amsterdam, 13 maart. Volgens brief van kapt. C. Meijer, voerende het schip DE VROUW ANTONIA, van Cette naar Amsterdam, was bij den 4 dezer, des avonds, te Cowes binnengelopen, na met de vreselijkste stormen te hebben geworsteld; hij had omtrent 1 el 4 palmen 1 duim en 6 strepen water in het schip, deszelfs gehele halfdek was ontzet en ging circa 1 palm en 3 strepen over en weer, de kluiverboom en een of twee balken waren gebroken, de kluiver verloren en meer andere schade veroorzaakt. Omtrent denzelven tijd waren aldaar nog zeven schepen binnengelopen, allen in bijna gelijke omstandigheden. Gemelde kapt. C. Meijer was den 7 dezer bezig met lossen, zo als ook de insgelijks te Cowes binnengelopen schepen BETSEY, kapt. H.N. Hener, van Bahia, SOPHIA, kapt. L.H.D. Doorman, van Havannah, beiden naar Hamburg. De schepen CATARINA ANNA HELENA, kapt. F. Groen, DE VROUW CORNELIA, kapt. D. Steenveld, WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw, zouden den eersten februari en de schepen SOPHIA MARIA, kapt. G.I. Roperhoff, DE KOLONIST, kapt. L. Wildschut, in dezelfde maand van Suriname vertrekken, allen naar Amsterdam gedestineerd.

 

Rotterdamscche Courant 20 maart 1827114

Amsterdam, 18 maart. Kapt. M. Spreeuw, in Texel binnen van Suriname, bericht dat den 1 februari van daar gezeild zijn de schepen DE MAASSTROOM, kapt. P.S. Schuil, naar Rotterdam en CATHARINA ANNA HELENA, wijlen kapt. F. Groen en DE KOLONIST, kapt. L. Wildschut, beiden naar Amsterdam, welke laatste door hem gepraaid is den 15 dito op 31 gr. 49 min. Noorderbreedte, 53 gr. 52 min. lengte West van Greenwich, zijnde toen aan boord alles wel…..

 

 

Datum vanaf: 1818
Kapitein: Spreeuw, Michiel Dirks
Overige informatie: 1818-10-03

Vermoedelijk de zoon van D.Spreeuw, één van de oprichters van “Zeemanshoop” (zie hiervoor). Zijn zuster was immers een dochter van een Dirk Spreeuw.

 

Familiegegevens en opleiding

Dirk Spreeuw werd geboren te Texel op 05 februari 1798 als zoon van Dirk Michiels Spreeuw en Cornelisje Kleun.

Hij trouwde te Amsterdam op 16 september 1830 als koopvaardijkapitein met Joanna Maria Grovendonck, geborente Orthen op 19 december 1799 als dochter van Godefriedus Grovendock en Anna van Hasselt. Na het overlijden van Dirk in 1841 hertrouwde zij in mei 1844 met Adrianus Henricus Coppens. Zij overleed op 03 oktober 1883118

Dirk overleed op 24 januari 1841 te Soerabaja.

 

 

Algemeen Handelsblad 29 juni 1841

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

D.Spreeuw werd met vlagnummer 94 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein P.F.Wegener. Toegevoegd is “overleden” 002.

In de Algemene Ledenvergadering van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” op 07 december 1824 werd Dirk Spreeuw, oud 26 jaar, wonende te Texel “bij zijne zuster Natje Dirks Spreeuw, huisvrouw van Willem Bakker”, met vlagnummer 94 aangenomen als effectief lid op voordracht van J.G.Bergveld023.

 

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 25 september 1830. Overleden 1841003.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering  van Zeemanshoop dd 29 juli 1841 staat een verzoek om uitkering van de wed.kapt. D.Spreeuw, geb. Provendonck. In de vergadering dd 26 augustus 1841 wordt deze toegekend.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 mei 1844 staat de mededeling dat de wed. D.Spreeuw is hertrouwd.042

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 juni 1877 vraagt de wed. Coppens geb. Grovendonck, eerder de wed. D.Spreeuw om herstel van uitkering hetgeen wordt toegestaan.042.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop van 07 september 1841 staat een aanvrage van de weduwe van kapitein D.Spreeuw voor een uitkering, welke met ingang van 01 februari 1841 werd toegestaan. In de notulen dd 23 juli 1844 staat dat de weduwe D.Spreeuw is hertrouwd met A.H.Coppens023

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

       94                        1825-1827    fregat              Argyle                                                   Faesch & Co

                                        1828          geen vermelding van schip en boekhouder

                                     1829-1831    fregat              de Kolonist                                           Moyet & Co

                                     1832-1833    fregat              de Harmonie                                        idem

                                        1834          pink                 de Harmonie                                        idem

                                        1835          bark                de Harmonie                                        idem

       53                        1836-1837    bark                de Harmonie                                        idem

                                     1838-1841    fregat              Elisabeth Antoinette                           G.C.Bosch Reitz

 

Bouma025 vermeldt D.Spreeuw als gezagvoerder gedurende:

  • * 1822 t/m 1828 op het 3/m schip “Argyle”, bouw- en tonnagegegevens ontbreken, varend voor Faesch & Co te Amsterdam, het schip wer in 1828 geveild;
  • * 1832 t/m 1835 op het 3/m schip “Kolonist”, gebouwd in 1817 te Middelburg, 520 ton o.m., varend voor Moyet & Co te Batavia
  • * 1833 t/m 1839 op het 3/m schip/pink “Harmonie”, gebouwd in 1814, bouwplaats niet vermeld, 275 ton o.m., varend voor Moyet & Co te Amsterdam; (hier zit een discrepantie met de vorige opgave en ook met die uit de AAKZ001 - zie hiervoor);
  • * 1840 t/m 1841 op het 3/m schip “Elisabeth en Antoinetta”, gebouwd in 1839 te Middelburg, 781 ton o.m., varend voor G.C.Bosch Reitz te Amsterdam.

 

In het Archief van de Amsterdamse Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich de monsterrollen op naam van kapitein Dirk Spreeuw op de:

“Argyle”, dd 12 november 1821; 27 september 1822; 19 augustus 1823; 03 april 1824; 12 oktober 1824; 09 mei 1825; 14 maart 1826; 11 oktober 1826;

“Colonist”, dd 17 oktober 1829; 13 april 1830; 25 september 1830; 09 april 1831;

“Harmonie”, dd 09 mei 1832; 04 oktober 1832; 13 november 1833; 31 mei 1834; 05 november 1834; 25 mei 1835; 23 november 1835; 17 mei 1836; 25 maart 1837; 21 september 1837; 19 oktober 1838.

En ook:

38-110 16 april 1819, fregat Argyle, kapitein Michiel Spreeuw, Nederlandse vlag, bestemming Suriname, boekhouders Faes & Co, 17 bemanningsleden, waaronder de opperstuurman Dirk Spreeuw van Texel en de onderstuurman Piter Kooger van Texel.

 

Overige bijzonderheden

“De Drie Gebroeders” op de rede van Paramaribo057:

25 november1837     ”... heden gearriveerd captijn Spreeuw, bark Harmonie ...”.

07 maart 1838           ”... heden vertrokken captijn Spreeuw bark Harmonie ...”.

De bark “De Harmonie” onder gezag van Dirk Spreeuw en met 14 manschappen dateerde de monsterrol op 21 september 1837 met bestemming Suriname. De boekhouders waren Moyet & Comp.011.-

 

Rotterdamsche Courant 03 mei 1821114

Amsterdam, 1 mei. Volgens brief van kapt. H.J. de Bloom, voerende het schip de HARMONIE, den 21 april uit Texel gezeild, in dato den 24 april, was hij in goede staat zeilende, hebbende Lézard (opm: Lizard) N.W. vijf mijlen van zich; de wind ZZW en stil. Van de met hem naar Surinamen gezeilde schepen ARGYLE, M. Spreeuw en de STREVER, J. Atssick, had hij sedert het passeren van de Hoofden (opm: Nauw van Calais) niets vernomen, doch de CORNELIA, C. van der Meij, was eerst die nacht van hem afgeraakt.

 

Rotterdamsche Courant 20 juni 1822114

Rotterdam, 19 juni. Uittreksel uit de Lloyd’s Lijst van den 14 juni:

Den 12 dezer bevond zich op de hoogte van Falmouth het schip (opm: fregat) ARGYLE, D. Spreeuw, van Surinamen naar Amsterda

 

Provinciale Groninger Courant 14 juni 1836114

Kapt. N.A. Smaal, van St. Ubes in Texel binnen, heeft de 1 juli, op 49º22' N.breedte, 05º37' W. lengte van Greenwich, in goede staat zeilende gezien een bark, tonende vlag van het Collegie Zeemanshoop, met No. 53, zijnde die van kapt. D. Spreeuw, voerende het schip de HARMONIE, van Amsterdam naar Suriname.

 

 

 

Datum vanaf: 1821
Kapitein: Spreeuw, Dirk
Overige informatie: 1821-10-10

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1816-04-22
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: ARGIJLE (ARGYLL)
Schipper: Vallij, Jacobus
Scheepstype: fregat
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Algemene informatie

1814

LCO 280214
Het convooi bevorens gemeld is den 4 februari van Portsmouth naar Jamaica enz. vertrokken, is den 16 dito van St. Helena gezeild zich bij hetzelve, nog verscheidene schepen gevoegd hadden, waar onder THE ARGYLE, kapt. Asstick ( opm. Afflick) naar Suriname.

1816

Op 20-04-1816 wordt voor de ARGYLE door de firma Faesch & Co uit Amsterdam een zeebrief aangevraagd voor kapt. Jacobus Vully.

LCO 021016
Amsterdam, 30 september. Sedert onze laatste te Texel binnengekomen ARGYLE, J. Vully van Suriname.
LCO 061116
Amsterdam, 6 november. Sedert onze laatste van Texel uitgezeild ARGYLE, J. Vully naar Suriname.

1817

LCO 280317
Amsterdam, 26 maart. Sedert onze laatste te Texel binnengekomen ARGYLE, J. Vully van Suriname.
RC 290317
Het schip ARGYLE, in Texel binnen van Suriname, is den 5 februari van daar gezeild; den 10 dito zou volgen het schip PAULINA, kapitein M. Spreeuw, mede naar Amsterdam.
LCO 050517
Amsterdam, 2 mei. Sedert onze laatste uitgezeild ARGYLE, J. Vully naar Suriname.

Op 22-10-1817 wordt voor de ARGYLE door de firma Faesch & Co uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Jacob van Ulphen.

1818

RC 030918
Volgens brief van Suriname, van den 9 juli, zou nog voor primo augustus vertrekken ARGYLE, J. van Ulphen.

Op 03-10-1818 wordt voor de ARGYLE door de firma Faesch & Co uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Machiel Spreeuw.

1819

RC 010419
Amsterdam, 30 maart. Kapitein M. Spreeuw, voerende het schip ARGIJLA (opm: fregat ARGYLE), den 26 maart in Texel van Surinamen binnen gekomen, is den 13 februari van daar gezeild, en zou veertien dagen later gevolgd worden door het schip de STREEVER, kapt. Pieter Pietersen, mede naar Amsterdam.

1820
 

RC 300320
Amsterdam, 28 maart. Te Surinamen zijn gearriveerd M. Spreeuw (voerende fregat ARGYLE), in 56 dagen, en R.C. Saide, in 45 dagen, van Amsterdam.

Op 29-08-1820 wordt voor de ARGYLE door de firma Faesch & Co uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Machiel Spreeuw.

SUC 091120
Paramaribo. Binnengekomen het schip ARGYLE, kapt. M. Spreeuw van Amsterdam in 33 dagen.

1821
 

RC 030521
Amsterdam, 1 mei. Volgens brief van kapt. H.J. de Bloom, voerende het schip de HARMONIE, den 21 april uit Texel gezeild, in dato den 24 april, was hij in goede staat zeilende, hebbende Lézard (opm: Lizard) N.W. vijf mijlen van zich; de wind ZZW en stil. Van de met hem naar Surinamen gezeilde schepen ARGYLE, M. Spreeuw en de STREVER, J. Atssick (opm: mogelijk J. Afflick), had hij sedert het passeren van de Hoofden (opm: Nauw van Calais) niets vernomen, doch de CORNELIA, C. van der Meij, was eerst die nacht van hem afgeraakt.
LCO 170921
Amsterdam, 15 september. Sedert onze laatste in Texel binnengekomen ARGYLE, M. Spreeuw van Suriname.

Op 10-10-1821 wordt voor de ARGYLE door de firma Faesch & Co uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Dirk Spreeuw.

1822

LCO 040122
Amsterdam, 2 januari. Sedert onze laatste uitgezeild van Texel ARGYLE, D. Spreeuw naar Suriname.
RC 200622
Rotterdam, 19 juni. Uittreksel uit de Lloyd’s Lijst van den 14 juni: Den 12 dezer bevond zich op de hoogte van Falmouth het schip (opm: fregat) ARGYLE, D. Spreeuw, van Surinamen naar Amsterdam.

1823

OHC 130223
Arrivementen: Te Suriname het schip ARGYLE, D. Spreeuw van Amsterdam.
OHC 130323
Amsterdam, 12 maart. Den 11 maart is bij Texel binnengekomen ARGYLE, kapt. D. Spreeuw van Suriname.
AC 231023
Texel, 21 oktober. Uitgezeild zijn de PAULINA (opm: fregat), kapt. A.J. Struijk, CONCORDIA (opm: pink), kapt. W. Groen, ANNA MARIA (opm: brik), kapt. J.D. Haijnes, VEREENIGING (opm: fregat), kapt. W. de Boer, ARGYLE (opm: fregat), kapt. D. Spreeuw, SANDRINA CORNELIA (opm: brik), kapt. G.B. Vos, en WILLEM DE EERSTE (opm: fregat), kapt. J. Johannessen, alle zeven naar Suriname.

1824
 

AC 130224
Van den 30 november tot den 21 december 1823 zijn te Suriname aangekomen ARGYLE, kapt. D. Spreeuw; PAULINA, kapt. A.J. Struyk; VEREENIGING, kapt. W. de Boer, alle van Amsterdam.
LCO 220324
Amsterdam, 20 maart. Sedert onze laatste in Texel binnengelopen ARGYLE, D. Spreeuw van Suriname.

Op 31-03-1824 wordt voor de ARGYLE door de firma Faesch & Co uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Dirk Spreeuw.
 

RC 220524
Amsterdam, 20 mei. Volgens brief van kapt. D. Spreeuw, voerende het schip ARGYLE, van Amsterdam naar Suriname, geschreven in de Hoofden (opm: Nauw van Calais) den 10 mei, was hij met mooi weder en flauwe N.O. wind tot bij Noord-Voorland gevorderd en dacht die avond bij Bevezier (opm: Beachy Head) te komen.

1825
 

RC 150125
Amsterdam, 13 januari. Den 9 dezer lagen in het Nieuwe Diep de volgende schepen, welke gedeeltelijk sedert de maand september op gunstige wind wachtten, om naar zee te zeilen, als: ARGYLE, kapt. D. Spreeuw, DE GOEDE VERWACHTING, kapt. J.B. Bodeman, ZORGVULDIGHEID, kapt. J. Hulsen, PAULINA, kapt. A.J. Struijk, MARIA, kapt. F.H. Zeijlstra, SOPHIA MARIA, kapt. G.L. Röperhoff, DE VROUW CORNELIA, kapt. D. Steenveld, GODEFRIDA, kapt. A. Hansen, ANNA MARIA, kapt. J.D. Haijnes, MARGARETHA JOHANNA, kapt. A.A. Herman, CONCORDIA, kapt. W. Groen, ANNA MARIA, kapt. R.T. Rinses, WILLEM DE EERSTE, kapt. J. Johannesen, HENRIETTE EN BETSY, kapt. J.E. de Boer, en SPECULATION, kapt. T. Pietersz, naar Suriname.
AC 300425
Texel, 28 april. De wind zuiden. Binnengekomen SURINAAMSCHE VRIEND, kapt. F. Claus; ARGYLE, kapt. D. Spreeuw; JEANETTE, kapt. H. Funck en FLORA, kapt. P.H. Wilders, alle vier van Smyrna.
AC 170525
Texel, 15 mei. De wind NO en NNW. Uitgezeild: WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw en ARGYLE, kapt. D. Spreeuw, beide naar Suriname.
SUC 180625
Binnengekomen het schip ARGYLE, kapt. Dk. Spreeuw van Amsterdam.
RC 200925
Rotterdam, 19 september. Volgens ontvangen berichten van Suriname zou den 31 juli van daar vertrekken de schepen MARGARETA JOHANNA, kapt. A.A. Herman, de DRIE GEBROEDERS, kapt. M. Oosterbaen, de DAGERAAD, kapt. R.C. Stada en PAULINA, kapt. A.J. Struijk, naar Amsterdam, en DE ZEEUW, kapt. C. Riekels, naar Middelburg, en den 15 augustus L'AUGUSTE, kapt. J. Hulsen Jr. en ARGYLE, kapt. D. Spreeuw, naar Harlingen.
AC 031025
Texel, 1 oktober. Binnengekomen: VROUW JANE, kapt. W.A. Boon, van Oudsoen. In het gat: ARGYLE, kapt. D. Spreeuw, van Suriname.
AC 141025
Door Alkmaar zijn langs het Noord-Hollandsche Kanaal gepasseerd: Den 8 oktober, ARGYLE, kapt. D. Spreeuw, van Suriname naar Amsterdam.

1826

Op 24-03-1826 wordt voor de ARGYLE door de firma Faesch & Co uit Amsterdam een zeebrief en Turkse pas aangevraagd voor kapt. Dirk Spreeuw.
 

AC 240426
Texel, 21 april. Uitgezeild: JAVA PAKET, kapt. Ch. Boijle, naar Batavia; ARGYLE, kapt. D. Spreeuw, naar Suriname.
AC 120726
Te Suriname zijn aangekomen: den 30 mei, JOANNES ARNOLDUS, kapt. P.J. Kerkhoven, WILHELMINA, kapt. M. Spreeuw en ARGYLE, kapt. D. Spreeuw, alle drie van Amsterdam.

1827
 

RC 190527
Amsterdam, 17 mei. Het schip ARGYLE, kapt. D. Spreeuw, van Amsterdam naar Suriname, met schade uit zee in Texel terug, is de 15e mei te Amsterdam teruggekomen.

1828

RC 290528
Advertentie. R. Hoijman, F. der Kinderen en H.J. Rietveld, makelaars, zullen op maandag de 2e juni 1828, des avonds ten zes ure, te Amsterdam, in de Nieuwe Stads-Herberg, aan het IJ verkopen: het gekoperd fregatschips-hol, genaamd ARGYLE, benevens een aanzienlijke partij scheepsgereedschappen, bestaande in ankers, touwen, zeilen, rondhouten enz.
Breder bij notities en bericht bij de makelaars. (opm: het fregat was in oktober 1827 afgekeurd en werd voor de sloop verkocht, zie ook OHC 250928)
OHC 250928
Verkoping op donderdag den 2 oktober 1828, ten 10.30 ure, op de hoogte van de Kadijk, te Amsterdam, op de Werf d'Eendragt, van ene aanzienlijke partij scheepsafbraak, afkomstig van de amovatie (opm. sloop) van het fregat de ARGYLE, bestaande in ene wel gesorteerde partij grenen dubbel en andere delen, dik 65 á 75 strepen, lang 8 á 10 ellen, eiken Fondaments-Planken, dik 60 á 75 strepen, lang 8 á 9,6 ellen; ene partij eiken leggers, ribben, knieën, dekbalken en deuren, een roer met deszelfs metalen stellen en verder toe behoren, en laatstelijk ene grote partij droog en van de beste kwaliteit eiken scheeps-brandhout bij grote en kleine kopen, en wat verder te voorschijn zal worden gebracht; alles ten heden en op den verkoopdag te zien.

 

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

ARCHIEF Gemeente Amsterdam archiefnummer 5181/7151-1816-29-II

DVD 6 – V – 89-91

ACTE AAN-/VERKOOP
Naam schip ARGYLE

plaats en datum acte onderhandse koop, Amsterdam, 17 april 1816

soort schip fregat

Bouwwerf/verkoper John Afflick, kapitein te Liverpool, eigenaar van het schip.

Gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper Jean Jaques de Faesch, koopman te Amsterdam, voor zijn firma Faesch & Co, Amsterdam

te voeren door kapt.

groot volgens meetbrief in tonnen

tuigage en aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats en datum van registratie Amsterdam, 18 april 1816

nummer van registratie deel 10, folio 195, …, vak 7 en 8

notaris Mr. Johannes Commelin, notaris te Amsterdam

prijs (bij aan-/verkoop) NLG. 24.000,-

bijzonderheden: schip lag bij deze transactie te Amsterdam



researcher/datum research ML/220707

Naam ARGYLE
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1816
Toegang 5181
Inventaris 7151
Klik hier om de originele akte te bekijken

ARCHIEF Gemeente-Archief Amsterdam archiefnummer Ams.5181-7154-1817-112
DVD 6 – VIII – 81,82
__________________________________________________
Eigendomsbewijs
Naam schip: ARGYLE

Plaats en datum acte eigendomsverklaring, Amsterdam, 14 oktober 1817

Soort schip fregat

Eigenaren: F. (?) Faesch Gzn en C. Moyet (enig eigenaren) (namen niet duidelijk)

Gevoerd door kapt. Jacob van Ulphen

Eigenaar / aankoper

Te voeren door kapt.

Groot volgens meetbrief

Tuigage en aantal dekken

Afmetingen

Kiellegging

Tewaterlating

Plaats en datum van registratie Amsterdam, 16 oktober 1817

Nummer van registratie deel 8, folio163, recto, afd.1.

Notaris

Prijs (bij aan-/verkoop vermeld)

Bijzonderheden: bij de rederij-ceduul is een notitie gevoegd: “het afschrift der koopbrief van het schip ARGYLE, schipper Jacob van Ulphen, te vinden onder no.23 bij de documenten ter verkrijging van zeebrieven van anno 1816”.
Opm.: het is nummer 29-II, no. 23 ontbreekt juist, en er zijn twee actes 29 van verschillende schepen.



Researcher/datum research ML/110907

Naam ARGYLE
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1817
Toegang 5181
Inventaris 7154
Klik hier om de originele akte te bekijken

ARCHIEF Gemeente-Archief Amsterdam archiefnummer Ams.5181-7156-1818-136
DVD 6 – X– 26,27
__________________________________________________
Eigendomsbewijs
Naam schip: ARGYLE

Plaats en datum acte cedule, Amsterdam, 29 september 1818

Soort schip fregat

Eigenare Faesch & Co., en C. (?) Moyet, enig eigenaren

Gevoerd door kapt. Machies Spreeuw

Eigenaar / aankoper

Te voeren door kapt.

Groot volgens meetbrief

Tuigage en aantal dekken

Afmetingen

Kiellegging

Tewaterlating

Plaats en datum van registratie Amsterdam, 30 september 1818

Nummer van registratie deel 10, folio 23, verso, case 7

Notaris geen

Prijs (bij aan-/verkoop vermeld)

Bijzonderheden: bijgevoegd een aantekening, luidende: “136. Afschrift der koopbrief van het fregat ARGYLE te vinden onder de documenten ter verkrijging van zeebrieven 1816 sub 23 en 1817 sub 112.”




Researcher/datum research ML/021007

Naam ARGYLE
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1818
Toegang 5181
Inventaris 7156
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1415.1821.30

deel III, foto 030
CEDULE

Naam schip ARGYLE

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 17 maart 1821

type schip fregat

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper firma Faesch & Co., Amsterdam, enig eigenaren

te voeren door kapt. Machiel Spreeuw

grootte in tonnen 175 lasten of 350 zeetonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd in Engeland

plaats / datum registratie Amsterdam, 22 maart 1821

nummer registratie deel 6, folio 99, recto, vak 2

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de laatste koopacte; het schip ligt thans te Nieuwediep.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838. De cedule is in de kantlijn genummerd 20093





researcher/datum research: ML / 280514

Naam ARGYLE
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1821
Toegang 5074
Inventaris 1415
Klik hier om de originele akte te bekijken

ARCHIEF Gemeente Amsterdam archiefnummer 5074/1419-1821-30

ACTE AAN-/VERKOOP
schip ARGYLE

plaats en datum acte Amsterdam, 17 april 1816

soort schip fregat

gevoerd door kapt.

Bouwwerf / verkoper John Afflick, kapitein te Liverpool

Eigenaar / aankoper Faesch & Co., kooplieden te Amsterdam

te voeren door kapt.

groot volgens meetbrief in tonnen

tuigage en aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats en nummer van registratie

datum van registratie

notaris Mr. J. Crommelin, notaris te Amsterdam

prijs (bij aan-/verkoop NLG. 24.000,-

bijzonderheden








researcher/datum research ML-080306

Naam ARGYLE
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1821
Toegang 5074
Inventaris 1419
Klik hier om de originele akte te bekijken

Bronnen

Jaar: 1814
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: N.A. Den Haag, toegang nummer 2.08.01.07 Zeebrieven verbalen, diverse bestanddelen.
Gemeente archief Amsterdam 5181/7151-1816-29-II
Gemeente archief Amsterdam Ams.5081-7154-1817-112
Gemeente archief Amsterdam Ams.5081-7156-1818-136
Gemeente archief Amsterdam 5074/1419-1821-30
AC = Amsterdamsche Courant
LCO = Leydsche Courant
OHC = Opregte Haarlemsche Courant
RC = Rotterdamsche Courant
SUC = Surinaamsche Courant