Inloggen
POLLUX - ID 9657


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1835-03-14 / 1858-01-01 | Reden uitgevlagd: Sloop, afgekeurd

Identification Data

Bouwjaar: 1835
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Bark
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Jan Nuveen - werf 'De Walvisch', Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1834-05-17
Launch Date: 1834-11-03
Delivery Date: 1835-03-03
Technical Data

Gross Tonnage: 253.00 lasts
Gross Tonnage 2: 480.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 33.18 Meters Registered
Beam: 6.38 Meters Registered
Depth: 5.10 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1835
Datum agenda: 1835-03-14
Register nr: 18350073
Scheepsnaam: POLLUX
Type: Bark
Lasten: 253
Gebouwd in provincie: Noord Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Hartsen, J.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Huidekoper, P.
Opmerkingen: Nieuwe zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1835-03-03 POLLUX
Manager: Jacob Hartsen e.a., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip


eigenaren van de kopervaste bark POLLUX per primo 1835:

Jacob Hartsen, Amsterdam (boekhouder en 2/40e part)
firma Gebr. Hartsen, Amsterdam (1/40e part)
firma Van Eeghen & Co., Amsterdam (2/40e part)
L.H. Lankhorst, Amsterdam (2/40e part)
J.J. Kluppel, Amsterdam (2/40e part)
P.J. Haedel, Amsterdam (2/40e part)
H. Luden J.Hzn., Amsterdam (2/40e part)
G. Kramer, Amsterdam (2/40e part)
P.S. Dedel, Amsterdam (1/40e part)
firma P. & S. Rendorp, Amsterdam (2/40e part)
Pieter Bel, Amsterdam (1/40e part)
Claas van de Stadt, Amsterdam (2/40e part)
firma Gebr. Van der Vliet, Amsterdam (1/40e part)
firma Buys & Zoon, Amsterdam (1/40e part)
P. van der Mersch, Amsterdam (1/40e part).
J. de Haan Pzn., Amsterdam (1/40e part)
A.de Haan Pzn., Amsterdam (1/40e part)
J. Laan Willink, Amsterdam (1/40e part)
Walrave van Heukelom, Amsterdam (1/40e part)
G.C. Lange, Amsterdam (1/40e part)
C.F.M. de Lepel, Amsterdam (1/40e part)
J. Fock, Amsterdam (1/40e part)
Hajo Houttuijn, Amsterdam (1/40e part)
P. Craandijk Jr., Amsterdam (1/40e part)
H. Kruges Schumer, Amsterdam (1/40e part)
A. Backer Jr., Amsterdam (1/40e part)
H.A. van Karnebeek, Amsterdam (1/40e part)
Baron G.A.G.P. van der Capellen, Amsterdam (1/40e part)
A.F. Reael, Amsterdam (1/40e part)
firma A. & C. Oortman, Utrecht (1/40e part)
(opm:  er ontbreekt 1/40e part IB 16042017)

Ship Events Data

1835-03-02: Meetbrief: scheepsmeter B. de Ruyer d.d. 2 maart 1835
1857-09-28: Final Fate: Sold at auction

1857-09-28: 10 september 1857
NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Advertentie. J. Corver, C.A. Schröder en J.R. Bos Janszen, makelaars, zullen op maandag de 28e september 1857, des avonds ten zes ure, in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ te Amsterdam verkopen: een extra ordinair welbezeild gekoperd barkschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd POLLUX, gevoerd door kapt. J. Kooij, volgens Nederlandse meetbrief lang 33 ellen, wijd 6 ellen 30 duimen, hol 5 ellen 9 duimen en alzo gemeten op 470 tonnen of 248 lasten. Het schip ligt aan de werf Het Witte Kruis in de Kleine Kattenburgerstraat. Breder bij inventaris en bericht bij bovengemelde makelaars of bij de cargadoors Jan Corver &Comp, te Amsterdam. (Opm. PvH: Volgens Staat der Nederlandsche Zeemagt en Koopvaardijvloot, op 1 januari 1858, gesloopt)

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Pieter Huidekoper werd geboren te Harlingen op 21 oktober 1808 als zoon van Jan Huidekoper en Janke IJzenbeek.

Hij trouwde op 07 april 1836 te Harlingen met Rijkje Fontein, geboren te Harlingen op 14 december 1814 als dochter van Dirk Fontein en Geertruyda Adriana Matak.

Hij overleed op 25 juli 1871 te Amsterdam (aangifte op 27 juli 1871) op de Reguliersgracht in de ouderdom van 62 jaar. Hij was de zoon van Jan Huidekoper en Janke IJzenbeek. (BS-gegevens GAA plus 003)

 

In het Bevolkingsregister rond 1868 in het Gemeentearchief van Amsterdam staat Pieter Huidekoper met de code U-425-1617. Vermeld zijn de volgende gegevens::

Pieter Huidekoper  geboren 21 oktober 1808 te Harlingen, doopsgezind, directeur van het Zeemanshuis, wonend op het Kadijksplein. In 1870 verhuisd naar buurt Z698. Hij is hoofd van het gezin. Inwonend zijn echtgenote Rijkje Fontein, geboren 14 december 1814 te Harlingen en de kinderen Pieter Dirk (09 augustus 1842 te Harlingen), Freerk (08 mei 1850 te Harlingen) en Anna Gezina (29 december 1858 te Harlingen).

 

De uitvoerder van het testament van de Harlingse gegoede burger Jan Sikkes IJsenbeek (1779-1862) was zijn zwager Simon Stinstra. "De neven Jan Jans Huidekoper (te Midlum) en scheepskapitein Pieter Huidekoper moesten Stinstra helpen met de administratie". De Huidekopers waren geparenteerd aan zg. gegoede families in Harlingen zoals Fontein, Stinstra, Hannema, e.a. Uit: Hoogaangeslagenen in Harlingen. Uit de nalatenschap van de gegoede burgerij. Uitgave Gemeentemuseum Het Hannemahuis te Harlingen. 1994. 69 pp.)

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

P.Huidekoper (adres A.Huidekoper) werd met nr.383 effectief lid van Zeemanshoop per 03 juni 1834 op voorspraak van P.Kraaij. Zijn schip was de "Prins Frederik der Nederlanden". Is honorair lid geworden002.

In de Algemene Ledenvergaderingen van 27 mei/03 juni 1834 van het college Zeemanshoop werd voorgedragen/benoemd Pieter Huidekoper, oud 25 jaar, voerende het schip de “Pollux”, met als adres P.Huidekoper op de Heerengracht bij de Vijzelstraat te Amsterdam, op voordracht van kapitein P.Kraay. Hij kreeg als vlagnummer nummer 383023.

 

Hij was effectief lid van “Zeemanshoop” van 1834 t/m 1836 met vlagnummer 283, van 1836 t/m 1854  met vlagnummer  270 en van 1854 t/m 1871 met vlagnummer 83.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 02 januari 1844. "Met 1 Mei 1858 van beroep veranderd". Bedankt per 30 mei 1871003.

 

Hij was van 1838-1854 en 1855-1856 bestuurslid van het College Zeemanshoop019.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 mei 1844 staat een “Brief … van P.Huidekoper tot afscheid van de Leden van het Bestuur.”042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 juni 1870 gaat het Bestuur accoord met de overgang van zijn effectieve naar het honoraire lidmaatschap.042

 

In de notulen van de Algemene Vergadering 04 juni 1844 staat vermeld een brief van P.Huidekoper dd 27 mei  j.l. “berigtende met het schip Flevo eene reis naar Java te zullen ondernemen en alzoo afscheid nemende.”023

In notulen dd 01 juni 1854 van een Algemene Ledenvergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop staat de volgende mededeling:

“De Voorzitter de vergadering geopend hebbende zegt de Secretaris dat van de Heeren P.Huidekoper, H.Rolff, S.J.Rotgans en G.Mulder is ingekomen eene missive van de 23ste der vorige maand verzoekende eene buitengewone vergadering van effectieve Leden bijeenteroepen ten einde hun ter ondersteuning aan te bieden, een request aan den Minister van Justitie, ter verkrijging van wettelijke verordeningen op de tucht aan boord van koopvaardij schepen. Hij zegt dat ten gevolge hiervan de tegenwoordige vergadering is bijeengeroepen en leest hierop het request voor. Hij herinnert hoe reeds in den jare 1841 vanwege het Bestuur van Zeemanshoop aan den Koning een verzoekschrift gelijke strekking hebbende, doch zonder gevolg was ingediend en licht vervolgens de zaak nader toe.

Al de aanwezige Leden, het gewicht der zaak beseffende, bekrachtigen het voorgelezen request met hunne naamteekening welk request nog gedurende eene week op het Bureau ter verdere onderteekening zal liggen.”

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 19 juli 1870 staat vermeld dat P.Huidekoper is toegestaan zijn effectief lidmaatschap om te zetten in een honorair lidmaatschap.023.

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        383                       1834-1835     bark                 Pollux                                                     Gebr.Hartsen

        270                           1836           bark                 Pollux                                                     idem

                                           1837           bark                 Pollux                                                     Jonkhr.Jacob Hartsen

                                      1838-1843     fregat               Prins Frederik der Nederlanden         idem

                                           1844           fregat               Flevo                                                      idem

                                      1845-1846     fregat               Prins Frederik der Nederlanden         idem

                                      1848-1853     fregat               Prins Frederik der Nederlanden         Gebr.Hartsen

         83                        1854-1857     fregat               Nederland                                             idem

                                      1858-1868     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt P.Huidekoper als gezagvoerder gedurende:

*    1835 t/m 1838 op de bark “Pollux”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 472 ton o.m., varend voor Gebr. Hartsen te Amsterdam;

*    1839 van het 3/mschip “Prins Hendrik der Nederlanden”, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 940 ton o.m., varend voor J.Hartsen te Amsterdam;

*    1839 t/m 1844 op het 3/m schip “Prins Frederik der Nederlanden”, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 650 ton o.m., varend voor Gebr. Hartsen te Amsterdam. Het schip liep op 27 maart 1839 van stapel op de werf “Walvisch” in de Bikkerstraat te Amsterdam

*    1845 op het 3/m schip “Flevo, gebouwd in 1836 te Amsterdam, 1320 ton o.m., varend voor J.Hartsen te Amsterdam;

*    1846 t/m 1850 op dezelfde “Prins Frederik der Nederlanden”, voor Gebr. Hartsen te Amsterdam. Volgens Bossenbroek065 verzorgde ene kapitein F.Hofkamp (zie aldaar) in 1850/51 een troepentransport met dit schip naar Batavia;

*    1852 t/m 1854 wederom op de “Prins Frederik der Nederlanden”, voor rederij Hartsen te Amsterdam;

*    1855 t/m 1857 op het 3/m schip “Nederland”, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 706 ton o.m., varend voor Gebr. Hartsen te Amsterdam;

*    1863 t/m 1870 van de bark “Padang Packet” ex Stad Gouda, gebouwd in 1857 te Gouda, 463 ton o.m., varend voor Cramerus & Co te Amsterdam.

 

Het fregat “Nederland” werd in 1854 gebouwd op de werf Hollandia bij de heren Blok & Mathijsen en was bestemd voor kapitein P.Huidekoper, tot dan gezagvoerder op de “Prins Frederik der Nederlanden”. Toezichthouder bij de bouw was kapitein Sies Jans Rotgans van Terschelling tot dan gezagvoerder op de Plancius”

Uit: Reizen en lotgevallen van Sies Jans Rotgans”. Deze autobiografische aantekeningen zijn als typscript aanwezig in het NSM en het Fries Scheepvaartmuseum te Sneek.

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

P.Huidekoper Jr                    Padang Packet                      19 september 1867                     geen melding

 

Overige bijzonderheden

Op 10 mei 1838 werd Pieter Buys als ligtmatroos vanwege de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdams geplaatst op het schip “Prins Frederik der Nederlanden” met kapitein P.Huidekoper voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde op school terug op 18 mei 1839004(532-1775).

Op 14 juni 1839 werd Pieter Buys als ligtmatroos vanwege de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam geplaatst op het schip “Prins Frederik der Nederlanden” met kapitein P.Huidekoper voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde terug op school op 06 juni 1840004(532-1775).

Op 15 augustus 1840 werd Gerrit Greefkes vanwege de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam geplaatst als ligtmatroos op het schip "Prins Frederik der Nederlanden" met kapitein P.Huidekoper voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde terug op 08 november 1841004(532/1849).

Op 15 augustus 1840 werd Pieter Hermannus Landweer vanwege de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de "Prins Frederik der Nederlanden" onder kapitein P.Huidekoper voor een reis naar Batavia. Hij keerde terug op 13 november 1841004(532/1847).

Op 10 mei 1844 werd Dirk Ernst Nolting vanwege de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de "Flevo" onder kapitein P.Huidekoper voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij meldde zich weer op school op 03 mei 1845004(533/1929).

Op 01 mei 1846 werd Jacob Jonker vanwege de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de "Prins Frederik der Nederlanden" onder kapitein P.Huidekoper voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde terug op 03 april 1847004(533/1994).

Op 01 mei 1846 werd Frederik Willem Hendrik van Straten vanwege de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op de "Prins Frederik der Nederlanden" onder kapitein P.Huidekoper voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde op school terug op 03 april 1847004(533/1992).

 

J.Spin schilderde in 1859 een portret van het fregat “Nederland” op de rede van Bantam met vlagnummer 83 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop. De afbeelding bevindt zich in de collectie van het NSM en is tevens opgenomen in het boekje van van der Plas c.s.054.

In het Veenkoloniaal  Museum te Veendam is een “primitief portret waarschijnlijk gemaakt door een kapitein uit de veenkoloniën” van de driemaster “Nederland”, 1854, 706 ton, varend onder P.Huidekoper voor rederij Gebr. Hartsen te Rotterdam

Zie ook daartoe Internet: www.veenkoloniaalmuseum.nl/journalen.html

 

P.Huidekoper vervoerde per 13 juni 1838 vanuit Nieuwediep met de “Prins Frederik der Nederlanden” 4 officieren naar Batavia. Hij arriveerde aldaar op 16 oktober 1838 na 125 dagen065.

 

In: A.Brugmans 1872  Feestrede bij de herdenking van het vijftigjarig bestaan van het collegie “Zeemanshoop”.

Amsterdam, Erven H.van Munster & Zn, 31 pp. GAA Toegang 957 nummer 005.

      “Wel hadden inzonderheid de Engelsche zeehavens een Zeemanshuis; maar nog was Amsterdam niet in het genot van zoodanige Inrigting, waar de zeeman, bij zijn korstondig verblijf aan den wal, een gewenschte toevlucht kon vinden buiten de gewone slaapsteden. … Het voegt mij, de namen niet te verzwijgen van hen, die tot de oprigtings-commissie benoemd, zich die taak lieten welgevallen en ijverig ten uitvoer bragten. Het waren de Heeren N.Trakranen, W.C. van Vollenhoven, C.P.van Eeghen, met de Scheeps-gezaghebbers S.G.Veening, P.Kraay en P.Huidekoper; de laatstgenoemde tevens eerste Directeur van het Gesticht.

 

In een brief van zeilmaker Pieter Spaarman103 staat vermeld dat hij in oktober 1854 op de clipper “Nederland onder kapitein Huidekoper aanmonsterde. “De ‘Nederland’ was een in 1854 in Amsterdam gebouwd schip, dat op 17 november aan zijn eerste reis begon met bestemming Batavia. … De monsterrol, die betrekking heeft op deze reis is in het Algemeen Rijksarchief onder ‘Nederlandse Factorij in Japan 1843-1860”.

“Na Batavia ging de reis naar Japan, waar de ‘Nederland’ op 3 augustus 1855 in de Baai van Nagasaki aankwam. Het was aldaar verboden aan wal te gaan. Wel was dit toegestaan op het kunstmatig aangelegde eiland Decima. … Het schip vertrekt naar Batavia op 17 december 1855, waar zij op 6 januari 1856 aankwamen. De thuisreis duurde van 23 maart tot 19 juli (1856)

Uit de pen van … mevrouw A.M.Leguit-Spaarman” 103

“Een nieuwe Cronyke”, Jg.19, nr.3, september 2002. Uitgave van de Oudheidkundige Vereniging Graft-De Rijp, de werkgroep Schermerhorn en de Stichting Vrienden van het Museum “In ’t Houten Huis”. p.105-109

 

In de “Biografie van Cornelis Abrahamsz Jr staat de vermelding109:

20 maart 1855 vertrek van Batavia naar Semarang met de “Azia”:

      “… onze passagiers op die reis waren behalve Mr. en Mevr. Ockersen, … Mevr de Wed. Butein Bik met haar Ed  dochter Marie, Mejufr. Goldman, Mevrouw Geerke geb. Klaassen, deze laatste moest naar hare man te Poerweredjo, en daarom te Tagal afgezet worden. Zij was te Amsterdam met de handschoen getrouwd, en met kapt. Huidekoper (met de “Nederland”) te Batavia gearriveerd.”

 

betreft het Nederlands Economisch-Historisch Archief

 

Bijzondere Collecties NEHA

Barkschip "Padang Packet", Amsterdam

Signatuur Bijzondere Collecties 223
Periode 1862-1874
Omvang 0,04 m. FOLIO
Verwerving Schenking van A.W. van Eeghen, Ede, 1916
Systematische indeling F. Transport en communicatie. Zeevaart en rederij

 

Nadere omschrijving

"Reederij Boek van het Barkschip Padang Packet, gekocht in publieke veiling te Rotterdam den 9 september 1862 [..], varende onder Nederlandsche vlag"
Gezagvoerder P. Huidekoper Jzn. Oude naam: "Stad Gouda"
Twaalf aandelen verdeeld over: J. Rahusen van Eeghen, S.J. Huidekoper Portielje, G.M.J. Huidekoper, A.C. van Eeghen, E.W. Cramerus, J. van Eeghen, C.P. van Eeghen, J. Huidekoper, S. Hingst, Cramerus & Co.

 

Zeepost 19 februari 1838 – 7114

Volgens brief van kapt. P. Huidekoper, voerende het schip (opm: bark) POLLUX, van Batavia naar Amsterdam, in dato den 17 februari, was hij toen des morgens 3 ure zeilende in de Noordzee, Egmond O.N.O. ¾ mijl afstands. Kapt. Huidekoper wachtte een loods en hoopte, indien de wind niet hoger werd en het ijs zulks doenlijk maakte, nog diezelfde dag het Nieuwe Diep te bereiken.

 

Zeepost  30 maart 1838 – 41114

Advertentie. Naar Batavia zal vermoedelijk in de maand mei eerstkomende vertrekken het nieuw gebouwd tweedeks gekoperd fregatschip PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. P. Huidekoper, voor passagiers en goederen.

Te bevragen bij de cargadoors d’Arnaud & Co en Jan Corver & Co, beide te Amsterdam.

 

Zeepost 14 juni 1838 – 105114

Texel, 13 juni. Het schip PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. P. Huidekoper, is heden van hier naar Batavia vertrokken (opm: eerste reis van dit fregat.

 

Zeepost  18 juni 1838 – 108114

Kapitein P. Huidekoper, voerende het schip PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, den 16 dezer in het Nieuwe Diep terug uit zee, meldt den 14 bevorens des namiddags ten 4 ure, dwars van Scheveningen, door het breken der ijzeren puttingband van de fokkemast verloren te hebben de voor-, grote- en kruisstengen en de buitenkluiver boven, waardoor de grote sloep zwaar was beschadigd. Men vleide zich intussen met de hoop, dat een en ander in tien à veertien dagen tijds zou hersteld zijn.

 

Zeepost 02 juli 1838 – 120114

Het schip PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. P. Huidekoper, uit zee met schade terug gekomen – zie ons nommer 108 - is den 1 juli weder van Texel naar Batavia vertrokken.

 

Zeepost  15 augustus 1838 – 158114

Wij zijn verzocht het volgende te plaatsen: Het in een der dagbladen medegedeelde bericht, dat den 22 juli van Lisbon vertrokken zoude zijn de bark PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. P. Huidekoper, van Amsterdam naar Batavia, den 29 juni aldaar met onklare pompen binnengelopen, is gebreken abusief te zijn, daar de bark PRINS FEDERIK DER NEDERLANDEN, welke aldaar lek was binnengelopen – zie nommer 129 en 157 – gevoerd wordt door kapt. Kok, en van Dordrecht naar Batavia gedestineerd is, en het fregatschip PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, gevoerd door kapt. P. Huidekoper, van Amsterdam naar Batavia, den 1 juli uit Texel is vertrokken.

 

Zeepost  21 februari 1839 – 32014

De 17e december (opm: 1838) lagen ter rede van Batavia de schepen PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. P. Huidekoper, NATALIE, kapt. E.J. Drent, KORTENAER, kapt. B.P. Martens, AUGUSTIN, kapt. L. Smith en SOPHIA, kapt. Ketels.

 

Zeepost 200439 – 370114

De 5e december ….

….Van Batavia zouden vertrekken de schepen CAROLINA EN JOHANNA, kapt. Matsen naar Amsterdam en PHENOMENE, kapt. Van Deynum naar Rotterdam, beide 5 december (volgens annonce van het postkantoor aldaar); ook zouden in het laatst van december vertrekken de schepen RHOON EN PENDRECHT, kapt. Schaap, MENADO, kapt. Charlau, STAD ROTTERDAM, kapt. Poort en de MAAS, kapt. Van Velthoven, alle vier naar Rotterdam en PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. Huidekoper, naar Amsterdam, en in het laatst van januari het schip de PRINS VAN ORANJE, kapt. De Boer, naar Rotterdam…….

 

Zeepost  01 juni 1839 – 405114

Schepen in lading naar:

Batavia: ….

…..Idem: het gekoperd driedeks fregatschip FLEVO, kapt. H.T. Amsberg, van Amsterdam. Adres bij d’Arnaud & Comp en Corver & Comp.

Idem: het gekoperd tweedeks fregatschip PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. P. Huidekoper, van Amsterdam. Adres bij d ‘Arnaud & Comp. en J. Corver & Comp…..

 

Zeepost  01 juli 1839 – 430114

Schepen in lading naar:

Batavia: het gekoperd driedeks fregatschip FLEVO, kapt. H.T. Amsberg, van Amsterdam. Adres bij d‘ Arnaud & Comp. en J. Corver & Comp.

Idem: het gekoperd tweedeks fregatschip PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. P. Huidekoper, van Amsterdam. (Westerdok) Adres bij d’ Arnaud & Comp. en J. Corver & Comp.

 

NRC 22 mei 1853114

Rotterdam, 21 mei. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn op heden bevracht de navolgende 30 schepen, als:…

….Voor Amsterdam: ALDEBARAN, kapt. B.G. Meiboom; PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. P. Huidekoper; BAREND WILLEM, kapt. J.W. Retgers; JUPITER, kapt. G.J. v.d. Mey; VIJF GEBROEDERS, kapt. P. Dekker; SARA ALIDA MARIA, kapt. H.A. Tekelenburg; AMPHITRITE, kapt. D. Grim; EOLUS, kapt. G. Slichtenbree Jr; CESAR, kapt. S. Hoogland; DANKBAARHEID, kapt. W. Postma; JAVAAN, kapt. G. Eylers; ANNA MARIA HENRIETTE, kapt. H.F. Zeylstra; CATHARINA, kapt. D. Lamers; TELEGRAAF, kapt. J.B. Rolufs; ELISABETH EN JACOBA, kapt. P.L. Zeeman; ESTAFETTE, kapt. D. Hofker; JACOBA EN CHRISTINA, kapt. J.C. Berk…..

 

NRC 07 augustus 1853114

Amsterdam, 6 augustus. Gisteren is op de werf Hollandia van de scheepsbouwmeesters Blok en Matthijssen te Amsterdam, de kiel gelegd voor een barkschip, genaamd NEDERLAND, groot 350 gemeten lasten, voor rekening van de heren Gebroeders Hartsen alhier en gevoerd zullende worden door kapt. P. Huidekoper.

 

NRC 21 juni 1854114

Amsterdam, 20 juli. Heden is van de werf Hollandia van de scheepsbouwmeesters Blok & Matthijsen met het beste gevolg te water gelaten het fregatschip NEDERLAND, groot ongeveer 350 lasten en gebouwd voor rekening van de heren Gebr. Hartsen. Dit vaartuig is bestemd voor de grote vaart en zal gevoerd worden door kapt. P. Huidekoper.

 

NRC 23 augustus 1854114

Advertentie. Voor passagiers en goederen naar Java zal in de loop van de maand september vertrekken het nieuw gebouwd, gekoperd fregatschip NEDERLAND, kapt. P. Huidekoper, hebbende uitmuntende inrichtingen voor passagiers en varende een bekwame scheepsdokter. Nadere informatiën zijn te bekomen bij de reders, Gebr. Hartsen, en bij de cargadoors d’Arnaut & Co, te Amsterdam. (opm: eerste reis)

 

NRC 28 juli 1855114

Rotterdam, 27 juli. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 14 schepen, als:

Voor Rotterdam: VICE-ADMIRAAL GOBIUS, kapt. A.A. van der Linden; HENDRIKA, kapt. L.G. Verbeek.

Voor Amsterdam: LUCIA MARIA, kapt. G. Papineau; PROV. DRENTHE, kapt. H. Beckering; GRAAF VAN NASSAU, kapt. E. Sanders; AUSTRALIE, kapt. D.B. Jochems; NEDERLAND, kapt. P. Huidekoper; MARIA AGNES, kapt. R.A. Tange; SAMARANG, kapt. P.L. Dupain; SALATIGA, kapt. J.N. Besier, de beide laatste van Rotterdam.

Voor Dordrecht: CHRISTIAAN HUYGENS, kapt. A.J. Ihlower, van Schiedam.

Voor Middelburg: COMMERCIE COMPAGNIE, kapt. J.H. Horn; NOORDSTER, kapt. J. Luteyn.

Voor Schiedam: H. LIDUINA, kapt. P. Lommerse.

 

NRC 14 september 1862114

Rotterdam, 13 september. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 5 schepen, als:

Voor Rotterdam; SALATIGA, kapt. J. Kettler.

Voor Amsterdam; AUSTRALIË, kapt. D.B. Jochems; PADANG-PACKET, kapt. P. Huidekoper; MARIA ELISE, kapt. H. Schut, en ZEENYMPH, kapt. J.F. Graadt van Roggen.

 

 

Datum vanaf: 1835
Kapitein: Huidekoper, Pieter
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Cornelis Cornelisse Kat werd volgens het geboorte-extract nr.1589 geboren op Ameland op 11 december 1812. als zoon van Cornelis Cornelisse Kat en Stijntje Jelles Schut. Hij was doopsgezind.

Cornelis is ongehuwd gebleven.

Algemeen Handelsblad 08 februari 1840

Heden behaagde het den Algoeden God, van onze zijde weg te nemen, na eene ongesteldheid van slechts weinige uren, mijn hartelijk geliefde Oudste zoon CORNELIS CORNELISSEN KAT, in leven Kapitein op de Oost Indië, in den ouderdom van ruim 27 jaren.

AMSTERDAM                                                                                                                                                         J.S.SCHUT

4 Februarij 1840                                                                                                                                                  Wed. C.C.KAT

 

Bij de aanname van zoon Cornelis aan de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam op 24 april 1826 was de vader overleden en woonde de moeder in Munnikendam(sic). Cornelis was toen 13½ jaar, 1 el-4½ dm lang en gevaccineerd. Van de vorderingen op school werden vanaf -1 juli 1826 3-maandelijkse raporten bijgehouden in de vakken zeevaartkunde, schoolonderwijs en scheepswerk. De laatste schoolrapportage was op 01 april 1829. Voorts zijn er de volgende notities:

26 maart 1829            geplaatst als ligtmatroos op de "Olivier van Noord" onder kapitein J.Duyff naar Batavia.

09 juli 1830                 "terug van de reis met goede attestatie".

10 december 1830     geplaatst als ligtmatroos op de "Amsterdam" onder kapitein C.Abrahams Jr naar Suriname

27 augustus 1831       "terug van de reis met goede attestatie"

31 augustus 1831       "honorabel ontslagen"004-532/1589.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

C.C.Kat (adres Huidekoper) werd per 01 mei 1838 met vlagnummer 406 en op voordracht van P.Huidekoper ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege "Zeemanshoop". Ten tijde van de inschrijving was zijn schip de "Pollux". Toegevoegd is "Overleden"002.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 24 april/01 mei 1838 werd als effectief lid ingeschreven werd als effectief lid ingeschreven C.C.Kat (geen volledige voornamen), oud 25 jaar, voerend het schip “Pollux”, met als adres de heer A.Huidekoper te Amsterdam, op voordracht van kapitein P.Huidekoper-023.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen.

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        406                       1838-1839     bark                 Pollux                                                     J.Hartsen

 

Bouma025 vermeldt C.C.Kat als gezagvoerder gedurende:

*    1839 t/m 1840 van de bark “Pollux”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 472 ton o.m., varend voor de Gebr. Hartsen te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1838
Kapitein: Kat, Cornelis Cornelisse
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Christiaan Gijsbertus Blanckert “zich schrijvende Blankert” werd geboren te Amsterdam op 15 december 1805 en overleed in 1846.

Hij huwde met Alida Maria Mooseker, geboren te Amsterdam op 06 september 1809 en overleden 04 april 1885. 003.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

C.G.Blankert werd met nr.450 effectief lid van Zeemanshoop per 15 januari 1839 op voorspraak van C.Jäger. Hij overleed in 1846. Zijn schip was de “Pollux”002. Ten tijde van de inschrijving was de man 33 jaar en ongehuwd002a.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 08/15 januari 1839 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Christiaan Gijsbertus Blankert, oud 33 jaar, voerend de schoener “Heemskerk”(thans na aanbouw op de werf de Walvisch voor rekening van J.Hartzen), wonend ten huize van B.van Dijk aan de molen het Vriesche Wapen buiten de Haarlemmerpoort, op voordracht van kapitein Chr.Jäger. Hij kreeg vlagnummer 450023.

C.G.Blanckert werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 16 augustus 1842.003

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 maart 1840 wordt aan enige bemanningsleden van de “Heemskerk” een maand gage toegekend wegens schipbreuk.042

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 april 1846 staat een aanvrage om een uitkering van de weduwe van kapitein C.G.Blankert, geb. A.M.Mooseker. Deze wordt haar toegekend in de vergadering dd 28 mei 1846 voor haar en 3 kinderen met ingang van 01 mei 1846.042

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 april 1885 staat een verzoek om uitkering van ene mej. E.J.M.Blankert welke haar op 25 juni 1885 wordt toegekend, zonder vermelding van een begindatum.042 Dit blijkt 01 mei 1885 te zijn 118

Ik weet niet of deze mej. Blankert in relatie staat tot kapitein Blankert, maar voor de zekerheid maar hier vermeld.

In de notulen van 30 april 1891 vraagt E.J.M.Blankert of haar uitkering ook doorgaat nadat zij in het huwelijk is getreden. Het antwoord is negatief, de uitkering stopt bij een huwelijk.042.

In de notulen dd 14 april 1840 van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop staat een aanvrage van manschappen van het schip “Heemskerk” onder kapitein C.G.Blankert “berigtende schipbreuk te hebben geleden en verzoekende eenige onderstand.”023.

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 02 juni 1846 staat de aanvrage van de weduwe van kapitein C.G.Blankert om een uitkering welke per 01 mei 1846 wordt toegekend voor haar en 3 kinderen.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer             jaren                type        scheepsnaam       naam reder/boekhouder

        450                1839                  sch.brik  Heemskerk           Gebr.Hartsen

                               1840-1841            bark       Pollux                  idem

                               1842-1845            geen opgave van schip en boekhouder

 

Bouma058 vermeldt C.G.Blankert als gezagvoerder gedurende:

*    1841 op de bark “Pollux”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 472 ton o.m., varend voor Gebr. Hartsen te Amsterdam

Bouma025 vermeldt .G.Blankert als gezagvoerder gedurende:

*    1839 t/m 1840 op de sch.bk “Heemskerk”, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 200 ton o.m., varend voor Gebr. Hartsen te Amsterdam. Het schip strandde op 30 januari 1840 op de Eierlandse gronden met manufacturen van Amsterdam voor Batavia. de bemanning werd gered.

ZeePost 03 januari 1840

Het schoenerschip HEEMSKERK, kapt. C.G. Blankert, naar Batavia bestemd, de 30ste december l.l. met een loods aan boord even buiten het Wester-Dok aan de grond geraakt, is sedert gisteren weder vlot en bezig de geloste goederen weder in te nemen, om ten spoedigste de reis te hervatten.

ZeePost 01 februari 1840 

Aangaande de schoener HEEMSKERK, kapt. Blankert, van Amsterdam naar Batavia, bij de Eierlandse gronden gestrand - zie ons nommer van de 31. januari j.l. - wordt volgens brief van den Helder van de 31ste januari gemeld dat dezelve door de aanhoudende stormen geheel uit elkander gewerkt is en vol water zit en lag een gedeelte der loze kiel reeds aan het strand, zodat dezelve geheel wrak zal zijn, de lading manufacturen (welker kisten door het ingedrongen zeewater gebarsten waren) is los geborgen en ligt bedekt met zeilen en onder  behoorlijke surveillance aan het strand en de nog in het schip zijnde metselstenen zullen waarschijnlijk met het casco openlijk verkocht worden; nog meldt kapt. Blankert dat hij na drie keren uit het Kanaal terug gestormd te zijn, beproefd had binnen te lopen, doch daarin door storm en dikke lucht verhinderd was geworden.

 

Swart082 vermeldt op 30 januari 1840 het vergaan op de Eijerlandse Gronden van de schooner “Heemskerk” onder kapitein J.Blankers op weg van Amsterdam naar Batavia met manufacturen. De equipage werd gered.

 

Overige bijzonderheden

C.G.Blankman (sic) verzorgde per 13 juni 1839 vanuit Nieuwediep met de “Heemskerk” een troepentransport van 1 officier en 26 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 14 september 1839 na 93 dagen.

C.G.Blakert verzorgde per 15 juni 1841 vanuit Nieuwediep met de “Pollux” een troepentransport van 5 officieren en 100 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 12 oktober 1841 na 119 dagen065

 

 

Datum vanaf: 1840
Kapitein: Blanckert, Christiaan Gijsbertus
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Abraham Pieter Klein werd geboren te Haarlem op 11 juli 1813.

Hij was gehuwd met Anna Coxon, geboren op 22 mei 1820 te Rotterdam.003

 

In het Bevolkingsregister van Amsterdam 1851 staat Abraham Pieter Klein, geboren 11 juli 1815 te Haarlem, Nederlands Hervormd, in 1852 wonend op de Reguliersgracht 86, in 1854 vertrokken naar Maarssen.

 

Abraham Pieter Klein werd volgens geboorte-extract nr.1600 geboren op 11 juli 1813 te Haarlem. Zijn ouders waren Abraham Klein Jr, kantoorbediende en Anna Alida Groenewoud, beiden uit Haarlem. Bij de aanname van Abraham als leerling aan de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart op 01 september 1826 waren beide ouders nog in leven. Abraham was toen 13 jaar, 1 el-4½ dm lang, gevaccineerd en gereformeerd. (hij was de broer van kapitein Frederik hendrik Klein - zie aldaar).

De schoolvorderingen in de vakken zeevaartkunde, schoolonderwijs (holland, frans en engels), scheepswerk en tekenen werden iedere 3 maanden bijgehouden te beginnen per januari 1827 en voor de laatste maal in januari 1832. Voorts zijn er de volgende aantekeningen:

06 augustus 1827       "bekomt een Prijs in de Fransche Taal, Beautés de l'Histoire de Voyage"

05 augustus 1828       "bekomt een prijs in de Engelsche Taal Cooks Three Voyages 2 deelen".

06 augustus 1829       "bekomt den eersten prijs in de Zeevaartkunde zijnde de Octant"

21 december 1829     "als Ledemaat aangenomen bij Do Weyland"

01 mei 1830                geplaatst als kajuitwachter op de "Abel Tasman" onder kapitein Foppe Baas voor en reis naar Batavia

23 april 1831               "terug van de reis met gunstige attestatie wegens zijn gehoud en gedrag aan boord gedurende de reis, bij overlijden van den Capitein en opperstuurman" volgens de monsterrol is hier sprake van kapitein Dirk Foppe Baas011

22 oktober 1831         geplaatst als ligtmatroos op de "Amsterdam" onder kapitein C.Abrahams Jr voor een reis naar Suriname

22 juni 1832                terug van de reis "met goede attestatie"

27 juni 1832                "honorabel ontslagen"004-532/1600.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

A.P.Klein (adres Nieuwedijk) werd per 24 januari 1843 met vlagnummer 653 en op voordracht van J.H.Seepe ingeschreven als effectief lid van het Amsterdams zeemanscollege "Zeemanshoop". Ten tijde van de inschrijving was zijn schip de "Pollux". Toegevoegd is "Bedankt"002.

In de Algemene Vergaderingen van 17/24 januari 1843 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Abraham Pieter Klein, oud 28 jaar, voerend de bark “Pollux”, wonende op de Nieuwendijk 33, op voordracht van kapitein J.H.Seeper.023.

Hij werd deelnemer in het WElfadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 01 december 1846. "1e Mei van beroep veranderd. Bedankt 1863"003.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 december 1852 staat een bericht van de Zuihollandsche Maatschappij tot redding van Schipbreukelingen te Rotterdam dat een gouden medaille is toegekend aan kapitein A.P.Klein plus nog eens f 100,- voor zijn equipage.042

In de notulen van de Bestuursvergadering  van Zeemanshoop dd 28 april 1853 staat vermeld dat via de Commissaris van de Koning in Noordholland is binnengekomen een door de Britse regering toegekende gouden medaille aan kapitein A.P.Klein. De uitreiking zal geschieden als de kapitein van zijn reis is teruggekeerd.042.

In de Bestuursvergadering dd 26 juli 1855 staat de melding van kapitein A.P.Klein dat hij van beroep is veranderd. Hij vraagt toepassing van artikel 58 van het Regelment.042. (dit regelt de wijziging in contributie bij beroepsverandering)

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van 03 mei 1853 wordt een brief vermeld van de Commissaris van de Koning in Noord-Holland, met de mededeling dat de Britse regering een Gouden Medaille heeft toegekend aan kapitein A.P.Klein “voor de redding der Equipage van het Britsche schonerschip Irene op den 24e November j.l. met verzoek die plegtig aan hem uit te reiken.”. Die formele uiteiking moet worden uitgesteld omdat kapitein Klein momenteel op weg is naar Java. In de notulen dd 28 februari 1854 vindt de plechtigheid alsnog plaats: 023.

“De Voorzitter (overhandigt) met eene hartelijke en toepasselijke toespraak aan kapitein A.P.Klein gezagvoerder van het Nederlandsch Barkschip Magdalena, eene gouden medaille hem door de Britsche Regeering toegekend wegens het met levensgevaar redden van de Equipagie, bestaande uit 5 personen van het Britsche Schoonerschip Irene gevoerd door kapitein A.Goodridge, tehuis behoorende te Sunderland, den 24e November 1852 op 49o NB en 5o WL en veilig in het Nieuwediep aan wal brengen. Welke medaille door den Commissaris des Konings in deze Provindie aan het Bestuur van het Collegie ter uitreiking was gezonden … “

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 14 augustus 1855 staat een mededeling van kapitein A.P.Klein dat hij van beroep is veranderd, maar verzoekt (met een beroep op artikel 58 van het Reglement) doorlopend lid van het College te mogen blijven, hetgeen wordt toegestaan.023

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

         653                      1843-1848     bark                 Pollux                                                     Jonkh.J.Hartsen

                                           1849           geen vermelding van schip en boekhouder

                                      1850-1853     bark                 Magdalena                                            Gebr.Hartsen

         295                           1854           bark                 Magdalena                                            idem

                                      1855-1862     geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt A.P.Klein als gezagvoerder gedurende:

*    1844 t/m 1850 van de bark “Pollux”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 472 ton o.m., varend voor de Gebr. Hartsen te Amsterdam;

*    1851 t/m 1855 van de bark “Magdalena”, gebouwd in 1850 te Amsterdam, 377 ton o.m., varend voor de Gebr. Hartsen te Amsterdam;

 

Overige bijzonderheden

In de Harlinger Courant van eind januari 1853 (exacte datum niet vermeld op de fotokopie) staat onder de rubriek BUITENLAND het volgende096:

LONDEN, 28 Januarij. – De consul van Groot-Brittanie, de heer Annesley, te Amsterdam heeft aan zijn gouvernement verslag gedaan van de redding door kapt. Klein van het Hollandsche schip Magdalena, in het laatst des vorigen jaars van vijf man der ekwipage van het in zinkende staat verkeerende Engelsche schoonerschip Ieeni (sic), van Sunderland; thans verneemt men, dat het Engelsche gouvernement eene som van zes honderd gulden heefty aangewezen ter verdeeling onder de manschappen van het schip Magdalena die met genoemden kapt. Klein aan deze redding heeft medegewerkt, terwijl aan den gemelden kapitein eene gouden medaille, benevens een Sextant, ter belloning van zijn menschlievend en manmoedig gedrag, zullen worden vereerd.”

 

“Bij het binnelopen van het Nieuwediep stoot de “A.R.Falck” (onder gezag van kapitein Pieter Teunisz van Duyvenbode) op de stil liggende “Magdalena”  en veroorzaakt voor zo’n ƒ 2.200 schade”050.

 

In een brief van kapitein S.Halfweeg dd december 1846 vanuit Batavia aan zijn patroon beschrijft deze zijn reis van Nederland naar NOI. Hij meldt: “Des namiddags ten 5 ure van den 12den op de hoogte van het Eiland Wight heb ik de “Pollux”, Kapt.A.P.Klein, gepraaid, dewelke mij beloofde mij te rapporteren … “

Gegevens dd 09 maart 2006 van Nan Halfweeg te Leidschendam.

 

 

Datum vanaf: 1842
Kapitein: Klein, Abraham Pieter
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Jan Kooy werd geboren te Monnikendam op 31 december 1807.

Hij was getrouwd met Catharina Theresia Velthuis, geboren te Amsterdam op 15 januari 1806.003

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.Kooy werd per 20 juni 1848 op voordracht van S.Veenstra en met vlagnummer 768 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdams zeemanscollege "Zeemanshoop". Bij de inschrijving was zijn schip de "Sara Maria". Toegevoegd is "bedankt"002. Ten tijde van de inschrijving waren Kooy en zijn vrouw 40 resp. 42 jaar. Ingeschreven staan 1 zoon uit 1849 en 1 dochter uit 1844002a.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 13/20 juni 1848 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Jan Kooy, oud 40 jaar, voerend de bark “Sara Maria”, op voordracht van kapitein S.Veenstra.023.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 27 juni 1848. Bedankt in 1870003.

 

J.Kooy was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1848 t/m 1870 met de vlagnummers 768 (1848-1854) en 384 (1854-1870).

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

       768                             1848           bark                 Sara Maria                                            Gebr.Hartsen

                                           1849           geen vermelding van schip en boekhouder

                                      1850-1853     bark                 Pollux                                                     Gebr.Hartsen

       384                        1854-1857     bark                 Magdalena                                            idem

                                      1857-1861     bark                 Magdalena                                            idem

                                      1862-1863     bark                 Johannes Martinus                              Batenburg & Co, Rotterdam

                                      1864-1870     bark                 Sindbad                                                 Pfister, Wurfbain & Co

 

Bouma025 vermeldt J.Kooy als gezagvoerder gedurende:

*    1848 van de bark “Sara & Maria”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 374 ton o.m., varend voor de Gebr. Hartsen te Amsterdam. Het schip voer in 1849 voor C.F.Kopersmit te Amsterdam en was herdoopt in “Bantam”;

*    1851 t/m 1858 van de bark “Pollux”, gebouwd in 1835 te Amsterdam, 472 ton o.m., varend voor de Gebr. Hartsen te Amsterdam. Het schip werd in 1858 gesloopt;

*    1858 t/m 1862 van de bark “Magdalena”, gebouwd in 1850 te Amsterdam, 377 ton o.m., varend voor de Gebr. Hartsen te Amsterdam. Het schip voer in 1863 voor kapitein/eigenaar P.Flens Jz te Texel en was herdoopt in “Elisabeth & Maria”;

*    1863 t/m 1864 van de bark “Johannes Martinus” ex Per Aspera ad Astra, gebouwd in 1854 te Capelle aan de IJssel, 503 ton o.m., varend voor Batenburg & Co te Rotterdam;

*    1865 t/m 1872 van de bark “Sindbad” ex Johannes Christiaam, gebouwd in 1858 te Zwolle, 482 ton o.m., varend voor Pfister, Wurfbain & Co te Amsterdam. Het schip voer in 1873 voor de Groot, Roelants & Co te Schiedam en was herdoopt in “Professor Simon Thomas”.

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

J.Kooy                                                   Magdalena                    26 juli 1860                            02 juni 1861

                                                                Magdalena                    20 augustus 1861                  21 juli 1862

                                                                Magdalena                    22 september 1862               09 december 1862

                                                                Johannes Martinus       geen melding                          19 november 1863

                                                                Sindbad                         07 augustus 1864                  18 oktober 1865

                                                                Sindbad                         20 februari 1866                    21 november 1866

                                                                Sindbad                         03 juni 1867                           19 maart 1868

                                                                Sindbad                         01 juli 1868                            geen melding

 

Overige bijzonderheden

Marten Lucas werd door de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam 2 maal geplaats op de Pollux onder kapitein Kooij. De eerste keer als jongen per 04 april 1851 voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Terugkeer niet gemeld. De tweede keer als ligtmatroos per 10 januari 1852 voor een reis van Amsterdam naar Batavia, waarna hij zich weer bij de school meldde op 22 februari 1853004(533/2162).

 

 

Datum vanaf: 1850
Kapitein: Kooy, Jan
Overige informatie: 0

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1835-04-22
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: POLLUX
Schipper: Huidekoper, Pieter
Scheepstype: bark
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Algemene informatie

04 november 1834

AH - Algemeen Handelsblad

Amsterdam, 3 november. Stadsnieuws. Heden is met het beste gevolg van stapel gelopen het koopvaardij barkschip POLLUX, gebouwd op de werf De Walvisch, van de scheepsbouwmeester Jan Nuveen.

 

12 maart 1836

AH 140336

Binnengekomen:

Texel, 11 maart. POLLUX, kapt. P. Huidekoper, van Batavia;

 

14 maart 1836

AH - Algemeen Handelsblad

Carga-lijsten Amsterdam: POLLUX, kapt. P. Huidekoper, van Batavia met koffie, suiker, kurkuma, huiden en bindrottingen.

 

11 april 1836

AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Van Amsterdam naar Batavia zal vermoedelijk omstreeks het begin der maand mei vertrekken, het snelzeilend barkschip POLLUX, kapt. Pieter Huidekoper, voorzien van ruime en volledige inrichtingen voor passagiers en deswege te bevragen bij de cargadoors d’Arnoud en Comp. en Jan Corver en Comp., te Amsterdam.

 

24 mei 1836

AH - Algemeen Handelsblad

Uitgezeild:Texel, 21 mei. VISSCHERY, kapt. D.J. Bies, naar Londen. 22 mei. POLLUX, kapt. P. Huidekoper, naar Batavia; JOHANNES ARNOLDUS, kapt. T.B. Teunissen, HENRIETTE, kapt. J.C. Willems en WILHELMINA EN MARIA, kapt. J.C. Atkes, alle drie naar Suriname; DRIE GEZUSTERS, kapt. L. Zwart, naar Dantzig.

 

31 mei 1836

AH - Algemeen Handelsblad

Volgens brief van kapt. Sandman, voerende de brik DE KONING DER NEDERLANDEN, in dato 24 mei was hij toen op de hoogte van Douvres, met hard N.O. en N.O. ten N. winden aldaar kruisende en rapporteert op de middag van 23 mei bij de Singels gepraaid te hebben, het Nederlands schip POLLUX, kapt. P. Huidekoper, van Amsterdam naar Batavia.

 

02 juni 1836

RC - Rotterdamsche Courant

Rotterdam, 1 juni. Volgens brief van G.A. Sandman, voerende de brik KONING DER NEDERLANDEN, van Batavia naar Amsterdam, in dato 24 mei, was hij toen wegens harde N.O. en N.O. ten N. wind kruisende op de hoogte van Douvres. Kapt. Sandman rapporteert, de vorige middag op de hoogte van de Singels gepraaid te hebben het schip POLLUX, kapt. R. Huidekoper, van Amsterdam nar Batavia.

 

12 augustus 1836

AH - Algemeen Handelsblad

Gepraaid, de 14e juni bij de Kaap-Verdische Eilanden de bark POLLUX, kapt. P. Huidekoper, van Amsterdam naar Batavia, hebbende 21 dagen reis.

 

16 augustus 1836

RC - Rotterdamsche Courant

Rotterdam, 15 augustus. Kapt. Giraud, van Sumatra en Bourbon te Bordeaux aangekomen, heeft de 16e juni, op de hoogte van de Kaap Verdische Eilanden gepraaid het schip POLLUX, kapt. P. Huidekoper, van Amsterdam naar Batavia, hebbende alstoen 24 dagen reis.

 

07 januari 1837

RC - Rotterdamsche Courant

Den 9 september is van Batavia naar Soerabaya gezeild de Nederlandse bark POLLUX.

 

02 februari 1837

RC - Rotterdamsche Courant

Te Samarang is gearriveerd de Nederlandse bark POLLUX van Batavia.

 

14 maart 1837

RC - Rotterdamsche Courant

Ter rede van Soerabaya lagen den 9 november: (o.a.) barken ONDERNEMING en POLLUX,

 

17 maart 1837

AH - Algemeen Handelsblad

Schepen in lading te Amsterdam:

Batavia. Het gekoperd tweedeks barkschip POLLUX, kapt. P. Huidekoper.

Adres bij Jan Corver en Co. en Arnoud en Co.

 

19 augustus 1837

JC - Javasche Courant

Batavia, 17 augustus. Heden zijn hier aangekomen de Nederlandse bark POLLUX, kapt. P. Huidekoper, de 10e mei vertrokken van Amsterdam, en het dito schip ADMIRAAL TROMP, kapt. P.J. Kerkhoven, met negen passagiers en Zr.Ms. troepen, de 4e mei vertrokken van Amsterdam.

 

24 april 1838

AH - Algemeen Handelsblad

Schepen in lading te Amsterdam:

Batavia: het gekoperd tweedeks barkschip POLLUX, kapt. C.C. Kat, adres bij Jan Corver &Co. en d’Arnaud&Co.

 

01 september 1838

JC - Javasche Courant

Batavia, 30 augustus. Heden is hier aangekomen het Nederlandse schip POLLUX, kapt. C.C. Kat, vertrokken van Amsterdam de 23e mei, en dito schip GOED VERTROUWEN, kap. B. Bakker, met twee passagiers, vertrokken van Amsterdam de 18e mei.

 

24 december 1838

ZP - Zeepost

Den 5 september lagen ter rede van Batavia de schepen BATAVIER, kapt. Scharper, ZEEMEEUW, kapt. Claus, GOED VERTROUWEN, kapt. Bakker, POLLUX, kapt. Kat, FLEVO, kapt. Amsberg, MARGARETHA JOHANNA, kapt. Schou, ROTTESTROOM, kapt. Kuiper, NICKERIE, kapt. Bunnemeijer, JAVAAN, kapt. Meijer, en CATHARINA JOHANNA, kapt. Schneebeke.

Kronieken uit 1839

 

23 december 1839

ZP - Zeepost

Het schip (opm: bark) POLLUX, kapt. C.C. Kat, van Batavia de 21e december in Texel binnen, heeft de uit- en thuisreis in zeven maanden en vijf en twintig dagen volbracht, waaronder begrepen zijn een verblijf te Batavia en Samarang van 49 dagen.

 

30 september 1840

JC - Javasche Courant

Te Banjoewangie aangekomen schepen:

De 18e september: bark POLLUX, kapt. C.G. Blankert, van Soerabaija de 7e september.

 

16 februari 1841

AH - Algemeen Handelsblad

Carga-lijsten Amsterdam: NEHALENNIA, kapt. F.T. Verster, van Batavia met koffie, suiker, tabak en bindrottingen; CLAUDIUS CIVILIS , kapt. W. Groen, van Batavia met koffie en suiker; VERONICA, kapt. K. Welger, van Batavia met koffie, suiker en tin; POLLUX, kapt. G.C. Blankert, van Batavia met koffie en suiker.

 

13 oktober 1841

JC - Javasche Courant

Batavia,11 oktober. Batavia, 11 oktober. Heden is hier aangekomen de Nederlandse bark POLLUX, kapt. C.G. Blankert, met Zr.Ms. troepen en diverse passagiers vertrokken van Amsterdam de 18de juni.

 

25 juni 1842

AH - Algemeen Handelsblad

Cargalijsten Amsterdam: POLLUX, kapt. C.G. Blankert, van Batavia met koffie, suiker,cochenille en bindrott.

 

27 mei 1843

AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Van Amsterdam naar Batavia zullen vermoedelijk in de maanden juli of augustus eerstkomende, vertrekken de barkschepen POLLUX, kapt. A.P. Klein; CASTOR, voor deze reis gevoerd door kapt. T. Gollards, en PLANCIUS, kapt. S.J. Rotgans. Voor passagiers en goederen te bevragen bij de cargadoors d’Arnaud&Co., Jan Corver &Co. en J. Daniels & Zn. &Arbman.

 

20 juni 1843

AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Schepen in lading:

Batavia. Het gekoperd tweedeks barkschip POLLUX, kapt. A.P. Klein, van Amsterdam. Adres bij Jan Corver en Co., d’Arnaud en Co. en Jan Daniels en Zn. en Arbman.

 

18 oktober 1843

JC - Javasche Courant

Batavia. Aangekomen.

14 oktober. Nederlandse bark POLLUX, kapt. A.P. Klein, vertrokken van Amsterdam de 5e juni.

 

02 april 1844

AH - Algemeen Handelsblad

Schepen in lading naar:

Batavia: het gekoperde barkschip POLLUX, kapt. A.P. Klein. Adres bij Jan Corver en Co. en Jan Daniels en Zoon en Arbman.

 

09 augustus 1845

AH - Algemeen Handelsblad

Advertentie. Van Amsterdam naar Batavia zal vermoedelijk in de loop van de maand september vertrekken, het nieuw gekoperd tweedeks barkschip POLLUX, kapt. A.P. Klein, varende met een bekwame scheepsdokter. Voor passagiers en goederen te bevragen, bij de heren J. Daniels & Zn. en Arbman, D’Arnaud&Co. en J. Corver &Co., cargadoors.

 

26 augustus 1845

DC - Dordtsche Courant

Dordrecht, 25 augustus. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn op heden bevracht de navolgende schepen, als: (o.a.) Voor Amsterdam: POLLUX, kapt. A.P. Klein; CHRISTOPHORUS COLUMBUS, kapt. K. Wilger; MAXIMILIAAN THEODOOR, kapt. D. Boelhouwer; ANNE EN ELISE, kapt. C.J. Jaski, en ZEEMANSHOOP, kapt. G.J. Teensma.

 

24 december 1845

JC - Javasche Courant

Batavia, 22 december. Heden is hier aangekomen het Nederlands schip POLLUX, kapt. N.P. Klein, met drie passagiers, vertrokken van Amsterdam de 10e september.

 

04 maart 1848

DC - Dordtsche Courant

Dordrecht, 3 maart. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden de volgende 16 schepen als: (o.a.) Voor Amsterdam: POLLUX, kapt. A.P. Klein; STAD AMSTERDAM, kapt. H. Blokziel; ADMIRAAL JAN EVERTSEN, kapt. C.P. Kuyper; PETRUS, kapt. A. Stokvliet; ANNA MARIA HENRIETTA, kapt. H.F. Zeylstra; MARIA, kapt. H.D. van Wijk, en JACOB CATS, kapt. J.A. Keeman, van Dordrecht.

 

05 juli 1848

JC - Javasche Courant

Batavia, 1 juli. Heden is hier aangekomen de Nederlandse bark POLLUX, kapt. N.P. Klein, met een passagier, de 26e maart vertrokken van Amsterdam.

 

25 augustus 1849

JC - Javasche Courant

Batavia, 23 augustus. Heden zijn hier aangekomen het dito schip WHAMPOA, kapt. J.M. Pfeil, de 20e mei vertrokken van Rotterdam, het dito schip BIESBOSCH, kapt. P.M. Vogelsang, de 20e mei vertrokken van Dordrecht, en het dito schip POLLUX, kapt. H.D. van Wijk, de 6e mei vertrokken van Amsterdam.

 

19 maart 1850

DC - Dordtsche Courant

Dordrecht, 18 maart. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht geworden de volgende zeven schepen als: (o.a.) Voor Amsterdam: POLLUX, kapt. J. Kooy; ALBATROS, kapt. K.P. Haasnoot; ANNA MARGARETHA, kapt. J.J.S. Rühl; FLEVO, kapt. S. van der Mey.

 

19 oktober 1851

NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

Batavia, 25 augustus. Scheepsvrachten blijven zonder verandering. De POLLUX, laadt suiker tot NLG 80 en de SOERABAIJA een partij suiker tot NLG 85, te Samarang liggende.

 

NRC 210452

Rotterdam, 20 april. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn heden bevracht de volgende 32 schepen: (o.a.)

Voor Amsterdam: OCEAAN, kapt. C.J. Doeksen, POLLUX, kapt. J. Kooy; JAVA COURIER, kapt. F.G. Rienitz; A.R. FALCK, kapt. P. van Duyvenboden; JAVAAN, kapt. G.J. Teensma; LOUISA MARIA, kapt. D. Herderschee; CHRISTINA AGATHA, kapt. O.P. Lap; CORNELIA, kapt. P.B. Rolufs; ECHO, kapt. C. de Lanoy; ELISABETH & ANTOINETTE, kapt. H.A. Besier; GOEDE VERTROUWEN, kapt. T.C.H. Kock; ZEEMANSHOOP, kapt. D. Duinker; VRIENDSCHAP, kapt. H.W. de Boer; ADMIRAAL VAN HEEMSKERK, kapt. P. Kiey; GRAAF VAN LIMBURG STIRUM, kapt. H.H. Smit; STAD NIJMEGEN, kapt. P.W.B. Mellink; ORION, kapt. C.M. Borghorst en JACOB CATS, kapt. J. Koning; de beide laatsten van Dordrecht.

 

01 september 1852

JC - Javasche Courant

Batavia, 31 augustus. Alhier zijn aangekomen: het Nederlandse schip POLLUX, kapt. J. Kooij, met een passagier, vertrokken van Amsterdam de 21e mei, en het Nederlandse schip ROTTERDAM, kapt. P. Vis, met een aantal passagiers en Zr.Ms. troepen, vertrokken van Rotterdam de 16e mei

 

30 maart 1854

NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

Batavia, 10 februari. Scheepsvrachten. Aanvankelijk bleven de arrivementen sedert ons vorig bericht traag en souteneerden (opm: handhaafden) de vrachten zich. Sedert een paar dagen arriveerden enige onbevrachte bodems en werden daardoor lagere offertes geaccepteerd. Onderstaande bevrachtingen kunnen wij ditmaal vermelden: de POLLUX, reeds vroeger gecharterd, NLG 125 naar Amsterdam voor suiker te laden te Tagal, Samarang en Soerabaija (opm: Tegal, Semarang en Surabya);

 

31 maart 1855

NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 32 schepen, als: (o.a.) Voor Amsterdam: ELIZA HENRIETTE, kapt. J.F. Detering; PHOEBUS, kapt. C.F. Beck; GEBROEDERS, kapt. B.G. Flik; POLLUX, kapt. J. Kooy; HENRIETTE, kapt. J. van Loenen; ALBATROS, kapt. K.P. Haasnoot; DIONYSIA CATHARINA, kapt. H.J. de Boer; VIJF GEBROEDERS, kapt. P. Dekker; JOHANNA MARIA CHRISTINA, kapt. C.N. Gorter; AMPHITRITE, kapt. D. Grim; DE ZWAAN, kapt. H.F. Zeijlstra; STAD LEYDEN, kapt. C.C. Ruige; VRIJE HANDEL, kapt. D. van Ketwich; NIEUW HOLLAND, kapt. L. Tuk; ZAANSTROOM, kapt. D. Hofker; MATHILDA, kapt. B. van Olst; STAATSRAAD VAN DER HOUVEN, kapt. F. Heijmeriks.

 

04 juli 1855

JB - Javabode

Batavia, 3 juli. De 1e juli zijn hier aangekomen de Nederlandse barken POLLUX, kapt. J. Kooy, de 19e maart vertrokken van Liverpool, GOUVERNEUR-GENERAAL ROCHUSSEN, kapt. C. La Seur, de 26e maart vertrokken van Rotterdam, ABEL TASMAN, kapt. J. Hensing, de 2e mei vertrokken van Akyab, en HENRIETTE, kapt. J. van Loenen, de 2e juni vertrokken van Adelaide.

 

01 november 1856

JB - Javabode

Batavia, 1 november. De 30e oktober is hier aangekomen de dito bark POLLUX, kapt. J. Kooy, van Amsterdam vertrokken de 14e juli.

 

01 januari 1857

NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

Batavia, 10 november 1856. Vrachten. Hieromtrent valt het volgende te berichten.Nederlandse POLLUX laadt rijst te Indramayoe à NLG 85 en zal hier opvullen.

 

 

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

GEMEENTEARCHIEF Amsterdam
archiefnummer 5074 – 1420 – 1835 – no. 6

BIJLBRIEF Pollux

plaats en datum acte Amsterdam, 3 maart 1835

type schip koopvaardij barkschip

kapitein

Bouwwerf Jan Nuveen, scheepsbouwmeesters te Amsterdam,
werf de Walvisch

Eigenaar Jacob Hartsen c.s, Amsterdam

te voeren door kapt. Pieter Huidekoper

grootte in tonnen 253 lasten

tuigage / aantal dekken 2 dekken

afmetingen 33,18 x 6,38 x 5,10 m

kiellegging 17 mei 1834

tewaterlating 3 november 1834

plaats / nr van registratie Amsterdam, deel 30 folio 29 recto vak 7

datum registratie 3 maart 1835

notaris

prijs ƒ

bijzonderheden het schip is kopervast
scheepsmeter B. de Ruyer d.d. 2 maart 1835

Naam POLLUX
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1835
Toegang 5074
Inventaris 1420
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1417.1835.6

deel VII, foto 1- 025 - 027
CEDULE

Naam schip POLLUX

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 7 maart 1835

type schip fregat

bouwwerf/verkoper Jan Nuveen, scheepsbouwmeester te Amsterdam
gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. P. Huidekoper

grootte in tonnen 253 lasten of 480 tonnen

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Amsterdam door Jan Nuveen

plaats / datum registratie Amsterdam, 7 maart 1835

nummer registratie deel 23, folio 139, verso, vak 6

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief, afgegeven te Amsterdam op 3 maart 1835 door de scheepsbouwmeester Jan Nuveen; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.
De eed wordt afgelegd door Johannes Reinirus Gallenkamp, convooiloper en cargadoor te Amsterdam voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.

researcher/datum research: ML / 280116

bijlage bij acte 6 van 7 maart 1835, fregat POLLUX
eigenaren per primo 1835:

Jacob Hartsen, Amsterdam (boekhouder en 2/40e part)
firma Gebrs. Hartsen, Amsterdam (1/40e part)
firma Van Eeghen & Co., Amsterdam (2/40e part)
L.H. Lankhorst, Amsterdam (2/40e part)
J.J. Kluppel, Amsterdam (2/40e part)
P.J. Haedel, Amsterdam (2/40e part)
H. Luden J.Hzn., Amsterdam (2/40e part)
G. Kramer, Amsterdam (2/40e part)
P.S. Dedel, Amsterdam (1/40e part)
firma P. & S. Rendorp, Amsterdam (2/40e part)
Pieter Bel, Amsterdam (1/40e part)
Claas van de Stadt, Amsterdam (2/40e part)
firma Gebrs. van der Vliet, Amsterdam (1/40e part)
firma Buys & Zoon, Amsterdam (1/40e part)
P. van der Mersch, Amsterdam (1/40e part).
J. de Haan Pzn., Amsterdam (1/40e part)
A.de Haan Pzn., Amsterdam (1/40e part)
J. Laan Willink, Amsterdam (1/40e part)
Walrave van Heukelom, Amsterdam (1/40e part)
G.C. Lange, Amsterdam (1/40e part)
C.F.M. de Lepel, Amsterdam (1/40e part)
J. Fock, Amsterdam (1/40e part)
Hajo Houttuijn, Amsterdam (1/40e part)
P. Craandijk Jr., Amsterdam (1/40e part)
H. Kruges Schumer, Amsterdam (1/40e part)
A. Backer Jr., Amsterdam (1/40e part)
H.A. van Karnebeek, Amsterdam (1/40e part)
Baron G.A.G.P. van der Capellen, Amsterdam (1/40e part)
A.F. Reael, Amsterdam (1/40e part)
firma A. & C. Oortman, Utrecht (1/40e part)

ML / 280116

Naam POLLUX
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1835
Toegang 5074
Inventaris 1418
Klik hier om de originele akte te bekijken

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: Gemeentearchief Amsterdam, Archiefnummer 5074.1420.1835.6
Gemeentearchief Amsterdam, Archiefnummer 5074.1417.1835.6
N.A. Den Haag toegang nummer 2.08.01.07 Zeebrieven verbalen, diverse bestanddelen
AH = Algemeen Handelsblad
DC = Dordtsche Courant
JB = Javabode
JC = Javasche Courant
NRC = Nieuwe Rotterdamsche Courant
ZP = Zeepost