Inloggen
BEZOEKIE - ID 9210


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1853-07-07 / 1872-05-07 | Reden uitgevlagd: Verkocht naar het buitenland

Identification Data

Bouwjaar: 1853
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Bark
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Construction Data

Scheepsbouwer: Rotterdams Welvaren - firma A. van Hoboken & Zonen - scheepsbouwm. Pieter Hermanus Kortlandt, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1849-06-30
Launch Date: 1853-04-25
Delivery Date: 1853-07-07
Technical Data

Gross Tonnage: 395.00 lasts
Gross Tonnage 2: 747.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 40.10 Meters Registered
Beam: 7.23 Meters Registered
Depth: 5.80 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1853
Datum agenda: 1853-08-05
Register nr: 18530546
Scheepsnaam: BEZOEKIE
Type: Bark
Lasten: 395
Gebouwd in provincie: Zuid Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Hoboken & Zonen, A. van
Plaats: Rotterdam
Opmerkingen: Zb

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1853-07-07 BEZOEKIE
Manager: Firma A. van Hoboken & Zonen, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Firma A. van Hoboken & Zonen, Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands
Additional info: Call sign since 1867: NHBF.

Date/Name Ship 1872-05-00 LOUISE
Manager: C. Gehm, Swinemünde, Germany
Eigenaar: C. Gehm, Swinemünde, Germany
Shareholder:
Homeport / Flag: Swinemünde / Germany
Callsign: JDKB

Date/Name Ship 1875-09-20 LOUISE
Manager: W. Jantzen & J. Thormählen, Hamburg, Germany
Eigenaar: W. Jantzen & J. Thormählen, Hamburg, Germany
Shareholder:
Homeport / Flag: Hamburg / Germany
Callsign: JDKB

Ship Events Data

1853-04-25: Building History
NRC 260453
Rotterdam, 25 april. Van de scheepstimmerwerf Rotterdams Welvaren werd heden te water gelaten het barkschip BEZOEKIE, groot ca. 400 lasten, en daarna de kiel gelegd voor het schoenerschip ARGO, groot 350 lasten, beide voor de heren A. van Hoboken & Zonen.
1872-05-07: Sold to foreign country
Advertentie. De makelaars F.N. Montauban van Swijndregt, W. van Dam H.Hz., B.C.D. Hanegraaff, H.N. Montauban van Swijndregt, H.H. van Dam, C.H. van Dam en H. Montauban van Swijndregt, zullen, als lasthebbende van hun Meesters, op dinsdag 7 mei 1872, des middags ten 12 ure, in de Zaal aan de Scheepmakershaven, Wijk 1 No. 499, publiek veilen het snelzeilend, gekoperd en kopervast Nederlands barkschip BEZOEKIE, laatst gevoerd door kapt. C.J.A.R. Reckers, volgens meetbrief lang 40,10 meters, wijd 7,23 meters, hol 5,80 meters, en alzo groot 747 tonnen of 395 lasten, met al zijn rondhout, staande en lopend want, ankers, kettingen, touwen, zeilen en verdere scheepsgereedschappen, zoals het thans is liggende te Nieuwediep.
Nadere informatiën zijn te bekomen bij bovengenoemde Makelaars.
1875-00-00: History
1875: Het schip werd ingezet op de vaart naar Kameroen.
1888-00-00: Final Fate: Broken up

Gesloopt in Kameroen.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Amerik Schaap werd geboren te Katwijk op 19 maart 1797.

Hij trouwde met Emmerensje Drost, geboren te Rotterdam op 28 juli 1801 en overleden 14 november 1877.

Amerik Schaap werd geboren op 14 maart 1794 te Katwijk aan Zee als zoon van de Nederlands Hervormde Ary Schaap en Leintje Schuyte. Hij woonde te Rotterdam o.a. aan de Grote Draaisteeg Wijk 1 nr. 96. Hij huwde op 30 april 1823 te Rotterdam met Emmerensje Drost, geboren/gedoopt op 27/28 juli 1801 te Rotterdam als dochter van Pieter Drost en Maria Neurenberg005.

Amerik Arysz Schaap werd gedoopt op 17 maart 1797 te Katwijk als zoon van Ary Ameriksz Schaap en Leuntje Jacobsd. Schuyte. Hij trouwde te Katwijk met Emerentia Drost en overleed ter plaatse op 07 augustus 1876.054

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

A.Schaap (adres A.van Hoboken & Zn) werd met vlagnummer 246 per 26 februari 1828 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van kapitein B.J.Martens. Als zijn schip wordt genoemd de “Rhoon en Pendrecht”, in het register doorgestreept en vervangen door “Gertrude”002.

Amerik Schaap, oud 31 jaar, afkomstig uit Rotterdam en met adres B.J.Martens, voerende het fregat “Rotterdams Welvaren”, werd in de Algemene Vergaderingen van 19/26 februari 1828 van Zeemanshoop als effectief lid voorgedragen/benoemd op voordracht van kapitein B.J.Martens. Zijn vlagnummer werd 246023.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 19 mei 1829003.

A.A.Schaap was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1828 t/m 1876 met de vlagnummers 246 (1828 t/m 1836), 151 (1836 t/m 1854) en 43 (1854 t/m 1876).

  1. Schaap was met vlagnummer R113 in de periode 1826 t/m 1876 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. De ledenlijsten uit de periode 1820 t/m 1825 ontbreken. Het is derhalve mogelijk dat hij in één van de jaren uit deze periode tot de Maatschappij is toegetreden058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 februari 1872 staat een verszoek om onderstand door kapitein A.Schaap welke hem in de vergadering dd 28 maart 1872 wordt toegekend ingaande 01 mei 1872.042.

In de Bestuursvergadering dd 25 april 1872 staat een verzoek van kapitein A.Schaap “dat de onderstand hem toegekend te Rotterdam moge betaald worden.” Hem wordt verwezen naar art. 58 van het Reglement.042 Dit artikel regelt de wijze van uitbetaling. Uitbetaling alleen ten kantore van het Weldadig Zeemans Fonds aan de rechthebbende of een gemachtigde.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 augustus 1874 vraagt kapitein A.Schaap om te worden vrijgesteld van contributiebetaling. Dit wordt geweigerd als zijnde in strijd met de reglementen.042.

In de Bestuursvergadering dd 31 augustus 1876 vraagt de wed. A.Schaap om de reglementaire uitkering welke haar in de vergadering van 28 september 1876 wordt toegekend ingaande 01 november 1876.042.

In de notulen van de Algemene Vergadering van “Zeemanshoop” dd 16 april 1872 staat vermeld dat per 01 mei 1872 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan kapitein A.Schaap. 023. (dit is de enige kapitein Schaap met de initiaal A die lid was van Zeemanshoop, dus voormelde mededeling zal wel op deze kapitein slaan.)

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 10 november 1874 staat vermeld dat A.Schaap een ontheffing vraagt om contributie te betalen. Dit wordt afgewezen.023.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 10 oktober 1876 staat vermeld dat een uitkering is toegekend aan de wed. A.Schaap geb. Drost te Rotterdam (geen ingangsdatum).023

A.Schaap was afwisselend commissaris in 1839, permanent commissaris in 1841, secretaris in 1846, vice-voorzitter in 1847/1848 en wederom permanent commissaris van 1856-1861 van de Maatschappij058.

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Scheepvaart001:

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

       246                      1828-1830    fregat              Rotterdams Welvaren           A.van Hoboken te Rotterdam

                                        1831          fregat              Antonia                                   idem

                                     1832-1833    fregat              Batavia                                   idem

                                     1834-1835    fregat              Rhoon en Pendrecht              idem

       152                      1836-1838    fregat              Rhoon en Pendrecht              idem

                                     1839-1840    geen vermelding van schip en boekhouder

                                     1841-1851    fregat              Gertrude                                  A.van Hoboken te Rotterdam

                                        1852          geen vermelding van schip en boekhouder

                                        1853          fregat              Bezoekie                                 A.van Hoboken te Rotterdam

        43                       1854-1855    fregat              Bezoekie                                 idem

                                     1856-1875    geen vermelding van schip en boekhouder

 

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein A. Schaap met vlagnummer R113 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*     1849, 1851  van het fregat ”Gertrude” 515 last varend voor A. van Hoboken & Zonen te Rotterdam

*     1855             van de bark “Bezoekie”    395 last varend voor A. van Hoboken & Zonen te Rotterdam

*     1858, 1859, 1862 t/m 1867, 1874                          geen schip en reederij vermeld

 

Bouma025 vermeldt A.Schaap als gezagvoerder gedurende:

1824 t/m 1825 op de brik “Dijkzicht” ex Drie Gebroeders, bouwjaar en -plaats niet vermeld, 287 ton o.m., varend voor A.van Hoboken te Rotterdam. Bouma vermeldt in 1819-1824 als kapitein van dit schip M.A.Jacometti.

*   1829 t/m 1831 op het 3/m schip “Rotterdams Welvaren, ex Elisabeth? ex Flora?, gebouwd te Middelburg, bouwjaar niet vermeld (maar is vermoedelijk 1811), 345 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam;

*   1830-1831 op het fregat “Anthony”, gebouwd in 1827 te Rotterdam, 470 ton o.m., varend voor A.van Hoboken te Rotterdam.

*   1833-1838 op het fregat “Batavia”, gebouwd in 1829 te Rotterdam, 710 ton o.m., varend voor A.van Hoboken te Rotterdam;

*   1839 op de brik “Willem”, gebouwd in 1826 te Rotterdam, 230 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam;

*   1835-1840 op het fregat “Rhoon en Pendrecht”, gebouwd in 1834 te Rotterdam, 825 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam;

  • * 1841 t/m 1852 op het fregat “Gertrude”, gebouwd in 1840 te Rotterdam, 990 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam;
  • * 1853 t/m 1856 op de bark “Bezoekie”, gebouwd in 1853 te Rotterdam, 747 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam.

De onderlinge vaarperioden kloppen vaak niet. Ik acht de opgaven uit de Amsterdamsche Almanaak voor Koophandel en Zeevaart001 het meest betrouwbaar Het lijkt erop, dat Schaap de eerste kapitein was op de “Rhoon en Pendrecht”, de “Gertrude” en de “Bezoekie”.

In 1824 was A.Schaap gezagvoerder van het Rotterdamse fregat “Dijkzigt” (154 lasten). De boekhouder was A.van Hoboken012.

A.Schaap was in 1840 gezagvoerder van de “Gertrude” (600 last), op 28 juli 1840 te water gelaten op de werf “Rotterdams Welvaren” van A.van Hoboken & Zn te Rotterdam voor rederij A.van Hoboken & Zn 027.

 

Overige bijzonderheden

Op 04 januari 1848 vertrok van Batavia het fregat “Gertrude” onder kapitein A.Schaap, was 10 maart 1848 te St.Helena en arriveerde 14 mei 1848 te Brouwershaven na een reis van 130 dagen026(38/299).

Amerik Arysz Schaap was in 1819 gezagvoerder op de brik Dijkzigt, van 1826-1829 op het fregat Rotterdams Welvaren en daarna op de Anthonie en de Batavia (perioden niet vermeld), van 1833-1839 op het 1200 ton metende, in 1833 gebouwde fregat Rhoon en Pendrecht, van 1842-1849 op het 515 last metende fregat Gertrude en in 1852 op de 395 last metende bark Bezoeki.

In het Notarieel Archief van Katwijk van 08 april 1840 staat hij vermeld als woonachtig in Rotterdam.

Hij was met vlagnummer R113 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart en met de nrs. 246/152/43 van het Amsterdamse college Zeemanshoop.

De publicatie bevat zwart-wit afbeeldingen van de brik Dijkzigt (I.Schouman 1821/1822), het fregat Anthony (I.Schouman 1827) en het fregat Rhoon en Pendrecht (J.Spin, 1849)054-151.

A.Schaap vezorgde per 2 januari 1826 met de “Rotterdams Welvaren” een troepentransport van 3 officieren en 75 manschappen. Het schip arriveerde te Batavia op 02 mei 1826 na 120 dagen, waarbij onderweg 1 militair was overleden.

Met hetzelfde schip voer hij uit op 22 januari 1827 met een detachement van 5 officieren en 87 manschappen. Hij kwam in Batavia aan op 26 juli 1827 na 185 dagen en verloor onderweg 2 militairen

Op 26 oktober 1829 voer hij uit met de “Anthonie” en 3 officieren en 130 manschappen. Hij arriveerde te Batavia na 125 dagen op 28 februari 1830 en had onderweg 1 militair verloren.

Op 30 juni 1835 nam hij met de “Batavia” 1 militair mee. De aankomstdatum te Batavia is niet vermeld.065*.

Op 18 april 1836 vertrok hij met de “Rhoon en Pendrecht” en 1 militair. De aankomstdatum te Batavia is niet vermeld.065*

Op 12 april 1837 vertrok hij met de “Rhoon en Pendrecht” met aan boord 1 officier en arriveerde te Batavia op 06 juli 1837 na 85 dagen.

Met hetzelfde schip vertrok hij op 23 april 1838 met een detachement van 12 officieren en 201 manschappen. Het schip maakte een tussenstop in St. George d’Elmina waar 12 officieren, 201 onderofficieren en manschappen achterbleven en 2 officieren, 70 Europeanen plus 100 Afrikanen inscheepten. 3 van de Afrikaanse recruten plus nog 2 andere militairen stierven onderweg en met 65 man arriveerde het schip in Batavia op 24 oktober daaraanvolgend na 184 dagen065.

Op 28 mei 1839 vertrok hij met de “Jacobus” inclusief 4 officieren en 20 manschappen. Ook toen was er een tussenstop in St.George d’Elmina waar 70 Afrikaanse recruten inscheepten. Het schip kwam op 12 oktober 1839 na 146 dagen aan, terwijl onderweg 2 manschappen waren overleden065. Deze opgave met de “Jacobus” klopt niet met Bouma025. Volgens andere opgavenbv.001 zou de gezagvoerder van dit schip Ary Maartenszoon Schaap geweest zijn. Zie aldaar.

Op 16 juli 1847 vertrok hij met de “Gertrude” en een contingent van 3 officieren en 160 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 20 oktober 1847 na 96 dagen.

Op 18 april 1850 vertrok hij met hetzelfde schip en 5 landmachtofficieren. Hij arriveerde te Batavia op 28 juli 1850 na 101 dagen.

Op 31 mei 1851 vertrok hij met hetzelfde schip. Aan boord was 1 landmachtofficier. Hij arriveerde te Batavia op 10 september 1851 na 102 dagen.

Alle voorgaande afvaarten geschiedden vanuit Hellevoetsluis065.

Op 04 september 1853 vertrok hij vanuit Brouwershaven met de “Bezoekie” en een contingent van 3 officieren en 120 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 07 december 1853 na 94 dagen. Ònderweg stierven 2 manschappen06

Ary Schaap was met de “Rhoon en Pendrecht” in februari 1838 vertrokken uit Nederland als onderdeel van een strafexpeditie naar Guinea, het tegenwoordige Ghana, vanwege opstand en moordpartijen door een lokale stam. “De Rhoon en Pendrecht was op 9 mei 1838 bij de Canarische Eilanden: 28 dagen na vertrek uit Rotterdam.” Na het uitvoeren van de expeditie vertrok het schip naar Java “met waarschijnlijk 140 recruten aan boord. Het schip kwam in de laatste week van oktober in Batavia aan.”

“Ary Schaap werd voor zijn aandeel als scheepskapitein aan de strafexpeditie in maart 1839 benoemd tot Ridder in de Orde van de Nederlandsche Leeuw.”069 – p.212-213.

In de “Biografie van Cornelis Abrahamsz Jr” staan de volgende bijzonderheden080:

23 november 1847. Reede van Cheribon met de “Urania” onder kapitein C.Abrahamsz. Jr:

“We vonden hier … noch 2 a 3 kapiteins zijnde Schaap, met de Gertrude, Kapt. v.d. Hoeve, en Kapt. Kersjes de Jong. Wij ondervonden van deze Kapiteins, zoo wel als van de andere Heeren, en ook van de Inwoners der plaats, daar wij kennis mee maakten veel vriendschap.”080-p.211.

08 december 1847. op de reede van Cheribon:

We ligtte nu ons anker, zette onze zeilen bij en rigtte onze koers naar Soerabya, terwijl Schaap met de Gertrude naar Batavia vertrok.”080.

Voorts:

23 november 1847 te Cheribon:

Anna Abrahamsz., aan boord van de Urania” onder gezag van haar vader, logeerde in een logement. “Wij vonden hier … kapt. Schaap … welke hier ook kamers hadden. In het logement was het zeer zindelijk en wij hadden hier zeer goed eten.”

p.35       uit: Anna Abrahams. Journaal eener Oostindiesche Reis. De belevenissen van een tienjarig meisje in 1847 en 1848.

Geannoteerde uitgave door de stichting Terra Incognita te Amsterdam. 1993. 72 pp.

Het Nederlands Scheepvaart Museum bezit een prent van de brik Dijkzicht, in 1821 of 1822 getekend door Izaak Schouman. Het voert de vlag van Zeemanshoop met nummer 113. 069 – p.112.

In particulier bezit van van Hoboken te Asselt is een prent van de “Rhoon en Pendrecht” met het kapiteinsnummer 113 van Ary Schaap. De prent staat afgebeeld in referentie 069 – p.211.

“Kapitein Martinus Azon Jacometti, die in augustus 1831 met zijn bemanning het schip (de “Batavia”) voor de tweede maal naar Nederland had teruggezeild, zou niet voor een derde maal uitvaren. Twee maanden na aankomst, in oktober van dat jaar, stierf hij onverwacht op 41 jarige leeftijd: na een ziekte van slechts twee dagen. Van Hoboken zette Ary Schaap van de Anthony – de neef van Maarten – op Jacometti’s plaats. Het was een promotie die er later toch zou hebben ingezeten, want Van Hoboken had voor deze Schaap reeds ‘eene andere klimmende bestemming’. Zowel Azon Jacometti als Ary Schaap waren, zoals Van Hoboken het uitdrukte ‘kwekelingen’ van hem.”… 069 – p.176

“De Rhoon en Pendrecht keerde in december 1834 in Rotterdam terug, met de van de Batavia overgestapte Ary Schaap als kapitein.”069 – p.176

Anthoy van Hoboken “verzocht in juni 1845 koning Willem II zijn kapitein Ary Schaap tot havenmeester van het Voornse Kanaal in Nieuwersluis te benoemen. Schaap had naar deze betrekking gesolliciteerd. … Van Hoboken greep terug op Schaaps verdiensten tijdens de in 1838 uitgevoerde expeditie naar de Guinese kust. … Schaap, die op grond van deze reis dus door Konning Willem I was geridderd, had bij zijn verblijf in Afrika een oogziekte opgelopen; dat was een kwaal die volgens Van Hoboken ‘het varen onraadzaam maakt’ en hem had gedwongen een andere baan te zoeken. “ Het verzoek baatte echter niet en de betrekking ging naar een andere en Schaap bleef nog enige jaren voor Van Hoboken varen.069 – p.261

 

Rotterdamsche Courant 30 oktober 1821114

Rotterdam, 29 oktober.

....Den 28 arriveerde kapt. Knocker, met de brieven van den 27, van Harwich, en zeilden PHANIX, J. Lewfestij, naar Guernsey; de FENIKS, J. Kardas, en FLORA, J.H. Jonker, naar Brest; FREDRIK, J. Davids, naar St. Ubes (opm: Setubal); OTTER, T. Downing, naar Sumatra; BARON VAN DER CAPELLEN, W. Purvis, en DIJKZIGT, J. Schaap, naar Batavia; de VROUW GERARDA, C. Schultz, en de TWEE VRIENDEN, H. Bos, naar Surinamen; AURORA, G. Johannes, naar Liverpool; dezelven zijn, door de stilte van wind, onder de Goereese haven ten anker gekomen; de wind O. dik en mistig.

 

Rotterdamsche Courant 06 november 1821114

Rotterdam, 5 november. Het schip de DIJKZIGT, kapt. A. Schaap,van Rotterdam naar Batavia, is den 3 dezer in goede staat te Harwich door contrarie-wind binnengelopen.

 

Rotterdamsche Courant 24 november 1821114

Rotterdam, 23 november. Uittreksel uit de Loyd’s List van den 20 november:

….Den 18 dezer is van Harwich vertrokken het aldaar binnengelopen schip DIJKZIGT, Schaap, van Rotterdam naar Batavia.

 

Rotterdamsche Courant 29 december 1821114

Rotterdam, 28 december. Uittreksel uit de Lloyd’s List van den 25 december:

De PALEMON, Cummins, van Londen naar St. Thomas, werd op vrijdag (opm: 21 december) bij Scilly zwaar lek en alleen met de fokkemast staande gevonden, door de DIJKZIGT, kapitein Schaap (opm: brik, kapt. A. Schaap), van Rotterdam naar Batavia, welke zaterdag te Plymouth is binnengelopen. De DIJKZIGT nam vier man der equipagie aan boord, en, trachtende de overigen te redden, verloor zij uit de boot drie van haar manschap, die verdronken. Zij verliet de PALEMON vrijdag nacht. De kapitein, een stuurman en drie mannen bleven aan boord; een stuurman en drie matrozen waren over boord geslagen…..

 

Rotterdamsche Courant 12 oktober 1822114

Batavia, 22 juni. Te Batavia is in het laatst van april of het begin van mei gearriveerd het schip de DRIE GEZUSTERS, M. Azon Jacometti, van Rotterdam, hebbende geen doden op deszelfs reis gehad, alsmede den 3 juni het schip de JONGE JACOBUS, J.J. Boon, van Rotterdam, laatst van de Kaap de Goede Hoop, en den 5 juni het schip DIJKZIGT, A. Schaap, van Rotterdam, laatst van Plymouth.

Ook waren er gearriveerd de schepen KATWIJK, J. van Duijn, en JORINA, T. van Duijvenbode, van Rotterdam, en de ARINUS MARINUS, J. Hahn, van Amsterdam, van welke het schip KATWIJK reeds den 21 juni de terugreis naar Rotterdam aanvaard had. De schepen JORINA en de JONGE ANTHONIJ, kapt. F. Azon Jacometti, waren den 26 juni naar Japan gezeild, en de schepen ARINUS MARINUS, de DRIE GEBROEDERS en DIJKZIGT zouden spoedig met troepen naar Borneo vertrekken…..

 

 

Datum vanaf: 1853
Kapitein: Schaap, Amerik Arysz
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Jan Hendrik Lammerts van Buren werd geboren op 17 juni 1824 te Gouda, Doopsgezind. Hij vestigde zich op 30 augustus 1856 te Rotterdam en woonde aldaar aan de Boomgaardslaan Wijk 15 nr. 449 en aan de Lagendijk. Hij vertrok op 14 december 1881 naar Gouda.

Hij was getrouwd met Cornelia Vermeys, geboren 18 april 1824 te Rotterdam, Nederlands Hervormd. Zij vestigde zich op 01 mei 1873 te Rotterdam komend van Oosterhout. Jan Hendrik werd na zijn loopbaan op zee hooikoper.005.

Hij werd op 02 april 1854 lid van de Dordtse vrijmetselaarsloge “La Flamboyante” met nummer 347.064

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.H.Lammerts van Bueren was met vlagnummer R428 in de periode 1855 t/m 1869 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein J.H.Lammerts van Bueren met vlagnummer R428 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*    1855                       van de bark “Batavia”          373 last          varend voor A. van Hoboken & Zonen te Rotterdam

*    1858, 1859            van de bark “Bezoekie”       395 last          varend voor A.van Hoboken & Zonen te Rotterdam

*    1862 t/m 1864      van clipper-freg. “Jason”     438 last          varend voor A.van Hoboken & Zonen te Rotterdam

*    1865 t/m 1867      geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeld J.H.Lammerts van Bueren als gezagvoerder gedurende:

*    1855 t/m 1856 van het fregat “Batavia”, gebouwd in 1829 te Rotterdam, 710 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam. Het schip voer in 1857 voor P.Smits Fz te Dordrecht en was herdoopt in “`Pieter”;

*    1857 t/m 1860 van de bark “Bezoekie”, gebouwd in 1853 te Rotterdam, 747 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam;

*    1860 t/m 1865 van het 3-m schip “Jason”, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 829 ton o.m., varend  voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

Uit het register van binnengekomen schepen te Dordrecht (Gemeentearchief van Dordrecht) blijkt dat hij met zijn schip de “Jason” is binnengelopen op 06 september 1862 na een reis uit Batavia064.

 

J.H.Lammerts van Bueren vertrok op 15 november 1859 van Brouwershaven met de “Jason” en een detachement van 5 officieren en 160 manschappen. Hij ariveerde te Batavia op 22 februari 1860 na 99 dagen.

J.H. Lammerts van Bueren vertrok per 21 maart 1864 van Brouwershaven met de “Jason” met een detachement van 3 officieren en 150 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 28 juni 1864 na een reis van 99 dagen. Onderweg was 1 soldaat overleden065.

Hij vertrok per 27 maart 1865 van Brouwershaven met de “Jason” en een detachement van 3 officieren en 150 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 26 juni 1865 na een reis van 91 dagen. Onderweg was 1 manschap overleden065*.

 

Zeeuwsche Zierikzeesche Courant 02 januari 1864

Gearriveerd te Brouwershaven op 31 december 1863 de “Jason”, kapitein J.H.Lammerts van Buerren, komend van Batavia en met bestemming Rotterdam.

Zierikzeesche Courant 23 maart 1864

Op 19 maart 1864 is te Brouwershaven binnengekomen de “Jason”, kapt. J.H.Lammerts van Bueren”, komend van Rotterdam en met bestemming Batavia. Het schip had een detachement troepen van 150 man aan boord. Het schip is uitgezeild op 21 maart 1864

 

 

Datum vanaf: 1857
Kapitein: Lammerts Van Buren/Bueren, Jan Hendrik
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Wilhelmus Hendrikus Rusman werd geboren op 25 augustus 1825 te Rotterdam als zoon van de Nederlands Hervormde Hendrikus Jacobus Rusman, pakhuisknecht, en Grietje de Groot. Hij woonde te Rotterdam o.a. aan de Schiekade OZ wijk 14 nr. 392 beneden. Hij vertrok in 1875 naar Oost-Indië.

Hij trouwde op 19 november 1856 te Rotterdam met Wilhelmina Verhoeff, geboren 24 mei 1843 te Rotterdam als dochter van de Nederlands Hervormde Arend Hendrik Verhoeff, boekhouder, en Maria Wilhelmina van Beek005.

 

 

Java-Bode 1 juni 1878:

Advertentie. “De ondergetekende heeft door deze de eer aan heren gezagvoerders, eigenaren van stoom- en zeilschepen, mede te delen, dat hij van af heden een scheeps-leverantiezaak voor eigen rekening heeft geopend in de toko, vroeger geoccupeerd door de heer B. Janssen Schipper, en beveelt zich minzaam bij ieder aan, zich voorstellende door een prompte en nette bediening het vertrouwen waardig te maken.

W.H. Rusman, oud-gezagvoerder”

 

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

W.H.Rusman was met vlagnummer R246 in de periode 1858 t/m 1880 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Hij staat wèl in de ledenlijst van het Jaarverslag 1858, maar niet in de lijst van aanmeldingen uit dat jaar. Zou hij wellicht toch in 1857 tot het College zijn toegetreden?058.

W.H.Rusman was in 1874 afwisselend commissaris van de maatschappij058.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1880 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in dat jaar als effectief lid heeft bedankt058

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein W.H.Rusman met vlagnummer R246 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*   1858                   van de bark “Amboina”    382 last     varend voor A. van Hoboken & Zonen te Rotterdam

*   1859                   geen vermelding van schip en boekhouder

*   1862                   van de bark “Bezoekie”    397 last     varend voor A. van Hoboken & Zonen te Rotterdam

*   1863                   van de bark “Cortgene”     397 last     varend voor A. van Hoboken & Zonen te Rotterdam

*   1864                   van het fregat “Triton”      397 last     varend voor A. van Hoboken & Zonen te Rotterdam

*   1865, 1866,

*   1867, 1874        van het fregat “Jason”       438 last    varend voor A. van Hoboken & Zonen te Rotterdam

*   1877, 1878 geen vermelding van schip en boekhouder

 

Vermelding van vertrek en aankomst te Amsterdam093

Naam kapitein                             Naam schip                          vertrek                          aankomst

W.H.Rusman                              Bezoeki                                02 augustus 1861       01 oktober 1862

 

Bouma025 vermeldt W.H.Rusman als gezagvoerder gedurende:

*   1858 t/m 1859 van het fregat (vanaf 1858 getuigd als bark) “Amboina”, gebouwd in 1840 te Rotterdam, 722 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam. Het schip werd in 1859 afgekeurd te Batavia;

*   1861 van de bark “Bezoekie”, gebouwd in 1853 te Rotterdam, 747 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam;

*   1864 van de bark “Cortgene”, gebouwd in 1849 te Rotterdam, 752 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam;

*   1865 op het fregat “Triton”, gebouwd in 1857 te Schiedam, 750 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam;

*   1866 t/m 1876 van het 3-m schip “Jason”, gebouwd in 1856 te Rotterdam, 829 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam. Het schip werd in 1876 verkocht naar Noorwegen en herdoopt in “Drammerseren”.

 

Overige bijzonderheden

W.H.Rusman vertrok per 26 april 1867 van Brouwershaven met de “Jason” en een detachement van 3 officieren en 125 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 28 juli 1867 na een reis van 93 dagen.

Op 01 juni 1868 vertrok hij van Brouwershaven met de “Fason” en een detachement van 2 officieren en 150 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 05 september 1868 na een reis van 96 dagen. Onderweg waren 2 militairen overleden.

Op 18 juni 1869 vertrok hij van Brouwershaven met de “Jason” en een detachement van 2 officieren en 150 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 25 september 1869 na een reis van 99 dagen.

Op 12 juli 1879 vertrok hij van Brouwershaven met de “Jason” en 4 landmachtofficieren. De aankomstdatum te Batavia is niet vermeld065.

 

In het kader van de discussie over de invoering van de Tuchtwet in Nederlands Indië werd in 1865 een memorie aangeboden “aan zijn Excellentie den Gouverneur Generaal van Nederlandsch-Indië over de Wettelijke bepalingen omtrent de handhaving der orde en tucht aan boord der koopvaardijschepen binnen Nederlandsch-Indië.” Deze memorie werd ondertekend door W.H.Rusman.104.

 

Zierikzeesche Courant 09 maart 1864

Op 07 maart 1864 is te Brouwershaven gearriveerd de “Cortgene”, kapt. W.H.Rusman, herkomst niet vermeld, maar met bestemming Rotterdam.

 

Algemeen Handelsblad Batavia 10 october 1869

Des middag van 23 dezer arriveerde voor de eerste maal ter dezer Reede het 3 mast klipperschip VOORLICHTER, Kapitein Duinker, op 3 Juli van Brouwershaven vertrokken. Dit schip het grootste van de Nederlandsche Koopvaardijvloot meet 2270 ton en werd door J.Smit te Slikkerveer, gemeente Ridderkerk, voor eigen rekening gebouwd. Het vaartuig komt hier op avontuur en bragt herwaarts over een detachement sterk 170 man (82 dagen reis).Tegelijk met de VOORLICHTER kwam alhier aan het schip JASON, Kapitein Rusman, den 18 de Junij van Rotterdam vertrokken aanbrengende een detachement van 150 man (97 dagen reis).

 

 

Datum vanaf: 1861
Kapitein: Rusman, Wilhelmus Hendrikus
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Cornelis Julianus Augustinus Rosalius Reckers werd geboren op 05 mei 1830 te Rotterdam als zoon van de Rooms-Katholieke Jacobus Johannes Reckers, kantoorbediende/boekhouder/koopman, en Joanne Marie Josephine Fortunier. Hij woonde te Rotterdam o.a. aan de Nieuwenhaven Wijk 12 nr. 220 en Steiger Wijk 7 nr. 142 (nieuw nr. 35). Hij vertrok op 26 januari 1875 naar Batavia. Hij behaalde op 30 april 1859 het diploma 1e stuurman op de grote vaart. Hij trouwde op 15 maart 1854 te Rotterdam met Alexandrina Johanna Wolffers, particulier, geboren te Rotterdam als dochter van Johannes Jozephus Wolffers en Margaretha Adriana Deylermans, winkelierster. Hij trouwde voor de 2e maal op 23 mei 1860 te Rotterdam met Christina Pieternella van Loon, geboren op 20 november 1837 te Rotterdam als dochter van de Nederlands Hervormde David van Loon en Willemina Magdalena Tuinzing, opzichster005

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

C.J.A.R.Reckers was met vlagnummer R95 van 1863 t/m 1876 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

.In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein C.J.A.R.Reckers met vlagnummer R95 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

*   1863 t/m 1867              van de bark “Bezoekie               “397 last       A. van Hoboken & Zonen te Rotterdam

*   1874                               geen vermelding van schip en boekhouder

 

C.J.A.Reckers maakte de volgende reizen:

*   Bezoeki      1863               Rotterdam - Batavia - Fagal - Rotterdam                   terug: suiker, koffie

                           1864/65         Rotterdam - Batavia - Texel - Rotterdam                   heen: diversen; terug: ballast

                           1865               Rotterdam - Batavia                                                      diversen

                           1866/67         Rotterdam - Batavia - Banjoewangi - Rotterdam      heen: diversen; terug: suiker

                           1868               Batavia - Rotterdam                                                      diversen

                           1868               Rotterdam - Batavia                                                      diversen

                           1869               Rotterdam - Batavia                                                      geen opgave van lading

 

Bouma025 vermeldt C.J.A.R.Reekers (sic) als gezagvoerder gedurende:

*   1864 t/m 1872 op de bark “Bezoeki”, gebouwd in 1853 te Rotterdam, 747 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam. Het schip werd in 1872 verkocht naar Duitsland.

     Volgens Verhoeff werd het schip in 1872 verkocht naar Duitsland en herdoopt in “Louise”.

*   1874 van de bark “Aeolus”, ex Johanna Geertruida, gebouwd in 1855 te Kinderdijk, 690 ton o.m., varend voor A.van Hoboken & Zn te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

Vanuit het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart werd in januari 1854 opgericht de Commissie ter bevordering van het onderzoek naar verschijnselen op de oceaan, de zg Oceaancommissie. Er was intensieve samenwerking met het KNMI. De commissie wilde de medewerking stimuleren van zeelieden om waarnemingen te doen, die voor de zeevaart van belang waren. “Om de medewerking van de gezagvoerders te stimuleren werden door de commissie of andere instanties eerbewijzen of premies uitgedeeld. De Oceaancommissie te Rotterdam beloonde vanaf 1958 iedere gezagvoerder die tweemaal een door het K.N.M.I. als goed beoordeeld journaal had ingeleverd met een zilveren medaille. De gezagvoerder die voor een dere maal een “goed” journaal inleverde kreeg een gouden medaille toegekend. … Het Rotterdamse lid C.J.A.R.Reckers bijvoorbeeld kreeg in 1864 een getuigschrift uitgereikt voor de waarnemingen die hij had verricht op de reis naar Java met het schip “Bezoeki”. Zes jaar later, in 1870 ontving Reckers een gouden medaille van de Oceaancommissie”005.

 

     C.J.A.R.Reckers vertrok per 23 november 1867 van Brouwershaven met de “Bezoeki” en 1 landmachtofficier. Hij arriveerde te Batavia op 04 maart 1868 na een reis van 102 dagen065.

 

 

Datum vanaf: 1863
Kapitein: Reckers, Cornelis Julianus Augustinus R
Overige informatie: 0

Datum vanaf: 1872
Kapitein: Gehm, F.
Overige informatie: 0

Datum vanaf: 1875
Kapitein: Leese, M.J.
Overige informatie: 0

Datum vanaf: 1875
Kapitein: Waller, D.
Overige informatie: 0

Datum vanaf: 1876
Kapitein: Voss, J.
Overige informatie: 0

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

NA-Den Haag Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.265
DVD VIII – 618, 620
BIJLBRIEF
Naam schip BEZOEKI

plaats en datum acte Rotterdam, 7 juli 1853

type schip bark

bouwwerf/verkoper firma A. van Hoboken & Zonen, op hun scheepswerf Rotterdams Welvaren, aan de Hooge Zeedijk te Rotterdam, scheepsbouwmeester Pieter Hermanus Kortlandt

gevoerd door kapt. Aamrik Schaap

eigenaar/aankoper firma A. van Hoboken & Zonen, zeehandelaars en scheepsreders te Rotterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 747 tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang 40,10 m., breed 7,23 m., hol 5,80 m.

kiellegging 30 juni 1849 (!!)

tewaterlating 25 april 1853

plaats / datum registratie Rotterdam, 7 juli 1853

nummer van registratie deel 135, folio 131, recto, vak 7

notaris Willem Simon Burger Wzn., notaris te Rotterdam

prijs

bijzonderheden






researcher/datum research: ML / 030408

Naam BEZOEKI
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1853
Toegang 3.03.17.01
Inventaris 3675

Bronnen

Jaar: 1853
Bron: NA-Den Haag
Omschrijving: BIJLBRIEF: Archiefnummer Rott.3.03.17.01.3675.265