Inloggen
FLORA - ID 8685


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1830-05-21 / 1830-10-18 | Reden uitgevlagd: Afscheiding Zuidelijke Nederlanden K.B. 28.10.1830

Identification Data

Bouwjaar: 1830
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Brik
Masten: Two masts
Material Hull: Wood
Construction Data

Scheepsbouwer: Louis Marguerie, Antwerp, Belgium
Launch Date: 1829-11-12
Delivery Date: 1830-03-30
Technical Data

Net Tonnage: 200.00 tons (oude meting)
 
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1830
Datum agenda: 1830-04-26
Register nr: 18300309
Scheepsnaam: FLORA
Type:
Lasten: 0
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Catteaux Wattel & Co.
Plaats: Antwerpen
Kapitein op moment van verzoek: Rickmers, J.
Opmerkingen: Eerste zeebrief
verklaring eigendom retourneren (verder onleesbaar)

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1830-03-30 FLORA
Manager: Cateaux-Wattel & Co., Antwerp, Belgium
Eigenaar: Cateaux-Wattel & Co., Antwerp, Belgium
Shareholder:
Homeport / Flag: Antwerp / Belgium

Ship Events Data

1830-03-29: Vermeldt op de BIJLBRIEF: Bijzonderheden: Acte is in de Franse taal gesteld op verzoek van de verkoper Marguerie, die buiten de Nederlanden is geboren). Het schip lag bij deze transactie in het grote dok te Antwerpen.
(opm: het lijkt er op, dat Louis Marguerie het schip voor eigen rekening heeft gebouwd en het hol heeft verkocht voor NLG 12.500,-)
1832-00-00: De FLORA maakte reizen naar Valparaiso en Lima, vanwaar naar Batavia en Soerabaja en dan nog Canton. In 1832 een enkele reizen binnen Europa gevolgd door nog een reis over de wereld in oktober 1832, waarvan het in mei 1834 terugkeerde. Hierna nog een derde rondreis in de periode 29 augustus 1834 – 23 november 1835 en een vierde in 1836, die haar in Mazatlan noodlottig werd. (A.D.)
1837-02-20: Final Fate: Burnt

RC 29.06.1837
Rotterdam, 28 juni. Het Belgische schip (opm: brik) FLORA, kapt. J. van Lickmers (opm: Jacob Rickmers), voor Manilla bestemd, is in de nacht van den 19 op 20 februari, ter rede van Matzalan (opm: Mazatlan, westkust Mexico) liggende, tot op het water afgebrand. Van 13.000 piasters die zich aan boord bevonden zijn slechts 2797 stuks teregt gekomen.
1837-10-00: De kapitein van de FLORA was eerst in oktober 1837 terug in Antwerpen om zijn verslag te kunnen doen. Hij rapporteerde op 14 december 1836, onderweg van Lima naar Manilla, in Mazatlan te zijn aangekomen. Terwijl de FLORA op de rede lag werd het gedurende de nacht van 19 op 20 februari 1837 door beambten van de douane geplunderd. Vervolgens staken zij het schip in brand om zo hun sporen uit te wissen. De bemanning wist zich in veiligheid te brengen. (A.D.)

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

*ca.1778 Eiland Föhr

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.Rickmers was met vlagnummer 91 in de periode 1828-1830 lid van het Antwerpse zeemanscollege “Tot Nut der Zeevaerd108.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.Rickmers als gezagvoerder gedurende:

*   1821 t/m 1823 op het 3/m schip de “Zeeuw” ex Robert & Emma, gebouwd in 1817 te Swinemünde, 470 ton o.m., varend voor v/d Broeke, Luteyn & Schouten te Middelburg.

 

Overige bijzonderheden

Van Sluijs013 vermeldt dat de “Zeeuw” ex Robert & Emma bewapend was met 14 kanonnen. Het schip mat 250 last/254 Roggelasten. Het werd gekocht in 1816 voor ƒ 45.000,- In het NSM zou een aquarel zijn van J.H.Reijgers uit c. 1817 (A1751-1). Het schip is uitgezeild op 07 december 1821 onder kapitein J.Rickmers naar Batavia. “Moedige redding door de Stuurman Jan Frederik Schutte en 4 matrozen in de Asd.Cour. van 22 Juni 1822”.

 

Uit de Amsterdamsche Courant dd 22 juni 1822

      MIDDELBURG, den 19den Junij. De volgende edelmoedige redding, door vijf brave zeelieden met levensgevaar verrigt, vedient voorzeker eene openbare en omstandige vermelding:

      schip  de Zeeuw van hier naar Suriname bestemd, zeilde den 7den December des vorigen jaars van onze reede naar zee; hetzelve had in het kanaal met vreeselijke stormen te worstelen, en bevond zich gedurig in het uiterste gevaar . Op vrijdag den 22sten December, circa zes mijlen Z.Z.O. van Lezard, Kampte men nog steeds met de aanhoudende stormen, zware buijen en hooge zee, zijnde de wind N.W., toen men eene brik in het gezigt kreeg, in den grootsten nood verkeerende, en welker groote mast was over boord geslagen; naderhand bleek dit schip te zijn de brik Phalima, komende van Londen en bestemd naar St.Thomas. Kapitein Rickmers, voerende het schip  de Zeeuw, beval op hetzelve aan te houden, waardoor men ontdekte dat er zich nog manschappen op bevonden, die noodseinen deden. De kapitein wilde, uit hoofde van het gevaar, niemand bevelen, maar vroeg of er waren, die moeds genoeg hadden om zich, ter redding dier ongelukkigen, te wagen. Hierop boden zich vrijwillig aan de onder-stuurman Jan Federik Schutters en vier matrozen, met name  Frans Stavanger, Andries Silling, Pieter Steijard  Rikkert Ades, (zijnde de onder-stuurman van deze stad, en de matroos Steijaard van Aardenburg;  R.Ades is op de reis overleden). Deze personen hadden moed en menschlievendheid genoeg om dit waagstuk te beproeven, en alles aan boord werd met deelneming bezield, zelfs de soldaten, welke op het schip waren, beijverden zich om de boot buiten boord te helpen werken. Met ijzing zag men de vijf genoemde personen zich in dezelve begeven en oogenblijkkelijk zich verwijderen; het was meermalen als of zij in den afgrond van het woedend element werden nedergestort.

      Met Gods hulp en inspanning van alle hunne krachten bereikten zij de bijna wrak geworden brik: dan, er was geen kans om aan boord te komen, zonder in gevaar te zijn van door de hooge zeeën tegen dezelve verbrijzeld te worden. Onder het beproeven der stoutste wendingen moest men het oogenblik afwachten, dat de op de brik zijnde manschap zich aan een touw konden nederlaten, om zoo in de boot te worden opgevangen of uit de bruischende golven waarin gerukt te worden. Op deze wijs gelukte ook de redding van de aldaar zich nog aan boord bevindende personen, zijnde twee Engelschen, tot de equipage behoord hebbende, en twee Hollanders. Een gedeelte der equipagie was te voren door een Amerikaansch schip gered en de overigen door een zware stortzee, waarbij alles van het dek werd afgeslagen en ook de mast brak, omgekomen. De twee Hollanders behoorde tot de equipagie van het schip Dijkzigt, naar Batavia bestemd; zij hadden, met de onder-stuurman en nog twee matrozen, eene dergelijke redding naar de brik beproefd, doch deze moedige leden hadden het ongeluk gehad, dat hunne boot tegen het schip was aan stukken geslagen, waardoor drie van hen waren verdronken, zijnde het aan de twee genoemde personen als door een wonder gelukt, zich op de brik te redden en nu met de twee Engelschen behouden te worden.

      Het was niet zonder moeite, dat men de boot het schip de Zeeuw weder bereikte; om half tien ure des morgens vertrokken de genoemde manschappen van boord, en, na het uitstaan van oogenschijnlijk doodsgevaar, kwamen allen, hoewel uitgeput van krachten, twee uren daarna, behouden weder te rug, om de gelukwenschingen wegens het volbrengen van deze edele daad, van den kapitein en hunne verdere togtgenooten welmeenend te ontvangen.”

 

Brik ‘FLORA’, kapitein Jacob Rickmers. Op 9 juli van Antwerpen naar Valparaiso, alwaar 14 oktober aangekomen, hetgeen 96 dagen zou zijn. Valparaiso geeft echter 80 dagen op, hetgeen extreem snel zou zijn**** In 1832 in Antwerpen terug uit Triëst. Een ronding O-W en waarschijnlijk ook een W-O.

De ‘Flora’ heeft later onder Belgische vlag nog drie reizen naar de westkust gemaakt.

**** De kortst genoteerde tijd van een klein houten Nederlands schip, zoals tot 1860 gebruikelijk, was – voor deze inventarisatie begon – 84 dagen. Voor de grote stalen schepen van het eind van de eeuw, was 83 dagen van de Lizard tot Valparaiso het gemiddelde. 100a.

commentaar van André Delporte op bovenstaand overzicht van Hazelhoff per e-mail dd. 03 mei 2006

FLORA Het schip van Cateaux werd inderdaad gebouwd te Antwerpen in 1829 en de reizen rond de wereld zijn wel te vinden in de kranten; voorbeeld: 25.8.1834: chargé pur Valparaiso, Chili et Pérou; cést dèjá pour la 3o fois le même voyage!!!”(journal de Flandres). Zijn kapitein was Rickmers tot in 1837.

De verwarring komt met een FLORA van Montobio, te Gent, een brik van 128t gebouwd in 1812, werf onbekend. Maar ik heb het niet voor 1828 en weet niet zeker dat Uw aantekeningen van 1821 relevant zijn voor dit schip; misschien wel. Tussen 1828 en 1833 was zijn kapitein J.D.Christen en ik vond bv in het journal du Commerce dÁnvers: 5/4/1832 sorti dÓstende, Christen, à l’aventure sur lest…

 

Opmerking van André Delporte in een e-mail van 29 april 2006:

FLORA. brik van 200t gebouwd in Antwerpen in 1829 voor Cateaux. Te water gelaten op 12/11/1829 en de gezagvoerder werd Jacob Rickmers

24-11-1830-: quitte Lima pour Batavia où arrive le 03-04-1831

21-04-1831: quitte Batavia pour Soerabaja où arrive le 03-05

15-05-1831: quitte Soerabaja pour Canton.

23-05-1832: arrivè de Trieste avec raisins et sumak (Jl. du Commerce d’Anvers)

27-10-1832: dèpart pour 1o voyage de circum-navigation susidié par l’Etat

03-05-1834: chargè pour Valparaiso, Chili et Pérou; cést déjà pour la 3o fois le meme voyage !!! (journal des Flandres)

29-08-1834/23-11-1835: voyage de circum-navigation – recit de Partoes.

26-11-1835: rentré de son troisième tour de monde

1836:            4o voyage

 

Ontleend aan:

“Reizen rond Kaap Hoorn onder Nederlandse vlag. Overzicht vanaf de ontdekking in 1616 tot het einde van de Nederlandse grote zeilvaart in 1911”. door H.Hazelhoff Roelfzema. Uitgave Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarder, 2010, 88 pp plus Bijlage met een Chronologisch Register van Reizen van 1616 tot 1911.121

p.48-49: “Een brik onder twee vlaggen 1830-1835. Flora”.”

De rederij van de “Flora” was Cateaux-Wattel te Antwerpen en de kapitein Jacob Rickmers uit Föhr. Het schip vertrok op 09 juli 1830 vanuit Antwerpen. Aankomst te Valparaiso op 14 oktober en op 5 november naar Callao. Het schip kwam op 23 mei 1823 terug in Antwerpen.

 

Rotterdamsche Courant 11 december 1821114

Rotterdam, 10 december. Van Middelburg wordt van den 7 dezer gemeld: heden zijn naar zee gezeild de schepen de ZEEUW, J. Rickmers, naar Suriname, en de KOLONIST, F.F. Ferber, naar Demerarij, beiden van deze stad.

 

Rotterdamsche Couran 15 deceember 1821114

Rotterdam, 14 december. Uittreksel uit de Lloyd’s List van den 11 december:

Het Nederlands schip (opm: fregat) DE ZEEUW, J. Rickmers, van Middelburg naar Surinamen, is in de nacht van den 9 december op Goodwin Sands geraakt, doch des morgens, met assistentie van een boot van Deal, zonder schade, er af gebragt, en heeft deszelfs reis vervolgd; hetzelve had twee ligte ankers en touwen verloren.

Het schip VIGILANTIA, Segers, van Lissabon naar Antwerpen, is den 7 dezer te Cowes binnengelopen, doch den 9 dezer weder vertrokken; ook is die dag aldaar gearriveerd het schip INDUSTRIJ, Spaanderman, van Dordrecht naar Brest.

 

Rotterdamsche Courant 20 juni 1822114

Rotterdam, 19 juni. Den 14 juni is te Middelburg van Surinamen gearriveerd het schip de ZEEUW, kapt. Jacob Rickmers.

 

Rotterdamsche Courant 25 juni 1822114

Rotterdam, 24 juni. Den 22 december 1821 hebben de onderstuurman Jan Fredrik Schullers en vier matrozen, met name Frans Stavanger, Andries Silling, Pieter Stokard en Rikkert Ades, behorende tot de equipagie van het schip de ZEEUW, kapitein Rickmers, van Middelburg naar Surinamen bestemd, en destijds circa 6 mijlen Z.Z.O. van Lezard zeilende, te midden van aanhoudende stormen, zware buijen en hoge zee, met levensgevaar twee Engelsen en twee Hollanders gered, die zich bevonden op de brik PHALIMA, komende van Londen en gedestineerd naar St. Thomas, welke in gevaar was van te vergaan, zijnde de grote mast reeds over boord geslagen; de Engelsen behoorden tot de equipagie van dat schip, doch de Hollanders tot die van het schip DIJKZIGT, van Rotterdam naar Batavia, welke met vijf man een dergelijke poging tot redding gedaan hadden, maar wier boot tegen het schip aan stukken geslagen was, waardoor drie hunner verdronken waren en het aan gemelde twee personen als door een wonder gelukt was, om zich op de brik te redden. Ten einde insgelijks niet tegen het schip verbrijzeld te worden, moesten de manschappen van de ZEEUW, die zich allen vrijwillig tot beproeving van dit waagstuk hadden aangeboden, onder het doen der stoutste wendingen, het ogenblik afwachten, dat de op de brik zijnde personen zich aan een touw konden nederlaten, om zo in de boot te worden opgevangen of uit de bruisende golven daarin te worden gehaald, op welke wijze zij dan ook het geluk hadden, van alle de manschappen te redden en vervolgens, na twee uren in ogenschijnlijk doodsgevaar verkeerd te hebben en uitgeput van krachten, behouden op hun schip terug kwamen.

 

 

Datum vanaf: 1830
Kapitein: Rickmers, J(Acob)
Overige informatie: 0

Algemene informatie
FLORA Het schip van Cateaux werd inderdaad gebouwd te Antwerpen in 1829 en de reizen rond de wereld zijn wel te vinden in de kranten; voorbeeld: 25.8.1834: chargé pur Valparaiso, Chili et Pérou; cést dèjá pour la 3o fois le même voyage!!!”(journal de Flandres). Zijn kapitein was Rickmers tot in 1837.
 
De verwarring komt met een FLORA van Montobio, te Gent, een brik van 128t gebouwd in 1812, werf onbekend. Maar ik heb het niet voor 1828 en weet niet zeker dat Uw aantekeningen van 1821 relevant zijn voor dit schip; misschien wel. Tussen 1828 en 1833 was zijn kapitein J.D.Christen en ik vond bv in het journal du Commerce dÁnvers: 5/4/1832 sorti dÓstende, Christen, à l’aventure sur lest…
 
 
Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

RA - Beveren Archiefnummer Ant.512.0044.00132.247
DVD - XXXI – 132 III 141-142
ACTE BIJLBRIEF

Naam schip hol van de FLORA

plaats en datum acte bijlbrief, Antwerpen, 29 maart 1830

type schip

bouwwerf/verkoper Louis Marguerie, scheepsbouwmeester te Antwerpen

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper Jean François Cateaux namens zijn firma Cateaux Wattel & C° Antwerpen

te voeren door kapt.

grootte in tonnen ongeveer 200 ton

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Antwerpen, 30 maart 1830

nummer van registratie blad 147 recto vak 3-4

notaris voor makelaar Jean Baptiste Fleury, Antwerpen

prijs NLG. 12.500,-

bijzonderheden acte is in de Franse taal gesteld op verzoek van de verkoper Marguerie, die buiten de Nederlanden is geboren)
Het schip lag bij deze transactie in het grote dok te Antwerpen.
(opm: het lijkt er op, dat Louis Marguerie het schip voor eigen rekening heeft gebouwd en het hol heeft verkocht)





researcher/datum research: AD/020709

Naam FLORA
Archiefinstelling Rijksarchief, Beveren
Jaar 1830
Toegang 512.0044
Inventaris 132

Bronnen

Jaar: 1830
Bron: RA - Beveren
Omschrijving: BIJLBRIEF Archiefnummer Ant.512.0444.00132.247